LIEFDE. De Pest. t dat dat kleine dan toot het dagelijksch gebruik veel gemak of nut blijkt te be- fitten. Zoo heeft menig geestig uitge dacht stuk speelgoed van nit Parijs een triomftocht door de wereld gemaakt en den geestigen nit vinder sommen gelds opge bracht. Maar ook nuttige uitvindingen hebben geld afgeworpen. Zoo gelukte het Howe, den uitvinder van de naaimachines, en later den verbeteraar SiDger, met dit ar tikel eenige millioenen te verdienen. De glazen en porseleinen klokjes boven de gss- vlammen, de ijzeren plaatjes voor het af slijten der laarzen, de rolschaatsen en meer dergelijke zaken hebben groote sommen opge bracht. Vt at telefoon en telegraaf opge leverd hebben, is niet te berekenen. Ook de nitvinder van het gasgloeilicht maakt geen onaardige zaken. Maar dat heeft ook weer zijne keerzijden, b. v. de uit vinder van het maken van hont-papier, welke uitvinding vele fabrikanten heeft rijk gemaakt, stierf kortgeleden in de groot ste armoede, omdat hij zijne gedachten aan het algemeen had prijsgegeven. De correspondent der N. R. Ct. te Weenen schrijft 16 Febrnari Ik heb inzage gehad van een particu lieren brief uit Bombay, welke een helder licht werpt op de vree-elijke toestanden in die ongelukkige stad. Handel en nijverheid staan er stil, daarentegen hebben de tapperijen het zeer drnk, nu alle lieden, die met pestlijders te doen ftebbeD, zooals het personeel in de hospitalen en voor de begrafenissen, in een voortdurenden roes leven. Er wordt een levendige handel gedreven in amu letten en in zoogenaamde voorbehoed middelen tegen de pest. Daartoe behoo- Ten onder anderen harten van slangen, klauwen van gieren en snuiten van egels, die zelfs door intelligente menschen duur betaald worden. Het misbruik, dat van die zoogenaamde geneesmiddelen V wordt gemaakt onder de inlandsche be- vlflking, is verbazend, daar zij van die dingen meer heil verwacht dan van geneeskundige behandeling. Ieder denkt slechts aan den dag van van heden, en niemand wil meer tegen weekloon werken, daar men niet weet of men den volgenden dag nog leeft. De lagere volksklasse rekent op een wonder, dat in staat is, om de pest ter verdrijven, terwijl de betere ^^fciffSse het -gevaar indolent afwacht. Op de kerkhoven heerscht wegens de vele begrafenissen de grootste drukte. Dag en nacht worden de lijken daar heen gebracht. De Mohammedanen gra- - --g,-kuilen, waarin zij hunne werpen. Wie die dooden zijn, efl0rwie ze daarheen breDgen, weet nie- 'jhaDdet bestaat niet de minste contrö- ie, omdat men de lichamen zoo spoe dig mogelijk kwijt wil zijn. Verleden week, vertelt de briefschrijver, was ik getuige van een' origineelen begrafenis stoet. Deze bestond nit eene lange rij ^""""vaïT ossen, over den rug vaa eiken os hingen acht zakken, vier san iederen kant, en in die zakken waren dooden. kl8n kwam werklui te kort, om dood kisten te maken, en zakken had men jediger bij de hand. Dt met het transport der lijken belaste /petsten raken de dooden niet aan, maar ze met haken in de zakken of in Se Kist, Gisteren werd er eene verordening de lijkschouwing gepubliceerd omdat het reeds herhaalde malen voorgekomen dat schijndooden verbrand zijc. Daar meeste pestlijders niet door dokters be handeld worden, kan hnn dood niet ge constateerd worden en moet men op de dragers der dooden afgaan, aan wie het vrij onverschillig is, of zij iemand dood of nog levend onder den grond stoppen. Een van die dragers, een Parsi, werd in de nabijheid van den Toren der Stil zwijgendheid (alwaar dit volk zijne dooden op den muur neerlegt, om ze door de gie- '_r;n te laten versl'c1 ziek en kon niet Men liet Uem kalm liggeD, maar toen zijne kameraden eeoige uren later langs de plek terngkeerden, zagen zijhun-' Geboren op het slagveld nen makker door vele gieren omringd,die met te Waterloo. hnnne scherpe snavels in het lichaam pikten. Te Birmingham is een baanwachter ge- Het was een vreeselijk gezicht, want de storven, Donald M'Kenzie geheeten. Zijn ongelukkige was met vele wonden bedekt, dood zon zeker de moeite van het ver- Het doek, dat hij om zijne lendenen droeg, melden niet waard zijn geweest, indien 's was in flarden geschpnrd, en de ingewan- mans geboorte zich niet door eene eigen- j-j u„. aardigheid onderscheiden had. Hij werd L-- i .1 1 J 1 o- den pnilden nit eene gapende wond. Het ergste was, dat de ongelukkige nog niet dood was, toen hij door de gieren werd aan gevallen, want in zijne krampachtig gebal de vuisten zaten veeren dier roofvogels. Dezer dagen gebeurde op de spoorweglijn BocholtWezel (ius op Daitsch grondgebied) het navolgende. Een veehandelaar kwam te bat in den trein, doch had nog zooveel tijd, dat hij in de coupé kon stijgen; hij haalt het portier met flinken slag achter zich dicht. Zijn jas kwam er echter tnsschen en wel zoo- danig dat bij zich niet heen of weer kon bewegeo. In de coupé bevond zich maar één reiziger, die, de reistasch met geld van den veehandelaar ziende, onmiddellijk be sloten had, van de benarde poiitie, waar in deze zich bevond, gebrnik te maken en hem te bestelen. Aan het eerste sta tion, waar de trein stopte, verliet de dief aan de andere zijde den trein. De condnctenr maakte 't poitier,waartnsschen de jas van den veehandelaar geklemd zat,los en deze, zonder den condnctenr iets te zeggen, liep den dief ca. De condaetenr dacht niet anders,of hij had met een passagier zonder plaatsbewijs te doen. Hulp roepen, en den veehandelaar inhalen, was het werk van eenige mionteD. Toen deze begrepen was en verteld had, nat hem was gebeurd, was er van den dief natuurlijk geen spoor meer te vinden. Gepolijste dames. Als dejvoorname dameswereld in New- York groot toilet maakt voor een bal of eene andere partij, worden armen en hals vooraf gepolijst*. Dat gebeurt op de vol gende wijze Eerst worden armen en bnste met rozenwater gewasschen, en nadat dit gebeurd is, met Gold Cream ingewreven, dat er ongeveer 15 minuten op blijft lig gen. Daarna wordt de hnid met een zeer fijnen flanellen lap gewreven en armen en baste met een poeder bestrooid, dat op nieuw afgewreven wordt. Is dit geschied, dan ziet de huid er uit als gepolijst mar mer en wonderlijk fijn van bouw. Men kan dan ten minste van albasten schou deren spreken, zooals dichters zoo graag éttM. zooals den ko- 18. d? op het ist de De jonge Koning. De koning vau Griekenland men weet, de jongste zoon van niüg van Denemarken. Reeds op zeven tienjarigen leeftijd werd hij door de mo gendheden tot opvolger van Otto van Beieren gekozen, tot koning van Grieken land. Ten tijde van zijne benoeming be vond hij zich nog op de Deensche marine school. Eens had hij zijne boekec vroolijk ter zijde geworpeD en als een echte schooljongen ging hij heen, om bij een' confisenr wat appeltaartjes te koopen. Hij kreeg ze gewikkeld in krantenpapier, en hij zou jnist dat papier tot een bal sa menpersen, om het een' medeleerling naar het hoofd te werpen, toen zijn blik toe vallig op zijn eigen naam viel, die met vette letters het opschrift boven een ar tikel vormde. Belangstellend las hij ver der en was niet weinig verrast van het lot te hooren, dat hem wachtte, daar hij door de mogendheden van Europa tot ko ning van Griekenland was gekozen. Zijn jonge Majesteit bleef althans op reis naar zijn nieuw koninkrijk nog een echte kwajongen. Op den tocht door Frankrijk naar Marseille was hem een salonwagen met eetsalon ter beschikking gesteld. Onderweg hield hij zich bezig met schotels en borden uit het raam te werpen, om zich te overtuigen van de snelheid van den trein. Zijne reisgezellen moesten steeds nieuwe slak ken zien te krijgen en bij aankomst in Marseille was er geen enkel stak meer over. aaiui^uviu geboren onder het donderend geschntsvanr van den slag bij Waterloo.Zijn vader, die sol daat was bij de Cameron Highlan- d e r s, sneuvelde in den, grooten slag. Zijne vrouw, die hem vergezeld had, vond hem op het slagveld onder een stapel dooden en stervenden en sleepte hem naar eene afgelegen plaats, waar ook zij op den doorweekten grond door eenige soldaten gevonden werd. Zij vervaardigden een soort afdakje en groeven eene sloot, opdat zjj ten minste droog kon liggen. Zoo werd zij moeder, terwijl om haar heen het kanon vuur balderde. Verleden week speelde in eene kamer, waar eenige winkelbedienden te Parijs samenwoonden, een hunner met een revolver. „Als ge een woord spreekt, schiet ik n docdzeide hij tot één zijner ka meraden. „Pas opSpeel toch met met dat ding! Ge kunt nooit weten.be gon deze. Op hetzelfde oogenblik stortte hij aan het hoofd getroffen neer. Of schoon de wond eerst niet bedenkelijk werd geacht, is de arme jongen woens dagochtend gestorven. Hoogte van huizen te New- York. De New-Yorksche kamer van koophan del wendt pogiDgen aan ter verkrijging van eene staatswet, die de hoogte der hui zen in de stad New-York bepalen moet. Een door haar uitgewerkt wetsontwerp sielt voor, dat in de breede straten de handelsgebouwen niet hooger dan 65 me ter mogen zijn, terwijl de hoogte van woonhuizen de grens van 50 meter niet zon mogen overschrijden. Do gemeenteraad van Philadelphia besloot, een dergelijk voorstel in te dienen bij het wetgevend lichaam van don staat Pennsylvauië. Op de rijwieltentoonstel- ling, onlangs te Parijs gehouden, was een van de merkwaardigheden eene klok, nit rijwielonderdeelen samengesteld. Het zal wel een der grootste uurwerken zijn, die ooit gemaakt werden. Het werk iB geheel zichtbaar en ziet er nit, of men er eenige rijwielen voor uiteen genomen heeft. Op het eerste gezicht zon men het aanzien voor eene trofee, opgericht ter eere van de „fiets*. Maar wanneer men wat nauwkeuri ger kijkt, ontdekt men al spoedig de Ro- meinsche cijfers, die uit franks (krukken van de trappers) bestaan en die de wijzer plaat vormen. Het uurwerk wordt bewe gen door een gewicht van 200 kilo en door middel van een twaalftal tandrade ren van verschillende grootte en door 1 langen ketting zonder einde wordt de bewe ging op de wijzers overgebracht. Deze wijzers bestaan uit tricycle-assen en dra gen bij wijze van versierde ponten aan het einde een pedaal met een oliekannetje erop. De beweging wordt geregeld door een slinger, die uit een paar voorvorken bestaat en als gewicht een compleet wiel met pneumatic band draagt. Op de assen van alle tandwielen, die op kogelassen loopen, zijn eveneens wielen bevestigd, to taal twaalf, welke het uurwerk zijn eigen aardige uiterlijk geven. De klok slaat heele en halve nren en kwartieren, op drie bij elkaar gestemde fietsbellen. Het uurwerk dat uitstekend geregeld bleek te loopen, is geconstrueerd in de werkplaatsen van de rijwielenfabriek „la Societé Parisienne*^ komst, in hoeverre het gebruik van al cohol door de ouders, in 't bijzonder van vader en moeder beiden, invloed kan hebben op de verstandelijke vermo gens der kinderen. De uitkomst was, dat van 1000 kinderen bij 471 de vader, bij 84 de moeder en bij 65 beide ou ders in dien zin verantwoordelijk waren voor den toestand van hnn kind, dos in meer dan de helft der 1000 geval len. Yan de overgebleven kinderen wa ren er 209, wien» ouders geen alcohol gebruikten, 171, waaromtrent men dit niet te weten kon komeD. Dezer dagen is in de st1- len der kazerne Brnne, van het 26e dra gonders, te Dijon een hevige brand uitge broken. Drie paarden v«n generaal Darras verbrandden en ook van de troepenpaar den kwamen er verscheidene in de vlam men om men weet nog niet hoeveel. Groo te moed werd bij het redden der dieren door de manschappen tentoongespreid. Per soonlijke ongelukken vielen niet voor. Onbestelbaar. In de Wo- chenzeilung kwam eene advertentie voor, be treffende eene in de Dentsch-Evangeli- sche Verein te honden lezing, naar aan leiding van het 400-jarig gedenkfeest van MelanchtheD. Het gewone „bewijsnommer" voor die advertentie werd door den expediteur, die niet bijzonder goed op de hoogte van de kerkhistorie was, geadresseerd aao „Herrn Ph. Melanchthon. Hier", in de mee ning, dat deze de redenaar was Het exemplaar kwam als onbestelbaar behoorlijk terug, voorzien van de kanttee- kening; t Vermoedelijk afgereisd.' de dokter hem nit medelijden gegeven had, hield hem van een' zekeren stap terng. Nogmaals wilde hij zijn gelok beproe ven en hij snelde naar zijn vroegeren pa troon, om hem werk te vrageD. Deze was een goedmoedig man, die Martin als een zeer ijverig werkman ken de hij ontving hem daarom vriendelijk en gaf hem werk en bovendien nog eenige weken loon vooruit. Nn kon Martin tenminste zjjn kind begraven en zijne vronw de voorgeschreven medicijn koopen. Zoo leefde hij langen tijd tnsschen hoop en vrees; maar eindelijk, eindelijk verbeterde de toestand van Mizzi,zij zon dus niet sterven. Yol gelukzaligheid snelde hij dagelijks naar zijn werk, hij wist immers nn, dat zijne vrouw genezen zon. En zij genas En toch was zij niet degene, die zij vroeger geweest wasZij was zeer veranderd, door hare ziekte was haar eene zekere prikkelbaarheid bijgebleven, zoodat de minste kleinigheid haar vreeselijk kon doen opwinden. Langen tijd verdroeg Martin dezen toe stand zwijgendhij was immers gelnkkig, dat Mizzi nog leefdeten laDge laatste werd het hem toch te erg. Wanneer hij er aan dacht, wat hij voor haar geleden en ontbeerd had en zon dit dan de dank daarvoor zijn P Telkens en telkens kwamen er nn nieu we twisten, voo-, die in korten tijd in heftig heid toenamen en telkens daarmede eindig den, dat Martin woedend naar zijne pet greep en, de vnisten in den zak ballend, de deur uitliep, om bniten zijn toorn te doen bedaren Men sprak over een vreeselijk ongev 1 en had medelijden met den ongelukki-? Niemand dacht er aan, dat het lok met voorbedachten rade was geschied* Niemand kon uit de verminkte gelaat», trekken gewaar worden, welke mart^ lingen den arme tot dezen stap gedreven hadden. Niemand kon ook weten, <jat hij vrijwillig den dood gezocht had „it angst voor eene misdaad, gedreven door do kwellingen, die zjjne vronw hem thui» bereidde. En Diet de angst voor de misdaad zelVe maar de gedachte, dat z ij n e M i z z i het offer daarvan worden zon z ij n e Mis. z i, zijne teer beminde vrouw had hem in den dood gedreven De medewerklieden droegen het ljjfc naar zijne woning, waar Mizzi, toen zij de menschen zag aankomen, hen tegemoet ijl. de en zich luid jammerend op het lijk van haar man wierp, die Laar altijd zoo innig had lief gehad en die nu slechts nit lief. de voor haar den dood had gezocht, om te voorkomen, dat hij zich aan haar ver. greep. Maar haar beronw kwam te laat. Alcohol en de nakome lingschap. Van zeer veel waarde zijn de mededeelingen van doctor Bonrneville over zijne waarnemingen, betreffende de stoornis der verstandelijke vermogens bij kinde ren. De onderzoekingen daaromtrent werden geleid in de jaren 18801895 bij de verpleegden van het instituut voor idioten en achterlijke kinderen te Parijs. Deze statistiek verstrekte uit- In de voorstad van Weenen woonde de metselaar Frans Martin. Wie hem, den ernstigen man, dagelijks op hetzelfde nnr naar den arbeid zag gaan en wie hem, den ernstigen maD, in al zijn doen en laten gadesloeg, dien moest het natnnrlijk ook opvallen, dat diezelfde Martin in staat was, dwaze dingen te doen. En die dwaze streek was, dat hij verliefd werd op de mooie Mizzi Novan, de dochter van den bakker, zich met haar verloofde en de gedachte koesterde, om haar te trouwen. Ook zij zag hem gaarne en de ouders hadden tegen deze verbintenis niets in te brengen. Het was niet meer dan natnnrlijk, dat er in hnnne omgeving over gesproken werd. De menschen zeiden Een mooi paar I Zij zal gelnkkig met hem zijn, hij is een rechtschapen man, die den kost wel zal verdienen en overigens, zij heeft ook nog wat geld Zij dachten er evenwel niet aan om te vragen, of ook hij gelukkig met Mizzi zon kannen zijn. Hij had het geloofd en gehoopt en zijne hoop scheen in den eersten tijd in vervalling te zullen komen. En toen bij na verloop van tijd een knaapje in zijne armen mocht wiegen, was zijne vreugde grenzenloos. Maar met de geboorte van den kleinen begon ook het lijden. Hij kreeg nn meerdere zorgen. Mizzi moest laDger het bed honden dan hij gedacht hadhij moest daardoor dagen lang thuis blijveB, waardoor hij zijn werk verloor, eu de familie geraakte in nood. Te trotsch, om bij vreemden te vrageD, of zelfs om bij zijne schoonouders aan te kloppen, verkocht hij alles, wat hij bezat, en er gingen dikwijls dagen voorbij, dat hij geen kruimel over de lippen kreeg doch moedig, zonder te morren, verdroeg hij allen tegenspoed. Toen echter al zijne moeite om werk te bekomeD, niets hielp, en zijn kind ziek werd en stierf, en zijne vrouw met den dood worstelde, toen vertwijfelde hij aan God en de menschheid. Hij wist geen uitweg. Met neergesla gen oogen liep hij rond zijn leven werd hem tot een last en alleen de hoop, did SPRANKELS. ven geven zon. Het was niet hare onbekwaamheid, waar aan zij bare nederlaag Ie danken had. Wan neer zij bij de voorstelling gespeeld had als op de slotrepetitie, zon zij zeer zeker een groot sncces hebben gehad. Er was wellicht das nog eene gelegenheid, om den smaad nit te wissen en de verloren gonst van het pa- bliek te herwinnen. Ilse bad echter de kracht Diet meer, om zich aan deze hoop vast te honden. Haar zelfvertrouwen was gebroken. Zij was er zeker vaD, dat zij bij een volgend optreden wederom zon bezwij ken onder dien naamioozan angst, en een ge voel van afschuw overviel haar bij de ge dachte, dat het ellendige stuk morgen weder herhaald zon worden. Die angst werd haar evenwel spoedig ontnomeo, want in den loop vau den morgeD verscheen er een brief van den direetenr, die haar helderheid op dit punt verschafte. In sfgemeten bewoordingen werd haar verzocht, dan brenger van den brief alle onder hare beschikking zjjnde rollen mede te geven, dsar het gebeurde van gisteravond van dien aard was, dat eene herhaling dier voorstel ling ondoenlijk was, en aan het einde van aen bnef stond, dat de directie gaarne be reid was, het loopende contract te verbre ken, wanneer de juffrouw den wensch mocht koesteren, een ander engagement aan te gaan. Dat liet dU3 duidelijkheid niets te wenschen over en dit was voor de jonge dame eenen nieuwen slae, o'schoon zg er wel eeuigssins T00r gevrees(} bad. Met moeite hare tranen inhoudende, overhandigde zij den tooneelkneoht, wiens medelijdend gelaat hare 8 nog vergrootte, de verlaogde rollen T'-rvo'gens, nadat zij zich versekerd had, s aar broeder reeds was uitgegaan, sloot zy are denr, opdat zij in de volgende nren geen enkel mensch «on behoeven te ontmoe ten. r t,hSr<1 6n wre®3 was toch het noodlot, j 8". d'j e."eDde Moest zij ook het gebenr de met Rudeck nog verdaren.'Zij bad zich voor- pnorn d, niet meer aan hora te denken, doch haar rots was net.bij machte, zijn beeld nit haar ar te verdrijven en zij peinsde over zijne houding, die zoo vreemd en raadselach tig was. Zon dat alias lengen en bedrog zijn ge weest zijne woorden, de blik zijner oogen, zelfs de klank in zjjne stem P En wanneer er gisteren iets gebeurd was, dat hem tot andere gedachten had gebracht, was hij baar dan geene opheldering schuldig? Hij had het theater op een oogenblik verlaten, dat hij toch kon weten, dat zij zijn bijstand zoo hoog noodig had, en hij had zich niet eens de moeite getroost, een verzinsel te be denken, om zijne plotselinge afreis in haar oog te rechtvaardigen. Het moest dus zijn doel geweest zijn, haar doodelijk te beleedi- gea, of zijne beweeggronden waren van dien aard, dat hij het haar niet mondeling kon meedeelen. Hoe langer zij er over nadacht, hoe meer zij tot het laatste denkbeeld over helde. Na de woorden, die tnsschen hen ge sproken waren geworden, na alles, wat zijn handdruk en blik haar had verteld, kon dit onmogelijk het einde zijn. Als een man van eer moest hij dan teDminBte afsebeid van haar nemen, al was het ook op de meest koele en afgeme'ene manier, al schreef hij haar maar een brief .Die brief zon ontwijfel baar dan ook wel komen, vandaag of mor gen en dan eerst soa zij de handelwijze van Tbeodoor Rudeck kuoneo beoordealen, dan eerst zou het de tijd zijn, waarop tij de laatste vonk van hoop, die haar in het harte gloorde, zou behoeven te verstikken. Zij wachtte en er was nog altijd eene ewak- ke hoop in haar gepijnigd hart, het was de laatste lichtstraal, die het donker harer ziel verhelderde. Dien dag wachtte zij echter voor niets. De dag verging, zonder dat er eenig be richt van Tbeodoor kwam en ook Walter gaf, toen hij tegeD den avond thuiskwam, zijne bevreemding over deze handelwijze te ken nen, maar hg voor zich hechtte er natuur lijker wijze niet zooveel waarde aan. Walter scheen door andete diogen bezig- gehonden te worden, hoezeer bij ook zijn best deed, om zijner zuster een opgeruimd ge laat te toonen en bare gedachten van het treurige onderwerp af te leiden. Er was iets onrastigs en gejaagds in zijn wezen, Op een zekeren dag ontstond er, jnist toen Martin naar zijn werk gsan wilde, om eene kleine beuzelarij een hooggaande twist, zoo erg, dat Martin de hand tegen zijne vronw ophief. Daardoor nog meer opgewonden, greep Mizzi een bord en wierp dit naar Martin's hoofd, zoodat het bloed hem langs het ge laat droop. Het schemerde hem voor de oogen, het werd nacht in zijne ziel en in zijne grenzenlooze woede, buiten zichzelf van toorn, stortte hij zich op haar. Reeds had hij haar bij de keel gegrepen en druk te zijne vingers vast om haar hals daar werd hij zi,ne woede evenwel meester, hij liet haar los, greep zijne pet en ging het huis uit. In het eerste oogenblik wist hij van opge wondenheid niet wat te beginnen. Doch lang zaam, zeer langzaam bedaarde zijne woede en hij besloot, naar zijn werk te gaan. Op den steiger voor het huis, waar hij metselde, viel zijne stngheid zijnen me dearbeiders wel op, maar niemand vroeg hem naar de reden daarvan en men liet hem met rust. Martin echter kon de kwellingen, die zijne vronw hem bereidde, maar niet verge ten. Yooral niet, dat zij hem in bet oo genblik, dat hij razend van woede was, nog had bespot en getergddat krenkte hem en vervulde hem met haat tegen zij ne vrouw, tegen zich zelf, tegen de we reld, zijne medemenschen en zijn leven. Dat was te veel voor hem. Voortdurend zweefde hem, terwijl hij daar in de huog- te arbeidde, haar beeld voor oogen, zooals zij hem hoonend had nitgelacheD, terwijl hij in de grootste razernij haar bijna had gewurgd en hij wist het, trots alles had hij haar nog lief, zelfs al verachtte en hoonde zij hem Met afschuw dacht hij er aan, dat dit zoo niet langer kon blijvenin den groot sten aDgst schilderde hij zich at, dat dit nog erger zon wordendan zou hij wederom op haar losspringen, haar dooden of eenig ander leed aandoen Gru welijk en ontzettend scheen hem dat denkbeeld toede moordenaar zijner vrouw te kunnen worden, dat nooit En met den uitroep „Voor dat ik haar dood, dood ik liever mijzelf I* sprong hij van den steiger in de diepte en viel zich op de straat te pletter Velen menschen schoten toe en omring den den doode. Ondankbaarheid is steeds een soort van zwakheid. Ik heb nooit gezien, dat flinke menschen ondankbaar waren. Goethe Wees oprecht, wees eerlijk, zooals gij zijt, verberg niets, geef aan niets een schoonen glimp; als deze edele wapens niet voldoende zijn, dan is het beter, in 't geheel niet te overwinnen, dan slechts één dag de zegepraal te behalen. Steene hetgeen Ilse bij andere gelegenheden zeker zon zijn opgevallen. Terwijl bij met haar babbelde en haar allerlei aardige ontmoetin gen vertelde, liep hij, zeer tegen zijne ge woonte, de kamer met groote passen op en neder en het scheen voor hem eene verlos sing, toen hij haar eindelijk goeden nacht toeweDschen mocht. Over haar ongelakkig optreden was tns schen hen beiden geen woord gesproken, evenmin als dat zij beiden een woord over baron Memlinger hadden gerept. Een paar maal had Ilse bet ter sprake willen bren gen, maar dan had zij hem ook de bood schap van den schouwburg moeten zeggen en een soort van medelijden hield haar daar van terug, om hem nu reeds die zaak te apenbaren. De vernietiging harer toekomst was voor hem een niet minder harde slag dan voor haar zelve en daarom, zoo oor deelde zij, zou hij die tijding altijd nog vroeg genoeg ontvangen. Ook den volgenden morgen was de student reeds uitgegaan, voordat Ilse met haar toi let gereed was. En toch had zij, na een slapeloozen nacht, reeds vroegtijdig baar bed verlateD. De zekerheid, dat vandaag Theo- door Rudeck's brief komen moest, dreef haar reeds vroeg in den morgen het bed nit. Luisterend stond zij aan de deur, of zg den zwaren stap van den ouden, haar welbeken den postbode ook boorde, en de uinuteo, die zij daar stond te wachten, geleken haar etne dnldelooze eeuwigheid. Daar eindelijk - eindelijk hoorde zij het stappen van den bode op de trap. Zg drnkte de banden stijl tegen de borst, want eene hevige opgewondenheid roofde haar bijna den adem. Een paar seconden lang moest de man buiten bet portaal wach ten. Ilse had wel naar beneden willen snellen, maar hare knieën sidderden en ha re voeten ontzegden haar den dienst. Zoo doende ging dan ook hare hospita naar be neden en Ilse boorde, dat de postbode tot haar zeideDitmaal is het slechts eene coorant voor jnffronw Forbach. Maar haast je maar niet hoor, want er staat vandaag niet te veel goeds over haar in, en zij zal er nu juist niet veel plezier van hebben." Een sterke lijdt, zonder klagen, maat een zwakke klaagt, zonder dat hij lijdt. MoNTESqUIETJ. Wat zonden velen zich verwonderen, als zij wisten, hoe gemakkelijk een goed woord eene goede plaats vindt, en vooral, hoe eene oveiwinning, door zachtzinnigheid behaald, het wint van tien, door geweld verkregen. Mevr. Tourtes. De voortreffelijkste man is hij, die met vreeze overlegt en al het mogelijke bedenkt, dat hij zal moeten ljjden, maar kloekhartig is, wanneer het op de uit voering aankomt. Heeodotus. Evenals een stilstaand water wemelt van wormen en ongedierte, zoo vermenig vuldigen zich slechte gedachten bij een lui mensch. Dr. Paul Ladame. Gelnkkig, wien het gegeven is, in ruimer kriDg voor velen veel te zijn 1 Gelukkig, wien het zichzelf geven tot een woord des levens werd, ook in klei ner kring. E. Sïiellen. Van Sesostris II, Koning van Egyp te, die ongeveer 1400 jaren vóór Christus leefde, wordt verhaald, dat hij de konin gen, die hij gevangen genomen had, dwong, om naar de rij al zijn wagen te trekken. Een dezer koninklijke slaven hield op ze keren dag zijn blik vast gericht op de wielen van den wagen en scheen in de beschoowiDg daarvan verzonken te zijn. Toen Sesostris dit bemerkte, vroeg hij hem, hoe hij aan zulk een nittig voorwerp zoo groote aandacht kon schenken Deze ant woordde „Het vallen van de spaak, die een oogenblik boven was, naar de onder ste plaats toont mij de ijdeiheid en ver gankelijkheid van het leven. Voor eenigen tijd zat ik bovenaan, nu lig ik onderop. Heer Koning 1 gij zit thans bovenaan, wie weet, hoe spoedig gij ook onderop kunt lig gen." Sesostris moet de waarheid dezer op merking gevoeld hebben en zich later niet weder door dien koninklijken slaaf hebben laten trekken. Zijne vrouw behoorde ook tot het schouw- burgpersoneel en zoodoende stelde hij eenig belang ia de jooge tooneelspeelster. Ilse wachtte, tot hij verdwenen was, vervolgens opende zij hare kamerdeur. „Geef mij de courant, juffrouw Siewert!" „Er is immers anders niets voor mij geko men niet waar „Neen, Maar wat ziet ge er ontroerd uit juffrouw I Ge moet eerst gaan ontbijten voordat ge de coarant leest". „O, ik ben heel goed hoor", verzekerde Ilse met een gedwongen glimlach. „Geef maar hier 1" In de kamer zonk zij echter in een' stoel neer, de coarant viel op den grond en zg sloeg hare handen voor het gelaat. Hij had niet geschreven bet was dos nit I In eene overmoedige luim had hij den gek met baar gestoken en zich tervolgens als een lataard uit de voeten gemaakt, om dat hij er bevreesd voor was, dat zij zijne woorden voor waar zou hebben opgenomen. Zij bad zich vernederd, toen zij op eenig teeken van teven van hem wactute, als op eene verlossing mt hare ellendige positie. Na echter bad zij zicb genoeg vernederd. Met rnw geweld verbande zij hem en alle aan gename herinneringen aan hem oil haar hart en nooit mocht een menschelyk wezen ervaren, welk eene hittere pyn baar deze eerste ont goocheling had gebracht- Wanneer haar le venspad ooit weder het zijne krniste, moest Tneodoor Rudeck nooit de genoegdoening hebben, dat hjj haar ongelukkig gemaakt had. Als een vreemde zou zij hem behand.len, vriendelijk en beleetd, en dat zou zij net zoo lang doen, tot haar arm hart tot rusi geko men was en hij werkelijk een vreemde voor haar geworden was. Eerst, toen zij toevallig met haar voet te gen de courant stiet, kwamen haar de woorden van den brievenbesteller in de ge dachte. Zij raapte het blad op en zocht naar de rnoriek met het haar zoo welbeken de bovensehritt. Zg koesterde volstrekt geen vre8s voor hetgeen sij daar zou lezen. Dat alles liet haar volkomen kond. Zij had den lijdensbeker tot den bodem gele digd, zoodat de paar droppelen, die er nog in mochten zijn, haar geen leed meer kon den aandoeD. Zij las, en een laobje, een werkelijk lachje, speelde er om hare lippen- Na deze critiek was een weder optreden hjj het stads-theater eene onmogelgke zaak geworden. Wanneer haar directeur niet reeds gisteren hare rollen opgevorderd had, zon hg het du zeker vandaag hebben ge daan, en zy zou het bem niet kwalyk heb ben mogen nemen. Hare positie was in deze stad onmogelijk geworden en wat er nu van haar worden moest, dat wist God alleen. Telkens opnieuw las zij de critiek alsof zy de snydende woorden, die schynbaar zoo scherp en pikant mogelyk gesteld waren, voor een wig in hare gedachten griffen wilde. Eerst toen de hospita met het ontbyt bin nenkwam, vouwde zij het blad in elkander. „Gaat de juttrouw vandaag niet naar de re petitie vroeg de vrouw op goedmoedigen toon, met bet doel, hare hnurster door een praatje een weinig op te vroolyken. En toen Ilse slechts het hoofd schudde, ging zy vriendelijk voort: „lk weet, dat ge met veel gelnk gehad hebt met uwe nieuwe rol, maar ge moet daarover het hoofd niet zoo laten hangen. Een andermaal zal het wel weder beter gaan. Ziet ge, jnt- ferije myn man is een zeer handig kleer maker. Elf jaar lang heeft hy by Kessel en Muntmann in Berlijn gewerkt. En in dien tijd heett by ook wel eens eene broek of jas verknip!, maar daar moet men zich aan ook niet al te veel van aantrekken. Bij de honderd goede broeken mag er ook wol eens eene slechte zyn- En dat kan by het tooneelspelen even goed gebeuren als bij de kleermakerij*. „Ja, ja, gy hebt gelijk, waatde juffrouw j Siewert het is allemaal hetzelfde," brak Ilse met een mat lachje den goedgi.meenden woordenvloed at. „Eu ik ^al aan de verknipte broek van nw' man denkeu, wanueer ik nog eens in de verzoeking mocht komen, mij over myn ongeluk te beklagen*. Op het aandringen van hare hospita tracht te zij ook iets te gebruiken van het ontbijt maar geen enkele bete wilde baar door de keel en zij was blijde, dat zij onder een voorwendsel de vronw de kamer had uitge kregen. Wellicht had het goed en kalmee rend op hare stemming gewerkt, wanneer zy een poosje naar buiten gegaan was, maar zjj zon het met hebben kunnen verdragen, een mensch te ontmoeten menschen, die haar mogelykerwjjze kenden en die haar in hars rol van gisteren avond hadden zien optre den ;zy zon wellicht medelijdende,geringwiist" tende blikken hebben moeten verduren geen enkele inwoner der kieiue stad, of bij bad de critiek in het ochtendblad gelezen. Het gig gelen en fluisteren achter haar rog, zy ge looide het nn reeds te hooren, eu voor geen geld van de wereld zon zij zich nu op straat vertoond hebben. HOOFDSTUK VI. Langiaam, ondraaglijk langzaam gingen de oren voorbij. Ilse hooide wederom, hoe bniten de bel ging, en nogmaals sloop een laatste straal van hoop haar hart binnen. Zij luisterde eene poos, nu hoorde zy den klank van eene dn ge mannenstem, eene stem, die haar nooit sympathie had inge boezemd en die haar nu geheel tegenstond. En zy had hare hospita vergeten te zeg gen, dat sij voor niemand te spreken was. De vrouw Klopte in haie groote hulpvaar digheid reeds aan de deur. „Die heer, die er al reeds nog eens is ge weest, is daar juttrouw. Hy moet n nood wendig spreken". Ilse keek niet eens in den spiegel, hoe zij er nit zag, vooraleer zij hare kamer uit ging. Of zjj leeljjk ot mooi was, het was haar heueltde en op du oogenblik gansoh on verschillig. Op den donkereD gang reikte sQ Sleinacker de hand. Wilt gy zoo goed zyn, in de kamer van myn broeder te gaan, mijnheer de arohiteot, jammer genoeg 1b Walter met thuis." „Ik weet het, juttrouw Forbueb, want on geveer een kwartier geleden heb ik bem ge sproken." Hij was nog zorgvuldiger gekleed dan by zyn eerste bezoek en zyn gelaat was nog strakker en stijver. Afgemeten wachtte bjj, totdat Hbo plaats genomen had, vervolgens zette hjj zich tegenover baar in een rolstoel neder. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 2