Wij zouden den beer Mr. v. d. Kaay" dan ook wel willen vragen, of bij voor dergelijke zeer vereerende candidaat- stelling maar niet zou bedanken. Hinnenlandsch Nieuw s. Wieringen. Kolhorn. Het Alkoholvraagstuk, gram, nog volstrekt niet alle regeling omtrent dat punt is weggenomen, en laat een voor een de verschillende arti kels, die in dergelijke contracten moeten worden opgenomen, de revue passeeren en toont ten duidelijkste aan, dat op dat gebied nog veel zal vallen te rege len en alle mogelijke vrijheid van han delen is gelaten. De heer Fokker gaat, nadat hij de over wegingen, die tot het opmaken van het programma hebben geleid, heeft aange stipt, tot de bespreking van enkele punten van het programma van urgen tie over. Omtrent het kiesrecht is reeds in '94 beleden eene zoo ruim mogelijke uitbrei ding, los van eiken band van belasting. Dit punt heeft al reeds veel ergernis gegeven. Het bestuur der Lib. Unie heeft gemeend, dit punt niet op het pro gram van urgentie te moeten opnemen, ofschoon de nieuwe regeling van het kiesrecht zeer onbevredigend genoemd kan worden. Spr. gaat na, dat, door de behande ling van het kiesrechtvraagstuk weder aan de orde te stellen, vele andere be langrijke zaken zouden worden tegen gehouden en dit punt een kapstok zou worden, waaraan alle andere zaken, die afdoening eischten, zouden worden op gehangen en zouden zoodoende de mannen, die het kiesrechtvraagstuk weder aan de orde stelden en die op afdoening van andere belangrijke vraagstukken hebben aangedrongen, juist degenen zijn, die dergelijke zaken tegenhielden. En zoo doende hebben zij, om de kieswet van de baan te helpen, deze wet helpen aannemen. Art. 3 van de kieswet van den heer Tak werd met groote meerderheid in de Tweede Kamer aangenomen, zoo ver volgt Spr. In dat artikel werd als ken merk aangenomen, dat men zijn huis gezin kon onderhouden, in het volgend artikel werd over dit punt uitvoeriger gesproken. In de nieuwe wet wordt het feit, of men kiezer kan worden, vastgeknoopt aan de bepaling, dat men zijne personeele belasting kan betalen Spr. stelt nu door een voorbeeld tus- schen de steden Arnhem en Middelburg bij de vroegere patentheffing duidelijk in het licht het gevaarlijke, dat aan eene dergelijke maatstaf is verbonden. In 1820, zoo zegt Spr., was Middel burg eene zeer welvarende plaats en Arnhem een plaatsje van minder ge halte. Dus was het patent te Arnhem heel wat lager dan te Middelburg en nadat na verloop van jaren de verhou ding was omgedraaid, kon men de tabel bij de patentwet niet veranderen, daar dan daardoor ook aan het kiezers aantal getornd zou moeten worden, en zoodoende bleef men in eene gemeente, die minder welvarend was in vergelij king van de andere, meer welvarende plaats, toch in de eerste plaats een hoo- ger patent betalen. Ook in deze wet heeft men het kiesrecht vastgeknoopt aan belasting, personeele belasting en het behoort volstrekt niet tot de onmo gelijkheden, dat door het aanleggen van verkeerswegen eene streek, die nu min der welvarend is, in vooruitgang zal toenemen, en dus die andere gemeente in vergelijking met deze laatste te hoog zal worden aangeslagen. Spr. spreekt ten slotte de meening uit, dat aan de uitbreiding van het kiesrecht eerst eene grondwetsherziening zal moeten voor atgaan. Naast, of liever boven het kiesrecht komt het punt, of de staat regelend zal tusschenbeiden treden, om misstanden in arbeidscontracten te voorkomen. Spr. acht de 3 of 4 artikelen, die in de wet nu aan dit punt gewijd zijn, meer dan on voldoende Het sluiten van arbeidscon tracten is iets, dat het meest van alles voorkomt, maar men doet het in de practijk zonder er veel aandacht aan te schenken, 't treft ons niet meerbij het sluiten van dergelijke contracten is er nauwelijks sprake van loon, dat wordt geregeld naar de plaatselijke gewoonten, op schrift wordt er niets geplaatst; 't is iets, waar bijna geen aandacht aan wordt geschonken. Toch noemt Spr. het in het algemeen belang, dat de staat in deze beschermend optreedt, om de verplichtin gen van beide zijden beter te regelen. Daarna gaat Spr. in 't kort na de be perking van den arbeidsduur, ook voor volwassen arbeiders. Ten onrechte, zoo beweert de heer Fokkerheeft men ons aangewreven, dat wij eene wettelijke re geling van den arbeidsdag of wellicht wel een 8 urigen werkdag wenschten. Gewe zen werd ook op een wekelijkschen rust dag, zooveel mogelijk den zondag, maar ook op dit punt was alle mogelijke ruim te gelaten, en volstrekt geen sprake van te engbindend. Invoering verplichte verzekering tegen invaliditeit en ongelukken ten voordeele van den arbeider, en dit ten deele op kosten van den staat. Alleen ten opzich te van de verplichte verzekering heeft de Unie zich bindend uitgelaten. Dit acht Spr. met 4jet oog op de zorgeloos heid van de jeugd zeer gewenscht. In een persoonlijk voorbeeld duidt Spr. aan, dat het persoonlijk initiatief en het niet verplicht verzekeren zeer moeilijk is en in vele gevallen de ver zekering van dienstboden door het ver laten harer betrekking, weggegooid geld genoemd kan worden en de bedoe ling, die men zich voor oogen gesteld heeft, volstrekt niet bereikt wordt. Voor al legt Spr. er den nadruk op, dat de verzekeringen gesloten moeten worden als men jong is, daar dan de premie laag is. "Wat het aandeel van het rijk in de kosten betreft, wanneer men kan aangeven, dat het geld op andere wijze verkregen zal kunnen worden, zal de Lib. Unie er niet op blijven aandringen, dat het juist vanwege den staat geschiedt. Nu heeft de Unie de verzekering ver plichtend gesteld, maar, vraag ik u, zoo zegt de heer Fokkeris daarmede nu al reeds aangegeven, hoe die zaak geregeld behoort te worden. Zijn nu door die enkel6 formule reeds alle moeilijkheden uit den weg genomen En nu gaat de heer Fokker in 't kort na, op welke wijze hij eene dergelijke pensionneering gaarne zou zien ingericht. Daarna wordt met een enkel woord aangestipt de woningstoestanden en het onteigeningsrecht Bij het eerste punt wordt men verwezen naar het zeer uitvoerig en belangrijk rapport, door de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen uitgegeven. Bij de onteigening vooral,waar de zedelijkheid en gezondheid dat gebiedt, acht Spr. het noodzakelijk, dat de staat tusschenbeiden treedt. Te veel wordt in dit opzicht in den tegenwoordigen toestand aan de gemeente besturen overgelaten. Spr. wil slechte woningen onteigend zien en meteen moet er voor goede woningen worden gezorgd en deze moeten voor matigen prijs be woond kunnen worden en ter bewoning gegeven worden. De algeheele behandeling van de armenwet zou Spr. te ver voeren, maar gelooft toch, dat allen het met hem eens zijn, dat in deze richting veel kan worden gedaan. Armenzorg bepaalt zich tot dusverre tot een politiemaatregel en er wordt slechts mondetjesmaat gegeven. Behartiging landbouw, veeteelt, handel en nijverheid, maar door geen bescher mende rechten. Landbouw, veeteelt, handel en nijver heid, ze mogen niet als vijanden of tegen standers beschouwd worden, maar als medehelpers en medestanders. Niet door bescherming, en met die woorden is de heer Fokker het van ganscher harte eens. Spr. gelooft,dat het voor het nederlandsche volk volstrekt geen voordeel zal geven. Daarin ziet Spr. bevoorrechting van het kapitaal; die beschermende rechten zul len juist ten nadeele van den kleinen man komen. Bescherming is een slecht middel voor een slecht doel. Is er bescherming noodig Overal hoort men de meening verkondigende nijverheid is kwijnend. Spr. gelooft niet, dat zulks het geval is. Denk eens aan dien burgemeester van 's-Her- togenbosch, die eene tentoonstelling te dier plaatse zoo toejuichte, om daarme de te kunnen aantoonen, tot welk een trap de nijverheid in de provincie Bra bant gestegen was. Denk eens aan dien burgemeester van Tilburg, die zich in 1896 tegen protectie verklaarde, die beweerde, dat de zaken in Tilburg uitstekend gingen en volstrekt geen bescherming noodig hadden. Wat heeft die arme man daarover het noodige moeten hooren. Fluks werd door de toongevers, die hij had durven weer spreken, de kamer van koophandel bij eengeroepen en werd die burgemeester, die zoo'n beetje voor enfant terrible had gespeeld, in het ongelijk gesteld en werd met algemeene stemmen aangeno men, dat bescherming hoogst gewenscht was. Door Spr. werd eenige jaren geleden aangetoond, dat de toestand van de nij verheid niet achteruitgaande kon zijn. In allerlei verslagen van verschillende corporatiën, kamers van koophandel, enz., las mendie fabriek gaat goed, die fabriek wordt uitgebreid, enz., en wan neer men dan dacht, in het resumé o- ver den algemeenen toestand te zullen vinden, dat de toestand van de nijver heid florissant genoemd zou worden, las men daar juist het tegendeel en werd niet anders gewag gemaakt dan van slapte en malaise. Zouden onze buren met hunne bescherming er zooveel beter aan toe zijn, bloeit daar de landbouw dan zoo, vraagt Spr. Hij is wan een tegenovergesteld gevoelen. Het adres van de meelfabrikanten aan de Tweede Kamer, waarbij zij vra gen, dat er middelen worden aangewend, om die overstrooming van buitenlandsch meel tegen te gaan, geeft Spr. een middel aan de hand, om aan te toonen, dat invoerrechten niet deugen Opmerking verdient het, dat in Frankrijk de fransche tarwe gedeprecieerd wordt.Voor tarwe, die van uit het buitenland Frankrijk wordt binnen gevoerd, moet fr. 7 per 100 kilo be taald worden. Wanneer dat vreemde graan Frankrijk weder wordt uitgevoerd, krijgt men die fr. 7 natuurlijk terug, maar die fransche tarwe, die feitelijk door de in voerrechten 7 franc in waarde gestegen is, krijgt niets terug en wordt de fran sche boer zoodoende beperkt in zijn uit voerhandel. Ook moet volgens Spr. niet uit het oog worden verloren, dat door die protectie ook het veevoer duurder moet worden gekocht. Als tweede bewijs tegen protectie voert Spr. aan het volgende In de jaren '35 tot '45 bestonden er in ons land be schermende rechten, zoogenaamde schaal rechten. Dat wilde zooveel zeggen, als dat het graan altijd tot voor een zekeren prijs gekocht moest worden. Betaalde men lager, dan moest er zooveel aan schaalrechten betaald worden, dat de ge- eischte som toch bereikt werd, hetgeen voor speculanten, die met de zaakjes goed op de hoogte waren, weieens aar dige winst kon opleveren. Van dit al les genoot de boer evenwel zoo weinig, dat in '47 of '48 het dringend verzoek uit het noorden des lands kwam, «waar zij nu juist weer om protectie roepen, om die bescherming af te schaffen. De heer Fokker wijst nu op het pro gram van actie, waarbij een nieuw mid deltje is bedacht, daar worden ook nog premies uitgeloofd, en wordt tevens nog de belofte gedaan, den vleeschaccijns af te schaffen. Heel mooie woorden, schoo- ne beloften, want ook zal de vetweider nu zijn deel krijgen. Spr. wijst op het zotte in de vergelijking, dat men aan de eene zijde bezig is, den accjjns at te schaffen en dus een levensmiddel goed- kooper maakt, en aan de andere zijde invoerrechten wil heffen, en zoodoende een levensmiddel duurder maakt. Mr. lokker voorspelt, dat er van al die schoo- ne beloften weinig terecht zal komen door cijfers toont Spr. aan, dat de in voerrechten per huisgezin ongeveer f 12 per jaar zullen kosten Ook die premie kan zich niet verheugen in de sympathie des heeren Fokkerdure controle zal daarvan de oorzaak zijn, overal zal men personen het land moeten doorzenden, om de boeren te contröleeren, wil men het doel, dat men zich voor oogen heeft gesteld, bereiken en zoodoende zal aan onkosten een groot deel der gelden worden verslonden. Spr. wijst er ook nog op, dat men door het geven van eene premie, de inlandsche productie van de granen zal verhoogen en zoodoende min der buitenlandsch graan zal worden in gevoerd en dus ook minder invoerrech ten zullen worden ontvangen en daar door de vleeschaccijns wel eens niet gemist kon worden. Spr. wordt bij het nagaan van dit alles zoo herinnerd aan dien welbekenden, grooten hoed, waaronder men velen zou wenschen te vangen. De heer Fokker is van oordeel, dat de landbouw zal moeten worden gehol pen, maar niet door protectie. Het verbeteren van middelen van ge meenschap, het afschaffen van tol len, het verkrijgen van goedkoop verboer, beter en goedkooper crediet, bevordering van coöperatie, coöperatie waar het betreft den aankoop van graan en anderszins, betere verkoop in het buitenland, het vormen van een soort syndicaat, proefvelden, stamboeken, vak onderwijs in tuin- en landbouw en hoef beslag, onderzoekingsstations, waar de landbouwers hunne producten kunnen doen onderzoeken, dat noemt Spr. zoo veel middelen, die den landbouw zullen kunnen helpen. Spr. wijst er vervolgens nog op, aan de hand van een rapport van Dr. Bruins- ma in de Yragen des Tijds, dat in de jaren van '50 tot '92 men er in geslaagd is, meerdere opbrengst van den grond te verkrijgen en gelooft, dat er in die rich ting nog zeer veel zal kunnen worden gedaan. Dus is het programma der Li berale Unie aanvaard, zij wenscht, dat dit program zij een richtsnoer, geen eng keurslijf. Dit program gaat volstrekt niet te ver, maar voldoet aan redelijk gestelde eischen. Wanneer men zegt, dat het met een radicaal sop is overgoten, of dat de aanhangers van het program verkapte socialisten zijn, zooals de beaufort geliefde te zeggen, laat ons dan het oog wenden naar het buitenland, dan zal men zien, hoe ver Nederland daarbij nog ten achter staat. Dan zult ge zien, dat de Lib. Unie geenszins te ver is gegaan, maar dat zij een open oog heeft gehad voor de nooden der minder bedeelden. Meent ge, zoo eindigt de heer Fokker dat ik niet te ver ga, meent ge, dat ik in uw geest heb gehandeld, geef dan door het invullen van uw stembiljet daarop antwoord. De heer P. bui» Jz. brengt daarop den heer Fokker dank voor de eenvou dige en duidelijke wijze, waarop hij eenige punten van het programma der Liberale Unie heeft behandeld en voor de bereidwilligheid, waarmede de heer Fokker heel uit Middelburg is overgeko men. Wanneer sommigen mochten be weren, dat deze verkiezing van geen be lang is, daar de afgevaardigde bijna geen zitting in de kamer zal nemen, moet de heer Buis daar krachtig tegen protesteeren, want Spr. hoopt, dat door deze verkiezing zal bewezen worden, dat de vrijzinnige beginselen in het district Alkmaar zullen zegevieren en sluit daarna de vergadering. Dinsdagavond trad in het Café „de Nachtegaal" te Alkmaar de heer E. Fokker op en als curio siteit op verkiezingsgebied willen wij het volgende meedeelen In zijne lezing wees Mr. Fokkernaar aanleiding van een in de Alkmaarsche Courant (Herm. Coster en Zoon) voor komend artikel, op de zinsnede dat door de minderheid in de liberale part ij, zonder eenig overleg, zonder de minste po ging tot toenadering, een candidaat wordt geprocla meerd, wiens beginselen staan tegenover die van den afgevaardigde, wiens plaats h ij zou moeten innemen. Mr. Fokker vroeg, nadat hij op het punt van toenadering, dat aan de Cen trale kiesvereeniging gegeven was, had gewezen, of eigenlijk wel samenwerking mogelijk was, tusschen partijen, die volgens de Alkm. Crt. in beginselen lijnrecht tegenover elkander stonden In het debat en nu komt hetgeen, waarop wij voornamelijk de aandacht vestigen, trad Mr Boelmans ter Spill op en verklaarde, dat men volgens hem goed gedaan had, wanneer men de can- didatuur van Mr. Fokker had gesteund. Daarna zegt Spr., dat er in de Centrale kiesvereeniging nog nooit, en dit tee kent, volgens Spr den bloeienden poli- tieken toestand dier vereeniging, het pro gram der Liberale Unie is behandeld en dat volgens hem de Centrale kiesver eeniging geen beginselen heeft. Dus de centrale kiesvereeniging te Alkmaar, waarvan de heer Boelmans ter Spill nog lid is, heeft geen be ginselen en daar er in de zaal ge noeg personen aanwezig waren, die als lid van die vereeniging hadden kunnen en ook moeten protesteeren, wanneer zij van het tegendeel overtuigd waren, kunnen wij de uitspraak van den heer Boelmans ter Spill voor waarheid aanne men. Vergadering van denKaad der Gemeente Haringcarspel, den 12 April 1897, tegenwoordig alle leden. Na opening der vergadering door den Voorzitter, worden de notulen van de vorige vergadering voorgelezen en goedgekeurd. Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat van h.h. Ged. Staten dezer provincie goedgekeurd is terug ontvangen a. het besluit tot onderhandsche ver huring aan A. Smit van het postkantoor te Dirkshorn b. het in de vorige vergadering vast gesteld kohier van den hooldelijken omslag dezer gemeente voor 1897. Voor kennisgeving aangenomen. Wordt overgegaan tot benoeming van leden voor het stembureau. Benoemd worden voor de verkiezing op 20 April a. s. van een lid voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de heereoW. Go- vers en C. Bijpost. Voor de periodieke verkiezing in Juni a. s., de heerenC. Bijpost en A. Borst. Voor de verkiezing van leden voor de Prov. Staten, de heeren W. Keesom en C. Groot. Voor de ver kiezing van leden voor den Gemeenteraad, de heeren W. Ktesom en J. Schoort. Daarna volgt eene bespreking over de belooning, over 1896 toe te kennen aan de hooistekers. Overeenkomstig het voor stel van den Voorzitter wordt besloten, aan ieder hunner eene toelage te verleenen van f 2.50. Voorts worden op deze belooning dezelf de personen als in 1896 ook voor 1897 tot hooistekers benoemd, zijnde Voor Dirkshorn en de Woudsmeer, P. Dekker Pz. en P. Iloogeboom. Voor Schagerwaard, Vennik en Koeten burg, G. Kuiper en WSmit. Voor Slootgaard, Waarland en Speketer, Jan Dekker Wz. en P. Hoedjes. Voor Tuitjenhorn, Kalverdijk en Kerk buurt, C. lesselaar en Jb. Burger. Door Burgemeester en Wethouders wordt aan den Raad aangeboden het verslag van den toestand dezer gemeente over 1896. De gewone rondvraag niets opleverend, wordt de vergadering gesloten. J. 1. Zaterdagnamiddag had aan de Burgervlotbrug een treurig ongeluk plaats. Door het omslaan van Let zeil, geraakte de 21-jarige zoon van een daar voorbij varenden schipper in het N. H. Kanaal, met het droevig gevolg, dat hij het leven verloor. Wel werden door de daar aanwezige schepensloopers nog pogingen tot redding aangewend, en wist de ongelukkige zich enkele oogenblikken boven te houden, doch toen zijne redders reeds naderden, verdween hij in de diepte, zijn lijk werd eenige uren later opgehaald. Van de boeken der #V o 1 k s- bibliotheek Barsingerhorn" is in het af- geloopeu win ter-halfjaar gebruik gemaakt door 60 gezinnen uit Barsingerborn en de wijken, die gewoonlijk gerekend worden, daaronder te behooren. Zij, die deze nuttige instelling indertijd in het le ven hebben geroepen en haar met eene geringe bijdrage in stand hebben gehou den, mogen dit met genoegen vernemen. Het onderhoudswerk aan de gebouwen, spoorbanen en den aanleg steiger op de Quarantaine te Wierin- gen, is gegund aan den laagsten inschrij ver, den heer C. Kroon aldaar voor f946.00. J-l. Zaterdag werd te Wlö- ringen aanbesteedde levering van grint en puin voor 't Heemraadschap ingekomen waren 8 biljetten en wel van de heerengrint puin van Koppenhage, Utrecht, f 1.87— f 1.98 per M1 J. Jongkind, Wieringen, 1.99— 1.85 S. Dekker, x ?g J. WeenenAzn., Hasselt, „1.80 J. Rotgans, Wieringen, 1.76— 1.82 8. Numeijer, 2.12- 1.89 C. Kroon, 3 00 D. Lont, B 1.87 De levering is gegund aan de laagste inschrijvers. lot hoofdingelanden in het heemraad schap Wieringen zijn herkozen de heeren D. D. Mulder en Jb. N. Keijzeren werd benoemd de heer J. Pz. Bakker. De visschsrsvloot te Kol- born ziet er op het oogenblik keurig netjes uit. 't Is een liefhebberij te zien, met welk eene zorg de vaartuigen voor de 1 aanstaande campagne in orde worden ge- btacht. Deze week zijn er ook paar splinternieuwe schepen bij pP^ ee" f die in hunne soort een sieraad omgeving zijn. Met de ansjovi^ mee, zullen er de volgende maand twintigtal in de vaart zijn. Het poten der aardappelen jg wcj zijd in vollen gang. De grond js ta de nachtvorsten der laatste dagen Zeef geworden e.n laat zich gemakkelijk b ken. De tuiniers hebben ook niet*5'" klagen. Het behandelde zaad der vers V, i' lende voorjaarsgroenten regende prach mooi in en krop en snijsla, spinszje 1 dijs, tuinkers en koolplanten begin zich al aardig te vertoonen. Erwteo peulen staan op het doorkomen, S| V een weinig zon en alles leeft in ■ten. De ooftboomen houden hunne kn jes nog zorgvuldig gesloten; en hebben zij gelijk in ook, want hier bev,t htt spreekwoord veel waarheid; fHir(| loopers zijn doodloopers". Na afloop der openbare les (eind-examen) van den Landboutc-Cu sus te Wieringerwaard, welke zaterdag werd gehouden, deelde de bMj Nobel mede, dat hij wil trachten, de leer. lingen in staat te stellen, nog een j5St van het onderwijs gebruik te laten maken Wij kunnen dus voorloopig van den uitslae geen melding mikeD. De heer F. Bak. ker Jz. sprak een woord van dank en waardeericg tot de onderwijzers, de hee ren Geevers e u W ijker. Maandagmiddag te 2 uur vergaderde de Centrale liberale kiesveree niging in het hoofdkiesdistrict Alkmaar ten einde een candidaat te stellen voorde op 20 April te honden verkiezing voor een lid der Tweede Kamer (vacature De Lange). Slechts 25 leden waren ter ver gadering tegenwoordig. De keuze was verdeeld over de heeren mr. W. van der Kaay, minister van justitie, mr. E. Fokker (candidaat der 3 kiesvereenigingen, aange sloten aan de Liberale Unie), en jhr. mr. P. van Foreest, wethouder van Heiloo. Tot candidaat werd gesteld met 13 stemmen mr. W. van der Kaay. Op den beer Van Foreest waren 8 en op den heer Fokker 3 stemmen uitgebracht, ter wijl 1 stem in blanco was ingeleverd. Een voorstel, om de candidaatstelling tot woensdag te verdagen, omdat de heer Fokker heden in Alkmaar eene politieke redevoering zal houden, werd met bijna algemeene stemmes verworpen. Men had zekerheid, dat de heer Van der Kaay de candidatuur zou aannemen, indien althans geacht werd, dat zijn naam in deze verkiezing geen verdeeldheid zou breogen en indien geen andere candidaat zich voordeed, dien men ook geschikt achtte. Zeker zou ook prof. Pierson zijn voor gesteld, indien deze niet bij een van hem ontvangen schrijven had te kennen gege ven, geen candidaat voor dit district te kunnen zijn, omdat hij elders (Delft) was gesteld met warmte werd de heer Fok ker door dr. Pierson aanbevolen. Zondagochtend werd in den hooiberg bij de wed. Clay te HAAR LEMMERMEER gevonden het lijk van een man, die zich door ophanging van het leven had beroofd. Naar het signale ment te oordeelen, is deze persoon de voortvluchtige bode van het departement van koloniën, wiens opspoting en aanhou ding gevraagd werd. Het lijk is overge bracht naar hel lijkenhuis te Hoofddorp. besproken door de H. H. Sctermer- horn van NIEUWE NIEDORP, Weeder van HUGOWAARD en Melchers van ZUIDSCHARWOUDE, in de kolfbaan van den heer P. Elot te DIRKSHORN, op maandag den 12 April 1897. Eene goed gevulde zaal: 100 k 120 personen van allerlei rang en stand, waaronder ook eenige vrou wen en meisjes. Eenige jongelingen en jongedochter», van elders opgekomen, bieden boekjes te koop »an, inhoudende liederen, betrekking hebbende op de onthouding en gezongen kunnende worden op bekende wijzen. Telen der aanwezigen voorzien zich vaneen exemplaar. Te acht nnr ongeveer staat de heer Schermerhorn op, deelt den aanwezigen het doel dezer bijeenkomst mede en verzoekt een aange wezen nummer uit de aangeschafte hoekjes te zingen. Na 't eindigen hiervan zegt de heer Schermerhorn: Bij alle gelegenheden bestaat de gewoonte, te drin ken bg geboorte en overladen, op bruiloften ea feestmaaltijden, by gezellige bijeenkomsten, ja wan neer ook, men drinkt alkohol. Hoe nu over die gewoonte te oordeelen Dat blykt het best, als we nagaan, wat alkohol is. Alcohol is eene stof, die sedert de 11e eenw uit wijn ge stookt wordt. Aan dezen alcohol of wyngeest verschillen de vloeistoffen toegevoegd,en zoo verkrijgt men jenever, brandewijn enz. Nu zegt de wetenschap, dat alkohol een vergif is, evenals opium, enz. en de beroemdste ge neeskundigen uit den vreemde en ons vaderland (Pro Winkler, Prof. Stokvis, Prof. Donders) hebben d« schadelijke werking ervan aangetoond. Als dus niet ontkend kan worden, waarom wordt dan M gebruik bestendigd Omdat het een vergif is, dat langzaam *er waarvan de schadelyke gevolgen niet direct ment a zijn en ook, omdat men er smaak in vindt. Maar, zegt men, we hebben soms een borrel n dig, want hg verwarmt. Ja, schijnbaar wel, zjP Spreker, maar inderdaad wordt de temperatuur alkoholgehruik verlaagd en alweer is 't de f f schap, die dit bewezen heeft. Een borrel geeft krac H zeggen anderen, 't Ware te wenschenNeen, al o hol verzwakt en verkort den levensduur. Wel *8 men op enkelen, die een hoogen leeftijd bereiken me alkoholgehruik, maar tegenover die enkelen 8taA honderden, die vroeg sterven. Dat is eene reeds in gemaakte zaak. Levensverzekering-Maatschappijen in Engeland, Dnitschland en sedert kort ook is m» land geven korting op de premie aan onthouders, sommige zelfs tot 15 pet. I Is er ander bewys noo dig Ook als middel tegen ziekte heeft de alcoho een tijdlang dienst moeten doen en men heeft gezW°T ren, in Engeland vooral, bg de cognacflesch, doe ook hier heeft de ondervinding anders geleerd. Onthouders proeven in Engelsch-Indië en eldef» genomen bewezen het zyn beter bestand tegen on- genakken, minder vatbaar voor ziekten, dan drinker» Tjjdenseen cholera-epidemie in 1848 kwamen onib drinkers 91 percent zieken voor, onder onthoude alechts 19 percent, Wanneer nn dit alles watf1''

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 2