Donderdag 3 Juni 1897. 41ste Jaargang Uo. 3209, Verkiezingen. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Z a t e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Bureau: 8CHACE®» liaan, f) 4. UitgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. W IX K E L. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. GemeenteSchagen. Bekendmakingen. FEUILLETON. Binneniandsch Nieuws. sim i RAMT. AtïEriBitis- Lailiiïllai De ondergeteekende, Burgemeester der gemeente SCHAGEN, brengt bij deze ter voorkoming van vervolging, onderstaande artikelen der nieuwe kieswet onder de aan dacht der belanghebbenden Art. 57. Het hoofd of de bestuurder van een be drijf of eene onderneming, waarin manne lijke personen, die den leeftijd van vijf en twintig jaren hebben bereikt, arbeid ver richten in fabrieken en werkplaatsen, is verplicht te zorgen, dat ieder van die per sonen, die bevoegd is, tot de keuze mede te werken, gedurende ten minste twee ach tereenvolgende uren tusschen acht uren des voormiddags en vijf uren des namiddags, daartoe gelegeuheid vinden. Art. 58. Het hoofd of de bestuurder der in het voorgaande artikel bedoeld, is verplicht te zorgen, dat in zijne fabriek of werkplaats, op eene plaats, waar arbeid wordt verricht, gedurende twee werkdagen vóór, en op den tot stemming bepaalden tijd op ee ne zichtbare wijze is opgehangen eene door hem onderteekende lijst, de uren, in het voorgaande artikel bedoeld, vermeldende, voor elk afzonderlijk of groepsgewijze of voor allen gezamenlijk. Op de woorden arbeid" en »fabrie- ken en werkplaatsen" is 1 der Arbeids wet toepasselijk. Art. 154. Overtreding van de artt. 57 en 58 de zer wet wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen of geldboete van ten hoogste vijf en zeventig gulden. De lijst, in de artt. 57 en 58 bedoeld, is voorhanden bij den uitgever N. Samson te Alfen aan den Rijn. SCHAGEN, 24 Mei 1897. De Burgemeester, S. BERMAN. Burgemeester en Wethouders van SCHAGEN, Gezien artt. 94 en 95 der algemeene politieverordening voor die gemeente, Brengen ter algeuieene kennis, dat in het belang der openbare gezondheid alle verzamelingen van afval, VUillliS, m68t of dergelijke stoffen, zich op de er ven of andere plaatsen in de kom der gemeente bevindende, moeten zijn opge ruimd VÓÓP 15 Juni e. k. Op behoor lijk afgedekte mestvaalten zich bevindende op erven bij boerderijen, is deze bepaling niet >ao toepassing. Nalatigheid met betrekking tol het vo renstaande is strafbaar met eene geldboe te van ten hoogste f 25. of hechte nis van ten hoogste zes dagen. Schagen, 26 Mei 1897. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, S. BERMAN, de Secretaris, DENIJS. dienstjaar 1897, op den 26en dezer door den Heer Directeur der Directe Belastin gen te Amsterdam, is executoir verklaard en op heden aan den Heer Ontvanger der directe belastingen binden deze gemeente ter invordering is overgegeven. Ieder ingezeten, welke daarbij belang heeft wordt alzoo vermaand, op de vol doening van zijnen aanslag behoorlijk acht te geven, teneinde alle gerechtelijke ver volgingen, welke nit nalatigheid zonden voortvloeien, te ontgaan. Schagen, den 29 Mei 1897. Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voornoemd, S. BERMAN. VoiÈijwtli 15. „En ten laatste", zoo vertelt Ines verder, „kwam ik bij een bosch en eene beek, en toen dacht ik, dat bet dezellde moest zijn als hier bij het slot Dramaneen is. Ik liep langs den kant van die beek en volgde haar in al bare wendingen en bochten en eindelijk werd ik zoo moede, dat ik bijna niet meer op mijne beenen kon blijven staan. Na eene korte poos heb ik mij aan den kant van het water neergezet en ik bad net een gevoel, alsof ik insliep, maar Jeff buil" en blafte nel zoo lang, totdat ik w »erd." vrt ingeslapen I Dus hebben wjj -eff te danken, dat ge nu nog bjj ons zij*!4 en sir Moritz schildert zich het gevaar af, waaraan Ines beeft bloot ge staan. Ja,4 gaat bet jonge meisje voort, „ik bad zeker den dood gevonden. Ik weet, dat menscben, die in de sneeuw in slaap geraken, niet weder ontwaken. Dat viel mg tot mijn gelnk in de gedachte en die gedachte deed mg zoo ontstellen, dat ik voor een oogwenk alle moeheid vergat. Eindelijk, nadat ik weer een heel eind ge- loopen had, bereikte ik de beek bier bij Drumaneen, maar juist aan de tegenover- BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Schagen brengen, naar aanleiding van art. 228, al. 2, der wet van den 29 Juni 1851 (Staatsblad No. 85) aan belangheb benden in herinnering, dat alle vorde ringen ten laste der gemeente zullpn moe ten ingediend zijn binnen zes maanden, volgende op het jaar, waarover dezelven loopen, en dat bij gebreke daarvan de vor deringen zullen verjaard en vernietigd zijn. Wordende dus allen, die nog eenige vorderingen ten laste dezer gemeente mochten hebben over den jare 1896, uit- geuoodigd, die vóór 30 Jntii a. s. in te leveren, ten einde zich daardoor voor de nietigheid en verjaring ervan te vrijwaren. Schagen, 28 Mei 1897. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. de Secretaris, DENIJS. Het HOOFD van het PLAATSELIJK BESTUUR der Gemeente SCHAGEN, brengt bij deze ter kenDis van de inge zetenen dier gemeente, dat het kohier No. 2 der Belasting op het Personeel, „En wat deedt ge toen ?4 vroeg hg. Nu, terwijl zij zoo warm en zeker naast elkander zaten, kon bg over baar avontuur lachen. Maar als zij hem evenwel zegt, dat zij dien kokenden waterplas is overge trokken op dezelfde wijze, als hij dat de vorige maal met doodsangst had moeten aanschouwen, is zijn gelaat een en al ernst. „En Dandy, het kleine ding, moest ik op mijn arm nemen, het was te bevreesd, om te zwemmen. De andere honden echter volgden mg allen. Ik weet zelve niet, hoe ik, zonder te struikelen, over dien vloed ge komen ben. Eenmaal gleed ia van een steen af en daar lag ik bijna in het water, gelukkig echter bereikte ik met een sprong den oever en toen was alles goed.4 „Dat is het laatste uitstapje, dat ge al leen ondernomen hebt,4 zegt sir Moritz beslist. „Weet ge Iecs, ik wou voor hoe veel ook niet dien dag van gisteren tog eens doormaken.4 „Het was zoo lief van u, naar mij te zoe ken,' fluistert Ines, oo zij denkt aan de koude en het ongemak, dat hij ter wille van haar bg het zoeken geleden heeft. In dit oogenblik gaat de deur opeu en lady Dermot, die heel goed weet, wat de uitdrukking beteekent, die er nu op het ge laat van sir Moritz zetelt, gevoelt zich zeer onaangenaam aangedaan. „lues," roept lady Dermot zacht, „ik heb n reeds overal gezocht, kom, ga mee, kiDd." Ines gehoorzaamt dadelijk, onbevangen, terwijl sir Moritz plotseling, tot aan de slapen blozend, zich naar zijne schrijftafel begeeft. „Mijn lief kind,4 begint lady Dermot, zoodra zij het salon hebben bereikt, „gij egt nog zeer onervarenmaar toch moest ge reeds weten, dat het een jong meisje j vo'stiekt niet past, de rookkamer van een jong heer binnen te dringen.4 „Neen, dat wist ik niet, lieve tante,4 stottert lues daarbij vraagt zij zichtelve af, of tij wel ooit in staat zijn tal, om al die dingen, die du van haar geëischt worden, na te volgen en te onthouden. Zjj kan met geen mogelijkheid begrijpen, waarom het voor haar niet passend is, een paar oogen- blikken in de kamer van Moritz door te brengen, terwijl het Flora Blake geoorloofd ig, daar een halven dag te vertoeven, 't Was nog nauwelijks eene week geleden, dat Flora deze kamer binnendrong en den eigenaar noodiaakte, haar van stukje tot beetje de geschiedenis te vertellen, die er aan een schilderstukje, dat er in zijne kamer hing, verbonden was. Lady Dermot zou er om gelachen hebben, als Flora haar dat zou hebben medegedeeld en zou er aan hebben toegevoegd, dat het in die kamer altijd een groote rommel was. Ines moet er evenwel eene scherpe vermaning over hooren, dat zij met Moritz aan den schoorsteen heeft zitten praten. Wellicht ge voelt de jonge dame zelve deze onrecht vaardigheid wel, want een gloeiend rood bedekt hare wangen, als de oude lady besluit met de woorden ,'t Schijnt u nooit in uw hoofd ep te komen, dat ga sir Moritz ia deo weg kunt «jjn. Hij is te goed en lankmoedig, om a te laten bemerken, dat gg hem lastig zgt. Doch nu, trek maar niet zoo'n ongelukkig ge zicht. Ge moet u meer toeleggen op het handhaven der goede manieren en op dat gebied anderen jongen meisjes meer trach ten gelijk te worden- Ge moot het u dadelijk niet al te zeer aantrekken, als ik u «p zoo Vergadering van den Raad der gemeente ZIJPE, gehouden, op dins dag 1 Juni j.1., des morgens ten 10 ure. Aanwezig alle leden. Bij opening der vergadering lezing der no tulen, daarna goedkeuring. Voorzitter, de heer Hulst, doet mede- deeling, dat door B. en W. gevolg is gegeven aan het verzoek, door eenige raadsleden geuit, om onderzoek te doen naar de kosten, aan elk stembureau ver bonden. B. en W. meenden voor elk stem bureau f 10 te moeten vaststellen. Met algemeene stemmen wordt dit goed- gevondeodoor den heer Feisser wordt evenwel de opmerking gemaakt, dat hij de onkosten gaarne nog wat minder zag, maar bij wijze van proef, zich bij dit cijfer kon neerleggen. Vervolgens worden de verschillende stembureaux aangewezen. District 1 (Schagerbrug) verkiezing lid 2e Kamerde heeren Rulst (voorz.), de Wit en Feisser. Plaatsvervangers, de heeren v. Beusekom en Mor ra. District II (Burgerbrug)de heeren Schuijt (voorzitter), Nobel en Irancis. Plaatsvervangers de heeren Nieuwland en Zeeman. Verkiezing Provinciale Staten District I. de heeren Hulst (voorzitter), v. Beusekom en Vrijburg. Plaatsvervan gers de heeren Feisser en de Wit. District IIde heeren Schuijt (voorzit ter), Nieuwland en MorrPlaatsvervan gers de heeren Francis en Nobel. Vervolgens worden met algemeene stem men tot buitengewone stemopnemers voor den tijd van één jaar benoemd, de hee ren M. BossenJ. Blaauboer, H. Zijp P. BakkerA. Kruijer, J. Eriks en J. Otto. Verkiezing leden van den raad District Ide heeren Hulst (voorzitter), Feisserv. Beusekom en Horra. Plaatsver vangers de heerenBossenZijp en Blaauboer. District IIde heeren de Wit (voorzit ter), NobelZeeman en Nieuwland. Plaats vervangers de heerenKruijer, Eriks en Otto. De verordening, waarbij de scheiding van de twee stemdistricten voor de gemeen te Xijpe wordt aangewezen, wordt met al gemeene stemmen goedgekeurd, en waarover eenige heeren, de meening uitspreken, dat het hun gewenscht voorkomt, ditmaal de verdeeling in het aantal stemdistricten bij verkiezingen voor 2e Kamer, Prov. Staten en gemeenteraad hetzelfde te laten. Wordt voorlezing gedaan van eene mis sive van Ged, Staten, waarbij den raad wordt gemeld, dat, als bij eene verdeeling in stemdistricten wenscht bjj de verkie zing voor leden voor Prov. Staten, dat dan door den raad zal moeten wordeD aan gevraagd, en wordt zoodoende besloten, nu eveneens eene verdeeliug in 2 districten aan te vragen. Hierna wordt met algemeene stemmen goedgekeurd eene at- en overschrijving dienst 1896 van den post onvoorziene uitgaveD, tot een bedrag van f 261.67. Was nog ingekomen een schrijven van den heer J. Blaauboerwaarin door hem eervol ontslag werd gevraagd als regent van het weeshuis, wanneer hij aan de verplichtingen, die nog op hem rusten, zou hebben voldaan. Wordt daartoe besloten. Door den voorzitter wordt mededeeling ge daan, dat de heer Lr. Adriani had te kennen gegeven, dat hij verplicht was, door licha melijke omstandigheden, zijue prictijk iets opmerkzaam mank 14 Daarbij streelt do strenge, zoozeer aan vormeu hangende lady Dermot met hare slanke, bleeke hand langa Ines' hoog-roode wangen. „En nu, mijn kind, ga naast mij zitten, dan zal ik u het handwerkje toonen, dat ik u beloofd heb.' Ines haat iederen handenarbeid, hare dnune vingers schijnen daartoe geen aanleg te hebben, zij toont zich ten minste zeer ongemakkelijk. Toch zit zg stil aan de voeten van tante Catbarina en tracht deo loop van de steken te leeren, en luistert daarbij geduldig naar de uitlegging van de oude dame. Ines zou liever baiten rondloopen in de sneeuwzjj weet, dat de vogels vandaag hongerig zijo, zij verlangt er naar, den diereD hare kruimels te brengen en in den tuin met de honden te spelen, of sneeuwballen te gooien. „Eonmaal omslaan, tweemaal, doorsteken! Maïr Ines, je doet alles weder verkeerd I* klinkt lady Dermoi's ongeduldige «tem. Dat ellendige haken 1 Ines zucht, terwijl zg door bet venster naar den hemel ziet. „Tante Catharina, zou ik eeD poosje naar buiten mogen gaan f' vraagt de kleine, schier tot vertwijfeling gebracht door dit leuterige werkje. Een zonnestraal is door de wolken ge schoten, hij danst op de sneeuw en doet ze ia allerlei scbakeeringen flonkeren en glin steren. Ines kijkt daarnaar met gloeiende wangen en verlangende oogen. De vogels komen in scharen bun gewoon voedsel halen, ook een roodborstje huppelt hongerig op het vensterkozijn. „Wanneer het u genoegen doen kan Maar ga nu niet te ver. Ge zgt toch ge heel eene kleine wilde, Inesbij zulk koud weer nog baiten te gaan wandelen. Ik be grijp het niet, hoe jij je teint nog zoo zacht houdt-4 Vijf minuten later staat Ines, in haar rood manteltje en een dito hoedje op, wederom voor haro tante. „Zou ik wat brood voor de vogels van u mogen hebben?4 „Krijg zooveel je wilt, maar ik vind deze liefhebberij toch wel wat kinderachtig. Eeue oude baker voedert wel eens kleine kinderen en vogels voor haar plezier, maar een jong meisje niet.4 Als lady Dermot is uitgesproken, treedt sir Moritz binnen. „Zoo, gaat ge op jacht, Ines Mag ik met je meegaan ?4 Met hun beiden stappen se naar buiten en terwgl zg voer voor de gevederde be- I volking strooien, kraakt de sneeuw onder hunne voeten. neer te leggen en dat hij die prsctijk had overgedaan aan den heer J. r. d. Wal, oud officier van gezondheid. B. en W. hadden met dien mijnheer kennis gemaakt en hadden zich gehaast, hem toezegging te doen, dat het contract vau de armenprac- tijk met hem wel zou worden voortgezet. 15 Juni was het tijdstip, dat de nieuwe dokter zou optreden. De heer Nobel brengt als afgevaardigde der gemeente naar de j.1 zaterdag gehou den vergadering der Westfriesche Kanaal- vereeniging verslag nit en geeft als zijne meening te kenneD, dat, al leverde de ver gadering weinig belangrijks op, de zaak toch nog zeer levendig gehouden wordt en dat er nog pogingen worden gedaan, om het kanaal tot stand te doen komen. De voorzitter brengt den heer Nobel dank voor zijn verslag. Vervolgens gaat de raad over in gehei me zitting, ter behandeling van eenige re clames van den Hoofdelijken omslag. Naar het schijnt, hadden de bewoners van Nieuwe Niedorp zondag j.1. meer lust, zich te verkwikken aan het heerlijke zomerweer, dan in het aanhoor^n van sociaal-democratische spre kers althans, eene politieke lezing van den heer Domela Nieuwenhuis's namiddags ten huize van den heer C. Krap, ging wegens te weinig publiek niet door en 's avonds trad de heer O. W. Melchers van Zuid- Scharwoude met het onderwerp De plich ten van democraten en arbeiders bij de komende verkiezingen" in de kolfbaan van den heer D. Bijl op voor 20 A 25 per sonen. Te ongeveer acht uur opende de heer W. v. d. Molenviee-Voorzitter (de heer Melchers is Voorzitter), van de arbeiders- kiesveieeuigiag „Vooruit^ te Langendijk, met een hartelijk woord de bijeenkomst, waarna hij het woord gaf aau den heer Melchers. Deze, vooropstellende, dat hij sprak tot arbeiders en democraten, waaronder hij verstond, hen, die hart hadden voor de arbeidersuooden, tfde idealisten voor recht vaardigheid", begon met uit te leggen, hoe de democratische eisch in de wereld was gekomeD, wat spreker voor een groot „Wat is Moritz toch een groote dwaas," mompelt zijne moeder voor zich heen, als zjj hem aan de zijde van Ines de laan ziet langs stappen en even dapper ziet helpen, om de vogels te bedienen. Het is de eerste maal, dat zij haar zoon in zulk eeDe rol ziet op reden, en hij bevalt haar zoo in 't geheel niet. Nog nooit heelt zjj hem op eene dergelijke manier eene vroaw zien aankijken, als hi) nu Ines doet. Dat dit kleine, bekoorlijke wezen zijn hart in boeien geslagen heeft, is volkomen duidelgk. Ines, een kind in jaren tegenover hem, een on opgevoed meisje, zonder eenige levenserva ring, moest die de heerscheres over het slot Drumaneen worden Moest die kleine Ines de plaats innemen, die lady Dermot altijd met zooveel waardigheid had bekleed? Dete gedachte is bitter en schier ondrasg'ljjk voor de trotsehe lady. Haar blik verduistert eu verhardt zich opvallend, als zij die beide mensch^n- kinderen roo vroolijk en opgewekt door de sneeuw ziet stappenvervolgens laat tij baar blik rondgaan door de eerwaar dige en door haar zoozeer geliefde kamers. Trotsehe vrouwen, ruischend in zijden bro- caat, zweefden fier langs die gepolijste grou- denieder verbleekt, oud familieportret stelde afgestorvenen voor, die dit kasteel oprecht hadden liefgehad, die allen een trotschen geest en eene flere inborst gemeen hadden. Sir Morits is de laatste met dezen naam. Zal hij de dwaasheid begaan, zijne nicht, dit kind, te trouwen Wat eene onbedui dende lady Dermot zal die Ines zijn. Een trek van wrevel en misnoegen is doideljjk zichtbaar om den mond van Morits' moeder, als zij Flora Blake in gedachte naast haar niebtje Ines plaatst. Die was beter geschikt, om den naam der Dermots hoog te houden. Dat was eene ge stalte, die droeg het hoofd op eene manier, waarover geen der voorvaderen zich zou be hoeven te schamen. Wederom zucht zij en wederom dwalen hare oogen door de kamer en het komt haar plotseling in de gedachte, dat, als Moritz met Ines tronwt, dit slot haar niet langer zal herbergen- Hot resultaat van al deze overdenkingen ia een briefje aan Flora, waarbij sij haar en haar broeder Algy voor den volgenden dag uitnoodigt, om den dag op Drumaneen te komen doorbrengen. „Er gaat niets boven een tegenwicht," denkt iady Dermot, als zij het briefje verzegelt en zij gevoelt er eene zekere bevrediging over, iets te htbben gedaan, wat Morits er moge!ijkerwijze toe kan brengen, geen gehcor te geven aan die ongelukkige neiging voor zijne nieht. Maar al die listen en pogingen leiden tot niets. Moritz heeft Ines lief en hg is op dit punt onredbaar verloren. Hij ziet in Ines zijne toekomstige vrouw, zijne kleine, lieve vrouw, die hem door hare vele onvolkomen heden slechts dierbaarder en inniger aan het harte gekomea is, en zijne moeder is niet ia staat, dere neiging te verbreken, ever-min als zg in staat is, het slot Dramaneen onderst boven ie plaatsen. Sir Moritz gevoelt zich evenwel niet zeker van zijne zaak, het schijnt hem toe, alsof er met Iaes eene verandering heeft plaats gegrepen. Slechts voor hem, die haar gezichtje altijd met zooveel nauwkeurig heid gadeslaat, is deze verandering merk baar. WaDneer hij haar nu diep in de heldere oogen ziet, stijgt dan niet een licht rood haar in de wangen En sluiten die oogen zich dan niet, die anders zoo open eu klaar de wereld inkijken Het komt hem voor maar het kan ver beelding zijn. Zij is evenwel zacht en vrieodelgk als altijd, angstig bezorgd, het zij ne moeder en bem naar den zin te ma ken zij heeft zich net zoolang in het danseD geoefend, totdat hare voeten even gemakkelijk en licht over den vloer glij den, als de voetjes der overige dansende, vrouwelijke schaar. Lady Dermot ziet er ten hoogste verwon derd uil, wanneer Ines en Moritz beiden over honden, paarden en over de zee pra ten. Ines houdt er heel veel van, om over de zee, de vriendin harer jengd, te babbelen; want dit gesprek roept haarden beerlijken wind, de ongedurige golven met haar wit sohuim eu de ranke boot, waarin zjj zich zoo gaarne liet voortdrjjven, weder in de gedachten te rug. Sir Moritz laistert vol belangstelling, als zij hem vertelt, welk een natuurleven zij leidde en hoe de dood van Sybille de eenige gebeurtenis is geweest, die van de gewone slenr afweek. Hij babbelt we- derkeerig met haar over dingen, daar hg van hoodt, van jagen, visscheD, schieten, ja zelfs over akkerbonw en zij luistert nsar zijne woorden en leert zoovele dingen be grijpen ou omvatten, waarvoor zij nn reeds eene levendige belangstelling koestert. Moritz gevoelt zich zeer op rijn gemak in het bijzijn van het jonge meisje. Zij scbijnt eene bijzondere gava te hebben, om rijne gedachten te raden. Zij koestert sympathie voor alles, wat bem na aan het harte ligt. Bij juffrouw Fiora krijgt hij steeds den in druk, alsof hij niet begrepen wordt. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 1