Donderdag 26 Augustus 1897.
41ste Jaargang ITo. 3233.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Bureau: SCHAGKS". liaan, 1) 4.
Uitgever: P. TRAPMAN.
MedewerkerJ. W 1 X K E L.
Prijs per jaar f 3.—. Franco per post f 3.60,
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van I tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
GemeenteSchagen.
Kekendin ak ingen.
Binnenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
Nienws-
Mmtsitie-1 LHiliiïllal.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente worden
inlichtingen verzocht omtrent een verloren,
bruinlederen tascbje, inhoudende
een zilveren rozenkrans, terwijl inlichtingen
zijn te bekomen omtrent een gevonden
gouden ring en een gevonden
duimstok.
Voor den bonw van het
Algemeen Armenhuis te Zijpe hadden 5
aaanemers hunne biljetten ingeleverd
T. Klees f 1107.—
P. Nieman g 998.
J, W. de Leeuw g 976.
J. Veter 975.—
M. Groen 968.
Aan den laagten inschrijver is het werk
gegund.
Uitslag van den kolfwed-
strijd op woensdag 18 Augustus 1. 1. in
het lokaal van den heer G. Slolemalcer te
Oudkarspel gehouden, waaraan 24 per
sonen deelnamen
le prijs Jb. Slotemaker met 122 punten.
g premie C. Zomer, bij overkolven met
K. v. Kleef, 116 punten.
2s K. v. Kleef, 116 g
Serieprijs H. Ton met 43 g
Biljartwedstrijd niet doorgegaan.
Bij de aanbesteding van
olie, reuz l, enz. voor den Polder G.M.A.
(O. en M.) is laagste inschrijver de heer W.
Kroon en voor grint de heer C. Schot.
Een verzoek.
Onder de talrijke verzoekschriften, die
bij H- M. de Koningin-Regentes inkomen
om hulp, was er dezer dagen een, waarin
de medewerking van H. M. werd ge
vraagd, om op zekere fabriek werk te be
komen.
Adressant die zich, indien zulks werd
verlangd, bareid verklaarde, om persoon
lijk bij H. M. te komen, meende dat
verzoek te kunnen doen, wijl de fabri
kant hofleverancier was.
E r g e r 1 ij k.
Bismarck heeft eens beweerd, dat de
politiek 's menschen karakter bederft.
Hoe waar dit is, blijkt uit het volgende
uit ENSCHEDE van 23 Aug.Zooals
reeds werd medegedeeld, houdt de heer van
Kol dezer dagen lezingen voor de laod-
bouwerskiezers in dit district. Niet altijd
wordt hij in de verschillende buurtschap
pen welwillend en gastvrij ontvangen. Te
Lonneker was het een troep jongelui, die
den candidaat voor de Tweede Kamer in
zijne verkiezingsrede trachtte te ovorstem-
men door luid te schreeuwen te Losser
werd op het rijtuig, waarmede de heer
Van Kol terugkeerde, met sieanen ge
worpen en kreeg de koetsier hel met ee-
nige omstanders te kwaad, die hem op
den grond wierpen en mishandelden. Zelfs
een oud vrouwtje zou, zoo wordt beweerd,
aan de mishandeling van Van Kol's ge
leider hebben deelgenomen.
Op de reclam e—t e n t o o n-
stelling te AMSTERDAM zal zondag een
wedstrijd van draaiorgels plaats hebben.
Onder gloeiende steenen
bedolven. Aan de steenfabriek van den
heer Terwindt te Spijk (gera. Herwen en
Aerdt) is zaterdag j.1. de arbeider G. van
der Heide aldaar op eene ongelukkige wij
ze om het leven gekomen.
Onverwachts stortte eene gloeiende mas
sa steenen naar beueden, waaronder de
ongelukkige, een oppassend huisvader, na
latende eene weduwe met 4 jeugdige kiu-
dereD, totaal werd bedolven.
Door eenige flinke mannen werden on
middellijk pogingen aangewend, om hem
vau onder de gloeiende steenmassa uit te
hrlen, doch helaas, toen men daarin slaag-
Vüglïïijitta
39.
„Gij moet een reis gaan maken,11 zegt
lady Dermot tot haar zoon, als zij hem
eenige oogenblikkeu heeft aangekeken.
„Eenige verandering zal u goed doen."
„Barmhartige hemel, heb ik dan nog
geene verandering genoeg?" roept hij met
hartstochtelijke smart, als wezenloos de ka
mer rondziende en de hand tegen hot voor
hoofd klemmend. „Moeder, gelooft ge dan,
dat ik op eenige andere plaats ter wereld
mijn leed minder gevoelen zon, dan bier
nergens, nergens rast 1 Neen, neen, Iaat mij
op mijn eigen wjjze mijn leed trachten te
vergeten."
„Ik ben zeer big, dat ik hst kind bjj mij
gebracht heb," merkt lady Dermot op.
„Zijne zjj aarzelt een oogenblik, zij
kan het niet best over zich verkrijgen,
Inea' naam nit te spreken, „zjjne moe
der zon hem gestolen hebben, zeiden de
bedienden. Wilt ge niet eens bij mij ko
men, om nw zoon te zien
„Neen, ik wil niet," antwoordt hg, en
zijne stem beeft. Het kind zien zonder
Ines, dat is eene beproeving, waar
aan hij nog niet beeft gedacht.
„Natuurlijk is zij sleebts ter wille van
het kind teruggekomen," zegt lady Dermot
kalm en met vrouwelijke koppigheid het
zelfde onderwerp vasthondend. „Hare lief
de voor den knaap is boven allen twijfel
verbeven, daarover behoeft geen menseh
te twisten.'
De oude lady is wat te ver gegaan. Eene
onaangename flikkering wordt zij in Mo-
rits' oogen gewaar. „Pardon, moedermaar
eens voor altgd is het u nu gezegd, dat
tnsscben ons over deze kwestie geen woord
meer gesproken mag worden."
Zij is dus gedwongen, hem sijo last al
leen te laten dragen.
Op de tafel naast hem liggen een aantal brie
ven, welke aan lues gericht zijD. Zonder
ook slechts één oogenblik tijoe aandacht
daaraan te wijden, pakt hg ze bij elkan
der en slait ze in eene schuiflade weg.
Onder deze brieven zijn er eenige met het
poststempel Edinburgb. De brieven zijn
allen door Sybille aan Ines geschreven.
Sir Moritz gevoelt natuurlijk niet, dat
gedurende korten tijd datgene in zijne
handen rust, dat een eind aan alle Led
zou kannen maken.
Maar hij sluit de brieven ongeopend weg,
en dat schrjjven, waarin Sybille haie ver-
eeniging mot Bryan mededeelt, wordt door
niemand gelezen.
De golven zingen haar onstuimig lied. De
oene witte lijn na de andere nadert hot
strand. Het is een grootseh, een heerlijk,
een verheven schouwspel, zooals de eene
golf de andere langs de onafzienbare water
vlakte opvolgt.
Aan bet strand, met hare voeten in het wa
ter, staat Ines en ziet met moede oogen in de
verte. De winterstorm jaagt huilend over
do zee, om zuchtend en stennend over het
land te strijken.
Ines ziet naar hare onde vriendin, de zee,
die baar nu geen troost vermag te schenken.
Oansche bundels reegras woiden door de
golven in de diepte gesleurd, om door een
volgenden waterberg op het strand te worden
geslingerd. Groote wolkenmassa's pakken
zich aan den hemel samen, waarachter de
zoo ondergaat, alles rondom met een gloeiend
rood overgietend.
Het is de derde dag sedert Ines alleen
de wereld introk. Gister kwam zij te we
ten, dat Sybille weg was, niemand wist
waarheen,en heden landde zij, naar lichaam
en ziel ellendig gesteld, in haar oude
woonplaa's aan de zee aan.
Zij gelooft tnsschen zich en de rollende
golven het ronde kopje van haar lieveling
te zien ag gelooft de stem van haar Mo
ritz te kooren, die haar met allerlei lieve
naampjes terugroept. Doch neen, nooit
anders dan tranen znllen haar deel zijn,
zal zij hare lievelingen coit weder zien ol
booreo, zal zij ooit den warmen druk zijner
hand, coit de zachte aanraking van de lip
pen van haar kind gevoelen Eoniaam
staat zij bier, verjaagd uit haar huig, ver
van liefde en geluk, en bet bewustzijn vau
hare verlatenheid maakt haar wanhopig,
Het witte huis van oom Ban staat nog
aan de zee. Eene oude vrcuw beeft daar
het bestaar over, dezelfde oude vrouw,
die toenmaals de deur voor sir Moritz open
de. Nu bewijst zij Ines denzelfden diensten
ontstelt ten hevigste, als zjj ontdekt, wie
er voor haar staat.
„Jaffroaw Ines! Barmhartige God! Wat
brengt u hierheen?"
„Ik bec zooeven aangekomen, Anna,"
antwoordt Ines met zachte, moede stem.
„Ik zal n niet veel laat aandoen. Wat
voor u genoeg ia, is voor mij ook goed.'
„Maar sir Moritz, Miladyl" roept de
onde vrouw, die zich plotseling herinnert,
boe *g tegenover jutlrouw lues moet optreden.
Ines' bleek gelaat schokt zenuwachtig.
Ik heb mijn man verlaten. Vraag mij
nie* verder, Anna, ik kan o toch niets «eggen,
maar laat mij hier, to'dat ik sterf.
Zoo is zij op haar nieuwe thuis, hst witte
huis aan zee, aangekomen. Dag aan dag
de, was de man zoo goed als dood en gaf
eenige oogenblikken later den geest.
Een broeder van den ongelukkige be
kwam bij de pogiDg tot redding ernstige
brandwonden aan de banden.
In de Nede r-B etnwe lijde n
eenige kinderen aan eene mondziekte, die,
naar men vermoedt, veroorzaakt is door
het eten van afgevallen fruit in een
boomgaard, waarin met mond— en klauw
zeer besmet vee loopt.
MOORD.
Vrijdagavond omstreeks 9 nar trokken
een aantal smokkelaars in de nabijheid
der nederlandsche gemeente OVERSLAG
de grenzen over. Een belgisch ambtenaar,
daarvan ingelicht, vroeg assistentie aan
den commies-visiteur en deze was aan
stonds gereed mede te gaan. De gtsmok-
kelde beesten werden aangehouden, doch
de smokkelaars verdedigden huD vee en
grepen zelfs een der ambtenaren vast. De
ze wist zich echter los te rukken en ging
aanstonds om halp zoeken. Toen deze
kwam opdagen kon men nog een viertal
beesten in beslag nemen maar waar was
de commies- visiteur Na eenig zoeken
want het was zeer donker vond men
hem in zijn bloed badende. De ongelukki
ge was reeds overleden. Een schot in den
hals had een einde aan zijn leven gemaakt.
De verslageee stond algemeen als een zeer
humaan inensch bekend en laat eene vrouw
met drie kiuderen na.
What next?
Naar aanleiding van het bericht, opgeno
men in ons vorig nummer, waarin melding
werd gemaakt van eene keukenmeid en
van een omroeper te Baam, die hunne
boodschappen per fiets doen, bericht men
uit HEEMSTEDE, dat daar reeds sedert
jaren de lantaarnopsteker zich van een rij
wiel bedient, ter uitoefening van dat ambt.
De ladder heeft hij aan zijn fiets beves-
tigd.
ligt zij op haar oude bed, het gelaat naar
den wand toegekeerd, sprakeloos en door
haar leed verpletterd.
De oude Anna, die, trots hare eigenaar
digheden, eene goede, oude ziel is en een
trouw bart heeft, komt dikwijls in de kamer
en ziet bezorgd naar het donker gelokte
hoofd, dat onafgebroken in het kussen
begraven ligt. Zij bemerkt, dat de slanke,
bruine baud, welke zich slechts beweegt,
wanneer een traan moet worden weggoveegd,
immer magerder en magerder wordt, dat
de trekken der wangon van de joDge vrouw
immer scherper en scherper worden. Wat
kan zij daar echter aan doen
„Laat mij alleen, laat mij alleen i" is alles,
wat de moede lippen voorlbrengen.
Zoo stelt de onde Anna er zich dan mede
tevreden, koppen warme thee en meik naar
boven te brengen en Ines dan volgens baar
weDsch alleen te laten. De dagen gaan
voorbij, aij worden weken, eer Ines langzaam
naar de voorkamer gaan kan en opnieuw
begint te leven.
De rook-wedstrjjd.
Uit AMSTERDAM meldt men
De bezoekers der Reclame-tentoonstelling
z\jn onthaald op een verfoeieljjk spec-
takel. Zjj hebben bjj de honderd mannen
en jongelingen, tien aan tien op eene daar
toe opgeslagen estrade, om het hardst aan
sigaren zien zuigen op eene wjjze, die het
hart in het ljjf deed omdraaien.
Daar waren er, die den wedstrjjd vrjj laks
opvatten en slechts voor do leu3 schenen
mede te doen, om op hun gemak een sigaar
te rooken. Maar daar waren er ook, die met
de oogen dichtgeknepen, hunkerend naar
den uitgeloofden prijs van vjjf-en-twintig
gulden, door vervaarlijk krachtig zuigen,
hunne sigaar in minder dan eene minuut
tjjds tot op het merkstreepje deden verbranden,
zich blaren op de lippen en de tong trokken en
de zaal, waarin deze vertooning plaats vond,
met een stinkendon walm vulden. Denk
daarbij, dat de deelnemers in dezen „wed
strjjd" het speeksel maar langs de kin lieten
loopen, daar de sigaar niet uit den mond
genomen mocht worden, en dat, als einde
lijk het streepje door het vuur was bereikt,
de mond des rookers gevuld bleek te zjjn
met een mengsel van dikken rook en bruin
kwjjl, dat op den grond werd gedeponeerd.
Dezen en genen hielden dit maag en longen
beleedigend werk met een volharding, eene
betere zaak waardig, vol, om daarna heen
te stuiven en op het portaal het hart uit te
spuwen. Dat uitzinnig rooken en kwjjlen
maakte het meerendeel der toeschouwers
zóó onpasselijk, dat het publiek tegen het
einde van het spectakel gelukkig tot op de
helft geslonken was. Voor iemand met een
niet sterke maag was het eene marteling,
deze aardigheid van het tentoonstellingsco
mité ten einde te moeten volgen, en de
herinnering aan dezen zondagmiddag is reeds
voldoende, om voor de zooveelste maal naar
een glas frisch water te grijpen.
Het felle trekken deed de sigaren „inbran
den" zooals men te voren nog nimmer eene
sigaar heeft zien inbranden. Het bovenste
deel was vaak al tot het streepje doorgebrand,
terwijl aan de onderzijde de tabak nog haast
niet was aangetast. Daar waren rookers,
die het vuur zoo krachtig naar binnen zo
gen, dat de sigaar alleen inwendig brandde,
tot dan plotseling het vuur op eenig punt
uitbrak. De leden der jury hadden dan
scherp toe te zien, of soms bjj verrassing
het streepje werd bereikt. En de rookers
zeiven lazen met uitpuilende, van den rook
tranende oogen van de gezichten dier jury
leden, hoever zjj er reeds met hunne sigaar
aan toe waren.
„Wat tusschen de dokters enden oosten
wind ligt, heelt dit jaar weinig nilzicht, er
hselshuids af te komen,* zegt metroaw
Bryan. „De oostenwinden maken het begin en
de artsen doen de rezt en brengen snel bet
einde, dat kan ik n verzekeren, mijn waarde*.
Zg is zeer slecht gemotst, de oude da
me. Eene hevige verkoudheid heeft baar
slem geheel veranderd, en tij snauwt de men
schen toe met eene stem, die kryschend hoog
klinkt. Het ergste is evenwel, zg kan nu
niet zooveel spreken als gewoonlgk, omdat
zij dikwgls door hoestbuien overvallen
wordt. Daadzakelijk is mevrouw Bryan in
een woordgevecht reeds tweemaal geslagen
geworden, wat haar nog nooit te voren
was overkomen,
In dikke wolle doeken gehuld, vijf voiles
over elkander voor bet gelaat, een water
stoof onder de voeten en één in den schoot,
gaat ze in haar rgtnig zitten en rijdt naar
het weduwenhui8 van lady Deraaot. Er
gaat namelgk een gerncht, dat de oosten
wind den kleinen erfgenaam eene longontste
king heeit bezorgd en de oude dame beeft
het vaste besluit gecomen, zich van de
waarheid van dit gerneht te overtuigen.
Sir Moritz is een voorwerp van meer dan
buitengewone belangstelling voor de nabuur
schap, Nu laat hg zich, evenals vroeger,
ook buitenshuis zien. Driemaal in de week
gaat hg ter jscht; wellicht rgdt hg daarbg
wat wilder en woester dan het vorige jaar.
Hg spreekt uitermate weinig en de men
schen gaan zyn ernstig gelaat gaarne uit
dea weg.
lederen zondag gaat hg ter kerkdan
ziet bij donker voor zich been en biedt
zoodoende eene mooie gelegenheid voor een
ieder, om te zien, hoezeer hij veranderd is.
Op de knieën bidt de gansche gemeente
„Leid ons niet in verzoeking, maar verlos
ons van den booze." Zij bidt: „Bavrgdons
van den booze en houd iedere onchristelijk
heid ver van ons," maar thuisgekomen
en aan hunne kofSstafels gezeten, verwon
deren zg er zich over, waarom sir Moritz
zich altijd nog maar niet scheiden laat en
hij niet voor de tweede maal trouwen
gaat. Ook ontzien eg zioh niet, te verklaren,
dat zijne vonw een ontzettend persoontje
was en hen reeds langen tgd alles van dien
zondigen omgang met kolonel Bryan bekend
is geweest.
Dat is het drijven dor werold. Met dien
scherpen oostenwind komt nu ook nog
het nieaws, dat de erfgenaam van het slot
Dramaneen doodelijk ziek is. Het is
slechts een verkoudheid, maar bij zulk een
klein, teader lichaampje hebben de docto
ren van den beginne af zeer weinig hoop
gegeven.
Mevrouw Bryan vindt lady Dermot in
de grootste opgewondenheid. Zg weent
plichtmatig een paar tranen, spreekt op
de meest mogelijk medelgdende manier
over het leed van baar soon, en verklaart
i onbevangen, dat sir Moritz door de ziekte
van zgn zoon dieper geschokt is, dan van
het heengaan zijner vronw. Persoonlijk is
de weduwe Dermot den zoon van Ines
niet teer toegedaan. Zg kan hel hem
nooit vergeven, dat hg geen blauwe oogeu
heeft en dat hg de donkere schoonheid
zgner moeder geërfd heeft Maar de erf
genaam der Dermots is toch een persoon
van beteekenis en zoodoende moet zgn klein
leven, als 't eenigszins mogelijk is, behouden
blijven-
Maar alle mogelijke hulp middelen zgn
niet in staat, daar te helpen, waar de na
tuur hare halp ontzegt. Zoodoende wordt
dan in allergl eeu bode naar hot slot Dru-
maneen gezonden, opdat Sir Moritz dade
lijk overkomt, daar sijn kind op ster
ven ligt.
Alice Blake, die et nog liever uitziet dan
gewoonlgk, kijkt medelijdend naar het in
koorts gloeiende, vervallen gezichtje vau
den kleine. Hij rast in hare armen en de
tranen rollen haar langs de wangen. Zij
denkt er aao, hoe lief Ines haar kind had,
en het doet haar in de ziel leed, dat het
nn sterven moet zonder den kus der moeder
op de lippen.
De min is ontroostbaar.
„Dat arme lammetje, dat arme lam
metje!" snikt zg. „En zonder moeder,
dan kan men het eigenlgk eene g-nade des
hemels noemen, dat bet van de aarde
wordt weggenomen I"
„Ja," fluistert Alice, terwgl zg de kleine,
klamme hand van den jongen in de hare
neemt. „En hoe liet had zgne moed r hem I*
De winner van dezen akeligen wedstrjjd
was een bakker met bakkebaarden en van
middelbaren leeftjjd. Hjj was een rook- en
vuurspuwende bakker, die zjjne sigaar deed
rooken als den schoorsteen van zjjn bakkers
oven, een maag als een kangoeroe scheen te
bezitten, van stonde aan zich zei ven en het
hem toebedeelde jury-lid in een dikken
smook aan het gezicht der toeschouwers
onttrok, zich onder het puffen en kwjjlen
door levendig met dat jury-lid ondorhield
over zjjne vorderingen,en zich den ganschen
wedstrjjd door als de opgewektste prjjsrooker
kennen deed. Hjj had zich de lippen deer
lijk verbrand en zich eene leeljjke blaar op
de tong getrokken, maar stelde zich niettemin
in de finale even krachtig te weer, ten slotte
de zege weg dragende.
Met verbranden mond, doch dankbaar hart
stiet hjj, toen het pleit tenzjjnen voordeele
was beslist, een boerah uit en later, toen
onze toekomstige minister van sportzaken,
de heer C. A. A. Dudok de Wit, hem hot
bankje van vjjf-en-twintig ter hand stelde,
drukte zjjn gelaat eene zekere zielsverheffing
uit, terwijl hjj met van aandoening trillende
verbrande lippen het biljet den volke toonde,
als om te laten zien, dat hier geenszins bo
drog in het spel was.
De winner van do promie, 15 gld. in geld,
was eeD particulier, die vertelde, dat hjj
in het dagelijks leven eigenlijk weinig siga
ren in rook deed opgaan, maar zich gewend
had aan het rooken van ongemeen zwaren
slag. De winner van de tweede premie,
twee rijksdaalders, was een jeugdig dia
mantslijper. De overige zes deelnemers in
de finale werden begiftigd met eene kist
sigaren.
Het publiek was te weten gekomen, dat
ook in het rookon onmatigheid een walgelijk
schouwspel oplevert.
Ook bjj dezen wedstrijd werden door den
heer De Wit de „tijden" genoteerd. Het re—
cort was 43'/s seconde 1 R. Ct.
Proefnemingen met been
dermeel in Ooststelüngwerf.
In het Dajaar van 1896 richtte het be
stuur der Lijm- en Gelatinefabriek te
DELFT het verzoek tot het hoofdbest.
der Friesche Mij. van Landbouw en Vee
teelt, in eene der afdeelingen, onder contrfl-
le van 't afd. bestuur, proeven te willen
nemen van de bemesting met beender
meel voor roggi-verbonw op zandgroud.
Bovengenoemde fabriek stelde voor dit doel
ren zektre boeveelheid ontlijmd beender-
De baker droogt bare tranen.
„Juffrouw Alice, wanneer een engel des he
mels het mij had meegedeeld, zoo zou ik nog
geen woord ten nadeele mijner meesteres
hebben willen gelooven. Wanneer ooit oene
dame in haar man en haar kind opging, dan
was zg het. Ik zeg n, juffrouw, als gg
milady gezien hadt met bel kind op de armen,
het kussend en met hem pratend, bem ver
tellend, dat vader nu weder spoedig zou
thuis komen, wanneer ge gezien hadt, hoe
zg zgne kleine handjes eiken avond vouw
de en met hem bad, dat Bir Moritz weder
spoedig en wel zon mogen terugkeeron, dan
zeudt ge eerder aan een engel twijfelen,
dan aan haar;"
Alice zucht. Ook sg heeft blindelings
Ines geloofd, totdat iemand haar bezwoer,
dat hg baar met kolonel Biyan op een a-
merikaanscbe boot had gezien.
Zg buigt zich liefdevol over den knaap
heen.
„Ik weet, dst zg beiden innig liefhad,"
zegt ze rustigwant eene menigte bewij
zen daarvoor rijst in haar binnenste op.
Het is haar, ais ziet zij Inca lieflijk blo
zend voor sir Moritz staan en met een trotsch
lachje den knaap omhoog tillen
„Zij had beiden lief. Ik zeg n, juffrouw
Alice, bet was niet lie'de, bet was aanbid
ding, vergoding," zegt de min. „Milady
was de zachtste, de lieflgkste vrouw, die er
bestond. Nooit had ik hetgeen ge
beurd is voor mogelijk gehouden, toen
zg dien avond zoo terdege in de war
en weenend in de kinderkamer kwam. O,
juffrouw, daarbij moet hekserg en spokerg in
het spel zgn. Wie weel, hoe de geheele
geschiedenis eigenlijk in elkaar zit. De
arme sir Morits is een geheel ander man
geworden."
Ja, inderdaad, hij is zeer veranderd.
Bleek en door verdriet verteerd, staat hg
een oogenblik later aan het kleine bedje, om
zgn kind voor de laatste maal te zien. Spoedig
zal alles voorbg zgnde schokkende, hijgen
de adem wordt telkens korter en lichter,
de donkere oogen sebgnen dreef te worden.
Wat is het leven tooh een gebrekkig
ding eene korte maand zoo innig geliefd
en nu voor altgd weg.
Piotseliug openen de oogen van den knaap
zich wgd, die groote, brnine oogen met de
lange wimpers, die zooveel op die andere
donkere oogen gelijken. Helder ziet bij zgn
vader aan een lachje scheidt voor een oo
genblik zgne kleine lippen, en dan, juist als
sir Moritz in het plotseling ontwaken van
zachte herinneringen zich over zgn eerst
geborene beenbuigt, en de diepe blik dier
ernstige oogen hem tot in de ziel doet ont
stellen, *Vn gaat er een licht sidderen door
bet kl.e-nlte lichaampje, de leden strekken zich
eu Ines' jsoete jongen is dood
WORDT VERVOLGD.
.uiyuo iruuw, ujyue vrouw I" imu uem ZOO innig IICI.'
bh muil 1/ermi», Dsron*c, slot Lrrnmaneen.- I nerae in hor nn» no»
ia