Donderdag 26 Augustus 1897. 41ste Jaargang ITo. 3233. Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Bureau: SCHAGKS". liaan, 1) 4. Uitgever: P. TRAPMAN. MedewerkerJ. W 1 X K E L. Prijs per jaar f 3.—. Franco per post f 3.60, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van I tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. GemeenteSchagen. Kekendin ak ingen. Binnenlandsch Nieuws. FEUILLETON. Nienws- Mmtsitie-1 LHiliiïllal. POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente worden inlichtingen verzocht omtrent een verloren, bruinlederen tascbje, inhoudende een zilveren rozenkrans, terwijl inlichtingen zijn te bekomen omtrent een gevonden gouden ring en een gevonden duimstok. Voor den bonw van het Algemeen Armenhuis te Zijpe hadden 5 aaanemers hunne biljetten ingeleverd T. Klees f 1107.— P. Nieman g 998. J, W. de Leeuw g 976. J. Veter 975.— M. Groen 968. Aan den laagten inschrijver is het werk gegund. Uitslag van den kolfwed- strijd op woensdag 18 Augustus 1. 1. in het lokaal van den heer G. Slolemalcer te Oudkarspel gehouden, waaraan 24 per sonen deelnamen le prijs Jb. Slotemaker met 122 punten. g premie C. Zomer, bij overkolven met K. v. Kleef, 116 punten. 2s K. v. Kleef, 116 g Serieprijs H. Ton met 43 g Biljartwedstrijd niet doorgegaan. Bij de aanbesteding van olie, reuz l, enz. voor den Polder G.M.A. (O. en M.) is laagste inschrijver de heer W. Kroon en voor grint de heer C. Schot. Een verzoek. Onder de talrijke verzoekschriften, die bij H- M. de Koningin-Regentes inkomen om hulp, was er dezer dagen een, waarin de medewerking van H. M. werd ge vraagd, om op zekere fabriek werk te be komen. Adressant die zich, indien zulks werd verlangd, bareid verklaarde, om persoon lijk bij H. M. te komen, meende dat verzoek te kunnen doen, wijl de fabri kant hofleverancier was. E r g e r 1 ij k. Bismarck heeft eens beweerd, dat de politiek 's menschen karakter bederft. Hoe waar dit is, blijkt uit het volgende uit ENSCHEDE van 23 Aug.Zooals reeds werd medegedeeld, houdt de heer van Kol dezer dagen lezingen voor de laod- bouwerskiezers in dit district. Niet altijd wordt hij in de verschillende buurtschap pen welwillend en gastvrij ontvangen. Te Lonneker was het een troep jongelui, die den candidaat voor de Tweede Kamer in zijne verkiezingsrede trachtte te ovorstem- men door luid te schreeuwen te Losser werd op het rijtuig, waarmede de heer Van Kol terugkeerde, met sieanen ge worpen en kreeg de koetsier hel met ee- nige omstanders te kwaad, die hem op den grond wierpen en mishandelden. Zelfs een oud vrouwtje zou, zoo wordt beweerd, aan de mishandeling van Van Kol's ge leider hebben deelgenomen. Op de reclam e—t e n t o o n- stelling te AMSTERDAM zal zondag een wedstrijd van draaiorgels plaats hebben. Onder gloeiende steenen bedolven. Aan de steenfabriek van den heer Terwindt te Spijk (gera. Herwen en Aerdt) is zaterdag j.1. de arbeider G. van der Heide aldaar op eene ongelukkige wij ze om het leven gekomen. Onverwachts stortte eene gloeiende mas sa steenen naar beueden, waaronder de ongelukkige, een oppassend huisvader, na latende eene weduwe met 4 jeugdige kiu- dereD, totaal werd bedolven. Door eenige flinke mannen werden on middellijk pogingen aangewend, om hem vau onder de gloeiende steenmassa uit te hrlen, doch helaas, toen men daarin slaag- Vüglïïijitta 39. „Gij moet een reis gaan maken,11 zegt lady Dermot tot haar zoon, als zij hem eenige oogenblikkeu heeft aangekeken. „Eenige verandering zal u goed doen." „Barmhartige hemel, heb ik dan nog geene verandering genoeg?" roept hij met hartstochtelijke smart, als wezenloos de ka mer rondziende en de hand tegen hot voor hoofd klemmend. „Moeder, gelooft ge dan, dat ik op eenige andere plaats ter wereld mijn leed minder gevoelen zon, dan bier nergens, nergens rast 1 Neen, neen, Iaat mij op mijn eigen wjjze mijn leed trachten te vergeten." „Ik ben zeer big, dat ik hst kind bjj mij gebracht heb," merkt lady Dermot op. „Zijne zjj aarzelt een oogenblik, zij kan het niet best over zich verkrijgen, Inea' naam nit te spreken, „zjjne moe der zon hem gestolen hebben, zeiden de bedienden. Wilt ge niet eens bij mij ko men, om nw zoon te zien „Neen, ik wil niet," antwoordt hg, en zijne stem beeft. Het kind zien zonder Ines, dat is eene beproeving, waar aan hij nog niet beeft gedacht. „Natuurlijk is zij sleebts ter wille van het kind teruggekomen," zegt lady Dermot kalm en met vrouwelijke koppigheid het zelfde onderwerp vasthondend. „Hare lief de voor den knaap is boven allen twijfel verbeven, daarover behoeft geen menseh te twisten.' De oude lady is wat te ver gegaan. Eene onaangename flikkering wordt zij in Mo- rits' oogen gewaar. „Pardon, moedermaar eens voor altgd is het u nu gezegd, dat tnsscben ons over deze kwestie geen woord meer gesproken mag worden." Zij is dus gedwongen, hem sijo last al leen te laten dragen. Op de tafel naast hem liggen een aantal brie ven, welke aan lues gericht zijD. Zonder ook slechts één oogenblik tijoe aandacht daaraan te wijden, pakt hg ze bij elkan der en slait ze in eene schuiflade weg. Onder deze brieven zijn er eenige met het poststempel Edinburgb. De brieven zijn allen door Sybille aan Ines geschreven. Sir Moritz gevoelt natuurlijk niet, dat gedurende korten tijd datgene in zijne handen rust, dat een eind aan alle Led zou kannen maken. Maar hij sluit de brieven ongeopend weg, en dat schrjjven, waarin Sybille haie ver- eeniging mot Bryan mededeelt, wordt door niemand gelezen. De golven zingen haar onstuimig lied. De oene witte lijn na de andere nadert hot strand. Het is een grootseh, een heerlijk, een verheven schouwspel, zooals de eene golf de andere langs de onafzienbare water vlakte opvolgt. Aan bet strand, met hare voeten in het wa ter, staat Ines en ziet met moede oogen in de verte. De winterstorm jaagt huilend over do zee, om zuchtend en stennend over het land te strijken. Ines ziet naar hare onde vriendin, de zee, die baar nu geen troost vermag te schenken. Oansche bundels reegras woiden door de golven in de diepte gesleurd, om door een volgenden waterberg op het strand te worden geslingerd. Groote wolkenmassa's pakken zich aan den hemel samen, waarachter de zoo ondergaat, alles rondom met een gloeiend rood overgietend. Het is de derde dag sedert Ines alleen de wereld introk. Gister kwam zij te we ten, dat Sybille weg was, niemand wist waarheen,en heden landde zij, naar lichaam en ziel ellendig gesteld, in haar oude woonplaa's aan de zee aan. Zij gelooft tnsschen zich en de rollende golven het ronde kopje van haar lieveling te zien ag gelooft de stem van haar Mo ritz te kooren, die haar met allerlei lieve naampjes terugroept. Doch neen, nooit anders dan tranen znllen haar deel zijn, zal zij hare lievelingen coit weder zien ol booreo, zal zij ooit den warmen druk zijner hand, coit de zachte aanraking van de lip pen van haar kind gevoelen Eoniaam staat zij bier, verjaagd uit haar huig, ver van liefde en geluk, en bet bewustzijn vau hare verlatenheid maakt haar wanhopig, Het witte huis van oom Ban staat nog aan de zee. Eene oude vrcuw beeft daar het bestaar over, dezelfde oude vrouw, die toenmaals de deur voor sir Moritz open de. Nu bewijst zij Ines denzelfden diensten ontstelt ten hevigste, als zjj ontdekt, wie er voor haar staat. „Jaffroaw Ines! Barmhartige God! Wat brengt u hierheen?" „Ik bec zooeven aangekomen, Anna," antwoordt Ines met zachte, moede stem. „Ik zal n niet veel laat aandoen. Wat voor u genoeg ia, is voor mij ook goed.' „Maar sir Moritz, Miladyl" roept de onde vrouw, die zich plotseling herinnert, boe *g tegenover jutlrouw lues moet optreden. Ines' bleek gelaat schokt zenuwachtig. Ik heb mijn man verlaten. Vraag mij nie* verder, Anna, ik kan o toch niets «eggen, maar laat mij hier, to'dat ik sterf. Zoo is zij op haar nieuwe thuis, hst witte huis aan zee, aangekomen. Dag aan dag de, was de man zoo goed als dood en gaf eenige oogenblikken later den geest. Een broeder van den ongelukkige be kwam bij de pogiDg tot redding ernstige brandwonden aan de banden. In de Nede r-B etnwe lijde n eenige kinderen aan eene mondziekte, die, naar men vermoedt, veroorzaakt is door het eten van afgevallen fruit in een boomgaard, waarin met mond— en klauw zeer besmet vee loopt. MOORD. Vrijdagavond omstreeks 9 nar trokken een aantal smokkelaars in de nabijheid der nederlandsche gemeente OVERSLAG de grenzen over. Een belgisch ambtenaar, daarvan ingelicht, vroeg assistentie aan den commies-visiteur en deze was aan stonds gereed mede te gaan. De gtsmok- kelde beesten werden aangehouden, doch de smokkelaars verdedigden huD vee en grepen zelfs een der ambtenaren vast. De ze wist zich echter los te rukken en ging aanstonds om halp zoeken. Toen deze kwam opdagen kon men nog een viertal beesten in beslag nemen maar waar was de commies- visiteur Na eenig zoeken want het was zeer donker vond men hem in zijn bloed badende. De ongelukki ge was reeds overleden. Een schot in den hals had een einde aan zijn leven gemaakt. De verslageee stond algemeen als een zeer humaan inensch bekend en laat eene vrouw met drie kiuderen na. What next? Naar aanleiding van het bericht, opgeno men in ons vorig nummer, waarin melding werd gemaakt van eene keukenmeid en van een omroeper te Baam, die hunne boodschappen per fiets doen, bericht men uit HEEMSTEDE, dat daar reeds sedert jaren de lantaarnopsteker zich van een rij wiel bedient, ter uitoefening van dat ambt. De ladder heeft hij aan zijn fiets beves- tigd. ligt zij op haar oude bed, het gelaat naar den wand toegekeerd, sprakeloos en door haar leed verpletterd. De oude Anna, die, trots hare eigenaar digheden, eene goede, oude ziel is en een trouw bart heeft, komt dikwijls in de kamer en ziet bezorgd naar het donker gelokte hoofd, dat onafgebroken in het kussen begraven ligt. Zij bemerkt, dat de slanke, bruine baud, welke zich slechts beweegt, wanneer een traan moet worden weggoveegd, immer magerder en magerder wordt, dat de trekken der wangon van de joDge vrouw immer scherper en scherper worden. Wat kan zij daar echter aan doen „Laat mij alleen, laat mij alleen i" is alles, wat de moede lippen voorlbrengen. Zoo stelt de onde Anna er zich dan mede tevreden, koppen warme thee en meik naar boven te brengen en Ines dan volgens baar weDsch alleen te laten. De dagen gaan voorbij, aij worden weken, eer Ines langzaam naar de voorkamer gaan kan en opnieuw begint te leven. De rook-wedstrjjd. Uit AMSTERDAM meldt men De bezoekers der Reclame-tentoonstelling z\jn onthaald op een verfoeieljjk spec- takel. Zjj hebben bjj de honderd mannen en jongelingen, tien aan tien op eene daar toe opgeslagen estrade, om het hardst aan sigaren zien zuigen op eene wjjze, die het hart in het ljjf deed omdraaien. Daar waren er, die den wedstrjjd vrjj laks opvatten en slechts voor do leu3 schenen mede te doen, om op hun gemak een sigaar te rooken. Maar daar waren er ook, die met de oogen dichtgeknepen, hunkerend naar den uitgeloofden prijs van vjjf-en-twintig gulden, door vervaarlijk krachtig zuigen, hunne sigaar in minder dan eene minuut tjjds tot op het merkstreepje deden verbranden, zich blaren op de lippen en de tong trokken en de zaal, waarin deze vertooning plaats vond, met een stinkendon walm vulden. Denk daarbij, dat de deelnemers in dezen „wed strjjd" het speeksel maar langs de kin lieten loopen, daar de sigaar niet uit den mond genomen mocht worden, en dat, als einde lijk het streepje door het vuur was bereikt, de mond des rookers gevuld bleek te zjjn met een mengsel van dikken rook en bruin kwjjl, dat op den grond werd gedeponeerd. Dezen en genen hielden dit maag en longen beleedigend werk met een volharding, eene betere zaak waardig, vol, om daarna heen te stuiven en op het portaal het hart uit te spuwen. Dat uitzinnig rooken en kwjjlen maakte het meerendeel der toeschouwers zóó onpasselijk, dat het publiek tegen het einde van het spectakel gelukkig tot op de helft geslonken was. Voor iemand met een niet sterke maag was het eene marteling, deze aardigheid van het tentoonstellingsco mité ten einde te moeten volgen, en de herinnering aan dezen zondagmiddag is reeds voldoende, om voor de zooveelste maal naar een glas frisch water te grijpen. Het felle trekken deed de sigaren „inbran den" zooals men te voren nog nimmer eene sigaar heeft zien inbranden. Het bovenste deel was vaak al tot het streepje doorgebrand, terwijl aan de onderzijde de tabak nog haast niet was aangetast. Daar waren rookers, die het vuur zoo krachtig naar binnen zo gen, dat de sigaar alleen inwendig brandde, tot dan plotseling het vuur op eenig punt uitbrak. De leden der jury hadden dan scherp toe te zien, of soms bjj verrassing het streepje werd bereikt. En de rookers zeiven lazen met uitpuilende, van den rook tranende oogen van de gezichten dier jury leden, hoever zjj er reeds met hunne sigaar aan toe waren. „Wat tusschen de dokters enden oosten wind ligt, heelt dit jaar weinig nilzicht, er hselshuids af te komen,* zegt metroaw Bryan. „De oostenwinden maken het begin en de artsen doen de rezt en brengen snel bet einde, dat kan ik n verzekeren, mijn waarde*. Zg is zeer slecht gemotst, de oude da me. Eene hevige verkoudheid heeft baar slem geheel veranderd, en tij snauwt de men schen toe met eene stem, die kryschend hoog klinkt. Het ergste is evenwel, zg kan nu niet zooveel spreken als gewoonlgk, omdat zij dikwgls door hoestbuien overvallen wordt. Daadzakelijk is mevrouw Bryan in een woordgevecht reeds tweemaal geslagen geworden, wat haar nog nooit te voren was overkomen, In dikke wolle doeken gehuld, vijf voiles over elkander voor bet gelaat, een water stoof onder de voeten en één in den schoot, gaat ze in haar rgtnig zitten en rijdt naar het weduwenhui8 van lady Deraaot. Er gaat namelgk een gerncht, dat de oosten wind den kleinen erfgenaam eene longontste king heeit bezorgd en de oude dame beeft het vaste besluit gecomen, zich van de waarheid van dit gerneht te overtuigen. Sir Moritz is een voorwerp van meer dan buitengewone belangstelling voor de nabuur schap, Nu laat hg zich, evenals vroeger, ook buitenshuis zien. Driemaal in de week gaat hg ter jscht; wellicht rgdt hg daarbg wat wilder en woester dan het vorige jaar. Hg spreekt uitermate weinig en de men schen gaan zyn ernstig gelaat gaarne uit dea weg. lederen zondag gaat hg ter kerkdan ziet bij donker voor zich been en biedt zoodoende eene mooie gelegenheid voor een ieder, om te zien, hoezeer hij veranderd is. Op de knieën bidt de gansche gemeente „Leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den booze." Zij bidt: „Bavrgdons van den booze en houd iedere onchristelijk heid ver van ons," maar thuisgekomen en aan hunne kofSstafels gezeten, verwon deren zg er zich over, waarom sir Moritz zich altijd nog maar niet scheiden laat en hij niet voor de tweede maal trouwen gaat. Ook ontzien eg zioh niet, te verklaren, dat zijne vonw een ontzettend persoontje was en hen reeds langen tgd alles van dien zondigen omgang met kolonel Bryan bekend is geweest. Dat is het drijven dor werold. Met dien scherpen oostenwind komt nu ook nog het nieaws, dat de erfgenaam van het slot Dramaneen doodelijk ziek is. Het is slechts een verkoudheid, maar bij zulk een klein, teader lichaampje hebben de docto ren van den beginne af zeer weinig hoop gegeven. Mevrouw Bryan vindt lady Dermot in de grootste opgewondenheid. Zg weent plichtmatig een paar tranen, spreekt op de meest mogelijk medelgdende manier over het leed van baar soon, en verklaart i onbevangen, dat sir Moritz door de ziekte van zgn zoon dieper geschokt is, dan van het heengaan zijner vronw. Persoonlijk is de weduwe Dermot den zoon van Ines niet teer toegedaan. Zg kan hel hem nooit vergeven, dat hg geen blauwe oogeu heeft en dat hg de donkere schoonheid zgner moeder geërfd heeft Maar de erf genaam der Dermots is toch een persoon van beteekenis en zoodoende moet zgn klein leven, als 't eenigszins mogelijk is, behouden blijven- Maar alle mogelijke hulp middelen zgn niet in staat, daar te helpen, waar de na tuur hare halp ontzegt. Zoodoende wordt dan in allergl eeu bode naar hot slot Dru- maneen gezonden, opdat Sir Moritz dade lijk overkomt, daar sijn kind op ster ven ligt. Alice Blake, die et nog liever uitziet dan gewoonlgk, kijkt medelijdend naar het in koorts gloeiende, vervallen gezichtje vau den kleine. Hij rast in hare armen en de tranen rollen haar langs de wangen. Zij denkt er aao, hoe lief Ines haar kind had, en het doet haar in de ziel leed, dat het nn sterven moet zonder den kus der moeder op de lippen. De min is ontroostbaar. „Dat arme lammetje, dat arme lam metje!" snikt zg. „En zonder moeder, dan kan men het eigenlgk eene g-nade des hemels noemen, dat bet van de aarde wordt weggenomen I" „Ja," fluistert Alice, terwgl zg de kleine, klamme hand van den jongen in de hare neemt. „En hoe liet had zgne moed r hem I* De winner van dezen akeligen wedstrjjd was een bakker met bakkebaarden en van middelbaren leeftjjd. Hjj was een rook- en vuurspuwende bakker, die zjjne sigaar deed rooken als den schoorsteen van zjjn bakkers oven, een maag als een kangoeroe scheen te bezitten, van stonde aan zich zei ven en het hem toebedeelde jury-lid in een dikken smook aan het gezicht der toeschouwers onttrok, zich onder het puffen en kwjjlen door levendig met dat jury-lid ondorhield over zjjne vorderingen,en zich den ganschen wedstrjjd door als de opgewektste prjjsrooker kennen deed. Hjj had zich de lippen deer lijk verbrand en zich eene leeljjke blaar op de tong getrokken, maar stelde zich niettemin in de finale even krachtig te weer, ten slotte de zege weg dragende. Met verbranden mond, doch dankbaar hart stiet hjj, toen het pleit tenzjjnen voordeele was beslist, een boerah uit en later, toen onze toekomstige minister van sportzaken, de heer C. A. A. Dudok de Wit, hem hot bankje van vjjf-en-twintig ter hand stelde, drukte zjjn gelaat eene zekere zielsverheffing uit, terwijl hjj met van aandoening trillende verbrande lippen het biljet den volke toonde, als om te laten zien, dat hier geenszins bo drog in het spel was. De winner van do promie, 15 gld. in geld, was eeD particulier, die vertelde, dat hjj in het dagelijks leven eigenlijk weinig siga ren in rook deed opgaan, maar zich gewend had aan het rooken van ongemeen zwaren slag. De winner van de tweede premie, twee rijksdaalders, was een jeugdig dia mantslijper. De overige zes deelnemers in de finale werden begiftigd met eene kist sigaren. Het publiek was te weten gekomen, dat ook in het rookon onmatigheid een walgelijk schouwspel oplevert. Ook bjj dezen wedstrijd werden door den heer De Wit de „tijden" genoteerd. Het re— cort was 43'/s seconde 1 R. Ct. Proefnemingen met been dermeel in Ooststelüngwerf. In het Dajaar van 1896 richtte het be stuur der Lijm- en Gelatinefabriek te DELFT het verzoek tot het hoofdbest. der Friesche Mij. van Landbouw en Vee teelt, in eene der afdeelingen, onder contrfl- le van 't afd. bestuur, proeven te willen nemen van de bemesting met beender meel voor roggi-verbonw op zandgroud. Bovengenoemde fabriek stelde voor dit doel ren zektre boeveelheid ontlijmd beender- De baker droogt bare tranen. „Juffrouw Alice, wanneer een engel des he mels het mij had meegedeeld, zoo zou ik nog geen woord ten nadeele mijner meesteres hebben willen gelooven. Wanneer ooit oene dame in haar man en haar kind opging, dan was zg het. Ik zeg n, juffrouw, als gg milady gezien hadt met bel kind op de armen, het kussend en met hem pratend, bem ver tellend, dat vader nu weder spoedig zou thuis komen, wanneer ge gezien hadt, hoe zg zgne kleine handjes eiken avond vouw de en met hem bad, dat Bir Moritz weder spoedig en wel zon mogen terugkeeron, dan zeudt ge eerder aan een engel twijfelen, dan aan haar;" Alice zucht. Ook sg heeft blindelings Ines geloofd, totdat iemand haar bezwoer, dat hg baar met kolonel Biyan op een a- merikaanscbe boot had gezien. Zg buigt zich liefdevol over den knaap heen. „Ik weet, dst zg beiden innig liefhad," zegt ze rustigwant eene menigte bewij zen daarvoor rijst in haar binnenste op. Het is haar, ais ziet zij Inca lieflijk blo zend voor sir Moritz staan en met een trotsch lachje den knaap omhoog tillen „Zij had beiden lief. Ik zeg n, juffrouw Alice, bet was niet lie'de, bet was aanbid ding, vergoding," zegt de min. „Milady was de zachtste, de lieflgkste vrouw, die er bestond. Nooit had ik hetgeen ge beurd is voor mogelijk gehouden, toen zg dien avond zoo terdege in de war en weenend in de kinderkamer kwam. O, juffrouw, daarbij moet hekserg en spokerg in het spel zgn. Wie weel, hoe de geheele geschiedenis eigenlijk in elkaar zit. De arme sir Morits is een geheel ander man geworden." Ja, inderdaad, hij is zeer veranderd. Bleek en door verdriet verteerd, staat hg een oogenblik later aan het kleine bedje, om zgn kind voor de laatste maal te zien. Spoedig zal alles voorbg zgnde schokkende, hijgen de adem wordt telkens korter en lichter, de donkere oogen sebgnen dreef te worden. Wat is het leven tooh een gebrekkig ding eene korte maand zoo innig geliefd en nu voor altgd weg. Piotseliug openen de oogen van den knaap zich wgd, die groote, brnine oogen met de lange wimpers, die zooveel op die andere donkere oogen gelijken. Helder ziet bij zgn vader aan een lachje scheidt voor een oo genblik zgne kleine lippen, en dan, juist als sir Moritz in het plotseling ontwaken van zachte herinneringen zich over zgn eerst geborene beenbuigt, en de diepe blik dier ernstige oogen hem tot in de ziel doet ont stellen, *Vn gaat er een licht sidderen door bet kl.e-nlte lichaampje, de leden strekken zich eu Ines' jsoete jongen is dood WORDT VERVOLGD. .uiyuo iruuw, ujyue vrouw I" imu uem ZOO innig IICI.' bh muil 1/ermi», Dsron*c, slot Lrrnmaneen.- I nerae in hor nn» no» ia

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 3