Sondas; 5 September 1897.
41ste Jaargang No. 3236.
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Z a 1 e r d a g a v o n d. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Uilgever P. TRAPMAN.
MedewerkerJ. W I h 1.1..
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60,
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Bij tlil nummer behoort
een Bijvoegsel.
GemeenteSchagen.
Bekendmakingen.
Binnenlandsch Nieuws.
Zljpe. Niet ten onrechte
wordt de maand Augustus de tweede
grasmaand genoemd. Vooral dit jaar is
de polder Z ij p e bijzonder gelukkig met
de overvloedige regens na den hooitijd en
het milde weer na de regens, waardoor de
weiden er uitzien, of ze nog eets ge
maaid moeten worden. Als de herfst wat
droog mag blijven, kan het jaar 1897,
wut het grasgewas betreft, met een ster
retje worden aangeteekend.
Mieiws-,
Alrattitiï- k LaiJliiiiM
Bureau: SCHAGKS» Laan, II 4.
Openbare Vergadering
van den Itaad der gemeente
•duwen, op Din,da, 7
en B. een hoeveelheid koren, die even
veel waard is als de koe, dan kunnen
zij met elkander ruilen. Ja, maar A.
wil misschien zijn koe wel kwijt zijn,
maar heeft geen koren hoodig, en B.
zou de koe wel willen hebben, maar
heeft er niets anders voor dan koren.
Goed, zegt B. nu, ik zal mijn koren,
dat evenveel waard is als uw koe, ver-
koopen aan iemand, die koren behoeft.
ber 1897, des voormiddngs flO lire.
Punten van behandeling
Installatie Raadsleden.
Benoeming Wethouder.
Schagen, 4 September 1897,
De Burgemeester
S. BERMAN.
De bladen hebben bericht, dat bij de
aanstaande Staatsbegrooting een voor
stel zal gedaan worden, om de landbouw
belangen saam te trekken bij éóne af-
deeling van het departement van Bin-
nenlandsche Zaken. Wij kunnen ons
daarmee zeer wel vereenigen en hopen,
dat dit zal leiden tot een meer regel
matig overleg tusschen hen, die als ver
tegenwoordigers van den landbouw zijne
belangen voorstaan en hen, die ze als
Regeeringspersonen hebben te beharti
gen wij verwachten ook, dat eene meer
stelselmatige toepassing van wat in het
belang van den landbouw noodig is en
gedaan kan worden, van de oprichting
van zoodanige afdeeling het gevolg zal
zijn. Intusschen moet men zich hoeden
voor overdreven verwachtingen. Soms
hoort men over zoo'n landbouw-departe-
ment of zoo'n landbouw-afdeeling praten,
alsof men door de oprichting alleen daar
van de gouden eeuw voor den landbouw
weer kan doen aanbreken. Dit nu zal
in geenen deele het geval zijn. De on
gunstige landbouwtoestanden zijn voor
een groot deel het gevolg van oorzaken,
waaraan geen regeering, welke ook, iets
doen kan. De daling der graanprijzen
is o. a. een gevolg van de reusachtige
invoeren uit Amerika en Achter-Indië
en die hebben wij te danken aan de ver
beterde middelen van vervoer en de lage
vrachten. Nu meenen sommigen, dat
men de daardoor ontstane lage brood
prijzen als een ramp heeft t% beschou
wen, die men dient af te wenden, zoo
al niet door verbod van invoer, dan toch
door graanrechten. Aan zulke maatrege
len valt intusschen onder de tegenwoor
dige regeering niet te denken. Zij en
de meerderheid, waarop zij steunt, zijn
daarvoor te diep doordrongen van de
waarheid, dat, zoo men met beschermen
de rechten en verbodsbepalingen al iets
mocht bereiken in het belang van den
landbouw, wat op goede gronden
zeer betwistbaar geacht wordt, dit
in allen gevalle ten nadeele zou zijn van
den werkman, en dus alleen eene ver
plaatsing van lasten zou teweeg brengen
in de verkeerde richting, omdat de wer
kende stand in allen gevalle nog minder
velen kan dan de landbouwende stand.
Aan die oorzaken kan en zal de re
geering dus niets doen. Maar is het
ook wel zóó noodig, als sommigen zeg
gen, dat er iets aan gedaan worde,
althans in die richting Er heerscht
schromelijke overdrijving op dit gebied,
omdat men een tweede oorzaak uit het
oog verliest, die tot de verlaging der
U voor Uwe koe, qn voor dat geld
kunt gij koopen, wat gij behoeft. Wij
hebben hier dus drie onderling gelijke
waarden, die elk floor dezelfde hoe
veelheid geld worden voorgesteldmaar
die hoeveelheid geld is nu minder dan zij
25 jaar geleden zou geweest zijn. Stel,
dat de geldswaarde nu /"lOOis, dan
zou die voor 25 jaar b.v. met f 175 of
150 uitgedrukt zijn. Is daarom de
toenmalige waarde met 75 of 50 pCt.
van de tegenwoordige waarde vermin
derd Integendeel, de onderlinge waar
deverhouding is geheel gelijk gebleven
de koe zou dezelfde hoeveelheid koren
waard geweest zijn alleen zou die
waarde in eene andere geldsom zijn uit
gedrukt. Met andere woordenals de
landbouw-voortbrengselen in geld min
der opbrengen, is dit voor den landman
geen nadeel, als hij zelf voor dat min
dere geld evenveel koopen kan van wat
hij in de plaats van die voortbrengse
len noodig heeft. Of nog anders gezegd:
de daling der landbouwprijzen wordt
voor een deel opgewogen, goed gemaakt
door de daling of mindere stijging
van andere prijzen, b.v. die van arbeids-
loonen.
De juistheid dier stelling volgt reeds
uit de cijfers, die men aan het engelsche
enquête-verslag ontleent. Daarin zegt men,
dat de grondwaarde met 50 pCt. en de
waarde der producten met 20, 30, 40 pCt.
is gedaald. Welnu, dan blijkt het, dat de
grond meer gedaald is dan de voort
brengselen, dat isdat een belang
rijk onderdeel der kosten van voortbren
ging sterker is gedaald dan de opbrengst
van het voortgebrachte. De boeren
zouden er dus beter aan toe zijn dan
25 jaar geledenDie gevolgtrekking
zou niet lichtvaardiger zijn dan die, dat
de boeren zóó hard achteruitgegaan zijn
als men ons wel zou willen doen geloo-
ven. Zij zou echter waarschijnlijk even
weinig juist zijnwant er komen ande
re factoren bij de waardebepaling mee
in aanmerking, waarbij wij nu niet wil
len stilstaan, omdat wij over die daling
der grondwaarde nog een paar woorden
zeggen willen, om daarmee op onze
landbouwafdeeling terug te komen.
40 pCt. is dus de rentevoet gedaald en
er is geen enkele reden, waarom de ren
te, der kapitalen, in grondeigendommen
belegd, niet evenveel zoude dalen door
dezelfde oorzaken.
Doch den pachter kost het moei
te, zijn landheer van de bil
lijkheid daarvan te overtuigen, en de
pachter moet toch pachten, als bij leven
wil en de landheer kan best een ande
ren pachter krijgen, als de oude niet
langer wil betalen De onderlinge
concurrentie der gegadigden drijft de pach
ten op. Er is echter zoowel door gedurige
voorlichting als door welwillende bemid
deling wel wat te doen. Daarvoor schijnt
ons noodig do instelling van pacht-com-
missiën en, in verband daarmede, eene
grondige regeling van het pachtcontract.
Hoe wij dit wenschen zouden, werd
vroeger reeds uiteengezet
Wij gaan daarop nu niet nader in.
Alleen is dit zeker, dat hier voor eene
landbouw-afdeeling een terrein voor
practischen arbeid braak ligt en dat hier
landbouwbelangen te behartigen zijn, zon
der dat andere belangen geschaad
worden.
Wel zal men beweren, dat het op
kortwieken van de inkomsten der grond
eigenaars is aangelegd, maar dit zal
toch slechts in zooverre het geval zijn,
dat dezen nu inderdaad te veel ontvan
gen. Dat zij niet beneden de waarde
zullen ontvangen, daarvoor is de wet
van vraag en aanbod hun een wisse
waarborg en, als zij inderdaad te veel
ontvangen, is dit in hun eigen nadeel,
want het uitmergelen van den pachter
benadeelt niemand zoozeer als den grond
eigenaar, wiens bezit slechts waarde heeft
door des pachters arbeid
Doch al ware dit anders, dan nog moet
hier de hand aan het werk geslagen
worden, want het welzijn des volks geldt
als hoogste wet, en het volkswelzijn is
in hooge mate gebaat bij het bestaan
van een welvarenden boerenstand.
Wij Lebben gezegd, dat de landman
er niet slechter om wordt, als de prijzen
zijner producten dalen, mits maar zijne
uitgaven naar denzelfden maatstaf afne
men.
Als hij 20, 30, 40 pCt. minder ont
vangt, moet hij ook 20, 30, 40 pCt.
minder uitgeven. Zij winst vermindert
dan ook wel met 20, 30, 40 pCt., maar,
als die daling met de toeneming der
goudwaarde in verband staat, kan hij
voor die mindere winst evenveel koopen
en blijft hij dus de oude. Dat nu zijne
voortbrengingskosten dalen in evenredig
heid tot de daling der prijzen, betwijfe-
felen wij echter, inzonderheid ten aan
zien van de pachten. Men zegt, dat de
grondwaarde 50 pCt. gedaald is. Men
bedoelt daarmee dit, dat de grond bij
overbrenging van de eene hand in de
andere 50 pCt. minder opbrengt dan
prijzen van landbouwvoortbrengselen vroeger. Maar zijn nu de pachten 50
heeft geleid. Die daling is ten deele pCt. gedaald Wij hebben er niet van
als het ware denkbeeldig, omdat zij een gehoord en betwijfelen het zeer.
gevolg is van de waardevermeerdering En toch zou dit, ook uit een ander
van het goud als geld. 1 oogpunt, noodig wezen. Grondeigendom
Er is een groote ophef gemaakt van is kapitaalsbelegging. Evenals de effec-
het feit, dat, blijkens eene engelsche tenhouder door zijne coupons, trekt de
Landbouw-enquête, de waarde van den landeigenaar door zijne pachten rente
grond met 50 pCt. verminderd was en van 2ijn geld. De rentestand behoort
de waarde der landbouw-producten met
20 k 40 pCt. Maar eilieve, dat is niet
juist uitgedruktdat wil alleen zeggen,
dat de prijs van het land, in goud be
paald, 50 pCt. lager is dan vroeger,
dat de landbouwproducten in goud zoo
veel minder opbrengen, maar niet, dat
z9 zooveel minder waard zijn. Dat
hangt met heel andere gegevens samen.
Die zaak lijkt erg duister en ingewik
keld. Maar men kan ze zich zeer een
voudig voorstellen. Als A. een koe heeft
dus ook de pachten te beheerschen. En
gaan wij nu den rentestand na, dan heeft
de daling daarvan tamelijk gelijken tred ge
houden met dien van den grondeigendom.
Het is weinig meer dan 1/i eeuw gele
den, dat puik solide beleggingen ruim 5
pCt. opbrachten. Gemeentebesturen kon
den nauwelijks tot dien koers geld be
komen. .Nu is het 3Va pCt. geworden
en spreekt men reeds van 3 pCt.-
leeningen, die bij gunstigen stand der
markt te plaatsen zouden zijn! 30 a
Vergadering van den Raad
der gemeente Winkel, gehouden op
dinsdag 31 Augustus 1897,'s voormiidags
10 uur.
Tegenwoordig alle leden.
Nadat de burgemeester, de heer J.
Koomen HzVoorzitter, de vergadering
heeft geopend, wordt de heer Abr. Sloot
de vergadering binnengeleid, waarop deze,
daartoe door den Voorzitter verzocht, de
gebruikelijke eeden in handen van den
Voorzitter aflegt. Hierna wordt de heer
Sloot door de heeren met zijne benoeming
geluk gewenscht en spreekt de voorzitter
de hoop uit, dat het den heer Sloot ge
geven mag zijn, vele jaren de betrekking
als lid van den raad waar te nemen en
het voetspoor zal volgen van zijn voor
ganger, den heer H. W. Melchiorwelke
gedurende een 25 tal jaren steeds met den
meesten ijver en nauwgezetheid de belan
gen der gemeente heeft behartigd en
voorgestaan. Nadat de heer Sloot zegt, zij
ne beste krachten te zulleD inspannen,
zich deze betrekking waardig te maken,
wordt door hem zitting genomen en volgt
voorlezing der notulen van de vorige bij
eenkomst, welke zonder eenige bemerkin
gen worden goedgekeurd en vastgesteld.
Ingekomen iseene missive van den
Minister van Binnenlandsche Zaken, d.d. 16
Julij.1., No. 4665, Atd. O., waarbij ZEx.,
beschikkende op het d.d. 1 Juli 1.1. door de
gemeente Winkel aan H. M. gericht adres,
houdende verzoek om ontheffing van hel
geven van onderwijs in de vrije- en orde
oefeningen der gymnastiek, den raad ver
wijst naar H. H. Ged. Staten der Provincie,
waartoe de gemeente behoort.
Voor kennisgeving aangeuomen en
wordt besloteD, het adres ter zake aan H.
H. Ged. Staten te richten.
Als nu wordt in behandeling genomen
de rekening van het Algemeen Burgerl.
Armbestuur over 1896. Onder overleg
ging der daarbij behoorende bescheiden en
bijgestaan duor den Penningmeester, den
heer P. Friet, wordt deze rekening na een
volledig onderzoek goedgekeurd en vast
gesteld tot een bedrag van f 5031.65 in
ontvang, en in uitgaaf tot een bedrag
van f 4908.10, alzoo sluitende met een
batig saldo van f 123.55.
Hierna volgt de begrorting van voornd.
bestuur voor het jaar 1898, bij welker
behandeling blijkt
le. dat op d n post, rnieretien van ka
pitalenvolgnummer 3 der begrooting,
niet voorkomt de interest van het kapi
taal, groot f 1664.ingeschreven op het
Grootboek der S°/0 N. W. S., ontvangen
door den verkoop van grond aan de
Stoomtramweg-Maatschappij Westfries
land".
2e. dat de post, voorkomende onder
volgn. 8., tubtidiën uit de Gemeentekat,
geraamd op t 8200.is verhoogd met
f 200.en deze verhoogiug is gedaan met
het oog op de meerdere bedeeling in 1898.
In verband echter met het voordeelig
saldo der rekening van 1896 en met het
oog op den juist niet gunstig te noemen
financieëlen toestand dsr gemeente, wordt
na eenige bespreking besloten, dezen post
op f 3000,terug te brengen, en zoo
later dit bedrag outoereikend mocht blij
ken te zijn, het tekort uit de gemeente
kas te dekken.
Na wijziging der beide posten wordt
deze begrootiDg aldus vastgesteld in ont
vang eu uitgaaf tot een bedrag van
f 4532.55. Uitgetrokken voor onvoorzie
ne uitgaven was een bedrag ad f 287.55.
Hiermede die werkzaamheden afgeloo-
pen zijnde, betuigt de voorzitter den heer
P. Frietpenningmeester, zijnen dank
voor het goede beheer en het richtig
houden der administratie.
Thans brengt de commissie, belast met
het onderzoek der gemeenterekening oTer
1896, rapport uit omtrent hare bevindin
gen en adviseert tot vaststelling. Hiertoe
besluitende, stelt de raad deze rekening
voorloopig vast tot een bedrag van
f 20808,155 aan ontvangsten en
f 19129.12 aan uitgaven, sluitende alzoo
met een batig slot van f 1679.035.
Hierna deelt de voorzitter mede, dat
aan Burg. en Weth. bij het opmaken der
gemeentebegrooting voor den dienst van
1898 is gebleken, dat ten gevolge van de
herziening der wet op de peisoneele be
lasting het bedrag der gemeente-opcenten
met ongeveer f 1000.is verminderd,
hetgeen het opmaken der begrooting zeer be
moeilijkt, daar deze, wanneer in deze lagere
opbrengst niet op de eene of andere wijze
wordt voorzien, zou sluiten met een nadeelig
saldo van ongeveer f 750.
Burg. en Weth. waren van oordeel, dat
de beste oplossing is
1. over te gaan tot eene meerdere hef
fing van hoofdelijken omslag tot f500.
2. tot verdubbeling van den aanslag voor
hondenbelasting, wat f 100.zou op
brengen, en 3. tot eene verbooging der op
centen op de personeele belasting tot 50
opcenten voor alle aanslagen van f 75
huurwaarde eu daar beneden, en vaD 50
tot hoogstens 95 opcenten voor aanslagen
van hooger dan f 75 tot f 187.50 en
meer bedragende, met dien verstande, dat
het getal opcenten geleidelijk met 5 op
klimt, zoodat de volle 95 opcenten eerst
worden geheven bjj de aanslagen, die
f 187.50 huurwaarde en meer bedragen.
Volgens eene gemaakte berekening zou
deze heffing ongeveer f 375 meer bedra
gen.
Alvorens echter de begrooting in dien
geest te wijzigen en op te maken, zouden
B. en W. hieromtrent gaarne het gevoe
len van den raad inwinnen.
Niemand zich tegen dit voorstel ver
klarende, wordt besloten, de begroatiug in
den aldus aangegeven geest in te richten,
terwijl in verband hiermede wordt over
een gekomen, vóór 1898 de noodige maat
regelen te nemen tot wijziging der belas
ting-verordeningen op den hoofdelijken
omslag, opcenten op de personeele belas
ting en hondenbelasting.
Hierop deelt Voorz. mede, dat het dek
van de brug, genaamd »De Pijp', iu een
zeer slechten toestand verkeert en
daarom in overweging geeft, bet oude
door een geheel nieuw dek te doen ver
vangen.
Dienovereenkomstig wordt besloten,
terwijl de heer Breebaart aanraadt, hiervoor
eens te informeeren naar scheepshout.
Door bet bedanken vaD den heer H. W.
Melchior als lid vau het college van zet-
teis wordt ter voorziening hiervan eene
voordracht cpgem&akt van twee personen
en bij stemming geplaatst als: No. 1
de beer S. Over en als No. 2 de heer
3. Timmermanwaarmede door btide hee
ren genoegen wordt genomen.
Aaa de orde isBehandeling van brt
in de vorige vergadering, wegens slaken
van stemmen, terzijde gelegd adres van
den wegwerker A. Bakker. Nadat de
Voorz. den heer Sloot met de strekking
van dit adres heeft in kennis gesteld,
wordt tot stemmen overgegaan en met 4
tegen 3 stemmen verworpen.
Ten einde echter eenigszins aan da
wenschen van den steeds ijverigen en
wakkeren werkman te gemoet te komen,
stelt de Voorz. voor, het tegenwoordig loon
ad 10 cent per nur te brengen op 12 cent
per uur en dan te bepaleD, dat Bakker
niet meer dan gemiddeld 11 nar per dag
in dienst der gemeente zal mogen wer
ken.
Na hierover een poosja te hebben ge
delibereerd, wordt ten laatste besloten,
Bakker tot wederopzegging toe 12 cent
per uur uit te betalen, voor die uren,
waarin hij uitsluitend ten dienste der ge
meente werkzaam is, met bepaliog, dat
door hem niet langer zal mogeD worden
gewerkt dan gemiddeld 11 nur per dag.
Het voorstel, om in deze vergadering
nog eene benoeming te doen voor een
Ambtenaar van den Burgelijken Stand
wordt goedgevonden en daarvoor gestemd
de heeren Breebaart en Sloot elk met 2
stemmen, en de heeren Sloovet en Over
met elk 1 stem. Bij de 2e vrije stem
ming bekwam de heer Sloovet 1 stem en
werden op de heeren Breebaart en Sloot
elk 8 stemmen uitgebracht. Nadat de
heeren Breebaart en Sloot verklaren, zich
builen stemming te willen houden, ver
kreeg de heer Breebaart bij de herstem
ming 3 stemmen eu de heer Sloot 2 stem
men. Alzoo werd de heer Breebaart be
noemd, welke benoeming door dezen werd
aangenomen.
Ten slotte wordt nog besloten, op dins
dag 7 Sept. a. s., 's nam. 6 uur, raads
vergadering te houden, waarin de opnieuw
gekozen leden, de heeren Over, Sloovet en
1 immerman, kunnen worden btêedigd.
Bij de gewone rondvraag vraagt de heer
Sloovetof het niet noodig is, de straat
in het Oosteinde wat te herstellen.
Besloten wordt, den metselaar Nieuwe-
boer hiermede te belasten.
De heer Nobel vraagt, wat er gedaan kan
worden, ten einde aan de vuilheid van de
straat ta Lotjewiukel een einde te maken,
waarop de voorzitter in overweging geeft,
daarop wat zand te doen breDgen.
Hierna sluit de voorzitter de vergade
ring.
Aan denwoensdag te Nieu
we Niedorp ten locale van den heer
Haringbuizen gehouden Kollwedstiijd,
namen {29 kolvers deel.
le piijs werd met 142 punten gewon
nen door den heer C. Zomervan Zuidschar-
woude, 2e prijs door den heer Slolemaker
van Oudcarepel, met eveneens 142 punten,
en de Sa prijs, met 129 punten, door den
heer D. Kuilman van Nieuwe Niedorp.
De serieprijs met 52 punten werd ge
wonnen door den heer J. B. Wilken van
Nieuwe Niedorp.
Eveneens werd een biljartwedstrijd ge
houden, waaraan 16 heeren deelnamen, le
prijs, de heer J). Paarlberg Nzte Nieu
we Niedorp2e prijs de heer H. Moer
beek, Kreil8a prijs de heeren A. v. d.
Oord en K. Mijlt, beiden van Nieuwe
Niedorp.
Z. K. H. de Hertog van Aos-
ta wordt met gtvolg te Alkmaar
verwacht en ne mt zijn intrek bij Hds. ad
ministrateur, den heer J. M. de Sonnaville.
Het bezoek geldt, zooals in de laatste
jaren trouwens steeds het geval was, eene
inspectie zijner goederen, in de nabijheid
van Alkmaar gelegen.
Doorden Schippers- en
Visscbersbond op TEXEL zal opnieuw een
request aangeboden worden aan den
Minister van Financiën, om vrijdom
te krijgen van zoutaccijns vcor hst
koken van garnalenock voor bet uit
voeren van kleine hoeveelheden.
Een hofstede met een
zilveren dak
D.zer dagen werd bij opbod afgemijnd
een boerenhofstede te ZEVENHOVEN,inge-
z t op f 30.000. Eigenaar werd voor f 30,000
de heer v. d. Weijden te Nieuwkoop. Naar
men mededeelt, [st rat op deze hofstede een
hypotheek van f 70.000.