r
In verzoeking.
I
.1.
Binnenlandsch Nieuws.
getrokken. Toen tij weder tot och zelve
kwam, herkende tij haien ieduer. Hij
was een b.-j«rde atbeider uit de fabriek,
dien men kortweg den „Elsasser* noemde.
Hij was omtrent veertig jaar en weduw-
Dwaas ding/ voegde hij haar toe.
#Heeft de hemel n voot het vuur be
waard, opdat gij en in water sterven
zoudt Kom nu met mij mede. Ik heb
twee kinderen. Gij zult hun moeder
zijn.'
Zoo bleef Jeanne in Meroville. In de
fabriek kwam zij niet meer. En een jaar
sprak niemand meer van deze
iiitengewone geschiedenis de medail
les, de belooningenzij heeft er nooit
meer wat van gehoord.
- Huotingdon, ik kan bet u helaas
niet verzwijgenUw vrouw zal naar alle
waarschijnlijk den morgen niet meer ha-
len.
De dokter sprak op zijn fluisterende
beroepstoon, terwijl zijn trekken de daar
bij passende uitdrukking van leedwezen
aannamen. George Huntingdon sloeg de
oogen neder, opdat zij niet verraden
zenden, dat dpze woorden zijn beter ik ten
spijt een zwaren last van het hart geno
men hadden, en dit hart van vreugde
luid klopte. Hij sloot de deur der aan
grenzende kamer.
Is er hensch geen hoop meer, vroeg
hij.
Een zwakze slechts, u moet beden
ken, met een gezondheid, die zoo onder
mijnd is, als de hare.
Huntingdon hief de hand op met een
afwijzend gebaar. De dokter brak Hen zin
af en begon opnieuw.
Huntingdon, er beatast nog óód mo
gelijkheid op redding. Geef haar zoo dik
wijls als slechts mogelijk is van deze
medicijn, dat kan wellicht helpen, anders
niets. Ziel ge, het is een strijd tusschen
de medicijn en de ziekehoudt de kracht
uwer vrouw het uit., totdat de werkiüg
der medicijn begint, dan kan zij wellicht
er nog doorkomen. Geef haar daarvan in,
als het slechts mogelijk is; liever om het
nnr, dan om de twee nnrhet is het
eenige wat ik er nog op weet.
Kunt u mij geen verpleegster zen
den, die den nacht mei haar zon kannen
doorbrengen, zeide Huntingdon, strak voor
zich kijkend.
„schudde het hoofd.
is "tin wbijna één uur en een
verpleegster kan toch ook niat anders
doen. Alles, wat o te doen hebt, is der
patiente de medicijn geregeld in te geven.
Goeden nacht
Hantingdon keerde in de kamer terug.
In bed lag eene vrouw, welker schoonheid
zelfs door den meest weerzmwekkenden
-^rm der onmatigheid nog niet geheel en
woest waseen vrouw, die hij eens
ScReiyirdisd bemind, en die hem
moeVeu oyer gepeven had, den dag te
?e'ezeD, op welke hij haar tot vrouw ge-
*an kt had.
®ai£ijn vrouw dit woord klonk hem bij-
*als hoon en ironie, een schepsel als
Je j Terwijl hij haar aanzag, opende zij
8eilsehng de oogen, en zag hem aan, het
iv\n groote, brandende oogen, en hij be-
c merkte, dat zij in een toestand van deli-
mtn verkeerde.
Wat doet ge daar? zcide zij. Waar-
wacht ge toch Ik wil in mijn eigen
nuts doen en laten wat ik wil, niemand
zal zich daarin mengen. Ik wil het hebben.
Ik wil net.
De man wist, wat deze woorden be
duidden en trad onwillekeurig, met weer-
-v-^zin rervuld, achteinit, terwijl het beeld
van zijne dochter voor hem opdook, sedert
een paar jaar bij zijne ouders in huis, een
meisje zoo rein en edel, maar de dochter
van zulk een diep gezonken moeder, zijn
dochter, die hij zoo lief had, maar dis
misschien het voorbeeld der moeder ten
saam zjjt.*
.Dat zal wel auders worden, wanneer
^erst Rudolf maar eekomen is en wij we
der iets geestigs hooren,* zeide Helene, ter
wijl de ondero zuster zwijgend door bet ven
ster staarde- ,Maar ik vrees, dat gij van
mcdidere spraakzaamheid niet zult pro-
fiteeren. Gij hebt tot de Molenstraat min
stens een half nur te gaan, en het onweder
komt met gang opzetten.*
„Gij wilt mij met geweld loozen,* ant
woordde dr. Zarnow, terwijl hij eene misluk
te poging deed om te glimlachen.
„Wenscht gij het ook, Caecile
De oudere aaster baalde ongeduldig de
Echoaders op. „Gij weet toch, hoe bet is,
beste Zarnow,* zeide zij. „Wij willen niet
gaarue zien, dat u door een onweersbui
doornat zoudt worden; wanneer gij wilt
blijven, totdat het onweder voorbij is, dan
zij t gij welkom.*
„Caecile heeft goed praten; maar ik ver
zoek u, de verantwoordiog voor haar be
toog niet tot mij nit te strekken,* merkte
Gelene op. „Ik ben meer bezorgd over
mijn tbee. dan over Zarnow's nieuwen zwar-
De onvriendelijkheid van Qelene ging voor
Zarnow verloren, die alleen aan Caecile
dacht. Ook hare woorden hadden bijna on
vriendelijk geklonken, maar hare donkere
oogen hadden hom daarbij een blik van ver
standhouding toegeworpen, die beter bij den
inhoud, dan bij den toon harer woorden
paste. Zarnow stond eenige oogenblikken
besluiteloos, maar het tehnis op hem wach-
3 oe werk droeg de overwinning weg op
OMfciie's mooie oogon. En zijn plichtsbe
sef zon beloond worden. Want terwijl hij
opstond en afseheid nemen wilde, trof het,
dat jzist het knappe dienstmeisje bet hoold
Yo'm de denr stak en mededeelde, dat er ie-
mand was, om mejuffrouw Helene te spre
ken.
„Verveelt u maar niet,* zeide zij plagend
®u liet toen Zarnow en Caecile aileen.
„vW->:i er -ebilderijen asr den wand
QJ^ vr^den kuünen spreken, dan zouden »ij heb-
r -u verteld, dat. nadat Qelene de kamer
ftd verlaten, C -ecila een oogenhlikje in j
ae*i-d; i0V s Moaon had gerust en zich door
jjjte eon dior vluchtig o, geheianiinige kns-
/i ter ufd laten ontrooven, wier zoetheid vol-
k0É °ptdeel van bevoegde saakknndi-
^iar, w'Qt op den kns, volgons recht en I
1 verderve zou kunnen voeren.
Met eene moadelooze beweging streek
hij de hacd over de oogen, en gÏDg nsar
de toilet!.fel cm de medicijn té halen.
Toen hij de fDsch ophief en de vloeistof
in het glss goot, klonken hem de woor
den van den dokter in de ooren
Er bestaat slechts ééne mogelijk
heid de eenige, geef hsar zoo vaak
mogelijk de medicijn, dat kan haar redden.
Wie was er, die het zag Wie, die
het wist George Huntingdon zette de
desch weder neer. Waarom zon hij de
viotistof niet wegsmijten en dan
en dan Koude zweetdroppels parelden
op zijn voorhoofd en hij schrok van zijn
vaalbleek gelaat, dat hem in den spiegel
aanstaarde.
BrandewijnIk wil brandewijn I Ik
wil het hebben, zeg ik, kreunde de vrouw
in bed.
Zij vroeg om wat vergif voor haar was,
maar als zij het verlangde, waarom zon
hij het haar dan niet geven.
Het was een warme, stille nacht, en
toen hij het venster opende, bewoog de
wind nauwelijks de gordijnen, Doch maan
noch sterren verbraken de pikzwarte
duisternis, en een zachte regen viel nauw
hoorbaar op het groen gebladerte daar be
neden in den tuin.
Hij liep met het glas naar het venster,
strekte de hand nit, bleef eea oogenblik
besluiteloos, maar trok haar dan schielijk
terug.
Wat zon zij zeggen,' sijn dochter Hoe
zon hij haar durven aanzien in de mooie
blauwe, oprechte oogen, met zulk een
schuldbewustzijn
Met onvaste, bevende haDden sloot hij
het venster en trok de gordijnen dicht.
Weder riep de stem zijner vrouw om
brandewijn, maar zij W3S al zwakker ge
worden.
Hier, drink dit eens, zeide hij, ter
wijl bij op haar toetrad.
Zij lichtte haar hoofd zachtjes op en
bracht het glas aan hare lippen, tot zij
de medicijn tot den laatsten droppel opge-
drouken hadtoen hij haar hoofd weer
op het kussen terug zinken liet, sloeg de
klok buiten één uur.
Zijn goede engel had getriomfeerd
Met opeengeklemde tanden hield hij de
wacht, de lauge stille uren van den een
zamen nacht, besloten, tronw te zijn aan
zijn plicht, zich waardig te toonen de
dochter, die zijner waardig was.
Twee, drie, vier
Toen het roode licht van den aanbre-
kendtn dag door het venster scheen, wierp
George Huntingdon zich in een stoel, en
lennde met het moede hoofd op de sluimer-
rolde strijd had hem uitgeput, en of
schoon overwinnaar, was hij niet zonder
wonden er uit te voorschijn getreden. Yan
lieverlede viel bij in een diepen slaap,
waarin treurige droomen hem kwelden
dtoomen van zijn leven, hoe het eens was,
en hoe het thans kon zijn, en hoe het
zonder de leelijke, donkere schaduw, die nu
reeds zoo lang over zijn tehuis lag.
Toen de klok vijf sloeg, sprong hij op.
Nog eens vulde hij het glas met Elixer,
dat haar leven redden en het zijne ver
nietigen zou, maar er was een verande
ring ingetreden.
Het gelaat in bed zag doodsbleek en
strak, en de rose lichtstreep, die op het
kussen scheeD, kleurde bloedlooze wangen.
Hij lichtte het hoofd der vrouw nog voor
zichtiger op dan de eerste maal, maar ter
wijl hij dit deed, hoorde hij een gorgelend
geluid uit haar keel komen, en toen hij
het glas aan hare lippen hield, zeeg zij
dood ineen.
„Vrij en hereenigd met mijn kind Hij
znnk op de knieën voor het bed en snik
te
Kapitein Slocum, uit Bos
ton, zeilt in zijn eentje in de Spray, een
notedop, de wereld om. In April 1895
verliet hij Boston, zeilde door de Straat
Magelhaau naar Australië, vanwaar hij nu
Maar
de schilderijen
westwaarts de reis naar Amerika voortzé'.
Dinsdag kwam hij te Port Louis op Mau
ritius, aan.
Uit Rome, Venetië, Triast
en andere plaatsen komen berichten over
min of meer hevige aardschokken, die
daar dezer dagen de bevolking verschrikt
hebben. Alleen" te Ancona schijnen eeni
ge oude huizen tengevolge van de aard
beving ingestort te zijn.
Een bruiloftspartij in't
water. Een vreeselijk ongeluk is ge
beurd in de stad Antonopol, in het gou
vernement Witebsk in Rusland. Daar
ondernamen de gasten op een huwelijks-
partij een boottochtje op het meer in de
nabijheid. Midden op het meer kreeg de
boot een lek en zonk. Zeventien perso
nen verdronken, daaronder het bruids
paar. Aan zeven personen gelukte het,
zich aan den oever te redden.
Omtrent d e s c h e e p s r a na p
bij Fiame melden de dnitsche bladen het
volgende
De „Ika* van de hongaarsch-croatische
Scheepvaartmaatschappij, die tnsschen Erk-
venica en Fiume vaart, werd juist voor de
haven van laatsgenoemde stad aangevaren
door de britsche stoomboot „Tytia', die jnist
de haven uitstoomde. De botsing geschied
de met zulk een geweld, dat de „Iks* bin
nen twee minuten zonk. Zij stoomde nog
éO meter voort, toen verhief zich het voor
schip nit het water en een minuut later
was het vaartuig in de golven verdwenen.
Tengevolge van den zwaren regen en de
zwarte duisternis, konden slechts enkelen
van de vijftig passagiers van het hongaar-
sche vaartuig worden gered. De meesten
verdronken.
Boos weder.
In Zwitserland en Tirol is in den laat
sten tijd het weer zeer rnw geweest. In de
omgeving van Zürich en van Innsbrück is
veel sneeuw gevallen en in de laatste stad
heerschte in den vroegen ochtend van
maandag een temperatuur, die slechts wei
nig boven het vriespunt was.
In Thusis werd zaterdagochtend een
aardbeving met zwaar gerommel waarge
nomen. In verschillende deelen der Alpen
zijn rotsblokken neergestort, o. a. op den
St. Gotthsrd, zoodat de weg, die over den
Fuekapas leidt, versperd was.
Een vreeselijk ongein k.
Uit Berlijn komt een Renter-telegram,
dat een vreeselijk ongeluk vermeldt. Te
Cuxhaven ia bij het eerste lichtschip de
torpedo-boot S 26 gekanteld en gezonken.
Niet alleen zeven manschappen zijn daar
bij omgekomen, maar ook hertog Frederik
Willem van Mecklenbnrg Schwerin, luite
nant ter zee in duitschen dienat, en oom
vsn den minderjarigen groothertog van
Mecklenburg-Schwerin.
Resultaat van een boks-
wedstrijd.
Een Amerikaansch blad maakt melding
van een zeer eigenaardig afgeloopen boks
wedstrijd te Iowa in Midden-Amerika. In
het stadje Vaumeter werd onlaDgs een
vriendschappelijk duel gehouden tnsschen
den bekenden bokser Pyers en een doof
stommen athleet, Tom Brassfieid genaamd.
Pyers gaf na eenige oogenblikken zijn te
genstander een zoo geweldigen stomp te
gen zijn linkeroor, dat deze terstond hevig
uit neus en mond begon te bloeden. Nau
welijks was Brassfieid wat tot zich zelf
gekomen, of hij deed de verrassende ont-
dekkiug, dat hij spraak en gehoor
had terug bekomen. Voor jaren had hij
beiden door een val van zijn paard verlo
ren.
Al weder een anarchis
tische aanslag in Spanje. Op den spoor
weg van Artennza naar Mangos is een dyna-
mietbom ontploft, terwijl er een trein
voorbijreed. De machinist, een stoker, een
officier en twee soldaten zijn gewond.
plieht toegekend
zwegen.
Caeeile zeide ernstig: „Gij moet mijne
bezorgdheid niet verkeerd opvatten, Fritz.
Ik ben meer bezorgd om Rndolf en He
lene, dan om mij rel ve. Ik heb toch altijd
iets
Ein kleine en natuurlijke panze.
Dan antwoordde Zarnow„Hoe liel van
n, wat gij daar zegt, Caecile. God gave,
dat date boore tijden voorbij waren, zonder
u te treffen. Maar wat er ook komen moge,
en al wordt gij ook straatarm Een
hartelijke kns voleindigt den zin op wel
sprekender wijze dan woorden het hadden
kunnen doen.
Zij hield zijn rechterhand omklemd en
bracht die liefkozend tegen haar wang.
„Ons zal niets scheiden,* betuigde zij
zaehtkens. „Niets dan de dood.*
Een felle bliksemflits doorkliefde de incht.
Het weder vermaande Zarnow, met zijn te
rugkeer niet langer te talmen. Doch bij
kon zich niet spoedig losrakkennog een
wijle stonden de minnenden, hand in hand,
oog in oog, tegenover elkander- Daar
kwam Helene binnen en Zarnow nam met
een hartelijken handkns afscheid van Caeci
le, terwijl hg Helene een schertsend woord
toevoegde.
Het onweder ontlaadde zich op geweldi
ge wijze en hield aan tot lang na midder
nacht. Maar de bewoners van het buis aan
den Alster sloegen daarop geen acht, want
onder bet hevigst van het onweder was
Rudolf Friedrichsen in een huurrijtuig thnis
gekomen, en zijn bleek gelaat, zijne trillen
de lippen haddeD aan de snaters verraden,
wat er gebearen zoo, nog voor hij een woord
had behoeven te spreken.
Eene reeks nienwe faillissementen in A-
merika en de val van eene groote import
firma in Hamborg hadden bet hnis Frie
drichsen en Thormahlen, welks eenige firmant
de hoer Rndolf Friedrichsen is, gedwongen
om nitstel van betaling te verzoekenmor
gen zon Rndolf zijne schnldeischers bijeen
roepen nog kon geen overzicht verkregen
worden, hoeveel er nog nit de rnlne zon
rijn te reddenmaar waar alles tegenwoor
dig inzakte en kraakte, had het meest kwa
de vermoeden de grootste waarscbjjnlgkheid.
Het avondeten stond onaangeroerd op
tafel en geen der aanwezigen lette op het
gemoedelgk gegons van den theeketel, zoo
lang Rndolf zijn ongelnkstyding meedeelde.
Beide zusters onderbraken met geen en
kel woord de verklaringen en mededeelin-
gen van haren broeder.
Caeeile zat roerloos, met gesloten oo
gen; Helene streelde af en toe Rndolf's
arm, als cm hem te troosten. „En wat dankt
gij na te beginnen vroeg zij, toen einde
lijk alles was medegedeeld.
Rndolf was afgemat en streek zich lang
zaam over het hoofd. De zorgen van den
laatsten tjjd hadden zjjn gestel gedacht on
dermijnd en deden hem na veel onder schij
nen, dan hij in werkelijkheid was.
„Ochl* antwoordde hij op de vraag van
zijne znster. „Het is hier de vraag, wat
gij zalt beginnen? Dat baart mjj nog de
meeste zorg.*
„Hoe kannen wij dat weten, voor dat wij
niet van alles op de hoogte zijn?* vroeg
Caecile op kalmen toon. „Is er dan voor
de firma geen vooruitzicht meer
„O ja voor de firma heb ik nog eene
laatste hoop," antwoordde Rndolf. „Wij
kannen ons weder er boven op werken,
wanneer de Garantie-disconto-Vereenigicg
onze wissels steunt
Caecile sloeg haar broeder opmerkzaam
gade Zij ried, dat hij iets verzweeg, omdat
het hem moeilijk viel, het te zeggen. „Wan
neer die dat doet," zeide zij. „Dat betee-
kent niet veel. De vraag isgelooft gij,
dat zij het doen zal?"
„Ik geloof bet wel, want van ons hangen
weder een paar kleine firma's af, die men
gaarne staande wil honden, om het alge
meen vertrouwen weder te herstellen, en
treedt nu de »ereeniging voor ons op, dan
zal er eene formeele bankroetsverklaring
vermeden kunnen worden.*'
„Dan is het immers goed,* antwoordde Cae
eile, rnimer ademhalende.
„Ja bet is goed," Beide Rndolf aarze
lend. „Maar het is op zgn hoogst een red
ding van eer onze welstand is weg.*
„Die komt weder terng I'1 troostte Caeeile
vol vertrouwen.
„Niet zoo gemakkelijk. Wanneer men al
les verliest, gaat dat moeilijk."
„Maar wij hebben toch altijd nog dat
kleine kapitaaltje," merkte Caecile op, ter
wijl zij haar broeder nauwlettend gadesloeg.
„Dat is het jnist. Ik weet niet, oi ik uwe
deposito's kan redden."
„Waarom hebt gij dat niet dadelijk ge
De bakker Broek, div
Mecheten in de rne St. Catberine w
heefi, terwijl bij bezig wvs een spijk
den zolder van ziju hnis in te slsan, ern
gesloten kistje gevondeD, waarin 23000
francs aan spaansch goud met de beelte
nis vsn Philips II en andere munten uit
de 16e eenw verborgen lagen. Bij verder
onderzoek in het hnis vond hij, dat eene
kamer achter het papieren behangsel ge
heel met corduaansch leer behangen was.
Men schat dit leeren behangsel op een
waarde van 5000 francs.
Een stout stukje vol-
bracht de jockey Rosak op Irish Tencer
in de Red Hot Steeple Chase. Onder de
conrse verloor het paard frontriem en nek-
stnk van het hoofdstel, zoodat het alleen
het gebit nog maar in den mond had.
Rosak sprong toch alle hindernissen met
het paard.
Te Gregory'i Point bij
Norwslk (CoDDecticut) heeft de »Veree-
niging der Dikken* bare jaarver
gadering gehouden. Men begon met zich
te laten wegen een tiental bleken 400
pond en meer zwaar te zijn. Van een
hótelhouder te Brooklyn '"kon men het ge
wicht niet te weten komenhet toestel
bezweek onder hem. Na den maaltijd
werden wedstrijden in het loopen en sprin
gen gehouden
Waarom Mascagni, de
groote musicus, geen zelfmoord begaan kan,
zooals door zijne vijanden werd rondge
strooid, schrijft het „Wiener Fremdenblad*
in een causerie het volgende
De drie beroemdste vertegenwoordigers
van het muzikale Jong-Italië hebben in
hunne jeugd groote armoede gekend met
des te grooter welbehagen genieten zij
thans de vruchten van hnn arbeid. Le-
oncavalio bemint het meest het schitterende
Parijs. Pucini is zijn vaderland tronw ge
bleven en woont in zijn prachtige villa te
Torre de Lage. Het gelukkigst echter
gevoelt zich Mascagni nog, te midden
van al zijne rijkdommen en schatten.
Een Weener vriend noemde kort
geleden, juist toen de valsche be
richten aangaande den zelfmoord in om
loop gebracht werden, Pietro Mascagoi den
meest levenslustige!) Italiaan. #Ik heb on
middellijk het bericht tegengesproken
zeide deze vriend van den maëstro glim
lachend - Mascagni zal en kan nooit
zelfmoord plegeD, want hij is voor
600.000 frs. geassureerd.*
Men heeft wel eens gemeend, dat de
maëstro op te grooten voet leefde; maar
dit is onwaar. Mascagni mag zich veel
weelde veroorloven, daar zijne tantièmes
zulks perinitteeren en bovendien bedragen
zijne vaste inkomsten per maand nog
2800 fraccshiervan bedraagt het sala
ris, dat hij van Sonzogno omvangt 1000
francshet overige komt hem toe als di
recteur van het Rossini-Lyseum.
Vooreenige dagen kwam
zekere vrouw J. van Mignavillers (Frank
rijk) door knagingen van 't geweten ge
dreven, den burgemeester dier plaats 800
fr. overhandigen, als teruggave voor eenen
diefstal, eertijds gepleegd door haren thans
overleden man.
Tevens bekende zij, dat haar man vóór
twaalf jaren drie menschen vermoord had.
De misdadiger hield namelijk een herberg
en vermoordde drie handelsreizigers, die
bij hem waren afgestapt. Het eerste lijk
had hij in eenen waterput geworpen, dien
hij daarna had laten vullen. Het tweede
begroef hij met een dood paard, dat juist
gestorven was, en het derde lijk weid ver
stopt met eene koe, die ook al zeer gele
gen stierf.
De behendigheid, waarmee J. de bewij
zen zijner misdaden had doen verdwijnen,
hadden alle vermoedens van hem afgekeerd.
Een zijner medeburgers werd zelfs eenigs-
zins verdacht, want men deed bij dezen
eene huiszoeking.
Het gerecht slaagde er niet in, den ple-
g®.
als
tot
o.
Ik
rag
r r jmisd-d b te ont
ren tijde groote op-
Irjaard zijn eD de
schuldige ddUlHP, neef! het parket toch
een onderzoek ingesteld en reeds cis be
wijzen van vrouw J. 's verklaringen in han-
i den,
Behalve van aardse hok
ken in verscheiden gedeelten van Italië»
heeft men in het arrondissement Brindisi
pas te lijden gehad van een werveiwind,
die heele streken 'deerlijk heeft geteisterd.
In de nabijheid vau Sava werden twintig
hnizen verwoest, tien personen gedood en
vijftig gekwetst. Te Oria is het spoorweg
station verwoestde chef en zijn gezin
met de verdere beambten zijn om het le
ven gekomen. Ook andere gebouwen zijn
beschadigd en verwoest, en twintig men
schen in bet stadje zijn gedood. Te Satri-
ano eindelijk zijn vijftien menschen ge
dood.
hooi.
zegd vroeg Caecile. „Ik had het wel
kannen denken, dat ons geld mede verlo
ren gaat."
„Zeker. Zelfs wanneer ik bankroet
zon ik rag schamen, nwe 30000 galden
schald der firma aan te' geven en zoo
nadeel van andere sohnldeischers voor
dat wil zeggen voor ons, iets te redden,
ben er van overtnigd, dat gij het met
volkomen eens zijt."
„Natuurlijk 1" bevestigde de oudere zns
ter. Helene zweeg echter.
„Wanneer ik nu van vreemden hulp krijg,
kan ik onmogelijk eigen bloedverwanten
ontzien. Kan ik echter de Garantie-discon-
to-Vereeniging mededeeleD, dat ik mijn en
mijner zusters geheele vermogen overgeef,
om onze verplichtingen te dekken, dan is
de vereeniging zedelijk wel gedwongen, on
ze wissels in bescherming te nemen.*
Mejuffrouw Helene speelde besluiteloos
met de banden van haar sierlijk schortje.
„Als gij no eens in het geheel niet vsn
dat geld gewaagt vroeg zij. „Meent gij,
dat men er dan naar vragen zal?"
„Zeker niet, wanneer ik er niets van
zeg. Maar heel de wereld weet, dat nw
gold in mijn zaak zit; men zal er das over
redeneeren, wanneer ik er niet bij ben. En
welke gevolgen dat zon hebben, kunt gij
op nw vijf viDgers wel narekenen.*
Door het drietal werd na de toestand der
zaak in het breede besproken en de slotsom
was, dat de eer der firma met behnlp der
garantie-vereeniging gered zon kunnen wor
den, wanneer elke znBter haar 15000 gal
den, welke zij van hare moeder hadgeërfd,
afstond. Er aou dan zelfs nog een klein
bedrag overblijven, waarmede men de
zaak in den eersten tjjd op bescheiden voet
zon kannen voortzetten, om later misschien,
gesteund door de oude relatiëu en het on
aangetast gebleven crediet der firma, de
oude, aanzienlijke positie in de handelswe-
i reld weder te winnen.
Terwijl Caeoile geen oogenblik aarzelde
en zonder talmen van haar erfdeel afstand
deed, was Helene terughoudender, od al
gaf sij hem ten slotte toch hare toestem
ming, zoo geschiedde zulks slechts aarzelend
en onder verzet. Toen de belde zusters
zich naar hare slaapkamers begaven en
Rndolf met zijne berekeningen alleen lieten,
kreeg Helene over de weinige tegemoetko
ming, welke zij haren door zorgen overladen
Een paar echtelieden te
AMSTERDAM, wonende in een slop in
de Rozenstraat, kregen zondagavond eens
klaps bezoek van een jongen man, die
zich bekend maakte a'is ban zoo pas nit
Indië teruggekeerden zoon.
Daar echter zeven jaar geleden de ou
ders reeds bericht hadden ontvangen, dat
hon zoon op weg naar het vaderland was
verdronken, geloofden ze het maar niet
zoo ineens, ook omdat daarbij kwam, dat
ze in den bezoeker heelemaal niet hun
zoon herkenden.
Maar toen de jonge man volhield en
vroeg, of moeder zich dan niet herinner
de, dat hij vroeger op een fabriek gewerkt
had en zich daar eens zoo erg gebrand
bad, en de joDge man ten overvloede het
litleeken van eeD brandwond op zijn borst
toonde, toen verdween haar twijfelja, 't
moest de reeds lang dood gewaande zoon
wel zijn, 't kon niet anders.
Ook de vader achtte het na niet meer
zoo onwaarschijnlijk, je kan toch niet we
ten eene vergissing is mogelijk, ook in
een doodsbericht.
Het eind was, dat ze den herleefden doo-
de in hun hnis liefderijk opnamen.
Nu moest er natuurlijk verteld worden,
van wat hun jongen alzoo beleefd had, en
met open monden luisterden de ouders
toen naar al die verhaleu, toen er eensklaps
op de deur geklopt werd en twee recher-
chenrs binnentraden met de vraag„of
er ook iemand hier was, die zei, zoo pas
nit Indië te zijn gekomen.*
Het Kould-be zoontje wilde nog ont
vluchten, maar werd gegrepen en naar het
bnrean gebracht. Wie weet, hoe hij anders
de brave lieden nog zou hebben opgelicht.
Met 4 cents tegel ij k v e r-
h o o g d I
Te NIJMEGEN heeft de vereeniging
van bakkerspatroons jTimotheus", wegen»
de voortdurende stijging der graanprijzen,
de broodprijzen in eens met 4 cent ver
hoogd, zoodat men nu voor 2 kilogram
tarwebrood en voor 2y2 kilogram rogge
brood elk 36 cents betaalt, hetgeen bij de
huismoeders aldaar groote ontevredenheid
wekt.
De onwillige schutter.
De bekende onwillige schutter Van der
Veer heeft de gelederen der Middelburg-
sche schutterij verlaten, om die der Haar-
lemsche schutterij te gaan versterken.
Met het doel, om bij den
werkman meer besef aan te kweeken en
hem den weg te wijzen tot het vaardig
en oordeelkundig verrichten van veldar
beid, heeft het dagelijksch bestuur van
de Friesche Maatschappij van Landbouw
bij het hoofdbestuur der maatschappij een
voorstel ingediend, om voor de afdeelÏDgen
een bedrag aan geld beschikbaar te stel
len, om te dienen tot prijzen voor wed-
strijden-in liet greppels maken in
landen, ploegen en maaien.
Door het bestuur van den
Schippers- en Visschersbond op TEXEL
is een request verzonden aan den minis
ter van Financiën, met het verzoek om
vrijstelling vau zont-accijns voor den nit-
voer van garnalen.
Dit is reeds da derde maal, dat in de
ze zaak gereqnestreerd wordt.
-Onder NIEUWKOOP (Zeeland),
speelde een kind op den schoot van zijne
grootmoeder met een vork. Door het buk
ken der vrouw kwam de vork in een van
haar oogen, en verwondde dit zoo erg,
dat zij het gebruik er van zal moeten
missen.
Kamerclnbs.
De verschillende staatkundige partij-
groepen iD de Tweede Kamer hielden se
dert de opening der nienwe zitting club-
vergaderingen. Eergisterochtend was er eene
bijeenkomst van vooruitstrevende liberale
afgevaardigden.
Voorzitterschap Tweede
Kamer.
Bij Koninklijk besluit van 23 Septem
ber is tot voorzitter van de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal, voor het tijd
perk der tegenwoordige zitting, benoemd
mr. J. G. Q1 eichman.
St.-Ct
De Kamerzetel te ENK
HUIZEN.
Volgens een schrijven nit Enkhuizen
aan de lelegraaf worden voor den door
het overlijden van den heer J. Zijp Kt.
vacant geworden Kamerzetel drie namen
hoofdzakelijk genoemd, nl. die der hee-
ren BultmanGerritsen en Van Routen.
De schrijver de kansen nagaande, die
genoemde heeren in het district Enkhni-
zen zonden hebben, komt tot de conclu
sie, dat de Leer Gerritsen in het oostelijk
deel veel steun zou vinden, terwijl de
heer Van Hsuten meer aanhangers zon
hebben in de andere hoeken van het dis
trict, maar dat van de drie candidaten
ongetwijfeld de heer Bultman het meest
aanmerking komen zon. En hij beslnit
met deze woorden
„Indien de voorzitter van het
Landbouw-Comité zijn zetel in de Eerste Ka
mer wil verwisselen tegen een aan de an
dere zijde van het binnenhof, dan is hij voor
ons als 't ware geknipt.
„De heer Bultman zoa op slechts enke
le hoofdpunten van het district behoeveH
op te treden, ten einde den kiezers gelegen
heid te geven hem persoonlijk te leeren ken-
nea, om van eene glansrijke meerderheid
by de stembus verzekerd te zijn. Of de
heer B. deze campagne zal ondernemen
staat nog te bezien. Iets bepaalds valt
nog nergens waar te nemen. Men is o-
veral nog maar aan het „polsen* dat er
echter wat broeit, dat is zeker. Vóór de
vlammen uitslaan, hoop ik n nog het een
en ander van den toestand te kunnen
mededeelen.*
Te Enkhnizen is eene volkskiesvereeni-
ging opgericht, Vooruitgang genaamd, wel
ke, indien zij in het district genoegzamen
stenn vindt, den heer C. V. Gerrit
sen candidaat zal stellen voor hst lid
maatschap der Tweede Kamer.
Voor het lidmaatschap der Tweede Ka
mer, kiesdistrict Enkhuizen, worden als
candidaten reeds genoemd de heeren
R. J. D. Hartkamp, A. Roodhuijzen en N.
Sluis te Enkhnizea, H Raat te Medemblik,
G. Wonder te Hoorn, Mr. C. P. Donker
td Benningbroei, J. L. T. Groneman te
Wieringer waard, J. Baron (Ericns),
C, V. Gerritsen te Amsterdam, en Dr,
R. P. Mees te Rotterdam.
broeder bewezen had, harde verwijten te
hooreo.
,,Gg hebt gemakkelijk praten," verdedig
de zij zich, voor den spiegel haar weelde
rig haar losmakende en met welgevallen
bewonderende, zooals het als een mantel
over de sneeuwwitte schouders golfde. Wan
neer ik in nwe plaats was, dan zon ik mij
ook niet lang bedacht hebben. Maar bij
mij is dat alles geheel anders."
„Ik bid u, welk ondersobeid ziet gij dan
wel tnsschen ons beiden
„Ziet gij dan geen onderscheid tussohen
Paal en Fritz?"
„O, natuurlijk 1 De een grootFritz
„Maar znsjel" En Helene sproDg la
chend op Caecile toe en legde haar de
band op den mond. „Wat gij mij na wilt
voorpreeken, wil ik niet eens meer booren.
Dat weet ik al lang. Natuurlijk is Frits
de beste van alle mannen, een voorbeeld
van dengd, terwijl Paul een heel gewoon
mensch is."
Caecile, die op een laag stoeltje zat,
trok Helene naar zich toe, om haar ernstig
in de oogen te zien. „Gjj wilt met mjj
spotten, kind," zeide zij toen- „Maar gij
vergist n, als ge meent, dat liefde mij blind
maakt, en mij er toe brengt, in Zarnow een
ideaal te zien. Het is jnist omgekeerd. Qjj
is in waarheid een ideaal, een nobel menseh
en daarom houd ik van hem. Ware het
anders
„Och, zwijg toch, Caecile 1" viel Helene
haar met voorgewende verontrusting in de
rede. „Ik ken reeds de spoken van nwe
weisprekendheid, wanneer de ideale school
meester op het tapijt komt."
„Schoolmeester! Schaam nl Hij is di-
rectenr aan het gymnasium."
„Een zeer geleerde school,* merkte Hele
ne op. Peinzend speelde zij met haar gol
vend baar. Eindelijk merkte zij op„Het
is toch wonderlijk, hoe gij altyd den mond
vol hebt over Zarnow. Gij zult mjj moeten
toegeven, dat ik nooit zoo drnk praat over
Paul."
„Ik wilde wel, dat gij het deedt."
„Waarom Hij is na eenmaal geen ideaal
mensch. Maar toch hond ik van hem."
„Welaan 1 Dat is toch de hoofdzaak.
Maar daarover willen wij eigenlijk niet re
denearen, Wat hebben onze vrienden er
mede te maken, dat ik een offer breng
waartegen gij opziet?"
„Alles ter wereld, eenvoudig meisje 1 Ik
verwonder er mij over, dat gg dat zeil niet
wilt inzieD.*
„Kom mijn zwakken geest dan maar te
hulp."
„Ik ben er reeds mede bezig. Gij zult
u over mijne methode verbazen. Gelooft gij,
dat er iets zou kannen gebeuren, wat u nw
doctor Zarnow zon kannen doen verliezen
„Niets- Ik geloof zelfs, dat hij half dood
nog bij mij zou komen."
„Nu, ziet gij wel! Met Paal is dat ge
heel anders. Hg is een mooie man en
bondt veel van mij gelyk ik verdien,
natnnrlgkl maar ik geloof, dat onder de
vele voortreffelijkheden, welke hg in mg
bewondert, mijne vijftienduizend gulden
wel is waar de laatste, maar dan toch in
ieder gevat eene plaats zullen innemen. En ik
ben er niet zeker van, of het verdwynen van
deze aantrekkelijkheid zonder invloed zal
blijven op de warmte zijner genegenheid.*
„Dat is het dus 1" zeide Caecile nadenkend.
„Misschien hebt gij gelyk. Fritz zal mij
heslist nemen, al ben ik ook eene bedelares.*
„Ik zou wei eens willen weten Caecile,*
xeide Helene, „hoe gij het klaar zult spelen,
als vrouw van Dr. Zarnow zonder vermogen
alleen met zijne jaarwedde rond te komen,
wanneer men zoo in overvloed is opgegroeid
als gy. En boe zullen nwe handen er
gaan uitzien."
Caeeile antwoordde niet.
„Aime Fritz I" zeide Helena zaoht.
„Ik begryp niet, dat gij zoo spreekt I"
g«ng Caecile geërgerd voort. „Bedacht gjj,
dat er vele mannen zjjn, die Frits zulten
beklagen, wanneer bij eene vrouw krikt,
die Zy brak af.
„Die algemeen voor eene der beroemdste
schoonheden van Hamburg geldt," voltooide
Helene den afgebroken zin. „Neen, daartoe
zgn de mannen veel te doin I" voegde zij
er minachtend aan toe. „Alsol zoo'n ge
trouwd man den geheelen dag aanbiddend
voor de schoonheid zijner vrouw op de knieën
zon kannen liggen, als ware hij een lan
taarnpaal. Daarmede is het huweljjk niet
geholpen daar wordt meer verlangd
„Kleine professor 1» spotte Caeeile. „Wat
wilt ge eigenljjk Ik kan het toeb niet hel
pen, dat ik algemeen bewonderd word. Bo
vendien, ik heb Fritz liel
WORDT VERVOLGD,