Zeewering Callantsoog. PLAATSELIJK NIEUWS. Aanbesteding vanwege de Naar aanleiding van verschillende in ons blad gemaakte beschouwingen over de zeeweringen bij Callantsoog, werden wij in de gelegenheid gesteld, een meer vol ledig overzicht van die zeeweringen te ge ven, van welk aanbod wij dankbaar gebruik hebben gemaakt. Noord-Holland wordt tegen de golven der Noordzee beschermd door de Heldersche zeewering, de dninen, de zeewering benoor den Petten, de Petiener zeewering, den Hondsbosschen Wakerdijk, de duinen tot IJmoiden, de havenwerken dier plaats en verder weer duiuen tot de grenzen van Zuid-Holland. 't Zijn de dainen tusscben het fort Kijkduin en de zeewering benoorden Pet ten, en wel voornamelijk de duinen bij de strandpalen 9, 10 en 13, die thans met bezorgdheid worden gadegeslagen. Bij strandpaal 9 bevinden zich de over blijfselen van het Botgst, een dtel van het vroegere Oogmergat. Hier ligt een vlakte slechts even boven volzee, die door een smallen en lagen duinregel van het strand wordt afgescheiden. Deze vlakte loopt door tot aan den Koegras-zanddijk, in de nabij heid van de Groote Koeten. Deze Koegras-zanddijk, ook wel Olden- barneveldsdijk genaamd, dagleekent van het jaar 1610. Reeds toen leverde hier het duin ge vaar voor een doorbraak op en het was om eene nieuwe verbinding tusscben de Noord- en Zuiderzee te voorkomen, waar door Helder en Huisduinen hadden kunnen wegspoeleD, dat de Staten van Holland besloten de Grafelijkheidsduinen ten noorden van het Oogmergat en de Cillantsooger dainen ten zuiden daarvan, door genoemden zanddijk te verbinden. Het verschil van toen en nu bestaat hier in, dat toen voor het Botgat een breed strand lag, terwijl thans het strand aldaar zeer laag en smal is geworden. Mocht hier een doorbraak plaats hebben, dan zon het Koegras bijna geheel geïnundeerd worden, terwijl ook het Noord-Hollandsch Kanaal, aan de Oostzijde van dien polder gelegen, en een deel van den spoorweg HelderAmsterdam groot gevaar zouden loopen. Daar bij eene overstrooming van het Koegras, de Callantsooger polder en de Anna Paulownapolder beide bedreigd wor den is het noodig, dat de Schinkeldijk bij de Groote Keeten zoo spoedig mogelijk hersteld worde en tevens, dat de Westein- dersluis van den Anna Paulownapolder van hooge waterkeerende ebdeuren van minstens M. boven A. P. wordt voorzien. De Koegras-zeedijk,hoeweleene gemiddel de hoogte bezittende van 3.6 M. boven A.P., toch is bij de sluis Westeinde over een lengte van 120 M. 1 M. lager. Aan de "Westzijde heeft die sluis ebdeuren van 1.50 M. boven A. P. Indien deze sluis tijdig gesloten kan worden met hooge waterkeerende ebdeuren, dan bestaat er voor den Anua-Paulownapolder van dezen kant geen gevaar. De Zijper dijk is hoog, 5.10 M. boven A. P., en sterk genoeg om den polder Zijpe te beschermen. Wordt de Kolksluis aan het Zand tijdig gesloten, dan is ook Schermerboezem vrij zeker gevrijwaard. Indien in de genoemde gevallen wordt voorzien, dan zou een doorbraak bij paal 9 zich uitsluitend tot het Koegras bepalen. Eeu weinig ten Zuiden van het Botgat bij paal 10, is de toestand nog gevaarlij ker. Tot voor den storm van 22 Dec. 1894 lag de duinvlakte, hier de Oogmer- gatsvlakte geheeten, tusschec een regel bnitendnin en den voordijk. Deze voor dijk beschermt rechtstreeks den polder Callantsoog en staat ouder beheer van dien polder. De storm van 22 Dec. vernietig de het voorduin waardoor het water tot aan den voordijk kwam. De voordijk werd kort na den Olden- barneveldsdijk op kosten van hitland gelegd, doch op voorwaarde, dat de polder de onderhoudsplichten op zich zou nemen. De dijk moest mede dienen, om Helder en Huisduinen te beschermen. Werd de polder Callantsoog niet be schermd tegen het water der Noordzee, dan kon dit door den vervallen Noord-Schinkel- dijk weder de Koegras-schorren bereiken, waardoor de Koegras-zanddijk zijn betee- kenis verloren zou hebben. Na den storm van 1894 is de roor- dijk op last van Gedeputeerde Staten door den polder verzwaard en op eene hoogte van 5 M. boven volzee met eene kruin breedte van 20 M. gebracht. Zoowel de Koegras-zanddijk als de vooidijfc zijo niet bestand tegen buitengewone storm vloeden. Andere zwakke punten vindt men bij paal 13, een weinig benoorden Callsntsoog. Dit duin is particulier eigendom. Noch de polder, noch de Staat gevoelen zich tot het onderhoud verplicht, wal natuurlijk eigenaardige moeilijkheden oplevert. Een doorbraak hier zou bij den ontredderden toestand van den Schinkeldijk eene nood zakelijke innndatie van den Koegraspolder ten gevolge hebben. Naar wordt verncme'n zal de Stal Jan Steen" opgeheven en de paar den in het burtenland verkocht worden. Mochten deze geruchten waarheid bevat ten, dan zal tedtr liefhebber van harddra vers dit zeker betreuren. Prov. Staten Noordhol- land. De leden der Provinciale 8taten van Noordholland zijn in buitengewone verga dering, te honden dinsdag 28 December e.k., bijeengeroepen terverkiezing van een lid der Eerste Kamer der Staten- Generaal (vacature A. C. Wertheim); 2°. verkiezing van een lid van Gedeputeerde Staten dier provincie (vacature mr. J. E. Henny). Jonge konijnen aan de Bij den heer M. Cato te INGEN (Neder-Betuwe) kan men 't oi gewoon schouwspel zien, dat elf jonge konijnen met de flesch worden groot gebracht. Het moerkonijn n.1. stierf, toen de jongen acht dagen oud waren en men besloot ee ne poging te doen, om de aardige beestjes in 't leven te honden. Ze znigen aan een dun speentje, waarvan de opening met een dun doekje is afgesloten. De konijntjes zijn nu 15 dagen ond en ge zond en tierig. De heer R. P. van Calcararts, is benoemd tot inwoneud adsislent op de afdeeling van den geneesheer-directeur vaD het Binnen-Gasthnis te AMSTERDAM. Ees merkwaardig ver schijnsel depd zich dezer dagen op een villa, in den omtrek van MAASTRICHT gelegen, voor. Drie honden, twee jachthonden en een fox-terrier, waren in een hok opgesloten. Toen de tuinman den volgenden morgen de dieren ging voeren, bemerkte hij tot zijn verbazing, dat eeo der jachthonden bij na verscheurd en gedeeltelijk opgegeten was. Het corpus delicti liet meu io het hok liggen en de jachthond en de fox werden in een ander hok gezet. Maar ziet wat gebeurtden volgenden morgen was ook de tsrrier opgegeten, en wel totaal, waDt alleen de pootjes bleven over. Zoo iets is voorwaar nog zelden in de dierenwereld gehoord. (U. D.) Men 8 c h r ij f t uit ZEVEN WOUDEN aan het Hbld. Op de woeste gronden onder het frie- sche dorp Jubbega, aangekocht dooT den heer P. W. Janssen te Amsterdam, om die te ontginnen en daardoor werk 1e verschaffen, zijn nu 70 arbeiders aan 't werk gezet, om die gronden te oDtginnen en voor cultuur geschikt te maken. Min stens vier hoeven zullen in 't aanstaande jaar op die gronden worden gesticht, waarvoot de bewoners reeds zijn uitgeko zen en waartoe bij voorkeur jonge, gehuw de lieden worden uitgezocht. Zoo noodig, wordt hun 't geld tot aankoop van eene koe als voorschot verstrekt, waardoor ze bij biliijken huurprijs meer weerstandsver mogen krijgen dan bjj de meeste losse arbeiders 't geval is. Schagen, 22 December 1897. Vergadering van den RAAD der gemeente Schagen, gehouden op zaterdag j. 1., des avonds kwartier voor zevenen. Afwezig de heer S. Eermanwegens ongesteldheid (mazelen.) Voorzitter de heer P. Bui» Jz.,wethouder. De voorzitter opent de vergadering en ver zoekt den secretaris, den heer Jb. Uenij» Jz., de notulen te lezen, welke na lezing on veranderd worden goedgekeurd, onder dankzegging van den voorzitter voor de accuratesse en den spoed, waarmede zij waren gereed gemaakt. De voorzitter doet daarna mededeeling van de opbrengst der verpachting van Marktgelden. Is aan de orde de verkiezing van een' wethouder. De heer Hoogschagen verklaart, voor deze benoeming niet in aanmerking te willen komendit doet spr. naar aanlei ding der enkele stemmen, die in de vorige vergadering op hem waren uitge bracht. De uitslag der eerste stemming was: C. Atjes 2, lf. Vader 5, C. Bijpoet 1, J. v. d. Maaien 1 eu C. A. Hoogschagen 2 stemmen. Bij de tweede stemming werd de heer WVader gekozen met 6 stemmen. De heer Vader verklaarde aanvankelijk van plan geweest te zijn om te bedanken, hetgeen ook in de vorige vergadering was gebleken, maar er moest toch eindelijk een einde aan de stemming komen en hoewel het spr. niet al te best schikt, om de benoeming aan te nemen, welke van hem een groote opoffering eischt, wilde hij zich in het belang van Schagen de benoeming laten welgevallen. Voorzitter wensebt den heer Vader geluk en spreekt de hoop nit, dat het hem lang moge gegeven zijn, aan den bloei VaD Schagen mede te werken. (De benoeming van een wethouder is den inwoners onzer gemeente zaterdaga vond reeds per bulletin medegedeeld.) Tot ambtenaar van den Burgerlijken Stand werd eveneens de heer Vader geko zen, die hiervoor evenwel meende te moe ten bedauken. Daarna werd gekozen de heer P. Bui» Jz., die, hoewel noode, de benoeming aanvaardde. Spr. zag er inder daad tegenop, ook de werkzaamheden, aan dezen post verbonden, op zijne schouders te laden. De zitting wordt vervolgd met de be handeling van het adres over de Katholie ke school, betreffende het eveneens in aan merking komen voor eereblijken en beloo- uingen, om het getrouw schoolbezoek aan te moedigen. B. en W. adviseeren, gnnstig op dit adres te beschikken de som, voor eere blijken op de begrooting uitgetrokken, met f 50.te verhoogen en ie brengen op f 300.de verdeeling tusscben de Open bare School en de bijz. school pouds-ponds- gewijze te doen plaats hebben, in verhouding tot het aantal schoolgaande kinderen de datum van opneming te bepalen op 15 Januari en de opneming eD regeling der uitreiking der eereblijken over te laten aan het hootd der school, in overleg met de bestunrderen der Parocb. school. De heer Bijpost ziet in bet voorstel van B. en W. een meerledig voorstel. Eerst wil spr. behandelen het adres van de school, daarna het bedrag vaststellen en dan de regeling ter sprake brengen. Voorzitter wijst den heer Bijpost er op, dat op dit oogenblik alleen wordt gespro ken over het adres der Parocb. school; zoo aanstonds is het advies van B. en W. aan de orde. De heer Roggeveen zegt, dat de wet be paalt, dat openbare en bijzondere scholen beide van de eereblijken moeten genieten en dus is het spr. goed, dat ook hier de bijz, school daarin deelt. Spr. is ook Van meening,dat de verdeeling moet geschie den in verhouding tot het aantal kinderen, dat in aanmerking komt voor eene belooning, en niet in verhouding tot het aantal schoolgaan de kinderen. De beer v. d. Maaten is het volstrekt niet met die heeren eens, dat er werke lijk in de wet s'aat, dat de bijzondere scholen in die nitkeering moeten deelen. Daarover is in de wet in 't geheel geen oordeel uitgesproken, dat staat er beslist niet in; als men met de wet in de hand met het oog op art. 82 zon vragen moa- ten we die subsidie geveD, ja of neen, dan gelooft spr. te mogen zeggen, neen. Wel staat er iets over in de toelichting, maar met art. 82 zou men te dien op zichte niet ver komen. De heer Roggeveen meent, dat de bij de wet gemaakte aanteekeningen zijn gemaakt met de verplichting, dat de wet in dien geest moet worden uitgevoerd. De heer v. d. Maaten blijft van andere meeningeen ander geval, zegt spr., is, of ik het niet billijk acht, dat de bijz. school eveneens in aanmerking komt voor belooningen en eereblijxen, en dan zeg ik ja. Maar vraagt men, zijn we verplicht die te geven, neenin de wet staat niets wat de verdeeling aangaat. De heeren Hoogschagen en Vlaming zijn een tegenovergestelde meening toege daan en gelooven, dat de wet het wel de gelijk gebiedend voorschrijft. Het adres der bijzondere school in stem ming gebracht, wordt met algemeene stem men het daarin vervatte verzoek aangeno men. Volgt het advies B. en W. Da heer Asjes doet zich eveneens ken nen als een voorstander van de verdee ling in vsrhoudiag tot de kinderen, die in aanmerking komen voor een belooning of eerebliik. De heer Roggeveen stelt voor, eerst eene beslissing te nemen over de som f 300. De keer v. d. Maaten wil naar aanlei ding van het advies van B. en W. er op wijzen, dat het volgens zijne meening gepast is, als der schoolcommissie om advies wordt gevraagd. De regeling willen B. en W. aan de schoolcommissie overlaten, zegt spr., en daarom zon spr. het niet goed vinden haar in deze zaak te passeeren. Spr. zegthet is evengoed een commissie voor de bijzon dere school als voor de openb. school, dus moet de commissie voor beide evenveel hart hebben, en acht spr. de school commissie het messt bevoegde college, om over deze quaestie te oordeeleD. De heer Buis zegt, aan het einde te hebben willen voorstellen, dat het hoofd en de bestunrderen der bijz. school de uitreiking der eereblijken zouden doen plaats hebben in overleg met de school commissie. Spr. wijst nogmaals op het z. i. onbillijke in de verdeeliug, door den heer v. d. M. en anderen voorgestaan. De heer Bijpost kemt' nogmaals terug op zijne reeds in vorige vergaderingen ge uite meening, dat hij de belooningen tn eereblijken, op de tegenwoordige wijze ge geven, niet doeltreffend vindt. Spr. doet zich kennen als een voorstander van een schoolfeest en spr. is zoo slecht tevreden over de tegenwoordige regeling, dat hij voorstelt, de som van f 250.voor dezen post terug te brengen op f 150.zoolang geen andere regeling is gekomen. Spr. wil f 250 of f 300.toestaan, als heeren onderwijzers met of zonder verband van de schoolcommissie een ander plan hebben. De heer Hoogschagen doet den heer Bij- post opmerken, dat er op de begrooting van 1898, die door Ged. Staten is goedge keurd, f 250.is gebracht, en bet g^at volgens spr. niet op, die gelden tot f 150 terug te brengen. Spr. kan zich met de verhooging van de som van f 250.op f 300.-- heel goed vereenigen. De heer Meurs vindt de tegenwoordige regeling van de belooningen en eereblijken zeer weinig doeltreffend. Alleen de kinde ren in de hoogste klasse krijgen volgens spr. nog een aandenken mede, dat de moeite waard is. Spr. vindt die en kele stuivers op de spaarbankboekjes ook niets, te meer daar sommige ouders die boek jes nog weer heel spoedig plunderen ook. Spr. heeft niets tegen de som van f 80ö. spr. zou nog wel iets meer willen geven, als de gelden maar besteed werden op een manier, dat de kiuderen er pleizier van hadden. De voorzitter deelt mede, dat een nieuwe regeÜDg dier zaak altoos nog in de pen is geweest en dat het zeer ernstig wordt overwogen. De zaak is evenwel veire van gemakkelijk, daar het aantal kiuderen zoo enorm groot isdat kan volgers spr. op kleinere plaatsen veel gemakkelijker. De heer Vlaming oordeelt de som van f 250.— hoog genoeg. De heer Roggeveen oordeelt, dat der schoolcommissie in deze kwestie toch om advies moet worden ge- vraagd men zou, zegt spr., aan de eene school de voorkeur kunnen geven aan een feestje, aan den anderen kant meer hech ten aan de uitreiking van eereblijken, en het zon volgens spr. gewenscht zijn, dat aan beide scholen de zaak op dezelfde wijze werd geregeld daarom zou spr. ook het advies van de schoolcommissie willen zien iogeroeper. Verschillende heeren niten nu hun ne denkbeelden over de manier, waar op zij schoolfeest wenschen te doen vieren. Na deze bespreking wordt io stemming gebracht den voorgestelden post van f 300. Tegen de heeren Bijpost, Vlaming v. d. MaatenVader en Meurt. Voor de heeren SchenkSmit, Asjes, RoggeveenHoogschagen en Buis. Is nu aan de orde de regeling der ver deeling der gelden. De heer Bijpost wil aan de schoolcom missie advies vragen. De heer Vlaming wil het advies van B. en W. zien aangenomen. Het geld moet dienen om het getrouw schoolbezoek te bevorderen, en daar aan de openb. school reeds jarenlang de eereblijken en belooningen zijn uitgereikt, is het geen wonder, dat daar het schoolverzuim min der is; daarom vindt spr. er niets onbil lijks in, dat de eereblijken worden uitgereikt in verhouding tot het aantal schoolgaande kinderen. Spr. gelooft, dat het hoofd en de bestuurders der bijz. school gaarne bereid zullen zijn, de verdeeling te doen geschieden in overleg met de schoolcom missie. De heer Bijpost gelooft, dat de heer Vlaming zich vergist; niet worden de beloo ningen gegeven voor het getrouw schoolbe zoek dat komen moet, maar dat is geweest, dus mogen alleen in aanmerking komen zij, die de school getrouw hebben bezocht eu dus moet ook de verdeeling plaats heb ben in verhouding tot het aantal dier kinderen. De voorzitter verschilt te dien op zichte met den heer Bijpost van mee- ning. De belooningen zijn in hel eene jaar aan A en B gegeven ter aanmoedi ging voor het volgende jaar ook voor hen, maar tevens voor C, D, enz. Zeker, zegt de heer Bijpost, maar het wordt toch in hoofdzaak gegeveu aan A en B voor hun trouw schoolbezoek van het afgeloopen jaar. De heer Roggeveen is het met den heer Bijpost eens. Spr, vindt het billijk, dat de waarde van de prijzen, die er in de openb. en bijz. school worden uitgereikt, gelijk is. De prijzen moeten eveu groot zijn. En wanneer men nu de regeling van B. en W. volgt, dan zullen op de bijz. school de prijzen grooter worden. Spr. wil dan ook eene verdeeling in ver houding tot de kinderen, die voor eere blijken in aanmerking komen. De heer v. d. Maaten oordeelt, dat de raad het systeem moet volgen, dat er geen onderscheid mag gemaakt worden tusschen de beide scholen spr, zegt, op die scholen gaat één massa kinderen, en onder die kinde ren zijn er die in aanmerking komen voor eereblijken ob belooningen, en er zijn er, die daarvoor niet in aanmerking komen. Men vraagt niet, tot welke klasse behoor je, men vraagt dns ook niet, op welke school ga je, en moeten ook onder die kinderen uit die ééne massa de belooningen en eere blijken worden uitgereikt. De heer Vlaming zou het hiermede ge heel eens zijn, als de bijz. school reeds niet zoovele jaren die belooningec en eere blijken bad gemist. De voorzitter waarschuwt tegen deze regeling. Spr. zegtop de eene school zou meu bijv. een anderen maatstaf van verzuim kunnen aanleggen op de openb. school is die bijv. 5, op de bijzondere school zou men 7 kunnen nemen. Spr. zou den be- stuurderen der school daaromtrent geene verplichtingen willen opleggen. 't Zou ook, zegt spr., niet onmogelijk zijn, dat men aan de bijz. school de meening was toegedaan, dat de uitreiking beter gepast was met Mei, in plaats van met Sohager kermis. Spr. zon vrijheid willen laten aan de bestanrderen. De heer v. d. Maaten vindt, als de voorzitter zooveel vrijheid wil laten aan de bestunrderen der bijz. school, dat men dan ook in de eerste plaats advies be hoorde te vragen aan de schoolcommis sie. Spr. zou nooit willen, dat eene derge lijke regeling aanleiding zou kunnen ge ven tot een knoeipartijtje. Ook het ver schil van verzuimen zon spr. niet willen men zon, als men op de bijz. school 7 verzui men aannam, op de openb. school wel kunnen zeggen:wij stellen 20 verzuimen nog open voor een belooning, en zoodoende alles naar één kant drijven. De heer Hoogschagen vindt, dat er een heele discussie wordt gehouden om niets die post vaD f 300 is nu op de begroo ting gebracht en bij de begrooting wordt toegestaan, dat B. en W. over de gelden beschikken en ze op de beste wijze besteden. Dat is de heer Bijpost met den heer Hoogschagen volstrekt uiet eens. Spr. ge looft, dat de raad daarover ook nog een woordje heeft te zeggen. De heer v. d. Maaten is dat ook niet met den heer Hoogschagen eens. Wanneer de raad f 40.000 toestaat om een toren te bouwen, zullen B. en W. dat toch niet mogen doen, zooals zij wiUen na**r zal ook deraad zijn oordeel kunnen hoe hij dia gelden wil besteed he.bbe De heer Hoogschagen noemt dat h'0' aanbesteding een heel ander geval'' kleine postjes besteden B. en W, de en doen daarvoor rekening De heer B/jpost vraagt, wat of er t is, zijn voorstel in rondvraag te bre wordt het verworpen, dan kan dat^0' B. en W. in stemming komen, en wordtl'" aangenomen, dan komt er aan de dism een einde. De heer Asjes vindt, dat de verdeel" moet pl.ats hebben in aanmerking een het aantal kinderen, dat voor eerebhjv" in aaumerking komt. Spr. ia het in d met den heer Roggeveen geheel eens belooningen en eereblijken dienen groot te zijn. eve» De heer Vlaming zou dit goed vi d als de bijzondere school niet reeds zoo jaren de eereblijken est belooningen had De heer Roggeveen oordeelt, dat d" redeneering toclv niet opgaat. 19 Spr. noemt het van den raad, maar ooi van de bestunrderen der Paroch. sch i een verzuim, dat daar niet eerder op attendeerd is, en het zal wel ondoenlijk zijn, dat verzuim nog in te halen gDr vindt een ongelijkheid wat bet,efj het aantal verzuimen, b. y. &aa de eene school 5 en aan de andere 7 zeer onbillijk. Spr. wil daarin gelijkmatigheid Spr. is er sterk voor, dei schoolcommissie advies te vrageD. De voorzitter blijft er bij, dat daa", waar het meeste verzuim is, de belooning'en en eereblijken het meest noodig zijn. De heer Roggeveen zegt, dat het doel dat de voorzitter beoogt, dooi de door hem voorgestane regeling eveneens wordt bereikt. De heer Bijpost licht nog eens toe dat hq voorstelt, om aan de schoolcom' missie advies te vragen over de wijze van verdeeling van de gelden voor de belooningen en eereblijken. Hst voorstel Bijpost wordt aangenomen met 8 tegen 3 stemmen. Tegen stemden de heeren HoogschagenVlaming en Bui», De heer Hoogschagen vraagt of dit ad vies nu aan B. en W. wordt overgelegd. De heer v. d. Maaten oordeelt, dat het advies wordt gevraagd door den Raad en dns ook aan den Raad wordt overgelegd. Bij de rondvraag zegt de heer v. d. Maaien, dat hij in ten der vorige verga deringen gesproken heeft over de wensche- lijkheid, om den weg langs de griffie naar de Rijkslandbouwwintsrschool door de gemeente te doen aankoopen. Spr. had er met een regent over gesproken en die had gezegd, dat, als er wat haast mede werd gemaakt, dit mooi in ééne rekening kon. Spr. had er evenwel van B. eD W. nog niet veel van gehoord. De voorzitter deelt mede, dat de onder handelingen gaande ztjn, maar dat de re geling nog niet zoo gemakkelijk zal zijn op te lossen. Spr. beroept zich te dien opzichte op den heer Asjes (regent), die de bewering van den heer Buis volkomen beaamt. De heer v. d. Maaten hoopt, dat B. en W. niet al te crimineel zullen zijn in de ze zaak, opdat onze gemeente niet nog een treurigen toestand zal krijgen als op de N. Lagezijde. Er was indertijd op gewezen, dat de Tolkerdijk zoo noodig moest worden behard, maar in de gemeente Schagen had men de groote schande van een toestand als dien op de Nieuwe Lagezijde. Dit zegt spr. niet als een verwijt aan het adres van B. en W., maar spr. zon de gemeente willen bespa ren voor een dergelijke schande op de Laan. De voorzitter hoopt, dat de raad is o- vertuigd van den goeden wil van B. en W. en belooft, dat met den meesten spoed hieromtrent den raad een voorstel zal be reiken. Hierna wordt de vergadering gesloten. Banne en den Polder Schagen van Reuzel Raapolie en Petroleum ten behoev e der molens Inschrijvers de heer J. RotgansReuzel 69 cent per K. G., Raapolie 29 V2 ct. per Liter, Petroleum 5 ct. per Liter de heer J. OrootReuzel 53 cent per K. G., Raapolie 30 ct. per Liter, Petro leum 5ys ct. per Liter; de heer O. DorbeckReuzel 52 cent per K. G., Raapolie 29 ct. per Liter, Petroleum 5^ ct. per Liter. Gegnnd aan den heer O. Dorbeck. Verpachting van het v i s c h- w a t e r in de Banne en den Polder Schagen 23 perceelen voor 63.25 gld 4 perceelen Rietgewas f 4.26. Tot bode van den Polder Schagen i» benoemd de heer Böttger, gemeente-bod# alhier. Nationale Militie. Het aandeel in de lichting voor 1898 bedraagt voor onze gemeente 7 man. Vergadering van het de- partement Schagen van de maatschappij Tot Nut van 't Algemeen, gehouden op dinsdag 21 Dec. 1897, des avonds ten 8 ure, in het locaal van den heer D. v. Twuïver. Aanwezig 8 leden. Na opening der vergadering door den voorzitter, den heer Ds. A. W. v. Klnfoft worden door den waarnemenden secretaris, den heer A. C. Melchiorde notulen gel®zeD> welke na lezing worden goedgekeurd, Door de afdeeling zal de heer H. 3* v. Leeuwen worden aanbevolen als lid v*°

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1897 | | pagina 2