Gemengd Nieuws. paarden van den vorigen dag; 11 Ji 12 uur Algemeene vergadering; S'/j nnr on geveer Ontvangst van het hoofdbestuur en eereleden ten huize van den burge meester, commissaris-generaal der tentoon stelling, ald. gebouwen, inrichting enz. öYjUur: Gemeenschappelijke maaltijd; 8Y2 uur: Eereavond, het hoofdbestuur, den eereleden en afgevaardigden en den le den der Holl. Mij. aangeboden door de feestvierende afdeeling. Donderdag 28 Juli (derde dag). 10 uurHeropening der tentoonstelling. Tentoonstelling van Pluimgedierte. Ten toonstelling van postduiven; 122 uur: Po8tduivenwedvlucht3 uur Hard draverij van paarden uit de gemeen ten, tot de afdeeling behoorende, zijnde Hensbroek, Obdam, Spanbroek Wognum, Opmeer, Hoogwoud, Aartswoud, Abbekerk, Lambertsckaag, Sijbekatspel en Benning- broek. 8 uurSoireé voor de leden der afdeeling met hunne dames. Vrijdag 29 Juli (vierde dag.) 11 uurHeropening der tentoonstelling 3 uur Volksspelen8 uurMuziek op 't terrein, illuminatie en vuurwerk. lel. In Tartar ij e worden uien, prei en knoflook als odeur beschouwd. Eene Tartaarsche schoone maakt zich zeer aantrekkelijk door, als zij uitgaat, haar gelaat en handen met een versch gesneden ui in te wrijven De rechterarm en het rechterbeen schijnen veel meer aan onge lukken blcot te staan dan de linker. Ver vaardigers van kunstmatige ledematen ma ken er das ook veel meer voor de rech ter- dan voor de linkerzijde van het lichaam. De koning der Belgen heelt de taalwet, welke door beide Ka mers is aangenomen, onderteekend. De Vlamingen zullen deze overwinning op 15 Mei vieren door te Brussel een optocht te houden, waaraan 50000 personen zullen deelnemen. Koffie. Een Engelsch tijd- schrift deelt een geval mede van vergif tiging door koffie. Een gezond jonkman had, om bij den arbeid frisch te blijven, dagelijks 10 tot 12 groote koppen sterke koffie gedronken. Na drie weken vertoonden zich ernstige verschijnselen van vergiftiging groote opgewondenheid, krampen en ze nuwtrekkingen, hallucinaties, zwakke adem haling, enz. Door toediening van kalomel en trional werd de toestand spoedig beter en een zeereis bracht volkomen herstel. echtelijk leven. Bekrompen als het leven in kleine steden de menschen maakt, was het Otto onmogelijk, Helena eenvoudiger te kleeden dan eene der andere officiersvrouwen, die echter, daar zij praotischer waren, veelal goedkooper hare toiletten kochten dan zijne vrouw. Zag hg haar met angstig gelaat een groo te en onnatte hnishoadrekening betalen, dan sprong hij op, koste haar, trok een lade van zijn schrijftafel open en zeide „Kijk, Laentje, trek nu niet soo'n bedroefd gelaat, hier is immers meer; ik heb u niet oit uw rijkdom gehaald, om u armoe de te laten lijden." Wanneer deze schuiflade leeg was, vnlde zijn bankier die weder en dat kwam nogal dikwijls voor. Jnist daarom was Herbach bang, te denken aan de toekomstiedere berekening zijner financiën schuwde hij als de pest. Waartoe zou bjj zich over al die komende dingen angstig maken? Hij was een vriend van gezelligheid en tot Heiena's grootste ontzetting verscheen hij dikwijls plotseling met twee of drie kameraden, die bjj uitnoodigde den maaltijd bij hem te ge bruiken. Was het eten dan niet goed ge noeg, dan pakten onweerswolken zich op z'n voorhoofd samen en dat waren de ee- nige oogenblikken, dat hij op zijn vrouw mopperde. Dat alles ging niet voorbij, of 't liet wel degelijk de sporen op zijn klein kapitaal na. Eenmaal had Helena aan haar vader ge schreven, bij Eva's geboorte, maar nooit antwoord daarop ontvangen. Zij verweet ziohzelf hare handelwijze te genover haar vader; hoe ver bij ook van haar hart gestaan had, het deed haar nu leed, zoo geheel door hem weggecijferd te worden. Zijn vloek joeg haar in droeve uren menigmaal vrees bbd, die vloek zou eenmaal een schaduw werpen op haar leven, evenals hjj haar van de herinneringen harer jeugd gescheiden bield. Zeker, haar man mocht van al deze gevoelens niets weten, tegenover hem moest tij die angstig ver bergen en wanneer enkele oogenblikken haar het harte toch te zwaar werd, dan nam zij Een hardnekkig candi- daat. Voor den derden keer heeft de Itali- aanscbe Kamer op hetzelfde gekozen lid de niet-toelating uitgesproken. Deze hard nekkige candidsat voert den schitterenden titil van hertog van Carovigno, maar beet eigenlijk Camillo Ventura. Hij is in Triest geboren, in armoedige omstandig heden, en was eenigen tijd kantoorbedien de in Brn8sel, maar kwam daarna in kennis met een Italiaanscbe dame van hooge afkomst haar broeder is lid van den Ssnaat en kreeg van deze be schermster, die van haar man, een buiten- landschen prins, gescheiden leeft, een e- norm vermogen (de N. Fr. Presse zegt 8 millioen lire), dat echter bij dading na een langdurig proces tot de helft werd inge kort. Hij hield echter genoeg over om den hertogstitel te koopen en de kiezers van Pietrasanta, ook door groote sommen voor kerken, scholen, waterleidingen enz, te offeren, te bewegen hem naar de Kamer af te vaardigen. Deze liet hem echter niet toe, omdat hij, als te Triest geboren, niet verkiesbaar was. Hij vroeg toen natu ralisatie aan, maar die werd geweigerd. Toen werd hij ten tweeden maal gekozen, wederom niet toegelaten, ook op grond dat tal van omkooperijen aan 't licht wa- reD gekomen, die bovendien ten gevolge hadden, dat hij door de rechtbank te Lucca voor 5 jaar tot ontzetting van rechten werd veroordeeld. De dankbare burgerij zond hem echter ten derden ma le naar de Kamer, die hem opnieuw af wees. Zoo kan het nog lang door gaan! J u r y's a a n het werk. De jury op Corsica heeft onlangs een man, die zijn zwager vermoord had, ter dood doen veroordeelen. Het vonnis werd om een fout in den vorm vernietigd en nu kwam de zaak voor de jury van het departement „Mond van de Rhöne", deze gaf den man levenslangen dwangarbeid. Weer was er een font in het vonnis, weer had een andere jnry te beslissen en deze, in het departement Var, veroor deelde den moordenaar tot 20 jaar dwang arbeid. Als het zoo voortgaat, wordt de man ten slotte vrijgesproken. B e r 1 ij n. Hoezeer Berlijn vooruitgaat, blijkt o. a. hieruit, dat de aanslagen volgens de kohie ren der rijks-inkomstenbelasting voor 189899 te zamen ruim 26.700.000 mark bedragen, of 1.800.000 meer dan voor het afgeloopen jaar. Ruim 80 pCt. wordt op- haar kleine dochter op den schoot, drukte het kleine kopje tegen zich aan en flaister- de haar henr kommer in 't oor, totdat zij het ten laatste zelve vergeten had en, het kleine, ernstig tot haar gerichte gezichtje met kossen bedekkend, weder vroolijk en opgewekt werd. Zoo verging de tijd, en boe aangenaam de verhouding dor eehtgenooten tegenover elkander ook was, wolken kwamen van buiten en wierpen dikwijls recht donkere schaduwen over bun huiselijk leven. Naar Otto Herbach komen dikwijls man nen, 't welk Helena met ontzetting vervulde, en die zaken met hem te bespre ken hadden, waarbij het dikwijls vrij luid toeging. Ook was hij dan meestal zeer uit zijn hnmenr, zoodat zelfs Eva's babbelen hem niet behagen kon. Hij sprak reeds van een toekomst vol zorgen dat hij nooit geloofd had, dat een eenvoudig huishonden zooveel geld zon kos ten, Helena weende in stilte, zjj richtte net zoo gaarne in, als Otto dat gewoon was, en daardoor werd er onverantwoorde lijk veel gekocht, te: wijl zij niet wist hoe ze dat zon veranderen. „O, hadden wij op de kostschool maar huishonden geleerd in plaats van al dat onDutte werk, dat ik reeds weder vergeten heb't zon veel beter geweest zijn," zucht te zij, „maar wat zal ik er aan veranderen P" Ook dat baar man zoo weinig met haar over die drukkende dingen sprak, dat be angstigde haar, terwijl hij baar rnst daar mede niet storen wilde en zijne zorgen al leen voor zich ziohzelf wilde honden. Daarbij kwam een brief van zjjn bankier, die bem geheel ongevraagd een rekening voorlegde en met ontzetting zag Herbach, dat over langer of korter tijd de rnloe moest volgen, wanneer er geen afdoende hnlp ver sohaft werd. Maar hoe Des luitenants vroolijk lachend gelaat verloor alle frisohheid en opgeruimdheid. Helena liep met roodgeweende oogen rond welk een jammer, dat nergens hnlp was, en wat een dobbel leed veroorzaakte 't haar, dat Otto bjj de minste gelegenheid op gebracht door personen met meer dan 8000 mark inkomen en door maatschappijen slechts 3 pCt. door hen, die nog geen 900 mark inkomen hebben. Een leuke stneadoor. Een oude stneadoor werd als getuige voor de rechtbank gedagvaard. De verdediger van den beklaagde trachtte den getuige op allerlei wijze in verwarring te brengen. Je heet M., niet waar P Ja. Ben je Fredenk M., die wegens diefstal onder verzachtende omstandighe den veroordeeld werd P Nean die beo ik niet. Ben je soms die Erederik M., die wegens oplichterij tot twee jaren tucht huisstraf veroordeeld werd? Neen, die M. ben ik ook niet. Ben je in 't geheel nog niet in de gevangenis geweest? Jawelal tweemaal. Hoe lang den eersten keer Een achtermiddag. Een achtermiddag? En de tweede maal Ruim een uur. Ik moet uw aandacht er op vesti gen, dat al uwe verklaringen overeenkom stig de wazrheid moeten zijn die zija onder eede. Wanneer gij zoo korten tijd in het tuchthuis geweest bent, wat hebt gij dan gedaan Ik heb een cel gewit voor een advocaat, die zijn cliënt bedrogen had. De pleiter vroeg niet verder. Nieuw eiwit. Reeds in 't kort is gemeld, dat prof. Einkler, uit Bonn, op het congres voor hygiëne te Madrid mededeelingen heelt gedaan over een nieuwe eiwitstof, die hij langs scheikundigen weg bereid heeft en jTropon' noemt. Zelf deelt de hoog leeraar thans in het Duitscbe M e d i z. W ochenschr. mede, dat het Lem ge lukt is uit vleesch en uit veel eiwit hou dende planten, als peulvruchten, zniver eiwit, zonder vreemde bijmengsels te be reiden en voor voeding geschikt te ma ken. Uit genomen proeven is reeds ge bleken, dat het op den duur zonder be zwaar of walging gebruikt kan worden, licht verteert, bijna geheel wordt opge nomen en 40 tot 50 pCt. goedkooper is dan ander eiwit. Het houdt zich latig goed, heeft geen bepaalden smaak en kan aldus ook bij andere spijzen gevoegd worden. Er wordt dan ook t r 0 p o n-brood, be schuit, geconserveerde groenten, bouillon tabletten, enz. mee vervaardigd. Prof. Einkler beschouwt zijn vinding ah zeer belangrijk voor de volksvoeding. Onderstaande geeft een denkbeeld van de hoogst merkwaardige verschijnselen, die gebaseerd zijn op de wet der traagheid of inertie. Neem een bezemsteel en sla in elk der uiteinden een langen, dunnen spijker. Beide spijkers moeten juist in de aslijn van den stok liggen. Leg nu den bezemsteel op den rand van twee met water gevulde likeur glaasjes, die bijv. op den zittingrand van twee stoelen geplaatst zijn. Neem nn een zwaren stok en geef er een hevigen slag mede op het midden vaD den bezemsteel. Dan zullen de teere glaasjes verbrijzeld worden, terwijl de stok ongedeerd valt, nietwaar MisTot ieders verbazing breekt de bezemsteel doormidden, terwijl de glaasjes rustig blijven staan, zonder ook maar een spoor van beschadiging te vertoonen. Er is zelfs geen druppel water over den rand gestort. Dezelfde proef kan men ook demon- streeren met behulp van twee Goudsche pijpen en een lang, dun potlood. Men legt de pijpen op eenigen afstand van elkander met de koppen op een lagen lafelrand en wei z66, dat de stelen schuin onder de ta fel wijzen, terwijl de nokjes, die zich on der aan den kop van de pijpen bevinden, naar boven gericht zijn. Op deze nokjes legt men het potlood. Geeft men nu een zwareD stokslag op het midden van het potlood, dan breekt dit doormidden zonder dat de pijpeD neigiug vertoonen, uit haar tamelijk wankelbaren evenwichtstoestand te geraken. Op de boulevards te Parijs ziet men een kunstenmaker, die deze proef op een hoogst origineele wijze vertoont. De stok, die een respectabele dikte heeft, wordt met de beide niteinden opgehangen in twee ringen van papier, waarvan de een rust op een pijpesteel en de andere op het scherp van een geopend scheermes. Een hevige slag met een ijzeren staaf doet den stok in twee stukken wegvliegen, zonder dat de papieren ringen scheuren of doorgesneden worden. Begrijpelijkerwij ze heeft de man met dit kunstje een buitengewoon succes. De invloed van wielrijden op het hart. Verscheidene welbekende Eransche wiel- rijders werden onlangs ongeschikt bevonden voor den militairen dienst, wegens gebreken van het hart. Hierin ligt niets bevreemdends, men zou veeleer geneigd zijn, zich te ver wonderen dat hun aantal nog niet grooter is. De meest voorkomende cadeelige ge volgen van buitensporig wielrijden zijn hartkloppingen en tijdelijke uitzetting van het hartmaar zelfs deze gebreken zijn dikwijls moeilijk te genezen. Aan een dame, die aan influenza geleden had, werd door haren geneesheer verandering van lucht aanbevolenzij besteedde de daarvoor beschikbare twee weken met dagelijks een tccht per rijwiel te doen van 50 mijl. Als een gevolg daarvan heeft zij sedert dien tijd nn negen maanden ge leden steeds een pols gehad, die bij de minste inspanning tot 120 stijgt, of schoon zij niet weder gereden heeft. Daar vermoeienis der ledematen bij het wielrijden gering is, stelt men zich licht bloot, te veel van bet hart te vergen de rijder mist de waarschuwing waarop hij gewoon is te letten en gaat voort aan zijn hart een te zware taak op te leggen. De hartuitzetting die aanvankelijk slechts tijdelijk was, wordt zoodoende bestendigd. En al ondervindt de eigenaar van zulk een hart daarvan weinig overlast, de genees kundige heeft daaromtrent volstrekt niet zulk een geruststellende zienswijze. Aan zwakke personen en menschen van leeftijd kan niet ta dikwijls gezegd worden, dat van geen lichaamsoefening gemakkelijker misbruik kan gemaakt worden, ofschoon, ia juiste mate toegepast, weinig lichaams oefeningen gezonder en prettiger zijn. (M. t. d. F.J Het grootste waterbassin den airde wordt in Boston, Vereenigde Stiten, aangelegd. De inbond daarvan zal 65 billioen gallon (iets meer dan 21/1 billioen H.L.) d.w.z. genoeg bedragen, om de stad 300 jaar lang van water te kun nen voorzien. Deze ontzaglijke hoeveel heid water zal een oppervlakte vbb 1000 H.A. beslaan en volgens de berekening nog grooter zijn dan de geheele haven van Boston. In eene circulaire, waarin stenn verzocht wordt, uitgaande van het bestnur van den *Bond tot bestrijding van den vogelmoord" (secretaresse-penning- meesteres mevronw Diepenbrock, geb. de Jong van Beek en Donk te Amster dam) wordt gezegd, dat ia de laatste 25 jaren meer dan 3000 millioen kolibries, patrijsvogels enz., als slachtoffers der mo de gevallen zijn. Voor Europa bedraagt de jaarlijksche invoer ongeveer 175 mil lioen stnks. Onlangs gaf een Parijsche firma aan een groothandelaar een order van 20.000 kwikstiartjes, een ander een van 75.000 roodborstjes en sijsjes. Een bruidspaar, dat zeer zeker wel tot de grootste uitzonderingen zal behooren, is op dit oogenblik in Schwarz- ort, bij Memel. De daar wonende vroegere nachtwacht heeft zich kort geleden, nadat hij eenige weken te voren wednweaar was geworden, nogmaals verloofd. Hij is 95 jaar ond en de bruid telt 68 lenten. eenigszins ongemakkelijk in die kleine om geving hier." „En waarom zjjt ge er dan toe beslo ten?" „Ja, weet ge," hij schoof vertrouwelijk zijn arm door dien van Herbach „daar is een onde oom van me gestorvenvrat ik nooit gedroomd heb, is gesebied, zijn rijk dom heeft hij aan mij vermaakt zijn land goed ligt daar geloof ik ergens aan da Oostzee 't moet een heel aardige bezitting zijn, die mij op eenmaal tot een rijk man maakt. Mij 1 't Is bijna te belachelijk, de dolle Eickhoff heeft nooit naar geld of goed gevraagd." „De dolle Eickhoffl" Otto Herbach moest lachen, toen hij dit woord nit het verleden hoorde en daarmede de herinnering weder werd wakker geroepen. Met rook gevolde bier kroegen, waarin zjj 's avonds bijeen waren, naar de vroolijke verhalen van den eersten luitenant Eickhoff inisterend, een schrik der dames, want hij was niet zeer hoffelijk in den mond, maar een voorwerp van bewon dering voor zijn kameraden. Otto had wel is waar als jongste vaandrig aan het onder einde van de tafel gezeten, maar gezeten had hij e toch, evenals de hoogeren, tot wie te behooren zijn vurigste wensch was. Zij stapten met elkander de smalle, don kere straat langs, zieh verdiepende in herin neringen en elkaar vragen doende; het was zulk oen onverwachte ontmoeting plotse ling bleef Eickhoff staan. „Ik doe n een voorstel, Herbseh gamee naar 't hotel, waar ik een logies zal kan nen vinden en laat ons daar bij een flisoh wijn gemoedelijk babbelen; mijn zuster heeft de praotieche gewoonte, om steeds met de kippen op stok te gaan, wie waet, of ik ze er niet zon moeten uittrommelenen mor gen is er nog een dag. Bovendien sjjt gij nog een stok van mjjn ond regiment, daarom is het dobbel gewensoht, en gij knot nog menig nienws van mij ervaren." De luitenant liet zich niet lang nooden en zpoedig zaten de beide mannen in de warme gelagkamer bjjeen, vragend en ver tellend zooais het voorkwam. Slechts met moeite gelnkte het Otto, oit het gebruinde stoof, ook al roerden zij niet eens dat onverkwikkelijke geldthema aan. Zij nam bet hem niet kwalijk, neen, niet in 't minst, hij had ja groDd genoeg daarvoor, want zij, zijne eigene vrouw, had hem in dezen afgrond gebracht. Zij sliep reeds geen enkelen sacht meer zonder van lange getallenrijen te droomen, die nooit te betalen waren en eindelijk werd zij even nerveus als hij. Zij gevoelde maar al ie goed, dat de grootste schold van alles op baar lag, daar zjj 't niet verstond te reke nen. Eens op een goeden dag kreeg lnitenant Herbach nogmaals een brief van zijn ban kier, waarin hem nn een bericht werd ge zonden, dat hem aantoonde, dat zijn vermo gen heel bedenkelijk 't einde naderde. Otto werd nog een tintje bleeker dan bij reeds was, drnkte de tanden in de onder lip, stennde het hoofd met de hand en zeide „Gebeuren moet er iels.® Dat had hjj reeds zoo dikwijls lnid en ook zacht gezegd, met mser of minder ener gie, maar daarvan was nog nooit iets het gevolg geweest. Wat zoq er ook gebenrenl Eer hij kapitein was, had nog vele jaren den tijd daarmede hield de ranglijst geen rekening; zelfs al was dat doel bereikt, de gage, aan het ambt verbonden, was Diet toe reikend voor het leven, dat zij nn leidden en waarbij zijn vermogen geheel verdwenen was. Wanneer hij daarbij aan Helena dacht, aan hare roode oogen, haar trillende stem, wanneer zij hem om geld vroeg, het ver scheurde hem bijna de borst het hielp nieis, er moest iets gebenren 1 Onder deze gedachten nam hij de mots van haar plaats en zette die op zijn lokken, zonder een blik in den spiegel te werpen en ging in den donkeren, nat-konden Februsri- avond naar buiten.Waarheen hij wilde, wist hij niet, hij wilde alleen die leelgke gedachten kwijt rakeD, die hem in den laatsten tijd niet meer los lieten en geheel door die ge dachten bezig gehouden, liep hij bjj het stationsgebouw vierkant tegen een stevig ge bouwd heer op, die in een warmen mantel ge wikkeld was. Forbach had maar één station, passagiers kwamen zelden genoeg in bet kleine nest en een vreemd persoon was altoos meer of minder een gebeurtenis, zooveei te meer, wanneer deze persoon, in 't oog vallend ge kleed, een vloek uitstiet, die met de spraak van 't land niets te maken heeft. „Pardon!" zeide Herbach en deed een stap op zijde. „'t Is niet zoo erg," antwoordde de ander, „maar daar wij elkander nn toch eenmaal zoo eigenaardig hebben leeren kennen, znlt ge zeker wel zoo goed willen zijn, mij de woning te wijzen van kapitein von Schlöszer." „Moritzstraat 21, het is niet ver van hier." En daarbij gaf de luitenant zich alle moeite, van onder den grooten hoed de gelaatstrekken van den vreemdeling te onderscheiden, wiens stem bij bem herinneringen had opgewekt. De vreemdeling zag op naar een blauw atraatbordje en deed vergeefsche moeite, den naam daarop te lezen, het lieht van die enkele lantsarn was daartoe niet sterk genoeg. „Merkwaardige inrichting hier," mompelde de vreemdeling sarcastisch, „de hoofdzaak onduidelijk te latende duivel moge daar den naam op lezen, ik kan dat niet." „Wanneer ge 't mij toostaat, zal ik u, omdat ge hier veeemd zijt, den weg wijzen,® merkte Herbach met zijne gewone ridderlijkheid op. „Hallo I" riep de andere en draaide zich vlug om. „Gjj zijt mjj onmogelijk geheel onbekend, jonge vriend, evenzoomin als de rok, dien ge draagt. Sedert wanneer is Eiokhoff's geheugen zoo lam geworden, dat het hem inden steek laat?" „Mijnheer von Eiekhoff! ja, nn herinner ik mij u ook weer, dat is nog dezelfde stem. Hoe komt ge hier in den nacht ik dacht, dat ge in IndiS waart," zeide nn ook Her bach, eveneens verwonderd over de onver wachte ontmoeting. „Kom er ook rechtstreeks vandaan, na tien jaar ben ik nn weder in het vaderland terug en 't is me nog heel eigen. Maar ik heb gaarne in den vreemde rondgereisd, mij menig windje door den nens en langs ooren laten waaien, het was mg eerst

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1898 | | pagina 6