lEUS-, Aangifte mrkiziis. Éijrag nor mmmmmmrnmmmmm Een Offer. Donderdag 12 Mei 1898. 42ste Jaargang Ho. 3309. Ito ei Mél Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden AI)VERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60, Atzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Schagen. FEUILLETON. ROMAN van H. Schubert. Wieringen. Wieringen. Wieringen. Anna Paulowna, 9 Mei '98. WORDT VERVOLGD. ■HHI Mmteitit- LnllwÉt ttureau: S€MAOIüJS, Laan, II 4. UilgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. W1N R JE L. Bekendmakingen. Burgemeester en Wethouders van Scha gen brengen, voor zooveel noodig, met het oog op verzuim, betrekkelijk het doen van aangifte ter Secretarie bij verhuizing bin nen de gemeente, asn de ingezetenen in herinnering het bepaalde bij art. 5 van de Politieverordening dezer gemeente, lui dende als volgt „Iogeval van verhuizing binnen de ge meente zal daarvan binnen acht dagen be- hooren te worden kennis gegeveD ter Se cretarie der gemeente, te weten „Voor een geheel gezin, inwonende „dienst- en werk boden J daaronder begre- „pen, door het hoofd van dat gezin. „Voor afzonderlijk levende personen ydoor hen zelf. Voor de geheele bevol king van gestichten of andere inrichtin gen, waar personen OLder eenig bestuur ffte zamen wonen, door de bestuurders. ^Overtreding wordt gestraft met een „geldboete van ten hoogste een gulden.' Scha gen, 15 April 189S. Burgemeester en Wethouders voornoemd, 8. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge meente SCHAGEN noodigen bij deze uit: 1°. alle mannelijke ingezetenen, geboren in bet jaar 1873; 3». alle mannelijke ingezetenen, geboren in de jaren 1864 tot en met 1872, die, ofschoon in andere gemeenten reeds ingeschreven, sedert de inschrijving 4. Het waren voor Helena bitter-zoete uren en dagen, die laatsten. Als zijn schaduw volgde zij haar echtgenoot door huis en tuin, Bliep hij, dan zat zij zwijgend naast hem en liet hare oogen geen minuut van hem af gaan, ais gold het zijne trekken vast in haar geheugen te griffen. Herbach merkte dat alles heel goed op het roerde hem, maar bij gleed er overheen, om zelf maar niet week te worden. Daar entegen bad hij haar duizend schoonheden aan te wijzeD, die zij als bezitster van het buitentje in oogeusehonw moest nemen. Met een droef lachje wierp Helena een blik op het geprezene, zij wis>, dat haar geluk met haar man verdweenzij bad 't liefst honger en gevaren met hem gedeeld, in plaats van rustigjes achter te blijvenen zeker, bet was zeer egoïstisch van haar gedachtze zou hem daar immers maar tot laBt zijn geweest, en hier had Eva haar zoo hoog noodig. In de keus van haar nieuwe woonplaats had Herbach zeer vaei smaak aan den dag gelegd; het was een allerliefste kleine bezit ting, die hij met de rest van zgn vermo gen keurig had ingericht. Eindelijk kwam dan de gevreesde treurige dag, die Otto Herbach ver weg zou vooren. Hand in hand stonden hij eo Helena voor het kleine poortje, dat van nit den tuin naar den weg voerde en zagen rondom zich. De hemel was helder en klaar, een leeuwerik deed zijn jubel hooren, het hooi geurde en het geruiseh van de branding der zee kwam tot hen over, terwijl zee en hori zon ineensmolten.Onophoudelijk rold in Helena de tranen langs de wangen en krampach tig hield baar hand die van haar man vast. Ook hij was geroerd er kwam iets als van berouw in zijn borst op, als hij zjjn kleine vrouw aanzsg, en hg omhelsde haar plotse ling, trok haar naar zich toe en reide aan gedaan „Helena, mijn lieveling, vergeef mij elk verdriet, dat ik je beb aangedaan, denk in liefde aan mij en leer ons kind mij liefheb ben, trots de scheiding Gij hebt mij teer gelukkig gemaakt, ik dank u daar duizend- maal voor en ik zal bet je rijkelijk vergelden, als ik teruggekeerd ben." Zij borg haar hoofd aan zijn borst. „Na gij gaat, gaat mijn leveD, mijn geluk, mjjn alles; Otlo, moet het dan juist *oo zgn P* Hg kuste haar 't blonde haar. „Het moet, maar ik kom terug.* Kon bjj workelgk zoo weerkomen, als hg na heenging, «oo geheel deselfde P 't Kon van het vorig j'aar in deze Gemeente zjjn komen wonen 3». alle vreemdelingen, die sedert de laatste inschrij ving in de termen zijn gevallen, om als ingezetenen te worden beschouwd om, met overlegging van een extract geboorte-akte, zoo /.ij elders geboren zijn, zich ter inschrijving voor de schutterij aan te mel den ter Gemeente-Secretarie, tnsschen den 16den en den 31slen Mei e. k.terwijl voorts wordt medege deeld, dat voor die inschrijving meer bepaaldelijk zitting zal worden gehouden op alle werkdagen, des voormiddags van 9 tot 12 ure. Wordende hierbij, ter voldoening aan art. 8 van het Koninklijk besluit van den 21sten Maart 1838, Staatsblad N®. 6, nog medegedeeld eenige bepalingen, vastgesteld hg het Ilde hoofdstuk der Schutterij wet, betrekkelijk de inschrijving voor de Schutterij, lui dende Artikel 6. Elk jaar, vóór den eersten Juni, zul len de ingezetenen, die op den lsten Januari van het jaar hun 25ste jaar van ouderdom zullen zijn ingetreden, zonder onderscheid of zij vermeenen moch ten al of niet tot de vrijgestelden of uitgeslotenen te behooren, verplicht zijn, zich bij het bestuur der gemeente, in welke zij wonen, voor de schutterij te doen inschrijven. Artikel 7. Zy, die in meer dan eene Gsmcente hun gewoon verblijf houden, of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, zullen tot de inschrij ving verplicht zijn binnen die Gemeente, alwaar een dienstdoende schutterij aanwezig is. Bijaldien in die verschillende Gemeenten alleen dienstdoende of alleen rustende schutterijen bestaan, zullen zy zich doen inschrijven in de Gemeente, alwaar zyjvoor de personeele belasting zijn aangeslagen, en de ambtenaren in die Gemeente, alwaar zij ambts halve verplicht zijn hun verblijf te houden. Artikel 8. Die van hunnen ouderdom geen vol doend bewijs geven, zullen door het plaatselijk bestuur worden ingeschreven, naar deszelfs oordeel, onverminderd de bevoegdheid van den ingeschrevene, om van zijn juisten ouderdom nader te doen blijken. Artikel 9. Die bevonden zullen worden zich niet vóór 1 Juni te hebben doen inschry ven, zullen door het plaatselijk bestuur ambtshalve ingeschreven worden, en door den schuttersraad worden verwezen tot eene geldboete, terwijl zij daarenboven, zonder loting, bij de schutterij zullen worden ingelijfd, in dien het zal blijken, dat er, tijdens de verzuimde inschrijving, geen redenen lot de uitsluiting of vrijstelling te hunnen aanzien bestonden. Afgekondigd en aangeplakt te Schagen, den 26 April 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemd, de Burgemeester, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. nauwelijks 1 Niemand kan zich aan sommige verhoudingen onttrekken en dia hebben steeds e n zekere kleine verandering van den menseh ten gevolge. Men leeft een gansch ander leven en omgang en ervaring druk ken met leesbare teekens hun stempel daarop. Hij ging de straat op, die laDgs de villa ging, zwaaide nog eenmaal met den hoed en was toen verdwenen. HOOFDSTUK IY. In den gelukkigen tijd, dat zjj op de kostschool ging, had de zachte, lieflijke He lena zich met haar gebselo natnur gehecht aan een jonge dame, die het tegenoverge stelde van baarzelve was. Franciska Rein- wald ('t liefst liet sij zioh Frans noeman, en haar hoofd, met donkere, korte krullen be dekt, deed haar veel op een jongen gelij ken) klaagde altoos, dat de natuur zich te genover haar onverantwoordelijk had gedra gen en een meisje in plaats van een jongen vsn haar gomaakt had. Zij verachtte en verafschuwde haar e<g-n geslacht, mot uit zondering vnn Helena, en herhaalde dat da gelijks, bij elke gelegenheid die zich daar toe aanbood. Gevoel te toonen hield zij voor belachelijk, tranen riepen een schou derophalen bg haar teweeg en voor het woord „liefde* baalde zij verachtelijk den neus op, en tegen zwakheden van dergelijken aard voerde zij een strengen strijd. Men noemde baar dan ook altoos een origiceel eo profeteerde vau baar, dat zij een oude jonge-juffer zou worden, welke profetie zg ten volle beaamde en die haar volstrekt niet afschrikte. In de vacanties had zij som wijlen aan de verzoeken van Helena gevolg gegeven en was naar Rotenburg gegaan, waar zij dan met John Berger kamplostig streed, wanneer hij zijne eigenaardige stel lingen over da plaats van de vronw in de maatsohappij ten beste gaf, en had hem zoo doende meermalen de bewering omlokt, dat zij een kranige vent geweest zou zgn; had in dien tusvcheDtijd mevrouw Louise, die al sedert lang lijdend was, trachten op te vroolijken en Helena da vacantiën ver aangenaamd. Maar toen mevrouw Ber ger eindelijk; stierf en Helena naar huis guro' pon weid, was de vriendschap een weinig minder geworden, zonder evenwel te verkoelen, ofschoon de oude Berger een be zoek vnn rijn dochter naar Berlijn absoluut niet dulden wilde, en Franciska even be slist verklaarde, dat sij dan ook nooit meer naar Rotenburg zou komen. Berger had daartoe zijn zeer gewichtige redenen, die hij evenwel san niemand blootlegde, maar die daarin bestonden, dat Franciska een broer beza'. Togen een dergelijk bezit had Ber ger niets in te brengen, ai was bet ook een dozijn geweest, maar bij wilde er voor wa ken, dat de teedore vriendschap, die Helena voor Franciska koesterde, niet oversloeg op haar broeder, noch op eenig ander man- nelijk familielid en daarom verbood hij dan ook elk bezoekwant Frits Reinwald was een burgerjongen en John Berger had, zoo KENMSGEVING. Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter kennis van belanghebbenden, dat, wegens het invallen van den Hemel vaartsdag op 19 Mei a. s., de gewone Don- derdagsche markt aldaar in die week zal worden gehouden op Woensdag. Schagen, 3 Mei 1898. Burgemeester en Wethouders voornoemdi S. BERMAN. De Secretaris. DENIJS. Het HOOFD van het PLAATSELIJK BESTUUR der Gemeente SCHAGEN, brengt bg deze ter kennis van de ingezetenen dier gemeente, dat het kohier No. 4 van de Be lasting op Bedrgfs- en andere inkomsten, over het belastingjaar 1897/98, op 5 Mei door den Heer Directeur der Directe Belastingen te Amsterdam, is executoir verklaard on op hoden aan den Heer Ontvanger der directe belastingen binnen deze gemeente ter in vordering is overgegeven. Ieder ingezeten, welke daarbg belang heeft, wordt alzoo vermaand op de voldoening van zgnen aanslag behoorlijk acht te geven, ten einde alle gerechtelijke vervolgingen,welke uit nalatigheid zouden voortvloeien, te ontgaan. Schagen, den 9 Mei 1898. Het HOOFD van het Plaatselijk Bestuur [voornoemd, S. BERMAN. i V Burgemeester en Wethouders van SCHAGEN Gelet op het Besluit van Heereu Gedeputeerde Sta ten dezer Provincie, van 29 December 1897 (Provin ciaal blad Nb. 146) brengen ter kennis van de inge zetenen dier gemeente, dat de Herijk van maten en gewichten aldaar dit jaar zal plaats hebben in het daarvoor afgesloten achtergedeelte van het locaal, de kolfbaan, behoorende bij het Noordhollandsch Koffie huis, Wijk B. No. 57, aan de Lagezijde aldaar, bewoond door D. van Twuiver, ingang door de st*eg en dat daartoe zitting zal worden gehouden ais volgt: Voor apothekers-, goud- en zilversmidsgewichten, verdere gewichten bestemd tot fijnere wegingen van 1 gram en daarboven, 25 Mei e. k., van 's morgens als we reeds weien, eon adellijken schoonzoon op he< oog. Franciska had in den laatsten tijd wei nig of niets van Helena gehoord. Op een brief van haar, waarin zeer vele malen de naam van den luitenant Herbach werd ge noemd en al de schoone daden van dat heer werden bezongen bad Frans kort en bondig geantwoord, dat Helena niet zoo stom moest zijn, zich aan een man te verslingeren en of zij dan nog altoos niet bad ingezien, dat de liefde Diets anders was dan een koorts, die noodwendig moest ophouden, als de menseh geestelijk gezond was en dat men met de rist van zijn leven een dergelijke begane dwaasheid geregeld moest boeten. Helena zou dat ook later, maar dan tot haar eigen scht.de, inzien; kort en goed, zij moest al die luitenants met rast laten en liever in 't geheel niet schrijven dan haar zulk een zwak hart te toonen, dat als of fer van een blonden snorbaard en vnrigoog gevallen was. Daarna werden Heiena's brieven korter en zeldzamer, zjj vond toch geen sympathie voor hare gevoelens bij bare vriendin en en eerst na haar plotseling hnwelijk be reikte een lang epistel Franciska, waarin al le voorvallen van den laatsten tijd vermeld stonden. Op een zekeren morgen zat Franciska naast haar moeder, de weduwe Reinwald, met een handwerkje bezig cn maakte groote plan nen voor de toekomst van haar broer, die, over eenige dagen zgn examen voor asses- sor moetende doen, voor de beide vrouwen een voorwerp van groote liefde was. De oude dame toonde hem dit onomwonden en nam de zijne, trotscb daarop, in ontvangst, Frarcisca sloot haar gevoel angstig weg, als was 't iets slechts. Een zacht, teeaer woord was haar onmogelijk, ofschoon zij in staat zoo zijn geweest, zonder veel ophef, het grootste offer te brengen, en zoodoende bemerkte hatr broer nauwelijks, boe hoog hjj bij baar stoöd aangwsohreven of wan neer bij het gevoelde, dan nam hij het als iets beel natuurlijks op; wan. Frits was een zeer aardige jonge man en las in menig meisjesoog, dat bem belangwekkender was dan die zijner zuster, nauwkeurig ieder ge voel, dat zijne zuster zoo angstig voor hem verborg. Haar grootste verdriet was het, dat hjj met betrekking tot de jonge dames die zij kende, juist altoos die tot zijne uitver korene maakte en zijne hulde bewees van wie Franciska verkondigde, dat zij tot de onuitstaanbazrste wezens op aarde behoorde. „Gij soit het zien, mama,* zeide zjj bjj zulk eene gelegenheid, „hjj brengt eon vrouw hier in buis, voor wie wjj gaarne het veld ruimen bet zal bet afschnwelykste schepsel nit geheel Berlijn of Daitschland in 't algemeen zgn.* „Zulk een duivel als jg, Frans, neem ik zeker niet,* placht bjj dan lachend te srg- gen. „Gij zjjt voorbeeohikt, om onde jonge- juffer te worden en nu al reeds zoo raar, dat ik 9 12 uur, voor den herijk in het algemeen25 Mei van 'a nam. 1 4 nur, 26 en 27 Mei van 9 12 en van 1 4 uur. Voor Sint Maarten 28 Mei van 9 12 uur. Belanghebbenden wordt verder medegedeeld 1®. dat ingevolge Kon. Besluit van den 19 No vember 1897 (Staatsblad No. 273) de maten en ge wichten in bet jaar 1898/1899 moeten worden onder worpen aan den herijk en dat die herijk zal plaats hebben binnen bet tijdvak, dat aanvangt op 1 Januari 1898 en eindigt 1 September 1899. 2®. dat het goedkeuringsmerk, gedurende bet berijk-tijdvak 1898/1899 te bezigen zal zijnbij den ijk en herijk der maten en gewichten, de letter h in den gewonen schrijfvormbij den ijk van gasmeters de koninklijke kroon. 3°. dat de maten en gewichten, op gevaar van straf, voorzien moeten blyven van de vereischte stem- pelmerken dat dus het laatst geplaatste goedkeurings merk gedurende twee jaren ongeschonden moet worden bewaard. 4®. dat de maten en gewichten behoorlijk schoon, droog en roestvrij ten herijk moeten worden aangebo den om onderzocht en duidelijk gestempeld te kunnen worden, indien dit niet het geval is worden ze onherijkt teruggegeven. 5°. dat de verificatie van miligram-gewichten uit sluitend aan de IJkkantoren kan plaats hebben. 6°. dat het IJkkantoor te Alkmaar in de jaren 1898 en 1899 geopend zal zijn op de navolgende dagenIn 1898, 1, 2, 3, 4, 13 en 14 JuDi, 2, 4 en 5 Juli, dagelijks van 's voorm. 9 tot nam 3 uur; Van 26 Augustus 1898 tot 16 Maart 1898 en na 26 Augustus 1899 eiken Maandag, Woensdag, Vrij dag en Zaterdag, van 's voorm. 9 tot 's nam. 1 unr van 16 Maart tot 26 Augustus 1899 4, 5, 7, 8, 28 en 29 April, 1, 2, 3, 23, 24, 26 en 27 Mei, 16 en 17 Juni, 7, 8, 9, 10, 11, 29 en 31 Juli, 2, 4, 5, 18 en 19 Augustus, dagelijks van 's voorm. 9 tot 's nam. 3 nur. Schagen, 10 Mei 1898. Burgemeester en Wethouders van Schagen, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Binnenlandsch Nieuws. Het maken van een aanlegplaats aan 3. n Oevef alhier ten dienste der scheepvaart, is aangenomen door den heer J. Hermans alhier voor f 1725. hoop, dat de hemel iederon man de oogen opent, die wat dicht in uwe nabijheid komt." „Mtj ia dit heel we!,* antwoordde zij dan spottend. „Gij en uws gelijken hebben mg allen last om te trouwen ontnom n, en liefde bespottelijk gezwets, liefde is er niet.* Daar kwam de brief van Helena. Toornig kleurden zich Franciska's wangen en met kracht werd baar handwerkje tegen den grond gesme en „VJat een dwaasheid,* riep ze handen wringend uit, „wat een onvergeeflijke dwaas- beid; giloo't Heicna dan werkelgk, dat die vent haar tot het eind van baar leven zal liefbebben E' is geen dommer goed in de wereld, dan de vrouwen Trouwen 1 Alsof dat nu juist cocdig is, ot daarin nu juist het geluk des levens bestaat." En nauwelijks een jaar later ondervond juffrouw Frans het grootere veidriet, dat haar broer een meisje naar het altaar voerde, wier blon de lokken en blauwe oogen hot hem hadden gedaan. Lucie wtts de dochter van een predikan', zacht, bekoothik en bedaard, een van die sprookjesachtige schoonheden, die da harten dor mannen stormachtig plegen te veroveren, door den zuchten opslag der oogen en haar zoeten glimlach. Frits aanbad zijn jonge vronw, de wedu we bad haar schoondochter van ganBcher har e lief en slechts Frans was in de oppo sitie op zeer besliste manier, bij elke gele genheid die maar voorkwam. Zij hield Lucie voor egoïstisch, oppervlakkig, klein geestig en haar liefde voor haar man noem de Frans zulk een min gevoel, dat Lnoie volgens baar niet in staat was, sich de minste opoffering voor haar man te getroosten. Zij liet geen gelegenheid voorbijgaan, om haar schoonzuster ongegeneerd de waarheid onder dennens te wrijven, wanDeer zij het noodzakelijk vond. Lucie van baar kant haatte Frans gron dig, en deze oorlog tussehon haar beiden werd met veel bit erheid, 6cherpte en on verbiddelijkheid van weerszijden ge voerd, als stond leven en dood er bij op het spel, de gevolgen bleven voor de fijn gevoelige Frans niet uitFrits werd door zgn jonge vronw van zgn snater verwijderd, de schoondoobier werd door do weduwe meermalen als voorbeeld gesteld en Frans met haar rondborstige manieren en warm hart, vergoot in stilte veel hartslocbteljjke tranen daarover. O, boe zij de liefde veralsohnwde, die haar no reeds twee menschen ontroofd had Helena en haar broeder. Welk een erbar melijke wereld, die de liefde zoo blindelings onderdanig was. Daarna kwamen er in bet hnis der familie Reinwald kindergeschrei en onrustige naoh- ten. waarvoor Frans vol ontzetting de vlucht nam, om opnieuw verwijtingen over baar harteloosheid te booren. „Wanneer na mijn arm kind sterft I' jammerde Lucie eu wrong in wanhoop hare handen, terwgl Frans onverschillig op de Naar wij vernemen zal op Zoüdag 22 Mei s. s. alhier eene uitvoering worden gegeven door de mnziekvereenigiDg „Har monie.' Tevens zullen een piar voor drachten tnsschen de verschillende muziek nummers worden gegeven j de opbrengst zal worden gezonden aan de noodlijdenden te Schagerbrug. Verleden week werden door den bedrijf- boer G. H. in den polder Waard-Nieuw- land alhier, de paarden in de weide ge bracht. De beesten, die uit den stal in de vrije lacht kwamen, dansten en sprongen het land op en neer, en sclie- ueu elkander niet best te kunnen verdra gen, zoo erg, dat een mooi 3-jarig paard van zijn kameraad een slag in de zijde ontving, met bet gevolg, dat het beest kort daarna stierf. Siechts een 18-tal peisouen verscheen op de oproeping van den Burgemeester, jl. Zaterdagavond in Veerburg, ten einde over ereniuëele feestelijkheden te spreken bij gelegenheid der inhuldiging van onze Koningin. Waarschijnlijk was dit getal zoo kltin door de weinige publiciteit, wel ke er aan gegeven was. De heer Waller zette in zijn inleidend woord uiteen, hoe er voor een feestviering te dezer pUatge, zooals aan alle dingen, een licht- en een schaduwzijde verbonden was. De lichtzijde was zeker, dat men sympathie wilde betuigen aan onze jenge Koningin, en dit moest blijken door niet achter te blijven bij andere gemeenten, ma-.r ook hier te doen, wat men vermocht, om een feest te organiseeren maar daar door kwam ook juist de schaduwzijde te voorschijn, want feest vieren kost veel geld, en overal wordt feest gevierd, ook ruiten trommelde. „Bah, 't is maar een meisje I' antwoordde F/auoiska schouderophalend en op gering- schattenden toon. „Laat ik u zegge.i, dat de meisjes zeer laai van constructie zijn en zoo gemakkelijk niet sterven; daarom zijn zij ook op de wereld in de meerderheid. Ik zou, uit vrees, de wereld ook eens zoo'n misbaksel te schenken, niet willen trouwen. Gij hadt ook niets nuttigers te doen, Lucie I" Mevrouw Reinwald junior haalde de schou ders op en herhaalde in stilte haar vurig gebed, dat de lieve God toch medelijden met haar mocht hebben en een man eenden, die haar onuitst isnbare schoon zuster, die eik uur haar ergernis op wekte, zou meenemen. Maar voorloop'g schoen daar weinig uitzicht op on zij had niet eens de genoegdoening, dat Franciska onbegeerd een oude jonge-jnffrouw zou wor den. Dan had mevrouw Lucie tenminste nog medelijden met haar kannen hebben,maar neen, genoeg liefhebbers boden zich aan, die sich door bet eigenaardige karakter niet lieten afschrikken; maar de ontzettendo eigenzin nigheid van Franciska legde Lneie de straf op, haar huisplaag nog langer in hare nabijheid te moeten houden. Francis ka was in dien tnsschentjjd 25 jaar geworden en vertelde nu aan ieder, die hot hooren wilde, dat zij nu met reu zenschreden naar de dertig ging, een daad, die Lucie met siddering vervulde en die baar hoe langer hoe meer do hoop deed verliezen, dat zjj nog eenmaal haar schoon zuster voor 't huwelijksaltaar zou zieD. Franciska zag er jonger nit, dan zij waz, het korte donkere haar,die fijnbesneden neus, da- frièscbe lippen en de bruine teint gaven haar gelaat een pikante bekoring on ieder die haar gadesloeg, moest bekennen, dat zjj er heel goed uit rag Franciska was heden minder spraakzaam dan gewoonlijk,zij kei-k diep in gedachten naar den kop, dien sij in de banden hield en schoof eindelijk bet halfgeledigde kopje ter zijde ook Lucie's bemerkingen kregen geen antwoord, en toen Frits juist van plan was, van tafel op te staan, om zgn dageiijksohe bezigheden te beginnen, scheen zij het ein delijk met zichzelf eens te zijn, sprong op, legde hem de hand op den arm en zoide „Wacht nog een oogenblik, waarde heer, ik zon jou en mama wel eens iets willen vertellen. Kort en goed, ik heb mij gisteren verloofd en in den ioop van den dag zal mijnheer Gerkard Ullricb komen, om n, moeder, mij* hand te vragin.* Een blosje verfde bij deze woorden hare wangen eu deod er haar zoo jong uitzien, dat zij waarlijk 20 jaar geleek. „Verwondert het u dan zoo zeer f* vroeg zij, toen er aan do pauze en de verblufte geziehten geen einde scheen to komen, „ik denk te gaan trouwen, is dat zoo bijzonder i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1898 | | pagina 1