Schilders Spanbroek-Opmeer, A. Breed Pz., DANKBETUIGING. leiö-inislioiiflstBr, Spoftlagorsloorling, J. BREET, Qaarlemsclie Loten, UITSPANNEN A. BORST, en w Biitemita, enz. enz. Predikbeurten. te SCHAGEN. te Anna Paulowna. Barsingerliorn. Haringbuizen. Doopsgezinde Gemeente Barsingerhorn c. a. Oosterland Burgerlijke Stand. Oem. §€HAGESI. 357ste STAATSLOTERIJ. Getrokken Pr ij zen. arktberichten. ADVERTENTIEN. De Heer en Mevrouw WESTER MAN HOLSTEIJNvan der Poest Clement, berichten do geboorte van eene Dochter. Purmerend, 11 Juli 1898. Heden overleed, zacht en kalm, onze geliefde Vader, Behuwd- en Grootvader, in den ouderdom van bijna 73 jaar. Uit aller naam, P. BREED Az. Wieringerwaard, 12 Juli 1898. Door deze betuig ik mijn harte- lijken dank aan den WelEd. Heer Dr. Oostra, voor zijn onvermoeide hulp, tijdens de ziekte aan mijn dier bare Echtgenoote bewezen. Ook aan den WelËerw. Heer Ds. Miedema voor de troostvolle woorden, bij het stoffelijk overschot gesproken. En verder aan allen mijn dank, die blijken gaven van hunne deelneming. Ook namens Kinderen, Behuwd- en Kleinkinderen, A. DE SMIT Sr. Anna Paulowna, 11 Juli '98. Voor geruimen tijd kunnen werk bekomen bij T. SCHUITEMAKER, Wordt gevraagd, door het huwelijk der tegenwoordige, tegen 1 Augustus, een flinke uit den fatsoenlijken burger stand. Br. fr. letter Z. bureau van dit blad. Direct gevraagd een eenigszins met het vak bekend, bij Corn. de BHURS. Spoorstr. Helder. f Voorradig een ruime keu ze HOOIKLAMPNETTEN, vanaf 50 cents tot in de grootste soorten, bij Touwslager, Schagen. Nog een klein aantal a f 1.per stuk. A. v. Twuijver, Noord, Schagen. TgÈÊB** De Ondergeteekende maakt bekend, dat er bij hem ge durende deTentoonstelling te gelegenheid bestaat voor het PAARD en RIJTUIG. Schipper te Spanbroek. DE WIT S Overal gevraagd. Fabriek Rinnenhaven 74, HELDER. SWF Men neme een proef en ver gelijke prijs en kwaliteit. Machinale Verffabriek rz Den Helder." Brand op een stoomboot. Nog ligt de vreeselijke raaop van de Bour gogne versch in 'i geheugen, of ecu nieuw ongeval van een groote stoomboot wordt medegedeeld, doch hier heeft gelukkig de bemanning zich \66 gedragen, dat de ge schiedenis van dit nieuwe onheil ah 't ware een tfganhaDger vormt van de ont zettende gebeurtenissen op het Fransche vaartuig. Het AmeriVaai sche houten schip Dela- wart, groot 1279 ton, van Philadelphis, in eigendom behoorende aan de heeren W. P. Clyde Co., is in den nacht van Vrijdag op Zaterdag, kort na 't verlaten van de haven, door brand vernield. Zoodra het vuur werd ontdekt, wist men, dat van blussching geen sprake kon zijn. De ge zagvoerder, kapitein Ingram, liet de ma trozen een dubbele rij vormen en liet de vrouwen en kindeten in de booten zetten ieder kreeg, vóór hij de boot besteeg, een wollen deken. Kapitein Ingram, gewapend met een revolver, stond voor de matrozeu eu dreigd* ieder neer te schieten die een paniek zou veroorzaken. Als gevolg van de kalmte en de orde, die hij handhsafde, konden alle passagiers veilig in de booten geplaatst worden en nadat dit was gvscbied, werden de sloepen voorzichtig en zonder ongeval in zee gela ten. Tal van passagiers waren in nachtge waad, zoo snel waren ze van uit hun hut ten naar 't dek gebracht. De koelbloedigheid van den kapitein is te meer bewonderenswaard, daar het schip een groote hoeveelheid ontplofbare stoffvn aan boord had, voor de versterkingen van de haven, die elk oogenblik konden ont vlammen. Het achterdek was spoedig zoo warm, dat allen naar het voordek moesteu vluch ten. Men kou nog tijdig het schip met den kop in den wind breDgen, zoodat de rook en de verzengende gloed niet over het voordek woeien. Toen twee booten waren neergelaten, begon ook 't middendek vlam te vatten. De matrozen werkten met alle macht, om de passagiers te redden en een van de dappere mannen kreeg levensgevaarlijke brandwonden. De kapitein bleef het aller laatste op het schip en hij verliet het nog jnist bijiijds. Een minnnt later zonk het weg. De matrozen stelden de vrouwen en de andere passagiers gerust, hun zeggend, dat het land vlak bij was. De passagiers en de bemanning kwa men Zaterdagmiddag behouden te New- York aan. De Ocaan King had de booten 's mor gens vroeg bemerkt en slaagde er in, de schipbreukelingen allen aan boord te hijschen. De Delaware had een bemanning van 35 officiereu en matrozen en 33 passagiers. Van de laatsten heeft niet een ook maar de geringste verwonding opge- loopen. E e n verschrikkelijk spoor- reisje legde dezer dagen een op het station Kiugs Crosz iu Londen aangestelde werk man af. De man was onder een wagen der twee-uur-eipreBs van Kings Crosz naar het Noorden, bezig aaü de Yacuumrem wat in orde te brengen, toen de trein, die tot de snelste van de „Great Northern-railvray" behoort, zich in beweging zette. In welk een gevaarlijke situatie hij zich bevond werd den ongelukkige eerst duidelijk, toen de trein het station voorbij en met minnat na minuut grootere snelheid voortstoof. Zoolang de trein in beweging was, behoef de hij, wanneer hij niet verpletterd wilde worden, er niet aan te denken, zijn ongemak kelijke plaats onder den coupóe te verla ten en de man wist maar al te wel, dat vóór de honderd Engelsche mijlen verwijderde stad Gianthain, die ongeveer na twee uren bereikt zou zijn, geen an der oponthoud ta wachten was. 't Was dus zaak, allen moed te verzamelen en zich zoo goed als 't maar ging in het onver mijdelijke te schikken. Zooals da man later zelf meedeelde, sloeg hij zijn kraag omhoog, trok den hoed diep over het gelaat en klemde zich, steeds de eene met de andere hand afwisselend, aan de remstang vast, die zich dicht boven zijn hoofd be vond. In de nabijheid van het station Willing werd de razende snelheid even minder, doordat de rem werd aangetrokken, wat den armen man een gevoel veroorzaakte, als weid een sterke electrische stroom door zijn lichaam geleid. Het bruisende, donderende geraas rondom hem en de scherpe luchtpersiDg dreigden hem dikwijls adem en bezinning te doen verliezen, maar altoos weder raapte hij al zijn wilskracht bijeen en toen hij eindelijk na twee lange uren Granthain bereikte en de trein tot staan kwam, hing hij een oogenblik als ver doofd aan de stang. Daarna liet hij zich vallen en kroop van onder den wsgen weg. De menschen op het station staar den hem verbaasd aan, maar zonder in Staat te zijn hun vragen te beantwoorden, daar hunne woorden hem als groot ru moer in de ooren klonken, Btaarde hij op zijn beurt de vragers aan. Hy moest eerst den indrnk van een gek hebben gegeven, maar b ad at hij wat meer op zijn gemak was gekomen, vertelde hij den omstanders van zijn wonderlijke reis. Den volgenden dag werd de man op meer gemakkelijke wijze naar Kings Crosz teruggevoerd en in den loop van den middag kwam de piins van Wales op het Btation en liet zich aan den man voorstellenop zijn goedhartige manier schudde EngelaDds toekomstige koning den eenvoudigen man de hand, wenschte hem in hartelijke woorden geluk «et zijne redding en prees zijne groote tegenwoor digheid van geest en wilskracht. De marmot. Sommige zoogdieren hebben, evenals de rijke lieden, een zomrr- en een wintervei- bïijf, dit zij beurtelings bewonen. Dit geidt onder anderen van de marmotten ot mormeldieren, waarbij in het voorbijgaan dient opg-oierkt, dat onder eert genoemden naam bier te lande dikwijl» verkeerdelijk een geheel ander diertje begrepen wordt, nl. een diertje, dal ale bestemd schijnt te zijn om allerlei onjuiste namen te ont vangen, want men noemt het ook Gai- neesch biggetje, terwijl het bij de Fran- schen den saam van Cochon d'Inde, bij de Duitschers dien v*n Meerschweinchen dr-agt. Nu heeft het al zeer weinig van een jong varken en zijn vaderland is noch de kuBt van Gninea noch Indiö, maar Zuid-Amerika, terwijl het een uitsluitend op het droge en zelfs binnenslands levend diertje is zoodat laatstgenoemde naam derhalve al zeer zonderling en vreemd is. Dit diertje nu graaft geen holen, maar de echte marmot, die tot in de nabijheid der sneeuwgrens iu het Alpengebergte leeft, is daarentegen een waardig lid van het rnijn- werkersgild. Hare zomerwoning is het «envondigst; deze bevindt zich aan de helling van een berg en bestaat uit een kleine holte met gewoonlijk twee daarin uitkomende gangen, van welke óóa horizontaal is en voor den in- en uitgang dient, terwijl de andere in eene schuine richting naar beneden loopt en zich op een lager punt wedar buiten waarts opent. Deze onderste gang is ei genlijk een soort van riool, want daardoor ontlasten zich al da oareinbedes, die het zindelijke diertje in zijne woning niet duldt, al strekt deze haar dan ook slechts gedu rende de weinige weken, die de zomer in het hooge Alpengebied duurt, tot een kortstondig verblijf. Het grootste gedeel te van di»n tijd toch brengt de marmot in gezelschap van een aantal soortgenooten buiten hare woning door, om zich te voe den met de wortelen en bladeren der spaarzame Alpenplanten, die zij, evenals de eekhoorns, met de voorpooten naar den mond brengen. Zoo kan de wandelaar in deze aan trolsche natunrtooneelen zoo rijke stre ken de marmotten soms in talrijke troepen uit de verte bespieden, maar het minste geruisch doet haar ijlings Daar hare holen vlieden. Aan dit buitenleven maakt de eerst vallende sneeuw op het einde van Septem ber of in het begin van October een ein de. Als aen kleed overdekt deze da nog niet verwelkte overblijfselen der planten, die haar tot voedsel verstrekken en voor haar vangt dan een tijd van volslagen ontbering aan. Gedurende negen tot tien maanden zijn de marmotten verstoken van voedsel, en weldra zouden zij den hongerdood moeten sterven en daar mede tevens de soort ver nietigd worden, indien niet de natuur daar in op eene eigenaardige wijze had voorzien. De wal doorvoede marmotten betrekken dan hare winterwoning. Had elk dier in den zomer zijn eigen hol de weelde maakt egoïstisch thans veraenigen zij zich, en een gezelschap van tien tot zestien in elkanders buurt wonende marmotten delft gezamenlijk, nog vóórdat hst barre jaargetijde den grond verstijfd heeft, eene veel grootere holte met slechts een enkel toegangskanaal. In die holte slepen zij een vrij groot leger, uit hooi en andere gedroogde planten bestaande, verstoppen er dan ook den toegang mede, zoodat de koude lucht wordt buitengesloten en vleien zich eindelijk daarin neder, alle dicht bij elkander, om vele maanden lang in diepen, ongestoorden slaap door te bren gen. Eerst wanneer de zomerwarmte de sneeuw weder doet smelten en de Alpen- plaDten ontluiken, ontwaken de marmotten tot een nieuw leven. Zij verlaten hare dompige winterwoningen, houden bruiloft en brengen de wittebroodsweken in hare zomerverblijven en in de vrije natunr door. Een wonderlijk huwelijk had voor eenige dagen in een kerk te Weenen plaats. De bruid, een corpulente, ongeveer 40-jarige dame, in het zwart, reed alleen in een gehuurde equipage voor het portaal der bewuste kerk. Daar wetd ze door een wel wat kaaltjes gekleed heer, die de zestig gepasseerd was, ontvangen. Met de woorden „Ik ben de bruidegom!' stelde deze zich voor en bood met ridderlijke beleefdheid de dame den arm, die evenwel niet geaccepteerd werd. De dame boog het hoofd en de twee, die el kaar te voren nooit hadden gezien, gingen met elkander naar het al taar. De daar reeds wachtende geoste- lijke voltrok het huwelijk iD weinige mi nuten. Nadat de ringen gewisseld waren en de ceremonie geëindigd was, begeleidde de heer zijne nieuwe echtgenoote, die nog geen woord met hem gewisseld had, we der naar het rijtuig terug. Zonder haar begeleider met een blik te verwaardigen of de aangeboden hand bij het instijgen aan te ratten, knikte mevrouw weder onmerkbaar met het hoofden reed naar het hotel terug, vanwaar zij gekomen is. Reeds een half uur later bevond zij zich op weg naar den Kaukasus, terwijl de nieuw bakken echtgenoot naar zijn huis het armenhuis terugkeerde. Spoedig daar op werd het bekend, dat de vreemde dame zeer rijk was en door haar huwelijk met den Weener armeiihuisbfcWOi.er, die de laat ste afstammeling van een oud adellijk ge slacht uit Zevenbergen was, haar aangeno men zoon een eerlijken en goedklinkenden naam vetschrfftn wilde. De man die voor ren jserlyleche rente zijn tiotschen naam te koop had gegeven en die zijn vrouw en haar kind wellicht nooit meer van aan gezicht zon zien, was de praetische dame geheel onverschillig. Gedwongen huwelijken. Siam is een paradijs voor jonge meis jes, die trouwen willsn. In Europa moe ten ze maar al ta dikwijls oude-jonge-juf- frouwen worden, maar iu Siam waken daar de zeden en ook de wet voor. Want iedere vrouw, die een zekeren leeftijd be reikt heeft, zonder dat ze een man ge vonden heeft, wordt, op haar verzoek, „in geschreven" op de lijst der „koninklijke jonge meisjas", d. w. z. ze worden ge plaatst onder de hoede van den vorst, die een man voor ze moet vinden. Ziehier hoe hij te werk gaatDe man nelijke Siameezen, die een misdrijf hebben gepleegd, kunnen daarvoor gestraft wor den niet alleen door boete en gevange nisstraf, maar ook kunnen ze gedwongen worden, een der „officieele" vrouwen te trouwen. Al9 hun misdrijf gering is, mogen ze kiezen. Maar als 't geval ernstig is, zoekt de regeering een vrouw voor hen uit, en dan natuurlijk een van de sller- leelijksle. Zoo is in Siam een vrouw, hoe leelijk en onaangenaam ook, altijd zeker een man te zullen krijgen. Als deze huwelijken werkelijk gelukkig zijn, wat niet gezegd wordt, moeten de Si&meesche mannen heel wat kalmer en gelateoer zijn dan de Europeesche. Een nieuwe mode. Langen tijd is de rotting het uitslui tend eigendom geweest van de heereD der schepping, die er onder alle vormen tot sieraad en tot steun gebruik van maakten. In de achttiende eeuw pronkten ook de dames met dit modeartikel {Alles schon dagewezenniet waar en nu schijnt dezelfde geest weer door de wereld der eleqantes te waaien. Men zegt, dat de mo de uit Berlijn gekomen isbniten Parijs ziet men de dames met een langen rotting in de hand wandelen. De stok van bamboes, ivoor of ebben hout is versierd met een gouden knop, of op andere wijze, al naar den smaak der draagster of de mode het voorschrijft. Een, die geschonden wil z ij n. Een paar dagen geleden bevatte een Fransch blad de mededeeling, dat een jon ge man in het hospitaal te Poitiers de volgende opgaven had gedaan „Ik beet Gaston Leblanc-Ougues, ben in 1871 te Bordeaux geboren en soldaat geweest in het 2e regiment Zouaven, klasse 88, te Oran. Tegenwoordig vertoon ik een pho- nograaf. Ik liet me ts Oran door een Daitschen kunstenaar, Kruinmschneider, tatoueeren. Hij heeft daartoe 14 dagen noodig gehad, en 73 dagen moest ik ten gevolge van de operatie in het gasthuis blijven. Het beeld, dat ik op mijn rog draag, stelt de slachting voor van drie Europeesche colonnes in Groot-Kabylië het is naar een houtsneê gecopiëerd, die in 1895 ia 't Journal lllustrt ver scheen Nadat ik had hooreD spieken van een dame, die merkwaardige platen en afbeeldingen verzamelde, bood ik haar mijn getatoueerden rug aan voor een som van 5000 frank. Daar zij dit voorstel heeft aangenomeu en ook de kos ten van het gasthuis betalen zal, wil ik mij onder behandeling stellen, om de voor stelling van mijn rug te doen verwijde ren.' Natuurlijk heeft de dienstdoende genees heer van het gasthuis te Poitiers beslist geweigerd, den verlangden villersarbeid te verrichten. Het stak huid, dat zon moeten worden weggesneden, is 40 vierkante cen timeter groot t De getatoueerde wil nn onderhandelingen aanknoopen voor het af staan van zijn lijk, wanneer hij eenmaal overleden zal zijn. Te Sofia doet zich het zeldzame verschijnsel voor, dat een courant niet meer kan verschijnen, omdat haar redacteurs zoo herhaaldelijk achter slot en grendel worden gezet. Dit is het geval met de SttobodaHet blad is kant en kl»ar, maar kan de drukkerij niet verlaten, omdat er geen verantwoordelijk redacteur te krijgen is. De uitgever rijdt de gansche stad door om zulk een persoon machtig te worden, maar hij vindt er geen. De invloed van de maan op het wier. Dar maan wordt algemeen een groote invloed op het wêer toegeschreven en er zijn een menigte weerregels, die alleen op den stand en loop der maan betrekking hebben. De wetenschap is het hiermede in 't geheel niet eens, daaraan stoort een gewoon huis- of tuinmensch zich echter niet. Voor velen is de maan niet alleen de weermaker, hij doet ook zijn in vloed op menschen, vee en planten gelden, de maan kan ziekten doen verdwijnen, den wasdom der planten bevorderen enz. Van hooi b. v. wordt beweerd, dat het krach tiger en sterker is, wanneer het maaien bij opgaande maan geschiedtplanten zullen beter gedijen wanneer het zaad met volle maan geoogst en ook bij volle maan ge zaaid is. Of de maan daarbij helpt is niet we tenschappelijk vastgesteld, maar bet is toch mogelijk, dat zij hierbij niet zonder in vloed is, want een Italiaansch wijnbouwer deelde voor kort mode, dat iu de wijnstokken en de levende planten liet sap voeling met de verschillende getijen houdt, alzoo nret den vloed krachtiger op stijgt en met de ebbe daarentegen zwak ker van den wortel naar de plant gast. Er mag gedurende da uren van den vloed geen tak worden afgesneden, noch een knop of blad worden verwijderd, daar de versche wonden dan heviger bloeden en grooter sapverlies het gevolg is, dan wanneer meD dergelijke amputaties doet in den tijd, dat de ebbe begint. Voor deze op merkingen staat een 14-jsrige ervaiiog borg. Goede proefnemingen in deze waren zeer gewenscht. Da verandering van maau moet evengoed op de kleinste beweeglijke massa hare werking doen gevoelen als op het water van de zee, en alhoewel deze invloed zich aau onze waarneming onttrekt, zoo kan hij toch in de plantencellen wel bestaan. Menig ond vakman heeft opmer kingen gemaakt, die zich meermalen in de praktijk nnttig hebben doen kennen, en meestal waren ze met de moderne geleerd heid in geduchte botsing gekomen. Hervormde gemeente De Godsdienstoefeningen beginnen des voormiddags O1', uur. 17 Juli Ds. J. Kooiman. 24 Juli Ds. A. W. van Kluijve. 81 Juli Geen dienst. Herv. Gemeente Gedurende de maand Juli: telkens 's voorm. hall tien dienst. Hervormde Gemeente, De godsd.-otfeningen beginnen om 9% uur. 17 Juli Ds. A. A. v. Meurs, predt. te Breda. 31 Juli Ds. v. Meurs. 17 Juli Kreil Ds. Van Kluijve. (op "W i e r i n g e n.) 24 Juli Ds. v. Meurs. Ingeschreven van 912 Juli 1898. GeborenPetronoll» Johanna, d. v. Lucas Spierings en van Elisabeth Rieu. Ondertrouwd GetrouwdGeene- Overleden Cornelia M&rit Kee, ond 81 juen en 8 maanden, ongehuwd. handel vlug. 66 idem, magere, per stok f 13.a 18.— 246 Biggen, per stak f6.— af 9. beide bandel stag. Ganzen, I a Zwanen f a Kalkoenen f a t Kipeiereo f 2.75 a f 3.25. Eendeieren f 2.90. Ie Klasse. Trekking van Maandag 11 Juli. Prijs van f 2000No. 3763 f 1500: No. 13369 f 1000: No. 17221 f 400: No. 448 7373 13239 f 200; No 20861 1 100: No. 441 2763 4657 20974 20998 le Klasse. Trekking van Dinsdag 12 Juli. Prijs van f 5000No. 13223 f 200: No. 2108 4320 f 100: No. 4484 10880 18679 19104 19802 20840 Hoorn, 2 H.L. 9 JULI 1898. Aangevo erd Tarwe f 10 50 a 11.50 Gerst 4— a 6— Haver 4.— a 4.75 Witte Erwten a Groene 11— a 12— Grauwe 20— a 25— Vale 10— a 17— Bruine boonen„ 8— a 9— Witte 10.50 a 12— Paarden 5.50 a 6— Kar wij zaad a Mosterdzaad a 5 Paarden 70— a 300— 28 Koeien „180— a 200— 62 Schapen 15— a 25— Lammeren s a 10 Kalveren 10— a 20— Zengen v a 27 Varkens 15— a 25— 74 Biggen v 6— a 9.— Kip-Eieren per 100 2.75 a 3— 3325 koppen boter, p. kop 0.45 a 0.50 Alkmaar, 9 JULI '98. Aangevoerd 4 Paarden f 80.— a 150— 14 Koeien en ossen «140— a 200— vette kalveren 9 a 19 nacht, kalveren V 8.— a 20— 25 magere Schapen 9 10.- a 18— 38 Lammeren 9 7— a 12.50 54 magere varkens 9 14— a 17— 222 Biggen 9 6— a 9.- 4 Bokken en Geiten 9 2— a 6— Boter perP. 9 —.45 a —.47a Kipeieren per 25 st. -.75 a —.87' Eendeieren 2.90 a 2 kleine bokjes a —.40 B -.75 1898 Aangevoerd „160.— a 210.— 30.— a 80. 8.— 16.— 13— 16— 23.— 17— —.38 Ezels Alkmaar, 11 JULI 8 Koeien, per K.G. per stuk 248 vette Kalveren per K.G. 24 Nuchtere Kalveren 554 Schapen, magere 22 Lammeren 203 vette Varkens, p-K.G.„ —.34 a magere idem a I' r m e r f n d 12 JULI 1898. Aangevoerd 300 stapels kleine kaas f 25.h f st. comm. f st. Middb. f— 2114 K. G. Boter f —.90 a 1.— per K G. 577 Runderen, vette, f 0.50 a 0.5 2 per kilo. 22 StiereD, prijshoudend bandel matig, 335 Vette Kalveren, f 0.50 a f 0.70 p. K G. 139 Nuchtere idem, per stuk f 6.a 17. beide handel vlug. 21 Paardeo. 1590 Schapen, en lammeren, prijshoudend, handel vlug. 220 Varkens, vette, per K.G. f 0.36 a f 0.38. Anna Paulowna. van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1898 | | pagina 3