INGEZONDEN.
Sanatoria voor Borstlijden.
PLAATSELIJK NIEUWS.
GEMENGD NIEUWS.
Sint Maarten.
Do voorz. deelde mede, dat door het
rondzenden van circnlaires nog 49 nieuwe
leden waren toegetreden, zoodat het aan
tal nn 215 bedraagt.
Op het concert, dat op
Zondag 20 Novembsr 1898, 's avonds 8
ubt, in de zaal van den heer B. e»n
Jumiver zal worden gegeven door de heeren:
Kor Kuiler, Pianist-componist, Jeh. H.
Qrolle, Violist, Jos. MessiasVioloncel
list en Thomas Denijs, Bariton,Elève de Con-
servatoire, zal het volgende programma
worden afgewerkt
Een stem van het Duivelseiland.
Verslag der Algem eene
Vergadering der Vereeniging Vrije Lief
dadigheid", te Wieringerwaard.
Evenals het vorige jaar kenmerkte zich
deze vergadering door slechte opkomst.
Het bestuur gaf den penningmeester een
wenk, weder een klein verslag op te maken
en ter pabliciteit te brengen. De vraag
werd ter tafel gebracht, oi hier niet een
afdeeling van „Het Witte Kruis" kon
worden opgericht, maar na verkregen in
lichtingen kon, volgens Br. Base„Vrije
Liefdadigheid" zeer goed de werking van
het W. K. vervangen. Immers bij ziekte
en ongeval wordt vanwege V. L. hnlp
verschaft. Niet altyd is de kas echter toe
reikend, om, behalve melk en andsre
versterkende middelen, ook de benoodigd-
heden te verstrekken, welke het W. K.
verschaft. Het bestuur geeft daarom in
overweging, de contributie wat te verhoo-
gen en meerdere leden aan te winnen.
Over het loopende jaar waren de ont
vangsten f 405.5I5, de uitgaven f 291.70,
alzoo een batig saldo van f 113.89', tegen
een saldo van f 100.34' in 1897.
Aan melk werd uitgegeven f 99.42, aan
meel en gist f 115.07 en verder werden
aan zieken en behoeftigen vleesch »n kle
dingstukken verschaft.
Hiermede hoopt het bestuur de werking
der vereeniging opnieuw onder da aandacht
te hebben gebracht en verder roept zij
steun es medewerking in van alle inge
zetenen uit Wieringerwaard.
Uit HAARLEM wordt g e -
meld, dat de Rechtbank aldaar de stoom
tram HaarlemAlkmaar in staat van
faillissement heeft verklaard.
(Niet geplaatste ingezonden stuiken
werden nimmer teruggegeven,)
Van verschillende zijden is de opmerking
gemaakt, dat thans verdere giften van parti
culieren voor de oprichting der Sanatoria
voor borstlijders overbodig zoaden zijn.
Het Hoofdbestuur van de Vereeniging
tot oprichting en exploitatie van Volks
sanatoria voor borstlijders in Nederland
moet deze opvatting ernstig bestrijden.
Immers, de oprichting van één Sanatorium
ia verzekerd, terwijl, met het oog op het
groot aantal behoeftige borstlijders, voor
het tot stand komen van meerdere Sanato
ria in verschillende deelen van ons land
een dringende behoefte bestaat, en dus ons
heerlijk doel nog in lang niet bereikt is.
Het Hoofdbestuur is overtuigd, dat het
schoone voorbeeld van H.M. de Koningin-
Moeder aller wege tot hst geven van
ruime bijdragen zal opwekkenhet acht
daarom, dat het thans de juiste tijd is
voor de verschillende sub-commissies om
met den meeston ijver werkzaam te zijn
tot het bijeenbrengen der benoodigde gelden.
Namens het Hoofdbestuur voornoemd,
Dr. J. J. Homoet,
Voorzitter.
Dr, B. Josselin db Jong, en
Dr, J. Herman de Jong,
Secretarissen.
P. F, VAN WiERINGHBN ÜORSKI,
Penningmeester.
Sohagen, 16 November 1898.
Sint Maarten neemt bij ons in kerk en
gemeente eene welbekende plaats in. Het
gemeentewapen van Sint Maarten en van Sint
Maartensdijk geven de zelfverloochenen
de weldadigheid van Sint Maxticus weer.
Onder de kerken zijn er verscheideue
aan dezen Heilige gewijd. Zoo vindt men in
Groningen, Dokkum, Doesburg en Utrecht
Sint Martinikerken. Wanneer wij het leven
van Sint Maarten nagaan, dan is het geen
wonder, dat zijn naam aan vele stichtin
gen is verbonden en dat nog heden ten
dage zijn naam en daden in herinnering
worden gehouden.
„Na kan hij binnenkomen 1" riep hij boo
nend ait. „Schurken zijn het, allen I* Ea
nauwelijks was de boer binnengekomen, of
hjj overlaadde den man met een vloed van
scheldwoorden. Zijne handen sloegen daar
bij wild door de lucht en sjjne oogen rol-
dsn door hunne kassen.
„Dieven ben jelui i Gemeene dieven i De
een steelt mij het water, de tweede het
geld, de derde het hart. In de kast bren
gen moest men jelui, als misdadigers en
bedriegers] Want dat zp geHij
hijgde naar adem. Zijn woede maakte hem
niet in ataat te denken, hij wist niet meer
wat hij deed. In zpn geest zag hjj
nog altoos Lucy's spottend gelaat en sijne
vnisten balden zloh om haar te verpletteren.
De onde boer had sich opgericht. Hjj
sidderde over het gansehe lichaam. „H&bner
een diefj een bedrieger i riep hij dof en
dreigend nit- „Dat beeft nog niemand ge
legd 1 En ook gjj solt het niet zeggen, of
Hammer ging voor bem staan. „Óf f
Wat dan f Ik zeg je nog eenmaalbedrie
ger, dief/*
De boer hief de gebalde vnist op. „Mijn
heer, neem dat woord terug, of
„ÓfP Sla toch toe, jij vnil canaille."
Hübner's hand viel krachtig neer, naar
het gelaat van Hammer. Maar hij raakto
het niet. Eer hjj zoover kwam, had Hammer
plotseling de armen wild door do Ineht ge
zwaaid en was in zjjn volle lengto, zonder
golnid te geven, op den grond neer-
gesmakt.
Verschrikt boog de boer zich neer- „Mjjn-
heer Hammer 1 Mijnheer HammerI" Toen
hjj geen antwoord kreeg, snelde hjj de
kamer uit om hnlp Ie halen.
Toen de beambten en bedienden naderbij
kwamen, was Ferdinand Hammer reeds dood.
Sint Maartsn was volgens de verhalen
een krijger nit ItaliS. Toen bet christen-'
dom daar werd ingevoerd, spande bij
al zijne krachten in, om den invloed en
de uitbreiding daarvan tegen te gaan. Eens
reed hij met zijn paard langs een weg,
waaraan bibberend van konde, van ver
moeienis en ellende een persoon zat.
Zoodra Sint Maarten den trenrigen toe
stand van dien psrsoon ziet, neemt hij zijn
zwaard en snijdt daarmede zijn soldaten-
mantel in twee stukken, w«arvsn hij er
één gesft aan den ongelukkige. Dit voor
val had op den kampvechter zulk eeD in
druk gemaakt, dat hij tot het christendom
overging en in een klooster trad. Het is
zeer verklaarbaar, dat de krijgsman-bis
schop de schntspatroon werd van do bis
schoppen van Utrecht, die maar al t» vaak
het geestelijke kleed en den bisschopsstsf
tegen het harnas en het zwaard verwis
selden.
De 11 Nov. is van oudsher de feestdag
van St. Maarten en werd iu het katholieke
tijdperk met vsel vertoon gevierd,
In een beschrijving van een feestmaal
uit vroegeren tijd lezen we o. na.
„Ooder eiken Bisschop aan de schoor-
stesnen «n aan elke zijde van St. Maartsn
brandde een waskaars op armblakers, maar
op de armblakers, die in den wand waren
vastgemaakt, op de hoogte van de lijst,brand-
dea gewone kaarsen van smeer." Uit den
tijd, toen men ter eere van St. Maarten
lichten ontstak, is het te verklaren, dat
nu nog de jeugd op 11 Nov. met lichtjes
gaat loopen.
Het feest werd verder met groote pracht
en keur van spijzen en dranken gevierd.
De hoofdschotels bestonden uit vleeschge-
rechten en natuurlijk werd voor de talrij
ke partijen, die op de burchten van gra
ven en ridders, in de woningen der vrijen,
ja zelfs in de hutten der hofhoorigen wer
den gevierd, menige koe aan Sf. Maarten
geofferd. Vandaar ook nog dat het liede
ken zegt: „Sinte Maarten had een koe, die
komt allen Heiligen toe.'
Uit een en ander valt licht te begrijpen,
dat met St- Nicolaas ook Sint Maarten een
gewild plaatsje bij de Protestanten heeft
weten te behouden en dat in bijna
geheel Noord-Holland de dag van St.
Maarten nog wordt herdacht.
Onze gymnastiek- en schernaveree-
niging „LycurgllS" hield Zaterdag eene
algemeene vergadering om te bespreken,
of zij de beleefde invitatie zou aanne
men en op 27 Nov. eene uitvoering zou
geven te Schagerbrug. Daar deze datum
volgens de meening der vergadering wel
wat te Dabij was, besloot men, over dit
pnnt nader van gedachten te wisselen.Van
Delft was eene nitnoodiging ingekomen
om aan een wedstrijd deel te nemen. Deze
nitnoodiging werd voor kennisgeving aan-
genomen.Tot 3den voorwerker werd benoemd
de heer J. Overtoomwaarin wij meenen
dat de vereeniging eene uitstekende keuze
heeft gedaan.
Ter vergadering gingen stemmen op om,
in navolging van een reeds vroeger ge
daan voorstel van den heer Roep, het
twintigjarig bestaan der vereeniging offici
eel te herdenken.
Dit onderwerp zal in een volgende ver
gadering opnieuw aan de orde komen.
Dinsdag 15 November j. 1.
vergaderde de afdeeling Schsgen van
„Het Witte Kruis" in het locaal van
den heer W. Roggeveen Cz.
Na opening der vergadering door den
waarneroertden voorzitter, den heer v.Kluijvet
werden de notulen door den secr., den heer
Ressinggelezen en door de vergadering
goedgekeurd.
In de eerste plaats was aan de orde de
behandeling van den beschrijvingsbrief voer
de algemeene vergadering der Vereeu. Het
voorstel v. h. bestuur der afd., om den post
subsidie van de algem. begrooting met f2400
te verhoogen en den post onvoorziene uit
gaven met datzelfde bedrag te verminde
ren, werd algemeen goedgevonden, daar
men vermeende, dat de post onvoorziene
uitgaven, die 't vorig jaar groot f 400.
Een beroerte had een einde aan zijn leven
gemaakt.
Zee jaar later. Arno was indertijd met
een gnnstig antwoord gekomen betreffende
den verkoop van Borna. Een groot deel
had de baron onder zijn beheer gebonden
en verder was hem opgedrageD, zooveel mo
gelijk de positie van den kleinen boerenstand
te verbeteren. Met genoegen en ijver bad hij
zich daarop toegelegd en door menigen nut
tigen wenk vele verkeerde instellingen ver
beterd. Margaretha is gelukkig en staat
haar man trouw ter zijde.
Ook op Tannwald, waar Arno en Lotte
na hnn huwelijk bun intrek hebben genomen,
is het zonneschijn. Het erfdeel van Lotte
wordt door haar man flink bestaard en zal zeer
zeker hnn nakomelingschap ten goede
komen.
Lnoy beeft na lang aarzelen Hans ge
huwd en leidt, daartoe door het erfdeel van
hsar oom in staat gesteld, een lnohtig le
ventje. Zjj is kinderloos, soodat bij haar
sterven haar leven geen Bpoor zal achter
laten. Met haar zoeter heeft zjj geheel ge
broken.
Wanneer Lotte aan de ongelukkige denkt,
vollen bare oogen zich met tranen van
medelijden. Dobbel weet so dan haar eigen
geluk te schatten. Gelukkig werpt ze zich
dan in Arno's armen en trotseh ziet ze
naar de paarien zweet op zijn voorhoofd,
de getuigen van zijnes arbeid.
Want ook hij voert een itrjjd, evenals
Ferdinand Hammer het eens deed, maar een
strjjd met edele middelen en met reine
handen, een strijd om bet brood zijns volks
om aar en halm.
EINDE.
was en nu f 4434, dan evengoed nog
ruim voldoende zou zijn.
Veidet gaf de beschrijvingsbrief geen
aanleiding tot bespreking.
Tot afgevaardigde n.-.ar de algemeene
veigzdering werd benoemd de heer 8.
Bermandie zich deze benoeming liet wel
gevallen.
Verder werd besloten op een 10-tal
plaatsen in en bniten de kom dreggen
te hangen. De personen, bij wie deze dreg
gen zullen worden afgegeven, zullen nader
per advertcutie worden bekend gemaakt.
Dun heer S. Berman werd ópgedragen
een drietal kleinere dreggen te koopen voor
onze beide politie-agenten en den nachtwacht,
die deze dan voortdurend bij zich zullen
dragen.
Daarna sluiting.
A ls voorzitter van de afd.
„Schsgen en Omstr." der Holl. Maatschap
pij v,Landbouw treedt voor 1899 op de br. C.
Nobel. Den post van ondervoorzitter heelt
de heer C. Bijpest op zich genomen.
D oor den h r. C. N. Vlaming i 0 ter
gelegenheid van zijn 26-jarig lidmaatschap
als Vincentiaan aan de R. K. kerk
alhier een prachtig St. Antoniusaltaar ge
schonken. Men is reeds bezig het te plaatsen.
1. Sonate, Piano-Viool, in 4 deelen,
Kuiler2. a. Das Wirtshaus, b. Trock-
ne Blnmen, beide van Schubertc. Terug
komst, Joh. Verhulst j d. De Liereman,
Kuiler3. Kol Nidrei, (Violoncel} Max
Brnch 4. Trio No. 4, L. v. Beethoven
5. a. Wat zou dat zijn, b. Baurmans
Truuke, c. Vergeet mij nietjes, d. 't Scbip-
perinneke, alle van B. Zweers6. Vi
ool-solo.
In navolging van den
hersteller van het polderhuis-raadhuis in
1792, heeft ook de aannemer van den
thabs voltooiden gevel eenige bijzonderhe
den voor het nageslacht bewaard. In het
metselwerk van de stoep is binnenwerks
een manuscript neergelegd, dat de werklie
den, den aannemer, den opzichter en den
architect van het werk vermeldt, benevens
den burgemeester, onder wiens bestuur
tot de restanratie werd overgegaan.
Wanneer ever honderd en meer jaren
genoemd gesohrilt wordt gevonden, zal
men zeker gaarne getuigen, dat in het
laatst der negentiende eenw Schagen nog
werklieden had, die hnn vak verstonden.
Waarlijk, èn architect èn aannemer
kannen trotseh zijn op hetgeen zij hebben
gewrocht. De nieuwe gevel is een sieraad
van Hollands Noorden.
Het inwendige van de
R. K. kerk alhier zal belangrijk
gerestaureerd worden. Onder meer
komt er een parketvloer in te liggen,
terwijl ook de wanden worden bijgewerkt.
Een en ander wordt uitgevoerd door den
heer S. Overtoom alhier.
Naast het blok huizen
aan den Stationsweg, aangenomen door den
heer Kramer, komt een tweede blok van
vier huizen te staan.
Het timmerwerk hiervan is gegund aan
den heer P, Voormanhet metselwerk aan
den heer 8. Overtoom en het schilderwerk
aan den heer J. Baars. Ook dit werk
moet voor 1 Mei gereed zijn.
Met de W e s t - F r i e s c h e
stoomtram werden bij gelegenheid van
de Hoornsche Koemarkt Zondag 766 en
Maandag 418 personen naar en van Hoorn
vervoerd. Met ingang van heden is
het veevervoer op de lijn in looalen dienst
opengesteld.
Schager Raadsel.
'k Kan lezen niet en schrijven niet;
Toch, zonder enkle fout,
Breng ik ter juister plaatse heen
De brieven, mij vertrouwd.
Ik babbel nooit en zeg geen woord,
En zwijg op elke vraag
Toch mint men mijn gezelschap zeer,
En heeft men mij maar graag.
Geheel-onthouder ben ik ook
'k Laat aoderen wijn en bier,
'k Lust brandewijn noch malvezij,
Maar water met pleizier.
Ik dien mijn baas met heel mijn ziel,
'k Yraag enkel onderhond.
Mijn meesters gnn ik elke winst,
Of 't zilver zij of goud.
Ik ga, wanneer en hoe men wil,
't Zij dag of middernacht.
Ik weet mijn weg en draag met lnst,
De allergrootste vracht.
Ik doe geen enkel wezen leed,
Mits men mij loopen laat.
"Wie echter in den weg mij treedt,
Voorzeker krijgt het kwaad.
Ik ben slechts enkle dagen oud,
Eb toch geheel bekwaam.
Ik werkt' in Schagens voordeel reeds,
Wie, lezers, kent mijn naam f
Omtrent bet verzoek aan den minister
president Dupay om aan den banneling
van het Duivelseiland mededeejlug te
mogen doen van do beslissing vau het
Hol van Cassatie ooi hem in zijn moede
loosheid op te beuren, gerit Joseph Reiuach
in deb Siècle het volgende „eenvou
dig haal," roerend in den eenvoud
der feiten.
„24 September beeft kapitein Dreytus
aan den goururneur van Guyana een hait-
verscheurenden brief geschreven. Hij brengt
in herinnering, dat hij maanden achtereen
aan den President der Republiek en aan
generaal Do Boisdtffre achrijlt om hun
te smeeken de herziening van zijn proces
aanhangig te maken. Hij blijfi zonder
antwoord, zonder eenig bericht. Pv iets,
niets. Hij is, levend, afgesneden van de
levende woreld. Deze man, wiens onge
looflijk weerstandsvermogen d< algemeene
bewondering opwekt, kan niot meer.
„Hij zal, eon Ratste maal, schrijven san
den President, aan den generaal, om hun
de wraak zijner gedachtenis, dar eer v*n
zijn naam, der eer van zijn vrouw en
kinderen na te laten. De ongelukkige,
alsof hij reads gestorven warespreekt
niet ineer van zichzelf. Hij zal zelfs niet
meer schrijven aan zijn familie. Het is
het eiude.
„En dat op het uur, waarop de onschuld
van den martelaar van hst Duivelseiland
geen twijfel meer laat voor ieder, die is
begaafd met een greintje critischen zio,
waarop het hooggerechtshof plechtiglijk de
procedure der revisie heelt bagonnen.
„Deze brief, die steenen zou weenen
doen, is door een ambtenaar van het mi
nisterie van koloniën Donderdag aan me
vrouw Dreyfus overhandigd. Deze man
veegde een traan af, toen hij het las.
„De heer Brisson, die humaan is, die
weet te deelen in het lijden van ellendi-
geu, had beloofd kapitein Dreylns mede-
deeling te doen zoodra het Hot van Cai-
sstie een beslissing genomen bad.
„Mevrouw Dreyfus vraagt, of deza be
lofte gehouden is door het tegenwoordige
ministerie. Haar is geantwoord van niet,
dat haar echtgenoöte nog niets weet.
„Zij vraagt machtiging zelf aan haar
man te ielegrapheeren. Wanneer deze mach
tiging haar wordt geweigerd, smeekt zij,
dat de regeering zeil Dreyfus msdedeeling
doet, dat zij de belofte van Brisson na
komt. De ambtenaar kan natonrijk niets
op zich nemenhij zal zjjn chefs op de
hoogte stellen.
„Gistermorgen heb ik mij op verzoek
vau mevrouw Dreyfus n.vor den heer Dupay
begeven om hem te vragen wel te willen
last geveD, dat ds gevangene van het
Duivelseiland zou warden op de hoogt*
gesteld van de beslissing van het Hof van
Cassatie. Hij alleen kent die niet. Ik twij
felde niet of aan dit verzoek zon worden
voldaan.
„De eerste-minister was naar het Elysée
ik werd ontvangen door den diisctenr van
zijn kabinet, zijn broeder, den heer Adrien
Dupay. Ik heb hem verteld, wat ik hier
boven mededeelde. De heer A. Dnpuy
heeft mij beloofd, zijn broeder op de hoog
te te stellen eu hij verzocht om vijf uur
antwoord te komen halen.
„Ik ben teruggekeerd op het aangege
ven uur. De heer Adrien Dnpuy heeft
mij onmiddellijk het antwoord van den
eerste-Minister medegedeeldhet was een
weigering.
„Htt Hof van Cassatie heelt goen be
slissing gegeven ter ia-vrijheid-stelling van
Dreyfus die was niet gevraagd door den
advocaat zijner vrouw, en dientengevolge
meent den minister-president, dat hij niet
het recht heeft, hoe dan ook den toestand
van Dreyfus te wijzigen.
„Ik antwoordde den heer Adrien Dupny,
dat ik uit naam van mevrouw Dttyfns
niets dergelijks had gevraagd. De minis
ter van justitie had, krachtens art. 445
van het wetboek van strafrechterlijke in
structie de straf kunnen schorsen sedert
26 September, den dag waarop hij de zaak
bij hei Hof van Cassatie aanhangig maak
te. Dat heeft hij niet gedaan. En ik weet
wel dat, nu dit niet is geschied, kapitein
Dreyfus zija straf moet ondergaan zoolang
het Hof van Cassatie niet anders heeft
beschikt. Eigenlijk is de straf, die men
dezen ongelukkige laat ondergaan, onwettig
hij is veroordeeld tot deportatie. Met ver
krachting van den tekst der verklaring van
de Rechten van den Mensch, met ver
krachting van het strafwetboek, is de straf
van deportatie verzwaard voor Dreyfus
nret de straf van eenzame opsluiting. Hij
is op willekeurig bevel in boeien gesloten
gedurende twee maanden, zonder dat hij
het minste vergrijp had begaan, trots het
advies der geneesheeren, omdat de Libre
Parole ten beweerde poging tot bevrijding
had aangekondigd. Het feit is bevestigd
door den heer Jean Hess. Het is bekend
in Guyana. Het is mij verteld in al zijn
verschrikkelijkheid den löden September
1897 door den minister, die den last gege-
ven had, den heer André Lebon. Maar
dat alles is voorbij. De straf zal voortdu
ren zoolang het Hof van Cassatie haar
niet zal hebben geschorst. Dat weten wij.
Maar als de straf niet onwettig ware vet-
zw.vard, zou Dreyfns reeda hebben kennis
gekregen van de beslissing van het Hof
vau Cassatie. Is het werkelijk een gunst
die ik vraag P Het is eenvoudig een daad'
van menschelijkheid. Er sterft een man
van dorstof hij onschuldig ia of schnl-
^'8» 89 h0ul een glas water niet wei
geren. Deze man, die onschuldig is, die
oen der meest heldhaftige martelaara is van
alle tydcri, by ook sterft van dorst. Ik
vraag voor hem het glas waterdat hij
enkel wete het arrest van het Hof van
Cassatie. Hij zal opleven tot hoop, tot le
ven. Frankrijk zal vast de vreugd» hebben
geheel en al de dwaling van ééu dag te
kunnen herstellen; het zal niet de pijnlijke
smart beleven van slechts een lyk in eere
to herstellen.
„De heer Adrien Dapay heeft mij ge
antwoord, dst hij niet anders kon doen, dan
mij de weigering van den ecrste-minialer
over te brengen.
„Ik kon niet meer doen dan vertrekken.
„Ik heb mij ontlast van mijn deel
der verantwoordelijkheid. De eerste-minister
heeft de zijne op zich genomen. Men moet
haar kernen. Zij is zwaar. Ik hoop voor
hem, dat zij niet gruwelijk wordt; dat, als
Dreyfus morgen komt te sterren, wanhopig,
onwetend van het arrest, waarvan de weten
schap hem zcu hebben gered, niet de geheelo
menschheid aan den hoer Charles
Dupuy esn vroeselijke rekenschap heeft te
vragen." Ebld.
Blijkbaar het ft bovenstaand schrijven
in de geweiiichto kringen den noodigeu in
druk gemaakt.
Het Hof van Cassatie, dat besloten had,
tot nog toe gecD verandering te doen
brengen in de straf, door Dreyfzs onder
gaan, hestt ter keDnis van hel ministerie
van koloniën gebraeht, dat het een bevel
heeft gegeven, waarin het besluit, dat Drey
fus langs den snelsten weg zal worden in
kennis gesteld van de ontvankelijkheid van
den eisch tot revisie van zijn proces, en
dat bij zal worden nitgenoodigd de gron
den zijner verdediging aan te geven.
De minister van koloniën heeft een te
legram ontvangeu, meldende dat Dreyfns
in goedeu welstand vsrksert.
Naar alle waarschijnlijkheid zal Dreyfns
nn spoedig naar Emropa worden gevoerd
om hem in staat te stellen mst een ver
dediger in overleg te treden en van de
noodige stukken kennis te nemen.
De directeur der gevan-
genia te Genève heeft Luccheni, den moor
denaar van keizerin E>izsbeth vai.Ooatenrijk,
medegedeeld, dat hij Zondag Daar het tucht
huis zou worden overgebracht. De anarchist
antwoordde, dat dit hem onverschillig was.
Hij is zeer rustig en slaapt 's nacht» rast.
Da cel, waarin hij de eerste zes maan
den van zijn straf moet doorbrengen, is
werkelijk een griezelig verblijf. Esn cor
respondent van de N. Züricher Zeitung is
er geweest. De gevangenis is een oud
klooster; er is op 't oogen blik slechts ééa
misdadiger opgesloter», iemand die zyn
moeder heeft vermoord. Hij bewoont een
licht kamertje, vrij gezellig ingericht, met
prenten en photo's aan de wanden. M«ar
de cel voor Luccheni ligt in den kelder.
Men moet twintig treden af, dan is
links een corridor met vijf cellen; 't is et
overal stikdonkerachter een zware deur
ligt dan weer een gang, en aan het einde
daarvan is de cel, waar de Italiaan komt
er is geen enkel vsnBterbij 't licht van
een kaars ontdekte de journalist er niets
dan een hoopje opgerolde matten, daar
moet Luceheni daags op zitten en 's nachts op
slapen en eens in de veertien dagen mag
hij nit dit duffe zwarte hol één nar be
weging hebben in de buitenlucht. De phy-
siek sterkste menschen moeten op deze
wijs getemd worden, een soort moderne
gruwelkamer dus.
- De baard als hulpmiddel
in het ontdekken van wjjnvervalschiagen.
Esn wijnhandelaar had zich voor de recht
bank te Altona te verantwoorden wegens
een tegen hem ingebrachte klicht, op
kunstmatige wijze Portwijn vervaardigd te
hebben. Aanleiding tot deze aaaklacht
had het volgende grappige voorval gege
ven. Een restaurateur te Heide (in Dith-
marschen) had vs*n den handelaar „echtei
Portwyn* gekocht voor mark t 1.50 per
flesch.
Toen na een bejaarde klant, wiens haar
en baard sneeuwwit waren, eenige teugen
van den wijn gedronken bad, ging er
plotseling onder de aanwezige bezoekers
een luid gelach op, want de witte baatd
van den gast was duidelijk rood gekleurd;
afwissohen met een doek hielp nietde
roode, iets naar het groen trekkende kleur
was niet weg te krijgen.
De leverancier van den wijn werd daar
op beschuldigd van een vergrijp tegen de
wet op de voedingsmiddelen. Het bleek,
dat de wijn afkomstig was van een kuip,
waarin men op rozijnen heet water bad
gegoten met een geringe hoeveelheid «fh-
ten Portwijn, welk mengsel met anal»110
gekleurd wss geworden.
De rechtbank veroordeelde den knoeier
tot een boete van 100 mark.
(Mbl. t. d. Tm.)
Een r e n z e n n u r yt e r k i®
aan het station der Liverpoolstreet, *an
het eindpunt van den grooten Oosterspoof-
weg te Londen, opgericht geworden. HetW
door den electro-techniker Stockall set-
vaardigd en zal vermoedelijk zoowel door
zijn grootte als om ziju inrichting nergens
op de wereld zijns gelijke winden. Alle
overige uurwerken van de 624 stations
van het uitgebreide net van den grooten
Ooatetspoorweg zijn met dit reuzenwerk
verbonden en worden door haar in den
goeden loop gehoudenzij worden door
denzelfden electrischen stroom gereguleerd en
en veikrijgen hunne beweging van het
zelfde appavaat, zoodat hun gang een vol
ledig gelijkmatige is. Aan het reuzenwerk
is een groote cijferplaat aangebracht, die
de geringste storingen in den loop^ van
het nnrwerk en de kleinste afwijkingen
van den jnisten tijd, tot de brenkdeelen