Brieven uit de Maasstad. Harde lessen. Zondag 19 Februari 1899. 43ste Jaargang 2To. 3390. FEUILLETON. TWEEDE BLAD. GEMENGD NIEUWS. RAAIT. Rotterdam, 14 Februaii 1899. Mo. 176. We Kollen deze week weer eens kunst- jubileersn, on een tooneelsptler ditmaal, die vijf-en-twintig jaren geleden zijn artis tieke loopbaan betrad. Om Hanri Pool man. Hij, misschien niet één der meeat- bekende, maar zekerlijk meeat talentvolle en fantasie—rijke Hollaudsche acteurs gaat met tfÜa Vrek" van Molière in den lande de huldiging van bet publiek bij zijn kwart—aeuw—feest ontvangen. Er is aanleiding in dezen brief op dit jubileum te wijzen. Ik deed het toen Van Zuylen veeitig jaar acteur was, ik doe het ook voor Poolman, omdat oak uit zijn leven iets te leeren valt. Vooi mij liggen een vijttig grooïe met fijne letie/s vol geschreven vellen papier waarin Henri Poolman van zijn leven en lijden in de kunst verhaalt. Dit geheim dossier is ook bij andere persmannen ge weest, in vele hoofdzaken is wat Henri Poolman te vertellen had, reeds iu de groote bladen oververteld er bleef echter toch nog wel een en ander over in de auto-biograpkie wat den lezer interesseerea kan. In het algemeen sta ik niet voor, de leer, dat wat de ouder voor zijn kind doet, welgedaan is. Er zija te veel soor ten van ouders om zoo maar paradox us te beweren, dat oudeis voor hunne kin deren de beste keuze hebben. Toch kou ik, wat de houding van ouders tegenover tooneelaspiraties van hanoe kinderen be treft, v»n mijne meening afstand willen doen. Ik vind het allerbegrijpelijkst. en zeer vtrschoonlijk, dat ouders bezwaar maken als hunne kinderen roeping gevoe len voor het tooneel. Wij zien trouwens bij alle tooneelspelers in ons land en in andere landen, die niet onmiddellijk uiteen kunstenaarsgeslacht zijn gesproten, feilen tegenataud van de ouders, overwonnen heel moeilijk en langzaam door de „kunst minnende" kinderen, of ook wei volstrekt niet overwonnen. Dat een onder er tegen opziet zijn kind bloot te stellen aan de ellende ec de desillusie van een tooneelloopbaan, 'i is o zoo eenvoudig begrijpelijk. Desillusie en harde strijd, zij worden nog altijd gevorderd vbd wie in deze uit verkorene slier kunsten zich een plaats wil veroveren. En bij massa gaan zij on der, die kloek uit hun reeds half vero verde maatschappelijke carrière traden om in plankenlana een toekomst van glo rie te gaan zoeken. Wij weten dit alles nit de gedenkschrif ten zelf van wie slaagden en op eeu suc cesvol leven kumiea terugzien. Wij zien het ook in de ODaitgegeven gedenkschriften van Henri Poolman, waarvan ik u spreken wilde. Poolman was de zoon van een Amster- damschan handelaar in verduurzaamde levensmiddelen, een verstandig vader, die 17. Melanie begon den ook dadelijk Franseh te praten, wat zij beiden heel goed verstonden. „Wij moeten ons voor het kamermeisje in neht nemen, Gisamijn man zou buiten zichzelf sijn als hg iets van al deze dingen vernam. Aob,GiBela, onsa'ige, ben je dan zoo ongelukkig geworden Die slechte man Hij beeft dus niet eeDS een fatsoenlijke po sitie Ach, hos sullen wo onsen armen ster venden vader al deze dingen zeggen D»t mag niet. En met een lengeu op de lippen kunt ge toch geen vergiffenis vragen.* Onder dergelijke zeer opgewonden ge sprekken verliep de tijd. Zoodra de trein weder stil hield, beval da gravin haar juffer in een andere coupé te gaan. Na waren se alleen en Gisela was veel te opgewonden, veel te geroerd, om Melanie nog iets te kunnen verzwggeu. De grendels, zoolang voor haar jong hart geschoven, spiongen los en de zuster, de trotscbe, hoogmoedige zoeter, wier wederzien Gisela als een be schikking van God aanmerkte, kwam elles, alles Ie weten. Met kunstrijders trokken Gisela en haar man dus vsn plaats tot plaats. Dat wrs de kern van de geheele treurige ge«|i«eden>s, sooais gravin Koppecks zichzelve zeide. Wat Gisela verder vertelde^ van Riohtrd's betrek king als secretaris en da voorzichtige terug houding, en dat Riohard voor een prins doorging, wat de beide ongelukkigcn zoo verheugd had, dat alles bad in da oo- gen der nuchter denkende Melanie geen „Zij msg nooit meer naar hem toe I God heelt haar mij doen ontmoeten om haar te redden," redeDeerde zij bij ziobzelvo. Zij had een energieke en doortastende nutuur. Over het „boe" zon ze na eenige oogen met alle geweld zijn zoon „in de ziak" wilde hebbeu en hem om te leeren alvast aan het boontjesdoppen zette, die farieus was tegen tooceelplanneo >aa den jongen Henri, maar die toch zijn jongen, kind nog, Veroorloofde mee te spelen in den kinder schouwburg, door Verwoert in Amsterdam gedreven. Ytrwoert betaalde daarvoor geen cent, slle outvargslen wjren voor hem, de kinderen mochten meespelen in mooie pak- j»s en succes behalen op kermissen in kleine plaatsen. Men ziet, dat men voor dertig, veertig jaren in kinderrxploitatie ook si hsele Pieten had Da's trouwens t'genwoordig, ondauks ulle wetten, weinig minder. Ik heb hier in de schouwburgen en iu de concerts-variété laat in den avond kinderen zien optreden, die te bed behoor den, maar die door winzieke ouders tot scha voor gezondheid en ontwikktling wer den geëxploiteerd. Henri Poolman heeft als kind veel met het miniatuur-the>ter van Verwoert ge reisd. Op kleine kermissen meestal, Edam, Schagen, Monnikendam enz. De rollen wer den uist uitgegeveD. „Mok" dat was de bijnaam van Verwosit, liet de kinde ren op een achterkamer vau een café aan den Achterburgwal te Amsterdam bijeenko men en dan kauwde hij ze de rollen net zoolang voor tol zij ze kenden en iu deD toon opzeggen. De liefhebberij voor de kindereomedie was bij 't publiek eerst heel groot, maar gaandeweg, gelukkig, begon die toch wat te kwijnen en de zaak doekte ten slotte op. Maar toen was in Henri Poolman eerst recht wat in zoovele jongens is en wat nog wordt aangevuurd door „meedoen" in „üef- hebberij-comedie", lust, om „aan het too neel" te gaan. Zijn vader, als meer vaders, wilde persé geen toestemming geven om den toeu veertienj-irigen knaap ia Planken- land te laten gaan. „Ik Bm-chtte naar miju meerderjarig heid", vertelt Poolman ia zijn gedenk schriften. „Miarnog negen lange jaren, er leek geen doorkomen aan. Ik begreep dat ik hetjnooit zoo hing zon uithouden, dat er iets moest gebeuren, iets akeligs I Weg- loopen, op die idéu concentreerden zich ten slotte mijue gedaebton. En dit ioéa werd rijper, groeide gestaag. Als mijn vader niet wilde dat ik aan het tooneel ging, goed, msar aan de verduurzaamde levensmidde len wilde ik toch evenmin. En op een regenaebtigen stormavond't klinkt romantisch, maar 't is toch waar achtig waar, zegt Poolman volbracht ik mijn plsn. Ik wachtte tot het half rijf was. Toen siond ik op, kleedde mij aan en liep voorzichtig de voordeur uit. Nair Rotterdam wilde ik en dan eerst maar zoover loopen als ik het luien kon, om, als ik t8 moe werd, ergens een trein te pakkenIk bracht het niet ver- d er dan Haarlem. Daar nam ik een kaar tje naar Rotterdam. Ik had twintig gul den opgespaard geld en daarvan moest ik zoolang mogelijk rondkomen. Ik zocht dus het goedkoopste hotel op dat ik krij gen kon; eeu in de Raamstraat, tiende-rangs, waar ik alleen sliep. Eu op den weg kocht ik, als ik honger had, een broodje, want blikken nadenkens hot wel eens worden, maar er moest ie's geschieden, wat Gisela van haar man sou gescheiden houden. Vervolgend vertelde si) op Giaela's emoe- ken van zicbrelvs en het schrille contrast, hoe gruwelijk het ook was, het zon Gisels doeu gevoelen, bet zou de ongelukkige doen inzien, dut f.e soo niet verder zon kunnen leven. Arme Gisela 1 Schitterende beelden van een grafelijk slot, een heerlijk, onbezorgd leve»), met al do pretjes en vermaken, rolde Mela nie mat beidere kleuren voor haar oogen af. Dat zij, de geboren Kandermaun, doo» de geliilien van baar man een weinig oter bet hoofd werd gezien, vertelde zij niet, Zij gevoelde zich tegenover de „verlorene" on eindig gelukkig, tijk en voornaam. Gisela'z grootste verlangen we» evenwel daarop gevestigd, om heer man uitvoerig te schrijve», op zijn minst hein door een ;elegram Dsder bericht te zend<m. Eerst noemde Melanie hst onmogelijk; Gisola kon zich daarmee evenwel niet geruststellen. Eindelijk gaf Melanie haar oft een visite-boekje ren postkaart, die het meisje in de brieven bus van den trein ton kunnen steken. Gisela schreef en Bibetia kreeg de op dracht, die brielkuart te bezorgen. Melanie bad evenwel terwijl haar zuster schreef met het meisje gefluisterd. Doze knikie sluw. Gisela zag en boorde niets, zij zorgde voor zich en was alleen betig haar man haar plotseling vertrek zoo duidelijk mogelgk te maken. „Myn vader ligt op sterven; Melanie was aan het Btatiou en met baar wil ik tot hom.' „Tot geeD prjjs ter wereld mag diem<n die kaart ontvangen. Het ontbrak er nog maar san, dat bij aan het steifbed van onsen dierbaren vader vorscheeD," zeida de gravin intussoben tot ziobzelvo. „Gesobsakt!" hoorde men in Lemberg van mond lot mond fluisteren daarna riep men het e!ka<r In d op straat reeds toe. „Bahl 't Is er een van een circus, uisls bijzonders dus I Wij chteu roods dat het handelde over een zaakje nit de hoogs e aan middageten of aan dergelijke dure uil gaven was geen denken Nu was Henri Poolman, weggeloopen vaD huis, vrij. Maar wat bij eigenlijk becrin- nen zou, wial hij niet. Hij zocht en zocht, maar zouder le vinden, dagenlang, weken lang, tot zijn twintig gulden schoon—op waren. En op het laatste oogenblik vond hij een plaats als hofmeester op de Aat- werpsche boot. Poolman h-d het et erg naar zijn zin. Natuurlijk hij had nn goed te eten en hij was vrij. In Antwerpen maakte hij kennis met den hofmeester van de boot op Ham en, omdat die hem iets meer gage bood, ging hij over, dadelijk reeds, op de boot naar Ham. Een leven vaD outbering en kou heeft de jongen met zijn tooneelaspiraties toen geleld. De hemel beware alle ouders voor jongens, die, als Henri Poolman, loonei las- pirRties en veel fantasie tegelijk hebben. Dan moet het er immers van komen, dat zij wegloopen en op avontuur gaas le ven? Maanden lang leidde Henri Poolman het bestaan, dat eigenlijk het best geka rakteriseerd is in de teekenachtige uit drukking „schooiereu". Toen 't winter was geworden, vervoerde de boot naar Ham geen passagiers meer en Poolman kreeg sis hofmeesters-bedien de gedaan. Uit oude relaties mocht hij met de „Telegraaf" gratis mee van Ant werpen naar Rotterdam en zoo stond de toen zestien-jarige jongen,na vele avon turen, tenslotte weer, evenals bij het begin, in Rotterdam, met een klein bedrag aan contanten, en hij ging weer in de Raam straat logeeren. Eu weer teerde langzaam zijn geld in. Naar de „verduurzaamde levensmiddelen" terug wilde hij niet. Het avonturenleven ging toen al ver der de fatale zijde op. Hij mailde kennis met een jongen,die de guitaar bespeelde. Poolman zelf had een goede stem en met hun beidjes liepen zij toen de herbergen aan de Boompjes af om er voor het zeevolk te zingen en centen te bedelen. Eiken avoad om negen uur gingen zij op marsch msar heel veel specie biechteD die zwerf tochten, waarbij zij trouwe:» order 't Duit- sche en Engelsche publiek weinig succes hadden, niet op. En ten einde raad wend de Poolman zich tot den bekenden acteur Albrecbt, een vriend van zijn vaderen die bracht hum tenslotte terecht. Poolman kwam weer bij zijn ouders in Amsterdam. De vergiffenis werd spoedig eo gaarne gegeven een eenige zoon al was 't dan ook eeu ongehoorzame avonturier. Ouders vergeven zoo graag het kwa<d dat Jsi ideren hen aandoen. Vader zei nitts, ver telt Poolman. Hij liet zieh door mij om helzen en ging dan als hij gewoon was door de kamet heen- en weerloopen. Ik zette mij achter de kachel en er werd geen woord gesproken De vader verstandig, zette zich nu niet langer met de schouders tsgen de begeerten van zijn zoon in en Henri mocht een engagement aannemen bij het Theater van Morriën in de Nes, het tegenwoordige Tivoli. Zoo kwam Henri Poolman aan het tooneel. Het is dit eigenaardig jeugdleven, 't welk kringen.* De gebeurtenis, die Riohard getracht had geheim te houden, was door wijn hospita en den slotenmaker dieu hij 'a nachts gehaald had, ruchtbaar gemaaktmaar daardoor kreeg bi) ook bet gekreukte, bijna onleesba re briefje dat Gisela aan den dienstman had gegeven. Het verstand van den dienst man hsd hom nu al heel spoedig gezegd wie zijn mijnheer Krona wss. En wal sohreef Gisela hem „Ik ga naar mijne oudere, vader ligt op sterven, brief Volg!.* Dut was alles. Hij las het met den dood in het hart, want hij s»g vooruit, dat ze nu niet meer terug zou komrn. Hq kon immers niet weten, in welk een vliegende haast zij had moeten schrijven? En juist. Verder bericht kwam er niet. Hij wachtte het eene uur na het andere. Hq 8 oud dikwijls op den weg, dien de postbode gaan raossï, doch hem bracht bij mets Eerst bad hij verruimd adem gehaald, dat ze bem tenminste eenig bericht had gezon den, na folterde bet wachten hem onuit sprekelijk. Zrjn duister plan, zich den vol genden nucht van het leven te bercoven werd daardoor verijdeld. Hf) moest immers eerst bericht van haar hebben Maar zou het iet» goeds zijn, dat hem gezonden zou worden Toen de eene dag na dan andoren verliep on geen telegram, geen brief kwam, lag bij weldra met een racende hoofdpijn te bed- De direotenr tobde; Rolands wond werd erger door de opgewondenheid geen plaatsvervanger te zullen krijgen,en de dok'er, die door Riebards hospita was geroepen,schud de bet hootd mot de woordeo „Die komt niet zoo spoodig weer op da been.* Gisela was „thuis*. Zij was aan het bed van den doodzieken man neergeknield en zija koorlshoete hand hsd op haar diep gebogen hootd gerost. Gravin Koppeoks had deze band, die vel te mat waa om baar te weerstaan, op Gi- sels's hootd gelegd. Vergeef tiaar, vader. Zij heeft berouw en is teroggekomen. Vergeel haar, evenals gg zelf op hulp en vergiffenis hierboven mij iu de ménoires van Poolman zoo eigen aardig en zoo leerzaam voorkwam. Oaders mogen zich verzvtten tegen de plannen hun ner kinöereD, zij motten dikwijls iets an ders dsartegea in het veld brengen d»n onderlijk prestige en machtvsrtooa alleen. Ook ouderlijke liefde. En dan nog, hoe dikwijls hebben zij ook dkn geen voldoen den invloed. De ongehoorzame Henri Poolman is geslaagd. Hij is geworden, zooals ik in den aanhef zei, één onzer beste tooneelspelers. De opoffering van rust zijner jeugd, het geluk zijner kindsheid is beloond met de glorie van een bereikte kunstloopbaan. Nu moge de arlist bij zijn fsestronte door den lande met veel bijval wordeD ge vierd. Ik beu ervan overtuigd, dat zijn „Vrek" een beteekenisvolle creatie zal we- zen. I>. H et Noodweer in Amerika. Da sneeuwstorm, die de VereeDigde 8t«ten geteisterd heeft, heeft van Zitsrdag tot Maandag in al zijn wilde hevigheid geraasd en gewoed, vergezeld van een he vige koude. De sneeuw werd als met pak ken tegen de straten gesmeten, zoodat te New-York bijvoorbeeld het verkeer geheel gestremd was en de straten verlaten wa ren. De storm woedde over een groote uit gestrektheid, omvattende de staten Peun- sylvanië, New Jersey, New Engeland en ook TVashiagton. Te New-York was geen melk te bekomeD. In de huizen van de aanzienlijkste bewoners ImroreD de gas- pijpen en weigerden de schoorsteenen te trekken, zoodat de rijken, door de natuur gedwongeD, met de armen eenige dageu volop van de koude ta lijdeu hadden. Misschien wel tengevolge van den indrnk, door eigen lijden opgedaan, heeft een com missie van aanzienlijke New-Yorkers250.000 gulden disponibel gesteld, oan den nood der armen te lenigen. Zondag en Maandag ontstond in een groot aantal huizen te New-York brand, Waarschijnlijk tengevolge van te hard stoken. Aan blusschen viel niet te den ken, want de komst van de brandweer werd vertraagd door de bergen sneeuw op de straat, terwijl de brandkraoen slle waren bevroren. De ziekenhuizen zijn vol personen, die door den storm werden overvall-n en ge wond. Velen zijn in de straten omgekomen meeat allen van koude, vóér hulp kon worden verleend. De haven van New—York en het water tusschen de stad en Long Island, zijn bij na grheel toegevroren. Zondag werdan vier stoomschepen door den zwareD ijsgang van huu ankers weggeslagen en 10 mijlen ver de haai ingedreven. Volgens opgaven van het Meteorologisch bureau strekte de sr.eanwstorm zich uit over een breedte van 1000 mijlen: zoowel de Middel- als de Noord- en Zuid—Atlan tische staten kregen haD deel. De wind blies Maandag met een snelheid van 60 mijlen ia het uur; van overheidswege wer- hoopf!" zeide zij daarbij en hare energiu en hare sterke wil bedwongen hem- Gisela koorde wat Mc.laaie zeide. Dat k'onk juist aoo siaof eij als boetvaardige Magdaïena voor altoos waa teruggekeerd. E n oogenblik had zij haar hart gehoor geschonken en 'egonapraak op die uitdrokking doen hooren. Maar nu, tegenover den ster vende, waa er geen tijd voor verklaringen en ophelderingen. Ook tot een oitspraak tnsaehen moeder en dochter kwam het niet meer. De eerste hsd zich in de rxtase der vreogde voor Giaela'a oogen op de knieën geworpen en met Inid», gloeiende gebeden God gedankt, dat Hg haar de verlorene bad teruggezonden. De toes'and van den rieke was zeer pijnlijk dag aan dag waa een elk in beweging om hem zooveel mogelijk verzachting te schen ken en bij ram dan ook eeo ieder in be slag- Zoo ging het dagen lang. Gisela schreef haar man een' langen brief, waarin zij bem alles verklaarde, ook dat zjj nu Diet weg kon, een briel vol liefde, vol verzekeringen, zooals alleen de iie.'du die kan ingeven. Meianie nam haar dion brief af. „Ik zal hem dadelijk door mijn meisje op de post laton brengen," luide ajf. Boe zon het Gisela in het hoo'd sijn gekomen, dat dete brief niet in hand.n van Riebard aou komen P De domheer verscheen eiken dag aan bet bed van den stervende, die altoos nog met den dood streed. Er wareo in die degen ook voor hem geen oogunblikken, dat bij eens me' Gisela kon praten. Hij omhelsde Gisola op zijn droge, geen tegenstsnd duldende manier „Wees getroos' er is in den bemel meer vreugde over één boetvaardigen zond ar dan over tion rechtvaardigen." Z j gevoelde het nu: allen zagen haar als een verdwaalde san, als de verloren doohter des huiaes; baar trots werd daardoor op de meest pjjnlijke wijze gekwotst, maar de vader hield haar hand iD de rijno en sla- melde in zijn vreeselgk lijden toeh nog ge lukkig' „Nu kan alles weer goed worden." den de schepen dan ook gewiarschuwd, de haven nist te verLtea. Doordat ds sneeuw alle verkeer onmogelijk maakte, wachtten te New—York houderden lijken op begra ving. De lijken van zestig bahoeftigen, die op straat van koude eo gebrek zija omgekomen, werden in de Mirgne gebor gen, maar konden niet worden tsr aarde besteld, vóór de storm bedaards. De rechtbanken konden geen zitting hou den, om de doodeenvoudige reden, dat er geen kolen te krijgan waren, om de zalen te verwarmen en het levensgevaarlijk was, zich in een niet verwarmde ruimte op te houden. Tengevolge van de hevige koude kromp de beroemde Brooklyu—brug over een lengte van eenige voeteu. Ma»udag was de temperatuur op sommige plaatsen 15 graden onder nul Fahrenheit (das 47 gra den vorst); te Atlants, w ar de thermome ter de vorige week 72 graden F«hrenheit boven nnl wees, daalde hij tot 8l/3 graad onder nnl, of ruim 40 graden voist. Ook in de oveiige steden is het verkeer geheel of gedeeltelijk gestremd. Te Was hington ligt de sneeuw op enkele plaatsen 19 voet (3 meter) hoog. Slechts 60 leden van htt Hals nn Afg-vaardigden konden Maandag het Witte Huis bereiken. Da spoorwegverbinding tasscben New-York en Wz*hiugton is verbroken. Hier en daar was gebrek aan water en waa men genoodzaakt sneeuw te smelteD, om den dorst te kannen lesscheD. De oogst heeft veel geleden en wordt geacht voor de helft te zijn vernield. Tegen drankmisbruik. De militaire gouverneur van Parijs heeft nu toch ook eens iets goeds gedaan. Op zijn bevel zijn in alle Parijsche en daarop ook in vele Fransche kazernen platen ge hangen, waarop de soldaten in levendige voorstellingen kunnen zien, hoe de inwen dige measch er uit ziet, wanneer hij aa„ den drank verslaafd is, en hoe, als hij af schaffer is. Kostbare **nt. Koningin Margaretha van Italië verheugt zich op het oogenblik in het bezit van den kostbaarsten znkdoek ter wereld. De waar de bedraagt 75.000 gulden. Twintig j»ar hebben drie verschillende kunstenaars er han arbeid en kunst ann ten offer gebracht; maar het kaniwerk is dm ook zoo ragfijn geworden,dat men het niet kan voelen,wanneer enen het met geslo ten oogen aanraakt. Ortnoodig dus hier bij te voegen, dat deze zakdoek nimmer van practischnut zal kunnen zijn voor zijn be zitster. Opgevouwen kan de merkwaardige neusdoek in een doosje ter grootte van een snijboon geborgen worden. Ex-keizerin Eugenis had eveneens zeer kostbare kantwerken. Zij bezat «en *tuk, d»t een waarde vertegenwoordigde van f 65.000 per meter. De Pans heeft ook een rijke verzame ling, die geschat wordt op eenigs millioe- nen. De koningin van Engeland en haar zoon de prins vanWales hebben evenzoo den naam van groote schatten aan kant te bezitten, Eu daarnaast overlaadden moeder en zus ter baar met goedheid en liefde. Malanie was beel anders geworden daD ze vroeger geweest was zsohter, milder in woord en weuen, waar zeker nog altoos zeer hoog moedig. Haar woord luidde alto03wat ik wil zet ik door. Haar mau seheea sich ouder hare heer schappij zeer goed te gevoelen- Maar Me lanie verzekerde triomfearend: „Bij wil wat ik wil, en bevindt er zieh heel goed bij.* „Zg msg nooit naar dien man tsrug Ik zal bem schrijvenwellicht dankt hij alle heiligen, dat hij zoo gemakkelijk van een last bevrjjd wordt/* mide Melanie in het eerste alleen-sgn met haar woi-der. „Maar zij heudt nog van bem wierp deze bedrukt en weifelend op; zij had evenwel nooit geleerd een eigen wil of ook m>ar een rigen meeniog te hebben. „Laat dat zaakje na maar «au mij over, mama. Wij kannen eeu geoompromi'teerd familielid hebben, dat is het noodlot van vele buiten en de familie eert ziehielf, waa neer zij de ongelukkige niet geheel vellen laat. Een zuster bij de kunstrijders, dat is eenvoudig onmogelijkik ben het mij en myn tnaa schuldig, dat ik daar handelend optreed." En zij trad handelend op, met al de energie en beslistheid, die het geval vor derde. Zij schreef aac Gisela'z oan, bondig en helder, dat bet hoogste bewijs scner liefde voor zijne vrouw was, om baar, die aan het sterfbed haars vaders traneD ven berouw s'ortte, vrij te laten. Bg -ou bij al de ellende, die hij zgn vrouw si reeds had dom lijden, r.eker toch riet eischen, dat ze in dat lever, waar sij alreeds zooveel snassd en vernedering had ondervonden, «ou te- rugkeeren. Dai aou nog erg«r zijn dan de dood. Riehard lag in koorts en bewusteloosheid, toeu hem die briel werd gebracht; ep de wrakke tafel aan he' venster bleef hu on geopend ligg n, 'usscben mrdioijnfl setjes, toiletartikelen en allerlei arde e dingen die I telkens nood g waren eu dan nit de hand

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 7