TOEKOfi-OEMAR dood.
P r e tl i k b e u r i e u.
le 8CHA6ËIV.
Doopsgezinde Gemeente
Barsingerhorn c. a.
te Anna JPaulowna.
te St. Maarten c. a.
Barsingerhorn.
Bvangelisatie-lokaal,
SI'BANKELS.
Op altijd dezelfde en toch doiasndvou-
djg gevariëerde manier. Driftige naturen
moeten zich dwingen tot langzaam loopen
en schrijven besluitelooze tot snelle hande
lingen droomerige tot het ophefï-n van
het hoofd, anderen aan te zieD en luid en
duidelijk te spreken. Het is ongelooflijk,
hoe zulke gewoonten op geest en lichaam
werken; ik heb het ondervonden.
f 9.waarna hij heenging, «eggende
het geld te «uilen halen. In plaats van V.,
kwam echter een anders persoon, die het
kalf opeischte, voorgerende het zoo juist
weder van V. te hebben gekocht voor f 7.
en h m die som contant te hebbeu b.taald.
De boer weigerde echter het kalf af te
geven, waarop de politie zich met d- zaak
bemoeide en hem in het g-lijk stelde.
Verder werd V. opgespoord en na>rhrt
burrau van politie overgebracht, alwisr
bleek dat hij slechts f Ó.50 in zijn bezit
had, terwijl hij volhield de f 7.te
hebban verloren.
Men zij voor V. op zijn hoede
Daar die w l(?)bekende, genoemds V.,
ook op onze welbekende markt op de uu
w lbekende wijze zijn handwerk zou kunnen
uitoef nen, nam-n we bovenstaande ter
wairschuwiug over.
„Onder Ons" te tlaringf-
huizen zal in 't laatst van Februari
of begin Maart een paar stukken van
Justus van Maurik ten tooneele brengen.
Op de vorige najaarsverga-
dering van,Hollands Noorder
kwartier" te ZAANDAM werd ee-
ne bespreking gehouden over het cas-
treeren van koeien. Naar aanleiding
daarvan zal de rijksveearts J. M. Bill-
roth te Hoorn voor rekening van ge
noemde vereeniging een bezoek brengen
aan professor Austerbach te Berlijn om
zich op de hoogte te stellen van diens
operaties. De resultaten, door dezen ge
leerde verkregen, moeten zoo gunstig
zijn, dat het gevaar, aan deze kunstbe
werking tot nog toe verbonden, als ge
weken kan worden beschouwd.
Reeds van particuliere zijde was ge-
tebgrateerd, dat Toekoe-Oiimr óf Swasi
gewond, bl gesneuveld was. Nu komt de
bevestiging van zijn dood. Hij, die het
den onzen zoo lang geducht lastig heeft
gemaakt, is deu 10 Februari gedood ia
een gevecht bij Melaboeh.
Op de Westkust van Atjeh had Osmar
nog macht, nu ia het evenwel ook daar
iu ods voordeel veranderd. Ocm'.r's dood
zal de aan rust daar zeer ten goede komen.
Het üdbld. zegt: Nu Oemsr's levens
draad is afgesneden, mag hier herin
nerd worden, dat wij hem wegens zijn
verraad grooten dank schuldig zijn. Door
dat verraad toch werden wij gedwongen,
de zoovele jaren aangenomen hmlendige
houding in Atjeh voor go .d te laten varen,
en onze krijgsmacht weder in staat te
stellen te toonen, wat zij onder goede aan
voering vermag. Er zijn groote resultaten
verkregenover 1 bleven wij over
winnaars, zelfs da gevreesde beriberi
vlachtte vaD Atjeh.
Als nu op de heuvelen en in de dalen
vaD Atjrh de Nederlandsche vlag onge
stoord wappertals in steeds wijder kring
de „Companie" als de wettige souverein
wordt geëerbiedigdals de ^gepantserde
tramwagens" in het auïiqniteiten-museum
zijn opgeborgen en geen onvertrouwbaie
hoofden meer worden gesalanëerd om hen
te vriend te houdenals het werkelijk
einde van den Atjeh-oorloog nu bij den
dag zichtbaarder wordt, dan is dat
niet het minst te danken aan den afval
van Oernar, waardoor wij tot energie
werden geprikkeld; zoo ooit, dan kan men
wel hier zeggen, dat uit het kwade het goe
de is vooitgekounm. Die afval is een ge
zegend keerpunt geweest iu de geschiede
nis r»n den Aijeh-aorlog.
des
nur,
Hervormde gemeente
De Godsdienstoefeningen beginnen
voormiddags 9y2 uur.
19 Eebr. Geen dienst.
Woensdag 22 Eebr., 's avonds 6^
Ds. Mühring.
19 Eebr. Barsiugerhoru. Da. Kooiman.
Hervormde gemeente
De Godsdienstoefeningen beginnen des
voormiddags 91/, en des namiddags 2 uur.
19 Feb. Ds. Meutei, voorin.
Hervormde gemeente
De Godsdienstoefeningen beginnen des
voormiddags O uur.
19 Eebr. Valkoog, Ds. Mühring.
Woensdag 22 Eebr. 's avonds ö1^ uur,
St. Maarten, Ds. v. Kluijve.
Hervormde Gemeente
19 Februari Ds. v. Meurs
Hoep, Schagea.
Zondag 19 Februari,'s avonds 6 uur,
De. Loeff van Heiloo.
Ja, hoe verbetert zich de mensch t
Eeuchteisleben.
Staan we aan een mijlpaal op onzen
weg, herinneren wij ons dan nog eens, dat
alle goede dingen bestaan uit drieën; en
dit spreekwoord ons wil leeren, dat het gotde
gevolgd moet worden door het betere,en het
betere gekroond moet worden door hel
beste. G. L. van Loon.
Uittreksel uit het Verslag over de van
wege liet Rijk gesubsidiëerde Proefvel
den in Noord-Holland gedurende 1898.
Zooals aan iederen landbouwer of veehouder onder onze lezers
bekend zal zijn, wordt er van Rijkswege jaarlijks eene belangrijke
geldsom beschikbaar gesteld voor het aanleggen van proefvelden,
zoogenaamde Rijksproefvelden.
Deze proefvelden dienen om te laten zien, dat het dikwijls voordeelig
is bij de bemesting van den grond ook gebruik te maken van
kunstmeststoffen of groene bemesting, en dat het meestal noodig
is, om verschillende soorten van kunstmest tegelijk op
hetzelfde veld uit te strooien, om zooveel mogelijk voordeel te
verkrijgen en ook op den duur bij kunstmest baat te vinden.
Zij kunnen tevens dienen om te onderzoeken, welke soorten van
mest in de eene of andere streek of boerderij het meeste voordeel
beloven, of om uit te maken, of in de eene of andere streek de
grondbewerking, de ontwatering of dergelijke met voordeel veran
derd zouden kunnen worden, of ook, om van verschillende soorten
van aardappelen, tarwe, suikerbieten enz. de beste uit te zoeken.
Ieder jaar wordt over de genomen proeven door den Rijksland-
bouwleeraar een verslag aan den Minister van Binnenlandsehe
Zaken uitgebracht. Het verslag over de in 1898 in Noord-Holland
genomen proeven is dezer dagen in druk verschenen en o.a. aan
de verschillende afdeelingen der Hollandsche Maatschappij van
Landbouw toegezonden.
Omdat naar onze meening eene zoo groot mogelijke publiciteit
van een dergelijk verslag gewensebt is, meenden wij een nuttig
werk te verrichten, door onzen lezers een uittreksel van dit verslag
aan te bieden, voor zoover het proeven betreft, die in de omgeving
van Schagen zijn genomen.
A. Heer Hugowaard. Kleigrond. Late roode kool.
Proefnemer de Heer A. Steur.
Doel der proefHet nut aan te toonen van groene bemesting
vergelijking van wikken en erwten voor dit doel.
Bemesting per H.A. Opbrengst per H.A.
1. Onbemest f 400.
2. Stalmest 400.
3. 2.5 H.L. wikken voor groenbemesting gezaaid,
bemest met 500 K.G. superphosphaat 600.
4. 2.5I1.L. vale erwten voor groenbemesting gezaaid,
bemest met 500 K.G. superphosphaat 520.
5. 2.5 H.L. gewone wikken voor groenbemesting 440.
6. 2.5 vale erwten 360.
7. 2.5 groene erwten 400.
Het onbemeste perceel waa uit zichzelf vruchtbaarder dan de
andere perceelen en daarom is de uitkomst op dit perceel geen
bruikbare maatstaf voor de beoordeeling van die der andere
perceelen.
De waarde der kool is door een deskundige geschat, terwijl zij
nog op het veld stond.
Uit de cijfers blijkt, dat de bloote groenbemesting met wikken
beter resultaat heeft gegeven dan die met stalmest, terwijl ook de
groenbemesting met groene erwten bet tegen den stalmest heeft
kunnen uithouden. Tevens is echter gebleken, dat de grond
vooral ook behoefte bad aan bemesting met phosphorzuur-
m e s t, want de met superphosphaat bemeste wikken en erwten
hebben een zeer belangrijk hoogere opbrengst teweeggebracht.
De kunstmest is gestrooid op den winterrogge-stoppel
en ondergeploegd. Het ploegen kon niet direct na 't oogsten der
rogge plaats hebben, omdat het weer te droog en daardoor de
grond te bard was. Begin Augustus had het ploegen plaats en
werden daarna de wikken en erwten gezaaid en ingeëgd. De met
superphosphaat bemeste wikken en erwten groeiden beter dan de
niet bemeste, doch op alle perceelen stond ten slotte een zeer
bevredigend gewas, hoewel de wikken veel dichter waren dan de
erwten. In den herfst werd bet veld omgeploegd, in het voorjaar
werd het nogmaals geploegd. In het laatst van Juni werd de
kool geplant.
B. Heer Hugowaard. Zavelgrond. Hooiland.
Proefnemer de Heer P. Wonder Pz.
Doel der proefverschillende meststoffen en bare behandeling
te doen kennen en bare werking onder de gegeven omstandig
heden te laten zien.
Bemesting per H.A. Opbrengst per H.A.
1. Onbemest 6300 K.G.
2. 1600 K.G. kalk 6660
3. als 2 bovendien 480 K.G. superphosphaat 7420
4. 3 320 kaïniet 7000
5. 4 240 cbilisalpeter 8300
Alle meststoffen behalve het kaïniet hebben volgens deze cijfers
gunstig gewerkt. De bemesting met kalk is niet loonend geweest.
Het superphosphaat, kostende f13.heeft eene meer-opbrengst
van 760 K.G. hooi k f 26.per 1000 K.G. ter waarde van
f 19.75 te voorschijn gebracht. De bemesting met chilisalpeter
heeft wel de opbrengst vermeerderd, doch is niet loonend geweest.
Kalk en kaïniet zijn gestrooid op 10 Dec. '97, superphosphaat
en chilisalpeter op 29 Maart '98.
C. Heer Hugowaard. Zavelgrond.
Proefnemer de Heer C. B 1 e e k e r.
Doel der proef: als bij B.
Late roode kool.
Bemesting per H.A.
1. Onbemest
2. 600 K.G. superphosphaat
3. als 2 bovendien 2600 K.G. kalk
4. 3 300
5. ,4 400
Opbrengst per H.A.
f 231.—.
294.-.
357.-.
378.-.
chilisalpeter
kaïniet 420.
De waarde der kool is door den proefnemer geschat. Uit de
cijfers blijkt dat alle meststoffen gunstig hebben gewerkt en dat
de totale bemesting, kostende ongeveer f75.eene meeropbrengst
van f 189.heeft teweeg gebracht.
De kalk en het kaïniet zijn in bet voorjaar ondergeploegd,
het superphosphaat bij 't laatste ploegen, eenigen tijd voor het
planten der kool. Het chilisalpeter is in twee gedeelten gestrooid,
waarvan bet eene na 't planten en bet andere 3 weken later.
D. Noord-Scharwoude. Kleigrond. Late roode kool.
Proefnemer de Heer C. Slotemaker.
Doel dor proefaan te toonen, dat bemesting met kunstmest
minstens even goede opbrengsten geeft, als de bemesting met
Aantal gesneden op
21 October.
Soorten.
Aantal gesneden op
9 November.
Soorten.
Totaal
gewicht
in K.G
1ste
2de
3de
4de
4de
5de
6de
7de
8ste
Gewicht der kooien
per stuk in K.G.
2,6
2,1
1,7
1,5*
1,5
1,4
1,2
1
0,5
Bemesting per H.A.
157
117
1. Slootaarde f 100.
5
39
92
65
91
81
184
1008
2. 600 K.G. super
184
123
phosphaat
5
31
59
80
80
95
114
968
3. bovendien 240 K.G.
zwavelz. ammoniak
4
51
139
148
80
147
11.4
57
48
1131
4. bovendien 400 K.G.
kaïniet
16
69
140
127
78
120
115
61
50
1145
5. bovendien 2000
K.G. kalk
30
83
133
122
80
106
119
45
56
1169
De bemesting is aangegeven perH.A., de opbrengsten daaren
tegen per perceel van 5 Aren. Daar alle kooien ter bewaring
gedurende den winter zijn opgeborgen, achtte de proefnemer het
niet doenlijk de opbrengsten in geld te taxeeren. De opbrengst-
cijfers doen ons echter zeer duidelijk zien, dat de bemesting met
enkel superphosphaat eene weinig minder goede uitkomst
heeft gegeven dan de bemesting met slootaarde, terwijl de bemes
ting met superphosphaat en zwavelzure ammoniak vrijwat beter
werkte dan die met slootaarde, daar het getal kooien van 1ste,
2de en 3de soort belangrijk grooter was. Nog belangrijk beter
was het resultaat waar bovendien kaïniet werd gegeven en nog
weer heel wat beter daar waar ook kalk werd gebruikt. Dat het
kaïniet zeer gunstig werkte, was ook aan het gewas voortdurend
zeer duidelijk zichtbaar. Ook hier treffen wij dus weer het ver
schijnsel aan, dat een gewas, dat veel kali verbruikt, zelfs op
vruchtbaren kleigrond dankbaar is voor k a 1 i m e s t. Ook de
kalk schijnt ten slotte gunstig te hebben gewerkt, hoewel er gedu
rende een deel van het jaar eer een nadeelige dan een voordeelige
uitwerking was te bespeuren en daarbij de grond rijk is aan
kalk. Wanneer wij daarom de kalk buiten rekening laten, hebben
de kosten der bemesting met kunstmest ongeveer f 55.per
H.A. bedragen en heeft deze niettemin een veel betere uitkomst
gegeven dan die met slootaarde, kostende f 100.per H.A.
Hoewel de landbouwers in deze streek veelal de vrees uitspre
ken, dat door bemesting met kunstmest de vastheid der kooien en
daardoor de geschiktheid voor bewaring zal verminderen, is hier
van bij deze proef al weder niets gebleken, daar de kooien op
de met kunstmest bemeste perceelen ook in dit opzicht van on
verbeterlijke kwaliteit waren voor zoover dit nu reeds was te
beoordeelen. Dat ook hunne vrees voor uitputting van den grond
door bemesting met kunstmest geen reden van bestaan heeft, zal
wrorden aangetoond door de bemesting met uitsluitend kunstmest,
eenige jaren op dit proefveld voort te zetten.
De kalk en het kaïniet zijn in bet voorjaar ondergeploegd, en
bet superphosphaat en zwavelzure ammoniak kort voor 't planten
der kool.
E. Waarland. Zavelgrond. Hooiland.
Proefnemer de Heer Tb. de Jong.
Doel der proefals bij B.
De inrichting dezer proef is door vergissingen van den proef
nemer geheel anders dan de bedoeling was.
Bemesting per H.A. Hooi-opbrengst per H.A.
1. Onbemest 4040 K.G.
2. 600 K.G. superphosphaat en 200 K.G. chilisalpeter 5800
3. Als 2, 5450
4. 2, bovendien 800 K.G. Kaïniet 5060
5. 400 K.G. kalk 3650
Uit de cijfers blijkt, dat de bemesting met superphosphaat en
chilisalpeter kostende ongeveer f 37.eene meer-opbrengst heeft
gegeven van 1760 K.G. hooi a f 28.per 1000 K.G. ter waarde van
ongeveer f 49.Hierbij is de gemiddelde opbrengst van perceelen
2 en 3 met die van 1 vergeleken. Dat de opbrengst van 4 lager
was dan die van 3 en die van 5 lager dan die van 1, moet zeer
waarschijnlijk worden toegeschreven aan geleidelijke vermindering
van vruchtbaarheid van perceel 1 naar perceel 5.
Het gras werd gemaaid op 24 Juni.
Het was duidelijk merkbaar, dat bet vee de naweide op de
perceelen 2, 3 en 4 liever at, dan die op de beide andere perceelen
en op de rest van het stuk land.
P. Groetpolder. Kleigrond. Suikerbieten.
Proefnemer de Heer K. Breebaart Jz.
Doel der proef: als bij B-
Opbrengst per H.A.
Bemesting per H.A.
1. 800 K.G. superphosphaat, 300 K.G. chilisalpeter 61370 K.G;
2. Onbemest 38872
3. 800 K.G. superphosphaat 47396
4. Onbemest 40676
5. 800 K.G. superphosphaat, 300 K.G; chilisalpeter 54128
Het proefveld bad zeer veel te lijden van vreterij. Op de
perceelen met chilisalpeter was de opkomst evenwel zeer goed,
wat zonder twijfel te danken is aan de betere voeding der kiem-
plantjes.
Op de andere perceelen was de opkomst zoo slecht, dat daar
moest worden overgezaaid.
Op perceel 1 en 5 was de gemiddelde opbrengst 57750 K;G.,
terwijl die op 3e onbemeste perceelen gemiddeld 39774 K.G. be
droeg, zoodat door de bemesting met pi m. f 53.kunstmest
eene meer-opbrengst van 17975 K.G. a f 8.per 1000 K.G.
ter waarde van f 143.80 werd verkregen; Ook de bemesting met
superphosphaat alleeil was voordeelig, niettegenstaande het over-
zaaien hierdoor niet onnoodig werd, want met p. m. f 22.
superphosphaat werd eene meer-opbrengst van 7622 K;G. ter
waarde van p. m. f 60.verkregen.
Hoewel de landbouwers in dezen zoo vruchtbaren polder in de
meening verkeeren, dat hier met kunstmest geen voordeel is te
behalen, beeft deze uitkomst bewezen, dat het nog wel de moeite
waard is, ook hier particuliere proeven met kunstmest te nemen.
Yooral ook, omdat het verschijnsel zich hier schijnt voor te doen,
dat suikerbieten meestal eenen oogst geven, die niet in evenre
digheid staat tot de groote oogsten van andere gewassen.
De inrichting van deze proef wijkt af van het plan, omdat te
laat tot het nemen der proef werd besloten.
G. St. Maarten. Kleigrond. Late roode kool.
Proefnemer de Heer S. Koegelberg.
Doel der proefals bij B.
Bemesting per H.A. Opbrengst per H.A.
1. Onbemest. f 252.
2. 600 K.G. superphosphaat 252.
3. als 2, bovendien 300 K.G. cbilisalpeter 378.
4. 3, 400 kaïniet 462.
5. 4, 2000 kalk 462.—
De opgegeven geldelijke opbrengsten zijn geschat door den proef
nemer, en daar het schatten en verkoopen van kool op het veld
sterk in gebruik is, zullen deze cijfers wel ongeveer de juiste
waarde aangeven. De kooien op de perceelen 1 en 2 waren
belangrijk kleiner dan die op perceel 3 en deze weer vrijwat
kleiner dan die op de perceelen 4 en 5. Terwijl het superphos
phaat alleen niets uitwerkte, is met superphosphaat en chilisalpeter,
kostende ongeveer f 47.eene meer-opbrengst van f 126.ver
kregen. Ook hier beeft zich weer bet opmerkelijke verschijnsel
voorgedaan, dat bemesting met kaïniet bijzonder gunstig werkte,
hoewel de grond uit vrij zware klei bestaat. Door bemesting met
superphosphaat, cbilisalpeter en kaïniet, kostende ongeveer f 57.
werd eene meer-opbrengst van f 210.verkregen.
De kalk en het kaïniet zijn in het voorjaar ondergeploegd en
het superphosphaat bij het laatste ploegen voor het planten der
kool. Het chilisalpeter werd in 3 porties verdeeld, welke 3 weken na
elkander werden uitgestrooid, de eerste portie na het planten der kool.
Er was reeds spoedig een groot verschil bij de verschillende
perceelen waar te nemen, geheel in overeenstemming met de door
den proefnemer opgegeven opbrengstcijfers. Do kooien waren daarbij
op perceel 3 en v o o r a 1 op de perceelen 4 en 5, veel mooier van
kleur en grooter dan op perceelen 1 en 2.