Zondag 26 Februari 1899. 43ste Jaargang Ho. 3392. Harde lessen. TWEEDE BLAD. Arbeidscontract. Binnenlandscli Nieuws. Alkmaar, 22 Februari. Bij den gemeenteraad is heden het voorstel in gekomen vin het dagelijksch bestuur op het adres dd. 8 October 1896 van het be stuur der Noordetstoomtramvereenigiog, waarbij wordt in overweging gegeven, aan gemeld bestanr concessie te verleenen voor den lijd van 30 jaren tot den aanleg en de exploitatie van een stoomtram van Scha- geD over Zijpe en Koedijk Daar Alkmaar, volgende in deze gemeente ds weelzijde van het Groot NoordhollandschKanaal tot de botsrfabriek Kinheim, wsar voorloopig het eindpunt der baan moet wordeD gevestigd. SCHA&ER COURANT. Het program van urgentie der Libe rale Unie wordt ten rechte of ten on rechte door den heer Yan Houten c.s. gehouden voor den leiddraad van het huidige ministerie bij het doorvoeren der sociale hervormingen welke op zijn program geacht worden te staan. Die meening wordt ook vaak door de oppo sitie verdedigd en het is der regeering dan ook reeds tot een verwijt gemaakt, dat zij niet voor alles haar aandacht heeft geschonken aan het eerste punt van het program van urgentie der Li berale Uniede „regeling van het arbeidscontract tot betere verzekering van de wederzijdsche rechten en ver plichtingen". Ook de aDti-revolutionnai- ren vroegen in hun program van actie sub B 2„regeling van het arbeids contract", terwijl de radicalen evenzeer aandrongen op „wettelijke regeling van het arbeidscontract". Dat het ministerie zelf tot nu toe aan de regeling van het arbeidscontract zijn krachten niet waagde, vindt zeer zeker zijn grond in het feit, dat weinige maan den na zijn optreden als Minister van Justitie, de heer Mr. H. J. Smidt Prof. H. L. Drucker uitnoodigde een ontwerp tot regeling der arbeidsovereenkomst voor te bereiden. Deze nam die op dracht aan, maar de bewerking vorder de meer tijd, dan b?j aanvankelijk ver wachtte. Eerst in het begin van 1894 kon hij den minister het ontwerp aan bieden. Kort daarna trad Mr. Smidt af, en de tijdsomstandigheden voerden Mr. Drucker er toe het ontwerp in de por tefeuille te houden. De tegenwoordige minister, Mr. P. W. A. Cort van der Linden heeft echter in het vorige jaar die., opdracht herhaald en den 17den Oct. j.1. bood prof. Drucker dan ook een ontwerp van wet tot rege ling van de arbeidsovereenkomst met een memorie van toelichting den minister aan, dat later door het Departement van Justitie is uitgegeven. Wij zijn voornemens dit ontwerp van wet, waaraan actualiteit zeker niet kan worden ontzegd, eenigszins uitvoerig te behandelen. Wij hebben daarmee nog een ander doel en wel om belangstel ling te wekken voor een onderwerp, dat niet alleen het eerste als een urgente hervorming op het program der Liberale Unie voorkomt, maar ook, hoewel het contract van den arbeid alle dagen, ja bijna elk uur van den dag tusschen arbeider en werkgever gesloten wordt, toch het slechtst van alle overeenkomsten is ge regeld. Laten wij echter dadelijk op den voorgrond stellen, dat wij het niet uit een juridisch oogpunt zullen beschouwen. Indien wij daartoe al in staat waren wat wij niet zijn zou ons toch de ruimte in dit blad ontbreken. Wanneer wij er 't onze van zullen, zeggen, dan zal dit zijn van het standpunt van hen, die tot nu toe om een wetboek op den arbeid vroegen en in dit wetsontwerp] kunnen zien een deel van dien grooten arbeid, die nog altijd op de schouders van de wetgevers van het heden of van de toekomst rust. Om tot een goed geheel te komen, zullen we eerst het wetsontwerp in zijn hoofdbepalingen volgen. Wat is nu Arbeidsovereenkomst? Art. 1 leert ons, dat arbeidsovereen komst is do overeenkomst tusschen een arbeider en een werkgever, waarbij de arbeider tegen loon zijne arbeidskracht, geheel of voor een gedeelte, voor zeke ren tijd ter beschikking stelt van den werkgever. Het gewone begrip van arbeider, welk woord in de dagelijksche beteekenis iets lager staat dan werkman, omvat in den regel die personen, die met han denarbeid hun brood verdienen, als daar zijn de timmerman, de metselaar, de veenwerker, de opperman, enz., maar uit de toelichting blijkt, dat het ont werp veel verder gaat en dat onder arbeider wordt verstaan ieder vrouwelijk of mannelijk individu, die tegen loon voor zekeren tijd, hetzij geestelijken, hetzij lichamelijken arbeid ter beschik king van een ander stelt.Zoowel de gewone arbeider als de dienstbode, zoowel de koetsier als de juffrouw met de schrijf machine, zoowel de boekhouder als de directeur eener naamlooze vennootschap, vallen in de omschrijving welke het ontwerp van de arbeidsovereenkomst geeft. Het is dus toepasselijk overal waar eene arbeidsovereenkomst tegen loon aanwezig is, onverschillig welke namen of titels in het verkeer aan de partijen of aan de dienstbetrekking mo gen gegeven worden. Behoudens een paar uitzonderingen ten behoeve van minderjarigen, kan de overeenkomst, die tusschen partijen wordt aangegaan, zoowel mondeling als schriftelijk worden gesloten. Een minder jarige echter, die den leeftijd van acht tien jaren heeft bereikt, is bevoegd tot het sluiten van eene overeenkomst. Ten aanzien van minderjarigen bene den den leeftijd van achttien jaren komt de overeenkomst tot stand, wanneer door of namens den wettelijken vertegen woordiger der minderjarigen aan den wetgever een arbeidsboekje, door het gemeentebestuur uitgereikt, wordt over gegeven en dit door dezen wordt aange nomen. Yan veel beteekenis zijn de bepalingen omtrent de geldigheid van reglementen en het opleggen van boeten. Bedingen, vervat in een door den werkgever vastgesteld algemeen regle ment, worden alleen dan geacht bestand deel der overeenkomst uit te maken, wanneer is voldaan aan de volgende vereischten lo. een exemplaar van het reglement moet op eene voor den arbeider gemak kelijk toegankelijke plaats, zoo mogelijk FEUILLETON. 19. De onde domheer had het zich op de so fa zoo gemakkelijk mogelijk gemaakt: de reeds naderende dag scheen zijn onrast een weinig te hebben doen be daren. Hij bad tenminste zijn sleutels, het onde, dikke horloge, zijn portemon- naie en zijn tabaksdoos uit zijn sak genomen en dat alles lag op tafel voor hem. Gisela's opgewondenheid was zoo groot, dat zy, ondanks het laide kloppen van haar hart, luidkeels had kannen lachen. Daar lag haar bewaker en zijn geldbeurs voor beml Met fonkelende oogen eig-mde Gisela sich deze toe. Na was ze plotseling nit den nood. Hij snorkte rustig en eentonig door. „God is met mij riep Ghela zeer be moedigend, ja met een heimeljjken jubel in haar ziel. Zij deed de huisdeur open, trad zacht- kens naar buiten; geen ziel verroerde zich in huis. Daarna trok se hare schoenen aan en liep den steilen bergweg al, neen rij vloog, zjj gevoelde zio'a zoo licht als oen vogel. Toen tij na verloop van een half uur in het dal aankwam, wist zij niet verder waar heen te gaan. Zy had aleoh'8 gehoord, dat men in Senbsch een station had en om daar te ko men moest m:n deneenigen straatweg die er was volgen, dus kon se niet missen. Zooder zich lsDg te bezinnen, ging «ij de zen dan ook op. Hier in het dal zag men eerst goed, dat de morgen naakte. Juist voor haar, aan den wonder blau wen hemel, stond flonkerend de morgen ster. Nog nooit hsd ze die in baar volle schoonheid gezien- Een kleine, eerbiedige siddering ging baar door bet harte, het was haar als voelde zij Gods beschermendo na bijheid- „Ik doe goed P" zeide zij dikwijls half on bewust lot zichzelf, wanneer zij aan da ver twijfeling harer moeder en aan den toorn van oom en Melanie dacht. Nu eerst begreep ze, dat men haar met al die bewijzen van liefde duizenderlei wen ken gegeven bad, die zij niet had begrepen, of te trotseh was geweest op zichzelf toe te passen. O zeker, de haren zagen haar liever dood dan in de positie van de vronw van eenen kunstrijder. Een ondersoheid was het hun onmogelijk te maken. „Ik echter, ik wil liever al uw goeder tierenheid missen, dan de liefde van mijn' man! Ik blijf je trouw, mijn arme Rick!" zeide zij dikwijls luid voor zich heen. Hoe bad rij zoo zwak kannen zijn, om zich te laten paaien door zoste woordjes en het gemak kelijke leventje thuis Ach, zy wist het wolzij hsd er zoo sterk naar verlangdbet leven daar zoo gemist. „Maar na 1 En al bezat ik^na allen rijk dom en alles wat voor geld whs te koop ronder u, men geliefde, is mij d<t alles waardeloos. Liever bedelen met jon, dan tonder je te genietcD. O ja, ja liever bedelen lntusschen liep ze verder en verder. Zij voelde geen vrees, geen zenuwen, slechts grooie vreugde en verlangen. De geboete omgeving lag nog in de morgenschemering, een koude wind woei van uit de bergen Maar immer roodor werd de hemal. Nu fonkelde er een heldere, scherp? zonnestraal! Daar was de zon I Hoe schitterde en glansde het meer! Hoe wonderbaar, hoe onuitsprekelijk schoon lag deze tooverworeld daar in den danw van den vroegen morgeo. Plotseling weer klonk een mager signaal door de s ilte, ver weg, van het meer af, een oogenblik later dichterbij, links van bel dorpje, ru zwaarder eo voller, dan weer veider weg. De trein was in aantocht. in het arbeidslocaal, zoodanig opgehangen zijn en blijven, dat het duidelijk leesbaar is 2°. een exemplaar van het reglement moet aan den arbeider of, zoo deze den leeftijd van achttien jaren nog niet bereikt had, aan zijn wettelijken verte genwoordiger, bij het sluiten der over eenkomst zijn overhandigd 3°. de arbeider of zijn wettelijke vertegenwoordiger moet, door ondertee- kening van een ontvangbewijs, hebben verklaard, dat hij mef de in het regle ment voorkomende bepalingen bekend is. Weigort hij de onderteekeniDg, zoo wordt de overeenkomst geacht niet te zijn tot stand gekomen. Kan de arbei der of zijn wettelijke vertegenwoordiger niet schrijven, dan treedt voor zijne ouderteekening in de plaats een kruis of handmerk, bevestigd door de ondertee- keuing van twee getuigen. Alle bedin gen, in strijd met die bepalingen, zijn nietig. Nieuwe reglementen of wijzigingen van bestaande reglementen, door den werkgever na het sluiten der overeen komst vastgesteld, verbinden partijen alleen, indien een exemplaar daarvan aan den arbeider of aan zijn wettelijken vertegenwoordiger is overhandigd, en niet eerder dan den negen-en-twintig sten dag na dien, waarop een exemplaar op de boven omschreven wijze is opge hangen. Alle bedingen, in strijd met deze bepalingen, zijn nietig. En bet volgende is van bet grootste belangbepalingen in een reglement, waarbij eene óf door óf namens den werkgever op te leggen boete wordt bedongen voor het geval dat de arbeider een in dat reglement voorkomend voor schrift overtreedt, zijn alleen geldig, in dien het reglement, voor zoover deze voorschriften en bepalingen betreft, door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd. Die goedkeuring wordt niet verleend, wan neer niet blijkt, dat, en met welken uit slag de meerderjarige arbeiders, werkzaam in de onderneming of bet gedeelte der onderneming, waarvoor bet reglement bestemd is, over die voorschriften en bepalingen vóór de vaststelling zijn ge raadpleegd, en wel ieder afzonderlijk, of gezamenlijk, of bij monde van hunne door vrije kéuze uit hun midden aange wezen vertegenwoordigers. Overigens wordt de goedkeuring alleen geweigerd op grond van strijd tegen wettelijke voorschriften of tegen de goede zeden. Iedere boete, onverschillig of zij in een reglement of in een bijzondere over eenkomst voorkomt, moet op een bepaald bedrag gesteld worden.De bestemming der op te leggen boeten moet nauwkeurig zijn aangegeven. Zij mogen nimmer strekken tot persoonlijk voordeel van den werk gever zelf of van degenen, die door hem met het opleggen der boeten be last zijn. Alles op straffe van nietigheid der boetebepaling. Hoogere boete dan het loon des ar beiders van één dag mag niet bij regle ment worden bedongen. Bij bijzondere overeenkomst kan een hoogere boete Gisela had'gaarne dankbaar willen neer knielen, maar rij moest zich nn haas en. Nu ging het steiler bergafde straatweg boog rechts van hei meer af, de lucht werd minder scherp. Gisela kwam nog juist byljjds op het kleine station aan. Zij wilde nog haas'ig lelegrafeeren. Wat zon Richard zeggen Em schrik deed plotseling haar hart stil staan. Hoe P Wanneer hij nn eens boos op haar was, ïoo erg, dal hij niets meer van baar wilde weteD P Wanneer het telegram, dat zij nn afzond, hem er eens toe dreef om voor haar op de vlucht te gaan P „O nean, neen riep een andere stem in haar hart. „Hg heeft je lief 1 Gij rijt zijn eenige geluk „Maar wanneer zjjn liefde eens in haat ware omgeslagen „Dan smalt het ijs, soodra gij hem weder in nw armen slaitl' Door dezen twijfel evenwel telegrafeerde zij niet. De troin werd reeds gemeld. Zjj nam haas'ig een kaartje naar Weenen. Eerst nu zag se, wat de portemonnaie van haar oom inhield; 't was lang niet zooveel ais Gisela zich wel had voorgesteld. Zg vroeg daarom een biljet derde klasse en zette zioh schuw en angsdg in een hoek van ern dusdanige coupé. Zij kon het niet helpen, maar zij gevoelde zieh Ie voornaam en te deftig voor zoo'n ordinair plaatsje. D i omgang met Melanie en haar moeder had al hare verstandige levensopvattingen, die haar in den omgang met bescheidener mensohnn eigen waren geworden,weggevaagd, als met krijt geschreven letters. Rondom haar zaten boeren, die de Zon dag reislustig bad gemaakt zij stapten in en spraken op hun platte, gemoedelijke ma nier. Zij spraken Gisela ook toe en zjj antwoord de zonder aarzelen- Maar zij bemerkte toch boel spoedig, dat baar reisgezellen haar wantrouwden zjj hielden haar te voornaam voor zulk een eenvoudig reisge zelschap. Hoe langer rij reisde, hoe onbehaaglijker werd bet baar te moede, want de wisseieDde reizigers aerden tan uur tot uur levendiger worden bedongen, doch alleen ten aan zien van arbeiders, wier in geld vastge steld loon meer bedraagt dan drie gul den per dag, of uitsluitend bestaat in een bedrag, afhankelijk van den omzet, de opbrengst of de winst van des werk gevers onderneming. Ongeoorloofd en nietig is ook elke overeenkomst tusschen den werkgever of diens beambten of zetbazen en eenen aan een hunner ondergeschikten arbei der, waarbij de laatste zich verbindt, het loon of zijn overige inkomsten of een gedeelte daarvan op een bepaalde wijze te besteden, of zijn benoodigdhe- den op een bepaalde plaats bij een be paalden persoon aan te schaffen. Een uitzondering wordt echter toegelaten voor het bedrag, waarbij de arbeider zich jegens den werkgever verbindt, de voor zijn arbeid in diens dienst ver- eischte grondstoffen, werktuigen of bijzondere kleeding op een bepaalde plaats of bij een bepaalden persoon aan te schaffen, en dan verder, wanneer de arbeider deelneemt in eenig aan des werkgevers onderneming verbonden fonds, mits het reglement bepalingen bevat die de bestemming van bet fonds, de wijze van beheer enz. aanwijzen. Men ziet het, de Eerste Afdeeling van het ontwerp, die deze algemeene bepalingen bevat, is nagenoeg geheel gewijd aan voorschriften, die tegemoet willen komen aan de klachten die nu reeds zooveel jaren uit het leger van den arbeid zijn gehoord. Het wetsontwerp moge nu wel een algemeene strekking hebben en ook om vatten hen, die wij in den regel niet onder de arbeiders rangschikken, het hoofddoel is kennelijk om te waken te gen misbruiken, die reeds lang met den vinger waren aangewezen, maar waarte gen men niets kon doen. Zoo kan voor taan de werkgever zich niet op zijn re glement beroepen, wanneer de arbeider het ontvangbewijs niet onderteekend heeft. Komt in dit reglement boete voor, Gedeputeerde Staten moeten het goed keuren en zij doen het niet, indien de arbeiders niet zijn gehoord, en niets verhindert dezen, om bij Ged. St. tegen zulk een reglement, indien dit noodig is, op te komen. Zoo ook wordt er gewaakt tegen het willekeurig opleggen van boeten om daar uit winst te behalen, terwijl evenzeer, wordt dit ontwerp eenmaal wet, wat wij vurig hopen, de zoo afschuwelijke, aan woeker gelijke, gedwongen winkelnering tot de geschiedenis zal behooren. Reeds deze eerste afdeeling wijst er naar heen, dat wij hier niet alleen te doen hebben met den arbeid van den rechts geleerde, maar ook en bovenal met het werk van een man, tot wien de luide kreet der sociale nooden is doorgedron gen, de klacht over willekeur en onrecht, door de economisch-zwakkeren geuit. In een volgend artikel zullen wij de bepalingen omtrent de verplichting tot voldoening van bet loon nader mededee- len. Bedronken zich, boden ook haar de flssch aan en uitten allerlei spotternijen over het stadsjufUrtje Maar de wonderscboone streek oefende tooh ook indruk op Gisela uit sij vergat bij bet vele indrukwekkende dat ze aan schouwde da onaangename woorden, haar toegevoegd. Eindelijk, eindelijk Weenen Gisela was halfdood van vermoeienis. Zij nam nu. na gotd den inbond der benrg te hebben nagezien een kaartje earate klasse. Want op een Zondagavond kon se onmogelijk met dat opgewonden volkje in één coupé gaan zitten. De trein was overvol, zoodat mea van alle kanten gemopper en gevloek hoorde. Gisela was in een coupé geschoven, waarin reeds drie k'eine kinderen en het vol getal aan volwassenen aanwe'ig waren. Mon pro testeerde tegen baar binnenkomen en een onde heer, die zag boe verlegen Gisela daaronder werd, zeide, dat in de derde conpé nog plaats was en braoht Gisela daarheen. Zij vond na een plaats bij vijf andere dames en heeren- Ook de oude heer was bier ingestapt, zonder verder notitie van haar te nemen. De trein ging af. Gisela drakte zioh met behagen in de zaeh'e kussenszij baalde verlicht adem, nu weder bij baars gelijken te zitten. Ja, ja, zij kon bet niet helpen, sij bad geled 'D; bet deed baar pijn els zij zich gedwongen gevoelde met al die onopgevoede menschen te moaten omgaan. Eigenlijk was zij toch een dwaas, over legde «ij verder; het wss dom en niets dan hoogmoed geweest. Wat hadden die mensohnn haar eigenlijk voor kwaad gedaan? Men bad haar aangesproken, men had baar trouwhar tig een versterking aangeboden, waarvan zij zelf zeer veel bielden, en zij, had zij zich niet zeer belachelijk gedragen Ach, Melanie, MelanieZeker, gravin Kopp cks bie'd een dergnliiken hoogmoed voor een treken harer waardigheid, msar sij P „Bij een circus!" Op welk een toon had den de haren dat niet gezegd „Kunstryder 1* O, die verachting en vernedering 1 Veiling, gehouden op 22 Februari 1899, ten overslaan van Notaris G. van Os te Zijpe, ten huize v»n den heer A. Wit te Winkel. 1. Eau huis, tnin en serre te Wi< kei, kadaster sectie B. Nes. 437 en 438, ter grootte van 29 aren 10 centiaren; kooper de heer K. Zeilemaker te Winkel voor f 2160. 2. E n koetshuis te Winkel, kadaster Sectie C, No. 530, groot 3 aren, 95 cen tiaren; kooper de heer A. C. Muller te Winkel voor f 1450. De eierenhandelop Texel breidt zich van jaar tot jaar nit. Het aantal kipeieren da», vooral naar de beide Hollanden, verzonden wordt, bedraagt reeds ongeveer 600.000 stnks, terwijl' goede prij zen bedongen wordaD. Prov. Bond van Veefokkers. Een bijeenkomst van verschil! -nde vee houders en veefokkers te PURMEREND heeft ten gevolge gehad, dat er een Pro vinciale Bond van veefokkers ia opgericht, die zich verbindeD, e.1 hun fokvee met tubeiculine te l»ten inspuiten en zich van dit vee te ontdoen, wanneer er tuberculose wordt geconstateerd. Dc Rijksveearta, de heer J. W. H. Geerlings, zal met de in spuitingen aanvangen bij verschillende veehouders. Om meerderen te doen aan sluiten, zal men den 28 opnieuw in „de Doele" vergaderen. Het bestuur bestaat uit de heeren H. de G<>ede Az., voorzitter, P. Zeeman, se cretaris en W. Bakker, penningmeester, allen te Beemster. Uit ROTTERDAM werd vroe ger melding gemaakt van een huwelijks- pbchtigheid per fiets, dezer dsgen heeft meB hier weer wat anders kunnen genieten. Het psar, dat voortaan lief en leed met el kaar zal deeien, bega! zich thans met de getuigen in versierde roeibooten naar den ambtenaar vsd den burgerlijken stand. Na- tuurlijk w s de aandrang van nieuwsgieri gen weer zoo groot, dat eeD talrijke poli tiewacht noodig was om den toegang tot hit raadhuis at te zetten. Toen mee daar in i iet slasgde, liet men de van den ernst der plechtigheid zoo overtuigde feestgmoo- ten door een achterdeur ontsnappen Doch het volk ontdekte dit spoedig, zoodat het j>nge paar een gevolg kreeg, waarop het in gewone omstandigheden niet zou hibbea kun nen rekenen. De man is 39, de vrouw 50 j«ar. Met deze en dergelijke gedachten, som wijlen insluimerend en dan weder zich op richtend, verliep er een geruime tijd. Plotseling bemerkte ze, dat er nog maar twea heeren in de ooupé zaten, die oude en eeu officier, en beiden spraken halfluid met elkaar. Zij had dus zoo vast geslapen, dat ze het uita'appen der andere reisgezellen niet eens had bemerkt. „En waar zjjt ge nu, heer ritmeester vroeg de oudere heer aan den tffioier. „Ik beo tot mijne grooie vreugde naar Graz verplaatst; men wordt het leven in eene kleine glad spoedig moe, vooral sedert Riohsrdniet meer bij ons is Het was wonderlijk, maar we konden onmogóijjk buiten elkaar, ik weet eigenlijk zelf nies waarom. Hij was de ziel van ons kringetje." Gisela luisterde scherper toe. Die s'em kwam haar zoo bekend voor, die «enigszins slepende manier van spreken. En nu den naam Rchard. „Ik verzoek je vriendelijk, Ridowitz, neem dien naam niet cseerl" had de andere heer driftig geroepen. Haar hart klopte vlugger, „Rzdowitz I* Ze had een haastige bewe ging gemaakt, zich opgericht en de oogen ont steld geopend. In bet volgende oogenblik had ze zichzelve reeds gezegd: „Hij mag mij niet herkennenZij wendde du« haas ig het gezicht Daar de andere zijde en drukte zich geheel in baar hoekje. En daarbij hamerde baar hart tot berstens toe. zoodat ze meende dat de beide mannen die nu zwegen en nasr haar gekeken had den, hnt hadden moeten hooren. Radowils Richard's ritmeesterZjjn liefst» vriend I En boe goed kende zij zelve hens- Zij hadden bij haar grootou ders zoo menig aardig uurtje doorgebracht, hadden met elkaar gedanst, met elkacr schaatsen ger> den Groo e God, wanneer Radowiti haar nu eens herkende/ Eea ontzettende angst greep haar aan; hij zou dan bepaald naar Richard vragen, en zij zou mosten antwoorden „bijeen circus!"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 1