mkuws.
Marktberichten.
1.—
gegeven, de kleine poters van beste
stoelen of de matig groote poters van slech
te stoelen. Het zou immers niet onmoge
lijk zijn, dat de overerving hier eene
grootere rol speelde dan de hoedanigheid
van het poutgoed en daardoor de op
brengst van de kleine poters van beste
stoelen de grootste was.
Wanneer wat wij verwachten ook
werkelijk gebeurt, wanneer van de beste
stoelen vruchtbaarder poters worden ver
kregen, mogen het dan ook alleen de
grootere zijn, dan zal misschien door
middel van voortgezette kweokiug en
sorteering de voortbrengingskracht van
eene aardappelsoort kunnen worden ver
hoogd, evenals dit tegenwoordig zeer voel
nagestreefd wordt door het kweeken van
nieuwe variëteiten uit zaad dat door
middel van kruising van twee verschil
lende variëteiten werd verkregen dan
zal misschien ook kunnen blijken, dat
het dool dat tegenwoordig wordt nage
streefd door verwisseling van pootgoed,
beter kan worden bereikt door sorteering
van de beste planten.
Een geheel op dezelfde wijze ingericht
proefveld en met geheel hetzelfde doel
is aangelegd door den heer Visser te
Nieuwe Niedorp. Het eenige verschil dat
tusschen deze proefvelden bestaat, ligt
in den grond, die bij den heer Vijn
zwaarder is dan bij den lieer Visser.
Daarenboven zijn de pootaardapppelen
niet van dezelfde afkomst. Een dergelijk
proefveld is in aanleg bij den heer Jb. llartog
te Hoogwoud. Hier wordt evenwel de
proef genomen met late aardappelen.
Hier meenden wij voor dit jaar aan
de proef eene zeer nuttige uitbreiding
te kunnen geven door een paar variëteiten,
die hier in Noord-Holland veel voor den
handel verbouwd worden, te vergelijken
onderling en tevens met een paar nieuwe
variëteiten, die op het oogenblik iu
onze provincie een zeer goeden naam
bezitten omdat zij uitmunten in opbrengst,
van goede hoedanigheid zijn en niet
zeer vatbaar voor ziekte. Met de Hol
landsche soorten bedoelen wij de Blauwen
en de Hollandsohe jammen en met de
nieuwe, de Eigenheimers en de Eortuna's,
gekweekt uit door kruising verkregen
zaad op het aardappelproefveld te Sap
penneer. Ieder van deze variëteiten zal
worden gepoot op twee perceeltjes van
1 Are, die niet vlak bij elkaar liggen
en elkander dus kunnen contróleeren,
zoodat het veld in zijn geheel uit 8
perceeltjes van 1 are zal bestaan. Bij
de voortzetting van deze proef in het
volgend jaar zal dan eene keus moeten
worden gedaan uit de verschillende
variëteiten, doch het is in de a. s. na
jaarsvergadering beter dan nu mogelijk,
om hieromtrent een voorstel te doen.
Elk van de drie genoemde proefvelden
is daarenboven dubbel aangelegd, een
van de twee werd niet bemest met
kunstmest en het andere sterk bemest
met kunstmest. Door de overvloedige
voeding op de bemeste velden zuilen
misschien kleine ongelijkmatigheden in
de vruchtbaarheid van den grond minder
invloed hebben op den groei der ver
schillende planten, omdat alle planten
overvloedig worden gevoed. Bij do va
riëteiten-proef zullen misschien bij sterke
bemesting andere uitkomsten worden
verkregen dan bij minder groote vrucht
baarheid van den grond.
Wat de proeven met erwten betreft,
heeft de commissie gemeend, dat ook
hier het beginsel moot voorzitten om
door het uitzoeken van de beste planten
tot het verkrijgen van productief zaad
te komen.
Hier is evenwel het verkrij
gen van planten die onder gelijke
omstandigheden zijn gegroeid, veel onze
kerder omdat de eene plant toevallig
meer door het weer of door insecten kan lij
den dan de andere. Zulk eene proef eischt
dus nog meer zorgvuldige controle dan
die met aardappelen en draagt dus nog
meer het karakter van eene zuiver we
tenschappelijke proef. Daarenboven is
het uitzoeken van de beste planten
misschien veel moeilijker dan bij aard
appelen.
Daarom wordt U voorgesteld, op dit
gebied voorloopig slechts een bescheiden
poging te doen. Door den heer Fijn is
een kweekveldje aangelegd, waarop wij-
ker vale erwten van uitstekende en gelijke
kwaliteit op gelijke afstanden en gelijke
diepte zijn gezaaid en voor zoover dit
mogelijk zal blijken zullen hiervan ten
slotte weder de beste en de slechte planten
worden gesorteerd,daarvan het zaad worden
bewaard om dit het volgend jaar op
eenige veldjes uit te zaaien. In de
najaarsvergadering kan U hieromtrent
dan nog een nader voorstel worden gedaan.
Dit, Mijneheeren, zijn de nadere plan
nen die het bestuur aan Uwe
goedkeuring wenscht te onderwerpen en
mochten zij onverhoopt Uw goedkeuring
niet wegdragen, dan toch hoopt het be
stuur dat de kosten die voorloopig ten
behoeve van deze proeven zijn gemaakt,
uit do middelen der vereeniging zullen
mogen worden bestreden.
Voor de uitvoering van deze proeven
verzoekt het bestuur U een bedrag van
f 200 op de begrooting van dit jaar
beschikbaar te stellen. Het is niet onmo
gelijk, dat deze raming wat hoog is, doch
meii dient wel in aanmerking te nemen,
dat het poten der aardappelen, het
uitstrooien van den mest, het contróleeren
van den groei der planten en ten 6lotte
het eorteeren der planten en poters met
bijzondere zorg moeten geschieden, zoo
dat do kosten allicht hooger worden dan
men zoo oppervlakkig zou meenen. Het
spreekt van zelf, dat de commissie bij
de uitvoering der proef een gepaste zui-
nighoid zal betrachten.
Ten slotte meen ik nog Uwe aandacht
te moeten vestigen op het feit, dat deze
proef over meerdere jaren zal moeten
loopen, om daaruit eindelijk conclusiën
te kunnen trekken die voor de praktijk
eenige waarde bezitten.
De heer Groneman vraagt, of de aard
appelen, waar de heer hobtl van ge
waagt als komende uit Sappemeer,
fabriek—aardappelen zijn of eetaard-
appelen.
De heer Nobel deelt mede, dat die
aardappelen verkregen zijn uit zaad te
bappemeer geteeld en door kruising
en dat zooveel mogelijk reke-
ning is gehouden met de consumptie;
ook natuurlijk met de fabrieken; deze
twee genoemde soorten zijn zeergeschikt
voor de consumptie; ze zijn van een heele
goede kwaliteit.
De heer Baron zegt te Sappemeer
geweest te zijn en het oordeel van den
heer Nobel te kunnen onderschrjjven.
De Eigenheimer is een goede aardappel
voor de consumptie, heeft een zuiveren
smaak en is een melige aardappel; de
Poituna is beter.
De heer Wonder vraagt: waarom in de
proef geen middelbare poters opgenomen,
wat den heer Nobel aanleiding geeft te ver
zekeren, dat met groote aardappelen niet
de allergrootste maar flinke poters
worden bedoeld.
De heer L. Visser vraagt, of het
doorsnijden van poters nadeel kan
opleveren.
De heer Nobel zegt dat wetenschap
pelijke mannen steeds de beste resultaten
met hun proeven hebben gekregen met
flinke poters en zij noemen het afsnijden
van poters niet goed; ook de kleine
poters, die veel gebruikt worden, leveren
volgens hen niet de beste resultaten.
De hr. Visser van Berkhout zag gaarne
dat deze proef werd genomen door de com
missie van toezicht op de rijksproefvel
den. Noorderkwartier kan die proef
beginnen, de Comm. zou ze kunnen
voortzetten en Noorderkwartier haar
geld voor andere proeven gebruiken.
De heer Koolhaas sluit zich daarbij
aan. De proeven op dat gebied acht
Spr. van het grootste gewicht, ja noemt
het belang even groot als een goede
bemesting van het land, en daarom
juicht Spr. het van harte toe, dat Noor
derkwartier daartoe wil medewerken.
Een gedeeltelijke mislukking van den
aardappelen- en groentenbouw schrijft
Spr. in vele gevallen toe aan de slechte
keuze van het zaaizaad, en daarom juicht
Spr. de maatregelen in dezen geest toe
en zou daarom gaarne te rade gaan met
de regeering, opdat een flinke subsidie
zou worden verstrekt en op dit gebied
zou kunnen worden medegewerkt tot
uitbreiding van den Nederlandschen
landbouw.
De heer Baron wil de proef uitbreiden
en evenals prof. Ritzema Bos den kever
in de erwten dooden. Prof. Ritzema Bos
heeft daar een middel voor, dat in geenen
deele de kiemkracht der erwten schaadt.
Spr. zou daarom in dien geest proeven
genomen willen zien met dusdanig be
handelde erwten en gewone. Spr. zegt,
dat de oogst van dusdanig behandelde
erwten 2 a 3 maal zoo groot kan zijn.
Voor de consumptie zijn die erwteu niet
meer geschikt; ook de vogels blijven
er af.
Voorzitter stelt voor, de proef zooals
het bestuur die voorstelt te doen plaats
hebben en aan de comm. van toezicht op
de proefvelden te vragen, of het op haar
weg ligt die proef te vervolgen.
De heer Nobel zegt, dat die commissie
repds beperkte geldmiddelen heeft en
meent, dat het aanbeveling verdient, bij
de regeering aan te kloppen.
Voorzitter meent, dat de aangewezen
weg is, de commissie van toezicht om
subsidie te vragen.
De heer W. C. Visser wil deze zaak
niet op losse schroeven gesteld zien en
daarom afgescheiden van éénige subsidie
uitgemaakt zien, of de proef dan door
Noorderkwartier zal worden voortgezet.
Voorz. meent, dat, mocht er geen sub
sidie komen, er van de uitgetrokken
gelden nog wel zooveel zal overbljjven,
dat de proef zal kunnen worden voort
gezet.
De heer Koolhaas wil gaarne evenals de
heer Baron die proef met de erwten,
maar ook tevens een proef met poot-
aardappelen ondergedompeld in Bor-
deausche pap.
Na nog eenige discussie, of aan de
commissie van toezicht of aan de regee
ring subsidie zal worden gevraagd, wordt
na een opmerking der heeren Nobel en
V. d Zin de besloten, door tusschenkomst
van den heer Nobel aan de regeering
subsidie voor deze proef te vragen.
Door den heer ür. I(. 11 hl. van der
Zande werd nu herinnerd aan hetgeen
door hem was medegedeeld omtrent de
proeven met het aanleggen van melk-
lijsteD, hetgeen hem aanleiding gaf, om aan
te raden nog voor een jaar door te gaan met
de proeven omtrent bevorde
ringvan het aanleggen van
m e 1 k 1 ij 8 t e n"; temeer daar de heeren,
die dit jaar de comm. hadden gevormd,
ook voor eeu volgend jaar zich weder be
reid hadden verklaard, terwijl daardoor op
dezelfde boerderijen weer dezolfde proeven
konden worden voortgezet. Yoor de be
strijding der hieraan verbonden kosten
vroeg het bestuur een subsidie ad f 150.
Met
Drente.
In het Landb.-weekbl. dato 25 Maart
stond, dat de veearts Paul Faïk er op
applaus werd dit verzoek inge
willigd.
Hetzelfde gunstig onthaal vond het
daarop volgend bestuursvoorstel, mede wijst, dat castratie veel geschiedt in de
door Ür. v. d Zande ingeleid, waarbij nabijheid van Parijs, in Zwitserland en
f25. werd gevraagd tot het o n- Zuid-Duitschland, en dat bij gezond vee
erzoeken naar het verband van de operatie het gevaar zeer gering
tusschen het gehalte der
melk en .de daaruit verkre
gen kaasopbrengst Thans nog
bezat men weinig gegevens om de kaas
opbrengst en het kaasgehalte van de
melk uit te maken. Wel had men der
gelijke gegevens bij de boterbereiding.
Spr. gelooft, dat men door aanhoudende
boekhouding en onderzoek der melk en
der kaas tot een gewenscht aantal gege
vens zal kunnen komen.
is. Dergelijke koeien geven 1000 liter
melk meer; worden gemakkeljjk melken
de vet, bezitten best vleesch en de melk
bevat V» °/0 hooger vetgehalte en kaas-
stof.
Prov. Hoffman bespreekt in een tijd
schrift het castreeren als een nuttige
zaak, zegt ook dat de operatie zonder
gevaar kan geschieden en dat de melk
van dergelijke dieren vooral voor jonge
kinderen zeer is aan te bevelen, omdat
Door den heer W. Keestra werd nu dergelijke koeien niet meer tochtig wor
den en de melk van tochtige koeien
somtijds schadelijk is voor kinderen.
In Parijs is een doctor, die zulke
gecastreerde koeien er op na houdt,
waarvan hij melk verkoopt voor kin-
dervoedsel.
Namens het bestuur stelt de heer
Billroth nu voor op de volgende wijze
een proef te nemen
1. twee bulzieke koeien te castreeren;
2. een vergelijkende proef te nemen
met 8 normale dieren, die zooveel mo
gelijk aan elkaar gelijk zijn en ongeveer
dezelfde hoeveelheid melk geven deze
proef te nemen op 4 boerderijen, dus op
elke boerderij 1- koe castreeren en 1
niet, en dan vergelijken hoe deze dieren
zich verhoudenvooral wat betreft de
melkopbrengst en de vetaanzetting, groei
en vetwording.
De eventuëele schade, 't verlies van
een geopereerde) koe, welke door de
proefneming zou kunnen ontstaan, moet
door de vereeniging gedragen worden
en daarom stelt het bestuur voor hier
voor f 300.beschikbaar te stellen.
Vallen er bij de proefneming geen on
gelukken voor, dan zijn de kosten zoo
goed als niets. Tevens geeft Spr. in
betoogd de wenschelijkheid van een
onderzoek naar de uitkom
sten van de fabriekmatige
kaasbereiding, de inrich
ting der gebouwen en de
organisatie der betreffende
vereenigingen in deze pro
vincie.
Spr. wees er op, dat dit voorstel in
de najaarsvergadering reeds was aange
nomen en herinnerde aan het doel
antwoord op de vraag te zoeken of de
kaasbereiding hier op de boerderij moet
blijven, dan wel of ze moet overgebracht
worden naar de fabrieken. Eene be
langrijke vraag, welker beantwoording
grooten invloed moet uitoefenen op de
richtingen, waarin tot bevordering der
zuivelbereiding zal worden gewerkt.
Met de werkzaamheden tot dit onderzoek
was men gevorderd.
De Commissie, hiertoe benoemd, be
stond uit de heerenBr. v. d. Zande
Brander en Keestra.
Door deze commissie was nu een
vragenlijst opgemaakt omtrent de orga
nisatie, het beheer, de melkbehandeling
en de inrichting der fabriek, de techni
sche boekhouding, voorkomende gebre
kon, geldelijke uitkomsten enz. Deze overweging om de voor de vergelijkende
vragenlijst bevatte zoo 25 vragen. Het proef bestemde dieren eerst met tuber-
plan is nu in een circulaire aan de culine in te spuiten anders kon de proef
kaasfabrieken, aan welke deze vragen- mislukken.
lijsten worden toegezonden, het Naar aanleiding van de belangrijke
doel dezer enquête nader uiteen te zet- inleiding van den heer Billroth, deelt nu
ten en tevens de verzekering te geven, de heer G. Wonder mede, te dezer
dat wel de antwoorden en de cijfers quaestie geïnformeerd te hebben bij een
zullen worden gepubliceerd, doch niet
de namen der fabrieken, zoodat geheim
houding
verzekerd is. De commissie
wil ook nog, behalve het inzamelen
dezer gegevens, door het bezoeken der
fabrieken die inrichtingen nader
bestudeeren. Voor drukwerken, porto's
en reiskosten raamt men f 200.
Met applaus wordt ook dit bestuurs
voorstel aangenomen, terwijl de heer
Keestra nog verklaart gebruik te zullen
maken van de wenken, door den heer
7. Koomen Az. gegeven ten opzichte der
staten voor gewicht en gehalte der ge
fabriceerde en verkochte kaas.
Door den heer JM. Billroth werd
hierop ingeleid het bestuursvoorstel tot
het nemen van proeven met
het castreeren van melk
koeien. Naar aanleiding van het te dezer
quaestie op de najaars-verg. gesprokene
en in verband met het besluit op een
bestuurs-verg. was de heer Billroth naar
Berlijn gegaan en had deze zaak daar
nader onderzocht. Prof. Ostertag had hem
daar de operatie voorgedaan daarna
hadden zij er samen eene gedaan. De
duur der operatie was ongeveer vier
minuten. De operatie is niet moeilijk,
paar vrienden te New-York, bij (ïebrs
Sluyter. Deze heeren bezitten daar een
slachterij. Zij deelden mede, dat in
Amerika de melkkoeien zeer veel geoas-
treerd worden. Een zekere Dr. Muss
aldaar houdt omtrent 200 koeien, allen
gecastreerd en van die beesten verkoopt
hij de melk voor kindervoedsel. Deze
doctor castreert de koeien op 4- of 5-
jarigen ouderdom vóór dien tijd houdt
hij de koeien op een andere boerderij
voor de fokkerij. Uit Westelijk-Amerika,
waar geen melkerijen gehouden worden,
worden de vaarzen gecastreerd ter be
vordering van den groei en brengen
zoodanige beesten dan een even hoogen
prijs op als de beste ossen. De gegoeden
in Amerika eten geen koevleesch, altijd
van
zijn
vleesch van jonge ossen tenzij
koeien, die op 2-jarigen leeftijd
gecastreerd.
De heer JL. 1. Groneman vraagt, of
de melk van de zoogenaamde overmel-
kers evenzeer geschikt is voor de boter
en kaasbereiding.
De heer Billroth antwoordt, dat in
Berlijn de melk zoet verkocht wordt,
dus niet gekaasd; maar veronderstelt wel,
dat die melk voor de boter- en kaasbe-
geschikt
maar eischt eenige handigheid, wantreiding niet minder geschikt zal zijn,
geschiedt bij het staande dier en gaat omdat ze als kindervoedsel zoo de
alleen op 't gevoel af, omdat men er voorkeur geniet.
niets van kan zien. De heer Wester waarschuwt tegen te
Heeft men bij 't opereeren geen on- hooge verwachting van de proefneming
gelukken, dan verloopt de operatie zon- en gelooft, dat men het gevaar, dat het
der nadeel voor 't dier, daar ze geen i beest aan de operatie bezwijkt, te ge-
nabehandeling vereischt en de operatie- ring acht. Spr. vermocht evenwel voor zijn
wond van zelve geneest. Doch men kan
ongelukkig zijn, een slagader afsnijden
of de blaas aansnijden in dat geval is op gewezen, dat het verleden jaar afge-
't dier verlorenook 't ontstaan van treden bestuurslid, de heer G. Groot
buikvliesontsteking is niet buitengesloten, 1 verklaard heeft voor de proefneming 6
ofschoon dit nog nooit is voorgekomen, koeien beschikbaar te stellen,
veronderstelling geen bewijs te leveren.
Door den heer G. Wonder wordt
er
Daarna is spr. gegaan naar de
melkinrichting „Victoria" te Berlijn,
Voorz. deelt mede, dat van andere
zijde ook gelijksoortig welwillend aanbod
alwaar hij met veel moeite toegang is gedaan.
verkreeg, met het oog op mond- en Hierop werd het bestuursvoorstel met
klauwzeer. Daar hield men 170 koeien applaus goedgekeurd.
in 2 stallen, beneden en boven elk één; Het nu door den beer H. Vijn He.
de bovenstal was geheel van cement en ingeleide voorstel, f 1000.toe te
ijzer en daar waren de koeien evengoed kennen tot ondersteuning van een vee-
gehuisvest als beneden. In die inrichting inzending naar de in 1900 te Parijs te
beviel het castreeren goed; tegenwoor- houden tentoonstelling, werd goedgekeurd,
dig bracht men het daar niet in praktijk, met dien verstande, dat voor de inzen-
omdat prof. Ostertag niet meer daar het ding, welke volgens het plan der
oppertoezicht heeft en nu mr. sub-commissie zal bestaan uit 3 ploe-
Müller zich eerst daarin moet bekwamen, gen, Friesche, Hollandsche en Gro-
Het castreeren der melkkoeien was ningsche koeien, de exemplaren
daar zeer goed bevallenmen kocht voor het Hollandsche type in Noord-
daar vare koeien en mestte die vet na Holland moeten worden uitgezocht
de operatie, ze waren dan veel rustiger terwijl de Friezen en Groningers hunner
en het vleesch was zachter. De geope- zijds door het verleenen van evenmatige
subsidien ook toonen deze poging ge
lijkelijk te willen steunen.
Elke ploeg zal dan bestaan uit 8 stuks
2 van 1Y2 jaar) 2 van 2 jaar, 2 van
3>/2 jaar
bovendien
reerde melkkoeien gaven 6 maanden
langer melkdoch de duur van dezen
tijd van overmelken hangt natuurlijk
veel af van het individu zelf.
Den volgenden dag hoorde de heer B.,
dat men ook te Potsdam, ineen stal van
Keizerin Fricdrich, het melkvee castreer
de. Bij onderzoek bleek dit toch niet
het geval te zijn. Opmerkelijk vond de
heer B. het, dat op dien stal, waar
140 koeien stonden, daaronder 8
Hollandsche kooien en 6 Frie
sche kalveren zich bevonden, die, os. De heer Enschedédie van een
letwel, in Augustus 1898 daar uit Hol- meerjarig verblijf in Zuid-Afrika was
land waren ingevoerd. Ingesmokkeldteruggekeerd, deelde mede, dat bijv. de
Andere boerderijen waren er daar nietAfrikaanders de beste Hollandsche ossen
't is daar heide- en zandgrond, als in met verbazing zullen zien en tot heden
maar niet kunnen gelooven, dat van de
Hollandsche koeien zulke ossen kunnen
afstammen.
Bij monde van den heer Jb. Zuurbier
werd f 100.— gevraagd voor het voort
zetten van proeven met tuberculine-
inspuitingeu. Met applaus verleend.
De heer tl. I ijn tlz. wees nu op het
gevaar van uitbreiding van mond- en
klauwzeer, tengevolge van het terugzen
den van het vee uit de Belgische
quarantaine-stallen.
Uit mededeelingen van de heeren
breebaart Kt. en Billroth bleek nu,
dat dit verondersteld gevaar zoo goed
als niet bestond, daar door de regeering
alle maatregelen worden genomen, om
besmetting door dat teruggezonden vee
te voorkomen.
De begrooting voor 1899 werd in ont
vang en uitgaaf op f 3469.415 goedge
keurd.
Naar aanleiding van door verschillende
heeren geopperde gebreken, klevende
aan de wijze, waarop dit jaar in Noord-
Holland de provinciale stierenkeuringen
werden gehouden, werd besloten dit
punt aan te houden tot de volgende
vergadering.
Het door den heer Zuurbier geopperd
ongerief omtrent de 3 laatst gehouden
Landbouwtentoonstellingen, waarvan uit
de bekroningslijst bleek, dat beesten,
dia hier den prijs behaalden, elders geen
prijs konden verwerven, en omgekeerd,
werd door de vergad. geacht hier niet
op zijn plaats te zijn.
Bij monde van den heer G. Wonder
werd aan het Bestuur en aan den Voor
zitter, den heer K. breebaart Jzden dank
der vergadering gebracht, voor het be
langrijke van dezen beschrijvingsbrief en
voor de leiding dezer vergadering.
Onder een woord van dank aaa allen
die door hun opkomst hun belangstelling
in Hollands Noorderkwartier hadden
betoond, sloot de Voorz. hierop deze
vergadering, welke werd bijgewoond door
58 leden en 5 gasteD.
8CHAGEN 30 MAAKT 1899. Aangev.:
7 Paarden f 75.— a 200.—
0»S3n a
1 Stier ,110.— a
20 GeldeKoeien (magere) „100.a 165.
20 Vette Koeien ,150 a 260.—
50 Kalfkoeien „110;— a 170.
125 Nuchtere Kalveren 5.a 14.—
150 Overhouders
10 Bokken en Geilen
22 Varkens (magere)
35 Idem(vette) per K.G.
67 Biggen
20 Konijnen
10 Daivsn
60 Kippen
1100 Kilogr. Boter
250 K G Kaas
5000 Kipeieren
25'.'0 Eend-Eieren
16.- a
2.50 a
9.- a
—.33 a
5. - a
—.40 a
-.10 a
—.50 a
-.80 a
.25 a
2 25 a
3 25 a
21.50
3.50
12.—
—.34
9.50
—.80
-.90
35
3.-
en 2 van 41/2 jaar. Terwijl
nog 2 stieren van 1J/2 jaar
en 1 stier van 2 jaar aan de collectie
zullen worden toegevoegd.
Ook zal het bestuur acht slaan op den
wenk, door den heer Enschedé gegeven,
om aan die collectie zoo mogelijk ook j
r.og toe te voegen een flinken, mooien
Da vischrijkdom der
Voordzee. Niettegens aande de Noordzee
•en der drukst bevaren zeeën van de wereld
is, worden er j arlijks nog enorme hoeveel
heden visch g vangen, die aan duizenden
le.r inwoners van de omligg-nde Lnden
levensonderhoud verschaffen. De waarde
van de vangst io een jaar variëert van 90
tot 108 miliioet). Het grootste aan
deel in de vangst beeft Groot-Bri-
tannië. Engeland vangt gemiddeld voor
51 en Sehotland voor 17 tnillioen gulden
aan visch per jaar. In de derde piaals
komt Nederlaud met een waarde van 11
millioen en dan Frankrijk en Duitschland,
respectievelijk met 71/9 en 6 millioen gul
den per jaar. Veilig kau men het gewicht
van de geheele vangst op 171S millioen
centenaars schatten
Het is thans zeker, dat
de Belgische minister De Bruyo binnen
kort aan de Kamer een wetsvoorstel zil
aanbieden, waarbij bepaald wordt, dat alle
vreemd vet vee vooitaan aan de grenzen
zal geslacht worden.
Dat daardoor een groots verandering zal
ontstaan in deu veehandel, behoeft niet te
worden gezegd.
Meegaande. Zeg, is't
waar, dat jij je dochter geweigerd hebt
aan den jongen X 't Ia toch zoo'o ge
schikt kereltje.
Heel geschikt. Weet je wat hij
zei, toen ik hem vertelde, dat mijn dochter
g-en cent kreeg vóór mijn dood? - O,
meneer, zei de aap, ik heb nog wel een
paar jaartjes geduld.
Een neef nit de provincie
bezoekt een familie in de stad en wordt
te eten genoodigd, nart de bijvoeging: Doe
precies, alsof je thuis waart.
De neet laat zich »-chter de gerechten
zoo geducht smaken, dat de kleine Karei,
vreezend dat zijn portie er bij zal inschie
ten, hem eiod-lijk schuchter to;voegt:
Ziudt n nou nirt eens doen, nerf, alsof
u bij oos waart
Een goede partijl
A. Hrrft die bekoorlijke weduwe ook
brgiitingei,
B. J zek-', en nogal van aanbelang.
A. R>rrptid of onroerend?
B. Roerend scht kinderen