Donderdag 25 MEI 1899. 43ste Jaargang No. 3418. Gemeente Sc hagen. Bekendmakingen. Ontmoet ra verloijaip te tante. FEUILLETON. Verlossing. KENÏÏISGEVING. iïinaeniandsch Nieuws. Bureau: SCHAGKI, Laan, f> 4. UitgeverP. TRAPMAN. Medewerker.1. W1 !VT k E L. NATIONALE MILITIE. Castricum Jaeobus Johannes, behoorende bij het 4e reg. Vesting Art. (Garnizoen Den Helder) tegen 20 Juni a. s. Anna Paulowna, 22 Mei 1899 WORDT VERVOLGD. ilieieei Bitrn-, MUNT. MurieiilE- Lil en Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden A.DVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADYERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Burgemeester en Wethouders van SCHAGEN, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat bet onderzoek van de in die gemeente verblijfboudende verlofgangers der Militie te land, voor zooverre zij vóór den Eersten April j.1 in het genot van onbepaald verlof waren gesteld, zal plaats hebben te Behagen, op V r ij d a g den 9 Juni, en dat mitsdien op evengenoemd tijdstip zich voor dat om derzoek aan het Raadhuis aldaar moeten bevinden de onderstaande personen Lich- Namen en TIJiQ. VOOKNAMEN. KORPS. 1898. Baars Johan korps pantserfort art. Kruit Arend 4e Reg. Vest. art. 1894. Molenaar Jacob id. Graaf de Arie le Reg. Infanterie. 1895. Spaans Willem korps pantserfort art. Jongh de Anthonie 4e Reg. Vest. art. Visser Hark 2e Reg. Veld. art. Dekker Pieter 4e Reg. Vest. art. Kassen Hendrik id. Wit de Gerrit Reg. Gren. en Jagers. 1895. Ossen Cornelis Reg. Gren. en Jagers. Graaf de Cornelis korps pantserfort art. 1896. Weeland Maarten le Reg. Infanterie. Ploor Reijer 4e Reg. Vest. art. Melker Cornelis Jaoobus id. Bakker Pieter le Reg. Infanterie. Delver Arnoldus 4e Reg, Vest. art. 1897. Smit Cornelis id. Keet Theodorus Andreas Joseph id. Houtkooper Martinus korps torpedisten. Broekhuizen Pieter 4e lieg. Vest art. Vries de Abram id, Graaf de Pieter id. 3 898. Dekker Jaeobus id. Zoomede de verlofgangers in de termen voor het onderzoek vallende, welke zich vóór den datum der inspectie alsnog van elders in de gemeente komen vestigen. Belanghebbenden worden verder herinnerd, dat zij moeten verschijnen iu uniform gekleed en voorzien van de kleedingen uitrusting stukken hun bij hun vertrek met verlof medegegeven, alsmede van hunne zakboekjes; dat zij, in uniform zijnde, onderworpen zijn aan het reglement van krijgstucht, en zich bij verzuim, nalatigheid of wangedrag blootstellen aan arreststraffen van twee tot zes dagen, alsmede aan oproeping tot werkclijken dienst voor den tijd van drie tot zes maanden. Schagen, den 19den Mei 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. 5. Zonder iels le «eggen volgdo mevrouw Garnier baar man naar bat eabinet, waaruit hen een gloed van liobt tegenstraalde. In de zilveren onderwetsebe eandelabers brandden da kaar sen en de uurwerken lieten bun veelstemmig getik booren. Met het voorkomen als van een over winnaar zag de geheimraad vrouw en kin deren aan. „Hoort gehoort ge F* vroeg bjj op pleehtigen toon. En toen mevrouw Garnier in een opko mende gedaebte angstig en ontzet tot hem opzag, beantwoordde hij kalm haar blik, en zich op zgn teenen opheffend riep hij„Uit alle uurwerken hoor ik luide en zachte stemmen, die roepen; treed nader, treed nader Na deze woorden ontstond er een ontzet- tende pauze, die moeder en kinderen als een eeuwigheid voorkwam. En plo seling maakte de geheimraad een diepe buiging en fluisterde op sidderenden toon „Staat uwe majesteit mij toe, dat ia uwe keiierlijke hoogheid mjjne vtonw en mijne kinderen voorstel?* En dicht op «fin vrouw toetredende, fluis terde hg haar toe: „Het is keizer Napoleon, zet Je oogen goed open, zoo wi;d als ga kunt, er komen nog anderen, sij komen in een lange rjj achter elkaar aaD, uit dien hoek F* En telken» dieper en dieper boog hg zich, terwijl hij grinnikte van pleizier. „De iilosoof mijnheer Platomijn vrouw, idaar professor Soerates, die mij voor een uur meegedeeld heeft* hij knikte de ver meende versohijning vruindeljjk toe „dat hij ter wille van het algemeen nogmaals den gift beker zal ledigdrioken-* Mevronw Garniers oogen weiden zoo groot mogelijk en zg brak in een hartverscheu rend snikken nlt; de kinderen naderden en drongen zich diebt tegen hunna moeder aan. ,0 jij walt ze zoo verschrikken,* zeide hij, terwijl zgn gelaat er vrooiyk uit zag en hg zijn vrouw teeder de wangen streelde- Z{j wilde hem uit het eabiuet dringen, hg echter geraakte in een nieuwe «XtM9. De Burgemeester van Schagen, daar toe de noodige aanschrijving ontvangen hebbende, brengt ter algemeene kennis, dat tot den werkelijken dienst wordt opgeroepen onderstaande verlofganger der lichting 1897, te weten Welke verlofganger op genoemden datum bij zijn korps present zal moeten zijn voor des namiddags 4 ure. Schagen, 19 Mei 1899. De Burgemeester voornoemd, S. BERMAN. De Burgemeester van Schagen brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de Heer Landmeter van het Kadaster zich tot hot opnemen van kadastrale veran deringen in deze gemeente zal vervoe gen, op Maandag 29 Mei a s. Schagen 23 Mei 1899. De Burgemeester voornoemd, S. BERMAN. Overeenkomstig het besluit, genomen op de jongste vergadering der vereeniging nHelpt Elkai»*, om werkgevers uii te noodigen tot een bijeenkomst op 20 Mei in het lokaal vso den heer G. Volder, wa ren aan 64 personen uitnoodigingen gezon den. 5 (zegge v ij f) hadden a-n de oproe ping gevolg gegeven en io het geheel waren, met inbegrip van het bestuur, 14 personen op de vergadering aanwezig. Ondanks dit kleine aantal werd beslo ten, de zaak, waarvoor men te zanoen w.is, te behandelen, en de voorzitter, de heer Visser, gaf daartoe het woord aan den heer Oostra, srts alhier, die het punt van be spreking inleidde. Terecht, merkt de heer O. op, kunnen kleine oorzaken groote gevolgen hebben, en zoo kan ook een goede zaak, door wei nigen begonnen, velen tot zegen zijn. „Ah ah Stepban, mijn jongen, wat zegt gij erven; hier s'aat in levenden lijve voor je Aristophanez, de vervaardiger van het blijspel „De kikvorsehen*, een hoogst sarcastische kop mijnheer Arisfophaues, het is mij een onnoemelijke eer, eon eer voor mijn buis, mijne kinderen en kindskin deren en ah, daar hebt ge Cicero ook; dat is er een, zooals er geen tweede be staat.* Hij brak midden in zgn rede roering af— de uurwerken sloegen plotselingen de ge heimraad laisterde angstig. „Ziet ge, nu zijn zij allea wegweg weg, kom gauw mee naar beneden.* Zij volgden hem barend; hnnue gezichten waren wit als linnen. Ooderweg vertelde bij hen op een zalvenden toon, dat in den afgeloopen nacht nog andere hooge gasten bij hem waren geweest. „Zij verdrongen elkaar om bg mij te zijn. Zij wilden mg mijn geheim ontlokken, de bandieten* hij lachte „maar dtar komt nia's van in. Haha haha, dat hebban ze niet klaar gespeeld.* Eu na een kleine pauze: „Weet ge, wie zich nog bg mij heeft laten aanmelden Christus soo waar als er eau God leeft, 't was Christus—en weet ge door wien Door zjjn apostel Paulas. Paulus heeft mg gevraagd, of ik arme aardworm onsen Heer ontvangen wilde. Dat mij zolk een eer ten deel zou vallen wie had dat ooit gedacht wie had dat ooit gedaoh',* herhaalde hij nog esns- Hij lachte golukkig en liefkoosde de hand zijner vrouw. „Ik ben niet trotsoh,* vosgde hij er aan toe, „dat weet God; ik buig mg, hoort ge. ik buig mij, ik bljjf nederig, ik weet wat ik Hem daarboven seholdig ben.* Eu de geheimraad zoek op zijn knieëa en bad met verheffing van stem hel Oase Vader. Aan het slot mompelde hij maar steeds „ik buig mij en wie zioh niet buigt, die wordt gebogen.* Toeo mevrouw Gemier uit hare verdoo- ving ontwaakte en in staat was weder bare gedaohten te regelen, trok zij aan het sohel- lekoord in den boek. „Breng dsdelijk de kinderen weg,* fluis terde ze Christine in het oor, ,en blijf bij hen; Marie moet dadelijk naar dokter Hin- riohsea, hij moet oogenblikkoljjk roet haar meekomen, mijnheer is swaar ziek. Maar maak om Godswil voort, hoort gel* De oude dienstbode an'woordde niets, zg nam de kinderen aan de hand en ging met aware schreden de kamer uit. Mevrouw Garnier bracht een kwartier door Spreker herinnert aan het verslag der vorige vergadering, waar vermeld was, dat slechts een gering aantal van de eerst aangemelden werkelijk als leden der ver- eeuiging toetraden. Hij gaal de oorzaken na waaraan dit is toe te schrijven en wijt dit ten eerste aan de onbekendheid met het groot» belang der zaak, ten tweede aan zekere schroomvalligheid voor de keu ring en ook aan den afstand waarop velen van de Kleine Sluis woneD. Wat dit laitste betreft, wil spreker dit Kzwaar gaarne ondervangen en desnoods belangheb benden aan hun eigen huis keuren. Daarna herhaalt de heer O. nogmaals het in de vorige verg. gezegde, n.1. de zedelijke plicht, die op den werkgever rust, om den werkman in geval van ziekte zooveel mogelijk financieel te steunen, aan den anderen kant de nood, die in het gezin van den atbeider heerscht, wanneer de broodwinner onmachtig is iets te verdienen en hrt minder aangename, om liefdegilten aan te nemen, waartoe hij toch wel genoodzaakt is. Aan beide bezwaren kan nu worden tegemoet gakomen, wanoeer patroon en arbeider goedwillend en eens- willend zijn. Overtuigd als vele werkgevers zijn, dat het den werklieden zwaar valt, ook wedar voor een vereenigirg tot ondersteuning brj ziekte hon penniüg te offeren, zijn zij bereid, het hunne ook daanoe bij te dragen. Vele vaste werklieden zijn er in deze gemeeeta en zeer weiaigen zijn leden der vereeniging, en wasr nn onderscheiden boeren den heer O. hun sjenpathie hebben betuigd rntt het doel der vereeaiging, achtte hij het van groot belang, dat de werkgevers eens te zanaen kwamen, om te beraadslagen over de wijze, waarop zij dat goede doel zouden helpen verwezenlijken. Hij vindt het heel jammer, dat de opkomst zoo gering is, ma>r toch verneemt bij gaarne het g;voelen der aanwezigen omtrent het gezegde. De heer G. H. Ge-rligs zegt, dat hij reeds toezegging geda&n had van bijdragen voor 2 raste werklieden, maar eer hij zich tot meerderen verbond, wenschte hij het resultaat der onderlinge bespreking af te wachten. De heer Jb. Waiboer wenscht met zijn dat zij haar groscho leven nie' verga'. Haar man werd, toen hij zijn kalmte her kreeg, plotseling teeder. Deze stille, eenvoudige man, dia gedurende rijn geheele leven een bjjut schuwe terug houdendheid in echt had genomen, begon haar riu van zijn hartstocht en liefde te spreken. Zij drukte de lippen op elkander en hoorde hem zwijgend aan, en toen hij haar op den volgenden Zondag een feest voorsloeg, waarop de groote dooden, die tol een nieuw leven ontwaakt waren, ook genoodigd zouden worden, toen knikte zo hem beteekenisvol toe, terwijl ze angstig laisterde of de dokter ook kwam, om baar uit haar benarden toestand te verlossen Na een poos die baar een eeuwigheid scheen, klonk de baisschel en dokter Hinriehsen verscheen. Yoor hij nog een vraag had kunuen doen, sneed ze hem het woord af. Terwijl zij hare ontroering met alle ge weld bedwong, ging zg op hem toe. Zij zag hem beteekenisvol aan en zeide „Dat is lief van u, dat ge u hier weer eens zien laat. Waart ge een half aartje vroeger gekomen, dan zoudt ge boog» gasten bij ons hebben aangetroffen. Nam Ijjk iu da uurwerkkamer van miju m-n is bet levend geworden, de groote dooden uit alle tjjdea zijn opgestaan en hebben mjjn man een betoek gebracht, hst was „Stil 1* deed de geheimraad zioh booran, „je moet daarover niet zoo pralen." Maar on middellijk daarop vertelde hij den dokter met gewichtig gelaat zijne ontmoetingen De dokter hoorde hem opmerkzaam aan, daarna wendde hij zioh tot mevrouw Gar nier. „Ciristine zeide me, dat Vera niet erg wel was. Zoudt ge me nu eorsi even bij de kleine willen brengen en gij, waard» ga lt simraad, waebt tekar nog wel even op me, daar ik u gaarne nog eens zou spreken over uwe geheimzinnige ontmoitingen; zoo ziet men maar, dat er tooh nog wonderen gebearen." Toea hij echter met mevrouw Garnier in den gang stond, zag hij haar met diep ms- deltiden aan. „Waas moedig, mijne lieve on geëerde mevroaw, ow m»n moet dadelijk wegge- brsehï worden, wanneer we eon groot on gein* willen verengden hg is Maar waarom zal ik u het harte nog vwaarder maken, dan hef al re;ds is? p>k de noodige kloedingstukken enz. bi) elkaar ik zal hem zelf wegbrengen.* Ze zag hem ameekend aan. „Om Godswil, doktor, aeg me de volla eigeu werklieden de zaak te overleggen. Ook de heeren J. ter Burg en T. Schui temaker geven hunne gedachten over een en ander te kennen 't is echter bezwaar lijk, thans reeds afdoende maatregelen te treffen. De heer Van den Berg acht het dan ook al een bevredigend resultaat, wanneer de hier aanwezige werkgevers zich in beginsel voor de zaak verklarendit goed voorbeeld zal zeker navolging vinden en later kan dan een dtfiiitieve legeling plaats vinden. Het blijkt, dat allen hiertoe gezind zijn; de heer Geerligs wil voor 5 vaste werk lieden de halve contributie betalen, ook de heeren S. Raven, Jb. Waiboer, T. Schui temaker en C. Smit (boomkweeker) beloven hnnnen steun. De heer Oostra dankt de hseren voor hun medewerking en noemt ook nog anderen die hun werklieden aldus willen helpen. De heer Smit geeft nog eenige goede wenken voor de latere uitvoering. De heer Van Wijk springt op de bres voor ziekelijke personen, die geen lid der ver eeniging kunnen worden; hij wenschte we], dat er tevens een reserve-kas voor dergelijken gevormd werd, om ze in geval van nood te steunen. Over dit denkbeeld wordt nog eeDigen tijd van gedachten gewisseld, en het bestuur zal gsarne in overweging Demen, in hoeverrr zulks in den eersten tijd voor verwezenlijking vat baar is. Niemand meer het woord verlangende, dankt de heer Visser de aanwezigen voor hunne belangstelliug en sluit de verga dering. De Vereeniging „Het Ne- derlandsohe Rundvee-Stamboek" zal hare Algemeene Vergadering hou den op Woensdag 7 Juni 1899, des voor middags ten 10 ure, iu het „Zuid-Hol- landsch Koffiehuis" te BREDA. Punten tsr behandtliog zijn o. m. Rekening en verantwoording over 1898, sluitend in ontvangst op f 7311.98, in uit gaaf op f 5462.665, das met een bvtig saldo van 1849.31*. Bespreking van het phn eeuer inzen ding rundvee naar de Tentoonstelling te Parijs in 1900. waarhaid, giet mij bet leed niet druppels gewijze in bet hart." Hg baalds de sebouders ep en rag haar ernstig in het gel sa'. „Ik self ben gean zielkundige, mijn waar de mevroaw, en daarom ook niet in staat, et n afsluitend en beslissend oordeel te vel len; daarbij komt, dat ik nw man Dog niet heb ondarsoebt, maar wannaer ik op- reehi zijn moet, schijnt mij het gt- vai verbazend ernstig te zijn. Maar zooals gezegd, mijn meening rast op geen zekerheid en ik weosoh niets levendiger, dan dat mijn vrees als niet gegrond zal uit komen iu ieder geval moet uw man naar een krankzinnigengesticht gebracht worden." „Naar een krankrinnigenges'.iebt P* vroeg ze ontzet. Hg knikte. „Overigens," voegde bij et troostend aan toe, „is het niet ui'gesloten, dat de toestand zeer spoedig verandert eu dat wjj het sleohts al* een hoogeu graad van overspanuing hebben te beschouwen weet ge ook te zrggen, of er in de familie van uw man krankzinnigen rijn geweest F" Zg zag hem een oogenblik vol ontsetting aan, terwijl zij, sis dreigde haar hoofd te bersten, de handen omhoog bracht. „Wanneer ik mij niet vergis," antwoordde zg langzaam, „is zijne moeder en een oom van mo.sde.-s zijd» Midden in den zin hield zg op, en door een krampachtig snikken aangegrepen, viel ze machteloos in een stoel. De arts trad dicht ep haar toe. „Dank aan uw kinderen," zeid» hij isoht. „En kom nu mede, wij hebben den ongeluk kige reeds te lang alleen gelaten." Zg steunde zwaar op hem. Haar ge laat wis soo verwrongen, dat de arts diep medelgdeu met haar had. Een half aar later reed hg in een geslo ten rgtuig met dan geheimraad wsg. Onder het voorwendsel van eea rijtoer was het hem galak', den ongelukkige het huis uit ie krggen. VI In dien tijd van lgden en tegenspoed kreeg mevrouw Garnier een hulp, waarop gy in 't geheel niet bad gerak.'nd. Nadat haar min «Is ongeneeslijk was verklaard en hair inkomsten zich tol een klein pensioen hadden ingekrompen, bad de zwaarbeproefde vrouw zich naar het kantoor van de firma Alt en Co. begeven, om met d-sn chef van bet huis de ssken eens te bespreken en ham de terugbetaling vin bet vermogen te vrag u. De consul had haar zwijgend aangehoord. Het plan is als volgt De inzending staat voor ieder open, mits de in te zenden dieren vanwege de Commissie worden goedgekeurd ter inzen ding en behooren tot een der vier veesla gen van Nedeiland Hollandsch, Qro- ningsch, Friesch of IJssel-veeslag. Aangifte geschiedt bij de bijzondere Commissie of bij den door deze aan t» wijzen persoon of corporatie. Het aantal der in te zee den dieren wordt op 36 of 48 gesteld. Gaan de aanbiedingen het gevraagd aan tal te boven, dan hebben de best gekenr- den den voorrang. Aan de boven aangegeven inzending zal, voor zoover de middelen toereikend zijn, vrije overtocht heen en weer worden gege ven. Bovendien zal vanwege de Commissie worden zorg gedragen voor de vertegen woordiging van de inzenders, voor oppas sing en voeding van het vee, voor deco ratie van de stallen, assurantie tegen brandgevaar en totaal verlies. De prijzen door da in te zenden dieren behaald, blij ven aan de eigenareu-inzendefs. Als bijdraga in de kosten voor het boven ontwikkelde, stelt het Hoofdbestuur der Vereeniging „Het Nederlandsch Ruud- vee-Siamboek" f 2000.beschikbaar, te vinden uit de subsidie» over 1899 en 1900 voor deu post bekendmaking van het Nedeilandsche Rundree en de Vereen. Het Hoofdbestuur stelt voor een cre- diet van ten hoogste f 1000.—- te verlee- nen, voor eene inzending vee naar do Tentoonstelling te Riga. B-grooting voor 1899, sluitende in ont vang en uitgaaf op f 7551.81*. Na i-floop der Vergadering wordt den leden door do Afdecling Noord—Brabant een dejeuner aangeboden, gevolgd door een rijtoer over Prinseahaga naar het Liesbosch en terug door het Mastbosch over Ginneken. De Afdeeling „Noord—Holland* van het Stambozk zal hare Zes—en-twiotigste Algemeene Vergadering houden op Maan dag, den 29 Mei 1899, 's namiddags half één uur (Amst. tijd), in een der lokalen van het Hotel „Kr^sn&polsky", te AM- Toea echter sga bezoekster hem vroeg, of bij he* niet voor bet best hield, bsron Bittinghoff te schrijven en hem om zijn hnlp te verzoeken, toen vertelde hg baar hot heele ongeluk en wist zg oog?nblikkelijk een verklaring voor de verandering die er in de nainur van haar man had plaats gegrepen. Een bi'ter gsvoel steeg in haar binnenste op en dat bet eersebte haar geheel. Mat een uitdrukking van grooten toorn op haar gelaat zocht ze lang naar woorden. „U dus," zeide zg eindelijk, „danken wij ons geheele ongeluk ja u alleen*, giog zjj voort, „die lichtvaardig een gznscbe familie in nw val hebt meegesleurd.* Hij werd bleek bg deze aanklacht, en, ofschoon mevroaw Garnier in baar hart ge voelde, dat zij hartstoehtelyker geworden was dan haar plan was, wat tegen haar gewone manier van doen indruizchte, tooh vermocht zij hoer opztggende gevoelens niet te onderdrukken. Met van haat gloeiende oogen zag ztj den koopman aan. Een ellendige toekomst steeg voor haar geestesoog op Zij zag zich en hare kinderen in leed en zorgsn, zjj zag hoe haar geliefde jong-n zijn roeping niet kon volgsa en een ander vak motst lecren, waartos de nood ham had gedwongen. En zg zag reedt, boe Yera van wiokel tot win kel giog om haar sehildergtjss en porselein te koop aan te bisden, en hoe da kinderen 'a avonds moe en afgamat thuis kwamen en hun jeugd vreugdeloos doorworstelden. Dst hetgeen rij rag als het kwam, nog eenige jaren op zioh zou laten waebien, oierwnog zij iu dit oogenblik Diet. Haar en harer kinderan gansohe ieven scheen haar door de sohuld van dezen man vernietigd. „Mgn vader is er ook aan ten gronde gegaan,* antwoordde de consul zacht. „Gg dwaalt, raarroaw, waaneer ge dackt, dat oneerlykbeid of lichtzinnigheid my eu den doode ïoa b bben doen hzndeies. Ik ben mg van mijn zware verantwoording naar al te goed bawast. Ik zelt ben eon schipbreuk nabg en kamp met des moad der vertwij feling tegen mgn noodlot. Wendt alles zich ten goede, nooit zal ik dan verge en, wien ik dat in de eerste plaats verschuldigd bon .Ik weet dat u mot dergelijke toikomstmutiek weinig gediend is, maar wst mag ik n heden anders zeggen, zonder mg aan een onwaarheid schuldig le atkeu F* Nog dieper gebogen dan als zij gekomen was, verliet mevrouw Girnier het kantoor en in eeo toestand van volslagen trooste loosheid bereikte zg haar huia.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 1