AllStöllll Mtiji Zondag 6 Augustus 1399. 43ste Jaargang No. 3439. De Ongevallenwet. PelM mn\É\ te aureau: SdMAOlil, Laan, I) 4. UitgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. WIKKE L. Dit nummer beslaat uit twee bladen. EERSTE BLAD. GemeenteSchagen, Beken dmakinge». 11. Buitenlandsch Nieuws. üi Binnenlandse!» Nieuws. en Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden A.DVERTENTIKN in het eerstuitkomend nummer geplaatst INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.6Ö, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 6 ct_ Groot,e letters worden naar plaatsruimte berekend. TomTTE? Bij den Burgemeester dezer gemeente zijn inlichtingen te bekomen omtrent een in het badhuisje aan de Schagerwiel gevonden JN iUlcelen lior-loge met ketting. Vastbonden van Eenden. Burgemeester en Wethouders van Schagen Gezien art. 45 van de Politieverordening dier gemeente Brengen bij deze ter algemeene ken nis, dat vanat heden tot en met één October a.s. de eenden binnen die ge meente opgesloten of gehokt moeten worden. Nalatigheid is bij de politieverordening strafbaar gesteld met eeno bot te van ten hoogste f 25.of hechtenis van ten hoogste zes dagen. Schagen, 1 Aug. 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Openbare Vergadering van den RAAD der gemeente Schagen, op Dinsdag 8 Augustus '99, des avonds ten 5Vj ure- Punten van behandeling 1. Onderzoek geloofsbrieven. 2. Ingekomen stukken. 8. Adressen Hoogland. 4. Adres Kanaalvereeniging. 5. Aanschaffing sproeimachine. 6. Aanbieding gemeenterekening. 7. Benoeming commissie van onderzoek der rekening. 8. Benoeming lid Schoolcommissie, 9. Gratificatiën Rijksveldwachters 10. Af- en overschrijving dienst 1898. Wijziging politieverordening. Schagen, 4 Augustus 1898. De Burgemeester, S. BERMAN. II. HET „GROOTE AMENDEMENT". Door tal van Kamerleden, onder wie de heeren Drucker, Pijnappel, Pyttersen, Heldt, Van Kol en anderen, zijn, óf met anderen, of afzonderlijk, amende menten op het wetsvoorstel ingediend. Deze hebben echter alle tot strekking om verbeteringen in de verschillende artikelen aan te brengen, maar laten het stelsel van de regeering, de Rijke verzekerings bank, onaangetast. Men meende dan ook Vrjjdag 16 Juni j.1. tot de behandeling van de wet te kunnen overgaan, toen de profetie van dr. Kuyper, dat men zoover niet zou komen, werd bewaarheid, daar hij den vorigen dag zijn .groot" amendement had ingediend, dat tot het voorstel aanleidiög gaf om al de amen dementen nog eens naar de aldeelingep te verzenden. De heer Veegens meende, dat deze handelwijze met het reglement in strijd was, maar de meerderheid van de Kamer was niet van dat oordeel en bovendien, waarvoor dienen reglementen, als men ze zoo nu en dan niet op spitsvondige wijze kan in den wind slaan Van verscheidene, ook van kerkelijke zjjde, wordt.o er op gewezen dat het dr. Kuyper meeloopt. Eerst bedrijfsverenigingen kleiner de onhandigheden van onzen gezant te St. Peters- - J burg, daarna de onhandigheden der Haags'che politie met de Armeniërs, alles diende om zijn naam meer en meer bekend te makenzelfs werd hij in een buitenlandse!» blad ,de Gladstone van Nederland" genoemd In ons artikel .Harer Majesteit meest loyale Oppositie" wezen wij er op, dat het dr. Kuyper zoozeer niet meeliep, dan wel dat hij, bovendien niet wars van de meest mogelijke reclame, op een behen dige manier gebruik wist te maken van de omstan digheden. Vóór 1 April 11. waren er 37 verzoekschriften betreffende de Ongevallenwet ingekomen. De regeeriug diende daaromtrent haar nota van inlichtingen in, waarin zij haar stelsel bleef handhaven de commissie van rapporteurs, waarvan dr. Kuyper voorzitter is, bracht daarover den 8steu Juui wederom haar verslag uit j daarna dienden nog een vijftiental industriëlen een adres in, waarin werd aangedrongen op het geven van bevoegheid tot eigen-verzekering onder het stellen van de noodige waarborgen en bet bijdragen in de algemeene kosteu van beheer der Rijksverzekeringsbank en daar komt de proleet, die, zooals Het Vaderland terecht opmerkte, geen proleet was die brood at, maar die amendementen maakte geknipt voor afdeeiingsonderzoek, waarvoor by volgens den heer Lieftinck gemakkelijk profeteeren had, op het laatste oogeublik volkomen in zijn eentje met het „groote amendement" voor den dag. Die grootheid voert er vanzelf toe, dat wij het beslaat, behalve de toelichting, twaalf kolommen der Bijlagen ons in de ruededeeling van den inhoud jicer moeten bepeikeu Dr. Kuyper stelt dan voor, achter art. 1 in te voegen een nieuw artikel '2 van deu volgenden inhoud: „In hetgeen vereischt wordt ter uitvoering van bet bepaalde in art. 1 wordt voorzien door een Ryk-ïiüsteiling. Zij draagt deu naam vau Rnksver- zekeriugsbauk. „Het recht om, onder verband met deze Ryksin- stelling, hierin ten deele zelve te voorzien, kan door ons worden toegekend aan workgevers, die uitsluitend voor dit doel eene vereeniging oprichten. Deze vereenigingen dragen den naam van Bedrijfs verenigingen." Verder wordt voorgesteld deze Rijksverzekerings bank te 's-Graveubage te vestigen en achter aitikel 65 een nieuw Hoofdstuk X, bestaande uit 35 artikelen, te voegeu.dat zal bandelen over „Bedrijfsverenigingen." Wie kunnen nu bedrijfsverenigingen oprichten? Dit kunnen doen werkgevers, die een bedrijf, in de wet genoemd, uiloelenen, maar alleen zij die zich bij groepen van ten minste vijf in aantal daartoe ver— eenigen en gemiddeld in het kalenderjaar elk ten minste vijftig en samen tenminste vijfduizend vaste werklieden in hun verzekeriugsplichtige bedrijven in dienst hebben. Dit leert ons artikel 66 van bet nieuwe hoofdstuk X. De volgende artikelen geven aan, op welk eene wyze een bedt ïjfsvereeniging moet optreden om door de Regeering erkend te worden, wat haar statuten moeten inbonden, hoe haar bestuur wordt gévormd, welke verplichtingen dit heeft, boe baar verhouding is tegenover de Rijksverzekeringsbank, alle voor schriften bevattende, uit den aard der zaak gevorderd door het oprichten der Bedrijfsvereenigingen met behoud van die Rijksverzekeringsbank. Het e'én vloeit voort uit bet ander. Dr. Kuyper heeft echter meer pezen op zijn boog, dan alleen het in 't gevlei komen van de groot industrie. Hij tracht ook de werklieden voor zijn zaak te winnen, lo. door het instellen van een vertegenwoordiging uit de werklieden, die len naam zal dragen van Commissie uit de werklieden, met werklieden-correspondenten in elk der aangesloten ondernemingen, 2o door den werklieden proportio neel zitting te geven in een Commissie van arbitrage, waaraan geschillen tussehen bet bestuur der Bedrijfsvereenigiug en de bij de Vereeniging verze kerde werklieden ten aanzien van de uilvoering, toepassing en uitlegging van deze wet en van dé statuten, voor zoover deze bepalingen de werklieden betreffen en de beslissing niet krachtens deze wet is voorbehouden, onderworpen zullen zijn, 3o. door de werklieden mede te doen oordeelen over de te nemen veiligheidsmaatregelen. In zijn toelichting zegt dr. Kuyper, dat het doel van zijn voorstel is, eenerzyds tegemoet te komen aan de bedenkingen, in de afdeelingen tegen het „bureaucratisch en centralistisch karakter" van het Regeeringsontwerp geopperd, en „anderzijds voor een deel de bezwaren te ondervangen, die uit den boezem der Nijverheid tegen het ontwerp zijn ingebracht." Dit laatste schijnt hem dan ook bij sommige nijveren gelukt te zijn, want verschalende groot- induslriëelen hebben hem reeds bun bewondering, dank en hulde betuigd, voor de wyze waarop hij alleen in het belang der groot-industriéelen is opgetreden. Ware dr. Kuyper niet reeds een groot man, bij zou het nu tenminste geworden zijn. Natuurlijk heeft het „groote amendement", toen het in de afdeelingen werd behandeld, aanleiding gegeven tot uitvoerige beschouwingen, waaruit bleek dat het aldaar niet die onverdeelde instemming kon genieten, welke het bij de groot—industrie had ondervonden. In het bijzonder werd er op gewezen en dat wel door „vele leden" dat de voorgestelde regeling „indien bruikbaar," alleen ten goede zou komen aan de groote industriëelen. De van de zijde der industrie ingekomen adressen gaven toch den indruk, alsof de wetgever alleen zou hebben te zorgen voor de be langen der groot—industrie, het amendement gaf den zelfden indruk. Juist van dezen voorsteller hadden sommigen een voorstel vaD deze strekking verwacht. Zoo zou van vormingen van bedrijfsvereenigingen geen sprake kunnen zijn voor het bouwbedrijf, de drukkerijen, de kleedingsnijverheid en de chemische industrieëu. Hierbij kwam en op deze opmerking wijzen wij in het bijzonder dat de vorming van bedrijfs vereenigingen door de groote ondernemers voor de overige werkgevers n a d e e 1 i g zou zijn. Va* het amendement zouden gebruik kunnen ma ken groole ondernemingen, die in een bepaalde streek geconcentreerd waren, ot waarop gemakkelijk toezicht was te houden. Bij de Rijksverzekeringsbank zouden daarentegen verzekerd zijn alle kleinere over het land verspreide ondernemingenen ten aanzien van velen daarvan zou het toezicht op de naleving der wet moeilijk en daarom kostbaar wezen. Vorming van bedrijfsvereenigingen door groote ondernemingen zou dus den druk der administratiekosten van de Rijks bank, die ook op die vereenigingen toezicht zou hebben te houden, belangrijk doen stijgen. Bovendien zou verzekering bij de Rijksbank voor de kleinere werkgevers nog om een andere reden n a- deeliger worden, namelijk, omdat de omvaüg der verzekeringen bij die bank door vorming van n kleiner zou worden. Ook werd er op gewezen, dat van de zijde der werklieden geen adressen betreffende de vorming van bedrijfs vereenigingen waren ingekomen. WJoensdag 26 Juli jl. verscheen van de zijde der Regeering, naar aanleiding van de amendementen en het verslag der afdeelingen, een nota, waarin deze, na eerst enkele opmerkingen over het karakter dei» Oosten rij ksche Versicherungsaustalten, welke in 1 der Toelichting van het amendement ter sprake werden gebracht, te hebben gemaakt, omtrent het beginsel in het amendement van Dr. Knyper neergelegd, liet volgende ze^t: „In de nota van Inlichtingen is uitvoerig gehaudeld over de voor- en nadoelen, verbonden aan een stelsel, waarbij den werkgevers onder zekere voorwaarden zou worden toegestaan zelf het risico der verzekering te dragen, en uiteengezet waarom de Regeeriug meende zooodauig stelsel niet te moefen voordragen Op een groot bezwaar, aan liet stelsel vau zelfverzekering verbonden, werd gewezen, op dit namelijk, dat voor den individuëelen werkgever na ieder ongev.il een sterk belang ontstaat, stiijdtg met dat van den getro'iëne Maar ook aan het stelsel van den voorsteller van het amendement, beschouwd in het licht der door hem daarvan gegeven toelichting, kleeft dit bezwaar, daar dit stelsel geene onderlinge verzekering behelst, maar eiken werkgever individueel het risico laat dragen. Voorst achten de ondergete». kenden een niet gering bezwaar van het stelsel van het amendement, dat dc toegang tot de Bedrijfsvereeniging uitsluitend voor de groote industriëelen openstaat Acht men in strijd met de mtening der oudergeteekeoden in de eigen- verzekering een vooidcel gelegen voor de werkgevers, dan schijnt het horgst onbillijk dat voordeel aan de kleinere werkgevers te onthouden. Zoodoende toch wordt een privilege in het leven geroepen voor hen, die toch reeds in meer gunstige omstandigheden verkeeren. Ofschoon de ondergeteekonden niet in staat zijn nauwkeurig op te geven, hoevele werkgevers ten minste 50 vaste werklieden in dienst hebben, bij benadering kunnen zij hun aantal wel bepalen. Volgens de opgaven van de Inspecteurs van den arbeid rallen 25.478 inrichtingen onder de Veilig heidswet, en verblijven in 787 van die inrichtingen, d. i. in ongeveer 3 pCt., meer dan 50 personen. Van de ondernemers, die onder de Ongevallenwet zullen vallen, zullen niet veel meer dan ongeveer 800 gemiddeld meer dan 50 vaste werklieden in dienst hebben. Hoe groot het aantal ondernemingen is, welke verzekeringsplichtig zullen zijn, is, zooals op bladz. 12 van de Memorie van Antwoord i3 opgemerkt, moeilijk te schatten allicht is het op 70.000 a 80 000 te stellen. Misdien zal ruim één percent van de ondernemers gemiddeld 50 of meer vaste werklieden in dienst hebben en dus tot eene Bedrijfsvereeniging kunnen behooren. Mocht» intusschen eene regeling in den geest van die, in het amendement vervat, in het ontwerp worden opgenomen, dan zal zij naar de overtuiging der Regeering bij de werkgevers op den duur weinig bijval vinden en zal van de bevoegdheid om zich aan de centrale verzekeringsinstelling te onttrekken zoo goed als geen gebruik worden gemaakt. Dat het zich aansluiten bij eene Bedrijfsvereeniging voor den werkgever in het algemeen de verplichte verzekering zijner werklieden niet goedkooper, maar juist kostbaarder zou maken, komt den oodergetee- kend«n voor, ontwijfelbaar te zijn. Ook de voorsteller van het amendement schijut zich hieromtreut niet vele illusies te maken, /.ijne opmerking in de Toelichting, dat den werkgever zeiven ter beoordeeling moet worden overgelaten, of gebruikmaking van de hem verleende bevoegdheid al of niet voordeelig voor hem zal zijn, kan intusschen gereedelijk worden toegegeven. Bestaan er blijkens deze beoordeeling van het hoofdbeginsel der voorgestelde regeling daartegen bij de Regeering bedenkingen, zij meent toch deu voor steller een woord van hulde te moeten brengen voor de vele moeite, welke hij zich gegeven heeft, om door eene zoo uitgewerkte regeling te trachten de bij sommige werkgevers tegen de Regeeringsvoordracht gerezen bezwaren weg te nemen." Dat het aansluiten bij een bedrijfsvereeniging trouwens niet goedkooper zou uitkomen, werd ook in het verslag van het behandelde omtrent de amende menten in de afdeelingen meer uitvoerig uiteengezet. Die vereenigingen zoudeu hebben te betalen 1. de kosten van het beheer der vereeniging; 2. de reis- en verblijfkosten en vergoedingeu voor gemis aan dagloon, verschuldigd aan de leden der com missie uit de werklieden en der commissie van arbitrage; 3. de uitkeeringen, bedoeld in de artikelen 76 en 82, nieirw; 4' de dekkingssommen, bedoeld in art 83; 5. de waarborgsom, bedoeld in art. 86; 6. 3/g van de administratiekosten, welke de Rijksbank gemiddeld voor eiken verzekerde uitgeeft, voor eiken verzekerden werkman7. de zijn paleis van Laeken naar dat van Brussel te rijden, hij een bijzonderen trein bestelde, die hem aan 't Koninklijk paleis te Laeken wachtte en naar de statie der Leopoldswjk bracht, vanwaar Sire in een rijtuig naar 't paleis werd gevoerd. De terugkeer gebeurde in dezeltde voorwaarden." Onder deze omstandigheden is de keuze van een kabinet, dat een kieswet- ontwerp, waarin het beginsel der even redige vertegenwoordiging is opgenomen, zal voorstellen, zeker het meest te ver dedigen. De vorst meent den man daar voor gevonden te hebben in den gema tigden clericaal, den heer De Smet de Naeyer. De heer De Smet de Naeyer had tot Januari j 1. zitting in het thans afgetre den kabinet en verliet dit wegens ver schil met de andere ministers over deze vertegenwoordiging Een belangrijk deel des volks, dat gisteren met de zuivere vertegenwoordiging tevreden zou zijn geweest, stelt heden hooger eischen. De socialisten dringen aan op eene kamer ontbinding, dewijl zij denken, dat de be weging in den lande hun aantal Kamer zetels belangrijk zal vermeerderen. Het is niet denkbaar, dat de clericale meer derheid daarvoor te vinden zal zijn, zoodat de strijd onder eene nieuwe leus kans loopt opnieuw te ontbranden. Tot zoover is de kwestie geheel van lokalen aard, doch indien het koning schap tussehen de strijdende partijen vqrnietigd inocht worden, zullen hoogst gevoelige plaatsen der Europeesche staat kunde worden aangetast. Een Belgische republiek sluit eene nauwe toenadering tot Frankrijk in zich, maar daarmede komon natuurlijk Duitsehe belangen in botsing. Duitscbland kan uit een militair oog punt niet toestaan, dat de Maaslinie door Frankrijk bezet zou kuunen worden. Nog een 'ander gevaar zien de Euro peesche regeeringen in een Belgische republiek. De nieuwe republiek zou uit den aard der zaak zeer socialistisch ge bedenkelijke manifestaties aanleiding had gegeven, naar een gemengde parlemen taire commissie tot nader onderzoek werd verwezen. Dier heeft het ontwerp het lot getroffen, dat reeds in den beginne algemeen werd vooi^peld het heeft er eene graciëuse begrafenis gevonden.Doch ook andere stelsels konden geene meer derheid vinden en zoo is de commissie uiteengegaan zonder iets ten nutte van deu lande uitgevoerd te hebben. De heer Van den Peereboom en zijne collega's van achter de groene tafel heb ben hierin aanleiding gevonden, om hunne portefeuilles ter beschikking van den koning te stellen. Het is voor den koning, die eigenlijk op geen der partijen kan rekenen, een lastig geval. De luttele hoeveelheid popu lariteit, welke de vorst nog bezit, kan in deze kwestie zeer gemakkelijk ver speeld worden. Is hij de clericalen ter wille, dan verzet de coalitie vau de vooruitstreven- den zich door straatbetoogiugen tegen zijne besluiten en zal een duizendstemmig „koning van bordpapier" zich weer voor j het paleis te Brussel verheften; helt hjj naar de liberalen over, dan zullen de clericalen den „afvalligen zoon van de kerk,dien de straf van alle apostelen zal treffen", het leven op alle manieren lastig maken. Hoe de koning zich gevoelt, blijkt uit opnemen,dan geelt die al evenveel redenen een Brusselsch blad, dat letterlijk schrijft: tot groote ongerustheid. „Do koning tracht zich zoo weinig Want het moet een feit zijn, dat in mogelijk op straat te laten zien om aan Servië onder den invloed van den gewe- alle betoogingen te ontsnappen. En die zon koning Milan, een waar schrikbe- bczorgdheid gaat zooverre, dat, om van 1 wind heerscht. De pers is aan banden bij de vereeniging schadeloosstellingen voor begrafeniskosten. Het zou dus nog wel eens kunnen blijken, dat de tint ZÏjttj W&t op do binnenlaodsche toe- groot-industriëelen, die zoo luide hun instemming met gtauden in andere landen van grOOten het amendement hebben byfcuigd, eigenlijk bang waren j v i het paard van Troje binnen te halen. mv!oed Z0U kmumn worden. (Slot volgtGe samenwerking tussehen de socia- listiscbe arbeiders en de liberale burge die in België het ministerie Van den Peereboom ten val bracht, wordt onder vrijwel gelijke omstandigheden ook te Weeneu waargenomen. De strijd om het Er zijn op dit oogenblik in en buiten I gemeente-kiesrecht in Oostenrijks hoofd- Europa van die hangende en sleepende stad is evenwel op dit oogenblik van kwesties, die, hoewel van lokalen aard, minder beteekenis, dan de beweging, die niet alleen de bijzondere aandacht trek- zich tegen den onwettigen toestand ia ken, doch die ook bij meerdere verwik- Oostenrijk openbaart. Wegens het ver- kelingen een gevaar voor Europa kunnen zet van de Duitsehe part jen tegen de worden. In de eerste plaats noemen wij taalverordeningen in Bohemen en Hora den kieswetstrjd, die opnieuw in België vië, weid de Rijksdag met onbepaald ver wordt gevoerd. Men zal zieh herinneren, lof naar huis gezonden, dat het regeeringsontwerp, dat tot zeer Nu regeert de keizerljke regeerirg, alsof er volksvertegenwoordiging noch grondwet bestonden, en voert zj nieuwe belastingen eenvoudig bij keizerljk be sluit in. Deze willekeur begint allerwe- ge verzet uit te lokken. De Duitsehe gemeenteraad van Griz is in deze voorgegaan. Een protest-mo tie tegen de afkondiging van wetten bj keizerljk besluit werd eenstemmig aan genomen. In bjna alle Duitsehe pro vinciale hoofdsteden en in de meeste Duitsehe gemeenten heeft dit voorbeeld navolging gevonden. Zelfs het gemeen te-bestuur van Weenen, hoe regeerings- gezind ook, is tegen dit absolutisme in verzet gekomen. De magistraat heeft besloten, den gemeenteraad een motie voor te stellen, waarin de verkooging der belastingen op bier, petroleum en suiker wordt afgekeurd. En de gespannen verhouding tussehen Oostenrijk en Hongarije en de nationa- liteitenstrjd tussehen Slaven en Duit- Bchers en het wctfen-verkrachtigende ab solutisme van de keizerlijke regeering en nog zoovele andere punten van minder beteekenis, die echter vereenigd een machtig geheel maken. wjzen zo niet op een binneulandschen toestaud, die elk oogenblik gevaarlijk voor do rust van Europa kan worden Wanneer wj van gene zjde van Save en Donau den stand van zaken gelegd, de hoofden der politieke tegen standers zijn gekerkerd, de grondwettelij- ke rechten in Belgrado en elders voor onbepaalden tijd ingetrokken, vreemde- e.a landgenoot verlaten gedwongen ofvrij willig het laLd, waar eigendom en vrijheid slechts ijdele begrippen zijn. Mi.an en zijn zwakke zoon, koning A.exander spelen met vuur, waaraan zij zich gemakkelijk kunnen branden. el en in Servië hopen en verwachten hulp van den vorst van Montenegro, die door banden des bloeds en door afkomst nauw aan Servië verbonden is. t Is eigenaardig, dat, naarmate de populariteit van den koning der Serviërs op het Balkan-schiereiland afneemt die van den vorst der Montenegnjnen stijgt. De huweljken, waardoor het vorstenhuis van Montenegro, sedert een paar jaar met de voornaamste vorsten van Europa is vermaagschapt geworden, hebben in dit aanzien het hunne bjgedragen. Len zijner dochters huwde met een grootvorst van Rusland, de tweede met den kroonprins van Italië en nu is dezer dagen kroonprins Mirko te Cettinje in den echt verbonden met prinses Jutta van Mecklenburg-Strelitz. Met Rusland, Italië on 1'uitsehland als beschermers, zjn de vooruitzichten van den vorst van het land der Zwarte Bergen nog zoo kwaad niet. Len klein, kloek en krachtig volk als ile Montenegnjnen bezit veler sym pathie en daarom hopen wij, dat eene machtige sympathetisehe beweging een ander volk met gelijke eigenschappen hee spoedig ten goede zal komen, teekenen van instemming met de Trans vaal beginnen zich bier en daar te vertoonen. Te Brussel werd een ver- gadenng belegd, waarop eenstemmig de vo.gende motie werd aangenomen De vergadering spreekt haar warme genegenheid uit voor het Transvaalsche volk en hoopt, dat de aanslag op het bestaan dor Zuid-Afrikaansehe Republiek zal worden venjdeld. Zj heeft boven dien de overtuiging, dat de dappere Boe ren desnoods nog hunne onafhankelijkheid heldhaftig zouden weten te verdedigen en don zegepraal van hun onbetwistbaar recht over geweld en list zouden weten ^ekereri. - Van de zijde der loren wordt mede voor het goed recht der Boeren gepleit. In een duidelijk geschreven artikel zet het blad New Ireland voor zijne Engelsche lezers de Transvaalsche crisis uiteen. Ons bestek laat niet toe het in zijn geheel over te nemen. Zie hier eene aanhaling uit het slot: „Als John Buil een schot lost in Transvaal, zal hg met pak en zak uit Afrika moeten trekken, even zeker als hij voor altijd uit de Vereenigde Staten is gedre ven. De Boeren zullen vechten tot den laatsten droppel bloed. Zij hebben zich jarenlang daarop voorbereid zij hebben een tlinken voorraad wapens en munitie in het land zij hebben, wat hun ont brak in de dagen van Majubaheuvet, overvloed van artillerie en Duitsehe kanonniers om haar te bedienen; zij hebben geld en voorraden en hun leger kent het land en gaat snel als een vogel voort, terwjl de roodbaadjes kruipen als een worm. „De Boeren kunnen schieten, raak schieten en snel schieten en de Engelsche soldaat kan geen man raken op honderd meter afstand, of hj moest in den laat sten tijd zeer hebben aangeleerd. „Als Engeland het vuurtje ia Zuid- Afiika ontsteekt, zal het door den rook worden verdreven en de vlag van de Vereenigde Staton van Zuid-Afrika zal de Britsche banier vervangen." Na een aansporing tot zijne landge- nooton, om voor de Transvaal een ge weer op te nemen, zegt de schrijver „en laat ons bidden, dat de Vereeuio'de Staten van Zuid-Afrika weldra tot stand zullen komen." D onder dag maakten de kin- deren der 4 laagste klassen van de Open bare school te S$int Fancras (een 80-tal) een rijtoer over Bergen naar Egmond aan Zee. In 15 rjtuigen werd om 12 uur de tocht aanvaard; te Bergen werd een uurtje vertoefd. Daar werd een bezoek gebracht aan den „Zandkuil", waar de jeugd zich flink vermaakte.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 1