AilErlEBtiE- L Boerenbloed. Donderdag 5 October 1899. 43ste Jaargang Uo. 3456. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden APVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 8.—. Eranco per post f 8.60. Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 6 ct, Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. GemeenteSchagen. Beken dmakïngren. Aangifte van verhuizing. FEUILLETON. Binnenlandseh Nieuws. —Anna Paul owna, 2 October 1899. AIiemeeb Nioiws- DRAAIT, Bureau: SCHAtlKSI» I^aan, D 4. UitgeverP. TRAPMAN. Medewerker J. W 1 A' K L. POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente kannen inlichtingen worden verkregen omtrent een gevonden buidel, inhoudende eenig geld, en worden inlichtingen verzocht omtrent een vermist 1 a m, een verloren zilveren naaldenkoker en een dito rijgpen. AANGIFTE VOOR DE bevolkingsregisters. Burgemeester en Wethouders van Schagen; Gelet op het Kon. Besluit van 29 Juli 1887 (Staatsblad No. 141), regelende de verplichting tot het doen van aangifte voor de bevolkingsregisters, brengen, ter voorkoming van vervolging, onder de aandacht der ingezetenen, de volgende in genoemd besluit opgenomen artikelen Artikel 7. Elk hoofd van een huisgezin geeft uiterlijk binnen éaue maand kennis aan het gemeentebestuur van ieder lid dat in het huisgezin wordt opgenomen of daar uitgaat, inwonende diensten werkboden daaronder begrepen. Omtrent die kennisgeving geldt art. 3. Dezelfde kennisgeving geschiedt door afzonderlijk levend» personen, wanneer zij andere personen in hun huisgezin opnemen. Bestuurders van instellingen, gestichten en inrich tingen, niet staande onder bettunr of toezicht van het openbaar gezag, waar personen onder eenig bestuur samen wonen, geven maandelijks aan het gemeente bestuur kennis van alle personen, die in de samenwoning zijn opgenomen of daarvan zijn uitgetreden. De verplichting vervalt, wanneer langs een anderen weg de vereischte kennisgeving voor het bevolkings register gedaan is. Artikel 8. Onverminderd de bovenstaande voorschriften is een ieder, door het gemeentebestuur daartoe opgeroepen, verplicht tot het doen der opgaven, die vereischt worden om de bevolkingsregisters in te vallen. Artikel 9. Overtreding der bepalingen van dit besluit wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen Schagen, 22 September 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, S. BERMAN. De Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van SCHAGEN brengen, voor zooveel noodig, mei het oog op het verzuim,betrekkelijk het doen van aangifte Ier Secretarie hij verhuizing binnen de gemeente, aan de ingezetenen in herinnering het Dcpaaldebij art. 5 van de Politie verordening dezer gemeente, luidende als volgt „Ingeval van verhuizing binnen de gemeente, zal daarvan binnen acht dagen behooren te worden kennis gegeven ter Secretarie der gemeente, te weten „Voor een geheel gezin, inwonende, dienst- en werkboden daaronder begrepen, door het. hoold van dat gezin". „Voor afzonderlijk levende personen door henzelf. Voor de geheele bevolking van gestichten of andere inrichtingen waar personen onder eenig bestuur te zamen wonen, door de bestuurders." „Overtreding wordt gestraft met een geldboete van ten hoogste „Een gulden." Schagen, den 26 September 1899- Burgemeester en Weihouders voornoemd, S. BERMAN. üeWecretaris, DENIJS. 20. Bij die verdeeling der rollen had Frits toestemmend geknikt, maar wel dra aeide hij bedenkelijk: „Nu blijft al leen nog maar da vraag over, hoe te han delen met dien grooten hond, die hier xoo vrjj rondloopt .0, je bedoelt dien Newfoundliader,* riep Poter, „dat is Tyrns, een onde vriend van me; dien neem ik voor mjjne rekening, hg cal mij nog wel kennen „Maar als hjj ons in de gaten kriigl, zal hjj beginnen te blaffen,* antwoordde Carval- ho, terwijl bij in zijn sakken greep en er een klein pakje nit haalde. „Hier, neem dit mee, en lok den hond naar je toe, geef 't hem en hij sal wel heei ganw stom zijn." Weder was Pater van plan tegen te spre ken waarom moest die mooie, groo'e hond gedood worden P Dat stomme dier, dat be paald beier was dan menig menseh, dien hij kende! Doch Cirvalho kon gelijk hebben: wie kon het weten, of de bond niet alarm zon maken en de heele onderneming in dui gen dosn vallen? Peter stak het vergiftigde pakjs bij zich en alle drie zetten zich dzarop in tawegirg. Weldra hadden ie de (loot bereikt, die de grens van bet sio'park uitmaakte. Op de eenige brug daarover stond een jjseren hek, dit eiken nacht, en das ook nn, gesloten was „Lzten we er over klimmen of door de sloot waden," antwoordde Peter zacht. „We zullen dat gemakkelijker redden," antwoordde de Braziliaan goedgeluimd. Hjj haalde een gieren ring uit dm sak, waaraau sleufels en loopers van verschil lende gioollen hingen, verder een lantaarn tje nit den zooals bet sobeen onuitputte- lijken jaszsk, stak de lanlaaru in sjjn boed aan en liet aleohls een smal lichtstreepje op Gisterenmiddag om 2 uur (maar het was bijna 3) traden in Yeerburg op de heeren Appel van Amsterdam en D e Boer van Zaandam, als leden van het Provinciaal Comité voor de Hogerhuis- zaak. Zij telden een 30 tal personen on geveer onder hun gehoor. De heer Appel opende de bijeenkomst met de herinnering, dat er een Hoger- huis-zaak in ons land is, en dat in die zaak de rechters te Leeuwarden gedwaald, hebbeneen en ander zal nader wordeni ontvouwd. De hr, De Boer releveert daarna de ge schiedenis van de inbraak te Britsum, die wij als vrijwel bekend kunnen veron derstellen spreker knoopte daaraan een voorafgaande beschouwing over den toe stand der arbeiders in Friesland vast. Vervolgens wraakte hij het getuigen verhoor en wees op verschillende tegen strijdigheden, om te resumeeren, dat de rechters niet met den noodigen ernst de zaak hadden onderzocht, partijdig waren geweest en de verdedigers in hun rech ten hadden bekort. De heer Appel vulde een en ander aan en trachtte in krachtige bewoordin gen aan te toonen, dat humaniteit en zelfs eigenbelang de redenen moeten zijn om voor de revisie van het vonDis op te komen. Op de vraag van den heer Appel, wie der hoorders iets in het midden had te brengen, vroeg de heer Raap, wat eigen lijk het doel dezer bijeenkomst was? Revisie krijgen we toch en waartoe dan al die beweging De heer Appel antwoordde, dat de beweging moest gaande gehouden worden, uit vrees, dat de zaak anders van de baan gesteld werd, en de heer De Boer wees er nog op, dat de Hooge Raad toestemming moest geven tot de revisie en zoolang deze nog niet verkregen was, allerwege stemmen moeten opgaan om op herziening van het vonnis aan te dringen. De vergadering was hiermede geëindigd. Sfc. Maartensvlotbrug. Aan de op Maandag j. 1. alhier ge houden Harddraverij namen 9 paarden deel. De prijs, een nikkelen theestel, werd behaald door het paard Roza, eigenaar de heer C. Hoedjes Jz., bereden door den eigenaar; de le premie, een nik kelen koffiepot met nikkelen stel, door het paard Anna, eigenaar de heer Jb. Breet Wz., berijder de heer J. Brak Jz.; de 2e premie, een nikkelen zuurstel, door het paard Flevo, eigenaar de heer H. Kroon Dz., berijder de heer P. Klaver Pz.; de 3e premie, een glazen schenkblad met nikkel, door het paard Helena, eigenaar de heer C. Hoedjes Jz., berij der de eigenaar. In de beste orde liep deze wedstrijd af, ondanks het slechte weer, en eere aan de commissie, die hare taak, min der aangenaam vanwege het weer, zoo goed vervulde. Bij kon. besluit zijn be noemd met ingang van 11 October, tot burgemeester van Wieringer- waard, de heer C. Rezelmau Dz. en met ingang van 15 October, tot burge meester van Petten, den heer A. Eriks, secretaris dier gemeente. Vanaf 1 Oct. vaart de stoomboot Ada van Holland 3 maal per dag tus- schen Texel en Den Helder heen en terug. De dienst is alsdus Van Texel 4.30,8.,2.15 uur. Den Helder 6.9.30, 3.45 (Amsterdamsche tijd.) Ds. W. A. van G r i e t h u ij- sen, predikant der Hervormde Gemeente te ALKMAAR, heeft het beroep naar de Vrije Gemeente te Antwerpen aan genomen. BEVERWIJK. Toen eenige maanden geleden dooi den Raad in beginsel was uitgemaakt, dat hier een nieuwe gemeentelijke gas fabriek zou worden gebouwd, droegen B. en W. den gemeente architect op, daarvoor een terrein te zoeken, waarop de bouw met de minste kosten zou kunnen plaats hebben, en deze wees toen daartoe aan de z. g. Pijp, gelegen aan de spoorlijn BeverwijkAlkmaar, waar volgens zijne peilingen op 1.60 meter een zandLag zat en waar dus niet be hoefde geheid te worden. De Raad besloot toen, dat de fabriek daar zou komen de bouw werd uitbe steed voor f 42.000 en de werkzaam heden, het uitgraven, begonnen, doch nu werd op 1.60 meter gevonden geen zand laag, doch een laagje zand van pl. m. Ya cM. en daaronder veen en nog eens veen, zoodat nu heien noodig wordt. Tot tijd en wijle de raad zal hebben beslist, of de daartoe noodige uitgaven, die op pl.m. f 15.000 worden geschat, zullen worden toegestaan, is het werk gestaakt. het slot van bei h k vuile-, „Dat sal hea! gaaw «fgeioopsn «ijn,"ging hij "oort; „dair, F'itn, houdt jij de lantaarn vast. BI «s hea' maar weer uit, ik heb geen licht Doodig.* Nauwelijks een minuut later was het slot geopend. Peter was zeer verwonderd over de han digheid van den markies, die, ofsoboon hij slechts de linkerhand gebruikte, daar hem twee vingers aan de rechter ontbraken, toch loo snel en handig werkte, als een sloten maker met tien gazoode vingers. De drie mannen stapten de brng over en bevonden lich in den tuin van het slot Giesdorf. Dadelijk vernaman ze een gedruisch, alsof een Bink wild dwars door de boomen op hen toerende. Dadelijk s'onden de drie man nen stil en Peter fluisterde: „Dat zal Tyrns zijn." „Ga hem tegemoet,* seide de markies, „spreek hem toe, dat zal hem geruststellen." „Tyrus, mijn ouwe, goeie jongen I Wat doe je, ken ja mg niet meer P* zeide Peter tot den hond, die brommend op hem af kwam Tyrus spitste de ooren en snoof de lacht in. Stem en persoon kwamen hem bekend voor; onderzoikend naderde hg den indrin ger, die vriendelijk bemoedigend tot hem bleef spreken, en besnuffelde diens kleederen. Zoodra herkende hij sjjn ooden vriend niet, of hij sprong vrooljjk tegen hem op en wreef liefkoosend zijn fijnen kop tegen Peter's knieën. „Na sie js wei, nn weet je wie ik ben, mijn best dier.* „Vooruit, vooruit!" vermaande Cirvalho, ,ge?f bem zijn hapje.* Peter kieeg een steek door het har', miar hjj zag in, dat bij gehoorzamen moest. Hij hield den hond de vtrraderljjke lekkernij voor deze hepte ze argeloos cp en begon re.ds na weinigo oogenbiikken op den grond te kraipen van da pijn. „Dat arme beest. Kijk nu toch eens jammerde Pater berouwvol, die mei gesp>n- nen aandaobt den doodstrgd van den hond gadesloeg. „Geen gekheden*, antwoordde de ander 't Was dezer dagen een onaangename verrassing voor een jong- mensch, dat per rijwiel de Potterstraat te UTRECHT was doorgereden, en op de Oudegracht bemerkte, dat hij niet verder kon, omdat zijn wielbanden ver dwenen waren,opgelost in zwa velzuur Deze bewerking had het rijwiel juist doorloopen in de Potterstraat, waar kort te voren een mandflesch met ruw zwa velzuur haar zoo gevaarlijken inhoud had uitgestort, gevaarlijk voor wielbanden en schoenen, zooals bedoelde wielrijder reeds dadelijk ondervond. Menig nieuwsgierige kijker en arglooze wandelaar, die onwetend zijn schoeisel in het uitgestorte vocht gedoopt heeft, zal ook wel erg verbaasd zijn over 't spoedig verlies zijner schoenzolen. Degredatie van een offi cier. Omtrent de degradatie van den le-lui- tenant der schutterij, B. te Nijmegen is gemeld, dat hij zich niet zoozeer ongun stig over de schutterij heeft uitgelaten, als wel over 1IH. MM. de Koninginnen en het paradeeren daarvoor. Van bevoegde zijde verneemt de N. R. Cdat B. is gedegradeerd tot schut ter, omdat hij zich ter gelegenheid van de inspectie op 31 Augustus, alzoo in dienst, heeft uitgelaten over zaken, den schutterlijken dienst rakende, door tegen een mindere (een sergeant), die naast hem in het gelid stond, te zeggen: „Het is flauwenonsens, de schutters thans weder inspectie te laten maken, terwijl er reeds op 2 Aug. inspectie gemaakt werd ter gelegenheid van den verjaardag van de Koningin-Moeder het is plagen, die menschen daarvoor uit hun werk te halen". Men kan op grond van de aangehaalde woorden niet beweren, dat B. zich on gunstig over HH. MM. heeft uitgelaten. Hij heefc indirect de handelingen van den majoor-commandant (die de inspectie gelast had) gecritiseerd en gelaakt en werd daarom gdegradeerd wegens „plichtsverzuim of gedrag tegen de ondergeschiktheid". (Art. 58 der wet op de schutterijen, luidende Alle plichts verzuim of gedrag tegeD de ondergeschikt heid, waaromtrent bij deze wet geene bijzondero bepalingen zijn gemaakt, als mede alle misbruiken van gezag tegen onderhebbenden zullen naar bevind van zaken worden verbeterd of gestraft met zoodanige boeten of straffen, als niet te boven zullen gaan die, welke bij deze wet zijn bepaald). bacseh, pakte Peter bij de Behouders en wendde hem esi faaiven draai om, zordat hij den s'ervenden bond den rug toadraaida. „Na is onze weg vrij en z&l het werk wel slagen. Ons werk is een heilige arbeidwjj sijn geen genieene dieven wij zijn soldalen, die op bevel van hnn generaal een tocht in het vijandelijke land ondernemen; want ieder bezitter en ieder, die in den schoot van den staat dik en vet geworden is, is onze doodsvijand, wiens goed en eigaodom wjj tot ons voordeel mogen aanwenden. Daarom, voorwaarts, met goeden moed en een rein geweten." Alle drie drongen voorzichtig en met zachte schreden dan tuin terder in Voor- loopig volgden ze nog den oever van het mber en eerst bij den grooten lindeboom wilde Pdter rechtsaf slaan en direot op het s'ot toe gaan. De regen hed opgehouden, maar een hevige storm zwiepte de boomen nog steeds. Plotseling flikkerde een bliksem straal, en bjj bet licht daarvan ontdekte Peter de boot, waarmede de freale steeds op bet meer voer. „Wij zullen tooh geen onweer krijgen mompelde Frits en keek bezorgd naar de lacht. „Dat zon ons slecht te pas komen; het zoa de luidjes maar nit bed halen." „Och," antwoordde Carvalbo, „dat is maar een onschuldig weerlichten, waarop geen donder volgt. Maar waar ga je na been riep hjj, plotseling op den oever van het meer toesnellende, Peter achterne. Deze wenkte geras'stellend met de hand, als wilde hjj zeggen „Laat mjj maar begaan; dat, wat ik voor heb, is go d voor ons allen." Aan den oever gekomen, bokte hjj zich en trachtte zonder gedrois den ketting van de boot los te maken. Het gelokte; de ketting was eenige malen om den paal geslingerd, zonder door een slot steviger verbonden te zijn. Daarna stapte Peter in en overtuigde zich, dat er tviee riemen in het bootje lagen, hing het roer achterin, greep de beide riemeu en riep zjja makkers tor: „Ik breng de boot naar de groote linde, w.chl me daar.* Cirvalho had hem begrepen; in geval van nood zon de vlucht met het bootje over het meer kunnen geschieden, lljj knikte tevreden en bromde, zich tot Frits weedend :„Die gek is nog zoo dam niet jammer dat we hem niet meer kuon-n geb'otken." Pe er dreef met zachte slagen de boot door de golven. De ondernemingsgeest en het aangename aan gevaar verbonden, deden in zijn hart de stem van het berouw en den angst zwjjgea. Hjj «ras na met zjja geheele belangstelling bij het werk, dat hem kort te voren nog als de vernietiging van zjjo eer was voorgekomen. Zoo veranderljjk is de menseh en zoo gemakkelijk komt in hem het instinct telkens boven, datbet leven van de één een onafgebroken wilde strjjd is tegen elk ander leien. Toen de boot bjj de linde was aangeland, sloegen de drie minnen, zooals Peter's plan was, den weg rechtsaf naar het slot in. „Goed dat de wind too huilt,* zeide Peter. „Men kan ons in den hof bepaald niet hooren.* „Wie zon daar dan nog wakker zijn vroeg Frits mek sijn onnatuurlijk booge stem. „Wellicht Jano, de herdershond, dien ik dikwijls genoeg gestreeld heb; Ik hoop even wel, dat hg aan den ketting ligt) hjj werd vroeger tenminste steeds 's nachts vastgezet." Men stond nn onmiddellijk voor de vensters van bet slot, die siob ongeveer op een manshoogte van den grond bevonden, maar gemakkeljjk te bereiken wareD, omdat de muur met houten latten bespjjkerd was, waarlangs klimroien geplant waren. „Waarachtig, ge hebt goed gezien," zeide Carvalho tot sjjn makker Frits, „nLt eens vensterluiken. Deze menschen hebben een te goed vertronweo in de eerijjkheid van de Berlijners." „Daarvoor heeft de baron een aardig aantal p:stolen boven zijn bed baogen- 't Is te weoschen, dat we daarmede geen kennis behoeven te maken*, seide Pdter. „Wees onbezorgd Ik zal hem goed be waken*, zeide Frits en sloop op zijn teenen weg. Hg begaf zich mar bet w stelijke eind van het buis, om daar de beide vensters van de slaapkamer, die, evenals de andere ven- Bters van het hnia, donker waren, aan een scherpe bewakiog te onderwerpen. Vrouwelijke tandarts voor 200 jaar In de „Amsterdamsche Dinsdaegse Courant" No 46, van 1692, komt de volgende mededeeling voor „De Juffrou van Rotterdam, die Konst en Wetenschap heeft om Tanden in de mond te stellen, dat men daarmede kan eeten, spreeken, en singen, als of het haer eygen Tanden warensy maeckt ook Tanden op staende voet schoon en fatsoeneert deselve sonder pijne of seer doen, neemt geen geit voor het is ge- probeert ook verkoopt sy een kostelyk tandpoeder, die al het quaet tantvleesch goet maeckt. Die se van doen heeft kan haar vinden op de Pype-markt in de Pellicaen, daer se nog maer drie weken te vinden is". Uit het Noordwesten van NOORDBRABANT meldt men, dat de campagne der suikerfabrieken, die heden zou aanvangen, niet is begonnen, doordat geen fabriek beetwortelen heeft aangevoerd in voldoende mate om te beginnen. De landerijen zijn zoo drassig, dat, komt er geen verbetering, de cam pagne nog in geen week kan aanvangen. Bloedvergiftiging! Te NOORD WIJK heeft zich een geval van bloedvergiftiging met noodlottigen afloop voorgedaan. Een 22-jarige arbeider had een niet groot stoenpuistje op de wang, dat Maandag openging. Op de een of andere wijze de huisgenooten vermoeden door een rooden zakdoek, die er een oogen- blik tegen gehouden werd moet er eenig vuil in gekomen zijn, zoodat de wang spoedig opzwol. De reeds te "voren ingeroepen geneeskundige hulp van dr. Kervel, later nog bijgestaan door dr. H. Van Nes, mocht niet baten, en in den nacht van Woensdag op Donderdag overleed de ongelukkige jonge man. Uit LEEUWARDEN i s Z a t e r- dag jl. aan kapitein Dreyius en zijne echtgenoote gezonden een fraai album, bevattende het wapen van Friesland en kunstig bewerkte, in de Eransche taal geschrevene oorkonde, voorzien van ruim 700 handteekeningen uit verscheidene plaatsen dier provincie, waarvan ruim 300 alleen uit Harlingen, vau mannen en vrouwen uit alle rangen en standen, waarbij zij krachtig protesteeren tegen het vonnis van den krijgsraad van Rennes, genaamd „een betreurenswaar dige verkrachting van het heiligste recht in iederen beschaafden staat." C-rvatbo telde, in 1 de deur van de toiuzaal beginnend, de vers ars een, tw e, drie deze twee mos ten het zjjn- Houdt jij de lantaarn vast, s eek baar aan, sta»r schnif de klep voor het licht, want licht heb ik nog niet noodig.* Hij klom langs de latten in de hoogte. Hjj haalde uit sjjn jasiak een tol, tolde die nit elkaar en drukte ze dan tegen een klein vensterinitja. De rol bleef kleven. Nu «echtte bjj op een oogenblik, dat de storm weer kraohtig loeide en drukte dan met de beide armen kraohtig tegen het roit;eendof gekletter volgde, maar dat geluid werd door het huilen van den storm overstemd en de toegang tot ds kamer, waar het geld was, was vrjj. Na greep Carvalto met zijn linker hand door de opening en zocht latigs ds middelste roede naar den wervel, waarmede de openslaande ramen gesloten waren,voud dien eindeljjk en opende de ramen, maar hield deze vast, daar ze anders door den wind been en weer geslagen zouden zjjn geworden. „Dat bad ons (och wel meer moeite kan nen kosten," zeide hij tot Peter, die nog beneden stond, „geef me na de lantaarn.* Hij opende ds klep en list bet licht de kamer in- schvinen. Tevreden knikte hij „Overal kleeden op deD grond, wjj kunnen de sohoenen aanbonden. Volg me." Reeds was hg over de vensterbank ge- sprong n eu had dn b ide ramen uit de schar nieren getild en tegen den wand gezet. Peter klauterde bem vlug na en beiden stapten nu naar het sohitd;rjj, dat bet rauoikastje niet geheel bsdekte,maar 't welk voor oniugewjjdsn bepaald niet te vinden zou zgn gew.eet. „Hier is het,* fluisterde Peter, met den vinger op den wand wjjzend, „laten we ons nu haasten.' „Geen overhaasting,* maande de bedaar de Braziliaan aan, „eers! moeten we ons «oor allo gevallen ver>.tkeren.' De kamer fcad drie deuren. Twee ervan vond de markies reeds gesloten, alleen de derde was nog los en de sleutel bevond zich aan de bnitensjjds. Zaoht, htel zacht opende bjj deze deur, slechts zoo ver, dat hij den sleutel uit het s!ot kon cemen.stak

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1899 | | pagina 1