Zondag 1? December 1893.
43ste Jaargang 2To. 3470.
M IEP f J i A B 8 ff E NSCHES,
iSureasi: SCHAttlBM, laan, u
UitgeverP. TRAPMAN.
Medewerker.1. WI k E 1..
4.
EERSTE BLAD.
Oudejaarsavond,
Zondag 31 December a. s.,
hetwelk Zaterdag 30 December
wordt uitgegeven,
a 25 Cts., a contant,
Gemeente Scha gen.
Bekendmakingen.
8ste VOLKSTELLING.
Openbare Vergadering
TRANSVAAL.
Ilisrlglllt- kLllllllVlIil
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
COVERT EN TI F N "in h *nzefD(?j?B tot 's morgens 9 ure, wordsn
^m6n nUmü56r SePlaat8t'
STUKKEN één dag vroeger.
Dit Nummer bestaat uit twee bladen.
In het nummer van den
zal weder gelegenheid bestaan tot het
plaatsen van
van 1 tot 5 regels.
die zich met 1 Januari
e. k. op dit blad abon-
neeren, ontvangen de
a voor dien datum ver-
schijnende nummers
gratis.
Burgemeester en Wethouders van Schagen herin
neren de ingezetenen aan het bepaalde hij alinea
4 van art 122 der aigemeene Politie-verordening
Toor die gemeente, luidende als volgt
„Onder privaten, geplaatst boven vaarten, slooten
of wateringen, moet bij eene uitgestrektheid van min-
«tens 1 M'. een waterdiepte van minstens 0.5 M.
aanwezig zijn."
Een onderzoek, of deze bepaling behoor]ijk wordt
nagekomen, zal worden ingesteld in de eerste dagen
van de maand Maart des volgenden jaars.
Nalatigheid is strafbaar met eene geldboete van
ten hoogste f 25 of hechtenis van ten hoogste zes
en.
Schagen, 5 December 1899.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
6 S. EERMAN.
De Secretaris,
DENIJS.
Burgemeester en Wethouders van Schagen
Gezien art. 97 der aigemeene Politie-verordening
voor die gemeente;
Bevelen den eigenaars, vruchtgebruikers of beheerders
van binnen of aan de grens van de kom
gelegen slooten of wateren, die
ton «lnntp.n nn ftftoe dieüte vau v
zulks
der
gemeente gelegen slooten ot wateren, u.c doen
uitbaggeren ofte doen slooten op eene diepte van 0-80 Al.
0 90 M., en
en een bodembreedte van
voor den len Maart 1900.
Belanghebbenden worden herinnerd, dat nalatigheid
ten deze strafbaar is met eene geldboete van
f 25.of hechtenis van ten
Onverminderd de bevoegdheid
Wethouders tot het doen
ten hoogste
hoogste zes
van Burgemeester en
uitbaggeren of slooten ten koste van
vruchtgebruiker of beheerder.
Schagen, 5 December 1899.
Burgemeester en Wethouders
De Secretaris,
DENIJS.
rWct van 22 April 1879,-Staatsblad no. 63.)
(Koninklijk besluit van 2 Mei 1899, Staatsblad no. 113).
Burgemeester en Wethouders van Schagen^brengen
ZXZ aigemeene t^che vtdW
Deze heeft ten doel de aanwijzing van allen die te
onverschillig of zij
woning al dan niet
zonder werkelijke
1900
hebben.
Deze allen worden aangewezen
op genoemd tijdstip in hunne
aanwezig zijn-
Ook worden aangewezen zij, aie,
woonplaats
binnen Nederland te hebben, op genoemd
"ezTIne'u Zêteu de opgaven verstrekt
bezorgd en dadelijk
terDoorhofvoor ieder moet aan zijne woning worden
uoor u lonwft kaart (voor een man of jon-
ingevuld: eene vrouw of meisje),
gen),of eene w. ka»^ O (,e woninK,waar
Bovend.cn moet door ol^ voor ie wul.icD: eene
hy tydelyk tijdelijk aanwezigen man of
jongen) of eene r o iê' k» a r t (voor eene tydelyk
aanwezige vrouw of meisjebe8tuuraer van
pLln ivnan (1P
Het hoofd van
of schip, waar dc
nood'g zijn. voorschriften betredende de
Overtreding van de tikci 20 der wet van
volkstelling wordt kr,e 64,) gestraft met
15 April 1886 (Staa sbladiw. WJg[ u
hechtenis van ten hoogste veertien uag
van ten hoogste honderd 8ul^"' t verkrijgen
unge door do volkstol ling een
bevolkiDK i» eene zaak van b
k i ir Tot het verkrijgen dier kennis is noodig,
belang Tot het vcrKrygmee8t mogelijke
Jlc nauwkeurige, door do
kennis der
elke kaart
nauwkeurigheid en
verzoek der
aandrang uit,
keurige en volledige int
.,1.1*» t vSSttm.
Wethouders voornoemd,
S. BEUMAN.
De Secretaris,
DENIJS.
allo vrar?°°cid°Pen v0Uedigheid worden beantwoord.
Op verzoek der Regeering noodigen Burgemses^
e„ Wethouders allen aandrang uit, door
Burgemeester en
8 morgens 10
van don RAAD der gemeente Schagen
op Woensdag 20 Dec.,
uro.
Punten van behandelir
Ingekomen stukken.
Wijziging verordening heffing school
gelden.
Wijziging verordening
legesgelden.
4 Wijziging en aanvulling
politieverordening.
5 Vaststelling verordening
Rietboscb.
6 Benoeming commissie Rietbosch.
7 Adres A. Broere, uitstalling op het
trottoir langs zijn koffiehuis
Idem E. P. Ke6t, uitstalling rijtuigen
op de Gedempte Gracht.
9 Adres beplanting gemeentewegen.
Schagen, 15 December 1899.
De Burgemeester,
8. BERM AN.
Prijs per jaar f 8.—. Franco por post f 8.60,
Afzonderlijke nummers 5 Cents.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;ied8re regel meer 5 ct
Groor,e letters worden naar plaatsruimte berekend.
invordering
aigemeene
commissie
liet vraagstuk is uiet van jonge dagteekeniug. Van
het oogenblik af, dat de menschen het zich tot eeu
gewoonte maakten, om zich in steden op te hoopen,
trad het op den voorgrond, maar het heeft eerst in
de laatste kwarteeuw een hoogere beteekenis gekregen,
toen de moderne wetenschap aantoonde, hoe zelfs door
meer bemiddelden in zake het woning-vraagstuk
alle regelen der hygiène in het aangezicht werden
geslagen en hoe nadeelig de opeenhoopiog was in
allerlei vuile krotten van duizenden en duizenden,
ook voor hen, die naar de laatsten in den regel niet
omzagen dan wauneer ze dezen noodig hadden op de
markt der arbeidskrachten.
Daarbij voegde zich echter nog een andere meer
krachtige factor, die wel dreigde verloren te gaan iu
het egoïstische stelsel der productie, maar toch al
meer en meer zijn invloed deed gelden, toen men
bespeurde, dat de samenleving dreigde over te gaan
tot een opeenhooping aan de eene zijde vau
archimilliounairs en aan de andere van mierarme
tobbers. Tegenover het eenzijdig ontwikkeld individua
listische type, dat de maatschappij in haar stelstel
van laisser faire laisser aller, tot dien tijd had
vertoond, kwam te staan de gemeenschapsmensch, die,
gedreven door zijn gemeenschapsgevoel, opkwam voor
het gemeenschapsrecht, en van zelf werd toen de
vraag gesteld: waarom moeten die mier-arme tobbers
aldus wonen en hebben zij geen recht op ondersteuning
door de gemeenschap, waar zij zelfs tot in hun
woningeu aldus worden geëxploiteerd
Die vraag, hoewel niet aldus gesteld, dreef
vermoedelijk ook Koning Willem III, toen hij in
1853, dus kort na zijn troonsbeklimming, het
Koninklijk Instituut van Ingenieurs uitnoodigde een
rapport uit te breögen betreffende de vereischten en
inrichting van arbeiderswoningen en omtrent de
middelen, welke zouden kunnen leiden tot verbetering
van den hoogst ongnnstigen toestand, waarin de
arbeidende klasse verkeerde.
In de „Handelingen van het Koninklijk Instituut"
van 1854—1855 kan men het uitgebrachte rapport
vinden, en daarin lezen, dat deze Koninklijke
ingenieurs reeds tot de overtuiging waren gekomen,
„dat de verblijven der dieren vaak minder slecht
waren dan die der menschen."
Met den zwaren last van deze wetenschap op de
borst, heeft de Neflerlandsche Regeering meer dan
veertig jaren noodig gehad, aleer zij zich op eenigszins
beteekenisvolle wijze met de volkshuisvesting
bemoeide
Toch was er wel iets gedaan, maar door gemeente
besturen of particulieren, en daartoe werkte
het verschijnen der cholera in 1866, en in hef
bijzonder in 1892, krachtig mede. Vooral na 1892
werd er in verschillende gemeenten door partionlieren,
maatschappijen of vereenigingen in Amsterdam
o. a. door den „Volkshond" eeu eenigszins syste
matisch onderzoek naar de volkshuisvesting ingesteld,
en schromelijke toestanden kwamen toen vaak aan het
Eindelijk nam de Maatschappij tot Nut van 't Alge
meen de zaak ter hand en aan de heeren mr. H. L.
Drucker, mr. B. II. Greven en mr. J. Ktuseman
werd opgedragen, een rapnort over het woningvraagstuk
uit te brengen. Onder den titel„Het vraagstuk dei
Volkshuisvesting" verscheen dit rapport in de eerste
helft van 1896'
De heeren Drucker, Greven en Kruseman waren er
in geslaagd in een vrij kort bestek een uiterst volledig
overzicht te geven van het woningvraagstuk en vooral
hetgeen hier t. lande van overheidswege en door
particulieren voor de volkshuisvesting reeds was gedaan
PDIn 1897 hadden'de verkiezingen plaats en, uitgezonderd
in het program van den „Christelyk-H.storischen
Kiezersbond"! vond men in alle programma'sj der
UMl-nde nartiien meer of min scherp belynde
verschillende party n tuk_ De „Liberale
UMo""vroeg in haar program van urgentie: va3t^'ling_
W»nlin"fln tot ingrijpende verbetering van woning
het onteigeningsrecht.
Na het Nutsrapport wns'dc belangstelling voor het
woningvraagstuk jn ons tadfc.
1898 fo bet",,Handelsblad" en mr. Treub m 1896 in
Sociaal Weekblad"
volkshuisvesting gepredikt, in
mr S. F, van Nierop uitgebracht, welke tot richtsnoer
van het debat zouden kunnen dienen.
Iu de prae—adviezen van de heeren Van Houten bd
Krabbe kwamen de beide richtingen, de conservatief-
liberale en de vrijzinnigdemocratische, aan het woord.
De eerste erkende, dat de arbeidende klasse, in welker
belang toch grootendeels de verbetering der woningen
diende te gecchieden, in to onstelling met de meer
door de fortuin begunstigden, zeer duur woonde.
Tot deze erkenning zal hem wel zijn kieswet ge
bracht hebben. De verhouding van den huur- en loon-
kiezer toont toch aan, dat de laatste ongeveer eeu
vijfde gedeelte vau zijn inkomen verwoont.
Als er nu maar betere woningen waren, meende
mr. Van Houten, en daarby „eveuredige inkom
sten", dan zouden ongezonde, bouwvallige woningen
en afgelegen krotten veel minder worden betrokken,
of gezinnen verblijven in woningen, die voor bun
getalsterkte te klein waren.
Precies ons idee, maar zoolang de huurprijs der
„betere woningen", die in groote steden toch overal
verrijzen, gelijken tred houdt met dat zoogenaamde
betere, zullen de «evenredige inkomsten" wel zeldzame
vogels blijven. Wij lazen onlangs, dat een woning-
kiezer in de hoofdstad voor zbn 12 50 wekelijksche
huur, welke hem tot kiezer stempelt, in een tamelijk
gezonde arbeiderswijk kan huren een woning „bestaande
uit één kamer, een keukentje en één alcoof, drie
hoog, voor" en dat in zulk een verblijf vader, moeder
en vijf kinderen huizen. Meet daarnaar nu eens de
verblijven af van hen, die geen woningkiezer zijn
De eigenlijke werkzaamheid der regeering achtte
de heer Van Houten te wezen „het verbeteren
der wouingen zonder ze duurder te maken." Zij kon
dit ten deele rechtstreeks doen, door hier en daar in
het verbeteringsproces in te grijpen, zij kon het ook
doen door particuliere maatschappijen, welker doel
verbetering van huisvesting was, te helpen.
Dit zijn vrij wel algemeenheden, maar daaraan
werd zelfs nog eenige beteekenis ontnomen, waar de
beer Van Houten „overheidszorg" uit een hygië
nisch oogpunt, niet aehtlt te liggen op den weg der
gemeentebesturen. Daarop lag volgens hem niet het
radicale middel der onbcwoonbaarverklaring. Wel
mocht een woning ongezond worden verklaard, maar
onbewoonbaar niet, want de individneele vrijheid van
den huurder in deze moest niet verhinderd worden.
Wilde deze een ongezonde en derhalve onbewoonbare
woning betrekken, ii la bonheur, dat moet hy weten.
Apiès nous le déluge!
Zelfs geconstateerde besmetting door ongedierte was,
volgens Mr. Van Houten, geen oorzaak voor het
openbaar gezag om tusschenbeide te kooien, en evenmin
overbevolking. Op dien grond bad hij dan ook
indertijd als minister een Koninklijk Besluit uitgelokt,
waarby eeu bepaling in de verordening te Utrecht
werd vernietigd, welke overbevolking en ongedierte
een motief voor onbewoonbaarverklaring achtte te
zijn.
In het algemeen stond volgens de gemeentewet
onbewoonbaarheid niet in verband mei de gezondheid,
maar wel met de bouwvalligheid van de woning.
Mr. Krabbe daarentegen ging van een geheel
ander standpunt uit. Volgens hem moest aan de
gemeenteraden de meest mogelijke vrijheid gegeven
worden in het vaststellen van regelen betreffende het
bouwen en bewoueu van pefceelen. Bovendien moesten
zij in staat zijn of gesteld worden, om het werken van
vereenigingen en genootschappen, die verbetering van
woningtoestanden teu doel bidden, zoo krachtig mo
gelijk te ondersteunen, maar alleen dezulken die het
doel niet ondergeschikt maakten aan het behalen van
winst.
De overheid moet dat doel steunen door aan die
vereenigingen het recht tot onteigening te ge*en en
wyziugen te brengen in de regeling van schadevergoe
ding, zoodanig, dat niet meer als maatstaf werd
genomen de marktwaarde of veilingswaardeder goederen.
Rovendien wilde de heer Krabbe, dat kapitaal tegen
matige rente beschikbaar zou worden gesteld, waartoe
in het bijzonder du gelden der rykspostspaarbauk,
voornamelijk bijeengebracht door dezelfde klasse van
menschen, naar verbetering van wier woningen in de
eerste plaats moest worden gestreeld, kond«u worden
aangewend,
Het geschutvuur begon Zondagmorgen;
den ganschen dag werd een hevig vuur
onderhouden. De kanonnen des vijands
schenen tot stilzwijgen te zjjn gebracht.
Maandagmorgen werd het geschutvuur
hervat en tegelijkertijd werd een macht
infanterie uit het kamp afgezonden.
De artillerie onderhield een vreeselijk
vuur op de Boerenstelliugen en de infan
terie rukte op om de positie te nemen,
doch de vijand bleef in zijn loopgraven
en toen de infanterie naderde, werd zij
met een moordend geweervuur ontvangen.
Engelsche verliezen zijn zwaar. Vooral
de Hooglanders hebben geleden.
Verder wordt bericht
Maandagavond kwam een brigade van
Schotsche regimenten, marcheerende met
vieren uit de flank, tot op omstreeks
200 meter van de stelling dor Boeren,
zonder te vermoeden dat de vijand zoo
nabij was, toen de Boeren van twee
kanten het vuur openden. Dit bracht
den Hooglanders gevoelige verliezen toe
zij waren genoodzaakt terug te trekken,
maar zij verzamelden zich weer onder
beschutting van een terreinplooi en be
hielden moedig hun stelling.
Door de Gordon Hooglanders ver
sterkt, rukten zij opnieuw op in den
looppas, gesteund door het marine-kanon
en de overige artillerie, waarvan het vuur
de verschansing der Boeren geheel be
streek. Het geschut der Boereu werd tot
zwijgen gebracht.
Toen beproefde een colonne der burgers
de vlakte over te steken en onze troepen
van achteren aan te pakkon, maar zij
werden daarin verhinderd door de garde
en de artillerie. In den loop van den
avond heropende het geschut der Boeren
het vuur, maar het had geen uitwerking.
Onze troepen kampeeren in hunne stel
ling. Wij verwachten morgen hervatting
van het gevecht.
De verliezen zijn aan beide zijden zeer
ernstig.
Het Engelsche departement van oorlog
publiceerde het volgende van Methuen
„Daar do Boeren Dinsdagmorgen de
loopgraven met een sterke macht bezet
ten, heb ik mijne troepen in volkomen
orde naar de Modderrivier teruggetrokken.
Ik beu in volkomen veiligheid.
„Van gevangenen vernam ik, dat de
verliezen der Boeren verschrikkelijk zijn
ettelijke corpsen zijn geheel vernietigd.
De Boeren betoonen aan mijne gewonden
alle mogelijke zorg."
Bij het gevecht sneuvelde generaal
W auchope.
Dit is dan de tweede generaal, dien
Engeland in den oorlog verloren heeft.
Eerst Symons, die, toen de toestand van
De heer Van Nierop schetste de moeilijkheden Engelschon hij de bestorming van den
waarvoor een gemeentebestuur te staan kwam, wanneer i-. n
het met ernst en kracht in bestaande toestanden wilde lalariaticuvei uac l ,ipiv weru, Daar ae
ingrijpen. voorhoede reed en hun toeriep, dat de
Hjj gaf daartoe een overzicht van een zitting van stelling genomen worden moe8t, en daar
den Amsterdamsen Gemeenteraad, waarin bepalingen Wauchope. Het is hem mis-
omtrent minimale eischen voor de woniugen, door den
directeur van den gezondheidsdienst ontworpen, werden SCQieQ net ZOO gegaan De Hooglanders
besproken.Volgens het verslag van den heer Van Nierop gtormden vooraan tegen de kopjes op,
ging de behandeling echter niet door, en toen zij terugdeinsden voor het scbro-
voorzitter, wijzende op bovengenoemd Koninklijk j öu J o
Besluit, uitgelokt door den minister Van Houten, I melijke geweervuur van de Boeren, zal
bezwaar maakte die bepalingen in het leven te roepen,
„omdat de regeering ze toch niet zou goedkeuren."
overheidsbemoeiing in zake
een land, waar men het
nwr zii!1 kant had laten gaan, dat
Veertlge„rchen waren, die nog slechter dan dieren
wetsontwerp Vereeniging voor de Staat-
huishoudkunae a|,,emeene vergadering van 1898
voor haar jo nDe werkzaamheden van staat
ter verbetering der volk,h,m,s,rcp9,!nAnB_
der agenda verkreeg voorahaar he.ang
het onderwerp plaatste
en gemeente ter verbek
Dit p»nt der sgco op verzoek van het
rijkheid door drie mr. H. Krabbe en
bestuur door mr. o.
Natuurlyk was dit geheeld verslageen verdichtsel van
het geestige Amsterdamsche raadslid, maar het toonde
maar al te juist aau, waar de schoen wrong, als er
bij toeval eens een gemeentebestuur was, dat den weg
wilde inslaan, in tal van brochures wij wijzen
o.a ook op „Over arbeiderswoningen" van Helena
Mereier en dagbladartikelen dringender en drin
gender aan de orde gesteld.
De regeer ing, dank zij vooral het Nutsrapport,
kunnende beschikken over een vrij uitgebreid materiaal,
heeft eindelijk haar belofte, in de troonrede van 1897
uitgesproken, nagekomen en den lldeu September een
ontwerp ingediend, houdende wettelijke bepalingen
betreffende de volkshuisvesting. De ministers van
Biunenlandsche zakeu, van Justitie en van Financiën
hebben het nieuwe wetsontwerp onderteekend.
Als Engelschmati, moet men toch wel
verbazend optimistisch zijn, wanneer men
nu den moed niet verliest op een goeden
uitslag, bij zo'óveel tegenspoed en neder-
kgen.
Men is nog niet eens bekomen vau
het ongeluk, Gatacre met zijn colonne
overkomen, of liever, men weet feitelijk
nog niet eens, wat er precies met hem
daar weer de
hij naar voren zijn gesneld en hun den
weg hebben willen wijzen. Zoo is bij
den heldendood gestorven, gelijk zoove-
len der zijnen.
Maar wat een kerels zijn toch die
Boeren Twee dagen lang is het lyd-
diet over hun stellingen losgebarsten.
Hun verschansingen schenen kort en klein
geslagen. Maandagochtend braakte het
zware Engelsche geschut opnieuw zijn
vernielende granaten tegen hen uit. Maar
toeu de Engelsche infanterie, een heele
brigade Hooglanders en nog meer bataljons
daarachter, nu aan kwamen rukken, lagen
zij daar nog, en hun zenuwen waren
door het ijselijke kanonvuur niet geschokt
eD zij schoten niet in het wilde, maar
wachtten tot de vijand binnen bereik
was. En toen toonden zij, dat zij daar
nog waren, niet weggeveegd door het
granaatvuur.
Deze nederlaag zal wederom een tal
rijke schare Aftikaanders naar de Boeren
doen overgaan, en deze macht zal het
ontzettiDgsleger van Kimberley kunnen
tegenhouden, tenminste als het niet tot
is gebeurd, of daar weer de mare
Methuen is bij Modderrivier een formeelen terugtocht wordt gedwongen,
verslagen. In de Kaapkolonie is op ditoogenblik
Laat ons eens nagaan, wat de eerste het brandpunt van den oorlog.
telegrammen daaromtrent melden Een uitvoerig bericht uit het Handels-
Lord Methuen zond Zaterdagavond de blad over den sLg bij Magersfontein
artillerie uit tegen de Boerenstelliugen (Modderrivier) laten we hier volgen, het brigade, onder generaal Barton vooruit-
liet noorden op de heuvels bij Magers- geefc een te mooien kijk op de manier geschoven, en deze staat op een uur gaans
waar de vijand zich sterk had van vechten van de Boeren, om het weg j van Colonso. Dc Boeren hebben iritusrchen
te laten. We beginnen evenwel bij het
gevecht op Maandag, daar de eerste
bijzonderheden van Zaterdag en Zondag
hierboven reeds zijn vermeld
Bij het aanbreken van den dag her
opende do Britsche artillerie het vuur.
Het marinekanon en de houwitsers tracht
ten de verschansingen der Boeren te
enfileeren en beschoten deze onophoudelijk
met iyddietgranaten. IS iet minder dan
31 kauonnen namen aan dit sologevecht
deel. De vuurmonden der Boeren be
waarden het stilzwijgen.
Toen de Eogelsche troepen opnieuw
tot den aanval voorwaarts rukten, begon
nen de geweren der Boeren weer te
spreken. Een atdeeling Boeren, die in
een paar dichte boschjes aan de oostzijde
der stelling was geposteerd onderhield
een doodend vuur op de rechterflank
der Engelschen en dekte zich zoo, dat
zij feitelijk niet te zien waren.
Trouwens, tijdens het vuur der En
gelsche artillerie scheen de stelling der
Boeren geheel verlaten te zijn en als de
bevelhebber, meenende dat zijn onophou
delijk krachtig geschutvuur den grootsten
tegenstand bij den vijand zou hebben
gebroken, bevel gaf tot hervatting van
den aanval, werd uit deze oogenschijnlijk
verlateu stelling zoo een verwoed, maar
welgericht geweervuur op de Engelsche
troepen gericht, dat deze onmogelijk
stand konden houden.
In den loop van den dag werd het
eerste bataljon Gordon's, de bestormers
van Dargai, door lord Methuen vooruit
gezonden om het centrum van den vijand
aan te vallen. De mannen gingen met
ijzeren moed voorwaarts, maar konden
de opdracht niet volvoeren. Het geweer
vuur der verdedigers en zijn ijzerdraad-
versperritigeo stuitten hun marsch. Zij
moesten terug en daarmede was de
aanval voor goed afgeslagen.
De nederlaag is voor generaal
Methuen's troepen een eervolle nederlaag.
Dat zijn troepen na het onthaal door de
Boeren aan de eerste aanvallen bereid,
den strijd hebben volgehouden, de ge
lederen hebben hersteld en zelfs met
waarachtige doodsverachting tot een twee
den aanval zijn overgegaan, legt een hooge
getuigenis at van de waarde der troepen
die tot ontzet van Kimberley waren op
gerukt. Een nederlaag is geen schande
es. vooral tegenover een vijand als de
Boeren vau Cronjé. Welkeen geestkracht,
welk een zeifbeheersching, welk een vast
vertrouwen moeten deze Boeren bezitten,
die op het artillerievuur van den vijand
niet antwoorden, als ze er geen voordeel
in zien, die de aanvallers laten naderen
tot 300 a 200 yards van hun stelling
zonder een schot te lossen en dan zich
kalm een doelwit kiezen en door hun
verpletterend geweervuur den aanval tot
staan brengen! Welk een machtig voor
beeld.
Er gaan nog meer troepen naar Afrika.
De zesde divisie is gemobiliseerd; vie?
bataljons zullen worden ingescheept.
Het oorlogsdepartement heeft ook tot de
mobilisatie van de zevende divisie be-
aebtste divisie als
De reservisten zul-
de wapenen worden
reeds 300 artilleristen
van uit Gibraltar naar de Kaap gezonden.-
Het gerucht gaat, dat Ladysmith zou
ziju ontzet en 3000 Boeren krijgsgevan
gen zijn gemaakt, terwijl velen sneuvel
den. Het is onmogelijk bevestiging te
krijgen.
Aan het departement van oorlog
te Londen zijn daaromtrent geen berichten
ontvangen.
Wil men weten, hoe de Vrijstaters,
die generaal Gatacre's leger verstrooiden
en die bij Magersfontein aan de Iyddiet
granaten het hoofd boden en Lord Methuen
tot den terugtocht dwongen hoe zij
vechten Lees de „Globe." De Vrijstaters
willen nieta£ "'<*ver dan hard wegloopen
naar huis, .-.war de Transvalere leggen
ze in de voorste gelederen, en zoodra
een Vrijstater er van door wil, pang!
dan krijgt hij een kogel van een Trans
valer in den rug. Dus moeten de stakkers
wel vechten.
In Natal verwacht men elk oogenblik
een grooten slag. Generaal Bulier heett
zorgvuldig al zijn maatregelen genomen
en de botsing kan nu niet lang meer
uitblijven. Reeds Leeft hij een infauterie-
sloten en een
reserve te vormen,
len spoedig onder
geroepen. Er zijn
in
fontein,
verschanst
hun linie naar het Oosten uitgebreid^