N16 fi W S-, lilEflSitll- Lllll Bnreaa: SCHBIAtiKS, Laao, I> UitgeverP- TRAPMAN. MedewerkerJ. WIW KËL. Dit nummer bestaat uit twee bladen. EERSTE BUD. TRANSVAAL. Buitenlandsch Nieuws. Binnenlandsch Nieuws. Zo» .ag 4 HAART 1900. 44s s Jaargang 3500. en Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden A.DVERTENTLKN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Prijs per jaar f 8.—. Franco per post f 8.60. Atzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25;iedere regel meer 5 et Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dat Cronjé zich heeft moeten over geven, na zooveel betoon van moed en dapperheid, heeft ons meer gespeten, dat hebben wo meer gevoeld, dan het zooge naamde ontzet van Ladysmit h. Dat hadden we verwacht,doordat vele mili taire autoriteiten dat een eisch genoemd hadden van de veranderde tactiek, die de Boeren volgen moesten na de over gave van Cronjé. Bulier seinde Douderdagmoi gen Generaal Duodonald met de Natalsche Karabiniers en een regiment, samenge steld uit verschillende wapenen, trok gisterenavond Ladysmith binnen. Men meldt, dat de streek tusschen mij en Ladysmith door de Boereu is verlaten. Ik ruk naar Nelthorpe. Dienzelfden middag seinde Bulier „Ik ben juist uit Ladysmith terugge keerd. Met uitzondering van eeD kleine achterhoede aan de Noordzijde op Sur prise-heuvel,zijn alle belegeraars in groote haast afgetrokken en het land ton Zuiden van de stad is geheel vrij van hen. „Het garnizoen van Ladysmith zal een weinig verpleging moeten hebben, voordat de soldaten voor den velddienst geschikt zullen zijn." Zooals gezegd, is de ontzetting van Ladysmith niet gepaard gegaan met het verslaan van het Boerenleger. De Boe ren zijn uit zichzelf vertrokken en hebben al hun geschut en proviand en verdere za ken meegenomen. De dagen te voren is er evenwel bij Ladysmith woedend gevochten en bij die gevechten moeten de verliezen der Engelschen ontzettend zijn geweest. Bulier seinde reeds vroeger, dat hij Spoorwegheuvel tegenover Pietersstation had genomen. Yan dat gevecht lezen we De aanval der Engelsche troepen was gericht tegen Spoorwegheuvel tegenover Pietersstation, twee mijlen ten Westen van den spoorweg. Onder het moordend vuur der Boeren drong de Iersche brigade door tot een punt ten Westen van den spoorweg, even voorbij Pieters. Hier kwam zij te staan voor een diepe donga, waarover een smalle brug was gelegd, die volkomen onder het bereik van de geweren en kanonnen der Boeren was. De Ieren moesten de brug over, wilden zij den heuvel bestormen. Een compagnie stormde op de brug, doch de meesten vielen vóórdat zij aan de overzijde waren. Een andere compagnie beproefde het met niet gunstiger resul taat. De Britsche artillerie vuurde onop houdelijk op do Boeren, doch zonder blijkbaar succes. Hun vuur bleef even zwaar en even moordend. De Iersche brigade leed verschrikkelijke verliezen. Er werden zandzakken aangebracht, waarachter de mannen dekking zochten. Zij onderhielden een gedurig vuur op de Boeren en middelerwijl trokken anderen man voor man over de brug. Toen er genoeg manschappen aan de overzijde waren, werd de gevechtslinie geformeerd en bevel gegeven tot den aanval op den heuvel. Bij secties spron gen de mannen voorwaarts, terwijl hun kameraden van achter hun dekkingen onafgebroken vuurden om den sprong te dekkeD. Na vijf uur van zwaren strijd bereikte de voorste compagnie der Inniskillings een plateau op 200 yards van de schansen der Boeren Zij chargeerden, doch de Boeren stonden ondanks het overweldigend vuur uit de Britsche geweren en kanonnen, op en schoten de aanvallers neer. In één minuut tijds stond van deze compagnie geen man meer. Zij was echter niet geheel vernietigd.Na eenigen tijd stonden eenige soldaten op en liepen terug om dekking te zoeken. Een tweede com pagnie onderging hetzelfde lot. Ten slotte groeven de manschappen zich in en brachten den nacht door op de helling van Spoorwegheuvel. De Inni skillings trokken uit met 24 officieren des avonds waren er nog 5 over. Den geheelen nacht werd over en weer geschoten. Ten laatste moet Bulier toch geslaagd zijn Spoorwegheuvel te nemen. Dat Londen juicht, dat kunnen we ons zoo voorsteilen,en voornamelijk de ont zetting van Ladysmith moet tot veel vreug debetoon a inleiding gegeven hebben. De wijze, waarop het is geschied, oordcelen we verre van waardig. D^iirticuliere corres pondent der „N. R. Ct." schrijft daarover: Londen vierde ware saturnaliën wegens het ontzet van Ladysmith. Naarmate de middag vorderde, weiden de volksoptoch ten en menschenophoopingeu ia de hoofdstraten talrijker en rumoeriger en werd aldaar reeds spoedig het verkeer gestremd. Tallooze marskramers ver kochten druk vlaggetjes en medailles met de portretten van White en Buller, waarmee zelfs krantenjongens, schoen poetsers en huurkoetsiers pronkten. Er werden bijna geen zaken gedaan. Daar de voornaamste openbare scholen en ook I de bijzondere vanmiddag vacantie gaven, paradeerden massa's schoolkinderen mede; zingend en met banieren zwaaiend in de i hoofdstraten, waar talrijke vrijaf hebbende winkelbedienden, werklieden en kinderen gezelschappen vormden. Vele winkeliers sloten, anderen staken de vlag uit. De effectenbeurs hield zich meer bezig met het zingen van patriottische liederen, dan met zaken doen, doch bleef desondanks open, ofschoon de transactiën en prijzen nagenoeg nominaal warenmaar de koren beurs sloot al om één uur, omdat zaken doen onmogelijk was geworden, doordat een geweldige menigte do versierde beurs binnenstroomde en zich daar zingende onder de graanhandelaar- mengde. Ik zag vele wildvreemden elkaar omarmen op straat, roependeLeve Buller en White! Vele bemiddelden trakteerden de voorbijgangers in het openbaar, het geen niet weinig moet hebben bijgedragen tot do algemeene opwinding, welke zeker eeu alles behalve zuivere brooddronken heid was. Kortom, het was vandaag voor Londen, alsook voor de gewestelijke hoofdsteden van Engeland, een geïmproviseerde vacan- tie-dag en de tijding van het ontzet van Ladysmith werd gevierd met een over dreven, kinderachtigen en uitzinnigen volksjubel, welke vanavond voortduurt met illuminatie en klokkengelui van Westminster, in de City en elders. Jui chende en zingende straatoptochten ziet men overal voorbijtrekken. Mén zou zeggen,zeide een fatsoenlijke ambachtsman tot mij,dat Buller minstensRomeingenomen en den Paus gevangen gemaakt had. Lady White ontviug honderden felici tatie-telegrammen, evenals de Engelsche agent-generaal in Natal. De Koningin, de prins van Wales, de poortermeester, regeeringsmannen en andere officiëele personen seinden aan Buller en White gelukwenschen. Sommige predikanten vermeldden het ontzet van den preekstoel, zoo o. a. de bekende tegenstander van den oorlog dr. Parker, die verklaarde, dat bij er mede over juichte, maar dat nu het oogenblik voor de Britsche regee ring gekomen was om den Boeren vrede voor te stellen, nu de eer der Engelschen voldoende was gehandhaafd. Stead's Stop- the-war-comité kondigde tegen Vrijdag avond een groote volksmeeting in Exeter Hall aan. Cronjé's overgave heefc niet zooveel kanonnen opgeleverd, als dat werd ge meld. Het aantal was gemeld op 15, dit schijnt 6 te moeten zijn. Het aantal gevangenen is geteld op 3700. Over het laatste gevecht en de over gave van Cronjé lezen we in het Hdbld.: In de vroege ochtenduren van Dinsdag had de opperbevelhebber den Cauadee- schen troepen bevel gegeven, de eerste schansen van den vijand te bestormen. De Gordons en de Shropshires werden als reserven aan hen toegevoegd. Yol moed begonnen zij hun taakondanks den dichten kogelregen uit de Mausers der Boeren stormden zij sprongsgewijs tot een honderdtal yards van de schansen. Toen werkten ze als duivels, nu eens schietende, dan weer gravende. Vijftien minuten lang waren zij aan een ijselijk vuur blootgesteld, voordat ze goede dek king hadden. Doch daarop ging het gravend voorwaarts en toen de schemering week voor de stijgende zon, wierpen de Canadeezen een schans op, vijftig yards voor de linie der Boeren. Gestadig werkten ze voort in de richting van de Boerenstellingen langs de rivieren, totdat ze het uiteinde van deze hadden bezet. Toen trad een stilte in, slechts vaD tijd tot tijd door eet enkel schot afgebroken. De Canadeezen hadden, dank zij de schemerine slechts twee gesneuvelden en 32 gek etsten verloren. Zoodra generaal Cronjé den toestand kon overzien, begreep bij, dat verdere tegenstaud onmogelijk was. Plotseling barstte een regiment op een der heuvel toppen in gejubel I03de mannen hadden de witte vlag gezien boven het Boeren- laager en als een loopend vuurtje verspreidde zich het nieuws, dat generaal Cronjé zich overgaf. Kort daarop ontving lord Roberts de schriftelijke mededeeling van den Boeren- bevelhebber, dat hij zich onvoorwaardelijk overgaf. Generaal Pretyman werd met zijn aides-de-camp naar het laager gezon den om, Cronjé uit te noodigeu in het Britsche kamp te komen. Omstreeks zeven uur zag men een kleine troep ruiters over de vlakte rijden naar het Britsche hoofdkwartier. Lord Roberts stapte uit den wagen, waarin hij den nacht doorbrengt en liet een wacht van Hooglanders een carré for- meeren, waarvan één zijde openbleef. In deze ruimte nam de Britsche opperbe velhebber plaats, vergezeld van kolonel Neville, Chamberlain en kapitem Water ford, om den overwonnen tegenstaudor te ontvangen. Toen de ruitergroep naderbij kwam, zag men rechts van generaal Pretyman een ouden Boer rijden. Hij was gezeten op een wit paard en gekleed in een lange donkere jas, een blauwe broek en bruine schoenen. In de hand droeg hij een rijzweep. Het door de zon gebruinde gel:at, omgeven door een grijzenden baard, werd overschaduwd door een breedgeranden hoed, waarom als eenig teeken van rang een breed oranjel nt was gelegd. Het gelaat toonde niet het minste teeken van ontroering. Lord Roberts wachtte staande den troep af. Generaal Pretyman hield halt en zeide tot den opperbevelhebber, wij zende op zijn buurman„Bevelhebber Cronjé, mijnheer." Generaal Cronjé bracht de hand aan den hoed en maarschalk Roberts beantwoordde den groet. Allen stegen af, lord Roberts trad op Cronjé toe en drukte hem de hand, zeg gende „Ge hebt u dapper verdedigd, mijnheer." De Britsche opperbevelhebber noodigde zijn gevaugene uit, plaats te nemen en zette zich aan zijn linkerzijde. De beide bevelhebbers spraken gedurende korten tijd, waarbij Cronjé's secretaris, de heer Kejjzer, als tolk dienst deed. Cronjé 8 houding wordt beschreven als uitermate kalm en waardig. Hij betuigde zjjn spijt, dat hij niet langer stand had kunnen houden. Nadat de vormelijke overgave had plaats gehad, noodigde lord Roberts den Boerenbevelhebber in zijn tent, om met hem het ontbijt te nuttigen. Na afloop rookte hij een sigaar, die eea der offi cieren van Roberts' staf hem aanbood. Hij sprak weinig. De correspondent van de „Daily Tele- graph" heeft het laager der Boeren be zocht. Hij zag er tal van wagens en drie kanonnen, die door Britsche granaten verbrijzeld waren, de schietvoorraad was zoo goed als op. De Boeren hadden diepe schansen gegraven, die ware catacomben geleken. Gewonde Boeren hadden al dagen lang zonder hulp ia het laager ge legen en honderden paardenlijken ver pestten de lucht. De gevangenen waren zeer verlicht, toen zij hoorden dat hun een goede behandeling stond te wachten. Het minst konden zich echter de vrou wen schikken, die maar niet waren af te brengen van de opvatting, dat zij haar mannen en bloedverwanten voor de laatste maal zagen. Berichten melden, dat de Engelsche cavalerie te Bloemfontein aankwam, doch het departement van oorlog heeft daarvan geen bevestiging ontvangen. De Boeren zijn, naar gemeld wordt, in groot aantal saamgetrokken in Zuid- Westelijke richting. De „Temps"-correspondent te Londen becijfert uit de opgaven van het departe ment van oorlog, dat de verliezen van lord Roberts van 14 tot 19 Februari bedroegen 1264 man, aldus verdeeld: 16 officieren gesneuveld, 58 gewond, 5 vermist; 179 mm gesneuveld, 955 ge wond en 51 vermist. Een telegram van lord Roberts uit Paardeberg zegtGeneraal Clements be richt, dat hij, vernomen hebbende dat Colesberg door de Boeren ontruimd was, een troepenmacht ritsood om Colesberg- junction te bezetten. Hij zelf reed Coles berg binnen, waar hij geestdriftig werd begroet. Hij maakte een voorraad ammu nitie buit en nam verschillende opstande lingen gevangen. Daarna keerde hij naar Rensbu'-g terug. MM wemelt der weel. Zijn de vorsten altijd de voorsten van hunne volken Belichamen zij in zich al de deugden, de eigenaardige karakter trekken, die hunne onderdanen kenmer ken Zijn zij de voorsten in al wat edel en goed en braaf en rechtvaardig is Ziedaar enkele vragen, waarop een volmondig antwoord zou moeten volgen. Doch helaas, hoe menigmaal nemen wij in vele opzichten het tegengestelde waar. In 1896 vloog er eea geiukwensch over den Oceaan, die uiting gaf aan de gevoelens, die Duitschlands Keizer koes terde voor de kloeke Germanen in het verre Afrika. Een gloed van heilig vuur doortintelde onze aderen, toen wij lazen, hoe de machtigste onder de grooten het snoode verraad van de Angelsaksische geldwolven hekelde. Het gevleugeld woord van Wilhelm verhief hem bij allen, die gevoel voor recht en eerlijkheid bezitten, tot den onverschrokken ridder voor hen, die kampten tegen laagheid en verraad. En thans P De ridder zonder vrees en blaam schijnt een gewone huurling te zjjn, die zijue bevelen uit Londen ontvangt. Geheel te gen den geest van zijn volk in, totaal in strijd met de gevoelens die de Duit- schera bezielen, heeft hij de partij ge kozen van Rhodes-Chamberlaiu en Co. Waarlijk, Keizer Wilhelm is thans verre van den Vorst der Duitschers Hij heeft de menschheid in de ziel getroffen, met zijn geiukwensch aan Victoria ovor de nederlaag van den kloeken Cronjé. Met den Koning van Italië, heeft hij gemeend, het Engelsche volk te moeten fe- liciteeren met hunnen behaalden zegepraal En welk een zegepraalLeonidas met zijn handvol Spartanen verslagen door een heirmacht van Perzen Veertigduizend huursoldaten,aangevoerd door de bekwaamste generaals van den lande, beschermd en bijgestaan door meer dan honderd s.nelvuurkanounen, hebben na eene worsteling van acht dagen ruim drie duizend Boeren tot de overgaaf weten te dwingen. Zeker, de zegepraal was wel schitterend Dat noemt Lord Roberts een revanche opHajuba! Zoo'n schitterend wapenfeit is waarlijk wel een felicitatie waard. Er moet heei wat tusschen de Engelsche en Duitsche regeerirgen beklonken zijn,als de Duitsche *keizer tegen de stroomieg in, partij voor de kwade zaak van Engeland durft kie zen. Zou er misschien imperialisme achter zitten Gelijk Engeland dioomt van een machtigen Angelsaksiscben staat,koesteren de Duitschers hunne wenschen voor één groot Duitschland. Tot dat groote Duitsch- land zou ook Nederland moeten behooren. De bekende wijsgeer Eduard von Hart- mann heeft aan dit onderwerp een artikel gewijd, dat overal opzien heeft gewekt. Men vermoedt dat de Duitsche regee ring hare idééën door de pen van von Hartmann, wereldkundig heeft gemaakt, eene manier van doen, die onder Bismarck veel gevolgd werd. In dat artikel lezen wij „Men weet in Neder land zeer goed, dat men de Hoilandsche koloniën tegen den aanval van eene groote mogendheid nog minder goed zou kunnen beschermen, dan Spanje de zijne. Al deze gevaren zouden afgewend kunnen worden, als Nederland eeu offensief en defensief verbond en een tolverbond unet tolparlement van Duitsch land wilde vragen, en dus ia eenzelfde verhouding tot het Rijk toetrad, als de Zuid-Duitsche Staten van 1866 tot 1870 tot den Noord-Duitschen Bond." Wat deze philosoof omtrent Neder land heeft uitgesproken, is nog maar een deel van Duitschland's wenschen. In Gotha is een kaart uitgegeven van het Duitschland der toekomst, die met veel succes wordt verkocht Op die kaart vormen Duitsch-Oostenrijk, Denemarkea, Noorwegen, Zweden, Nederland, de Vlaamsche provincies van België en Duitsch-Zwitserland, met het tegenwoor dige Duitschland één geheel. In Duitsch- Oostenrijk heeft hot meerendeel der bewouers wel ooren naar dezen toekomst staat. Van genoemd# kaart werden alleen in Oostenrijk 300 000 exemplaren verkocht. De* nog immer bestaande strijd met de Noord—Slaven en de vrees, te eeniger tijd door dezen overheerscht te worden,heeft voor een „Groot-Duitschland" in de Etflanden groote propaganda ge maakt. De vrees, dat Nederland in de armen van Duitschland gedreven zal worden, heeft in het Engelsche parlement reeds aanleiding tot eene interpellatie gegeven. De heer Gibson Bowler, een van de conservatieve afgevaardigden, vroeg de regeering opheldering omtrent de positie van Holland tusschen Engeland en Duitschland Hij zeide: „Het tegen woordige aanzicht van Europa schijnt er op te wijzen, dat er eerlang een ver schuiving kan komen in bet maritieme evenwicht. Duitschland heeft prachtige schepen en kanonnen, maar het heeft geen marine. „De Duitsche schepen zijn bemand met en worden beetuurd door binnenlanders met binnenlandsche tradities.MetFrankrijk is het iets anders. Frankrijk heeft de tradities, die alleen reeds eene marine maken. Maar de mogelijkheid bestaat, dat Holland onder zekere omstandigheden zich met Duitschland verstaat. „Dit is een nieuwe eu geheel onvoor ziene factor in het maritieme probleem. De Duitsche schepen, bemand met en bestuurd door Hollauders, zouden, schip tegenover schip, evengoed zijn als de onze." De geachte afgevaardigde vreest zeker, dat dan andermaal de Trompen en de De Ruijters, den Britschen waterwolf naar zijne holen zal terugjagen. Enge land kan evenwel voorloopig gerust zijn. Hoe graag Nederland ook zou willen meedoen, om de onderdrukkers en ver volgers onzer stamgenooten, de roovers hunner diamant- en goudmijnen, duchtig af te kloppen, toch zal het niet tot dien prijs zich in de armen van Duitsch land werpen. Een gedwongen inlijving zou zeker geen aanwinst voor Duitschland zijn. Duitschland bezit al vreemde bestanddeelen te overeen versterking van dit element, zou eeno verzwakking van het Rijk ten gevolge hebben. Wan neer bij de 3 millioea Polen, de V/% rniliioen Elzas-Lothariogers, de 150.000 Denen, nog 5 millioen ontevreden Neder landers kwamen, zou er een vreemde toestand geboren wordeu. Een eenigszins krachtige oppositie in Duitschland, met zijne sterke groepen bestaande uit Sociaal-Democraten, Cen trum-mannen, Agrariërs en Vrijzinnigen, alle met scherp beiijnde, tegenstrijdige belangen, zou steeds op den steun dezer gedwongen onderdanen kunnen rekenen. Alleen door groote concessies in allerlei richting, zou het der regeering mogelijk zijn het bewind te voeren. In plaats van te regeeren, zou zij geregeerd worden tot schade en schande van het Rijk. In het rijk zou eene immer wellende bron van ontevredenheid zijn want nooit zou het Nederlaudsche volk zij ne nationaliteit vergeten. De geruchten, dat men zich in Oosten rijk o .gerust maakte over Duitschland's plannen, ten opzichte vau Duitsch spre kende landen, zijn ongegrond gebleken. Keizer Frans Jozef toch heeft bij een gala-diner den volgenden dronk op den Duitschen Keizer uitgebracht „In innige aanhankelijkheid en onwan kelbare hondstrouw drink ik op het wel- »iju van mijn trouwen vriend, keizer Wilhelm."Van eene toenadering tot Rus land, ten einde daar steun te zoeken tegea den al te begeerigen bondgenoot, is dus geen sprake. Trouwens, de nieuw begonnen propaganda van Rusland in de Balkanstaten, die eensdeels tegen Turkije, maar voor een ander deel dei Oostenrijkschen invloed in Servië en Mace donië bedreigt, maakte eene nadere aansluiting bij Rusland vrijwel onmogelijk. Vuur en water kunnen eikaar nu een maal slecht verdragen. Tot diakenen bij de Doops gezinde Gemeente te I5;i i--si u horn ziju verkozen deheerenE. Rrjkens te V ieringerwaard en L. Koggevten te Schageu.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1900 | | pagina 7