AlltlEEl litlll-, Alftntiiit- Lnllnvllil Donderdag 15 MAART 1900. 44ste Jaargang ITo. 3503. Zoogewon nen soo geronnen. PLAATSELIJK NIEUWS. FEUILLETON. Binnenlandsch Nieuws. SCHAGER COURANT. en Lht blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. Hureaa: SCHAttKA't Laan, O 4. UitgeverP» TRAPMAN. MedewerkerR I K E L. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60, Afzonderlijke nummers 5 Cents. ADVERTENTIEN van 1 tot 6 regels f 0.25;tedere regel meer 6 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Schagcn, 14 Maart 1900. Op uitnood iging der a f- dceliugAardswoud e.o. van de Soc.Deinocr. Arbeiderspartij hield de heer .4H. Schaper, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, in het Noord-Holl. Koffiehuis alhier, eene rede over: „De arbeider in Staat en Maatschappij." De heer Schaper begon zijn rede met de opmerking, dat hij niet iets nieuws kwam vertellen, hoewel de zaak betrek kelijk wel nieuw is. Eeuwen lang toch heeft de arbeider zijn lot met gelatenheid en doffe berusting gedragen en verdragen en eerst sinds een kwart eeuw is er wat beweging in de logge massa des volks gekomen en heeft men begrepen, dat het arbeiderslot een alles behalve benijdens waardig lot is. De toestand kan beter zijn en behoeft niet zoo te blijven en daarom is het plicht van elk rechtschapen menscb, mee te werken tot het verkrijgen der verbetering. De arbeiders beginnen in te zien, waar de schoen wringt en dat hun lot onverdiend is. Onder arbeiders begreep Spr. niet alleen hen,die mot de handen hun brood ver dienen, maar allen, die niet zonder wer ken, 't zij met de handen of met het hoMd, door het leven kunnen gaan. Spr. kende voornamelijk twee groepen van meuschen arbeiders en n iet-arbeiders, die van den arbeid van anderen leven. Het leven van die twee groepen werd door Spr. in het breede nagegaan. Hij vertelde op boeiende wijze, hoe en waar in het kind des arbeiders achterstaat bij dat van den rijke; dat dit verschil zoo voort blijft bestaan tot het kind man is geworden, enz. enz. Nieuws ver telde Spr. niet, maar de wijze, waarop hij de bekende feiten weer onder het oog der aanwezigen bracht, de Overtuiging, die uit zijn taal sprak, de warmte, waar- méê hij opkwam voor de rechten der niet-bezitters, dit alles maakte een grooten indruk, te meer nog, daar Spr. niet op de gebruikelijke wijze begon uit te varen over bezitters, enz., maar den toestand nam zooals hij is, hem als ver keerden toestand brandmerkte en de mo gelijke verbeteringen aanwees. Over het nut der vakvereenigingou werd in het breede uitgewijd, als grondslag voor ver dere, grootere organisatie en duurzame; verbeteringen. Over de concurrentie der arbeiders onderling werd een hartig woordje gezegd, evenzoo over het bedreig de recht van vereeniging bij de sigaren makers te Groningen, en over vele zaken meer. Helder lichtte de heer Schaper den toestand der arbeiders in de maat schappij toe. Sprekend waren zijn voor beelden, begrijpelijk zijn taal, logisch zjjue redeneeringen. Na de pauze behandelde bij den toestand in den staat, d. i. de georganiseerde maatschappij. Ook daarin heeft de arbei der weinig te zeggen. De twee soorten van wetten, te weten die, welke de verhoudicg der burgers over en weer regelen en die welke ingrijpen in de maatschappelijke toestanden en welvaart, worden beide gemaakt door de bezittende klasse en dragen daar dan ook in vele opzichten de kentcekenen van. De justitie b. bestaat geheel uit gegoede menechen en is i derhalve volmaakt eene klasse-justitie, en spreekt vonnissen uit, die meermalen den stempel dragon van de omgeving, waarin de heereu rechters leven. Arbei ders zouden in vele gevallen andere von nissen vellen dan die heereu. Is het dus niet hoog noodig, dat de rechterlijke macht anders worde samengesteld Alles in den staat is gebaseerd op eigendoms recht en kapitalistisch gezag, twee din gen, die Spr. natuurlijk van zijn stand punt tel bestreed. Aan beide moest, vol gens hem, voor het heil van allen in staat en maatschappij een einde komen. Ook de belastingwetten waren onrecht vaardig en even zoovele andere wetten, die door Spr. werden aangehaald en gecritiseerd. Het tegenwoordig ministerie, dat het ministerie van sociale rechtvaar digheid wordt genoemd, gaf ook niets dan slap, middelmatig werk. Zie maar naar de Leerplichtwet, riep Spr., ook half werk en halve maatregelen. De aanne ming van deze wet hangt waarschijnlijk vao de stemmen der socialisten af, 6prak de heer Schaper. Nu, die zijn sterk vóór leerplicht, maar of zij voor deze slappe wet zullen stemmen, is nog zeer de vraag en hangt nog van allerlei dingen at. In de toekomst zullen nog vele dwangwetten noodig zijn voor de verbete ring van den maatschappelijken toestand. Er is ook nog zooveel, waarop de arbei ders recht hebben en dat zij ook zullen veroveren. B. v. het algemeen stemrecht. Het VQlk zal het eindelijk willen hebben en als het volk het wil, is er geen kamer, geen regeering, die de beweging kan stuiten. Door den wil des volks is het in België gegeven, door den wil des volks zal het ook in Nederland worden verkregen. Met eene krachtige aanbeveling tot aansluiting bij de arbeiderspartij, sloot Spr. zijne met zeer veel aandacht gevolgde rede, die een diepen indruk maakte. Met een der vrije socialisten ''olgde nog een klein, onbeteekenend debat, waarop de voorzitter der Aavdswouder afdeeling op do gebruikelijke wijze de vergadering sloot. Een collecte voor de noodlijdende diamantbewerkers bracht nog ruimt 4.— op. De St. Lodewijks-Vereeni ging hield j. 1. Zondag hare gewone jaarlijksehe vergadering in de R. K.Par. School. Op de lezing der notulen volgde de rekening en verantwoording van't vorige jaar. Het batig saldo bedroeg t 1223 46. Nadat de heer C. N. Vlaming met bijna algemeene stemmen tot president was herkozen, werd de vergadering door den ZeerEerw. heer deken onder een woord van dank gesloten. 24. OntwaaktDat veelzeggende woord op het oude, verweerde gedenkteeken op het kleine kerkhof was weer waarheid geworden, voor de zooveelste maal. Drie jaren-» waren voorbijgegaan, en op de graven van de dooden bloeide opnieuw het lenteleven in al zijne bekoring. De goede stad Heilsberg verheugde zich als steeds in haar idyllische rust en vrede. Daar was niets veranderd, alleen de notaris was heengegaan en de Heilsberger kanselarij had een nieuwen. Anders was er niets gebeurd, maar de stad was en bleef historisch, en dat was voldoende. In Steinfeld en Neustadt daarentegen hadden diep-ingrijpende veranderingen plaats gehad en die waren lang niet in het voor deel van de beide plaatsen. Dé Steinfelder werken waren in andere handen gekomen voor een luttel bedrag, maar de tegenwoor dige eigenaar deed zijn best niet den boel rechtop te houden. De gansche inrichting was, zooals maar al te duidelijk bleek, met kunstr en vliegwerk in elkaar gehou den. Een werkelijk bestaan was mogelijk, als men de zaak tot haar kleinen omvang van vroeger terugbracht, en dat geschiedde dan nu ook. De arbeiders werden voor het grootste deel ontslagen, de overtollige gebouwen verkocht of verhuurd, en voorts werd de onderneming beheerd, zooals dat met zaken van tweeden of derden rang behoort. Neustadt, dat zijn belangrijkheid aan de Steinfelder werken dankte, was dadelijk in verval. De arbeiderswijken werden lang- 1 zamerhand ontvolkt en de veie voordeelen, die het rechtstreeksohe verkeer met Berlijn met zich meebracht, hielden natuurlijk op. En alhoewel nu niet het gras Vergadering van den Raad der gemeente 5£ype, op Dinsdag 13 Maart 1900, 's morgens 10 ure. Bij de openiDg deelt de Voorz mede,dat de heer Schuijt afwezig is wegens onge steldheid, en hij heet den heer Van Beusekom welkom, die na lange onge steldheid thans weder aanwezig is. Hij hoopt, dat de heer van Beusekom steeds moge toenemen in krachten en nog lang zich zal kunnen wijden aan de belangen der gemeente. De heer Van Beusekom bedankt. Hierna volgt lezing der notulen, die worden goedgekeurd. Het eenige punt tér behandeling is het Kohier voor den Hoofdelijkeu Omslag voor 1900. Voorzitter zegt, dat aan den heer Jacht-Opziener elk jaar een gratificatie van f50.— is verleend. Namens Burg. en Weth. stelt hij dan voor, het ook dit jaar te doen, daar men werkelijk grooten steun van den Jacht-Opziener ondervindt. Met algemeene stemmen ervoor. Het Jaarverslag der Gemeente zal evenals ieder jaar aan de raadsleden worden rondgezonden. Bij de rondvraag zegt de heer De Wit, dat de verandering der wijknommers heeft plaats gehad, maar dat b, v. aan zijn huis niets is geschied en hij heeft ontdekt, dat er nog meerderen zijn, bij wie er ook niets aan gedaan is. Hij in de straten van Neustadt groeide, zooals de Burgwacht het had voorspeld, zoo was de bloeitijd als industrieplaats toch voorbij Ernst Rairnar was naar Berlijn getrok ken, tot groot misnoegen der Heilsbergers. De gansche stad verheugde zich in en genoot van zijne beroemdheid, en nu ging hij weg. Zijn geschrift en de koene daad van Ronald aan te grijpen, hadden hem overal beroemd gemaakt. De golf der begeestering, die hem in de hoogte had gevoerd, was nog niet weggespoeld, toen reeds een tweede hem ophieuw in de hoogte voerde de zelf aanklacht van Ronald, die, stervende, nog de waarheid haar eer had gegeven en zich als den schuldige had bekend gemaakt, als den dief van de deposito-gelden. Dat was zelfs op den rand van het graf nog een daad van grooten strijd, maar het nam den smet weg van den naam van den ouden R&imar en vernietigde het noodlot van het leven van diens zoon. Nu kon Ernst de zoolang gebonden vleu gels uitslaan, en hij deed dat zoo forsch, zoo toachtig, dat men niet begrjjpen kon en wilde, dat een man met dergelijke gaven zoolang onopgemerkt had kunnen blijven.In Berlijn vond hij overal de deuren geopend en het was natuurlijk, dat allen, die zijn vader hadden gekend en hem onrecht had den gedaan, met den bankier Marlow aan de spits,het onrecht nu aan denzoon trachtten te vergoeden, door hém zoo voorkomend mogelijk te behandelen. Het was wel eigenaardig en merkwaardig, dat daarbij steeds sprake was van den oudsten 'broeder. Max verheugde zich ook nog in het leven en ging voor een talent door, ofschoon men er nog niets van had bemerkt, en als handig man, had hij de bekentenis van Ronald zich ten nutte ge maakt door dadelijk overal zijn studiën ten toon te stellen, want tot een flink schilderij was het nog nooit gekomen; maar alhoe wel men vriendelijk over hem en zijn werk sprak, omdat hij Raimar heette, eeu blijvend succes wist hij zich toch niet te verzekeren. Ernst bleef op den voorgrond, omdat hij een persoon van beteekenis was en zijn plaats wist te behoudenMax geraakte geheel op den achtergrond en had het, trots al zijn moeiten, nog niet toi een rijk huwelijk gebracht, dat, zooals langzamer hand algemeen bekend werd, het groote doel van zijn leven was. Hij verlangde nog steeds naar een levensgezellin met de noodige vergulding, maar die het gruwzame noodlot hem nog steeds niet gunde. Gernsbach werd als gewoonlijk door pachters beheerd en het heerenhuis lag meestal stil en verlaten, maar zooveel te luider en vroolijker ging hot er toe, als majoor Harmut met vrouw en kind daar hun intocht hielden. Hij bracht steeds zijn verloftijd op het goed door, maar terwijl de weduwe voorheen'steeds teruggetrokken had geleefd, was Gernsbach nu een gastvrij huis, en de Heilsbergers wisten dat te waardeeren. Op het terras zaten mevrouw Harmut en de oude notaris Treumann, die nog steeds als voorzitter der historische vereeniging en redacteur van de Burgwacht fungeerde, maar de strijd met het Neustadter blad was geëindigd. „Jegens een overwonnen vijand moet men grootmoedig zijn, en Neustadt beteekent niets meerplacht Treumann te zeggen. Deze grootmoedigheid viel hem zooveel te lichter, toen de redac teur met zijn lage beleedigingen ophield en het blad heel kalm was geworden, nu het niet meer de belangen van den nabob, van Ronald, had te verdedigen. Het bezoek van den ouden heer aan Harmut was niet toevalig. Men ver wachtte vandaag op Gernsbach zijn neef Ernst en zijn nicht Edith,„geboren Marlow", zooals hij nooit verzuimde er bij te voegen, want men wist algemeen wat die naam in de geldwereld beteekende. Zij kwamen van de huwelijksreis. Wilma Harmut was niet veel verouderd, zij was nog dezelfde lieve verschijning, maar het was haar duidelijk aan te zien dat zij een gelukkige vrouw was. Daar verscheen achter in de laan de ma joor te paard en naast hem reed op een pon- nie de kleine Liesbeth. Zij zagen de twee op het terras en sloegen daarom rechts-ai en galoppeerden in vollen draf dwars over vraagt, of het gemeentewerk was. De heer Nobel zegt van ja, en dat het gedaan had moeten zijn. Voorz. zal zorgen dat het uitgevoerd wordt. De heer Vrijburg zegt, vernomen te hebben, dat de heer Zeeman uit de gemeente gaat vertrekken en dus zal bedanken als lid van den raad. Naar aanleiding daarvan zegt hij, zijn ontslag te zullen nemen als lid van den raad. Als notaris heett hij heel wat werkzaamheden, vooral in 't voorjaar waarbij nog komen zijne gewone werkzaamheden, zoodat hij de Dinsdagen van de raadsvergaderingen slecht kan missen. Bovendien acht hij de functie van notaris slecht vereen igbaar met de betrekking van lid van den raad. Men kent als notaris te veel dengeldelijken toestand der memchen, wat van invloed kan zijn bij het opmaken van het Kohier van den H. O. Daarom dient spreker zijn ontslag in. Voorz. zegt, niets te weten van het bedanken van den heer Zeeman. De heer Zeeman bevestigt, dat hij de gemeente verlaat, maar dat hij met het nemen van ontslag nog een maand had willen wachten. Maar bjj deze gelegenheid vraagt dan ook bij zijn ontslag. De heer Vrijburg zegt nog, te hebben willen wachten tot de a.s. periodieke verkiezingen, om de gemeente niet op kosten ■ée jagen, maar omdat toch de heer Zeeman vertrekt, kon het in één kosten door. Hij vertrouwt, dat de mede leden zijn besluit niet onbillijk zullen achten, maar respecteeren. Beide heeren vragen nu hun ontslag tegen 1 Mei a. s. De heer Francis informeert nog om trent een aanplakbord to Oudeslui?. Hierna wordt de vergadering gesloten en gaat de raad in comité. De sociëteit „Vrienden kring" te A nii<i Paulowna bood Zaterdagavond haren leden voor de derde maal een feestavond aan, die zeer goed geslaagd mag genoemd worden. De komische voordrachten van den heer Groen uit Alkmaar maakten den hoofdschotel uit. Deze werden van het begin tot het eind toegejuicht en hij had er verscheidene. Eene andere aantrekkelijkheid en tegelijk iets nieuws voor de meeaten, was de voofsreTfing van de verbeterde phonograaf of zoogenaamde gramaphone van de Biograaf-Maatschappjj te Am het veld op het terras aan. Het blonde haar van de kleine fladderde in den wind maar zij zat vast in den zadel en bestuurde het kleine dier met groote zekerheid. „Haltcommandeerde Harmut en de groote vos en de kleine ponnie stonden als muren. De majoor groette op militaire wijze, 1 wat Liesbeth met groote kennis van zaken nadeed, dan stegen beiden af en gaven hun paarden aan een stalknecht over en Arnold voerde zijn kleine dochter in triomf naar den gast. „Kijk me dat ding eens aan riep hij, „die rijdt reeds beter dan hare mama. Vrees kent ze niet, dat gaat maar over heg en steg dat is mijn leerlinge „Ja, zoo rijd ik altijd met papariep de twaalfjarige Liesbeth, die over dezen lof blijkbaar zeer trotsch was. „Was het niet een allermooist gezicht „Wel wat halsbrekend!" antwoordde de notaris. Liesbeth lachte en nam eenige stukjes suiker van de theetafel, om daar mede de paarden te voeren. Maar het kwam niet in haar hoofdje op, bedaard langs de trap van het terras naar beneden te gaan, o neen, zij zat in minder dan geen tijd op de leuning van de veranda en met een flinken sprong was ze beneden, wat haar een afkeurend „o, maar Liesbethvan haar moeder op den hals haalde en een luid „bravo" van den kant van haar vadpr ten gevolge had. „Dat kind heeft kracht en leven riep hij. „Spreek dat niet tegen, Wilma, Lies beth is een pracht-exemplaar." „Maar veel te wild voor een meisje", antwoordde Wilma. „Dat is jouw schuld, je maakt er heelemaal een jongen van met je soida ten-op voeding." „Mensch, zwijg lachte Arnold. „Maar. oom Treumann, hier zitten we nu verzameld in familiekring, verzameld om de beroemd heden te ontvangen, en zet nu niet zoo'n deftig gezichtwij zijn onder ons. Met de bruiloft hadt ge reeds zulk een respect voor die miliioenendame." „Respect?" herhaalde Treumann half beleedigd. „Ik kon mijn nicht toch niet lastig vallen op dat groote schitterende sterdam, voorgesteld en in werking gebracht door den heer Alex Bcnno, thans in het Casino te Helder. De verschillende nommers, die dit instrument deed hooren, lokten luide bijvalsbetui gingen uitover het algemeen was alles zeer duidelijk in de geheele zaal hoorbaar, even goed het gesprokene als de muziek. Wij kunnen de kennis making met deze nieuwigheid op weten schappelijk gebied ten zeerste aanbevelen. De leden der Rederijkerskamer „Trouw moet Blijken", gaven nog ten beste de opvoering van het tooneelstukje„Het verlote landhuis aan den grooten weg", dat flink en vlug werd afgespeeld. Na den afloop, te ruim 1 uur, bleven velen nog een paar uren gezellig bijeen, Dezer dagen cirouleert te W ieringervvaard een lijst voor een uitvoering op 1 April a. s. Dien avond zullen de Vereenigde Nederl. Tooneelisten van Amsterdam in de zaal van mej. de wed. Boon de première geven van een nieuw, oorspronkelijk tooneelspel in 5 bedrijven, getiteld „De Dochters van deu Notaris," door W.Wjjker. Zondag 11 Maart werd in de zaal van mej. de wed. J. Boon te VVieringervvaard eene uitvoe ring gegeven door dezelfde dames en heeren, die veertien dagen geleden voor de leden der sociëteit waren opgetreden. Het programma was dan ook in hoofd zaak hetzelfde. De zaal was zeer matig bezet. Na een preludium van het strijkorkest, speelden de dames v. d, Klashort en M. Kaan een quatre-mains. Hierna werd het blijspel Hercules opgevoerd. Hoewel het publiek nu en dan een hartelijk gelach deed hooren en aan het slot flink applaudisseerde, werd het stuk niet zoo goed gespeeld als voor de socië teit. Het ging wat gejaagd. Vervolgens droeg de heer Wijker voor: „Marie van den Kolonel," waarmee hij, ab milicien uitgedost, blijkbaar succes had. De heer P. Stadt zong, goed als altijd, „Matrozenlied" en „O, mijn Neêrlandsch." Na de pauze werd de operette „Oost, West, Thuis Best" opgevoerd, waarmee alle medewerkenden veel succes hadden. Hoewel we niet omtrent ieder in bijzonder heden willen treden, kunnen we een afzon derlijk woord van lof niet onthouden aan den heer J. E. Vos, dio de rol van Gaik- Jan meesterlijk weergaf. Mogen allen feest Ik heb steeds veel met haar op ge had, dat weet ge wel, reeds van het oogen- blik, dat wij haar beiden op den Burchtberg hebben ontmoet." „Maar toen geloofdet ge in vollen ernst, dat die domme jongen, die Max, dien prijs zou wegdragen riep de majoor lachend. „Hij tracht nu herstel in Karlsbad te vin den voor den schrik. Zoo schreef hij ten minste aan Ernst, door wien hij zich natuurlijk het reisgeld geven liet." „Dat hij geschrikt is, dat heb jij op je geweten," zeide Wilma verwijtend tot haar man.„Wij waren in Berlijn, oom Treumann, toen Ernst zich aan Edith verloofde, en ontmoetten toen Max op straat. Daar ver telde Arnold henfhet nieuws op een manier, die „Ho, ho, kind, dan Ijeb je toen je ooren niet goed open gehad," viel Harmut haar in de rede. „Ik was integendeel zelfs tee- der en zacht. Zie je, Max, zoo gaat het zei ik troostend. Toenmaals in Heilsberg hadt jij reeds geheel en al afgesloten met de toekomst van je broer, toen jij om die millioenen-j.uffrouw vrijdet, en gek hè, nu krijgt Ernst toch die juffrouw en de inilli- oenen. Van Ernst houdt zij nu eenmaal en jou kan ze niet uitstaan. Maar troost je, jij zult wel ergens anders een levens gezellin met geld vinden. Toen werd hij eerst groeD, daarna geel, mompelde van verraad, en rende als een bezetene weg, en nu drinkt hij niets anders dan bronwater om zich dat kleurenspel af te "Wennen. Mij zal het benieuwen, hoe lang het nog zal duren, dat Max ongetrouwd rondloopt, met zijn aardig gezicht en zijn domheid.' Hij zal tocheindelükerwel eene verschalken." f reumann haalde de schouders op en trok een verachtelijk gezicht. Hij hield er niet van, van „dat mensch" te praten, dien hij niet meer als zijn neef beschouwde. Hij had hem in den ban gedaan en op dat punt bleef hij onvermurwbaar. SLOT VOLGT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1900 | | pagina 1