TRANSVAAL.
Binnenlandseh Nieuws.
Hoe oud gevoelde zij zich reeds met
haar dertig jaar alleen, altijd alleen
ook op Kerstavond tusschen al dien
•uden rommel.
De handen in den schoot gevouwen,
droomerig de oogen gesloten, keerden
haar gedachten terug naar een kerst
avond tien jaar geleden. In München
was het geweest, waar zij met haar
vader had gewoond. Moeder was reeds
lang dood. Zoo stil en rustig, ja, zoo
steeds 'tzelfde, kwamen de dagen terug,
maar feestdagen gunde de vader zijn
eenig kind, en onder den kerstboom ging
het er steeds vroolijk toe. En op dien
kerstavond van voor tien jaar hadden
ae elkaar voor het eerst gezien, hunne
harten hadden elkaar gevonden, zooals
zij toen meende om elkaar nooit meer
te verliezen.
Een korte droom, waarvan vader met
zijn nuchter koopmansverstand niets wilde
weten. Nu nog hoorde ze door de stille
kamer zijn harde, booze stem„Aan
•en kalen jakhals van een beeldhouwer,
die niets is, niets heeft, niets kan, mijn
eenigst kind geven nooitZij had
gesmeekt en zich verzet. Zij had haar
jonge, vurige liefde verdedigd. Aan
schaking en sterven hadden zij beiden ge
dacht, totdat eindelijk de ijzeren dwang
der alledaagsche gewoonten, de droge,
onverbreekbare kalmte van haar vader,
de vlammen, die hoog oplaaiden, begon
nen te verstikken. Zij geloofde tenslotte
wat men haar van haar geliefde
zeide, dat hij lichtzinnig was en geen
ernst had, noch voor de kunst, noch
het levendat hij ook met haar een
slecht spel dreef, totdat zij met bloedend
hart afscheid van hem nam.
Dan twee jaren later kwam hij die
haar man zou worden. Zij gevoelde
niets voor hem, maar ze wilde het huis
uit, 't werd haar daar te benauwd,waar
het spook harer vurige, zoo ze meende
begraven liefde ronddoolde.
Eerst was haar vader deze man ook
niet recht naar den zin geweest. Ten
slotte gaf hij toe. Het stond finantiëel
toen reeds niet best met haar vader en
dat zijn kind geborgen was,gaf hem rust.
De moede vrouw sloeg de oogen weder
op. Dat zij den vroegeren geliefde nooit
vergeten had, dat ze hem nu nog lief
had, zoo mogelijk nog vuriger dan vroe
ger, dat ze hem zoo terugwenschte met
teeder berouwdat ze hem nooit zou
vergeten, dat wist ze reeds lang Maar
zoo duidelijk als in dit uur, had zijn
beeld haar in lang niet voor oogen
gestaan. Zij legde de hand voor de
oogen. Zij wilde hem niet zien in zijn
schoonheid, in den jeugdigen gloed zijner
stormachtige liefde. Weder poetste zij
het oude boek, daarbij vloog haar
blik, werktuigelijk eerst, dan verlangend
en smachtend, over de lange tafels in den
winkel. Doode voorwerpen, dingen om
meê te handelen,geld meê te verdienen, ze
hadden voor haar nooit waarde bezeten,
ze kregen nu plotseling leven, spraken
tot haar van worden en vergaan, en van
liefde.
Haar hand tastte naar een oud, geel
paarlensnoer, dat over een gesloten paar
lemoeren kistje hing. Eens had dat ding
bepaald den hals gesierd van een mooie
vrouw, liefhebbende handen hadden haar
daarmee getooid, warme lippen hadden
haar gekust. Niet ver daaraf lag een
kroon van klatergoud, met paarlen en
bonte linten, een bruidskroon zooals de
meisjes boven in 't gebergte die droegen.
Zacht hadden de handen van den
bergjongen daarover gestreeld, eer hij
dat ding„zijn bruid van de bruine, glan
zende vlechten genomen had. De oude
ring daar op die zilveren tafelEene
jonge verloofde had hem haar geliefde
aan den vinger geschoven. Een koude
siddering liep haar langs den rug. Groote
tranen rolden haar over de wangen.
Waarheen ze ook keek, alles deed haar
er aan herinneren dat overal in 't leven
de liefde was, en om haar heen was
alles dood,dood en zonder liefde.Haar door
tranen verduisterd oog viel op een oud
stuk kinderspeelgoed bevend greep haar
band daarnaar, 't Was een oude pop,
wel over de honderd jaar oud, 't was
een zeldzaam ding en het had haar veel
geld gekost. Een uur geleden zou ze
bij het opmerken van het popje hebben
overwogen hoeveel winst of het haar
zou kunnen opbrengen nu welden de
tranen haar warm uit de oogen en het
doode poppenlijfjetegen zich aandrukkend,
stamelden haar lippen een wensch, een
brandend gebed.
Ja, wanneer ze een kind had gehad,
•ca kind om lief te hebben, een kind
waarvoor ze had kunnen denken en
zorgenMaar de hemel was recht
vaardig geweest. Zonder liefde was ze
dit huis binnengetrokken, zonder liefde
moest het daar blijven.
Haastig sprong ze op en legde de pop
néér. Dan rukte zij de winkeldeur wijd
open. Zij stond op den drempel, het hoofd
geleund tegen het kozijn, en luisterde.
Vroolijke uitroepen, jubelende kinder
stemmen drongen tot haar oor door.
Nu kwamen twee gestalten het trottoir
langs. Een man en een kind, een meisje
van ongeveer zeven jaar. Zij
het fijne, lieve stemmetje zeggen
komen, trok de heer even aan zijn hoed
en vroeg naar het oude boek. De vrouw
streek haastig met den zakdoek over het
gelaat, om haar tranen weg te wisschen
en stapte dan voor de twee bezoekers uit
den winkel binnen, onder het licht
van de lamp, om den heer zijn eigendom
over te geven. Maar eer haar hand het
boek kon grijpen, voelde ze twee ijskoude
handen zich om de hare klemmen. A an
het hoofd tot de voeten bevende, draaide
zij zich om. Hij, de geliefde, dien ze
hier gewenscht had, met vurig berouw,
met gloeiend verlangen, stond voor haar.
Zonder een woord te zeggen, staarden
ze elkaar aan, oog in oog, hij haar bij
de bevende banden vasthoudend alsof
ze hij haar nooit wilde loslaten. Het kind
lette niet op hen. Die had de oude
pop in de armen genomen en liep zin
gend op en neer. Nu liet de man de
handen der doodsbleeke vrouw los en
wendde zich tot het kind.
„FinerlDe vrouw kromp ineen.
„Ja, papi."
„Finerl,ben je niet bang om hier eenige
oogenblikken alleen te blijven met de pop
en al dat andere moois Ik ik zou
zoo gaarne met deze dame iets bespreken."
Het mooie kind, het evenbeeld van
haar vader, lachte helder. „Ik ben niet
bang, papi. Gaat u maar heen."
Hij kustte haar op het zwarte kopje.
„Je bent een braaf kind.'
Dan, zonder dat er een woord tusschen
den man en de vrouw werd gewisseld,
stapte zij voor hem uit naar een klein
kamertje, waarin zij snel het gas
aanstak.
Dan stonden ze weer zwijgend tegen
over elkaar, totdat hij vroeg „Ben je
alleen
„Geheel alleen, ja. Hij mijn man
is sedert vijf jaar dood."
Hij trok haar naar zich toe en kuste
haar zacht op het voorhoofd.
„Ik héb hem niet liefgehad," fluis
terde ze nauwelijks hoorbaar. Hij
zuchtte zwaar.
„Zonder liefde ik deed hetzelfde.
Het heeft zich vreeselijk gewroken."
Londen, 22 Dec.
dard meldt
Te Londen is bericht
De Evening Stan-
Nog steeds nieuwe bijzonderheden Kimber]e_ ernetig bedreigd wordt
Anfnnnrmin» *7O n 1 !p VV Pt J 1
En dan, uitbarstend onder de zwaarte volkomen
van het leed en den nooit overwonnen van een
hartstocht voor deze vrouw, drukte j)e Wet
hij haar onstuimig tegen zich aan en
steunde „Josephine, Finerl, mijn Fini,
waarom heb je mij dat aangedaan
Dan, als hij de stomme, vertwijfelde
smart in haar oogen zag, vroeg hij niet
meer, vertelde in vliegende haast van
den stap dien hij had gedaan en waar
door hij zichzelf ten gronde had gericht.
Het was een alledaagsch geval en toch
over de ontsnapping van De Wet, waar
over we het volgende laten volgen
Den 12den December bereikte de
Briteche colonne Daepoort aan het zui
delijk uiteinde van De Wetsdorp, drie
mijlen verwijderd van de stelling der
Boeren te Geluk. De Wet echter, die
vernomen had, dat de colonne M hite
was opgerukt nsar den weg van
Taba 'Nchu, besloot onmiddellijk verder
te trekken. Generaal Kcox achtervolgde
hem, maar De Wet was een paar uur
vooruit en maakte van dit voordeel zoo
veel mogelijk gebruik, gelijk men kon
zien uit de tallooze paarden verspreid
langs zijn weg. En Dinsdag werd hij
versterkt door Haasbroek's commando
en gezamenlijk rukten de Boeren toen op
naar Sprinkhaansnek, ongeveer 15 mijlen
ten Oosten van Taba' Nchu.
Knox was maar een uur achter en
klaarblijkelijk was De Wet nu ingesloten.
Maar zijn wanhopige toestand noopte
hem tot wanhopige maatregelen. Hij zond
Haasbroek raar het westen om een
schijnaanvai te doen op Victoria's rek,
ten zuiden van Taba' Nchu, terwijl hij
zelf de stoutste onderneming aanging
van den geheelen oorlog.
Sprinkhaansnek is een pas van vier
mijlen breed, vlak terrein. Bij den ingang
zijn twee versterkte posten, terwijl kolonel
Thorneycroft met artillerie een positie
had ingenomen ten Oosten van den nek.
Het geheele Boerenleger, 2500 man,
galoppeerde in open orde door den nek,
geleid door Steyn en Piet Fourie. On
middellijk openden de Britsche kanonnen
en geweren het vuur en ze zwegen
geen oogenblik.
Eerst richtten de Boeren zich naar
het Oosten, maar toen zij vandaar door
Thorneycroft's artillerie werden bestookt,
galoppeerden zij langs den voet van den
heuvel aan de westzijde, waar alleen
het vuur van één post eenige uitwer
king had.
Het was een prachtig stuk werk, dat
slaagde, ondanks het verlies
15-ponder en 25 gevangenen,
voerde in persoon de achter-
- Winkel.
Zondag 23 dezer gaf de Zangveree-
ontvangen, dat niging „Crescendo" (dir. de heer A.
Egmond) een uitvoering in de kolfbaan
Londen, 22 Dec. De laatste editie van den heer P. Bug. Opgevoerd werd:
van de Evening Standard meïdtHet „Prinsesje", zangspel in 3 bedrijven,
is uitgekomen, dat de Boeren weten, door M. Koster en H. L. A. Ludwig.
waar de kanonnen, de munitie en de Zooals we gewoon zijn, werd het stuk
proviand te vinden zijn, voor zij de op een wijze opgevoerd, dat ieder voldaan
Oranjerivier overtrokken. was. De verdeeling der rollen bleek zeer
Kaapstad, 23 Dec. Men vreest, dat gelukkig, de costumeering aardig, de
de toestand ernstig is; de overheid der voordracht goi d en de zang onberispelijk,
kolonie is zeer gesloten. De Hollanders De zaal was flink bezit.
der noordelijke districten zijn uiterst
onrustig,men vrees',dat ze zich zullen aan
sluiten bij de ingevallen Boeren. De
bewegingen der troepen worden zeer
bemoeilijkt doordat Eommige lijnen door
zware regens zijn weggeslagen. De Boe
ren overrompelden de landmetersafdee-
ling te Philipstown en namen de mannen
gevangen, maar lieten hen weer vrij na
vernieling der instrumenten.
Londen, 23 Dec. Een telegram van
lord Kitchener uit Pretoria van gisteren
meldt
Voor zoover bet mij mogelijk
is een
hoede aan.
Haasbroek's commando werd achter
volgd door kolonel White, maar ontkwam
door zich op te lossen. Het commando
van Prinsloo, dat uit het Noorden De
Wet's beweging steunde, was in strijd
met Thorneycrott's mannen, die een voor
post verrasten en daarvan tien man
doodden, maar ze moesten terugtrekken
zoo gruwelijk zwaar. Zij begreep zonder voor de hoofdmacht, die op het schieten
aankwam. Het commando kon dus, naar
het schijnt, zijn opdracht om De Wet
te helpen, volkomen vervullen en inder
daad mag zijn outkoming onder de be
schreven omstandigheden met zoo luttele
verliezen beschouwd worden als een
meesterstukje, dat aan zijn naam als
aanvoerder nog schitterender glans ver
leent.
hier
hoorde
Juist
bij die
papi, ik had toch gelijk,
mooie kerk was het," en een vroolijke,
maar toch ernstige stem antwoordde:
„Ja, kind, je hadt juist gelijk." Toen ze
b«Ut«n aan de winkeldeur wareaaange-
veel woorden. Een rijke vrouw van
goede familie, die zich zonder bijzondere
neiging voor hem, in het hoofd had
gezet den jongen kunstenaar te trouwen,
was voor hem,den arme, een zoogenaamde
goede partij, maar in waarheid een
kluister, eng, drukkend, den polsslag
stuitend, tot stikkends toe het hart
klemmend. De eenige zonneschijn het
mooie, lieve kind, „naar jou, mijn onver
getelijke Josephine, genoemd."
Zij snikte luid op en drukte zich nog
vaster tegen hem aan. Met de hand
haar roodblond haar streelend, ging hij
voort„Ik ben met het kleintje hier
bij mijn moeder. Sedert vaders dood
leeft ze hier. Mijn vrouw is met vrien
den in Parijs. Het kind zal hier blijven
tot alles veranderd is. Haar moeder met
haar eng verstand en verkeerde levens
beschouwingen mag het kind niet
bederven."
Hij beet zich op de lippen. Dan liet
hij Josephine los en keek duister voor
zich. Het kind stak haar kopje door
de deur.
„Papi, grootmoetje zal boos zijn als
we zoo laat thuis komen. Ik zal heel
gauw gaan slapen 'want morgen, heel
vroeg" en toen zette ze een geheimzin
nig gezichtje, „krijg ik mijn cadeautjes."
Dan, als door een plotseling besluit
gedreven, trippelde het kind met kleine
stapjes op Josephine toe en nam haar
bij de hand.
„Juffrouw, u moet ook komen bij den
kerstboom. Toe, papi, vraag het haar.
Ze heeft een zoo lief gezicht, die dame,"
en streelend legde zij het lieve kopje
tegen het grijze kleed van Josephine. Hij
stond zwijgend daarbij en keek naar
beiden.
„Toe, papi, ze moest altijd bij ons
blijven, die lieve juffrouw
meening te vormen, denk ik, dat de be
weging der Boeren in de Kaapkolonie tot
stilstand is gebracht. Onze troepen trekken
om beide commando's. Er wordt ook
een colonne georganiseerd om onmiddellijk
afgezonden te worden. De Boeren krij
gen niet veel steun in de Kaapkolonie.
De Wet bevindt zich in de nabijheid
van Senekal.
Generaal French meldt, dat hij de
beide laatste dagen in aanraking is ge
weest met de commando's van Beyers
en IJelarey ten zuiden van de Magalies-
bergen en den vijand achtervolgt. De
Boeren leden zwaren verliezen, comman
dant Kreuse en eenige anderen werden
gevangen genomen.
De bovenstaande telegrammen over
den inval in de Kaapkolonie maken den
toestand nog duisterder dan hij reeds
was. Het Reutertelegram uit Kaapstad
is vrijwel onvereenigbaar met het bericht
van Lord Kitchener, en wie van beiden
een beter inzicht in de zaken heeft, is
niet te zeggen. Maar wij willen even
herinneren aan een opmerking, dezer
dagen door de Morning Leader gemaakt,
die er op wees, dat Kaapstad wel meer
zal weten van den inval, dan Lord Kit
chener, wiens verbindingen met de Kaap
kolonie waarschijnlijk door de Boeren
zijn afgesneden.
Engelsche bladen zien in het bericht
in Kaapsche bladen, dat in de Noorde
lijke districten der kolonie 60.000 paar
den zijn, een aanwijzing, dat de Boeren
de kolonie slechts zijn binnengevallen om
hun paardenvoorraad aau te vullen. Bij
deze overweging sluiten zij meteen de
opmerking aan, dat de Britsche overheid
van deze paarden ook wel gebruik zou
kunneu maken en geven het departe
ment van oorlog in overweging ze op te
commandeeren, ter voorziening in Lord
Kitchener's gebrek aan paarden.
„80, 127 en 143
„zakelijk gebleken
De oorzaak van den minder gunsti-
gen toestand voor de Engolschen ligt,
zeggen zij, in gebrek aan troepen, vooral
bereden troepen. Er heeten in Afrika
te zijn 200,000 man Britsche troepen,
van wie ongeveer een vierde bereden
is. Maar zij kunnen een 10000 tot 15000-
tal Boeren, ondanks hun overmacht, niet
te pakken krijgen.
Dus moeten er meer bereden troepen
komen, zeggen Engelsche corresponden
ten waar we nu één paard hebben,
moeten er honderd komen, want nooit
zijn er in een oorlog zooveel paarden
verspild als in Zuid-Afrika. Maar vooral
wijst de correspondent van de Daily
News erop, dat de paarden, die worden
uitgezonden, van uitstekende qualiteit
moeten zijn.
De „Cape Times" zegt, dat de Boeren
de Kaapkolonie zijn binnengevallen op
aandringen van Kaapsche Kolonisten en
de correspondent voegt aan deze mede-
deeling het volgende toe
„Het is een feit van beteekenis, dat
tijdens het congres te Worcester her
haaldelijk werd bevestigd in Afrikaander
kringen, dat de Boeren gezanten hadden
gezonden naar de kolonie om de vooruit
zichten na te gaan van een algemeenen
opstand der Kaapsche Hollanders, en er
gingen toen geruchten, dat het de be
doeling van den vijand was, naar Coles-
Door electriciteit gedood.
Op den Nieuwendijk te AMSTERDAM,
in het perceel van de firma Bruning waar enkel spoor is, een botsing
Muhren, is men bezig aan het verbouwen
Daartoe zouden ook reparatiën gedaan
worden in den kelder, en was een
schipper bezig om sintels binnen te bren
gen, waarbij hij door een graver, Jan
de Boer, werd bijgestaan. Bij dit werk
zette de man het kastje op zijde dat
voor de veiligheid van de electrische
kabels der verlichting is geplaatst en
raakte hij den kabel aan. Hg kreeg
daarbij een hevigen schok, die hem deed
neêrstorten. Men vreeede, dat de schok
den man gedood had hij werd dadelijk
naar het Binnen-gasthuis gebracht, waar
hij bij aankomst reeds bleek te zijn over
leden
Er is sprake van, dat Kru-
ger bij prof. Snellen te UTRECHT een
kleine oogoperatie zal ondergaan. Het
bericht, in de meeste bladen opgenomen,
dat de President binnenkort naar het
buitenland zal gaan, is onjuist. Zooals
wij gemeld hebben, wordt onderhandeld
over het betrekken van een particuliere
woning te Den Haag. Yad.
De verloren dochter.
Sinds een jaar werd te Joure vermist
de twaalfjarige Johanna van B. Vergeefs
hadden indertijd de ouders om opspo
ring verzocht. Donderdag j. 1. Btond ze
I „ibevale Unie.
De algemeene vergadering zal ge
houden worden op Zaterdag 26 Januari
1901.
Het voornaamste punt op de agenda
is de wijziging van het Hervormings
program van 1896, en daarbij aan de
vroegere paragraaf 1 toe te voegen
„De Liberale Unie, handhavende haar
„herhaaldelijk uitgesproken meening ten
.gunste eener regeling van de kiesbe
voegdheid, los van eiken band met
„belastingen, is van oordeel, dat ter ver
krijging daarvan wijziging der artikelen
127 en 143 der Grondwet nood-
is, en dat deze wij
ziging behoort te geschieden in dien
„zin, dat invoering van het algemeen
„kiesrecht voor mannen en vrouwen
„mogelijk wordt."
een tweede lid, luidende
„Indien en voor zooverre algemeen
„kiesrecht wordt ingevoerd, acht zij
„evenredige vertegenwoordiging door de
„rechtvaardigheid geboden."
Dan nog een paragraaf 2
„Herziening van de grondwettelijke
„bepalingen met betrekking tot de ver
kiezing der leden van de Eerste Kamer
„der Staten-Generaal."
Verder nog eenige aanvullingen op
vroeger reeds vastgestelde paragrafen, en
ten slotte doet het Bestuur het voorstel
om te nemen het volgende besluit
„De Liberale Unie in hare Algemeene
„Vergadering van 26 Januari 1901,spreekt
„den wensch uit, dat bij de algemeene
„verkiezingen van 1901 op den voorgrond
„trede de Grondwetsherziening in 1
„van haar „Hervormingsprogramma" ge-
„noemd, en dat van de te stellen candi-
„daten worde verlangd, niet enkel dat
„zij instemming betuigen met de strek
king van het geheele „Hervormings
programma", maar ook dat zij met volle
„overtuiging de urgentie van den in 1
„genoemden maatregel erkennen".
Uit GOUDA meldt men:
Zaterdagavond had alhier een ongeluk
plaats. De steiger voor de vier, voor
rekening van den heer H, J. Nederhorst
alhier, in aanbouw zijnde heerenhuizen
op de Kleikade stortte plotseling in, in
zijn val vier werklieden medesleepende.
Eén dier werklieden werd zwaar gewond
naar het stedelijk gasthuis gebracht.
Als oorzaak van dit ongeval moet
worden beschouwd het overbelasten van
den steiger op één punt, niettegenstaande
de herhaalde waarschuwingen van den
bij het werk aanwezigen opzichter.
Een treinenbotsing.
Zaterdagavond heeft te TWELLOO,
plaats
in het donker gemoed. Het kopje van
het kind tusschen beide handen nemend,
boog hij zich tot Josephine over en vroeg
fluisterend
„Wil jij het kind voor mij bewaren,
tot alles voorbij is want nu moet er
een eind komen tot ik terug kom,
om jelui beiden te halen Hare oogen
schitterden.
Toen werd het hem eensklaps helder berg te marcheeren en de gevangenen te ^nsklaps voor de verbaasde huisgenoo-
i. x i Ti. i verlossen. Alles wijst op de waarschijn- *en- 2e verhaalde, dat ze met een gezin
lijkheid van eenige overeenkomst tus- naar Duitschland vertrokken was. Daar
schen de Republikeinen en hun vrien- vandaan geraakt,had ze een paar dagen hul
den in de Kaapkolonie." peloos rondgezworven, tot ze in het Wees-
huis te Xanten was opgenomen. De burge-
Kaapstad, 20 December. Britstown m6ester van die plaats had ze naar Nij-
(ten zuidwesten van de Aar) werd he- ®egen doen overbrengen en van daar
denmorgen om 6.30 bezet door 30 Boe- werd zc naar Joure overgebracht. Het
T ren) terwijl er nog een aantal buiten de kind zag er bij aankomst in de ouderlijke
„Wanneer je mg nog lief hebt, Jose- stad waren. woning zeer welvarenduit
phine, overweeg en bedenk dan niet. Met het oog op den ernst van den - Achter den Hoorn od TEXFT
Bat overwegen en bedenken heeft ons toestand heeft de Standard r„„i. u 7 0 P
alreeds eenmaal arm en ellendig gemaakt, activa uit Graaf Reinet Aberd-en 8 jen jaar geleden een schip,
Wee het arme menschenkind dat de Oradock in veiligheid aebrachr p6" *\ei?aaBessel. Het schip werkte
hemel geen liefde schenkt, maar wien ElSh ej X in CD Werd daaronder be"
het wordt geschonken die zal het aan- afgelegen'plaatsen naar Kaapstad. en de" 'kooperI™ad<ten Verk°Cht
vaarden als de hoogste, heiligste bezit- Kaaostad 22 Deo n/ 11 j u Koopers hadden nog maar weinig
he, i„ waarde h» Jen in «l
Philip Botha en Haasbroek. Behalve de Thans is het j
reeds gemelde commando's, is rn? hii W|nw., vi- weer aan de opper-
ting en
den dood."
Zij drukte de lippen op het voorhoofd
van het kind', hem gaf ze de hand en
plechtig herhaalde ze„Tot in den
dood 1"
zMpd»drifcVólïï,Sfir---
de trnen 1 eisenaars nullen zich haasten om de overgeplaatst bij het 3e reg. wf. te Ber
p, ie gekoperde huid van het vaartuig machtig gen-op-Zoom en ingedeeld bij de compag-
gehad tusschen twee personentreinen
van de H. IJ. S. M. Trein-238, die te
6.40 uur van Amsterdam naar Rheine ver
trok, liep op den trein 927, komende
van Hengeloo en bestemd naar Amster
dam.
Volgens het eerste bericht waren daar
bij twee dooden en eenige gewonden.
Een expresse-trein vertrok om de pas
sagiers af te halen en naar Amsterdam te
brengen.
Nader vernemen wij dat, behalve twee
dooden, er een twintigtal gekwetsten zijn.
Een salonrijtuig is ingedrukt.
Nader meldt men De sneltrein van
6.40 uit Amsterdam en de trein uit
Hengeloo kruisen gewoonlijk te Batbmen,
maar wegens vertraging van den sneltrein
was de kruising naar Twelloo verlegd.
Door onachtzaamheid is de personen
trein op verkeerd spoor geplaatst, met
het gevolg dat de Amsterdamsche trein op
den stilstaanden trein reed.
Twee personen werden onmiddellijk
gedoodhet zijn twee vrienden, die van
Parijs kwamen en te Deventer thuis
behoorden, de heeren J. F. Broekhuis
en A. N. Tiggelaar, beiden ongehuwd.
Broekhuis is eenige zoon, wiens ouders,
toen zij het ongeluk hoorden, als ver
pletterd stonden. Men is te Deventer
sterk onder den indruk.
Vijf gewonden, waaronder vrij ernstige,
liggen te Twelloo in het ziekenhuis.
De treinen reden met weinig vertra
ging. Het treinpersoneel hééft geen letsel.
De machinisten van den stilstaanden
trein zijn er afgesprongen. Die van den
sneltrein hebben, het ongeval bemerken
de, nog gestopt wat zij konden, anders
waren de ongelukken nog grooter geweest.
Te UITGEEST derailleerde
Zaterdagavond de machine van trein
162 der H. 8. M. De weg werd zoo
versperd, dat de treinen langs verkeerd
spoor moesten vertrekken, echter niet,
dan na groote vertraging te hebben on
dergaan, aangezien er geen machine aan
wezig was om het te bespoedigen
Dienstweigeraar.
De ex—dienstweigeraar De Bruyn is
rivier overgestoken om
Philipstown bezette, te versterken. te worden.
nie hospitaalsoldaten.