FEUILLETON. Donderdag 15 Augustus 1901. 45ste Jaargang No. 3653. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. ISureau t feCSS AéwSSJüT, üaan, 4. UitgeverP. TRAPMAN. Medewerker «F. W K E L. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Binneulandsch Nieuws. SER ROT iliÊftsiiis- d nramnim iiiiiiin m tuit—n mtm WTinna—wmctb MIHMIB 1' LMIIIlMnflMWggPBtMBTFIHAWiWinffWIWBr Ufi3fflBiBSflllB Vergadering van den Gemeenteraad van Anna JPfiu- lowna, Dinsdag j.1., 's voorm. 10 uur. Afwezig de heer G. Volder. Na opening worden de notulen gelezen en goedgekeurd. Vervolgens wordt de Gemeente-reke ning over 1900 aangeboden. De ont vangsten hebben bedragen fl 8697.87®, de uitgaven f 18484.195,'zoodat het batig saldo bedraagt f 213.68. Bij een vroeger raadsbesluit zijn tot Commissie voor het nazien dezer rekening benoemd de heeren G. Volder en L, Metselaar. Hierna onderzoek Geloofsbrieven van de herbenoemde Raadsleden, de beeren D. C. Rezelman en G. H. Geerligs. De stukken worden in orde bevonden en de genoemde heeren opnieuw toegelaten. Vervolgens onderzoek Geloofsbrieven van de nieuw-benoemde leden, de beeren G. van Mullem, A. de Graaf', Jb. Bakker en Jb. Stammes. Ook deze stukken alle in orde, zoodat tot toelating wordt besloten. Hiervan zal aan Ged. Staten mededeeling worden gedaan. Beëediging nieuwbenoemden Gemeente ontvanger, den heer J. K. Kaan, is nu aan de orde. De heer Kaan legt da voorgeschreven eeden af, waarna alge- meene felicitatie, en de Voorzitter hem toewenscht, dat bij lange jaren de functie moge vervullen, tot eigen genoegen en tot genoegen van het gemeentebestuur, en hem de belangen der gemeente aan beveelt. De heer Kaan antwoordt met eene dankzegging voor bet in hem gestelde vertrouwen, door hem met. alge- meene stemmen te benoemen. Hij belooft, zich dat vertrouwen waardig te zullen maken en met alles, wat in hem is, te zullen medewerken ter bevordering van den bloei der gemeente Anna Paulowna. Voorzitter deelt nog mede, dat tot zetter voor de belastingen is benoemd" de heer Jb. Stammes, in de plaats van wijlen den heer Blankevoort, en dat het besluit tot het doen van af- en over schrijvingen op de gemeent8-rekening door Ged. Staten is goedgekeurd. De rondvraag levert niets op. Daarna sluiting. 0-0-0 9. „Ik zie niet in, Pemanqon, waarom, als men toch vast besloten is, die beloften niet te houden", antwoordde Dartigues lachend. „Dat cynisme pleegt gewoonlijk niet lang te zegevieren. Meestal bedriegt men daarmede zichzelf." „Hoe staat bet met je courant „De Echo van bet Zuiden vroeg Dartigues. „Is zij reeds in den strijd betrokken „Dat is mijn zaak", riep Claude Brun. „Wij hebben een magnifieken redacteur. Een vroeger commune-man, die tot zijn verstand is teruggekeerd en bemerkt heeft, dat er voor hem veel meer voordeel te halen is uit werken voor de kapitalisten, dan met alles op baren en snaren te zetten om ze ten gronde te helpen richten. Er zijn midde len waarmede men elk bedenken overwint hij is, zoo men zegt, een kranig journalist en heeft gelukkig ook een tegenstander gevonden, met wien hij het praten verstaat. De Alarmklok van het Zuiden" heeft sedert veertien dagen artikelen, die met P. A. onderteekend worden en die bjjtend scherp zijn. Het ly kt wel, dat men ons een Parijschen journalist heeft gezonden, die u het leven hier zuur maken zal." „Ik wensch hem veel geluk. Wij hebben daar ginds in Amerika, waar men aan de politiek met de revolver kracht bijzet, wel wat anders beleefd. Wanneer hjj het moede wordt, mij aan te pakken, zal hij vanzelf wel wat bedaarder worden. Overi gens lees ik nooit een courant, niet eens die, welke het over mijzelf hebben." „Ik zal dat op mjj nemen en u van alles op de hoogte stellen, wat ge behoelt te wetenmerkte Claude Brun op. »Van gewicht is alleen het succes 1" riep Barondet uit. „Welke beleedigiBgen Belangrijk zijn de voor- deelen, welke verscheidene gemeenten iu het vervolg zullen genieten door de wijzigingen in de Wet op het Lager Onderwijs, die iu den zomer van dit jaar zijn aangebracht. Voor Behagen bedraagt dit voordeel ruim f 250 Zijpe ontvangt in 't ver volg vaD 't Rijk f 500,meer Haring- carspel f 550.Winkel f 370 Sint Maarten f215. Barsingerhorn f 440.—; Oude Niedorp f 400.— Nieuwe Niedorp f 240.—. Te verwachten is het dan ook, dat do besturen der verschillende gemeenten dit voordeeltje niet geheel in de gemeente kas zullen doen vloeien, maar zullen doen strekken om het bedrag der jaar wedden der onderwijzers te verhoogen, voor welk doel de regeering deze wijzi ging in de Wet tot stand bracht. Ged. Staten zullen stellig bij de rege ling der jaarwedden, welke vóór 1 Jan. 1902 opnieuw moet plaats hebben, hierop mede bet oog houden en naar wij ver nemen, zullen do Hoofdbesturen der drie groote Onderwijzersvereenigingen in dieD gee^t een adres richten aan die colleges. In Waard en G roet is alles bedrijvig. Zichters uit eigen omge ving en. uit den vreemde maken zich het uitstekend weer ten nutte om zoo veel mogelijk rijp gewas aan bokken te zetten. De karwij heeft ook een besten tijd van behandeling achter den rug en is grootendaela van da akkers verdwenen. Zelfs de erwtenvelden zijn hier en daar al ruim. Te Kolhorn zijn de ma zelen uitgebroken. Op de O L. school is de 2e klasse meisjes bijna geheel ontvolkt. De ziekte breidt zich uit. De heer ,T. Breebaart van Kolhor n, Maandagmiddag met de motorboot van Alkmaar huiswaarts kee- rende, had het ongeluk bij het passeeren van het Kolhorner sluisje te vallen op hei ijzeren bek bij den kajuits-ingang. Met gebroken rib werd hij vervoerd. Uit KOEWACHT schrijft men nog aan de Midd. Ct., in verband met den dood van den smokkelaar N. Door het verplaatsen van den brigadier Y. d. Y. der douanen te Moerbeke, die bij een smokkelpartj den veesmokkelaar men tegen den candidaat uitkraamt, dat blijft hetzelfde, wanneer hij maar gekozen wordt. Moed dus, mijne vrienden, laat ons arbeiden voor de verkiezing van Maillane, alsof het voor onze eigen grootheid was wij zullen daarvan zeker nooit berouw hebben." En hij greep met een voornaam gebaar naar zijn champagnekelk en hiet die in de hoogte, als wilde hj het geluk daarmede bezweren. Zijne vrienden deden eveneens zoo. Meêgesleept door zijne eigen wenschen, liet Dartigues zich door het dronken geluk van dit uur begeesteren. Hij, die zijn geheele leven door vertrouwen had gesteld in zijn succes, hoorde met schitterende oogen, hoe zijn vrienden hem prezen, en hij geloofde ook maar al te gaarne aan zijn macht, aan dat geluk Hij gevoelde zich in staat, alles te bereiken wat hij wensohte, en terwijl zijn gelaat van vreugde hoog gekleurd was, hief hij het glas omhoog en sprak „Ik dank u voor uw vertrouwendaar ik dat vertrouwen ook in mijzelf gevoel, kan hot succes onmogelijk uitblijven. Ik zal mij met u tezamen daarover verheugen. En het zal ons verder dragen. Ik ben er niet één, wiens eergierigheid met zijn succes afneemt. Mijne wenschen stijgen hooger, naarmate ik zelf hooger kom. De horizont breidt zich uit voor mijne oogen, en hoe breeder hot uitzicht wordt, hoe aanlokke lijker tevens. Ik vrees niets, en wat ik wil, dat bereik ik. Al heb ik in den loop van mijn leven ook menige nederlaag geleden, steeds weer heb ik mij omhoog gewerkt en verder gestreden. En heden verlang ik vurig naar den strijd 1 Vooruit dus 1 voor uit het doel vast voor oogen, zonder bedenken en zonder aarzelen „Dat noem ik spreken 1" riep Remacijon begeesterd. „Maillane is werkelijk de sterke man, voor wien de middelen niets hebben fe beduiden, het doel echter alles is." „Zijn moed mag evenwel geene schade doen," antwoordde Claude Brun op gedempten toon. „Men moet niet te spoedig het doel willen bereiken, en men behoeft het de wereld niet toe te schreeuwen, dat J. N. door een geweerschot doodeljk trof, zijn de gemoederen aldaar, de woonplaats van den getroffene, wat tot rust gekomen. V, d. Y. zelf zal ook volstrekt geen spijt gevoeld hebben, toen hij Woensdag die gemeente verlaten kon. Elk mensch was over den gepleegden moord verontwaardigd, de smokkelaars, gewoon niet veel praatjes over iets te maken, maar direct hun slag te slaan, hadden iets voor hem in petto. Reeds in het begin der vorige week stapten eeni- geu hunner doodbedaard in V.'s woning, en zouden hem natuurlijk onmiddellijk rekenschap hebben gevraagd over zijn gepleegde daad. Gelukkig was V. d. V. niet tehuis, anders was hem ongetwijfeld een zware lichamelijke tuchtiging toege diend. Zijne vrouw liet men ongemoeid de verbittering tegen haar echtgenoot moet wel groot zijn, daar geen enkel voerman in do gemeento zich met zijn verhuis- boedel belasten wilde. A.Is zijne nieuwe woonplaats is hem aangewezen Oudeman (bij Watervliet). Dit is voor V. d. V. alles behalve eene bevordering, zelfs geen gewone verplaatsing, maar te beschouwen als een straf. En het schijnt, dat hij eene bestraffing wel degelijk verdiend heeft. De smokke laar N. was op twee plaatsen door een kogel getroffeneen was in het achter hoofd gedrongen, en verliet door do hersenen aan de voorzijde het hoofdde tweede was in do rechterzijde geschoten en in de longen terechtgekomen hoogst waarschijnlijk zal de eerste kogel den onmiddelljken dood hebben veroorzaakt. In elk geval is door het geneeskundig onderzoek uitgemaakt, dat de twee kogels de achterzijde van N.'s lichaam zijn binnengedrongen, dus terwijl hij op de vlucht was. Vandaar de niet gewone verplaatsing van V, d. V. Yoor deze zaak moet hij zich ook nog voor de rechtbank verantwoorden waarschijnlijk loopt dit evenwel ouder gewoonte met een sisser af. Ongeregeldheden te BOS KOOP. Zondag had te Boskoop eene vooraf aangekondigde groote openlucht-meeting plaats. Drie sprekers, n.1. F. Luitjes, W. Appel en L I. Samson, zouden op treden ter bespreking van eene algemeene werkstaking. De bijeenkomst zou voor afgegaan worden door een optocht met muziek en vaandels, waarvoor de burge meester vergunning verleend had. De optocht zou den volgenden weg nemen door Laag-Boskoop, langs den Zijdeweg en Reyerskoop naar het terrein van P. van der Pol en J. Groeneveld, waar de meeting zou plaats hebben. Na afloop zou men in optocht door de Biezen gaan naar de boot om naar Amsterdam te vertrekken. Precies te 12 uur arriveerde de stoom boot Ceres van Amsterdam, volgepropt mot socialisten en in en bij het Leeg© Slop had de opstelling van den stoet plaats. Toen nam de optocht een aan vang. Reeds te 10 uur zag men uit andere Gemeenten veel volk in het dorp komen, dat gedurig toenam. Had de stoet gedurende den optocht reeds met eenige tegen-demonstratiën te doen, bij den terugtocht, die te haitwijf begon, zou het anders worden vaandels werden af genomen, stuk gebroken en in het water gegooid, de stcet werd steeds gevolgd door eene groote menigte, die hst „Weg met de socialen" zong, en toen de part j- genooten de boot opgingen, moest de politie van sabel en stok gebruik maken. Bij de aanlegplaats der boot lagen een 300 groote bloempotten, waarmede men naar de passagiers gooide, de boot bom bardeerde, zoodat er van de ruiten der boot niet ééa heel bleef. Er werd menigeen door de potscherven gekwetst. Nadat het gelukt was, de touwen der boot los te krijgen en deze weg kon stoomen, werden er nog meer potten ge gooid. Do Burgemeester, die met de politie tegenwoordig was, werd nu door een groote menigte volk, onder het zin gen van „Oranje boven", door de Biezen en Voorkade naar het dorp terugge voerd, waar hij in het gemeentehuis een toevlucht nam. Een groote massa volk bleef daar in den omtrek, en toen de burgemeester eindelijk het gemeentehuis verliet, werd hij door de volksmenigte naar huis ge bracht. Voor zijne woniDg hielden vier agenten de wacht. Nu de vreemdelingen vertrokken zjn, zal alles verder rustig blijven. In de Korte Leidsche- dwarsstraat te AMSTERDAM woonde een echtpaar, dat bekend stond aan den drank verslaafd te zijn. Zondag is de mon geen pardon kent." Barondet lachte. Het was een leelijk, cynisch lachje. „Het zal voldoende zijn, als men Maillane aan de resultaten leert kennen", meende hij met lichten spot. Dan trad hij met Re- manijon het terras op, terwijl Brun met Dartigues alleen in da werkkamer bleven. Claude greep naar een pakket couranten dat op tafel lag, cn sprak „Ik heb die artikels gelezen, die in „do Alarmklok van liet Zuiden" tegen u gericht waren. IJ schijnt daaraan geen waarde te hechten, wellicht zullen ze u meer interes seeren als ge verneemt, wie zich verbergt achter de letters P. A., waarmede die ar tikels zijn onderteekend." „Nu?" vroeg Dartigues. „Ik was nieuwsgierjg genoog om daar on derzoek naar te doen; ik ga de zaakjes gaarne in den grond na. P. A. beteekent in dit geval niets anders dan Pierre Appel." Bij deze woorden stond Dartigues op de uitdrukking van zijn gelaat was geheel verandord, en hij wierp zijn vriend een vra- genden blik toe. „Appel herhaalde hij. „Ja!" zeide Claude Brun. „Appel I Uw geheugen is goed 1 Na twintig jaar herin nert gij u dien naam nog. Appel heette die jonge dokter, die deur aan deur met je heeft gewoond, toen je nog verblijf hield in Parijs in de Concordetstraat 1" „Appel herhaalde Dartigues, vorblee- kend. Hij kwam niet met zijn zin aan het eind. Claude vervolgde daarom „Dezelfde, die zoo groot was met je vrouw." Dartigues antwoordde niet, hij schudde het hoofd en keek in gedachten voor zich heen. In zijn geest zag hij weer het bleeke, magere gelaat van Appel. Hij zag weer den dokter, zooals hij de trap naar zijne woning opklom, met boeken onder den arm. Welk een merkwaardig toeval I Waarom drong die man zich weder in zijn leven Welke herinneringen aan ellende, aan ont beringen van allerlei aard, zouden daarvan het gevolg zijnWie echter» was die Pierre Appel? Een jonge man, had Brun gezegd. De dokter moest nu zoo ongeveer 50 jaar tellen, hij kon dus de schrijver van die artikelen niet zijn. Dartigues hief het hoofd op en keek Brun doordringend aan. „Hebt ge hem gezien „Neen, hij had Parijs verlaten, toen ik daar kwam, maar ik kroeg alle inlichtingen, die ik noodig had. Men moet den Franschen eerlijk nageven, dat ze niet in staat zijn ook maar het geringste geheim te hou den. Pierre Appel is een man van vijf- en-twintig jaren, zeer aardig, zeer talent vol, zeer vroolijk, zeer poëtisch, zeer sympathiek en duivels handig." „Maar in welke betrekking staat hij tot dien dokter Appel Dat is het nu juist. De een beweert dat het zijn zoon is, een ander zegt van zijn stiefzoon." „Vóór twintig jaar had Appel geen zoon." „Nu," zeide Brun koud, „dan is het de zoon van zijne vrouw." „Zijne vrouw herhaalde Dartigues. „Zeker. Kan hij niet een gescheiden vrouw hebben getrouwd, die uit haar eerste huwelijk een zoon had? Hij voedde het kind op, en om iedere herinnering aan den werkelijken vader uit te wissen, is hij naar de regeering gegaan en heeft verlof gevraagd en gekregen, den jongen z ij n naam te geven. Zoo heet de jonge man, die eens Pierre De sluwe Claude zweeg, terwijl er een spottend lachje om zijn lippen speelde. Mijnheer Van Maillane herhaalde op gansch anderen toon „Die eens geheeten heeft Dan zijn raadgever flink in do oogen ziende, voegde hij er heftig aan toe „BreDg je geschiedenis ten einde. De jonge man, dien men nu Pierre Appel noemt, heette vroeger Dartigues, niet waar dat is het "wat je mjj hebt willen zeggen. Het is mijn zoon, niet waar?" „Bij mijn eer, dat weet ik niet," riep Brun, „maar dat beeldde ik mij maar in de voornaam is dezelfde, Appel had geen kinderen, en ik weet niet, wat er van Francine is geworden." „Goedik wil het wetenmen moet vrouw aan de gevolgen van haar toome- looze drankzucht overleden. Ze had in de laatste 14 dagen niet anders dan spiritus tot zich genomen en heeft zich aan dat vocht letterlijk doodgedronken. De man was, toen zij den geest gaf, ook beschonken. In de schamele kamer be vonden zich op dat oogenblik voorts nog een „vriend" en diens vrouw, die bei den eveneens zeer dronken waren. De man stond ten slotte op, waggelde naar het politiebureau en deed daar het verzoek, of de politie het Ijk kwam weghalen, daar hj er geen weg meê wist. De politie voldeed aan het verzoek, maar rekende tevens wegens hun dron kenschap den verzoeker en de visite in, welke laatste bleek zonder vaste woon plaats te zjn. (N. v. d. D.) Een prairie-brand in het kleinSinds ruim 14 dagen wöedt het vuur in den veenbodem in de nabjheid der „Hongerige Wolf", gemeente AMBT OMMEN, grenzende aan het zuiden van Avereost, d.i. dus in Ambt Ommen, ten Noorden der Vecht. Op sommige plaatsen is het vuur reeds meer dan een meter diep in den grond ingedrongen, en dat het snelle vorderingen maakt, ondervond o. a. dö heer B. Scholte, vervener te Dedemsvaart, van wien reeds tusschen 23 k 24 dagwerk te velde staande spon turf verteerd is. Zaterdagavond trokken de heeren Scholte en Yan Haeringen, die eveneens een gedeelte van het veld verveent, mot man en macht uit om het vuur te smoren. Gedeelte!jk slaagde men, althans voorloopigZondagmorgen steeg op verschillende plaatsen nog rook uit den veenbodem. Ook van Ambt Ommen uit tracht men het vuur te blusschen. De burgemeester dier gerneenfe was Zaterdag met een talrijk korps werklie den ter plaatse aanwezig. Regen, veel regen, droppels die door dringen tot de diepte, kunnen het vuur blusschenook de slooten, op 't vaste zand gegraven, stuiten het. Ook de heeren Minke moeten aan hot Stieltjeskanaal een dergeljken brand in het veen hebben. De wandeipier te SCHE VE X ING EN werd Zondag bezocht door 17.500 personen, makende sedert de opening een getal van 520.000 bezoekers. de genen, met wie men te doen heeft, nauw keurig kennen. Wanneer Appel den zoon tegten den vader uitspeelt, dan zal hij mij, in plaats van een tegenstander, zonder het i te willen een bondgenoot hebben gezon den." Barondet en Reman^on vertoonden zich weer. Dartigues legde den vinger op de lippen, om Claude tot voorzichtigheid aan te manen, en lachend, als een man zonder zorgen, ging hij zijn vrienden en do dames tegemoet. HOOFDSTUK IV. Er werd. vlug op de kamerdeur geklopt en met luide stem werd er geroepen „Mag ik binnenkomen?" Nog eer er antwoord had kunnen volgen, j trad een klein, mager manneke, met een gladgeschoren gelaat, met lang, grijzend haar, met lachenden mond en kleine, half dichtgeknepen oogen, de kamer van Pierre Appel binnen. Deze kamer was een deel van de herberg „De gekroonde Pauw." De jonge man lag in een derhooge bedden, die in de provincie veel worden gebruikt en die men slechts met een laddertje kan bereiken. Hij had do armen uitgestrekt en geeuwde, en terwijl hij zich de oogen uit- wreef, vroeg hij „Hoe laat is het al in 's duivels naam? Staat het huis in brand, of is de Durance buiten haar oevers getreden i „Neon, jonge vriend, het is eerst acht uur, je huis staat niet in brand, de Durance is niet buiten haar oevers ge treden of uitgedroogd, maar mijnheer Yan Maillane, de slotheer, is gisteravond met zijn heele gevolg op zijn landgoed aange komen." „Wat „Ja, ja, het is bepaald zoo als ik je zeg. Ik kwam gister reeds om je het feit meê te deelen, het was evenwel'al laat en je deur was gesloten." ben naar Arles geweest en ben eerst in den nacht teruggekeerd. WORDT VERVOI r j 6

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1901 | | pagina 1