llwltiiiE- k Lmiliiïllai. v TWÏR tbode. Donderdag 22 Augustus 1901. 45ste Jaargang No. 3655. Binnenlandseh Nieuws. FEUiLLETO Li IJ iiiiiienin 11. - oVvV r a a g d, snst te treden, een ESr1 vagen koog k™. 1AIT tmmÊBsaamtg^BaKmmsam^^K Dit blad verschijnt tweemaal per week: Woensdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTËNTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één «dag vroeger. BureauSCHA©®^» ILaaea, SI 4. UitgeverP. TRAPMAN. MedewerkerJ. W DRE L. Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60. Afzonderliike nummers 5 Cent. ADVERTENTI-EN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Vergadering van den Raad van Va l.ï ür® IC, Dinsdag jl. Afwezig de heer Mann, inet kennis geving. Te kwart voor elf opent de Voorzitter, de Burgemeester, de vergadering, en worden de notulen door den Secretaris gelezen en met dankzegging goedgekeurd. Naar aanleiding der notulen deelt Voorz, mede, dat het Raadsbesluit betreffende de school te Burgerbrug is goedgekeurd. Hierna wordt bij monde van den heer De Moor rapport uitgebracht van het onderzoek der rekeningen over 1900 van Gemeente, het Weeshuis eu do Alge- meene Armen-administrafia door de daartoe benoemde commissie, bestaande uit de heeren De Moor, Mann en Jimmink. De rekening van het Weeshuis sluit metontvangsten f 2659.355, uitgaven f 3053.17nadeelig saldo f 393.82. Onder de uitgaven komt voor een postje Rente voor tijdelijk opgenomen geld f 13 33. De comm. merkt op, dat deze leening, strikt genomen, in strijd was met de wet. Zij acht het weaschelijk, dat de landverhuring voortaan plaats heelt op die conditiën, dat tijdelijke geldleening niet noodig is, en als dit niet mogelijk is, geeft zij in overweging, dat het bestuur van het Weeshuis voortaan machtiging ervoor vroeg aan dan Raad. Overigens waren de bescheiden in orde bevonden. De rekening van het Armbestuur sluit met: ontvangsten f 10751.03, uitgaven f 10092.57, voordselig saldo f 658.46. Hier had de comm. geene aanmerkingen op. De gemeente-rekening sluit metont vangsten f 33915.95,uitgaven f 30912.135, voordeelig saldo f 3003.81®. De comm. heeft gezien, dat er voor het „School toezicht" niets was uitgegeven. Zij wilde daarom gaarne van B. en W. vernemen, wat hiervoor gedaan wordt, temeer, daar in het gemeenteverslag ook niets werd opgenomen betreffende de resultaten van het onderwijs. De comm, acht het toch zeer wenschelijk dat er toezicht op het onderwijs is, en geeft in overweging, indien dit voor het college van Burge meester en Wethouders bezwaarlijk is, een aparte commissie voor dat toezicht te benoemen. Ten slotte stelt de commissie voor, de rekeningen goed te keuren. Yoorz. zege den commissieleden dank voor hunne moeite en vraagt, of de Raad eveneens de rekeningen ban goedkeuren. Dit geschiedt met algemeene stemmen. Voorz, wijst nog op de weinige bemer kingen der comm., een bewijs dat het beheer uitmuntend is geweest. Wat het schooltoezicht aangaat, Yoorz. zou het wel goed vinden ais een aparte comm. daarvoor benoemd werd. B. en W. heb ben niet altijd gelegenheid eu tijd, om dit voldoende te behartigen. De heer De Moor zegt, dat de comm. dan ook van de veronderstelling is uit gegaan, dat het voor B. en W, bezwaar lijk was en daarom ia 't rapport de wenechelijkheid had uitgesproken van eeae nieuwe commissie. De Raad is algemeen voer eene aparte comm., b.v. van 5 leden, indien hiervoor personen bereid bevonden worden, ter wij! wordt besloten, het punt tot eene vol gende vergadering aan te houden. Ingekomen a. een adres van mcj. P. J. Zunderdorp, onderwijzeres te Burger- brug, met verzoek om eervol ontslag tegen 1 Octobsr a.s., wegens hare ba- noeming te Helder. Toegestaan. Voorz. zegt, dat, ofschoon dit op de convocatie staat, er nog geene jieuwe benoeming kan plaats hebben. Er zijn een twaalftal sollicitanten. b. Gezegeld adres van het bestuur der Huishoud- en Industrieschool te Alkmaar, met verzoek om eene geldelijke bijdrage. Voorzitter zegt, dat B. en W. meen den, dat het moeilijk is, nog voor 1901 een subsidie te verleenen, maar dat zij er voor waren, otn voor 1902 een kleine subsidie te geven, b. v. f 20.'t Is wel eene kleine bijdrage, maar toch oenige steun, 't Is eene nuttige school, maar dat er velen van profiteeran, kan Voorz. nu juist niet zeggen. De heer Schuijt zegt, dat er al voor de Ambachtsschool te Alkmaar f 40. wordt gegeven, nu deze school weer, straks komt er soms weer eene andere inrichting waar we weer subsidie voor moeten geven, het wordt hem te erg, en daarom is bij tegen dit voorstel van B. en W. De heer Francis is van dezelfde mee ning. Overgaande tot stemming, wordt het voorstel aangenomen met 6 tegen 4 stemmen. Tegen de heeren Van Beuse-zoo spoedig mogelijk den toestand te ver- kom, De Wit, Francis en Schuijt. c. Adres Harmonie-gezelschap „Concor- dia" te Oudesluis, met verzoek om f 25. subsidie van de gemeente. Het bestuur grondt zijn verzoek op het nut der mu ziek dat de vereen, bevordert de bescha ving en verbroedering ie het dorpdat de vereen, bij feestelijke gelegenheden hare diensten kan presteeren, en zonder geldelijken steun te niet zou gaan. Voorzitter zegt, dat indertijd eene der gelijke veroeniging heeft bestaan te Schagerbrug, welke, naar hij meent, ook f 25 genoot. B. en W. stellen voor, om f 25 te verleenen voor 1902. De heeren Francis en Schuijt zijn er wè! voor, om plaatselijke instellingen te steunen. Met algemeene sternen wordt het ver zoek ingewilligd. Voorz. deelt ten laatste nog mede, dat de heer L. Teensma, onderwijzer te Sint Maartensbrug, geslaagd is voor Hoofdakte. De rondvraag levert vervolgens niets op, waarna sluiting. Vergadering van den Raad der gemeente W inkel van Zater dag 17 Aug.j.1. Tegenwoordig alle leden. Na opening der vergadering, lezingen goedkeuring der notulen van de vorige bijeenkomst. Naar aanleiding van die notulen infor meert Voorz. bij den br. Sloos, in hoeverre de demping van het slootje bij don heer A. Wit heeft, plaats gehad. De heer Sloos deelt hierop mede, dat nog geen demping heeft plaats gehad, doch dat hij en de heer Van Heijst beteren De heer Breebaart vindt het geen bezwaar, al is het zomer, het slootje te dempen, en zou dan ook wenschen, dat daarmede ten spoedigste werd begonnen. Tevens vraagt de heer Breebaart, hoe het mot 't slootje staat tusschen de per- ceelen van de heeren Leijeo en Homan. Aangezien ook hieromtrent nog niets zekers bekend is, wordt besloten, nog eens een onderzoek in te stellen en daarna belanghebbenden schriftelijk aan te zeggen, dat tot demping van bedoelde slootjes moet worden overgegaan en binnen een nader door B. en W. te bepalen tijd moet zijn geschied. Wordt gelezen een missive van Ged. Staten, houdende mededeeling dat de progressie in de onlangs vastgestelde ver ordening op de heffing van een hoofdei, omslag ietwat te sterk is uitgedrukt, het bleek n.!., dat bij het maximum 1/: te veel wordt geheven. Op voorstel van B. en W. wordt be sloten, ter tegemoetkoming aan de gemaakte bemerking, in plaats van 5/i oo bij elke toeneming het percentage met te doen stijgen, wat volgens zonder bezwaar sehieden. Hierna wordt overgegaan tot het onderzoek der ingekomen rekening van het Armbestuur over 1900. Bij dit onderzoek blijkt, dat de ont vangsten en uitgaven in overeenstemming zijn bevonden met de overgelegde bescheiden, zoodat met algemeene stem men (da heer Timmerman had als lid van het Armbestuur de vergadering verlaten) wordt besloten, deze rekening 2 °/0 4/ioo °/0 berekening waren overeengekomen, op zekere hoogte goed te keuren en vast te stellen in een schoeiïng te maken en dan in het ontvang tot een bedrag van f 4836.51® najaar dat gedeelte snet bagger te vul len. Daar de uitvoering van dit werk in den zomer nadeelig voor de gezond heid zou kunnen zijn, had de heer Van Heijst, volgens diens verklaring, aan Voorz. verzocht, 't een en ander tegen den winter te mogen doen uitvoeren, 't geen door Voorz. zou zijn goedgevon den. Voorz. antwoordt, dat hem het ver zoek als door den heer Sloos bedoeld, niet is gedaan, en al ware zulk^ - wej)o het ^eval geweest, daarop ni«|, ür ingr-nan, daar het idee vai Een en ook van den Raad; het jartij TUI ff S 'inig- %a!en Veil lil - op naar fflHISnBaBMUHnHH UBQaBlRHI De beide KBBaHflSSxfe' 867 WJ 868 876 en in uitgaaf tot een bedrag van f4952.07®, sluitende alzoo met een nadeelig saldo van f 115.56, terwijl tevens den penning meester, den heer P. Vries, door den Voorz., namens den Raad, dank wordt gezegd voor zijn richtig gehouden admi nistratie. Mede is ingekomen de begrooting van het Armbestuur dienst 1902, waarin o.a. voor ontvangsten is uitgetrokken een gemeentelijke subsidie van f 3400.—. not dusver was hiervoor f 3200.uit- ^Hken, doch de rekening had doen 'Mat met zulk bedrag »iiefc in de J Virdin vnnr?.t'. O-O-O- „Het is de zoon van je vijand, daar hij diens naam draagtantwoordde Claude. „Je hebt niets goeds van hem te wachten, wanneer ge je aan hem bekend maakt. Wacht slechts, let nu op en luister. Later mag je dan handelen." De omstandigheden bewezen het, dat Brun gelijk had. Langlèves was opgestaan en sprak hoogdravend tot de nieuwe bezoekers „Welke gemeenschap kan er bestaan tusschen de aanhangers van den burger Des Barres, den vriend van het volk, en tusschen mijnheer Van Maillane, den bescher meling van de macht „Die van te hebben dezelfde verzamel plaats!" antwoordde Appel lachend. „Wees toch niet zoo aanmatigend, Langlèves, om je tegenstanders het recht van antwoorden te weigeren. Wanneer wij maar altijd alleen spraken, dan zouden we er steeds zeker van zijn, gelijk te hebben. Wanneer deze heeren ons op onze eigen terreinen op zoeken, zouden we dan een gevecht uit den weg gaan „Nooit zullen oude strijders als wij voor onze tegenstanders buigen!" riep Page vin, „maar wij weten ook heel goed, met wie we te doen hebben." „Ik geloot eerder, dat u het niet weet", zeide Dartigues kalmpjes. „Bovendien ben ik vanmorgen riet hierheen gekomen om over politiek te spreken." „Waarvoor dan, als ik vragen mag?" vroeg mijnheer Langlèves. „Ik wenschte een kort onderhoud met mijnheer Pierre Appel te hebben er is hier alleen sprake van particuliere aangelegen uo .cafeilesctije heer Arie zakdbek. Hij denkteau-dè*-Aan de Zir °rclues cologne! Werpt begeerigen blik op bijzouderhedó met veelbeslifthe^ flescbje. De man, d llwe onthullingen hoore De juffrouw: „Kan 'feu dienen?'" j brand ontdeW^- 4oó' va.oud, J^ou Hij neemt flinke poHie op zakdoek, pogingen aan 088O7 606 maar bezwijmt half als h*i ruikt- deur van de 23 reill° mUSTX8- ,ErSert zieVV Uitstekende omiin to Utrecht uit cow .ngen in dezen kei ijk' te toe vandaar sc.hien wel r<^e' verwachting 1 8 n ,8935 Utsa 38 '03 /34 J85 527 569 583 676 eigen weg te gY w,- dde j Hij stond op, wierp "de- schen blik toe, en terwijl hrprj, ,ou PW de luidjes wees, die rondom a Traf""' 06 13 70 76 9288 9377 9431 .34 705 736 770 796 798 837 883 909 975 981 738 14054 741 061 631 648 678 684 704 743 748 812 846 793 797 828 867 883 954 150 945 184 17015 192 029 270 049 278 '88 Sfimge, 016 196 199 211 215 336 349 358 371 384 395 412 434 467 603 Duivels", •"^evroi .■caaearoacamMnU u sonen, die ik laten sterven." 44 26 56 51 74 9025 85 6611 9100 3641 24 34 42 26 837 3776 80 879 3829 92 le vraag, n17 4000 6726 „Ik 'kom dadelijk terug, wafc^X j Op mij." 1290 f gfw-- Daarna volgde hij Dartigues. De marP«]8, 91,et aan hem allijji plaats was met koopera en verkoopers en gëwrjrden ben, is uit aiJlP-031 allerlei koopwaren bezet. Een dichte kortom, hij was mijn werkelijke vader. Eo menschenmassa stond voor het raadhuis en nadat hij zijn goedheid tegenover mij tot overal was het leven en opgewektheid. 1 aan de uiterste grenzen had uitgeput, zocht Een oogenblik keken de beide mannen naar hij er nog steeds naar, met welke laatste de drukte. Pierre zeide tot zijn metgezelweldaad hij mij nog kon begiftigen. Beroemd „Hoe levendig, hoe hartversterkend is als hij is, bewees hij mij die weldaad door toch het leven in het Zuiden. De mensehen mij in zijn roem te laten dealen. Mij, die hier te lande zijn zeker niet beter dan niefs is en niets weet, mij heeft hij zijn elders, maar zij roepen toch een indruk te naam gegeven voorschijn, alsof ze het waren. Dat is reeds De jonge man was bij het spreken van veel." deze woorden warm geworden. Dartigues „Ja, de schijnantwoordde Dartigues*. 1 was het te moede, alsof bij zichzelf hoorde „Niets is bedriegelijker dan de schijn. Neem spreken. Zoo had ook bij in het eerste je da&rvoor in acht." deel van zijn leven gesproken, wanneer hij „Tegen wien zegt ge dat, als ik vragen bot had over zijn plannen en droomen voor mag?"vroegPierre stijf.„Totuzelf, of tot mij?" do toekomst. Hij schudde het hoofd en „Beiden antwoordde Dartigues ernstig, zeide „Verklaar u duidelijker, als ik u verzoe- „Maar je werkelijke vader ken mag ik begrijp niets van uw woorden." „Opdat ge mij zult leeren begrijpen, heb ik u juist om een onderhoud gevraagd en j opdat we ongestoord zullen kunnen praten, heb ik u hier gebracht, in do vrije lucht, ver van uw vrienden. Niemand zal dus op uwe ontroering letten." „Ontroering? Wat zal mij dan kunnen openhartigenjongeling door een plotselinge doen ontroeren 1 vrees bevangen. „Onthullingen, die ik u zal doen." -duric zeer.hc lafigstellend. ~fiti Wj^doe^-,,.-— dan in de beide laatste actr Met onverstoorbare kcv*' de vraaS de schrijver'a uw wer- „Dan zijn zij de geet. jaay oud)toen die ik in het <3 hem nog helder s kleine woning in —De S t. B e r n a ri8i waarin, zooals de telefoon. Onlang®/"^ WÜ on£e- toerist, die van, eendracht tus- oas van de u 01 vader was P tr bepaald wel, omdat zij bei- op origeveeaar moeste» strijden tegen de waar dfan 't leven." 1 scneiamg.. ad „VS-0,1 Hij vees je moeder over je vader geklaagd, 1 aanleidin ^^'V 6 W ordt besloten, deze begrooting, slui tende ia ontvang en uitgaaf met een bedrag van f 4825.50, voorloopig goed to keuren, ten einde bij het opmaken de? gemeente-begrooting een definitief besluit te nemen wat betreft het ver leenen der gevraagde subsidie. Vervolgens wordt overgegaan tot het onderzoek der ingekomen geloofsbrieven der op 2 Juli j.1. opnieuw herkozen raadsleden, de heeren Koomen en Bree baart, welke geloofsbrieven blijken gehee^ in orde te zijn. Hierna wordt de vergadering door den Voorz. gesloten. 1Vergadering van den Raad der gemeente (Sint: Maarten, op Zaterdag 17 Augustus 1901, 's mor gens 10 ure. 1. De notulen der vorige bijeenkomst worden voorgelezen, goedgekeurd en ge- teekond. Naar aanleiding daarvan zegt Voorz., dat de verschillende werkzaamheden, hem opgedragen om die te laten uitvoeren, in orde zijn of zuilen worden gebracht. Het uitbaggeren der schoolsloot heeft echter nog niet plaats gehad, wegens ge brek aan werkkrachten. Op een vraag van den heer Do Boer om trent het aan te schaffen brandkistjo, zegt Voorz., dit punt straks in bespreking te zullen brengen. 2. De Secr. leest een circulaire voor van het Bestuur van de Noordervereeni- giag van Burgemeesters en Secretarissen in het Arrondissement Alkmaar, verzoe kende een artikel in de politie-vero^dening te willen opnemen, verplichtende,ji&t rij en voertuigen des nachts van eer. bran dende lantaarn worden voorzien. De heer De Boer juicht' dit voor som mige rij- en voertuigen toe, doch z. i. i3 het moeilijk uitvoerbaar voor alie, b.v., zegt spreker,men zal 's avonds laat of 'smorgens in de vroegte met een driewielige kar. sommig vee naar schuit of markt moe ten brengen en dan vindt spr. het be zwaarlijk dat men op zoo'n vervoermid del Jicht moet hebben. De andere heeren deelen dit bezwaar vol komen, waarom wordt besloten, alsnog geen besluit te nemen, terwijl de Voorz. en Secr. worden uitgenoodigd, ia een vergade ring vaaBurgemeesters en Secretarissen dit punt noïpwds ter sprake te brengen. 'geloofsbrieven der gekozen Men moet de waar- Kalm alsjeb» yóór alle3 -0 vader heid m 't gezicj f| j|' „Weet ge d; „Ik weet hc^KöHLER, Bloeir'A%aa7 „Ea de be^- u „Zijn getig aagt terstond Pierre mag, grootste veR nièfl "r. „Waaron?*" „jet „Dat ka/ 0-arJaij&Ne iag wel i Vc6ïv aVl ge scheiding;. tv# en 'J °ver hem sprak waNooit. Mijn moeder was te eerlijk, om 14e. van mijn vader te vertellen, 6 6 „Zij K Ja oti J J -V- 713' 'At-•sjchuderde hem mij altijd als een man „0#at 30ftgesproteay| van groote werkkracht, wiens geluk slechts te verrit®^0"- ^„11 daarin bestond) te veel- m eepe te willen „W te dé ondernemen. Hij stierf zonder het groote i DaUtug0-6 W%t d< dool te hebben bereikt, dat hij zich voox de 00 a,60d' hr oogea had gesteld." „Zij zeide u dus, dat hij gestorven was en niets had bereikt?" „Voor de tweede maal reeds, mijnheer) schijnt u te twijfelen aan de waarheid van hetgeen mijne moeder mij heeft verteld," moeder.A)4rfcigG, :^hudde met lachje het hoofd. „Da gedachte ligt ver van flnj, om een zoo'n iets slechts te zeggen van zijne moeder „Hij is dood." Wie heeft je dat gezegd „Mijn moedor." „En wanneer jemoeder je hadt bedrogen „Welk belang zou ze daarbij hebben!" Een pauze ontstond. Dartigues voelde zich van aangezicht tot aangezicht met dezen zeide Piorre,trotsch het hoofd in dan nek wer- zelfs wanneer ik dit moest denken, zou ik pénd. „Ik moet het gesprek afbreken, als het het voor mijn plicht houden, te zwijgen. De moet worden voortgezet onder dezelfde oneenigheid van je ouders vloerde \001t conditiën als tot nu. U spreekt van mijne uit hun verschil van^ inzicht en hun ver- farailie-aaDgelegenheden, en ik weet niet schillende eischen, die ze aan het leven met welk recht, en het zint mij niet langer stelden. Uw moeder hield van een stil, aan uwe blijkbare nieuws<rieri<Tbeid te bescheidei leven je vader was eergierig, voldoen." 3 Hij voud bij je moeder voor al zijn plannen „Goed, mijn vriendriep Dartigues met een oovermurvvbaren tegenstand. Vergeefs een lachje. „Ik hoor u gaarne op dezen j trachtte hij haar tot andere gedachten te toon spreken. De rechtschapenheid van uw breng011- Zij was zijn vrouw, zijn gezellin, karakter bevalt mij. Uw trots vind ik de moeder van zijn kind, maar zij hing heerlijk, je bent precies zooals je vader je i verbazend aan haar va,derland, aan hare zou gewenscht hebben. Maar ge bedriegt u, omgeving, aan hare vrienden zoodoende wanneer ge gelooft, dat ik mij zonder weigerde zij haar man te volgen en trok eonige reden met je familie-aangelegen- hij alleen den vreemde in." heden bemoei. Ik constateer, dat gij in - 0a— Hy waagde het nauwelijks meer, het lieden, die voor hem, naar ik geloof, even Pierre keek Dartigues onafgebroken aan, thema opnieuw aan te roeren.Maar het lag niet belangwekkend zullen zijn, als voor mjj, en maar antwoordde niet. Zij verwijderden in zijs karakter, als hy slechts eens wat had wanneer hij een oogenblik met mjj de markt zich van de markt en kwamen aan den voorgenomen, daarvan at te zien, en daarom volkomen onbekendheid met uwe werkelijke positie zijt opgevoed. Dokter Appel heeft niet goed tegenover u gehandeld." „Mijnheer!" riep Pierre uit. Dartigues lachte. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1901 | | pagina 1