Donderdag 22 Mei 1902.
46ste Jaargang No. 3733.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ADVERTÏNTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
FEUILLETON.
Het A B C
VAN HET LEVEN.
ik aan ,e fL .°ver jezelf beslissen alsof
W vastgeknoopt.001' verwachtingen
NBitiE- is
bal
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
llureauSUIIAGKIT, Laa», D 4.
Uitgever s P. TRAPMAN.
Jfedewerker t J. W H K E L.
Binnenlandsch Nieuws.
De Mei-vergadering van de
afdeeling NIEUWE NIEDORP van „Het
Witte Kruis", Zaterdagavond l.L in het lo
kaal van den heer P. Haringhuizen gehouden,
was al heel slecht bezocht.
Bij de opening door den Voorz. den heer
J. v. d. Stok, waren slechts 11 leden tegen
woordig, die met een hartelijk woord ver
welkomd werden.
De notulen werden zonder aanmerking
goedgekeurd.
Naar aanleiding dier notulen deelde de heer
Dr. Maats mede, dat mej. Jannetje Rijkes van
het aanbod om naar Heidehenvel te gaan,
wegens huiselijke omstandigheden geen ge
bruik had gemaakt.
Verder deelde Voorz. mede, dat de ijskelder
met ijs uit de omgeving daarvan was kunnen
worden gevuld (dns niet met Noorsch blokijs),
doch dat het gewone bedrag daarvoor te kort
was gebleken, zoodat dit jaar de vullingskos-
ten iets hooger waren geweest.
Het toestel Trillat had éénmaal buiten de
gemeente, n.1. te Noordscharwoude, dienst
gedaan tot ontsmetting van schoollokalen.
Het toestel werkte uitstekend en gaf geen
moeilijkheden bij de behandeling.
Omtrent de benoeming van hoofdbestuurs
leden waren2 brieven ingekomen, n.1.1 van As-
sendelit,aanbevelende den hr. G.Bouvé en 1 van
Broek in Waterland, ter aanbeveling van den
hr. C. Bakker. De vacature was echter door het
Hoofdbestuur nog niet opengesteld.
Tot afgevaardigden naar de algemeene ver
gadering, op Dinsdag 20 Mei te Amsterdam
te houden, werden benoemd de heeren P.
Maats en J. van der Stok, die beiden de
benoeming aanvaardden.
Tot plaatsvervangers werden benoemdle
de heer J. Kuilman; 2e de heer W. C. Visser.
Aan de orde was vervolgens de beschrij
vingsbrief voor de algemeene vergadering.
Het voorstel van het Hoofdbestuur onder
punt VIdat de Vereeniging zich tot de
regeering wende om aan te dringen op con
trole van staatswege op den melkverkoop,
naar aanleiding van het rapport in zake melk-
onderzoek van de door bet Hoofdbestuur
aangezochte commissie, gaf tot eenige bespre
king aanleiding. Vrij algemeen hechtte meu
weinig waarde aan de uitkomst van het
medegedeelde rapport en ook voorzag men van
Rijkscontrole op den melkverkoop niet alle
heil zoodat besloten werd, dat de afgevaar
digden tegen het voorstel zouden stemmen,
zooals het nu luidt.
Het bestuur kreeg vergunning voor het
schilderen van den ijskelder.
De rondvraag leverde weinig of niets op,
waarna de Voorz. met dank voor de aanwe
zigheid de vergadering sloot.
Vergadering van de afdee-
ling SINT MAARTEN van „Het Witte
Kruis," op 16 Mei 1902, 's avonds 7 ure.
Aanwezig 11 leden.
Na voorlezing der notulen volgt' lezing
van het verslag, door de afgevaardigden uit
gebracht omtrent de Novembervergadering
der Hoofdvereeniging, en van het verslag van
ded toestand der afdeeling over 1901.
Besloten wordt, in verband met een schrij
ven van het Hoofdbestuur, een kist aan te
schallen voor het verzenden van goederen
naar den ontsmettingsoven te Alkmaar.
Twee circulaires van ai'deelingen om hunne
candidaten voor lid van het Hoofdbestuur te
willen steunen, worden voor kennisgeving
aangenomen.
Een mondeling verzoek, betreffende het
Door
IDA BOY-ED.
0-0-0
42.
Over dezen brief had Willy acht dagen
lang nagedacht. Hij luidde
„Lieve Sylvia, ik ben vanavond in
Hamburg aangekomen en ontvang Hollern.
W ij stappen in 't hotel De vier Jaarge
tijden" af. Ik zal Hollern niet meêdeelen,
"at jij mijn verloofde bent.
,S(j'jeen m'j tegenover hem niet goed
ge andeld, maar na lange overpeinzingen
18 J?6 lelijk geworden, dat dat maar
zoo schijnt.
Ik ben bereid, hem, zou hij dat eenmaal
r^gen, daarvan rekecschap te geven, die
e eene man van eer van den ander kan
verlangen.
zelfde voor een candidaat uit de Afd. Zijpe,
wordt aangehouden tot een volgende ver
gadering.
De heer P. Peetoom brengt namens de com
missie, belast met het onderzoek der rekening
dienst 1901, verslag nit en adviseert tot goed-
keuriug daarvan, wat met algemeene stem
men plaats heeft.
De rekening slnit met een nadeelig saldo
van f9.86.
Tot Bestuurslid voor de wijk Valkoog
wordt gekozen de heer Ds. J. E. Tinholt,
voor de Rijp de heer G. Jonker en voor
Siut Maarten herkozen de heer A. Klerk.
Tot afgevaardigden naar de algemeene
vergaderingen der Hoofdvereeniging voor 1902,
worden benoemd de heeren J. Akkerman en
A. Klerk.
De agenda voor de Mei-vergadering wordt
voor kennisgeving aangenomen.
Voorts wordt nog besloten, een dreg san
te schaffen voor Dijkstaalaan betrokken
personen of bestaren te verzoeken putten en
slooten, welke in een vervuilden toestand
verkeeren, te willen doen reinigeneen kast
te laten maken voor berging van materiaal; nog
geeue lezing te laten houden; den doctoren een
lijstje te geven van goederen in het magazijn
aanwezig, en een boekje aan te schaffen
omtrent de voeding te verstrekken aan
zuigelingen.
Niets meer aan de orde zijnde, sluiting
dor vergadering.
Uit VELSEN meldt men aan
de O. H. C.
Van Anna Panlowna naar hier is komen
loopen, zonder de reis te onderbreken, een
14-jarige knaap, die volgens zijn zeggen zeer
slecht behandeld werd door zijn vader.
De menschen, bij wie hij zich vervoegde
en die zijn vader kennen, bevestigen de bewe
ringen van den knaap, die in wanhoop het
ouderlijke huis ontvluchtte, waar hij, zijn
18-jarig zusje, dat ongeveer gelijktijdig met
hem wegliep, en nog twee jongere kinderen,
vooral sinds moeders dood, die mede veel
verdriet had, weinig anders dan ellende on
dervonden. Als men de verhalen hoort van
menschen, die zijn vader kennen, dan gruwt
men er van en rijst de wensch, dat de onge
lukkige stumpers spoedig een betere verzorging
mochten vinden. De dierenwereld toont vaak
heel wat juister begrip te hebben van ouder
liefde en onderplicht, dan de mensch, die
zooveel hooger meent te staan.
Bloedvergiftiging.
Te ZEIST is een vrouw, die bezig was de
aardappelen in haar kelder een weinig om te
zetten, door een insect in den arm gebeten.
Hand en arm zwollen plotseling zóó sterk op,
dat geneeskundige liuip moest worden in
geroepen.
Do geneesheer verklaarde, dat het een ge
val van bloedvergiftiging was door een ope
ratie aan den arm werd de voortgang van het
gift gelukkig nog intijds gestuit.
Een netelige positie.
Een jongmensch, dat Zondagmiddag in een
roeibootje den Rijn bij ARNHEM afdreef, had
do onvoorzichtigheid, zich bij het passeeren
der schipbrug vast te honden aan de gebinten
dier brug. Zijn roeibootje schoot onder hem
weg en dreef af, den roeier achterlatende,
hangende aan de bint met het benedenge
deelte van zijn lichaam in het water. Een
brugknecht, die zijn hulpgeroep hoorde, was
in staat, hem vrij spoedig uit zijn netelige
positie te bevrijden.
De heer J. Stammes te NIEUWE
NIEDORP heeft den Raad dier gemeente
ontslag verzocht nit de betrekking van
Armvoogd.
Het
ia voor ons alle drie het beste zoo.
Tp.. - luie urie ne
V "f*-i een moeilijk geval.
brenjL aUeen kan ona in een toestand
ook de°'waarhehl leed' maar
En v Pvinden zal zijn.
lhbi,A.-j °°r er' zi0 ik maar één moge-
nieta t °f m vrijheid te verschaffen
staat 6 Weten van wat er tusschen ons be-
vefbipni W'8t ky aües, zijn eer zou hem
macht' Q' u !e uiten, wat hem wellicht
Jii wanneer hij je weêrziet.
Ik geef je nu je woord terug Dat be-
doel ik zóódat neem ik niet terug, maar
gij geelt het mij.
Voelt ge nu, hoe vrij ge zijt
Kom morgen vroeg, ongeveer om tien
uur, per rijtuig naar het bötel. Wij gaan
dan naar Neumühlen, waar Peter met het
jacht wacht. Moeder zeilt nooit, zoodoende
is zij als vanzelf van het tochtje uitge
sloten. Zij kan dus nooit op de gedachte
komeD, dat wij haar gezelschap mijden.
En, nietwaar, ge voelt het met mij dat
wankelen en draaien van mijn geluk moet
moeder niet zien. Gaat het verloren ze
zal het moeten dragen. Maar dat angstig
beven vóór het ongeluk is geschied, dat
willen we haar besparen.
Zeg haar, dat Hollern overmorgen komt
eten.
Tot overmorgen is lang Maar moeder
heeft dan een program en dat mag zy zoo
gaarne.
Ik zeg nu niets meer. Niets van mijn
liefde. Ik kan het nu niet. Het zou er
uitzien als een smeekbede, en dat mag
niet.
Zonder ergens aan te deuken, zonder
met iets rekening te houden, als een egoïste
meet ge handelenwant slechts zóó
kunnen we tot waarheid komen I
Je Willy."
Nu, terwijl hjj op het perron heen
en weer liep, zou ze don brief wel hebben
gekregen.
Z j zou er zeer van ontstellen, dat be
greep hij wel, maar dat moest gedragen
wordon. Het ging eenmaal niet anders.
Nu floot de trein. Heel ia de verte nog,
en de wind dreef het gegil van de fluit i
nog verder weg. Het klonk zoo zwakjes.
Men schrijft uit den Gelder-
sehen Achterhoek aan de Arnh. Ct.
Aan de vele bruiloften, die thans gevierd
worden, kan men zien dat de maand Mei in
het land is. Naar het weer te oordeelen, zon
men er anders aan twijfelen. Die bruiloften
brengen hier nog al drukte te weeg door de
oude gebruiken, die er bij in eere worden
gehouden. Vooral het inhalen van de bruid
of den bruigom en het noodigen der gasten
wekken de aandacht. Gaat de bruid of de
bruidegom het ouderlijke huis verlaten, dan
worden zij een dag vóór de bruiloft door de
jongelieden, die in de bnnrt van de nieuwe
woning wonen, met versierden wagen afge
haald, onder begeleiding van zang. Deze
wagen is voorzien van een flinke hoeveelheid
bier of sterkedrank. Komt er op den weg
iemand, die het paard belemmert voort te
gaan, dan moet deze worden onthaald, wat
op gulle wijze geschiedt. Met het noodigen
der gasten wordt de naaste buurman belast,
die op zijn tocht een langen stok medeneemt.
Overal waar hij de invitatie brengt, wordt
een lint aan zijn stok gedaan, terwijl hem
zelf een inwendige versterking wordt toege
diend. Des avonds als de man met den stok
geheel met linten omhang» n, huiswaarts
keert, kan het huweljjkspaar daaruit zien op
hoeveel gasten kan worden gerekend.
Moordaanslag te Laren (N.H.)
Zondagavond had te Laren (N.-H.) een
moordaanslag plaats, waarvan de oorzaak de
volgende is.
Eenige maanden geleden werd op den
Naarderweg bij Laren een meisje aangerand
door den ongeveer 20-jarigen G. Majoor,
arbeider. Dit meisje vertelde haren vader,
wat haar was overkomen en deze, de bejaarde
D. Donker, koster der Prot. Kerk, maakte
werk van deze geschiedenis door de justitie
met het gebeurde in kennis te stellen, met
hot gevolg dat G. Majoor veroordeeld werd
tot een maand hechtenis.
Dit beviel dezen niet bijzonder, en in plaats
van zichzelven de schuld te geven, weet hij
alies aan D. Donker. Deze was, volgens
hem, de oorzaak van zijn veroordeeling. Hij
zou hem wel krijgen.
Zondagavond te ongeveer half twaalf begaf
de dader zieb naar de woning van D. Donker.
Hij klopte aan en Donker opende de deur.
Plotseling werd de oude man met een mes
in den buik gestoken. Na deze laffe daad
verwijderde de dader zich oogenblikkelijk, na
echter herkend te zijn.
De gestokono begaf zich toen met zijne
dochter naar den burgemeester, bij wien de
gemeentedokter woont, doch deze laatste was
niet thuis. Daarna naar dr. Tenkinck gegaan
zijnde, werd Donker aldaar verbonden, waarbij
bleek, dat de wonde zeer ernstig was.
Onbegrijpelijk is, dat de burgemeester bij
de aangifte verwees naar den veldwachter,
die natuurlijk zonder machtiging van den
burgemeester, hulp-officier van justitie, den
dader niet kon arresteeren.
Het gevolg was, dat particulieren den
officier van justitie te Amsterdam moesten
waarschuwen en dat de dader eerst Maandag
middag werd gearresteerd, na eerst nog kalm
een uurtje te hebben muziek gemaakt, alsof
hij van den prins geen kwaad wist
Ruim 200 inwoners van het
eiland MARKEN gaan dit jaar op loggers
naar de Noordzee. Er is voor hen geen brood
op de Zuiderzee te verdienen.
Zondagnamiddag liepen te
SCHIEDAM een heer uit Rotterdam en een
10-jarig meisje tegen elkander aan, waardoor
beiden vielen. Het meisje is ten gevolge van
dien val in den afgeloopen nacht overleden.
Daar zag men tusschen al die roode en
groene lichtjes op den donkeren achter
grond zich iets bewegentwee oranjekleu
rige lichtkogels, die als over den grond
schenen te rollen en immer grooter en
helderder werden.
Nu klopte Willy het hart toch wat
vlugger.
Dat viel hem zelf op.
Hij verbeeldde zich, dat hij voor de
eerste maal van zijn leven zjjn hart voelde
kloppen.
„Den dood trotseert men", dacht hij,
„en wanneer men zijn beetje geluk ver
liezen zal, siddert men."
Maar hij vergat, dat dit beetje geluk
hem meer waard was dan dood of leven.
Voor een van de vensters van den eerst
binnenstormenden coupé stond Robert von
Hollern. De mannen herkenden elkaar en
wenkten 6lkaar groetend toe. Dan wachte
Willy, naast de deur van het D-rijtuig en
moest allerlei menschen met hun pakkage
langs zich laten gaan eer de kapitein naar
buiten stapte.
Zij echuddeu elkaar de hand en Willy
vroeg dadelijk naar het bewijs van de
bagage.
Maar Hollern had slechts twee groote
handkoffers. Hij wilde maar een paar dagen
büjven, zijn andere zaken had hij recht
streeks naar zijn moeder gezonden.
Willy dacht plotselinghij komt niet
alleen om mij te condoleerenhij komt
vooral om Sylviaik ben maar het voor
wendsel.
Door de drukte aan het station en later
door het geraas van het rijtuig, kwam het
niet tot een geregeld gesprek. Willy vroeg
naar de reis en Hollern zeide, dat het op
Brutale aanranding.
Uit AZEWIJN (gem. Berg) verneemt de
„Post" het volgende, over een brutale aan
randing op J. F., die vroeger aldaar een
boterfabriek bestuurde, en sedert de ophef
fing der fabriek het huis aldaar is blijven
bewonen.
Toen hij j.1. Donderdag was thnisgekomen
van een bezoek in de buurt, werd hij in zijne
woning aangerand door een zekeren t. H.,
die een gedeelte van zijn huis bewoont en
daarin een soort logement houdt, met 2
logeergasten dier inrichting. Met z'n drieën
bonden ze J. F. aan handen en voeten, met
nog een doek over den mond bovendien. Zoo
gekneveld, werd J. F. op een kruiwagen ge
laden en weggevoerd. Onderweg werd hij
bedreigd door de vraag, wat hem liever was,
zijn leven, of een zekere som gelds, die de
drie individuen eischten. Natuurlijk verkoos
J. F. zijn leven boven het geld, dat hij boven
dien niet eens rijk was. Maar geen nood, als
hij maar eene schuldbekentenis wilde afgeven
voor het gevorderde bedrag, dan zou hij weer
thuisgebracht en in vrijheid gesteld worden.
J. F. beloofde dit en gaf ook werkelijk de
schuldbekentenis af, doch naderhand kwam
hij aangifte van het voorgevallene doen
bij de politie, die spoedig een onderzoek in
stelde met het gevolg, dat de drie aanran
ders werden gearresteerd en gevankelijk naar
Arnhem gebracht, waar ze ter beschikking
van de justitie gesteld zijn en zich nog in
hechtenis bevinden.
De verdachten, of tenminste één van hen,
moeten reeds bekend hebben.
Ongevallenwet 1901.
De minister van binnenlandsche zaken,
Gelet op de mededeeling van het bestuur
der Rijksverzekeringsbank, dat vele werkge
vers nog geen aangifte hebben gedaan van
de door hen uitgeoefende verzekeringplich-
tige bedrijven
Brengt dien werkgevers het navolgende in
herinnering
Ten aanzien van de verzekeringsplichtige
ondernemingen, waarin het bedrijf vóór ot op
den 16den Mei 1902 is aangevangen, ein
digt de termijn, waarbinnen de aangifte
moet geschieden, den 31sten Mei 1902.
Ten aanzien van de verzekeringsplichtige
ondernemingen, waarin het bedrijf na den
16en Mei is aangevangen, moet de aangifte
geschieden binnen 14 dagen, te rekenen
van den dag, waarop hot bedrijf is aange
vangen.
Ingevolge de artikelen 32 en 34 der Onge
vallenwet 1901, moet de aangifte in duplo
geschieden ten kantore der posterijen, binnen
welks kriDg do werkgever zijne woonplaats
heeft, of indien deze hier te lande geene
woonplaats heeft, ten kantore der posterijen
te Amsterdam.
De aangifte geschiedt door de inlevering van
door den werkgever ingevulde formulieren.
Deze formulieren zijn ten kantore der pos
terijen kosteloos verkrijgbaar. Bij elk dubbel
formulier wordt eene lijst afgegeven, waarop
de verzekeringsplichtige bedrijven zijn ver
meld.
Ook de werkgevers, die hunne
werklieden reeds verzekerd heb
ben of die wensclien zeiven het
risico te dragen der verzekering
of dit risico over te dragen aan
eene verzekeringsmaatschappij of vereeniging,
zijn tot aangifte verplicht.
Zij die hunne verplichting tot aangifte
niet of niet tijdig nakomen, zullen
strafbaar zijn volgens do wet. Sts.Crt.
Bij Kon. besluit is benoemd
tot burgemeester van WIER1NGEN; F. C. A.
H. L. Cavalje.
de Roode Zee op de terugreis warm ge
weest was. De Middellandsche Zee was
zeer kalm geweestalles en alles ver
velend, en er waren weinig aardige men
schen aan boord.
Later zaten zy in het elegante eetzaaltje
van het hötel tegenover elkaar. Een elec-
j trisch lampje met een rood schermpje
I stond op het witte damast, het zilver blonk,
en alles was zóó stil, dat men er zich
byna voor geneerde, zijn mond open te
doen.
Hollern was in levendige stemmiag. Hij
voelde dat Mammling het onderhoud leiden
moest. Hij was er nieuwsgierig naar, hoe
veel er nog over was van het overwonnen
leed en hoeveel Willy van zijn nieuwe hoop
vertellen zou. Elke vraag, ook de teerste,
daarnaar kon onbescheiden en indringerig
schijnen.
Hollern, die zeer angstvallig was in
liefdeszaken, en zich toch weer naar
echten zeemansaard door allerlei oppervlak
kige avontuurtjes had heengeslagen, wist
in 't geheel niet, hoe het er in het hart
van Matnmling uitzag.
Hij hield Willy's en Makaria's huwelijk
voor volkomen gelukkig en toen hij het
doodsbericht kreeg, was zijn eerste ge
dachte die zal zich nooit troosten. Maar
een goede kameraad van hem had hem
plechtig verzekerd, dat juist diegenen, die
zeer gelukkig waren, weer spoedig naar
geluk zochten.
Hij voor zich gevoelde, dat hij niet tot
oordeelen in staat was over dergelijke
vragen en dat hij niet met ernst er over
kon spreken, of een weduwnaar te troosten
was ot niet.
Hij had alleen het bestemde gevoel, dat
Onmenschelijk.
De arbeider L. K. te HAVELTERBERG
werd om eenige achterstallige guldens erf
pacht, door het gerecht met zijn gezin nit
zijn woning gezet. Nadat het huisraad er
uit was gebracht, werd het hnisje, dat nog
pas in het najaar door K. geheel was ver
nieuwd, tot den grond afgebroken. Vrouw K.,
die ziek te bed had gelegen, stond met haar
eveneens zieke, jongste kind onder den bloo-
ten hemel, ten prooi aan het gare weer.
Mislukte verdediging.
Een landbouwer te OTTERLOO was in den
avond van 17 Februari- in het veld voor zijn
woning aangetroffen met een geladen geweer.
Twee veldwachters, die al geruimen tijd ver
moedden dat daar gestroopt werd, hadden
proces-verhaal opgemaakt.
Voor het Wageningsche Kantongerecht,
waar bekl. zich had te verantwoorden, werd
hem gevraagd, waarom hij zich nog zoo laat
met een geladen geweer buiten de deur had
bevonden.
„Ja, meneer", antwoordde ons slim boertje,
„ik ben nogal bang voor kwaad volk en kijk
daarom wel eens of er ook landloopers in de
buurt zijn! Je weet nooit waar die lui toe in
staat zijn en daarom
Het getuigenverhoor maakte dit verhaaltje
evenwel niet bijzonder geloofwaardig.
„Toen we den beklaagde het geweer afna
men", vertelde een der veldwachters, „schoten
we het, om te constateeren dat het scherp
geladen was, op een boom af. Onmiddellijk
nadat het schot gevallen was, kwam de
vrouw van bekl. naar buiten en vroeg
„Hei j'em, Derk
„Nou'had hij, getuige, geantwoord, „en
leelijk ook!"
Men begrijpt, dat deze verklaring bij de aan
wezigen nogal vroolijkheid verwekte. Slechts
één in de zaal was er die niet lachte, n.1. de
echtgenoot van het nieuwsgierige vrouwtje.
Tegen hem werd f10 boete, subs. 4 dagen,
geëisebt.
ANNA PAULOWNA. In de plaats
van den heer Van den Berg, die wegens
vertrek zijn functie had moeten neerleggen,
werd tot secretaris der afdeeling „Oudesluis
van het N. O. G. gekozen de heer N. Raap.
NIEUWE NIEDORP.
Vol, eigenlijk te vol was het Maandag
avond in de kolfbaan van den heer P. Haring
buizen.
Het optreden van den heer Abr. de Winter
van Breda heeft dan ook altijd veel aantrek
kelijks en niettegenstaande bet zeer ongun
stige weder, was bet publiek in grooten getale
opgekomen. Afgewisseld door de uitstekende
muziek van de familie Polak van Den Helder,
hadden de voordrachten van den beerDeWinter
ook nu weder veel succes. Hij gaf vijf stukkon
ten beste en zooals steeds vielen zijn snaakscbe,
soms allerdwaaste uitvallen bijzonder in den
smaak. De Winter gaat met zijn tijd meèenMinis-
ter Chamberlain, en de Engelsehen in bet
algemeen, kwamen er dikwijls niet zonder
kleerscheuren af.
Ook bet ingetreden herstel van onze
geliefde Koningin werd zeer passend in zijn
laatste voordracht herdacht.
Gaarne roepen wij dan ook den heer
De Winter een tot weerziens toe.
De Hoofdprijs en do 2e prijs
in de KOEDIJKER verloting, eene complete
Boerderij-Inventaris en een Utrechtsche wagen
met 2 paarden, zijn aan de Directie ten deel
gevallen.
In den op Pinkstermaandag ge
houden Zangwedstrijd te AMSTERDAM van
gemengde koren is de le prijs gouden medaille
hij' totaal op mededeelingen wachten moest
en niet nieuwsgierigheid mocht toonen.
Eigenlijk dacht hij, dat Willy wel wat ver
legen zou zijn met zijn figuur juist
tegenover hem verlegen als den bloedver
want van Makarie.
Maar toch was het eerste gesprek dat
Willy begon, over Makarie.
Hollern was getroffen door de waardig
heid, die deze man daarby' toonde.
Hij vertelde nog eenmaal van het onge
luk, dat Makarie van haar jong leven had
beroofd. En hij was bij het vertellen daar
van zeer ontroerd.
„Hoe merkwaardig", dacht Hollern, „wat
er toch al in een menechenbart bij
eikaar kan wonen. Dat ligt alles zoo dicht
bij eikander en behoort te zamen en in den
grond van de zaak moest het een het
ander Pch uitsluiten oud leed en nieuw
hopen.''
Willy MammliDg was niet in 't minst ver
legen, geeD spoor daarvan „Hij gevoelt zich
ai-of zijn toestand een gewone was", zeide
Hollern tot zichzelf.
„Langzamerhand wendt men zich weer
naar het leven toe. Men treedt daarvan
een ander deel binten. Dit bij zichzelf te
moeten opmerken, is zeer wonderbaar. In
dat nieuwe deel ia alles anders, maar ook
alles echt. Doch het aandenken aan haar,
die mij het eerste geluk gaf, blijft zeer
levendig. Ik ervaar iets onuitsprekelijk
schoons ik behoef mijn lieve docde niet
ontrouw te worden en roof toch degene
die mij wellicht weder geluk geeft, niets",
eindigde Willy.
Het klonk zeer eenvoudig, maar Hollern
kon zich er nog maar niet in denken.
1 WORDT VERVOLGD.