Almttiüs- Lailiiiiliii Ie Geschiedenis van Brieveu uil de Maasstad. P. BOON, TANDARTS, J. PEEREBOOfi, Diem Niedorp, Zondag 23 November 1^054. 4ósle Jaargang No. 3786. DERDE BLAD. Fragmenten uit Het einde der Strooptochten. Binnenlandsch Nieuws. ADVERTENTIBN. J. P. Coenstraat 26, Den Haag, is iederen Woensdag aan Den Helder, Kanaalweg 99, te consulteren. Rijwiel-, Sportkar en Kinderwagen- BANDëN zijn in iedere soort verkrijgbaar bij Rijwielhandel. SCHAKER AIiikii Nitnis-, COURANT. VL o— o— Bij het verdrag, dat de West-Friezen in 1288 met Floris den Vijfden sloten, warende Schagers onder meer verplicht, tienden te betalen. Hetgeen de ploeg bewerkte, daarvan had de tiendheer als tiende de elfde schoof, want waar de ploeg ging, daar ging ook de tiend. De telling begon, wanneer de arbeid van den binder geëindigd wasmaar lag het gemaaide of gezichte graan eenmaal op den akker, tot vervoer gereed, dan moest de tiend heer ook zorgen, dat zijn tiend zonder uitstel werd weggehaald. De landman was echter verplicht, hem te waarschuwen. Zoodra hg dus tot den oogst gereed was, klom hij op zijn wagen en riep tot driemaal toe„Tiendheeren telkens zóó luid, dat het over zeven akkers gehoord kon worden. Verscheen de tiendheer dan niet, en ook nie mand in zijn naam, dan trad de landman van zijn wagen af en vroeg twee zijner buren, die zijn roepstem hadden gehoord, of zij hem wilden helpen, wat zelden werd ge weigerd. Nu ging hij met hen langs de gar ven rond, telde telkens tot tien en liet de elfde schoof liggen. Zoodra dit afgeloopen was, begon hg zijn graan op den wagen te laden, doch liet de tiend onaangeroerd. Gedurende een etmaal beschermde hij die echter tegen zijn eigen vee en, als hij willig was, ook tegen het vee van een ander, maar dat lag eigenlijk buiten zijn verplichting. Was het etmaal voorbij, dan had hij er verder niet naar om te zien en wat er dan aan de tiend ontbrak, of er aan beschadigd werd, kon men hèm niet wijten. Werd hij niettemin beticht, zyn tiendplichten niet vol doende te zijn nagekomen, dan kon hg zich doen verontschuldigen door twee zijner buren en ontbrak het aan zijn geburen, zoo nam hg twee zijner magen. Ontbrak het ook aan zijn magen, dan was hij evenwel verplicht, den tiendheer vierdubbel zijn tien den te voldoen. Ook van het vee waren de Schagers van nu af aan verplicht tienden te betalen, ond' r den naam van krijtende tiend. Gold het van ganzen, eenden of zwanen, dan heette het kriekende tiend. De tiendman mocht geen veulen of kalf, dat hem geworpen werd, aan den tiendheer verzwijgenieder verzwegen stuk vee was verbeurd, zoodra het werd ontdekt. Het tiende, dat geboren werd, kwam den tierd- heer toe. Van schapen moest er jaarlgks eén worden geleverd en daarbij besliste het lot. Dat ging zóó De tiendman dreef ze binnen een schot, dat hij daarna weer open deed, om de te vertienden dieren één voor één uit te laten. Nu werd de belangstelling bij beide partijen gespannen den tiendhéér was het natuurlijk niet onverschillig, wat hem te beurt viel; den tiendman was het niet hetzelfde, wat hij moest missen. Men telde dus de sprongen (zoo heette het uitloopen van een schaap) en wat er met den tienden sprong uitkwam, kwam den heer toe, uitgezonderd de ram. Kwam de ram op den tienden sprong, dan nam de tiendheer het daarna komende dier, maar dat bleef evenwel de eerste van den volgenden sprong Van nu af aan ook stond Schagen onder een schout, die op z ij n beurt weer onder den baljuw van Medemblik stond. De schout had, vóór Schagen een heerlijkheid werd, ten uitgebreide macht. Evenwel, binnen zijn huls en wat er bij behoorde, had ieder huis vader zijn eigen vrijheid en huisvrede, die door den schout evenmin als door iemand anders mocht gestoord worden. Waar het land behoorlijk afgesloot of afgeheind en alzoo bevreed was, moest de schout er evenzeer buiten blijven, zoo lang er niet bg recht en vonnis gewezen was. dat hij daar op mocht komen. Maar 'sHeeren weg, de wateringen en al wat er verder in het ambacht lag, en geen bizon- der eigendom of geen Heiligdom was, dat be hoorde tot 's Heeren recht, dat was Vroon «n dat lag „onder de roede" van den schout; tot instandhouding daarvan had men vroon schuld te betalen. Ook waren voortaau de Schagers heirvaart schuldig aan den graaf of diens vertegenwoordigerdat wil zeggen, eenige mannen, bg loting aan te «ijzen, Waren tot krijgsdienst verplicht, tenzij men die verplichting af mocht koopen. Daarentegen verleende de graaf hun vrij dom van tollen, zoo te water als te land. vrijheid van bakken en brouwen en vrijheid van koopmanschap, alles dienende om de amie plaats tot wat welvaart te brengen. Daartoe liet hij ook de dijken verbeteren, al werden zg ook nu nog volstrekt niet van een voldoende hoogte en stevigheid. (Dit !**tote was te wijten aan een nog gebrek kige kennis van den dijkbouw). lor is de Vijfde had dus het goede met ^hagen voor, doch slechts acht jaar aaneen gnoot het rust en voorspoed onder diens 5estuur. Bij zgn dood was heel het land in i?P en roer. Zijn zoon Jan was nog in £jngeland, Jan van Henegouwen rumoerde in 611 Haag als heer en meester, de Vla- ?Jtogen belegerden Middelburg en de bis shop van Utrecht, Willem van Mechelen, ie Holland gevallen en had het kasteel Muiden vermeesterd. Van hier was hij aar West-Friesland getrokken, waar het j®111 gelukte, de steeds zoo woelzieke bevol- tegen de Hollanders op te zetten. Door estfriezen gesteund, verwoestte hg de door Floris gestichte kasteelen Wgdenes, Nieuwburg en Eenigenburg, en sloeg nu het beleg voor het slot van Medemblik, dat hij van plan was uit te laten hongeren. Nadat het gelukt was, de Vlamingen te doen aftrekken, beschreef Jan van Hene gouwen een heirvaart tegen Westfricsland. 't Werd echter eerst in het begin van het volgende jaar (1297), dat het leger gereed was. Hij talmde niet lang. ontzette; het slot van Medemblik en versloeg de muitende West friezen. Inmiddels hadden de edelen, terecht be grijpend dat zg onder zoo'n krachtig bestuur weinig te zeggen zouden hebben, den zwak ken Graaf Jan uit Engeland doen komen, waarop Jan van Henegouwen het raadzaam achtte, naar zgn eigen graafschap terug te keeren. Het eerste, wat graaf Jan op aansporing van zijn edelen deed, was, met een aanzien lijk leger naar Westfriesland te trekken, om den opstand, die daar nog altijd heerschte, geheel te dempen. Te Vroonergeest ontmoette men de opstan delingen en leverde hun slag. De Westfrie zen werden totaal geslagen en Winkel, Niedorp, Schagen en tal van andere dorpen platgebrand. Na deze nederlaag zijn ze voor altijd onderworpen gewee6t en was de strijd geëindigd, die sedert Dirk EL schier onop houdelijk gewoed had. Am8t. S. J. van heij8tbbvelt. CCLXXHL Rotterdam, 20 November 1902. De belangwekkende voorvallen zijn hier gewoonweg niet van de lucht. Ternauwer nood is onze gespannen geweesde aandacht voor 't ééne feit wat verslapt, of een ander vraagt weer versche interesse. Ik heb onlangs in een zoogenaamden brief uit Rotterdam gelezen dat „hier in de laatste vijftig jaar niets voorviel, gewichtig, wetens waardig genoeg om aan gansch Nederland te worden overgebriefd." Waarschijnlijk heeft voor dezen zin de schrijver eenige aarzeling te overwinnen gehad, want, nietwaar, hij zelf is dan toch in één van die vijftig jaren geboren en dit moet voor hem feit. genoeg geweest zijn, om hem eenig ongeloof in zijn eigen bewering te geven 1 Trouwens, deze bewering is een lapsus, evenzeer als bijvoorbeeld, in denzelfden brief een verklaring„Wij zijn meerendeels eenvoudige menschen, die ieder in eigen werk kring hun broodje trachten te halen." Men moet zulk soort gemoedelijkheidjes maar niet al te veel op den keper beschou wen, ze krijgen dan zoo'n rarig tintje. Ik beweer, dat we hier nog al druk in de belangwekkende voorvallen zitten, belangwek kend dan voor iemand die niet gelieft te poseeren als een hoog boven de dingen dezer wereld zwevenden geest. Een eenvoudig mensch, „die in zijn eigen werkkring zijn broodje tracht te halen", ziet hier waarlijk dingen genoeg geschieden, die zijn kalm ge moedsleventje in alle eer en deugd gestadig- lijk bezig houden. Zou er zelfs in een groote, druk-levende stad zooveel meer gebeuren, feiten van hooger algemeene waarde te krant-staven zijn, dan te Rotterdam Hebben we niet nog onlangs den brand bij Van der Lugt gehad en in dien brand een kluis, die het onderwerp van onze bed-, tafel-, café-, sociëteits- en entre-acte-gesprek- ken is geweest, vele dagen lang, een kluis die zelfs artisten van groote beteekenis als Mastenbroek, Miedema en Frans Bakker, geïnspireerd heeft tot kunstwerken van be langwekkende waarde, die we op een kunst beschouwing in de academie bij electrisch licht hebben beschouwd Is hier niet, Zaterdag LI., een vegetarisch restaurant geopend, dat onder de fiere zin spreuk „Futura Nobis", met de slagers en de slagershonden een vervaarlijken strijd heeft aangegaan? Zelden heb ik smakelijker verslagen gelezen dan van de openingsplechtigheid dezer futura nobis-re6taurant. De verslaggevers en de gasten hebben champignonsoep gegeten, eier- ragout met gebakken aardappelen, doperwten aardappelen met bruine boter, macaronie- croquetten, citroenpudding met kersensaus, appeltaart en vruchten, zg hebben gesmuld aan dit menu en aan passende toespraken, aan bruine boter en toasten. Mij hebben de verslagen opgewekt om ook 'reis futura nobis te gaan eten, maar het menu was toen niet zoo goed en ik was de eenige eter dien middag. Voor het vegetarisch logies moeten ook niet zoo vele belangstel lenden komen, 't geen evenwel in Rotterdam niet zoo groote verwondering behoeft te wekken. Een Rotterdammer is iemand, die de kat van een nieuwe onderneming uit den boom van de pracrijk kijkt, eer hij haar op een schoteltje melk van zijn medewerking tracteert. Hoe betrekkelijk weinigen hebben hun dierbaar hachje gewaagd aan de pracht-in- richting het Turksch-Russisch bad die we sinds eenige maanden bezitten. Er zullen enkele wonderbaarlijke genezingen moeten geschieden éér de Rotterdammer aan de zegenrijke werking van een stoom- en heete- luchtbad gelooft. Een Rotterdammer maakt van elke versche onderneming een nieuw- ontdekt Lonrdes: hij wacht de mirakelen af. Men zal me toegeven dat een dergelijk temperament bij uitstek geschikt is voor den soliden handel. Beginsel-ondernemingen, als zoo'n vege tarisch restaurant er één is, moeten er eerst een jaar of wat zijn. Dan gaat de Rotter dammer redeneeren met zichzelven en met zijn vrienden. „Ze houden 't er vol, er wordt dus blijkbaar geld verdiend. Dan zal 't er ook wel in orde wezen I" En met deze over weging gaat de Rotterdammer ten leste in futura nobis champignonsoep en eierragout met gebakken aardappelen eten. Een „Ausdauer" bij deze of geene nieuwig heid imponeert den Rotterdammer. Ook wel, omdat daar dan geld achter „zit", want aan Ausdauer zonder geld gelooft een Rotterdam mer, die waarachtig zakenman is, geenszins. Met volhouden krijgt een ondernemend man hier alles gedaan. Toen, dertig jaren geleden, de firma Legras, Van Zuijlen en Haspels „De Twee Weezen" voor de eerste maal opvoerde, was er een zeer matige belangstelling. Drie, vier herhalingen werden gewaagd, maar er kwamen weinig of geen menschen. Er werd dan ook maar aan een nieuw stuk gedacht. Doch, op raad van Legras, probeerde men 't nog eens, en alweer eens, en na de zesde vertooning begon nen waarempel de bezoekers te komen. Van de negende af was de zaal uitverkocht en nó nog, dertig jaren later, trekt deze vertooning geregeld volle zalen na honderd en zooveel herhalingen. Ik wil natuurlijk niet beweren dat met „Edel metaal" van Mr. J. van Schevinck- haven tenslotte eivolle schouwburgen zouden worden behaald, als de heer Van Eisden de tien eerste malen met stoelen en banken genoegen genomen had hoewel misschien wie weet wat er nog zou gebeurd zijn als men 't eens had geprobeerd 1 Belangwekkende voorvallen elke dag j brengt er ons Ik heb uit de veertien dagen die na mijn laatsten brief alweer verloopen zijn, de voornaamste belangwekkende voorvallen genoteerd en ik ben verlegen met de keuze. Hierik neem er één zoo voor 't vuistje weg: 16 November, de RotterdamscheOmni- bubmaatschappij heeft om 8 uur van morgen een oprijder geposteerd op het Van Hogen- dorpsplein, om de volle omnibusen de hol van de Bogmansstraat op te trekken." Een lezer buiten Rotterdam moge dit een onbeduidend kleinigheidje achten, ik verzeker u nochtans dat het ons stadsleven danig geëmotioneerd heeft. Daar zat dien morgen oen man óp het Bogmansplein op een paard, een man in de gevangeniskfeurige uniform van de R.O.M. Aan zijn paard was een touw beves tigd, aan dat touw een haak en aan dien haak een omnibu6. De man gaf het paard een s'ag met zijn sporenlooze laarzen en het paard zette zich in beweging. Ik was erbij en ik schatte 't aantal men schen, dat met mij toekeek, op een goede honderd. We liepen allen tezamen vóór en naast en achter dat merkwaardige paard, 't elkaar wgzend en luide onze meeningen verkondigend Twee politieagenten en een inspecteur kwamen uit den nabijen politie post en voegden zich in onze rgen. Aldus ging het paard, de omnibus en wij in ma tigen draf het plein over en de Bogmans straat op. De wandelaars op de trottoirs bleven 6taan om ons na te kijken, of liepen eveneens meê. Uit de hoogte van den Schie- damschen dijk kwam een aanmerkelijke stoet van jeugd en middelbaren leeftijd aaodraven. De vensters in de nabuurschap werden open geschoven, uit alle ramen hingen menschen. Wij liepen en fel lawijd van stemmen 6teeg van ons op. Voort, de Bogmansstraat opAch ter het paard aan, welks kloeke ruiter moeite had, zgn trots en zijn voldoening om onze belangstelling, te verbergen. De omnibus, die de Prinses van Oranje iD zeven tienhonderd zooveel van Goejanverwel- lensluis naar Gouda bracht, werd niet zóó druk omstuwd. Boven gekomen, gespte een conducteur het oprijpaard los en stak den haak in een lus op den bil van het paard. Wij keken toe, star-oogend, kok-halzend. Het paard wendde en wij wendden. Het paard draafde de Bogmansstraat af eD wij draafden meê. Het paard kwam veilig op het Van Hogen- dorpsplein terug en wij mèt het paard. Een nieuwe, inmiddels gearriveerde omnibus werd aangespannen en de tocht van zooeven werd herhaald, maar de stoet was nu, zoo mogelijk nóg breeder, nóg luidruchtiger. Ook liepen er nu acht dienders en drie inspecteurs meê, mitsgaders de geiiniformde bode van de die renbescherming en een brievenbesteller met een volle tasch: Het was enorm, formidabel. En dit alle6 om het paard, dat de omnibus- maatschappij op het Van Hogendorpsplein had geposteerd om de volle wagens de hel ling op te trekken. Het paard staat er nog steeds, den geheelen dag en nog steeds, den geheelen dag is er om dat paard een grootere of kleinere oploopnog steeds, den geheelen dag, verdringen de Rotterdammers zich om dat paard te zien met den haak op zijn bil en den oprijder op zgn rug. Wij weten een dergelyk evenement te waardeeren, wg geven met ongeëvenaarde gulheid onze belangstelling aan elke nieuwe gebeurtenis van gewicht, geljjk ik in deze zuiver historische schets getracht heb te bewijzen. Er gebeuren hier geen gewichtige, wetens waardige dingen, klaagt in zijn azijnzure, sodawrange gemoedsstemming de brief schrijver, dien ik de onderscheiding van een aanhaling (voor dezen éénen en eenigen keer vermoedelijk) gunde. Wg weten beter. Maar men moet waardeeren kunnen, wat waardeering verdient. Ons heele stadsleven is, welbeschouwd, één langdurige wetens waardigheid. En we weten evenzeer dingen, die een vreemdeling misschien hoogst belangwekkend vindt, tot verdiend kleine proportièn terug te brengen. Daar is, bijvoorbeeld, het feit, dat ons scheepvaartverkeer op het vorig jaar een beduidenden voorsprong heeft ge kregen, 't bewijs aldus, dat we weer vooruit gaan, dat de goede tijden weer voor ons doorbreken. Maar wie denken zou, dat de schreeuwers en klagers en mokkers en kwade profeten thans amende honorable doen aan de lui, die niet zooveel gewicht hechtten aan een kleine, verklaarbare en feitelijk schgnbare malaise en dit toen bewezen, die vergist zich. Bij zulke evenementen, zulke gelukkige gebeurtenissen zwijgen wg. Maar wij stuiven met ons tweehonderden wèl een straat op achter een omnibuspaard. Wij weten te onderscheiden. D. Op Dinsdagavond den 18 en dezer vergaderde de Afd. BARSINGERHORN van „Het Witte Kruis", ten huize van den kastelein A. Slotemaker. Aanwezig waren 12 leden 10 uit Barsin- gerhorn zelf en de 2 bestuursleden uit Kol- horn, die het er op hadden gewaagd, den snerpenden Oostenwind te trofseeren. Na de opening door den Voorzitter en het lezen der notulen, kwam punt 1 der agenda aan de orde, dat spoedig werd afgehandeld. Er was weinig volk. dus het stemmen liep vlug af. De heeren J. Kooiman, D. Spaans en J. Schuitemaker werden gekozen als leden der commissie voor het nazien der rekening van den Penningmeester. Punt 2 gaf aan den heer Dr. Beeker ge legenheid, om verslag uit te brengen van het verhandelde op de algemeeDe vergadering, gehouden te Amsterdam, den 20en Mei 1.1. In die vergadering was ook rapport uit gebracht betreffende het onderzoek naar de hoedanigheid van de in de provincie Noord- Holland verkocht wordende melk. Uit dat rapport bleek, dat er ruim 300 mon sters melk waren onderzocht uit 73 gemeenten van onze provincie. Wel vleiend voor Barslngerhorn was de mededeeling, dat daar door de melkslijters zulke goede melk verkocht wordt. De com missie van onderzoek bovengenoemd had als eischen voor goede melk gesteldsoortelijk gewicht 1030, vetgehalte 286 en vaste stof 11. Ed van 8 monsters van melkslijters uit Barsingerhorn waren de cijfers voor soortelijk gewicht: 1030, 1031 en 1032, voor vet: 297, 317, en 387 en voor vaste stof 11,74 en 12,43. Punt 3 behandeling agenda November- vergadering lokte geen groote bespreking uit. Aan deD afgevaardigde onzer afdeeling werd vrij mandaat gegeven. Punt 4 betrof het verzoek van de Afd. Wieringerwaard, om eene bijdrage van f25 voor een aan de Nieuwesluis te bouwen regenbak, waarvan ook de aldaar onder de gemeente Barsingeihorn wonende burgers zouden kunnen gebruik maken. Ten behoeve van dat werk waren van de Afd. Wieringer waard f560, van de gemeente Wieringer waard f 100 en van de gem. Barsingerhorn f 25 als bijdragen ingewilligd. Niemand ver klaarde zich er tegen, om aan het verzoek der Aid. Wieringerwaard te voldoen. Punt 5 aanvrage van subsidie voor het maken van een verplaatsbaar houten gebouw tje voor berging van verplegiugsmaterieel leverde veel stof ter bespreking op. De zaak is deze. Er zijn enkele stukken van het verplegings- materiëel, zooals badkuip en pakkisten voor verzending van goederen vooi den ontsmet tingsoven, die zoo groot zijn, dat ze niet be hoorlijk onder dak gebracht kunnen worden bij de overige voorwerpen van de collectie verplegingsmiddelen de gewone huisdeuren zijn te klein om ze door te laten. Men be helpt zich in deze omstandigheden op eene wijze, die op den duur onhoudbaar is. Om nu daarin de noodige verandering te brengen, heeft het Bestuur het denkbeeld geopperd van een eenvoudig gebouwtje, dat gemakke lijk was op te stellen en uit elkaar te nemen, en een en ander op deze vergadering ter sprake te brengen. Zooals gezegd is, volgde hierop eene wijd- loopige bespreking, waartoe ieder op zijne beurt het zyne aanbracht met het houden van beschouwingen over voor en tegen. Hoe groot moet het zijn Moet het van hout zijn Waar moet het geplaatst worden Te Kol- horn Of in het centrum van de gemeente? En op welk punt dan Daar waar men het best per rgtuig kan komen Weet iemand eene betere plaats? Iloe groot zouden de kosten worden Is er in de verschillende deeleu der gemeente geen lokaal te vinden voor berging? Op den zolder van het Raad huis In een der ledigstaande lokalen van de school te Kolhorn In denstal bij de Hervormde Kerk te Bar singerhorn? Ook al niet? Na al deze vragen overwogen en beantwoord te hebben, komt de vergadering tot het inzicht, dat er bij de afdeeling Barsingerhorn van „Het Witte Kruis" eigenlijk al van den beginne een kwaad schuilt in het gemis van centralisatie met betrekking tot het verple- gingsmateriëel. Er moest één magazjjn wezen met een behoorlijk bezoldigd magazijnmeester zooals het thans is, moet men toch de be- noodigdheden voor Barsingerhorn soms van Kolhorn halen en omgekeerd. En hoe dat nu te krggen Voorziening is dringend uoodig en de tijd voor het aanvragen der subsidie nadert. Er wordt voorgesteld deze zaak aan te houden tot de volgende najaarsvergadering, doch hierop wordt niet vast besloten, omdat er dan zooveel tjjd verloren gaat. Of het dan niet mogelijk zou zijn, nog in de volgende maand voor deze belangrijke en spoedeischende aangelegenheid eene buiten gewone vergadering onzer afdeeling te beleg gen wordt gevraagd. Doch het Bestuur heeft daartegen bezwaar met het oog op de noodige voorbereidende maatregelenhet is bepaald noodig, dat er tgd en gelegenheid wordt gegeven aan de leden, om deze zaak te kunnen overwegen, enz. Met het oog op de aan te vragen sub sidie wordt aangeraden de aanvrage te doen óf voor het bouwen van een magazijntje, óf voor aanvulling van verplegingsmateriëel. Of dit mag en kan worden toegestaan even wel, wordt in twijfel getrokken. Na eenige bespreking over dit laatste punt wordt goedgevonden 1. aan den Alg. Secretaris de vraag te richten, of onze afdeeling subsidie mag aan- vragen, zonder bepaalde bestemming voor ééne zaak 2. zoo niet, dan 6ubsidie aan te vragen bepaald voor oprichting van een magazijn, en 3. in de aanstaande Mei-vergadering vast te stellen, waar en hoe dat magazgn worden geplaatst. De verdere behandeling der agenda voor de vergadering leverde weinig belangrijks meer op. Wel kwam ten slotte nog eene belangrijke mededeeling voor den dag. Naar gegevens van Dr. Beeker is door den heer N. Dubbelman van hout eene kist vervaardigd, waarin men ijs heeft kunnen bewaren, althans tot een tijd van 6'/i dag. Bg gemis van een ijskelder of ijshut is het bezit van zulk een gekist voor vele afdee- lingen van Het Witte Kruis een goede zaak. De Voorz. sloot de vergadering met een woord van dank aan de aanwezigen en in het bijzonder aan de beide heeren van Kolhorn. Tot secretarie van het waterschap Drechterland ie benoemd de heer C. Winkel te Heiloo. Bij deop Woensdag 19 N o- vember te NIEUWE NIEDORP gehouden stemming voor een lid van den Gemeente raad (vacature- Halff) bekwam de heer J. Keuken 67 en de heer K. Wit Cz; (de kunstmeethandelaar) 80 stemmen, zoo dat laatstgenoemde gekozen is. Als notabel bij de Ned. Hervormde Gemeente te NIEUWE NIE DORP is Woensdag herkozen de heer K. de Moor, terwijl in de plaats van den heer J b. Heinstman is gekozen de heer J. Hoogvorst. Slimme colporteurs. Te LEIDEN is sedert geruimen tijd heel wat te doen over colporteurs, die met allorlei blaadjes des Zaterdags tijdens de markt venten. In verband hiermede zij gemeld, dat Zaterdagmorgen tegen de heeren Sam- son en Kloosterman, terwijl zij bezig waren met hun blaadje De Zweep te colportee- ren en daarbij hun theorieën verkondigden, door de Leidsche politie procesverbaal is opgemaakt, op grond, dat volgens veror dening luide aanprijzing van geschriften verboden ie De heeren namen het nogal kalm op en wijzigden hun tactiek onmiddellijk, zegt het L. D. Na eenigen tijd te hebben gesproken, begonnen ze pepermunt te verkoopen, zoodat zij nu althans volgens de wet geen colporteurs meer waren. Ze verkochten een pepermunt voor 3 centen en vouwden haar tusschen een exemplaar van hun blad Het bleek dat er op deze wijze menig blaadje weg ging. Stellig niet minder dan op de ge wone manier. Genezing van een klomp- vo e t. Aan de „Twentsche Ct." wordt uit ENSCHEDÉ gemeld De genezing van een klomp- of zooge naamden paardevoet is zeker iets onge woons. De heer A. A. Smits, arts alhier, heeft het bewijs geleverd, dat ze niet tot de onmogelijkheden behoort. Het 9-jarig zoontje van den agent van politie De Vries alhier was ongeluk kig behept met die kwaal en al kon de levenslustige knaap met zijn makkers in het spel zeer goed meedoen, toch hinderde hem die vergroeiing. Men raadpleegde genoemden genees kundige die er niet tegen opzag te be proeven wat hij vermocht. Een photographie met X-stralen werd van den voet genomen, waaruit bleek, dat alle kootjes (beenderen) in den voet aanwezig waren. In 't ziekenhuis had nu de operatie plaats, waarbij spieren en peezen werden losgemaakt en zelfs enkele kootjes moesten worden af gebeiteld Hierna is de voet gezet en in een ver band gelegd en moest de jongen nog eenigen tijd in zijn nieuw verblijf wor den gehouden. Thans gaat de patiënt weer naar school en heeft zgn voet als ieder. Hij wordt nog geregeld geëlectriseerd, teneinde ook den nog kreupelen gang zooveel moge- Ijjk te verminderen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1902 | | pagina 9