Almttiüs- Lailiiiiliii
Ie Geschiedenis van
Brieveu uil de Maasstad.
P. BOON,
TANDARTS,
J. PEEREBOOfi, Diem Niedorp,
Zondag 23 November 1^054.
4ósle Jaargang No. 3786.
DERDE BLAD.
Fragmenten uit
Het einde der Strooptochten.
Binnenlandsch Nieuws.
ADVERTENTIBN.
J. P. Coenstraat 26, Den Haag,
is iederen Woensdag aan
Den Helder, Kanaalweg 99,
te consulteren.
Rijwiel-, Sportkar
en Kinderwagen-
BANDëN
zijn in iedere soort verkrijgbaar bij
Rijwielhandel.
SCHAKER
AIiikii Nitnis-,
COURANT.
VL
o— o—
Bij het verdrag, dat de West-Friezen in
1288 met Floris den Vijfden sloten, warende
Schagers onder meer verplicht, tienden te
betalen. Hetgeen de ploeg bewerkte, daarvan
had de tiendheer als tiende de elfde schoof,
want waar de ploeg ging, daar ging ook de
tiend. De telling begon, wanneer de arbeid
van den binder geëindigd wasmaar lag het
gemaaide of gezichte graan eenmaal op den
akker, tot vervoer gereed, dan moest de tiend
heer ook zorgen, dat zijn tiend zonder uitstel
werd weggehaald.
De landman was echter verplicht, hem te
waarschuwen. Zoodra hg dus tot den oogst
gereed was, klom hij op zijn wagen en riep
tot driemaal toe„Tiendheeren telkens
zóó luid, dat het over zeven akkers gehoord
kon worden.
Verscheen de tiendheer dan niet, en ook nie
mand in zijn naam, dan trad de landman
van zijn wagen af en vroeg twee zijner
buren, die zijn roepstem hadden gehoord, of
zij hem wilden helpen, wat zelden werd ge
weigerd. Nu ging hij met hen langs de gar
ven rond, telde telkens tot tien en liet de
elfde schoof liggen.
Zoodra dit afgeloopen was, begon hg zijn
graan op den wagen te laden, doch liet de
tiend onaangeroerd. Gedurende een etmaal
beschermde hij die echter tegen zijn eigen vee
en, als hij willig was, ook tegen het vee van
een ander, maar dat lag eigenlijk buiten zijn
verplichting.
Was het etmaal voorbij, dan had hij er
verder niet naar om te zien en wat er dan
aan de tiend ontbrak, of er aan beschadigd
werd, kon men hèm niet wijten. Werd hij
niettemin beticht, zyn tiendplichten niet vol
doende te zijn nagekomen, dan kon hg zich
doen verontschuldigen door twee zijner
buren en ontbrak het aan zijn geburen,
zoo nam hg twee zijner magen. Ontbrak het
ook aan zijn magen, dan was hij evenwel
verplicht, den tiendheer vierdubbel zijn tien
den te voldoen.
Ook van het vee waren de Schagers van
nu af aan verplicht tienden te betalen, ond' r
den naam van krijtende tiend. Gold
het van ganzen, eenden of zwanen, dan
heette het kriekende tiend.
De tiendman mocht geen veulen of kalf,
dat hem geworpen werd, aan den tiendheer
verzwijgenieder verzwegen stuk vee was
verbeurd, zoodra het werd ontdekt. Het
tiende, dat geboren werd, kwam den tierd-
heer toe.
Van schapen moest er jaarlgks eén worden
geleverd en daarbij besliste het lot. Dat ging
zóó De tiendman dreef ze binnen een schot,
dat hij daarna weer open deed, om de te
vertienden dieren één voor één uit te laten.
Nu werd de belangstelling bij beide partijen
gespannen den tiendhéér was het natuurlijk
niet onverschillig, wat hem te beurt viel;
den tiendman was het niet hetzelfde, wat hij
moest missen.
Men telde dus de sprongen (zoo heette
het uitloopen van een schaap) en wat er
met den tienden sprong uitkwam, kwam den
heer toe, uitgezonderd de ram. Kwam de ram
op den tienden sprong, dan nam de tiendheer
het daarna komende dier, maar dat bleef
evenwel de eerste van den volgenden sprong
Van nu af aan ook stond Schagen onder
een schout, die op z ij n beurt weer onder den
baljuw van Medemblik stond. De schout
had, vóór Schagen een heerlijkheid werd, ten
uitgebreide macht. Evenwel, binnen zijn huls
en wat er bij behoorde, had ieder huis
vader zijn eigen vrijheid en huisvrede,
die door den schout evenmin als door iemand
anders mocht gestoord worden.
Waar het land behoorlijk afgesloot of
afgeheind en alzoo bevreed was, moest
de schout er evenzeer buiten blijven, zoo
lang er niet bg recht en vonnis gewezen
was. dat hij daar op mocht komen. Maar
'sHeeren weg, de wateringen en al wat er
verder in het ambacht lag, en geen bizon-
der eigendom of geen Heiligdom was, dat be
hoorde tot 's Heeren recht, dat was Vroon
«n dat lag „onder de roede" van den schout;
tot instandhouding daarvan had men vroon
schuld te betalen. Ook waren voortaau de
Schagers heirvaart schuldig aan den graaf
of diens vertegenwoordigerdat wil zeggen,
eenige mannen, bg loting aan te «ijzen,
Waren tot krijgsdienst verplicht, tenzij men
die verplichting af mocht koopen.
Daarentegen verleende de graaf hun vrij
dom van tollen, zoo te water als te land.
vrijheid van bakken en brouwen en vrijheid
van koopmanschap, alles dienende om de
amie plaats tot wat welvaart te brengen.
Daartoe liet hij ook de dijken verbeteren,
al werden zg ook nu nog volstrekt niet van
een voldoende hoogte en stevigheid. (Dit
!**tote was te wijten aan een nog gebrek
kige kennis van den dijkbouw).
lor is de Vijfde had dus het goede met
^hagen voor, doch slechts acht jaar aaneen
gnoot het rust en voorspoed onder diens
5estuur. Bij zgn dood was heel het land in
i?P en roer. Zijn zoon Jan was nog in
£jngeland, Jan van Henegouwen rumoerde in
611 Haag als heer en meester, de Vla-
?Jtogen belegerden Middelburg en de bis
shop van Utrecht, Willem van Mechelen,
ie Holland gevallen en had het kasteel
Muiden vermeesterd. Van hier was hij
aar West-Friesland getrokken, waar het
j®111 gelukte, de steeds zoo woelzieke bevol-
tegen de Hollanders op te zetten. Door
estfriezen gesteund, verwoestte hg de
door Floris gestichte kasteelen Wgdenes,
Nieuwburg en Eenigenburg, en sloeg nu het
beleg voor het slot van Medemblik, dat hij
van plan was uit te laten hongeren.
Nadat het gelukt was, de Vlamingen te
doen aftrekken, beschreef Jan van Hene
gouwen een heirvaart tegen Westfricsland.
't Werd echter eerst in het begin van het
volgende jaar (1297), dat het leger gereed
was. Hij talmde niet lang. ontzette; het slot
van Medemblik en versloeg de muitende
West friezen.
Inmiddels hadden de edelen, terecht be
grijpend dat zg onder zoo'n krachtig bestuur
weinig te zeggen zouden hebben, den zwak
ken Graaf Jan uit Engeland doen komen,
waarop Jan van Henegouwen het raadzaam
achtte, naar zgn eigen graafschap terug te
keeren.
Het eerste, wat graaf Jan op aansporing
van zijn edelen deed, was, met een aanzien
lijk leger naar Westfriesland te trekken, om
den opstand, die daar nog altijd heerschte,
geheel te dempen.
Te Vroonergeest ontmoette men de opstan
delingen en leverde hun slag. De Westfrie
zen werden totaal geslagen en Winkel,
Niedorp, Schagen en tal van andere dorpen
platgebrand. Na deze nederlaag zijn ze voor
altijd onderworpen gewee6t en was de strijd
geëindigd, die sedert Dirk EL schier onop
houdelijk gewoed had.
Am8t. S. J. van heij8tbbvelt.
CCLXXHL
Rotterdam, 20 November 1902.
De belangwekkende voorvallen zijn hier
gewoonweg niet van de lucht. Ternauwer
nood is onze gespannen geweesde aandacht voor
't ééne feit wat verslapt, of een ander vraagt
weer versche interesse.
Ik heb onlangs in een zoogenaamden brief
uit Rotterdam gelezen dat „hier in de laatste
vijftig jaar niets voorviel, gewichtig, wetens
waardig genoeg om aan gansch Nederland te
worden overgebriefd." Waarschijnlijk heeft
voor dezen zin de schrijver eenige aarzeling
te overwinnen gehad, want, nietwaar, hij zelf
is dan toch in één van die vijftig jaren
geboren en dit moet voor hem feit. genoeg
geweest zijn, om hem eenig ongeloof in zijn
eigen bewering te geven 1
Trouwens, deze bewering is een lapsus,
evenzeer als bijvoorbeeld, in denzelfden
brief een verklaring„Wij zijn meerendeels
eenvoudige menschen, die ieder in eigen werk
kring hun broodje trachten te halen."
Men moet zulk soort gemoedelijkheidjes
maar niet al te veel op den keper beschou
wen, ze krijgen dan zoo'n rarig tintje.
Ik beweer, dat we hier nog al druk in de
belangwekkende voorvallen zitten, belangwek
kend dan voor iemand die niet gelieft te
poseeren als een hoog boven de dingen dezer
wereld zwevenden geest. Een eenvoudig
mensch, „die in zijn eigen werkkring zijn
broodje tracht te halen", ziet hier waarlijk
dingen genoeg geschieden, die zijn kalm ge
moedsleventje in alle eer en deugd gestadig-
lijk bezig houden. Zou er zelfs in een groote,
druk-levende stad zooveel meer gebeuren,
feiten van hooger algemeene waarde te
krant-staven zijn, dan te Rotterdam
Hebben we niet nog onlangs den brand bij
Van der Lugt gehad en in dien brand een
kluis, die het onderwerp van onze bed-,
tafel-, café-, sociëteits- en entre-acte-gesprek-
ken is geweest, vele dagen lang, een kluis
die zelfs artisten van groote beteekenis als
Mastenbroek, Miedema en Frans Bakker,
geïnspireerd heeft tot kunstwerken van be
langwekkende waarde, die we op een kunst
beschouwing in de academie bij electrisch
licht hebben beschouwd
Is hier niet, Zaterdag LI., een vegetarisch
restaurant geopend, dat onder de fiere zin
spreuk „Futura Nobis", met de slagers en de
slagershonden een vervaarlijken strijd heeft
aangegaan?
Zelden heb ik smakelijker verslagen gelezen
dan van de openingsplechtigheid dezer futura
nobis-re6taurant. De verslaggevers en de
gasten hebben champignonsoep gegeten, eier-
ragout met gebakken aardappelen, doperwten
aardappelen met bruine boter, macaronie-
croquetten, citroenpudding met kersensaus,
appeltaart en vruchten, zg hebben gesmuld
aan dit menu en aan passende toespraken,
aan bruine boter en toasten.
Mij hebben de verslagen opgewekt om
ook 'reis futura nobis te gaan eten, maar het
menu was toen niet zoo goed en ik was de
eenige eter dien middag. Voor het vegetarisch
logies moeten ook niet zoo vele belangstel
lenden komen, 't geen evenwel in Rotterdam
niet zoo groote verwondering behoeft te
wekken. Een Rotterdammer is iemand, die
de kat van een nieuwe onderneming uit den
boom van de pracrijk kijkt, eer hij haar op
een schoteltje melk van zijn medewerking
tracteert.
Hoe betrekkelijk weinigen hebben hun
dierbaar hachje gewaagd aan de pracht-in-
richting het Turksch-Russisch bad die
we sinds eenige maanden bezitten. Er zullen
enkele wonderbaarlijke genezingen moeten
geschieden éér de Rotterdammer aan de
zegenrijke werking van een stoom- en heete-
luchtbad gelooft. Een Rotterdammer maakt
van elke versche onderneming een nieuw-
ontdekt Lonrdes: hij wacht de mirakelen af.
Men zal me toegeven dat een dergelijk
temperament bij uitstek geschikt is voor den
soliden handel.
Beginsel-ondernemingen, als zoo'n vege
tarisch restaurant er één is, moeten er eerst
een jaar of wat zijn. Dan gaat de Rotter
dammer redeneeren met zichzelven en met
zijn vrienden. „Ze houden 't er vol, er wordt
dus blijkbaar geld verdiend. Dan zal 't er
ook wel in orde wezen I" En met deze over
weging gaat de Rotterdammer ten leste in
futura nobis champignonsoep en eierragout
met gebakken aardappelen eten.
Een „Ausdauer" bij deze of geene nieuwig
heid imponeert den Rotterdammer. Ook wel,
omdat daar dan geld achter „zit", want aan
Ausdauer zonder geld gelooft een Rotterdam
mer, die waarachtig zakenman is, geenszins.
Met volhouden krijgt een ondernemend man
hier alles gedaan.
Toen, dertig jaren geleden, de firma Legras,
Van Zuijlen en Haspels „De Twee Weezen"
voor de eerste maal opvoerde, was er een zeer
matige belangstelling. Drie, vier herhalingen
werden gewaagd, maar er kwamen weinig
of geen menschen. Er werd dan ook maar
aan een nieuw stuk gedacht. Doch, op raad
van Legras, probeerde men 't nog eens, en
alweer eens, en na de zesde vertooning begon
nen waarempel de bezoekers te komen. Van
de negende af was de zaal uitverkocht en nó
nog, dertig jaren later, trekt deze vertooning
geregeld volle zalen na honderd en zooveel
herhalingen.
Ik wil natuurlijk niet beweren dat met
„Edel metaal" van Mr. J. van Schevinck-
haven tenslotte eivolle schouwburgen zouden
worden behaald, als de heer Van Eisden de
tien eerste malen met stoelen en banken
genoegen genomen had hoewel misschien
wie weet wat er nog zou gebeurd zijn als men
't eens had geprobeerd 1
Belangwekkende voorvallen elke dag
j brengt er ons Ik heb uit de veertien dagen
die na mijn laatsten brief alweer verloopen zijn,
de voornaamste belangwekkende voorvallen
genoteerd en ik ben verlegen met de keuze.
Hierik neem er één zoo voor 't vuistje
weg: 16 November, de RotterdamscheOmni-
bubmaatschappij heeft om 8 uur van morgen
een oprijder geposteerd op het Van Hogen-
dorpsplein, om de volle omnibusen de hol van
de Bogmansstraat op te trekken."
Een lezer buiten Rotterdam moge dit een
onbeduidend kleinigheidje achten, ik verzeker
u nochtans dat het ons stadsleven danig
geëmotioneerd heeft. Daar zat dien morgen
oen man óp het Bogmansplein op een paard,
een man in de gevangeniskfeurige uniform van
de R.O.M. Aan zijn paard was een touw beves
tigd, aan dat touw een haak en aan dien
haak een omnibu6. De man gaf het paard
een s'ag met zijn sporenlooze laarzen en het
paard zette zich in beweging.
Ik was erbij en ik schatte 't aantal men
schen, dat met mij toekeek, op een goede
honderd. We liepen allen tezamen vóór en
naast en achter dat merkwaardige paard,
't elkaar wgzend en luide onze meeningen
verkondigend Twee politieagenten en een
inspecteur kwamen uit den nabijen politie
post en voegden zich in onze rgen. Aldus
ging het paard, de omnibus en wij in ma
tigen draf het plein over en de Bogmans
straat op. De wandelaars op de trottoirs
bleven 6taan om ons na te kijken, of liepen
eveneens meê. Uit de hoogte van den Schie-
damschen dijk kwam een aanmerkelijke stoet
van jeugd en middelbaren leeftijd aaodraven.
De vensters in de nabuurschap werden open
geschoven, uit alle ramen hingen menschen.
Wij liepen en fel lawijd van stemmen 6teeg van
ons op. Voort, de Bogmansstraat opAch
ter het paard aan, welks kloeke ruiter
moeite had, zgn trots en zijn voldoening
om onze belangstelling, te verbergen. De
omnibus, die de Prinses van Oranje iD zeven
tienhonderd zooveel van Goejanverwel-
lensluis naar Gouda bracht, werd niet zóó
druk omstuwd. Boven gekomen, gespte een
conducteur het oprijpaard los en stak den haak
in een lus op den bil van het paard. Wij
keken toe, star-oogend, kok-halzend. Het paard
wendde en wij wendden. Het paard draafde
de Bogmansstraat af eD wij draafden meê.
Het paard kwam veilig op het Van Hogen-
dorpsplein terug en wij mèt het paard. Een
nieuwe, inmiddels gearriveerde omnibus werd
aangespannen en de tocht van zooeven werd
herhaald, maar de stoet was nu, zoo mogelijk
nóg breeder, nóg luidruchtiger. Ook liepen
er nu acht dienders en drie inspecteurs meê,
mitsgaders de geiiniformde bode van de die
renbescherming en een brievenbesteller met
een volle tasch: Het was enorm, formidabel.
En dit alle6 om het paard, dat de omnibus-
maatschappij op het Van Hogendorpsplein
had geposteerd om de volle wagens de hel
ling op te trekken. Het paard staat er nog
steeds, den geheelen dag en nog steeds, den
geheelen dag is er om dat paard een grootere
of kleinere oploopnog steeds, den geheelen
dag, verdringen de Rotterdammers zich om
dat paard te zien met den haak op zijn bil
en den oprijder op zgn rug.
Wij weten een dergelyk evenement te
waardeeren, wg geven met ongeëvenaarde
gulheid onze belangstelling aan elke nieuwe
gebeurtenis van gewicht, geljjk ik in deze
zuiver historische schets getracht heb te
bewijzen.
Er gebeuren hier geen gewichtige, wetens
waardige dingen, klaagt in zijn azijnzure,
sodawrange gemoedsstemming de brief
schrijver, dien ik de onderscheiding van een
aanhaling (voor dezen éénen en eenigen keer
vermoedelijk) gunde. Wg weten beter.
Maar men moet waardeeren kunnen, wat
waardeering verdient. Ons heele stadsleven
is, welbeschouwd, één langdurige wetens
waardigheid.
En we weten evenzeer dingen, die een
vreemdeling misschien hoogst belangwekkend
vindt, tot verdiend kleine proportièn terug
te brengen. Daar is, bijvoorbeeld, het feit,
dat ons scheepvaartverkeer op het vorig
jaar een beduidenden voorsprong heeft ge
kregen, 't bewijs aldus, dat we weer vooruit
gaan, dat de goede tijden weer voor ons
doorbreken. Maar wie denken zou, dat de
schreeuwers en klagers en mokkers en
kwade profeten thans amende honorable doen
aan de lui, die niet zooveel gewicht hechtten
aan een kleine, verklaarbare en feitelijk
schgnbare malaise en dit toen bewezen, die
vergist zich. Bij zulke evenementen, zulke
gelukkige gebeurtenissen zwijgen wg. Maar
wij stuiven met ons tweehonderden wèl
een straat op achter een omnibuspaard. Wij
weten te onderscheiden. D.
Op Dinsdagavond den 18 en
dezer vergaderde de Afd. BARSINGERHORN
van „Het Witte Kruis", ten huize van den
kastelein A. Slotemaker.
Aanwezig waren 12 leden 10 uit Barsin-
gerhorn zelf en de 2 bestuursleden uit Kol-
horn, die het er op hadden gewaagd, den
snerpenden Oostenwind te trofseeren.
Na de opening door den Voorzitter en het
lezen der notulen, kwam punt 1 der agenda
aan de orde, dat spoedig werd afgehandeld.
Er was weinig volk. dus het stemmen liep
vlug af. De heeren J. Kooiman, D. Spaans
en J. Schuitemaker werden gekozen als leden
der commissie voor het nazien der rekening
van den Penningmeester.
Punt 2 gaf aan den heer Dr. Beeker ge
legenheid, om verslag uit te brengen van het
verhandelde op de algemeeDe vergadering,
gehouden te Amsterdam, den 20en Mei 1.1.
In die vergadering was ook rapport uit
gebracht betreffende het onderzoek naar de
hoedanigheid van de in de provincie Noord-
Holland verkocht wordende melk.
Uit dat rapport bleek, dat er ruim 300 mon
sters melk waren onderzocht uit 73 gemeenten
van onze provincie.
Wel vleiend voor Barslngerhorn was de
mededeeling, dat daar door de melkslijters
zulke goede melk verkocht wordt. De com
missie van onderzoek bovengenoemd had als
eischen voor goede melk gesteldsoortelijk
gewicht 1030, vetgehalte 286 en vaste stof
11. Ed van 8 monsters van melkslijters uit
Barsingerhorn waren de cijfers voor soortelijk
gewicht: 1030, 1031 en 1032, voor vet: 297,
317, en 387 en voor vaste stof 11,74 en 12,43.
Punt 3 behandeling agenda November-
vergadering lokte geen groote bespreking
uit. Aan deD afgevaardigde onzer afdeeling
werd vrij mandaat gegeven.
Punt 4 betrof het verzoek van de Afd.
Wieringerwaard, om eene bijdrage van f25
voor een aan de Nieuwesluis te bouwen
regenbak, waarvan ook de aldaar onder de
gemeente Barsingeihorn wonende burgers
zouden kunnen gebruik maken. Ten behoeve
van dat werk waren van de Afd. Wieringer
waard f560, van de gemeente Wieringer
waard f 100 en van de gem. Barsingerhorn
f 25 als bijdragen ingewilligd. Niemand ver
klaarde zich er tegen, om aan het verzoek
der Aid. Wieringerwaard te voldoen.
Punt 5 aanvrage van subsidie voor het
maken van een verplaatsbaar houten gebouw
tje voor berging van verplegiugsmaterieel
leverde veel stof ter bespreking op.
De zaak is deze.
Er zijn enkele stukken van het verplegings-
materiëel, zooals badkuip en pakkisten voor
verzending van goederen vooi den ontsmet
tingsoven, die zoo groot zijn, dat ze niet be
hoorlijk onder dak gebracht kunnen worden
bij de overige voorwerpen van de collectie
verplegingsmiddelen de gewone huisdeuren
zijn te klein om ze door te laten. Men be
helpt zich in deze omstandigheden op eene
wijze, die op den duur onhoudbaar is. Om nu
daarin de noodige verandering te brengen,
heeft het Bestuur het denkbeeld geopperd
van een eenvoudig gebouwtje, dat gemakke
lijk was op te stellen en uit elkaar te nemen,
en een en ander op deze vergadering ter
sprake te brengen.
Zooals gezegd is, volgde hierop eene wijd-
loopige bespreking, waartoe ieder op zijne
beurt het zyne aanbracht met het houden
van beschouwingen over voor en tegen. Hoe
groot moet het zijn Moet het van hout zijn
Waar moet het geplaatst worden Te Kol-
horn Of in het centrum van de gemeente?
En op welk punt dan Daar waar men het
best per rgtuig kan komen Weet iemand
eene betere plaats? Iloe groot zouden de
kosten worden Is er in de verschillende
deeleu der gemeente geen lokaal te vinden
voor berging? Op den zolder van het Raad
huis In een der ledigstaande lokalen van
de school te Kolhorn
In denstal bij de Hervormde Kerk te Bar
singerhorn? Ook al niet?
Na al deze vragen overwogen en beantwoord
te hebben, komt de vergadering tot het
inzicht, dat er bij de afdeeling Barsingerhorn
van „Het Witte Kruis" eigenlijk al van den
beginne een kwaad schuilt in het gemis van
centralisatie met betrekking tot het verple-
gingsmateriëel. Er moest één magazjjn wezen
met een behoorlijk bezoldigd magazijnmeester
zooals het thans is, moet men toch de be-
noodigdheden voor Barsingerhorn soms van
Kolhorn halen en omgekeerd. En hoe dat
nu te krggen
Voorziening is dringend uoodig en de tijd
voor het aanvragen der subsidie nadert.
Er wordt voorgesteld deze zaak aan te
houden tot de volgende najaarsvergadering,
doch hierop wordt niet vast besloten, omdat
er dan zooveel tjjd verloren gaat.
Of het dan niet mogelijk zou zijn, nog in
de volgende maand voor deze belangrijke en
spoedeischende aangelegenheid eene buiten
gewone vergadering onzer afdeeling te beleg
gen wordt gevraagd. Doch het Bestuur
heeft daartegen bezwaar met het oog op de
noodige voorbereidende maatregelenhet is
bepaald noodig, dat er tgd en gelegenheid
wordt gegeven aan de leden, om deze zaak
te kunnen overwegen, enz.
Met het oog op de aan te vragen sub
sidie wordt aangeraden de aanvrage te doen
óf voor het bouwen van een magazijntje, óf
voor aanvulling van verplegingsmateriëel.
Of dit mag en kan worden toegestaan even
wel, wordt in twijfel getrokken.
Na eenige bespreking over dit laatste punt
wordt goedgevonden
1. aan den Alg. Secretaris de vraag te
richten, of onze afdeeling subsidie mag aan-
vragen, zonder bepaalde bestemming voor
ééne zaak
2. zoo niet, dan 6ubsidie aan te vragen
bepaald voor oprichting van een magazijn, en
3. in de aanstaande Mei-vergadering vast
te stellen, waar en hoe dat magazgn
worden geplaatst.
De verdere behandeling der agenda voor de
vergadering leverde weinig belangrijks meer op.
Wel kwam ten slotte nog eene belangrijke
mededeeling voor den dag.
Naar gegevens van Dr. Beeker is door
den heer N. Dubbelman van hout eene kist
vervaardigd, waarin men ijs heeft kunnen
bewaren, althans tot een tijd van 6'/i dag.
Bg gemis van een ijskelder of ijshut is het
bezit van zulk een gekist voor vele afdee-
lingen van Het Witte Kruis een goede zaak.
De Voorz. sloot de vergadering met een
woord van dank aan de aanwezigen en in
het bijzonder aan de beide heeren van
Kolhorn.
Tot secretarie van het
waterschap Drechterland ie benoemd de
heer C. Winkel te Heiloo.
Bij deop Woensdag 19 N o-
vember te NIEUWE NIEDORP gehouden
stemming voor een lid van den Gemeente
raad (vacature- Halff) bekwam de heer
J. Keuken 67 en de heer K. Wit Cz;
(de kunstmeethandelaar) 80 stemmen, zoo
dat laatstgenoemde gekozen is.
Als notabel bij de Ned.
Hervormde Gemeente te NIEUWE NIE
DORP is Woensdag herkozen de heer
K. de Moor, terwijl in de plaats van den
heer J b. Heinstman is gekozen de heer
J. Hoogvorst.
Slimme colporteurs. Te
LEIDEN is sedert geruimen tijd heel wat
te doen over colporteurs, die met allorlei
blaadjes des Zaterdags tijdens de markt
venten. In verband hiermede zij gemeld,
dat Zaterdagmorgen tegen de heeren Sam-
son en Kloosterman, terwijl zij bezig waren
met hun blaadje De Zweep te colportee-
ren en daarbij hun theorieën verkondigden,
door de Leidsche politie procesverbaal is
opgemaakt, op grond, dat volgens veror
dening luide aanprijzing van geschriften
verboden ie De heeren namen het
nogal kalm op en wijzigden hun tactiek
onmiddellijk, zegt het L. D. Na eenigen
tijd te hebben gesproken, begonnen ze
pepermunt te verkoopen, zoodat zij nu
althans volgens de wet geen colporteurs
meer waren. Ze verkochten een pepermunt
voor 3 centen en vouwden haar tusschen
een exemplaar van hun blad Het bleek
dat er op deze wijze menig blaadje weg
ging. Stellig niet minder dan op de ge
wone manier.
Genezing van een klomp-
vo e t.
Aan de „Twentsche Ct." wordt uit
ENSCHEDÉ gemeld
De genezing van een klomp- of zooge
naamden paardevoet is zeker iets onge
woons. De heer A. A. Smits, arts alhier,
heeft het bewijs geleverd, dat ze niet
tot de onmogelijkheden behoort.
Het 9-jarig zoontje van den agent
van politie De Vries alhier was ongeluk
kig behept met die kwaal en al kon de
levenslustige knaap met zijn makkers
in het spel zeer goed meedoen, toch
hinderde hem die vergroeiing.
Men raadpleegde genoemden genees
kundige die er niet tegen opzag te be
proeven wat hij vermocht.
Een photographie met X-stralen werd
van den voet genomen, waaruit bleek,
dat alle kootjes (beenderen) in den voet
aanwezig waren. In 't ziekenhuis had nu
de operatie plaats, waarbij spieren en
peezen werden losgemaakt en zelfs enkele
kootjes moesten worden af gebeiteld
Hierna is de voet gezet en in een ver
band gelegd en moest de jongen nog
eenigen tijd in zijn nieuw verblijf wor
den gehouden.
Thans gaat de patiënt weer naar school
en heeft zgn voet als ieder. Hij wordt
nog geregeld geëlectriseerd, teneinde ook
den nog kreupelen gang zooveel moge-
Ijjk te verminderen.