Brieven uit ie Maasstad. El Mm JONGEN, m HUISJE ut TUIN, SUNLIGHT- Huishoudster, Boerenknecht, Dienstbode. ONKEY BRAND Dr. A. A u ijl, te ^Ibmaar, wtmmmm pimoffis. een IJfnlemmtwimnfi ADVERTEOTIKN. ll M. Stoom, Ij LEVERS ZEEPPOEDER is iedsren Donderdag des morgens vao half 9 tot NICO SNEL, D. Den 16en Mei hopen onze [1 geliefde Ouders [i J, HIT en j> H. VADER j> hunne 40-jarige Echtvereeniging te herdenken. Namens hunne dankbare Kin- jl deren, Behuwd-en Kleinkinderen. Wieringerwaard, Mei 1903. il Dinsdag 12 Mei as. hopen onze I> geliefde Ouders, Behuwd- en [1 Grootouders ji ]l S. SPAANS 1» l! en o Hunne dankbare Kinderen, j| j| Behuwd- en Kleinkinderen. Schagerwaard, Mei 1903. 1» Den Hen Mei hopen onze D geachte Vriend en Vriendin 1> J. Struif ]l en B \l hunne 25-jarige Echtvereeniging \l te herdenken. <1 j> J. HAGEN en Echtgenoote. j[ J Bnrgervlotbrug. j] a'X-X'XOuonrx^ jl Den 17en Mei as. hopen onze ll [1 geliefde Ouders li Oirfe Vos ll ll en ll deert je NIooR il hunne 30-jarige Echtvereeniging S te herdenken. o Hunne dankbare Kinderen en 1] Behuwdkinderen, I G. DISSEL-Vos. II Jn. DISSEL. f ll N. DE BOER-Vos, ll ll D. DE BOER. ll ll J. C. VOS. ll li V. VOS-De Leeuw. j| Callantsoog, Mei 1903. Voor de vele bewijzen van deel neming, ondervonden bij het overlijden van onze geliefde Echtgenoote, Moeder en Behuwdmoeder, Mej. GRIETJE KOOIJ, betuig ik, ook namens Kinderen en Behuwdkinderen, mijnen w e 1 g e- meenden dank. P. SCHAAP. Oude Niedorp, Mei 1903, Dankbetuiging. Ondergeteekenden betuigen hun welgemeenden dank voor de vele blijken van belangstelling, onder vonden bij hun veertigjarig Huwe lijksfeest. D. BRAK en Echtgenoote. Valkoog, 2 Mei 1903; De ondergeteekenden betuigen hun hartelijken dank aan Familie, Vrienden, Buren en Kennissen, voor de hartelijke blijken van deelneming, ondervonden bij het overlijden van hunnen eenigsten Zoon Pieter Dirk. Zijn diepbedroefde Ouders, A. HOUTKOOPER D. HOUTKOOPER-Kalts. Nieuwe Niedorp, Mei 1903. Wordt gevraagd een om zoo spoedig mogelijk in dienst te treden. Brieven onder lett. H. Bureau van dit Blad. Wordt gevraagd, eea goed kunu'ende melken, loon naar bekwaamhe'' id, bij P. B|| voet, Kolksluis» nabij 't Zand. GO E D K O OP Bij deze verklaar ik uit drukkelijk, dat hetgeen door Jan Buis, Boschweg, 't Zand, in bijzijn van andere personen den len Mei gezegd is van mijn vorigen patroon, C. F r a n c s, aldaar, en waarmede hij dezen zeer beleedigd heeft, beslist onwaarheid is. In de 13 jaren, dat ik bij Francis in dienst geweest ben, als los en vast werkman, heb ik steeds een goede behandeling ondervonden, zoodat ik het lastertaal 1 moet noemen, wat door Buis gezegd is, namelijk dat Francis mij in mijne huishouding te kort gedaan heeft. M. ZON. Schagen, Nes, Mei 1903. J. C. PETERS, Med. Docts. Arts te Het Zand, vraagt zoo spoedig mogelijk een flinke Gevraagd voor Winkel en Pakhuis werk, P.G., leeftijd 15 a 16 jaar, bij P. f). Roozendaal, te Alkmaar. MUREN Oos-, Oor*. Hens- ei Keelarts, is Maandag 11 Mei w. ep te consulteerën. Heeft iemand een Veulen zonder Moeder? Ondergeteekende heeft een Paard zonder Veulen! P. Cz. 30EK EL, Schagen. Hoofdgracht 28, Den Helder, half 12 uren te spreken: laagzijde, SCHAGEN, adres firma Wed 1 H e d d e s, Git de hand te Koop of te Huur op billijke voorwaarden, met BRgeboww, staande en gelegen te Barsinger- h o r n, aan den Meeldijk. Te bevragen bij den Makelaar DE KIEVIET te Wieringerwaard. TE HUUR gelegen op Grootewal. Te bevragen bij A. DOORN, Nes, Schagen, lorflüiniGirHIHrOlïïrniHalGnntrnïJGïïJIïïfOfpT IHrDmrdmrBtHrüfnrïlLnrUiurüGTril gi^ruInnlBfHGiïgCliaOiïïlInniGifgGTtgtnfal ï^GTrUlIn r^PT?i3Criiï35Tri3Ën TDCnTD^ Mooie, gele SlalSÉlp zijn weder voorhanden aan de Steenkooperij van w. F. STOEL ZOOM, ALKMAAR. Iür3IïmloirutiirutnpiLnrutntiioitüGïriIinnif5| tnnfiohliorolH?DiunJ[ürniöïSGf^ jgimOKSinmfflnllmflGïifltmilIüfOlnpiEïlai ïBüiïOlïirOlnfoEinlOmHmilImïlIn H. DOiGEMIB, moimsTttu, ALKMAAR Doet uwe bestellingen van Bouquets, losse Bloemen, Fantasiestukken,Kamer planten, Tafeldecoratiën, enzaan bovenstaand adres Speciaal ingericht voor de Bouquetterie. AMSTERDAM. De Thee van de vroegere Firma Gebr. Snel en thans van NICO SNEL, die tot heden te Wieringerwaard door de dames WAIBOER werd verkocht, wordt met onderling goedvinden nu alleen geleverd door Mej. Wed. J. REZELMAN aldaar. DrinïUeTta ra!i&[ i.25 p November 1869 werd het Kanaal met plech tigheid en schitterende feestelijkheden, voor den wereldhandel geopend. In 1869 waren reeds 460 millioen francs verbruikt, terwijl nog jaarlijks tonnen gouds noodig zijn voor onderhond, enz. Natuurlijk is het tolgeld dan ook zeer hoog en zoo moet b. v. de Koning Willem II 36000 francs betalen alleen voor dat eene tochtje door het kanaal. Lt. Clockeneb Brodsson b. d. 17 Maart 1903. a/b S. S. Koning Willem II. Rotterdam, 6 Mei 1903. Veronderstel dat iemand, die nooit in de comedie is geweest, de a. s. Vrijdagvoorstelling in den grooten schouwburg meemaakt en daar aan-ziet„Tweede bedrijf van Monna Vanna", „Vierde bedrijf van Vorstenschool", en „De Eischen der Moraal". Van welk een allerzonderlingste kermii moet die man thuiskomen. Hij ziet er, als 't scherm gerezen is, in een tent, een ruwen meneer Prinzivalle, die 'op vechten af ruzie krijgt met een anderen slim- men meneer, Trivulzio, die vervolgens een juffrouw Vanna ontvangt, „nue sous sa man- teau", en tenslotte ziet hij die juffrouw en dien meneer samen er vandoor gaan naar Pisa. Als 't scherm weer opgaat, wordt hij ver plaatst in een naaisterskamerkijn met een bloempotje voor het raam, en daar komt juf frouw Vanna, die straks naakt was, ineens als koningin Louise voor den dag. Zij spreekt evenals in het eerste bedrijf, vele mooie woorden, er komt weer ruzie en de slimme meneer, die nu Hessenfelt heet, wordt de deur uitgejaagd. Hoe die twee bedrijven onderling verband houden, snapt de bezoeker natuurlijk niet. Maar 't zal hem heelemaal duizelen, als hij in het derde bedrijf den Prinzivalle van straks geducht ervan langs ziet krijgen van een wel- gekleede juffer, die 't óók over moraal heeft. En dan is het stuk in drie bedrijven uit. Honderd tegen één, dat de man zich overal zal gaan beklagen over de rare stukken, die ze tegenwoordig schrijven, en zeggen, dat hij bekocht is en nooit weer naar de comedie gaat. Zoo'n „spectacle coupé" is natuurlijk alleen voor trouwe schouwburgbezoekers, die in de tooneellitteratuur even volkomen thuis zijn als in hun zaken. En al is de combinatie wat zonderling: Monna Vanna en de Eischen der moraal, met een brok Vorstenschool in 't midden lui van ervaring zullen er een genoeglijken avond aan hebben. Maar het type burgerman, dat óók eens uit isoch arme, hoezeer is hij bekocht Aan de voorstelling van Vrijdagavond denk ik, nu ik me een wijle heb zitten verpoozen bij het „Beschrijvingsbiljet" der Belasting op Bedrijfs- en andere inkomsten, dat de ontvanger der directe belastingen de goed heid had mij thuis te zenden en dat ik thans moet gaan invullen. Waarljjk, dit is een spectacle coupé en ik ben de burgerman. Welk een zonderlinge opeenvolging van kwesties en welk een dwaze verwarring van belangen en situaties Ook hieruit kan alleen de behoorlijk ingewijde voldoende wijs worden. Veronderstel, dat ik zeer consciëntieus ben en dat ik alle deze vragen rijpelijk overwe gen en nauwgezet beantwoorden wil. Dan wordt zoo'n fiscale opdracht eenvoudig een torture. Ingewikkelder en moeilijker gesteld dan dit, is geen wettig staatsstuk, mij bekend. Het is een puzzle. Men begint mij te vragenI. welke zijn uw naam en voornamen en welke is uw woonplaats hoewel de ontvanger zeer nauw keurig naam, voornamen en woonplaats boven aan heeft geschreven. Ik vind er zelfs wijk en bunrtnummers bij, bijzonderheden, die ik niet wist. Dwazer kan men wel niet naar den bekenden weg vragen. Dan wordt er, onder II, geïnformeerd naar mijne commanditaire vennooten en die mijner vrouw, naar mijne winkels, kantoren, maga zijnen, fabrieken, ateliers, stallingen, ja, zelfs naar mijne wervenEn waar die gelegen zijn. Voorts vraagt de ontvanger mij „Indien Gij (of uwe echtgenoote) hier te lande land-, tuin-, of boschbouw, boom- of bloemkweekerij, veehouderij of veenderij drijft, of wel steen- groeven of groeven of mijnen van andere delfstoffen hier te land exploiteert en tevens andere bedrijven uitoefent, kunt Gij dan het in die andere bedrijven aangewende kapitaal j afzonderlek begrooten Ik zie op mijn woord geen kans die vraag te begrijpen, laat staan haar te beantwoorden, En als men Mij (de fiscus noemt U altijd met een Hoofdletter) zegt, dat die vraag niet voor Mij bestemd is, dan vraag ik weer waarom wordt ze Mij dan gesteld Onder V [ik doe maar een greep in deze duisternis] wordt mij gevraagd „Geniet Gij j (of uwe echtgenoote) verschuldigde verstrek kingen van levensonderhoud, huisvesting en andere zaken, of wel verschuldigde periodieke uitkeeringen, anders dan die bedoeld in art. 3 der wet op de vermogensbelasting Ik snap niets van die „verschuldigde verstrekking" van andere zaken u wèl Dat men mij vraagt of ik als executeur- testamentair of als lid eener examen-commis sie (deze combinatie is al bijster genoegelijk) inkomsten genoot, laat ik daar, maar dat men mij botweg komt vragen, mij, wiens vermo gen nog wel minder dan f 13000 bedraagt „Hoeveel bedragen uwe schulden dat vind ik onaangenaam. Ik zie er een valstrik in. De lui worden met werven, commanditaire vennooten en executeurs-testamentair van de wijs gebracht en dan valt, flap, die vraag naar hunne schulden. Het is ongepermitteerd. En ik moet al die vragen, „op straffe bij de wet bepaald", beantwoorden, onverschillig of ik mij belastingplichtig beschouw, of niet. Met mijn handteekening moet. ik staven dat ik aldus „zonder voorbehoud" „naar waar heid" heb beantwoord en onderteekend. Daartegen heb ik geen bezwaar, waarnaar trouwens niet gevraagd wordt, maar ik vraag mezelven bij al die vragen af, waarom het me zoo moeilijk gemaakt wordt. Ons ambtelijk Nederlandsch is een treurig ding. Hoe verwarder de stijl, hoe meer ambte lijk. Ik plukte gaarne onkele bloemketis uit een bijlage die, notabene, ter verduidelijking is meêgegeven, maar ik mag niet meedoen aan het ondermijnen van het aan den fiscus verschuldigd respect. Alleen deze beide welwillendheden waarbij mij wordt toegestaan op te geven„indien i' bij het begin van het vorige belastingjaar «er schuld dan vermogen had of alleen ohnld en geen vermogen, het bedrag waar- nede op het eind van dat belastingjaar het totaal mijner schulden verminderd is door aflossing die alleen uit bespaarde inkomsten kan worden bewerkstelligd", en„indien ik bij het begin van het belastingjaar meer schuld dan vermogen heb, of alleen schuld en geen vermogen, het bedrag dat ik ge durende het loopende belastingjaar te betalen heb aan schulden, die niet door rente van vermogen zijn gedekt." Kijk deze beide zinnen eens goed aan, werk u in hunne bedoeling in, en tracht dan aan welonderlegdheid bij den steller te ge- looven. Als ik dan zoo'n biljet met heel veel zorg en bekommering, maar uiterst gewetensvol, heb ingevuld, krijg ik na verloop van enkele weken een aanslagbiljet no. 1 thuis, waarin ik door de commissie van aanslag „met af wijking van de aangifte" tot een veel te hoog bedrag wordt veroordeeld. De ontvanger voegt mij daarin toe: „Bij verzuim van be taling zal men verplicht zijn, ingevolge de wet tot vervolging over te gaan". Kom ik tenslotte, contre coeur, betalen, dan moet ik een uur wachten en de ambte- 1 naar, die mijn geld ontvangt, is Zeer ernstig j onbeleefd. Waarlijk, het wordt den belastingbetalenden burger in Nederland niet gemakkelijk gemaakt, j Wie organiseert eens een staking? een steun zochten. Bartel, die de ongelukkige vrouw wankelen zag, wilde haar een stoel aanbieden, maar hy kwam te laat, want zonder een woord meer te zeggen, was ze bewusteloos ineengezakt. „Men had de arme vrouw wel op wat verschoonender wjjze op het nieuws kunnen voorbereiden", zeide de réchter, nadat hg met Bartel Hermine had opgetild en op een stoel had gezet. „Wanneer ze geen aandeel heeft in de misdaad van haar man, moest deze slag haar wel met vernietigende kracht treffen. Op een verder onderzoek met haar is de eerste oogenblikken niet te rekenen." Men stuurde nu om vrouw Nitschke, de eenige vrouwelijke persoon in huis, en vervolgens weer om dokter Weisz. Toen de dokter verscheen, had men de nog steeds bewustelooze vrouw naar haar woning gebracht en haar op de sofa gelegd. Na vele pogingen gelukte het den dokter ein delijk, haar weer tot bewustzijn te brengen. En zooals de rechter had gevreesd, kon er de eerste oogenblikken van een onder zoek geen sprake zjjn, daar de jonge vrouw, zoodra ze tot bewustzijn kwam, in hevig snikken uitbrak en voor elk geruststel lend woord ontoegankelijk was. „Het sohijnt mjj niet aan te bevelen, haar aan zichzelf over te laten", zeide de dokter tot den directeur-generaal, die hem bij zich had laten roepen, om naar de patiënte te informeeren. „Voor dezen nacht zal de vrouw van den portier op haar kamer slapen. Maar het zou mij zeer aangenaam zjjn, wanneer zjj ook de volgende dagen onder goede zorg bleef, want ze is ver bazend zenuwachtig en trekt zich de zaak erg aan, Heeft men er nog niet aan ge ■j» T. STUURMAN j> hunne 25-jarïge Echtvereeniging 0 te herdenken. dacht, de zuster van den boekhouder tele- 1 graphisch thuis te roepen „Juffrouw Winter... ja, waarachtig, dat hebben we geheel vergeten. Natuurlijk moeten wjj die hier hebben niet alleen j voor haar schoonzuster, maar als ze ons eenige inlichtingen kan geven, zou dat zeer gewenscht «ijn, en zij zal het terwille van haar broeder niet laten ook, daarvoor is zij veel te verstandig". Daar dokter Weisz toevallig wist van Martha, waar ze haar vacantie zou door brengen, kon een telegram zonder opgaat van redenen, maar zeer dringend, het jonge meisje naar huis roepen. Ook de rechter betreurde het zeer, dat men niet eerder aan juffrouw Winter had gedacht, daar zij hem bij het onderzoek, als zeer op de hoogte met de gewoonten van haar broeder, menigen dienst had kunnen be wijzen. Hij kon het onderzoeken van het huis nu ook niet langer uitstellen, hoe zeer hem dat ook speet voor mevrouw Winter. „Het doet me hartelijk leed voor de arme vrouw, haar met vragen te moeten kwellen", zeide hjj, „en daar ze niets van 't verblijf van haar man weet, wil ik van 't eigenlijke verhoor voor vandaag gaarne afzien, Eén uitkomst moet ik echter van haar hebben, omdat het voor het vervolgen van den vluchteling van het grootste be lang is. Ik moet weten, welke kleeding- stukken en andere dingen Winter op reis heeft meê gmnomec. Als zijn vrouw zal zjj gemakkelijk kunnen vaststellen, wat er hier asn zjjn garderobe ontbreekt." Onder onophoudelijk weenen, doch zon der tegenstand, was Hermine bereid aan den wensch tan den reohter te voldoen. Nadat ze de kleerenkast en alle an dere diiigei i had nagegaan, kon ze nauw keurig opg even, van welke voorwerpen haar man zich had voorzien. Ook de bruine; koffer-, dien men had gekocht voor de reis naar Spmd.< ilmühle, was niet meer op z]jc plaats. En daar de beschrijving van den koffer nauwA eurig paste bij de aanduiding van den naei twacht, kon men er niet meer aan twijfelen, of die man had inderdaad J gezien wat hij gezegd had. Voor het. verdere onderzoek liet de i rechter de doodzieke vrouw met rust. Hjj deed het od idei zoek op zijn eigen boutje met behulp van e en paar commissarissen en een reehert sheur. Zijn bijzondere belang-,1 stelling wjjt Lde hg aan de schrijftafel van Winter, di e in de huiskamer stond en waaraan, z< roals men hem gezegd had, de boekhouder dikwijls zat te werken en al zjjn partic suliere aangelegenheden be handelde. E lm Sleutel was niet te vinden, maar dat jc j,,f geen moeilijkheden, het slot was spoed'' ia- open. Geen laadje liet de rechter on ie >orzochi, geen papiertje onge lezen. Ook >,en geheel met datums en ge- 1 tallen volg esc breven notitieboek, dat in een groote scb ,uifh ,de lag, doorbladerde hg op merkzaam zoi der zich in den beginne be wust te zijn, waarom. Dan echter ont snapte e ,r aan zgn lippen een uitroep van de groc itste i verrassing. Hij legde het boek n aast eh neer en liep in diep nadenkt m eenig e malen de kamer op en neer. „De kerel m oet gladweg gek zgn ge weest" zeide h ij zÜn beambten, die het optreden vai i hun chef met verbazing hadd en gadegesl» ?eni »°f er '8 hier een vree-aelgk geheim, waarvan de oplossing nog zeer ver verwijderd is. Waar is de commissaris „Waarschijnlijk in een andere kamer. Zal ik hem roepen „Ja, doe dat. Wat ik op dit oogenblik met hem heb te bespreken schijnt mg van meer gewicht, dan het verder onderzoek." De commissaris verscheen en op een wenk van hun chef gingen de anderen heen. „Laat voor de rest van den avond en den nacht het garnizoenskerkhof ten streng ste bewaken en morgenochtend moet ge het zorgvuldig doorzoeken. Het zou mg aangenaam zjjn, als u dat onderzoek zelf deedt, opdat ik me er op kan verlaten, dat het zorgvuldig geschiedt." „U gelooft dus, dat het geld op het kerkhof begraven is?" „Het geld of iets anders. Is het u in 't geheel nog niet in de gedachten gekomen, dat er misschien nog een grootere mis daad heeft plaats gehad, dan de diefstal van den boekhouder 't is waar, een brutale diefstal 1" „U denkt aan een moord De rechter knikte. „Er zgn aanduidingen die daarop wgzen. Laten we ons de zaak eens helder voor oogen stellen. De boek houder Winter wordt door een elk die hem kende, als zeer ordelijk geroemd en tevens voor stipt eerlijk gehouden, bjj wien geen eDkel, die dagelijks met hem om ging,een verderleljjken of gevaarlijken harts tocht heeft waargenomen. Hij was, volgens de verklaring van den dokter, zwaar ziek en van nature een angstig mensch. Wanneer hjj dan door verschillende omstandigheden, waarvan wjj zelfs niet eenig denkbeeld hebben, ertoe is gebracht de misdaad in 1883 Oprichter van den Iheehandel vroeger firma Gebroeders Snel. Amsterdam, 1 Mei 1903. te begaan, zou hij, de stipte man bjj uitnemendheid, dan alles niet zorgvuldiger hebben voorbereid, dan ru uit alles blijkt i dat door den dief is gedaan Daar is in do eerste plaats zjjn werken tot laat in den nacht met den klerk BartelDe uren van dezen voor hem zoo gewichtigen nacht moesten hem zoo kostbaar zijn, dat hjj den kleri had moeten wegzenden, en dat zou hem gemakkelijk genoeg gevallen zjjn. In plaats van Bartel bijvoorbeeld om tien uur j weg te zenden, gaat deze eerst, en uit I vrjjen wil, om halt twee. Deze vond den I man op dat uur voor zijn schrijftafel zeer rustig aan zjjn werk, zooals gewoon, ea dat zou wel niet het geval zjjn geweest, als Winter het plan had gehad, zulk een J wanhopige daad te doen. Bovendien vergat J hij nog zjjn privaat vermogen me dunkt, als Winter de dief was, zou hjj zi)n eigendom niet hebben vergeten." „Vergeef mjj mijnheer, dat ik u in de rede val. Dat hjj die papieren heeft achtergelaten, daarvoor is misschien wel een andere reden. Hjj kan gedacht hebben, dat zijn vrouw baar rechten op dat vermogen zou doen gelden en dat men het haar dus zou moeten ter hand stellen." „Een wel wat gezocht vermoeden, naar het mjj toeschjjnt. De man had een besliste domkop moeten zijn, om zoo iets te gelooveD. Laat ons eerst eeDS bljjven bij de door mij aangegeven mogelijkheid. j U hebt, evenals ik, alles nagegaan en zult me dus toegeven, dat het voor spits boeven niet moeiljjk zou geweest zjjn, in de schatkamer te komen." WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 6