Brira üii di Polder. Feisser. li. Feisser Politieï orancil der weel Zondag 24 Mei 1903 47ste Jaargang No. 3838 EERSTE BLAD. Verkiezing Provinciale Staten, a. s. Woensdag. Kleine nabetrachting op het jongste Raadsverslag. Teunis Ploeger. Buitenlandsch Nieuws. Rinoenlandsch Nieuws. SGHAGER AllSlECfl HillIS-, RAAIT. Ateieitifi- k Luiliiilliii. Dit nummer bestaat uit twee bladen o— We noemden de keuze voor de Kiezers ditmaal gemakkei ij k en achtten den heer H. EEISSER den aangewezen man. En die bewering is niet alleen gemakkelijk te uiten, maar ook te bewijzen. De beide andere candidaten, de heeren G. Bos Wz., burgemeester van Oudorp, en J. van der Stok, burgemeester van Nieuwe Niedorp, zijn beiden burgemeester, en dat is voor een lid van de Provinciale Staten geen aanbeveling. Wij toch ver- meenen, dat een burgemeester tegenover den Commissaris der Koningin en de Gedeputeerde Staten niet vrij staat, niet is wat men in den ruimsten zin van het woord onafhanke lijk noemt. En het is noodig, dat we in de Staten worden vertegenwoordigd door man nen, die steeds en in alles hun eigen standpunt innemen kunnen, die met klem van woorden voor onze belangen zullen kannen en willen ijveren. En zulk een man is de heer Zijn publiek leven toch heeft ons geleerd, en doet dat dagelijks nog zien, dat hij steeds vóóraan staat, waar voor de plaats zijner inwoning, waar voor zijn omgeving wat is te verbeteren. Vraag aan de inwoners der gemeente Z ij p e, met hoeveel sympathie men daar nog over hem spreekt en voor hem gevoelt. Dat is het volg van het optreden van den heer Eeisser daardat is het gevolg van het vele goede, dat hij daar heeft weten te verkrijgen in de jaren, dat hij er lid van den Gemeenteraad is geweest. Ook in Schagen heeft hij op velerlei gebied het zijne bijgedragen, om bloei en welvaart in de gemeente te brengen. Steeds had en heeft hij een open oog en een warm hart voor alles wat goed is voor zijn gemeente. Op meer algemeen gebied heeft hij zich ook bewogen en met eere. Men lette op zijn werken voor de Vereeniging „Het Witte Kruis", zijn ijveren voor Staatspensionneering. Zoovele bewijzen er van en beloften er voor, dat, wordt de heer naar de Staten afgevaardigd, dat we daar dan zullen hebben een vertegenwoordiger, die steeds niet alleen aan voorkomende voorstellen de noodige aandacht zal wijden, maar die zelf, zoo gewenscht, het initiatief tot het een en ander zal nemen. Niet alleen in onze omgeving staat de heer Eeisser zoo hoog aangeschreven, maar zijne capaciteiten en eigenschappen vinden waar deering in 't geheele district. Het Zuiden en Midden steunen met kracht deze candidatuur, en we behoeven slechts te her inneren, dat de heer Eeisser de man is van de Kiesvereenigingen te Koedijk, Warmen- huizen, Haringcarspel, Langedijk en Sint Pankras, Heerhugowaard, Winkel, Kolhorn, Anna Paulowna, Zijpe en Schagen, om daar mede te bewijzen, dat de sympathie alge meen is. In eigen werkkring, het is van algemeene bekendheid, is de heer Eeisser een man, die een plaats van beteekenis inneemt. Op belas tinggebied is zijn naam reeds meer dan eenmaal met eere genoemd; verschillende artikelen zijn van zijn hand verschenen en steeds met grooten lof besproken. We noemen dit als een zooveelste bewijs, dat we den steun der kiezers vragen voor een man, die op verschillend gebied heeft bewezen, iets te kunnen, en aan wien men dus met gerustheid het vertrouwen kan schonken voor de Staten. Bij een verkiezing voor de Provinciale Staten is het steeds onze gewoonte geweest, in de allereerste plaats het oog te vestigen op de bekwaamheden van de candidaten ons af te vragen, of men mag verwachten, dat zij in de Staten een zetel innemend, daar ons district goed zullen vertegenwoordigen. En in de tweede plaats vroegen we, of de candidaat een politieke geestverwant van ons was. De politiek heeft o. i. niet zoo heel veel te maken met eene Provincale Staten verkiezing. We hebben eigenlijk alleen maar te vragen hoe zal de candidaat stemmen voor leden van de Eerste Kamer. En dan weten de liberale en vrijzinnige kiezers wel, dat het in de allereerste plaats zaak is, den Roomse h-K a t h o 1 i e k, den heer G. Bos Wz. uit de Provinciale Staten te weren, om dat 'we van dezen weten, dat hij ten opzichte van dit punt niet zal handelen in onzen geest, maar z y n kleur zal bekennen. Om dat gevaar te weren, is het zoo hoogst gewenscht dat al wat v r ij z i n n 1 g en liberaal is, zich nauw aaneensluit. Zooals altijd, ook nu weer: verdeeldheid in ons kamp; - akn de overzijde groote eensgezindheid van Katholieken en Anti-Revolutionnairen. Wanneer zullen wij dat eens van onze tegen partij leeren? We hopen, dat de kiezers zullen begrjjpen hun plicht, dat isa e persoonlijke antipathie of sympathie terzijde, alleen het algemeen belang voor oogen en als één man gestemd op den heer H. Feisser. XLV. Het jongste Raadsverslag is mij, om velerlei redenen, een groote verheuging des harten geweest. Uit de discussie namelijk, naar aanleiding van het benoemen eener nieuwe juffrouw, is mij in de eerste plaats gebleken, dat boven alles „zachtzinnigheid" in de onderwijzeres der aanvangsklasse, door onzen Raad wordt begeerd. Maar ja, men kan wel een zachtzinnige dame begééren, daarom hééft men ze nog maar niet. (Dat ik het met Grietje in dit opzicht nogal redelijk getroffen heb, is dan ook meer geluk dan wijsheid geweest.) 's Men- schen lichaam is nu eenmaal geen doorschij nend kristallijnen kastje en het gedichtsel zijns harten ai evenmin de voering eener jas, die men, bij lust tot onderzoek der stoffage, even het binnenste baiten keert. En toch [blijkens het Raadsverslag] schijnen wij een Dagelijksch Bestuur te hebben, dat [voor twee derden althans] de noodige menschenkennis bezit, of de X-stralen des verstands, om er de begeerd# Zachtzinnige eventjes uit te pikken. Maar wat nog het mooiste is In weerwil van die inderdaad zeldzame gave, niet de minste zucht toch, om zich daarop te verhoo- vaardi^eo I Imm#rs, wanneer een der raads leden vraagt, waarom door genoemd twee derde deel van het Dagelijksch Bestuur aan No. 1 de voorkeur gegeven werd, antwoordt de Voorzitter eerst beecheidenlijk„Verschil van smaak!" En pas wanneer de heer Van Mullem op den man af vraagt, of het is vanwege de Zachtzinnigheid, antwoordt de Voorzitter bevestigend, waardoor hij ons plot seling, als bij electrisch geesteslicht, een blik op zijn nederig verhulde menschenkennis gunt. „Och kom," zei Koosje, „ik zou wel eens willen zien, dat iemand in staat was, om uit één proefles het karakter van een onder wijzeres te doorgronden. Maar de heeren hebben mogelijk schroomvalligheid voor zacht heid aangezien. Met evenveel recht zou men uit de gejaagde leiding eener Raadsverga dering kunnen concludeeren, dat de gemeente zaken hier met stoom worden afgedaan. En och heden nog toe, wat verkeerde conclusie zou dat zijn 1 Al ruim twee maanden geleden, [om nu maar eens bij deze benoeming te blijven] al ruim twee maanden geleden lazen wjj reeds in de Schager Courant, dat de Breezander juffrouw haar ontslag had gevraagd, en nu ze reeds eenige weken vertrokken is, lezen we pas de benoeming van een opvolgster." „Maar die moet toch dadelijk in functie treden, deelde Voorzitter immers mee?" „O zeker," sloeg Koosje door, „eerst zelf den leuterweg gaan en dan een ander jakkeren, omdat ze door hun [of zijn] eigen leuteren te laat gekomen is. Het doet mij denken aan den kermisspullebaas, die alle kroegen aandeed en dan telkens den koetsier aandreef om er de zweep over te leggen, daar meneer zoo'n groote haast had om op zijn bestemming te bekomen." Nu weet ik bij ondervinding, dat er met Koosje niet te praten valt en ik liet haar dus haar gangmaar gaan, mij innig verheugend over de pas ontdekte heerlijke eigenschap in twee derden van ons Dagelijksch Bestuur. Want waarlijk, men moet daar niet zoo min over denken, om er de heerlijke voor- deelen niet van over het hoofd te zien. Ver leden Zondagnacht b.v. [zoo lazen we in de Schager Courant] zijn door kwaadwilligen eenige jonge boompjes uit den grond gerukt. Zoo iets zal natuurlijk gestraft worden, zoodra men de boosdoeners op het spoor is. En wat dat laatste betreft, me dunkt, zoo héél moeilijk moet dat toch niet zijn. De politie pakt er maar eenigen op, van wie zij het vermoeden heeft, dat zij dien Zondagnacht wel niet al te vroegtijdig in hun bed gekomen zijn, brengt ze voor den burgemeester en deze laat onmiddellijk de X-stralen zijns geestes op hen werken. De zachtzinnigen worden er op die manier al dadelijk uitgepikt en, als niet in staat zijnde zulke euveldaden te bedrijven, verder ongemoeid gelaten. De zaak wordt daarmee al heel wat vereenvoudigd, doordat het onderzoek tenslotte alleen tot de n i e t- zachtzinnigen kan worden bepaald. Dat hebben wij dan toch maar voor boven andere gemeenten, waar dergelijke feiten worden gepleegd. Maar er is meer. Hoe dikwijls niet lezen we in de krant, dat „een Heer" of een „net jongmensch" langs dezen „meer en meer gebruikelijken weg" zich een levensgezellin zoekt, en dat „minder op vermogen", dan wel op een „zacht karakter" zal gelet worden. Nu heeft mij die laatste toevoeging altijd een bewijs van verregaande onnoozelheid toe geschenen. Immers, welke trouwlustige juf fer zal zich weerhouden hierop te antwoor den, uit overtuiging dat zij niet de ge- wensehto zachtzinnigheid bezit En bovendien, een zaeht karakter is voor eenigen tijd al even gemakkelijk aan te nemen, als een nieuwe japon. Maar wat waarborg had men tot heden, dat het gewenschte lammetje niet later een scherpgenagelde kat in een lamme- renhuidje bleek te zijn Maar och hemeltje nog toe, van nu af aan bestaat daar niet het minste gevaar meer Toor. Immers, ieder die trouwen wil en niet be drogen wil uitkomen, wende zich voortaan met zijn aanstaande tot den burgemeester, niet om hen dadelijk in den echt te verbin den, maar met de beleefde vraag om even te onderzoeken, of de begeerde zachtzinnig heid wel aanwezig is. We twijfelen niet, of tegen betaling van een zeker bedrag, dat dan in de gemeentekas kan gestort worden, zou Zijne EdoJAchtbare daar wel voor te vinden zijn. We hadden daardoor meteen de kans, na verloop van tijd, wellicht onze belasting wat verminderd te zien. Want het valt niet te ontkennen, dat de biljetten ditmaal aan de moesten schrikbarend zijn tegengevallen. En zoo is er nog wel meer. Maar ik zal me niet verder in dit onderwerp verdiepen en heb alleen maar een bewijs willen geven, dat ik nog niet, zooals velen reeds dachten, naar Walhalla was afgereisd. P.S. De uitgever van de Schager Crt. vond, dat ik aan dezen brief niet de noodige zorg heb besteed en ik heb hem gelijk moeten geven, maar ik deed het met de woorden van Goethe's tooneeldirecteur 't Is makk'iijk ssaingeklntst en makk'lijk [voorgediend. Wat helpt een net vertoog, mijn vriend, Wanneer ze't toch aan flarden plakken?" Rusland er niet aan denkt, om Mantsjoerije loopen dat het Rijk dus aan de gemeente te ontruimen, en even bekend is het, dat Enge- ze® uitbetalen hetgeen voor kostgeld ver- land aldaar groote handelsbelangen heeft te schuldigd was. Spr. zou nu in zoover het behartigen. Doch geen vierkant protest wordt kostgeld voor gemeenterekening willen nemen, den Rus wegens zijne woordbreuk naar het dat betaald wordt het bedrag gedurende den hoofd geslingerd. Men zoekt door kuiperijen tijd, dat de gemeente-veldwachter ongesteld en intriges te bereiken^ wat men met open geweest is en Out voor hem dienst gedaan vizier niet durft eischen. Zoo wordt het zwakke Chineesche gouvernement er voor gespannen, om de Russische voorwaarden te verwerpen. Zoo trachten Britsche agenten ook den drei genden toestand op den Balkan te bestendigen, opdat daardoor Rusland niet zijn volle aan dacht aan Oost-Azie zal kunnen wijden. Over de Britsche politiek op het Balkanschier eiland komen van alle kanten gelijkluidende berichten. De consuls van Rusland, Oostenrijk en Duitschland en particuliere correspondenten schrijven de voortdurende onrust aan Enge- land's inwerking toe. Oost-Europa moet als bliksemafleider dienen voor Oost-Azië. De vonk, die ginds zou kunnen inslaan, mag des noods hier zijne vernielende kracht toonen. Toch meenen wij, dat, zij het dan ook tijdelijk, het dreigend gevaar ook ditmaal afgewend zal worden. Het tweeslachtige Bulgaarsche Kabinet Danef, dat officieel de woelingen der Mace donische Comités afkeurde, doch ze in het geheim op alle manieren steunde, heeft ont- genomen. Mannen, die eene eerlijke Wij kennen allen het sprookje van den Japan- schen steenhouwer. Nooit tevreden, wenschte hij immer meer te zijn dan hij was, totdat hij ten slotte opnieuw in zijne nederige positie terugkeerde. De draad van dit verhaal is ook in het leven van Joe Chamberlain waar- neembaar. Als ijzerfabrikant, wilde hij lid staatkunde tegenover den Sultan willen van iet parlement worden. Toen streefde vo>en' 2yn. ,asl] \roer gnomen. Met Roeden zijne eerzucht naar het ministerschap, en nu Wl1 -van beide kanten zullen de moeilijkheden legt hij het er op aan, den heer Balfour, den minister-president, te verdringen. Joe is ge slepen en glad en thans heeft hij een ge ducht wapen gekozen, om zijn tegenstander af te maken. Minister Balfour hoeft zich in de begroo- tingsdebatten vóór afschaffing van de graan rechten verklaard. Als een redmiddel in den Afrikaanschon oorlog, tot steun van 's lands financien, zijn die rechten ingevoerd. Nu het evenwicht tusschen ontvangsten en uitgaven is hersteld, meent de minister, dat deze druk Op het eerste levensmiddel zoo spoedig moge lijk weggenomen moet worden. Geheel anders denkt de minister van koloniën er over. Hij ziet in de heffing dier rechten een der steun pilaren van het Imperialisme. Chamberlain gaat van het beginsel uit, dat de band tusschen moederland en koloniën zoo strak mogelijk aangehaald moet worden. De aansluiting tusschen de deelen en het geheel onderling, moet zóó innig zijn, dat aan lostornen nimmer of nooit meer gedacht zal worden. Daarom is hij er voor, dat de overproductie uit de koloniën tegen de con currentie van het Continent beschermd wordt. Vrije invoer dus uit Canada van graan, uit Australië van vleesch en wol, uit de Kaap kolonie van wijn. Hooge rechten van die producten uit andere landen. Natuurlijk ver langt Chamberlain voor Old-England die zelfde gunstige condities voor zijne fabrieks- artikelen naar de koloniën. In Canada is deze politiek zeer gunstig ontvangen; in Australië daarentegen is ze onmogelijk verklaard. Het Australische financieele stelsel is in hoofd- zaak op rechten van inkomende goederen ge- baseerd. De invoerhandel is voornamelijk in handen van Engeland, zoodat de kolonie van hare belangrijkste bronnen van inkomsten afstand zou moeten doen, zoo de politiek van Chamberlain werd doorgevoerd. In Engeland heeft het groote meenings- verschil tusschen de hoofdmannen van het Kabinet eene algemeene beweging veroorzaakt. De Jingo-pers, plaatst zich onvoorwaarde lijk aan de zijde van Chamberlain, terwijl weer de liberale organen Balfour bijspringen. De aanhangers van Joe zouden wel gaarne den premier in den vorm van eene motie eene nederlaag toebrengen, doch daarvoor'is de stem der Ieren noodig. Dezen willen evenwel allerminst den heer Balfour missen, daar zij van hem de Iersche Landwet hebben te wachten. Door de invoering dezer wet zal het mogelijk zijn, dat langzamerhand de Iersche grond het eigendom der pachters wordt. Zulk een onschatbaar voordeel voor hun lijdend eiland, willen de Iersche afgevaardigden aan de politiek van Chamberlain niet ten offer brengen. Zeer zeker zullen de politieke strijdvragen van heden, de aanstaande algemeene verkiezingen geheel beheerschen. En hoe dan ook de uit slag moge zijn, dit staat, vast, dat een der beide leiders uit het Kabinet zal moeten treden. Eene zoo belangrijke kwestie, als zich thans in Engeland voordoet, want de zaak grijpt eigenlijk veel dieper in, dan over het behoud of de afschaffing der graanrechten, wordt ook buiten de kusten van Engeland druk be sproken. In Duitschland vooral is Chamberlain's politiek opvallend ingeslagen. Men beschouwt het imperialistische protectiestelsel als voor namelijk tegen Duitschland gericht, 't Is wel aardig, hoe weinig lust de Duitschers toonen, om met dezelfde maat gemeten te worden, waarmede hun nieuwe tarièVen- wet anderen meet Terwijl zijzelven het land met een gordel van zware tollen omringen, zou de Duitsche uitvoerhandel heel gaarne elders vrij entrée hebben. Zwaartillend ziet de geheele pers de toekomst tegemoet. Een tijd van geweldige actie en inspanning staat ons te wachten, zegt de Nord-Deutschewij zullen met Engeland in een ernstigen tarieven- oorlog gewikkeld worden, meent de Kölnische Duitschland zal eenmaal genoodzaakt zijn, zijne belangen zoowel te land als ter zee te moeten weldra overwonnen zyn. Het verzet in Al banie begint te verminderen, wat aan de persoonlijke tusschenkomst van den Sultan bij de Mohammedaansche Stamhoofden wordt toegeschreven. De Macedonische heethoofden zullen zich goed- of kwaadschiks in het onvermijdelijke moeten schikken. Het onweer moge nog wat narommelen, het lichten moge misschien aan de kimmen voortduren, deze bui zal zeker het verbeide en gevreesde onheil niet stichten 1 Vergadering van den Raad der gemeente NIEUWE NIEDORP, op Woensdag 20 Mei 1903, 's namiddags 6'/j uur. Tegenwoordig alle leden. De Voorz. opent de vergadering. De notu len der vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. Naar aanleiding van de notulen deelt de Voorz. mede, dat van de Onderlinge Brand- assurantie Maatschappij te Barsingerhorn een schrijven was ontvangen, waarbij het ge meentebestuur gemachtigd werd, voor hare rekening het door brand beschadigde in de onderwijzerswoning te Moerbeek te herstellen en in den vorigen toestand terug te brengen. Aangezien de inrichting van den schoor steen verbetering behoefde, heeft Voorz., ofschoon de herstellingskosten daardoor iets hoóger werden, gemeend, zonder voorafgaande machtiging voor die hoogere uitgaaf, die verbetering te moeten doen aanbrengen. De raad keurt dien maatregel goed, even als de uitgaaf, die daarvoor te eeniger tijd gedaan moet worden. Verder is ingekomen, onder dagteekening van 8 Mei 1.1., een schrijven van B. en W. van Hoogwoud, waarbij zij berichten, dat de Raad aldaar, naar aanleiding van het indertjjd door N. Niedorp gedane voorstel, om een nieuw, gewijzigd contract betreffende de ge meenschappelijke Langereizer school vast te stellen, heeft besloten, geen verandering in het bestaande contract te brengen. De heer Kuilman informeert, in hoeverre iemand, die in eene bestaande overeenkomst verbetering wil brengen, daartoe onmachtig is. De Voorz. antwoordt, dat in het bestaande contract van geen arbitrage bij geschillen gerept wordt. Als een van de partijen dus onwillig is tot het een of ander, dan zal de ander daarin moeten berusten. Wel vindt Voorz. het vreemd, dat derede nen tot dat besluit niet omschreven zijn het is in geheime vergadering genomen; dus naar de motieven moet men gissen. De heer Visser vraagt, of het niet mogelijk is, Hoogwoud naar de redenen tot dat besluit te vragen. Daar kan toch niets tegen zijn. De Voorz. heeft hieraan ook al gedacht; maar meent, dat B. en W. zich natuurlijk zullen beroepen op het geheim der vergade ring. De heer Kuilman zegt, dat misschien aan Gedeputeerde Staten om bemiddelende tus schenkomst zon kannen worden verzocht. En anders zal N. Niedorp een eventueële botsing maar moeten riskeeren. Die meening is ook de Voorz. toegedaan. Naar zijn oordeel is de positie van N. Nie dorp door deze geschiedenis geenszins ver zwakt heeft. De heer Kuilman vindt dit niet den meest rationeelen weg. Out is hierheen gezonden geheel onafhankelijk van de ongesteldheid van Pool. Al had Pool dienst gedaan, dan zou Out toch kostgeld hebben moeten be talen. Naar de meening van Spr. is het beter, een gratificatie te geven voor buitengewone diensten, zooals wel meer aan rijksveldwach ters wordt uitgekeerd. Ook de vergadering is die meening toege daan. Aan Out zal nu in dien geest ge schreven worden. Enkele reclames tegen den hoofdelijken omslag zullen in geheime zitting behandeld worden. Tot leden van het stembureau voor de stemming voor de Provinciale Staten worden benoemd door ontstentenis van den Burge meester, de heer Visser tot Voorz., de heeren De Moor en Wit tot leden en de heeren Koopman en Kuilman tot plaatsvervangers. Voor de periodieke raadsverkiezing [aftre ding der heeren De Moor en Wit] worden be noemd tot leden de heeren Koopman en Wijn en als 4e lid [den Voorz. inbegrepen] de heer Kuilman, en tot plaatsvervangers de heeren Visser, De Moor en Wit. Zonder discussie wordt goedgevonden, voor het maken der tienjarige tafels op de regis ters van den burgerlijken stand f 20.uit te betalen. De klokkenist heeft aan Voorz. medege deeld, dat het uurwerk in den toren begint te mankeeren en dat het zal moeten worden schoongemaakt en gerepareerd. Voor het schoonmaken verlangt de klok kenist f25, waarbij dan nog de kosten van eenig smidswerk zullen komen. Algemeen vindt men dit bedrag nogal hoog. De raad voteert evenwel die kosten en geeft B. en W. in overweging, met den heer Spruit de zaak verder te overleggen en te regelen. Aangezien, volgens mededeeling van den surnumerair, waarnemend ontvanger, voor- loopig geen definitieve benoeming van een Rijks-Ontvanger is te verwachten, en het niet wenschelijk is, in dien tijd den tuin bij het Rijks-Ontvangershuis aan zijn lot over te laten, meenden B. en W., dat het wenschelijk was, den tuin zoo mogelijk te verhuren. De heer P. Rezelman had zich als huurder aan geboden en wilde f 10.huur geven voor dit jaar. O.a. uit overweging, dat bij pu blieke verhuring geen hoogere huursom zal kunnen worden bedongen, wordt, behoudens goedkeuring van Gedeputeerde Staten, tot deze onderhandsche huur besloten, op de noo dige voorwaarden in verband met een even- tuëele nieuwe bewoning van het huis. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de openbare vergadering gesloten en gaat men over in geheime zitting. De heer J. Sluis te Amsterdam heeft zijn ontslag genomen als directeur der Gemengde Zangvereeniging „Orpheus" te OUDKARSPEL. De vereeniging verliest hier door een ijverig en tactvol directeur. Salaris-verhooging machi nisten S. S. Uit goede bron vernemen wij, dat het machi ne-personeel der Staatsspoor thans een aan merkelijke verhooging van salaris heeft gekre gen. [Tijd.] Te SINT PANKRAS, waar het laatste jaar vele gevallen van diphteritis voor kwamen, doet zich thans weder eeh geval voor. Evenals het gemeentebestuur, heeft ook het polderbestuur van SINT PAN KRAS afwijzend beschikt op het Verzoek der Landbouwvereeniging om subsidie is de kosten van rattenverdelging. -Te BURGERVLOTBRUG is Dins dagavond het vijf-jarig zoontje van M. P. in het kanaal gevallen en verdronken. Te BOLSWARD heeischen de mazelen erg en zijn van een kwaadaardig karakter. In elf gezinnen zijn in één week kinderen aan de ziekte bezweken. Door den Commissaris der Koningin in Noord-Holland is tot zetter voor 's Rijks directe belastingen benoemd de heer H. Jonker te ANNA PAULOWNA. Men schrjjft uit ZUIDDORPE aan d e Midd. Ct. Twee landbouwers in deze gemeente wei geren elkaar uitweg over hun land. Zware hekken met slot en grendel versperren op verschillende plaatsen den weg. De niet bij den twist betrokkenen mogen zich sleutels voor de verschillende hekken De heer Visser doet ook opmerken, dat de ^atrf,n ma';3n' - - - - r - Tot groote vreugde van deze laatsten is bedoeling van Nieuwe Niedorp alleen geweest is, in de toekomst botsingen te voorkomen. Wil Hoogwoud daartoe niet medewerken, dan zal het eventuëele geschillen aan zich zelf te wijten hebben. Op voorstel van den Voorz. wordt het schrijvon voor kennisgeving aangenomen. Van den heer P. Out, Rijksveldwachter te IJmuiden, tijdelijk gedetacheerd geweest te Nieuwe Niedorp, is een schrijven ontvangen, waarbij hij mededeelt, dat hem vanwege het Rijk tijdens zijn detacheering vergoeding voor kostgeld is gegeven. Evenwel is hem by zijn i verdedigen, voorspelt de Globe.Soortgeljjke pes- vertrek door den burgemeester gezegd, dat simistische beschouwingen vindt men overal, hij zijn kostgeld niet behoefde te betalen. Zegeviert de richting-Chamberlain, dan zal omdat daarvoor gezorgd zou worden. Tot Engeland evenwel niet alleen met Duitsch- heden vernam hij daaromtrent niets. Ofschoon land, maar met geheel Europa ineeneecono- hij zich voor een gunstige beschikking te mische botsing komen. I zijnen opzichte aanbevolen hield, verzocht hij Natuurlijk wordt de kracht van een Kabi net, dat uit zulke heterogene bestanddeelen is samengesteld, ondermijnd. Daar, waar kracht en energie noodig zijn,wordt weifeling en zwak heid waargenomen. In Er.geland's verhouding tot Rusland komen deze laatste eigenschappen duidelijk aan den dag. Het is duidelijk, dat of hij al dan niet zelf voor zijn kostgeld moest zorg- beleefd bericht, de betaling van dragen. De Voorz. deelt mede, inderdaad met Out in dien geest te hebben gesproken, maar in d i e veronderstelling, dat het kostgeld van den gedetacheerde door de gemeentekas zou 's nachts een dier hekken, een zwaar eiken houten, en het meest hinderlijke ge stolen Een droevig ongeluk had Dinsdagmiddag te 's-GRAVENHAGE plaats. Een heer, op een fiets gezeten, werd daar in de Prinsenstraat door een groentewagen aangereden. Hij kwam te vallen juist voor een daarop volgenden omnibus met het treurig gevolg, dat het voertuig hem overreed. Zwaar verwond aan hoofd en beenen is hij de stads apotheek binnen gedragen en van daar per raderbaar naar het gemeenteziekenhuis ver voerd. Onderweg is hij reeds bezweken. Uit MA.ASTRICHT meldt men: Men is hier thans bezig met het leggen van nieuwe bestrating naar een methode, waarmede ten vorigen jare een proef is geno men en die aan de verwachting schijnt voldaan te hebben. Volgens deze methode wordt do oudergrond gedeeltelijk uitgediept en aange vuld met grove kiezel. Deze wordt dan door een wals machine vastgestampt en op de ge wone manier met keien bestraat. Vervolgens wordt de bestrating met een laag asphalt in

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 1