LANDB0UWHUIS,
v7essanen Laan,
F. Kreijger Jus.,
Dameshoeden
L. v. R IJ 8 IJ
Schoenhandel Adolph Schut,
japongarnYeringe^
a. tuin-glas.
zaadmarkt 79, alkmaar.
(Soroet „(Somjozt" SlOffSU
«tarota eb
Koninklijk Bezoek
te Amsterdam.
ADVERTKNT1SN.
WOBMEBVEEfl.
Opgericht 1765.
KONINKLIJKE FABRIEKEN.
Voedert uw Vee met de zuivere murwe
Lijnzaadkoeken,
merk „Ster" en W,
uitmuntende door hoog eiwit
vetgehalte en grootste voedingswaarde.
Eer e-D i p 1 o m a Parijs 1900.
Negen gouden medailles.
en
Commissiehandel in
Stoffen, Turfstrooisel,
Hulpuiestr
enz., steeds
'•*iöpó«ssö^i™;£;
voorradig, voor den heer H. v. Twuiver
voor De Jonge Co. te Dordrecht,
Agentuur voor Brandassurantie.
Veeverzekering, enz., handel in Lijn-
meel en Lijnzaadkoeken.
Aanbevelend,
Café wDe Hoop,"
Molenvaart, Anna Paulowna.
Hiermede heb de eer mijn
geachte Cliëntèle te berichten, dat
een nienwe keuze gegarneerde
gereed is, zoomede
Kinderhoeden, Baretten,
Capelins en Bébé-Mutsjes,
in alle p r ij z e n.
Costuums worden ten allen tijde
aangenomen. KINDERJURKEN vanaf
60 Ct. Depót van de firma Schade
8f Oldenkot's nieuwste Japonstofen.
Mij minzaam aanbevelend,
SCHAGEN, Hoogzijde C 183.
Ds Eerste Nederlandsche Maatschappij tot
Verzekering van Risico in Loterijen.
HOOFDKANTOORLange Vijverberg No. 2, te 's-GRAVENHAGe'
Maatschappelijk Kapitaal: Eén Millioen Gulden, waarvan f 100.000.^.
gedeponeerd ie bij de Twentsche Bankvereeniging,
B. W. BLIJDENSTEIJN Co., te Amsterdam.
Commissarissen
DirecteurJ. G. HAIGHTON.
Polissen en nadere inlichtingen omtrent doel, bedrijf en voordeden
worden verstrekt door G. NOBEL, Nieuwspoortslaan 4, Alkmaar G. KLAVER,
Tuitjenhorn en C. REMPT, Noord-Scharwoude.
Aldaar verkrijgbaar te^eil
vaste pr|)zen Wanmolens,
diverse Ploegen, Dorschwerktüi-
gen, Veevoederketels, Stroo- en
Beetwortelsnijders, Wannen,
Karns en verder alles, wat betrek
king heeft op Land- en luinbouw
en Zuivelbereiding.
DE RT m rc M arc n m uu.
Aanbevelend,
SCHOEN HAJN DEL,
L a K e z ij <1 e 68, Hchd^ca,
Ontvangen een ruime sorteering Schoenwerk,
u™™- «iragvflspfilll, UB,
nieuwste modellen,
Aanbevelend, L, VAN RIJSWIJK.
I
Stofrokken, Boezelaars,
Corsetten en Handschoenen.
Glacé-Handschoenen.
Groote keuze gemaakte
Dan- eb
en -i
voorheen B. Schut,
Hoogzijde, OPGERICHT 1859.
YOOSJAASS" M ISMSSAlfllIllI,
ïeitoop HMtü contant, Zie de uiterst lage prijzen in de Etalage.
Aanbevelend, ADOLPH sohttt.
schare van priesters de Metten der overlede
nen gezongen. Als ceremoniarius fungeerde de
heer L. M. H. van Kersbergen. Aan 't eind
der officieele plechtigheid mgr. Hofman, ge-
adsisteerd door pater Royakkers en pastoor
8. C. M. J. B. Meens. Woensdagochtend halfelf
namen de Lauden een aanvang, door mgr. A. J
Brouwer, regent van het Seminarie te Voor
hout, gevolgd door de Pontificale Mis en Re
quiem door mgr. H. van de Wetering, aarts
bisschop van Utrecht. Een groot aantal pries
ters uit het kapittel en een breede schare ge-
loovigen uit het Bisdom woonden de plech
tigheid bij.
Als belangstellenden waren aanwezig de
Commissaris der Koningin, mr. G. van Tien
hoven, de burgemeester jhr. mr. J. W. G.
Boreel van Hogelanden, en de wethouders van
Haarlem.
In de eerste rijen voor de lijkbaardie voor
het hoogaltaar geplaatst was, knielden een
tiental familieleden van den overledene. oorts
waren aanwezig de vertegenwoordigers van
een aantal Roomsch-Katholieke vereenigingen
en instellingen van liefdadigheid en onderwijs,
van kerkbesturen enz.
Het zangkoor der Kathedraal zong het Gre-
goriaansche Requiem.
Een groot aantal belangstellenden volgden
het stoffelijk overschot, toen het langs een om
weg door Haarlem vervoerd werd naar den
Bisschoppelijken grafkelder te Overveen, waar
het in grooten eenvoud werd bijgezet. Op uit
drukkelijk verlangen van den overledene werd
aan de groeve door niemand het woord gevoerd.
Dat een vogel soms zeer
vreemde broedplaatsen kiest, is bekend. Maar
zelden zal het voorkomen, dat een meesje
broedt, zooals bij den heer T. te Tiel, in den
bak eener keukenpomp, die den geheelen dag
onophoudelijk in gebruik is. De vogel moet
in- en uitvliegen door de gleuf in den bak,
waarin de zwengel draait. (A. Ct.)
Klokke vier uur heeft H. M. de Koningin
Woensdag de nieuwe beurs op het Damrak
ingewijd en voor den handel geopend. In de
groote hal van den goederenhandel waren
ruim tweeduizend personen bijeen, die er
ruim plaats vonden en nog een breed mid
denpad konden vrijlaten voor de intrede van
het koninklijk gezelschap. Tegen den Noord
wand dezer zaal en dus tusschen de door
gangen naar effectenbeurs en graanbeurs, was
een baldakijn, blauw en geel, aangebracht.
Op het balkon der tijdingzaal had de kapel
der schutterij plaats genomen. Tegen half
vier schetterde eene fanfare door de hal ten
teeken der aankomst van H. M. Onder de
tonen van het Wilhelmus schreden H. M. de
Koningin, de Koningin-Moeder en Z. K. H.
Prins Hendrik, begeleid door burgemeester en
wethouders en gevolgd door den raad der ge
meente, tusschen de rijen der genoodigden en
beursbezoekers heen naar de op een podium
geplaatste zetels. H. M. droeg een parelgrijs
zijden kleed en de Prins was in generaais-
tenue. Toen Koningin, Koningin-Moeder en
Prins gezeten waren, richtte de burgemees
ter mr. Van Leeuwen, het woord tot H.M.
H.M. de Koningin, van haar zetel oprijzend,
antwoordde met Haar welluidende, heldere
stem, die door allen moet zijn gehoord.
De burgemeester zette nu achtereenvolgens
het Leve de Koningin Leve de Koningin-
Moeder en Leve de Prins der Nederlanden
in, waarop daverende hoera's weerklonken
Alvorens nu eene wandeling door het gebouw
te ondernemen, liet H. M. zich den bouw
meester Berlage en de heeren Scholten en
Van Lennep, beurscommissarissen, voorstellen.
Door deze heeren met den burgemeester ge
leid, bezichtigde men toen eerst de effecten
beurs met de vertrekken voor de „Vereeniging
van den effectenhandel"; daarna de graan
beurs en ten slotte de tijdingzaal en de daar
boven gelegen zalen der Kamer van koop
handel en fabrieken. In deze onderscheidene
afdeelingen der beurs werden de officieele
vertegenwoordigers der verschillende takken
van handel aan H. M. voorgesteld.
Woensdagavond was het bal ten hove.
Er waren ongeveer 1200 genoodigden, die
zich vereenigden in de Van Speyk-zaal. Daar
trad kort na negen uur H. M. de Koningin,
vergezeld van Z. K. H. den Prins der Neder
landen en gevolgd door H. M. de Koningin-
Moeder binnen. Dadelijk werd door de vor
stelijke personen cercle gehouden en vormden
zich om hen kringen schitterend van goud.
Uniformen en hofcostnums waren ditmaal
overwegend, rokcostuum was uitzondering. De
aanblik van de zaal werd daardoor inderdaad
verhoogd.
In het zachte licht der olielampjes glansde
het goud met rustige schittering, brengende
een voorname stemming over de kleurige me
nigte, waarin helder oplichtten de avondtoilet
ten der dames. De Koningin droeg een zee
groene moiré-zijden japon, versierd met kanten
en diamanten, een collier van schitterende
edelgesteenten rondde den hals, het hoofd was i
gekroond met een diadeem. De Koningin-Moe-
der was gekleed in lichtgrijze kant, van den
diadeem hing een witte weduwenkap af.Bei-
de vorstinnen droegen de grootkruisen van de
Nederlandsche orde. De prins had zich gesto
ken in de uniform van schout-bij-nacht.
De Koningin nam niet aan het bal deel.
Donderdagmorgen hebben de Koninklijke
bezoekers Amsterdam verlaten.
Enkele minuten voor het uur van vertrek
[10.20] kwam de vorstelijke stoet aan het
station aan en bijna zonder zich in het salon
op te houden, begaven de hooge bezoekers
zich naar den gereedstaanden Koninklijken
trein. De Koningin droeg een gris-perle zijden
kleed met mantel en witten hoed, de Konin
gin-Moeder was in het zwart, de Prins in
politiek.
Bij het verschijnen der Vorstinnen daverde
luide op het hoera der kijklustigen op het
tweede perron en achter de staketsels.
zijde der alcoof. Daartoe waren eerst een
paneel en de spijkers uit de deur verwijderd.
Met een mes in de eene hand en een bjjl
in de andere, stond R. midden in zijn kamer,
doch voordat hjj met deze wapens iets kon
uitrichten, was hij reeds door den heer Van
Ingen en den bewaarder gegrepen. Een po
ging om nog fluks een op tafel liggende
geladen revolver te grijpen, mislukte hem.
Eenmaal in handen der politie, ging hij kalm
mee naar het politiebnreau aan de Nassaukade,
waar hii nu voorloopig onder toezicht is.
N. R. Crt.
Verbeterd bericht.
HEER HUGOWAARD, 27 Mei.
Dinsdagnacht te 2 uur werden de be
woners opgeschrikt door het luiden der brand-
Nauwelijks was de salonwagen bestegen, of ki0k en spoedig bleek, dat de smederij, stoom
de trein zette zich in beweging, even had
H. M. nog de gelegenheid den burgemeester
1 tot zich te roepen, om Haar dankbetuiging
aan Amsterdam te herhaleD, en toen na een
laatste buiging zette de trein zich in bewe
ging. De Koninklijke Familie arriveerde te
11 uur te Baarn, en in een landauer werd
naar Soestdijk gereden.
Een gevaarlijk mensch.
De koopman en makelaar in schepen J. H.
R., te ROTTERDAM, tot voor korten tijd
bierhuishouder, thans wonende op de eerste
verdieping van pand no. 20 aan de Nassau-
I haven, werd bij vonnis van 18 dezer tot ruim
1 f 200 proceskosten veroordeeld, en omdat hij
deze kosten niet betalen kon, zoo zou zijn
I inboedel gerechtelijk verkocht worden. Zoover
kwam het evenwel niet, want een paar ken
nissen, medelijden hebbende met zijn vrouw
en 7 kinderen, betaalden de verschuldigde
som.
Om hem den goeden afloop mede te deelen,
hem te zeggen dat het beslag was opgeheven
en de verkooping van den inboedel geen voort
wagenmakerij en boerderij van den heer Jac.
Met in brand stond. Toen de brandspuit aan
wezig was, had de brand door den grooten voor
raad hout reeds zulk een omvang aangenomen,
dat aan blusschen niet te denken was. Het
belendende woon- en winkelhuis van den heer
S. de Groot werd mede door het vuur aan
getast en brandde dan ook met den geheelen
inhoud totaal af. Met moeite is het nieuwe
rijtuigmagazijn behouden gebleven.
24 Kippen, 1 haan en 1 hond kwamen ook
in de vlammen om.
De schade voor den heer Met, evenals voor
den heer De Groot, is zeer aanzienlijk.
De heer J. W. J. Klaassen,
directeur der gemeente-gasfabriek te WIN
SCHOTEN, is benoemd tot adviseur der ge
meente Sappemeer in zake de stichting van
een steenkolen-gasfabriek.
Pokken.
Te BREDA heeft zich weder een geval
van pokken voorgedaan, thans bjj een gezin
in de Kraanstraat, waarvan de vader is aan-
overige leden der familie zijn ter observatie
opgenomen in het gasthuis.
nu in plaats van u, een vreemde advocaat
de belangen van de vennootschap behartigt,
behoef ik niet op de minste verschooning
te rekenen."
Er klonk een verwijtende bitterheid in
haar woorden. Maar nog vóór hjj had
kunnen antwoorden, zeide Martha„U
heeft gehandeld, mijnheer Schröder, zooals
het een eerlijk en fijngevoelend mensch
past. Ik meen, dat wij reden hebben, u
daarvoor te danken."
Weder zonden Hermine's bruine oogen
een soherpen blik naar haar schoonzuster.
Ja, zg had zich wellicht tot een vinnige
opmerking laten verleiden, wanneer niet
het dienstmeisje opnieuw was binnen
gekomen. Het was weer een bezoek dat
gemeld werd, en ditmaal klopte haar hart
niet zooals de vorige maal. Want van den
directeur-generaal Hoflmann, die haar te
spreken vroeg, had zij alles eerder te
wachten, dan een vriendelijke bejegening.
„Daar hebben we het," zeide ze met
bevende stem. „Na verloop van misschien
een uur zal ik een bedelares zonder dak boven
mijn hoofd zijn. Maar er kome wat wil,
ik ben bereid den lijdensbeker tot den
bodem toe te ledigen."
Zij droeg het dienstmeisje op, den ouden
heer in de ontvangkamer te laten.
Maar zij ging zelf niet dadelijk daar
heen. Want ofschoon haar het bijzijn van
haar schoonzuster bij het onderhoud niet
aangenaam was, wilde ze het toch onder
alle omstandigheden verhinderen, dat
mijnheer Schröder met Martha alleen bleef.
Daarom verzocht ze de jonge onderwijzeres,
haar te vergezellen, en wendde zich daarop
tot haar bezoeker„Wij mogen mijnheer
Hoflmann niet laten wachten; van diens
gang zou hebben, daarvoor begaf de deurwaar- getast door de ziekte. Hij is naar de barak
der J. van Noort zich naar de Nassauhaven, voor besmettelijke ziekten overgebracht en de
naar R.'s woning. Heel onheusch werd hij
daar ontvangen, want R. dreigde met een
kogel zoo hij zijn woning durfde naderen.
Want R. had niet stil gezeten. Hij spijkerde
's nachts de straatdeur waarmede de voorkamer
van zijn woning op het portaal uitkomt en de
deur, die de woon- met zijn achterkamer ver
bindt,met lange draadnagels stevig dicht,alleen
in de voorkamer achterblijvende en daarna het
verdere van den nacht met schrijven door
brengende. Zijn vrouw en kinderen wees hij
de achterkamer tot verblijf aan. De bewoners
van de tweede verdieping, [de derde is onbe
woond], wien alzoo eveneens de toegang
tot de straat was afgesneden en die voor
den blijkbaar krankzinnig geworden man
grooten angst uitstonden, riepen de hulp van
voorbijgangers in. Toen gelukte het ten
minste, de straatdeur te openen en die be
woners in veiligheid te brengen. R's. vrouw
en kinderen waren reeds over het dak ge
vlucht bij de buren.
Zoo was de toestand, toen deurwaarder
Van Noort op de Nassauhaven kwam. Door
de nu geopende straatdeur begaf hij zich op
het portaal der eerste verdieping en deelde
zoo goed en kwaad als het kon aan R. den
goeden afloop mede. Doch deze vertrouwde
hem niet, schreeuwde den deurwaarder toe
dat hij zich had te verwijderen, en bleef in
huis en bleef op straat in de nabijheid, na
eerst de politie gewaarschuwd te hebben.
Want R. vertoonde zich nu weldra voor het
opgeschoven raam, waarvoor hij een aantal
heiligenbeeltjes had opgesteld en zoo meer,
en toen in eens zich voorover buigende uit
het raam en uitschreeuwende„In naam van
de rechtbank te Feijenoord zal ik mijn conclusie
stellen," schoot hij een met 6 patronen ge
laden revolver in het wilde op de straat af.
Briefjes, met allerlei onzin volgeschreven,
werden door hem vervolgens op de straat
gegooid en een ieder, die durfde naderen, werd
met schieten bedreigd. Telkenmale als zijn
revolver leeg was, werd het wapen opnieuw
geladen en weer afgeschoten.
De koperslager M. de K., die in dien tijd
daar toevallig aan kwam loopen, kreeg een
schot in zijn linkervoet en werd per brancard
naar het Ziekenhuis vervoerd. Ernstig is de
verwonding niet. En al maar ging het schie
ten door, zoodat tegen één uur in den middag,
door R. naar schatting een 50 tot 100 schoten
gelost waren, zonder evenwel meer slachtof
fers te maken. De politie zette het terrein ter
plaatse af zoodat zijn kogels geen kwaad
konden. Ook de commissaris van politie,
kreeg evenmin gehoor, maar wel bedreigin
gen. En altijd maar door bleef Reymer voor
het open staande raam, gebaren staan maken,
terwijl hij nu ook een paar kaarsen aange
stoken had en met eenige beeldjes op een
tafeltje geplaatst,
's Mans ontoerekenbaarheid in aanmer
king nemende, besloot de politie, voorloopig
een afwachtende houding aan te nemen en
daardoor bleef de toestand zooals deze was
gedurende de laatste uren.
Maar ten slotte is het den inspecteur J. H.
van Ingen, bijgestaan door een bewaarder en
gevolgd door een paar politie-agenten, gelukt
de kamer van R. binnen te dringen van de
grootere of kleinere welwillendheid hangt
ons lot af. Maar ik zal u spoedig weerzien,
niet waar P U zult een deel van de vriend
schap, die u nog steeds voor Gerard koestert,
ook op mjj overdragen, en ge zult mij niet
verlaten
„Zeker nietl" antwoordde hjj, eenigszins
aarzelend, zoodat Hermine de wenkbrauwen
fronste. „Ik ben steeds ter beschikking
van u en mejuffrouw Martha. U heeft van
mij allen bjjstand te verwachten, dien ik
geven kan en mag."
Hermine begreep de bedoeling van dit
gezegde, maar ze verried niet, wat er in
haar hart omging. De warme handdruk,
waarmede ze van Sohröder afsoheid nam,
scheen hem veel meer voor zijn belofte te
danken. Toen ze dadelijk daarop de
ontvangkamer binnentrad, was zij in houding
en uitdrukking van gelaat nog slechts de
zachte, gebogen ljjderes, die met zachtheid
en zonder morren haar lot droeg.
Een enkele vlugge blik op den directeur-
generaal had haar over zijn plannen gerust
gesteld. Want de oude heer, die in zijn
omgang met mannen zoo knorrig en norsch
was, zette nu een heel ander gelaat, nu
hij met een paar jonge, mooie vrouwen te
doen had.
De ridderlijkheid jegens het zwakke ge
slacht, die bijna allen ouden vrijers eigen is,
was bij hem in zeer hooge mate aanwezig.
Voor de jonge vrouw van den boek
houder, die bij de enkele ontmoetingen
nooit verzuimd had, zich van de beminne
lijkste zijde te doen kennen, had hij een
bijzonder groote sympathie. Hij begroette
haar zoo vriendelijk mogelijk. Hjj gaf aan
haar uitnoodiging om te gaan zitten, niet
eerder gehoor, dan nadat zjj zelf op de
sofa had plaats genomen. En toen was zij
met echt vrouwelijke slimheid hem voor
en zeide nederig: „Ik dank u, mijnheer,
dat u zichzelf zooveel moeite hebt gegeven
om mij mijn noodlot te komen aankondigen.
Zoo zal het gemakkelijker te dragen zijn,
dan wanneer het uit den mond van een
onbarmhartigen vreemde mij werd gezegd."
Toen had zij tegenover den ouden heer,
die van diplomatie van het zwakke ge
slacht niet veel begrip had, het pleit
geheel gewonnen.
„Maar wat denkt u wel, beste mevrouw
Winter," protesteerde hjj verlegen. „Heb
ik dan zooveel van een scherprechter
Van de aankondiging van het een of ander,
dat u onaangenaam zou kunnen zjjn, is
geen sprake. Mjjn bezoek heeft veel meer
het doel, u over de naaste toekomst gerust
te stellen. Uw man over wien we
verder niet zullen praten wanneer u dat
goed is uw man heeft u geheel zonder
middelen achtergelaten, is 't niet?"
„Toch niet, mjjnheer. Ik bezit nog wat
geld. En ik had het, zooalfl u ziet, reeds
ingepakt, om het u toe te zenden."
Zij haalde een klein verzegeld pakje
uit haar zak, waarop Hoffmann, toen ze
het op tatel legde, inderdaad zijn naam
las. Hjj bekeek het met onzekeren blik en
vroeg, na een paar maal te hebben gehoest
„Geld, zegt u maar hoeveel is er dan
wel in
„U vindt er drie-honderd-en-vjjftig mark
in, die mjjn man mjj voor mjjn vertrek
naar Spindelmühle heeft gegeven. Doch
neen verontschuldig me er zjjn er
maar drie-honderd-en-twintig. Want dertig
mark heb ik er van besteed om het dienst
meisje haar loon uit te betalen, omdat ze
(Goedgekeurd bij Koninklnke Besluiten T»n 20 November 1897, No. 62; 12 September 1900, No. 84
24 Jnni 1902, No. 28. Opgericht 9 Jnli 1902, Nederlandeche Staatscourant yan 16 Juli 1902, No. 16*
Mr. J. ADDINK, te 's-GravenhageJkhr. Mr. C. A. ELIAS, te Zaandam OTTO P. KOcp
te 's-GravenhageF. m. VAN PANTHALE0N Baron van Eek, te GroningenW u
PETERS, te 's-GravenhageJkhr. Mr. J. H. VAN REENF.N, te 's-GravenhageA. Baron'
SLOET VAN OLDRUITENBORGH, te Vollenhove: Jkhr. H. F. M. J. VERHEIJEN k
's-Hertogenbosch en C. P. J. VERHOESEN, te Utrecht.
Voor gewone of preferente aandeelen en voor alle andere aangelegenheden van
flnancieelcn aard wende men zich uitsluitend tol het hoofdkantoor.
prima kwaliteit, lage, doch vaste prijzen, alsmede een zeer ruime keuze
£D. &t. ëÏÏC. ffCv. 136 op.
B i 11 ij k e p r ij z e n
Aanbevelend,
Ch. II. TL. Schmalz,
Lagezijde B 66, S c h a g e n.
Heeft voorhanden de nieuwste modellen
Sch agen.
welke tegen concurreerende prijzen worden verkocht.
Geruite Dames Zomer-Pantoflels met verlakte kransjes, lage hak f 1.—.
Stoffen Dames-Pantoffels zonder hak, eerste kwaliteit f 1,10. Dito met hak,
lakneusje en zijden strik, elegant modelletje f 1.60. Dames Knoopschoentjes,
mooi en sterk, f 2.50. Satinleeren Dames-Knooplaarzen f 3.50. Kamgaren
Dames-LaarBjes met elastiek en mooi leer f 3.—. Voorts Chroomleeren Knoop-
en Elastieklaarsjes, Knoopschoentjes en Riem schoentjes in sterke en zeer fijne
soorten, tegen billijke prijzen. Gewastleeren Heeren-Rijgschoenen met neusje,
handwerk, f 2.75. Heeren-Molières met kamgaren, elastiek en knoopjes f 3 25.
Sterk Werk- en Ploegschoenen, alleen in eerste kwaliteit, f 2.50. Kinder-
Schoentjes vanaf 35 cent. Kinder-Knooplaarsjes f 1.20.
mij misschien vandaag of morgen zal
moeten verlaten."
Met een besliste beweging van zijn hand
schoof de oude heer het pakje terug.
„Wjj zjjn geen bloedzuigers, mevrouw.
Wanneer ik dit geld zou nemen, waarvan
zoudt u dan morgen leven
„Ach, daarop komt het niet aan. Het
is toch niet meer dan natuurlijk, dat ik
u geef, wat ik bezit. U kunt de meubels
laten afhalen, als u wilt. Ook mjjn sieraden
zijn tot uwe beschikking. U zult er eenige
stukken van waarde bjj vinden, die dateeren
nog van vroeger, toen ik jong meisje was.
Ik heb niets achtergehouden u
kunt me gelooven."
„Maar dat is toch è.1 te dwaasbromde
de oude heer, om zjjn ontroering te ver
bergen. „Waarmeê heb ik het verdiend,
dat n mij dergelijke voorstellen doet Ik
zou er hartelijk voor bedanken, directeur
van een vennootschap te zijn, die het over
zich zou kuDnen verkrijgen, zich op
een dergelijke manier schadeloos te stellen
voor een geleden verlies. Neen, we zullen
even zoomin uw meubels wegnemen, als uw
sieraden, en op straat zetten we u ook
niet, zooals u van ons schijnt te verwachten.
U kunt rustig hier blijven totdat ge iets
passends hebt gevonden. Zelfs al mochten
daarover ook eenige weken verloopen."
Hermine verborg haar gelaat in haar
zakdoek. De directeur-generaal zag, hoe ze
SDikte. Hy voelde zich hoe langer hoe onbe-
hageljjker in deze rol.
„Help mjj toch, lieve juffrouw, uw zus
ter gerust te stellen", wendde hjj zich tot
Martha, die achter een stoel bjj de deur
was Wijven staan. „Of houdt n mjj ook
misschien voor een hardvochtigen vent, die
verlaten vrouwen haar laatste boeltje af
neemt
„Neen, mijnheer", antwoordde de ge
vraagde met een hardheid, die hem verrast
deed opkjjken. „Maar wanneer mjjn broer
werkeljjk de dief is, waarvoor u en zjjn
vrouw, ja iedereen hem aanziet, dan heeft
u niet het recht, volgens mijn meening,
het aanbod van mijn zuster af te wijzen.
Niet op u, maar op hem viel dan het ver
wijt terug, ons beroofd te hebben van het
weinige dat we bezaten."
„Veroorloof mij, mejuffrouw, u tegen te
spreken. Het is een goede opvatting, dat
vóór alles het recht zijn beloop moet hebben,
maar men behoeft de menschelijkheid nog
niet te verbannen. Uw broeder heeft ons
schandelijk bestolen, dat Is buiten allen
twijfel. En van zijn zoogenaamd privaat
vermogen, dat hjj heelt achtergelaten, kun
nen we, met het oog op de aandeelhouders,
feen cent afgeven. Maar naar mjjn idéé is
e strengheid daarmede voldoende ge
toond. Wanneer men van mjj verlangde,
dat ik aan arme, bedrogen vrouwen ook nog
het laatste zou ontnemen, dan zou ik me
met hand en tand daartegen verzetten. Van
u echter, mijn waarde juffrouw Winter,
kan in 't geheel geen sprake zjjneen
zuster is niet geldelijk aansprakelijk voor
de handelingen van haar broeder, dus u
blijft geheel buiten schot."
WORDT VERVOLGD.