Jt I u i s i f r s.
Donderdag 6 Augustus 1905
47ste Jaargang No. 3859.
Uit en voor de Pers.
FEUILLETON.
A
I
BANT
rit»- Lsillisiilal
en
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag-
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
ISu reaaiSCMAGKJÜf» Laan, IS 4.
UitgeverP. T R A PIV! A N.
MedewerkerJ. WINR 55 L.
Prijs per jaar f S.Franco per post f 8.60.
Afzonderliike nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Gemeente Sctiagen.
BEKENDMAKINGEN.
oo
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlich
tingen te bekomen omtrent een gevonden
hondenhalsband.
LEERPLICHTWET.
„De strijd over de vraag, of de leerplicht
al dan niet goed werkt, kan, zegt het „Cen
trum," thans wel als geëindigd beschouwd
worden, en beslist in dien zien, dat door dezen
maatregel een niet onbelangrijke dienst is
bewezen aan het onderwijs. Toen, kort na de
vorming van het tegenwoordig kabinet, stem
men opgingen, om het tot intrekking der wet
te bewegen, gaf de minister van binnenland-
sche zaken een antwoord, dat op een kentering
in zijne ideeën over den leerplicht scheen te
wijzen. Al werd daarvan eenige hinder onder
vonden, wat voornamelijk te wijten viel aan
den al te grooten administratieven omslag, in
de practijk had de wet zich doen kennen als
een geschikt middel, om het schoolbezoek te
bevorderen en meer constant te maken. Van
intrekking der wet kon dan ook geen sprake
zijn. Zoo noodig zouden eenige technische
wijzigingen worden aangebracht. Maar daar
toe moesten eerst nog de vingerwijzingen
der practijk worden afgewacht.
De bizonderheden, die sinds over de wer
king van den leerplicht zijn bekend geworden,
hebben den gunstigen indruk, welke reeds
zoo spoedig verkregen werd, nog versterkt.
En opmerkelijk vooral mag het heeten, dat
zoovele tegenstanders van weleer bekeerd zijn,
zoodat zij thans met waardeering spreken
over een wet, waarvan zij, vóór haar in
werking-treden, de grootste onheilen ver
wachtten."
En na een verwijzing naar de rapporten
der inspecteurs van het Lager Onderwijs,
van wie de inspecteur in het Zuiden o. a.
opmerkt
„De Leerplichtwet, die bij het begin van
het verslagjaar werd ingevoerd, heeft veel
bedrijvigheid op het gebied der lagere school
gebracht. Het terugbrengen op de schoolban
ken van hen, die deze te vroeg verlaten
hadden, en het bij de schooljeugd inlijven
van absolute schoolverzuimers, heeft in vele
scholen de bevolking aanmerkelijk doen ver
meerderen, in sommige overbevolking te
weeggebracht," zegt het katholieke blad
„Wanneer het bewijs nog moest geleverd
worden, dat leerplicht noodig was, dan ware
dit getuigenis zeker voldoende en te beschou
wen als de proef op de som."
DE JENEVER-VERKIEZING.
Over de Sittardsche verkiezing is men nog
maar niet uitgepraat.
„De Maasbode schrijft over de verkiezing
„De wijze, waarop voor de candidatuur-
Beckers té werk werd gegaan, is als volgt te
beschrijven
In het district Sittard zijn vele zanggezel
schappen, muziekvereenigingen, boogschut-
terijen enz. In haar repetitie-lokaal of ver
gaderzaal vonden zij opeens twee tonnen bier
liggen, geschonken door „een onbekende,"
wiens naam ieder echter wel wist te noemen.
Natuurlijk moest een candidaat, die het op
minder onbekrompen wijze aanlegde, tegen
zulke argumenten afvallen.
Hoe hoog het peil van het kiezerskorps in
het district Sittard staat, kan men ook hier
uit opmakenop de 4942 uitgebrachte stem
men kwamen niet minder dan 204 ongeldige
Roman van
IDA BOY-ED.
00000
3^,Tradities en tijden veranderen. Nimmer
sedert het renaissance-tydperk heeft de
persoonlijkheid zooveel mogelijkheden ge
vonden er zich door te slaan, zich te doen
gelden, als nu. En op de persoonlijkheid komt
alles aan zij alleen geeft den doorslagzij
wordt als de verschijning van een enkele
geëerd en beschouwd," hield Hennegall vol.
„In het kunstenaarsleven, niet in de
politiek. Niet eens in FrankrijkDaar,
evenals hier, worden mannen, die een zekere
kliek te machtig schijnen te worden, de
wandaden hunner reeds lang begraven
schoonvaders, neven of ooms, of ik weet
al niet wat, voor de voeten geworpen. Juist
het middel, dat zij hopen te benutten om
omhoog te stijgen, zal die anderen hinderen,
of mocht het toch gelukken, dan moet het
middel om hen te doen duikelen, worden
de pers."
Hij werd boos op deze vrouw. Hij be
schouwde het als haar eersten plicht, dat zjj
kern in zffn enthousiasme versterkte. Zijn
hartstochtelijke wil had wel raad willen
aanvaarden, maar alleen als men hem ge
lijk gafdan was die raad goed en welkom
Het niet met hem eens zijn, was hetzelfde als
geen verstand hebbenbedachtzame over
wegingen heetten bjj hem nuchterheid en pe
dante koelheid. Voor den plicht der bedacht-
Maar nu zouden we toch wel willen vragen,
of de Kamer bij het onderzoek der geloofs
brieven van den nieuwen volksvertegenwoor
diger, nu niet eens hare stem zou willen doen
hooren. Ook al zou zulks voor het oogenblik
geene verhindering zijn voor de toelating van
den nieuwgekozene, zou het toch diepen in
druk in het land maken en voor volgende
verkiezingen in Sittard èn elders allicht
het misbruik ietwat besnoeien.
Wordt de heer Beckers als Kamerlid toe
gelaten, dan zal het zeker nog de vraag we
zen, of de Katholieke Kamerclnb geneigd zal
bevonden worden, zulk een HoogEdelGestrenge
in haar ledenverband toe te laten
Ook De Tijd is niets te spreken over de
wijze van verkiezing van dezen jongs ten volks
vertegenwoordiger. Zij vraagt zich af, waar
ten duidelijkste blijkt, dat bij deze verkiezing
weer bier en jenever een groote rol
hebben gespeeld„of thans niet in over
weging behoort genomen het advies, vóór
eenigen tijd door de Arnhemsche Ct. gegeven
namelijk van een commissie te benoemen, ten
einde een onderzoek naar de bij deze verkie
zing voorgekomen praetijken in te stellen.
Het eerste gedeelte van den zoogen. zuive
ringseed, door de Grondwet aan de gekozen
Kamerleden opgelegd, luidt„Ik zweer (ver
klaar) dat ik, om tot lid der Staten-Generaal
te worden benoemd, direct of indirectelijk,
aan geen persoon onder wat naam of voor
wendsel ook, eenige giften of gaven gegeven
of beloofd heb."
Tot dusver heeft, voor zoover ons bekend,
nooit eenig candidaat, na tot lid der Staten-
Generaal verkozen te zijn, geaarzeld, dien
zuiveringseed af te leggen. De belangelooze
vriendschap der ijveraars voor bepaalde can-
didaturen moet dus in sommige streken van
ons land bewonderenswaardig groot wezen."
Uit Sittard schrijft men nog aan de Maas
bode, dat de verkiezing van den heer Beckers
vaststond. Men zeide te Sittard ronduit, dat
hij, wiens verkiezing tot lid der Prov. Sta
ten hem f 5000 heeft gekost, nu Kamerlid
wilde worden, al moest het hem ook f 10.000
kosten.
Automobielongeluk.
Men schrijft uit 's-GRAVENHAGE
Onderscheidene wandelaars op den Kanaal-
weg waren Zondagmiddag tegen 4 uur ge
tuige van een vrij ernstig automobielonge
luk. Een automobiel, waarin vier personen
de bestuurder, een heer en dame en
heerenknecht gezeten waren, kwam uit
de richting van de waterpartij in snelle vaart
naar de rustieke brug op den Kanaal weg
aanrijden.
Hetzij de chauffeur dacht, dat hij geen hoek
moest maken, dan wel dat zijn stuur weigerde,
het voertuig verbrak de houten leuning en
stortte met het viertal in het kanaal. Van de
4 passagiers redde een zich door zwemmen
en aan de overigen werd een vaarboom toe
gestoken door een schipper, die juist met zijn
schuit voorbijvoer. De meeste moeite had
men met de dame, die, hevig door den schrik
bevangen, in het water van haarzelve dreig
de te vallen.
Nadat allen op het droge gebracht waren,
werden zy met een inmiddels op hun verzoek
ontboden rijtuig huiswaarts gebracht.
Een geluk was 't, dat de automobiel in
den val niet onderstboven keerde.
De autocar kwam op de wielen in het
water terecht, maar zonk dadelijk. Slechts de
lantaarn bleef boven water zichtbaar.
zamen, die zich willen wapenen voor het
mogelijke verwijt laterwaarom hebt ge
mij niet gewaarschuwd! was hij blind.
Carolyue zag op zijn levendig bewogen
gelaat duidelijk zjjn mismoedigheid. Niet
slechts om den jongen man gerust te stel
len, wiens lijden ze wel begreep, maar ook
om zichzelve beter te verklaren, zeide ze
„Wanneer ik zulk een weg gaan wilde,
zou ik, mijn natuur getrouw, vooruit elke
moeilijkheid in bijna onverdraaglijke dui
delijkheid en grootte willen zien en
dien weg toch gaan
„O, ik wist hetriep hij. „Ik wist, dat
u mij zoudt begrijpen."
Hij vergat zijn mismoedige opwelling van
zooeven.
Stormachtige hoop en geluk vervulden
hem. Hij liep do kamer op en neder, zijn
oogen schitterden. Met waar redenaarstalent,
beschikkende over een kleurigen woor
denschat zonder gelijke, die gloeide
van een meesleependen hartstocht, ontwierp
hij de plannen voor de eerste jaren. Caro-
lyne Wallraven moest hem niet houden
voor een die fantaseert, voor een dwaas! Hij
schilderde den strijd, die hem te wachten
stond, in de donkerste kleuren, totdat het
hem zou gelukken door een reeks artikelen
de opmerkzaamheid op zich te vestigen,
zoodat men hem den redacteurspost zou
toevertrouwen. Hij scheen heel goed te ge
voelen, wat teleurstellingen en vernederingen
hem ook dan nog wachtten, by beschreef
den hopeloozen verkiezingsstrijd. Eindelijk
kreeg hij een mandaat te vervullen. Hij
sprak voor de eerste maal in den Rjjksdsg.
De natuur had hem de gave geschonken,
steeds het treffende, teekenende woord te
vinden. Zij had hem het orgaan van een
Basedowsche ziekte.
Er hebben zich in Nederland onder de uit
Indië teruggekeerde lieden een paar gevallen
van Basedowsche ziekte voorgedaan, zoo
wordt nit Nederland aan De Locomotief ge
schreven.
„Wanneer het mijn lezers als mij gaat, zul
len ze vroeger hoogst vermoedelijk nooit van
die krankheid gehoord hebben.
Ik heb er daarom Brockhaus' Conversations-
lexicon op nageslagen en daarin vermeld ge
vonden, dat de ongesteldheid, naar een
zekeren doctor Basedow geheeten, het meest
bij vrouwen voorkomt en, als Ik mij als leek
tenminste niet vergis, in haar verschijnselen
veel overeenkomst met beri-beri aanbiedt.
Maar bovendien is er de pijnlijke aardigheid
aan verbonden, dat de oogen uit hun kassen
puilen en ten laatste zoo ver uit het hoofd
staan, dat de oogleden niet meer kunnen
worden gesloten en des nachts met een don
keren doek moeten worden overdekt.
De patiënten, waarop ik hierboven doelde,
zijn mannen één hunner is overleden en na
zijn dood heeft men de grootst mogelijke
moeite gehad, zijn oogen te sluiten.
Of de ziekte in de tropen bekend is, of daar
voor het meerendeel ontstaat, heb ik in de
encyclopedie niet kunnen gewaar worden."
De loter ij-z w e n d e 1.
Door zeven personen te WINSCHOTEN is
het verzoek gericht aan den burgemeester
aldaar, om alsnog de ten stadhuize gedepo
neerde loten van de 5e Prov. Gron. Verloting'
te onderzoeken.
Men wensclit te weten, of de loten met
zwarte ringen ook de onverkochte kunnen
zijn, daar in den beginne van de trekking
juist deze werden getrokken.
(„Pr. Gr. Ct.")
Ongeluk te Enschedé.
De 14-jarige Eroukje Broekhuizen geraakte
in de spinnerij Noorderhagen der firma
Van Heek en Co. te ENSCHEDÉ
tusschen de walzen der droschmachine. Zij
brak beide schouders en een arm en is per
brancard naar het Ziekenhuis vervoerd. Haar
toestand is zorgwekkend.
Salarisverhooging.
Naar de „Stand." verneemt, heeft de direc
teur-generaal van Posterijen en Telegraphie
bepaald, dat aan beambten, tijdelijk bij die
diensten werkzaam, voortaan f 1.8Ó per dag,
in plaats van f 1.50 als thans, zal worden
uitgekeerd.
-Pech!
Zondagavond in HAARLEM. Een huzaar
een van het soort militairen met een goed
hart, heeft een borrel gedronken en wordt
opgepakt. Maar de dronkenschap is niet zoo
erg en op het bureau protesteert hij. De
dienstdoende inspecteur, goedig, zegt, dat-ie
dan maar een half uurtje moet blijven zitten,
dan zonën ze eens zien Huzaar gaat zitten,
maar is er niet heel gerust op, en als 't wat
drukker wordt op het bureau, neemt hij zijn
kans waar en ontsnapt. Agenten hem na.
Een korte jacht, straat uit, hoek om, huzaar
valt en breekt zijn arm. Wou dat-ie maar
was blijven zitten. Nu zal-ie toch moeten
zitten, en liggen d'r bij. Als dat geen
pech is
De nachtportier van de Wes
tersuikerraffinaderij, te AMSTERDAM, Sollie,
die de gewoonte had de schoenen voor zijn
nogal talrijk gezin te repareeren, had Maan
dagavond, terwijl hij omstreeks half zeven
daar weder mede bezig was, het ongeluk
zich met een scherp schoenmakersmes in de
linkerdij te treffen, zoodat een slagader geheel
doorgesneden werd.
heldenfiguur gegeven. Uiterlijke toevals
gaven, en toch een genade-geschenk, een
machtige hulp
En Carolyne keek hem aan, ernstig en
opmerkzaam.
Hoe aantrekkelijk zag hy er uit in deze
opgewondenheid Een man, in staat de massa
en enkelen meè te sleepen, om mannen en
vrouwen te veroveren. Dat was zooZoo
iets als een zondagskind, dat de luimige
geluksgodin eerst nog in de wieg der
nooddruft heeft neêrgelegd,
En wat de opmerkzame vrouw het meest
bevielin al zijn borrelende hartstochtelijk
heid, die er waarachtig niet naar uitzag,
als was ze in staat verstandig nog iets
terug te houden, die in alle openhartigheid
de ellende evengoed schilderde als het geluk,
duidde niets er op, dat hij zyn beschermers
als mogelijken steun en hulp wilde benutten.
En zonder twijfel zou zich de deur van
een redactiebureau spoediger openen voor
den lievelings-leerling van professor Wall
raven, dan voor deD|alleenstaanden,vreemden,
jongen Hennegall, die zonder eenige aan
beveling kwam. Eu verderhet maakte
haar bijna gelukkig, dat in het toekomstbeeld
zijner loopbaan niet de ryke vrouw voor
kwam, wier geld en positie voor hem de
ladder zou zijn om hooger te komen.
O, zij kende er een, die had wel eens
zyn toekomstbeeld niet met zulke warme
woorden geschilderd die had stil neer
gezeten en gerekend. En vooral uitge
rekend, hoe groot da bruidschat en later
de erfenis van Carolyne Arnheim zijn kon.
Toen Wigus Hennegall zich moegepraat
had, haalde hij diep adem. En bijna was
het, als verdween met den klank der laatste
woorden ook de hooge stemming van den
Aangezien de wond vreeselijk bloedde,
legde zijn vrouw het eerste verband en werd
later geneeskundige hulp ingeroepen. De
wond bleef echter zoo vreeselijk doorbloeden,
dat Sollie na een half uur tengevolge van
bloedverlies overleed.
De man laat een weduwe met 7 nog
jeugdige kinderen na.
De moord in de C e 1 e b e s s t r a a t
te AMSTERDAM.
De dader van den moord, Luier v. d. Laan
heeft zich Vrijdagavond in handen van de
politie gesteld.
Tegen elf uur vervoegde hij zich aan het
politiebureau Leidscheplein te Amsterdam en
bekende daar, den moord te hebben gepleegd.
Omtrent hetgeen Luier van der Laan voor
den rechter-commissaris verklaarde, kan het
volgende nader gemeld
Sedert hij uit de gevangenis te 's-Hertogen
bosch was ontslagen en bij zijn broeder
Hendrik inwoonde, heeft hij zeer dikwijls
hevigen aandrang gehad, om een moord te
plegen. Dikwijls gebeurde het, dat hij onder
zijn werk zat te suffen en wanneer zijn broe
der dan tegen hem zeide„Slaap je weer",
dan schrok hij op en was dan, volgens zijn
verklaring, weer in normalen toestand, de
afschuwelijke gedachte die hem kwelde en
die hij tegenover niemand durfde uiten, was
dan weer voor eenigen tijd verdwenen.
Zaterdag, den dag dat de moord heeft plaats
gehad, is in den namiddag, toen zijn broer
vertrokken was en hij weer geruimen tijd had
zitten werken, een oud vrouwtje aan de woning
in de Celebesstraat gekomen met een paar
zeer oude pantoffels, die zij gerepareerd wilde
hebben. Die pantoffels waren echter zoo ver
sleten, dat reparatie met meer de moeite
waard was en daarover heeft hij toen nog met
zijn schoonzuster staan lachen.
Plotseling, zoo verhaalde hij verder tijdens
het verhoor, werd hij weder door dien onweer-
staanbaren aandrang aangegrepen om te moor
den. Hij nam in het wilde een schoenmakersmes
tusschen het gereedschap vandaar., liep op zijn
zuster toe en riep: „ik moet je vermoorden"
tegelijkertijd haar met het mes de doodelijke
wonde aan den hals toebrengende. „Ik heb
haar toen laten doodbloeden", zoo zeide hij,
en toen ik merkte dat zij dood was, heb ik
mij geheel gewasschen en verschoond en na
al het geld bij mij te hebben gestoken, dat
ik machtig kon worden, ben ik uitgegaan."
Volgens zijn verklaring moet na den
moord, in de dagen dat hij zich nog op vrije
voeten bevond, herhaaldelijk weder die af
schuwelijke aandrang bij hem zijn opgekomen
om nog meer te moordenhot mag dus een
werkelijk geluk genoemd worden, dat hij
thans onschadelijk is.
Een van zijn eerste voornemens, nadat hij
het huis waar de moord gepleegd is, was
ontvlucht, was om de politie op een dwaal
spoor te brengen aangaande zijn kleeding. Hij
had het huis verlaten met een fantasiehoed
op en kocht spoedig een stroohoed, in de
hoop niet zoo dadelijk herkend te worden.
„Ik wilde eerst nog een paar dagen vrij rond
ioopen, alvorens ik in de gevangenis ging"
zoo moet hij gezegd hebben.
Maandag is Luier van der Laan in Rotter
dam geweest en heeft aldaar bij verschillende
schoenmakers zijn diensten aangeboden. Aan
een hunner moet hij te kennen hebben ge
geven, naar Den Haag te zullen gaan. Ook
is hij nog te Nijmegen geweest en moet daar
volgens zyn zeggen, geruimen tijd met mare
chaussees en agenten van politie hebben staan
praten, zonder dat men de minste vermoe
dens tegen hem koesterde.
O ngeluk door onvoorzichtig
heid.
Op do tramlijn van BREDA naar ROZEN-
DAAL had de heer A. Veraart uit Ouden
bosch de aardigheid per fiets de tram bij
te houdeD. Ongelukkigerwijze reed hij te
dicht bij de tram en kwam de trapper zijner
fiets onder de trede van een der wagens,
waardoor hij plotseling omsloeg en men hem
voor dood opraapte.
De tram werd spoedig tot staan gebracht
en vervoerde hem mee naar Etten, waar hij
in het gasthuis is opgenomen. Hier bleek,
dat hij een been en een arm gebroken had
en inwendige kneuziDgen had bekomen. Tot
op het oogenblik heeft hij nog geen teeken
van leven gegeven, de geneesheeren verkla
ren zijn toestand hopeloos.
DIRKSHORN. Maandag ver-
gaderde alhier 't bestuur van het Veefonds
voor de gemeente Haringcarspel. Gedurende
de laatste drie maanden waren verzekerd
983 runderen. De schade door twee gestor
ven runderen bedroeg f 176.De omslag
per rund werd berekend op 18 ets.
Marktbericht van LUTJE WIN
KEL, van 4 Augustus 1903.
Aangevoerd 130 zak groote muizen fl.
a f 1.35. Roode aalbessen 10 a 16 cent per
pond. Zwarte aalbessen 9 cent per pond.
Kuisbessen 7 cent per pond.
ANNA PAULOWNA.
Zondagmiddag ontstond aan de Kleine Sluis
brand in den molen van den heer J., die
spoedig zoozeer in omvang toenam, dat wel
dra ook het huis, bewoond door den heer S.
en de bergplaats voor brandstoffen van den
heer W., in vlammen opgingen. Dank zij het
wakkere optreden van onze spuitgasten en
de krachtige hulp der brandspuit uit Wierin-
gerwaard, slaagde men er in, de houtloods
van den heer J., nog zoo goed als geheel te
behouden.
Alles was verzekerd, behalve de molen.
ANNA PAULOWNA.
Zaterdag 1 Augustus was het 25 jaar ge
leden dat de heer H. J. ter Hall hier als
stationschef werd geplaatst. Die dag is niet
onopgemerkt voorbijgegaan. Integendeel,
hij moet voor den Jubilaris geweest zijn als
een goudsprankelende zonnedag op een land
schap in wintersneeuw.
De burgemeester dezer plaats, als woord
voerder eener deputatie uit de burgerij, be
staande uit de voornaamste ingezetenen,
bracht den heer Ter Hall in eenvoudige,
hartelijke woorden Anna Paulowna's hulde
toe. Zijn Edelachtbare schetste den jubilaris
als den trouwen dienstman, die het publiek
niet verdeeld zag in rangen en standen, maar
immer handelde zonder aanzien des persoons
als den burger, die een kwart eeuw hier g e-
w o o n d had niet alleen, maar ook 25 jaren
achtereen lief en leed van onzen polder had
meegeleefd 1 Spreker was het daarom
aangenaam, den jubilaris namens een groot
aantal ingezetenen een couvert te mogen
aanbieden, bestemd in overleg en samen
werking met de familie tot den aankoop
van een salon-ameublement.
De beer Ter Hall, getroffen door de hulde,
verklaarde niet te weten, of hij die groote
belangstelling als mensch of als ambtenaar
bad verdiend, maar de overtuiging in zich
om te dragen dat, waar hij ook gefaald
mocht hebben, hij althans nimmer iemand
naar de oogen had gezien.
Vele en sehoone woorden zijn dien dag
nog gesproken, woorden van huide, woorden
van vriendschap, woorden van innige toege
negenheid en warme sympathie, en ondoenlijk
zon het zijn, die zelfs ook maar in het kort
overwinnaar.
Zijn gelaat verduisterde plotseling. Het
kreeg een bittere uitdrukking.
„Het blijft misschien alles fantasie.
Slechts een droom. Men ral mij voor de
voeteu gooien je leven is verkocht. Ik ben
een slaaf. De kluisters hoor ik rammelen
Zeker, de weg dien ik gaan zou, dien kan
ik niet meer inslaan men kan voor den
betaalden prijs ook den jurist gebruiken.
Misschien groeit er wel van mij een advo
caat zonder praktijk, die door het leven
hongert."
Carolyne keek hom zeer verwonderd aan.
Vandaag, nu hij zich niet half, maar in
vrijheid aan haar gegeven had, zag ze ook
voor de eerste maal deze plotselinge ver
andering van hoogen moed 'tot volkomen
ontnuchtering.
Zij sprak het eerlijk uit, hoe haar deze
impulsieve aard in tegenspraak scheen te
zijn met zyn toch bij veel tegenslag be
waarden wil en energie.
„Ja", zeide hij, „ik lijd ook daaronder.
Het is misschien de rest van de gebreken
mijner jeugd. Misschien verklaart mijn ge
schiedenis u alles. Ik hoop u haar morgen
maar neen, morgen nog nieteen bin
dende afspraak met een zeer intiem
vriend
Carolyne hoorde niet, wat hy verder op
aarzelendeo toon nog over deze afspraak
zeide. Anders had bet haar, die olies
opmerkte, moeten opvallen dat hij vroeger
had gezegd, geen vriend te hebben en er
ook geen behoefte aan had, er een te zoe
ken. Ook vriendschap was een luxe en
kostte tyd en geld. Hij hoopte later meer
vryheid te hebben en omgang te kunnen
zoeken.
iéautemmemam
Neen, zij luisterde niet meer. Want haar
oor vernam een gedruischver
boven in huisslechts voor haar
hoorbaar slechts voor haar luisterende
zinnen waarneembaar.
De deur van de studeerkamer van haar
man was geopend geworden en weer ge
sloten. Een stap ging den gang langs,
kwam de trap af.
Zij hoorde het, volgde het, trots de
loopers in de gang en op de trap, eiken
stap die gedaan werd.
Nu kwam de geheimraad Wallraven
binnen. Het was een breedgeschouderd
man, wat corpulent en leek kleiner dan hij
was. Het harig gelaat, van een zeer frisschen
vijftiger, droeg een vroolyke uitdrukking.
Zyn grijze, donkere oogen keken met onge
wone levendigheid en intelligentie een elk
byna driest in het gelaat. Er was iets
stekends in zijn blik, somwylen ook iets
hoogmoedig kouds. Maar er waren maar
weinig menschen, die zich dat wilden be
kennen.
„Nu, mijn beste Hennegall, heelt mijn
vrouw haar talent, om cpbruischende wen-
sch6n en verwachtingen met koud water te
begieten, weder eens beoefend vroeg hij
lachend. „Daarin is ze een meesteres."
Zy beet zich op do lippen.
„Mevrouw heeft my op de moeilijkheden
gewezen,die mij wachten, maar mij niets afge
raden". zeide het jonge mensch. Hem scheen
het, als klonk er scherpe spot in de stem van
den geheimraad. W7as het dan niet meer de
bekende joviale toon Of had hij Hen
negall plotselirg door de eer.e ct ardero
oorzaak oor gekregen voor den waren klank
daarin
WORDT VERVOLGD.