Jt I u i s i f r s. Donderdag 6 Augustus 1905 47ste Jaargang No. 3859. Uit en voor de Pers. FEUILLETON. A I BANT rit»- Lsillisiilal en Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger. ISu reaaiSCMAGKJÜf» Laan, IS 4. UitgeverP. T R A PIV! A N. MedewerkerJ. WINR 55 L. Prijs per jaar f S.Franco per post f 8.60. Afzonderliike nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels f 0.25 iedere regel meer 5ct. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Sctiagen. BEKENDMAKINGEN. oo POLITIE. Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlich tingen te bekomen omtrent een gevonden hondenhalsband. LEERPLICHTWET. „De strijd over de vraag, of de leerplicht al dan niet goed werkt, kan, zegt het „Cen trum," thans wel als geëindigd beschouwd worden, en beslist in dien zien, dat door dezen maatregel een niet onbelangrijke dienst is bewezen aan het onderwijs. Toen, kort na de vorming van het tegenwoordig kabinet, stem men opgingen, om het tot intrekking der wet te bewegen, gaf de minister van binnenland- sche zaken een antwoord, dat op een kentering in zijne ideeën over den leerplicht scheen te wijzen. Al werd daarvan eenige hinder onder vonden, wat voornamelijk te wijten viel aan den al te grooten administratieven omslag, in de practijk had de wet zich doen kennen als een geschikt middel, om het schoolbezoek te bevorderen en meer constant te maken. Van intrekking der wet kon dan ook geen sprake zijn. Zoo noodig zouden eenige technische wijzigingen worden aangebracht. Maar daar toe moesten eerst nog de vingerwijzingen der practijk worden afgewacht. De bizonderheden, die sinds over de wer king van den leerplicht zijn bekend geworden, hebben den gunstigen indruk, welke reeds zoo spoedig verkregen werd, nog versterkt. En opmerkelijk vooral mag het heeten, dat zoovele tegenstanders van weleer bekeerd zijn, zoodat zij thans met waardeering spreken over een wet, waarvan zij, vóór haar in werking-treden, de grootste onheilen ver wachtten." En na een verwijzing naar de rapporten der inspecteurs van het Lager Onderwijs, van wie de inspecteur in het Zuiden o. a. opmerkt „De Leerplichtwet, die bij het begin van het verslagjaar werd ingevoerd, heeft veel bedrijvigheid op het gebied der lagere school gebracht. Het terugbrengen op de schoolban ken van hen, die deze te vroeg verlaten hadden, en het bij de schooljeugd inlijven van absolute schoolverzuimers, heeft in vele scholen de bevolking aanmerkelijk doen ver meerderen, in sommige overbevolking te weeggebracht," zegt het katholieke blad „Wanneer het bewijs nog moest geleverd worden, dat leerplicht noodig was, dan ware dit getuigenis zeker voldoende en te beschou wen als de proef op de som." DE JENEVER-VERKIEZING. Over de Sittardsche verkiezing is men nog maar niet uitgepraat. „De Maasbode schrijft over de verkiezing „De wijze, waarop voor de candidatuur- Beckers té werk werd gegaan, is als volgt te beschrijven In het district Sittard zijn vele zanggezel schappen, muziekvereenigingen, boogschut- terijen enz. In haar repetitie-lokaal of ver gaderzaal vonden zij opeens twee tonnen bier liggen, geschonken door „een onbekende," wiens naam ieder echter wel wist te noemen. Natuurlijk moest een candidaat, die het op minder onbekrompen wijze aanlegde, tegen zulke argumenten afvallen. Hoe hoog het peil van het kiezerskorps in het district Sittard staat, kan men ook hier uit opmakenop de 4942 uitgebrachte stem men kwamen niet minder dan 204 ongeldige Roman van IDA BOY-ED. 00000 3^,Tradities en tijden veranderen. Nimmer sedert het renaissance-tydperk heeft de persoonlijkheid zooveel mogelijkheden ge vonden er zich door te slaan, zich te doen gelden, als nu. En op de persoonlijkheid komt alles aan zij alleen geeft den doorslagzij wordt als de verschijning van een enkele geëerd en beschouwd," hield Hennegall vol. „In het kunstenaarsleven, niet in de politiek. Niet eens in FrankrijkDaar, evenals hier, worden mannen, die een zekere kliek te machtig schijnen te worden, de wandaden hunner reeds lang begraven schoonvaders, neven of ooms, of ik weet al niet wat, voor de voeten geworpen. Juist het middel, dat zij hopen te benutten om omhoog te stijgen, zal die anderen hinderen, of mocht het toch gelukken, dan moet het middel om hen te doen duikelen, worden de pers." Hij werd boos op deze vrouw. Hij be schouwde het als haar eersten plicht, dat zjj kern in zffn enthousiasme versterkte. Zijn hartstochtelijke wil had wel raad willen aanvaarden, maar alleen als men hem ge lijk gafdan was die raad goed en welkom Het niet met hem eens zijn, was hetzelfde als geen verstand hebbenbedachtzame over wegingen heetten bjj hem nuchterheid en pe dante koelheid. Voor den plicht der bedacht- Maar nu zouden we toch wel willen vragen, of de Kamer bij het onderzoek der geloofs brieven van den nieuwen volksvertegenwoor diger, nu niet eens hare stem zou willen doen hooren. Ook al zou zulks voor het oogenblik geene verhindering zijn voor de toelating van den nieuwgekozene, zou het toch diepen in druk in het land maken en voor volgende verkiezingen in Sittard èn elders allicht het misbruik ietwat besnoeien. Wordt de heer Beckers als Kamerlid toe gelaten, dan zal het zeker nog de vraag we zen, of de Katholieke Kamerclnb geneigd zal bevonden worden, zulk een HoogEdelGestrenge in haar ledenverband toe te laten Ook De Tijd is niets te spreken over de wijze van verkiezing van dezen jongs ten volks vertegenwoordiger. Zij vraagt zich af, waar ten duidelijkste blijkt, dat bij deze verkiezing weer bier en jenever een groote rol hebben gespeeld„of thans niet in over weging behoort genomen het advies, vóór eenigen tijd door de Arnhemsche Ct. gegeven namelijk van een commissie te benoemen, ten einde een onderzoek naar de bij deze verkie zing voorgekomen praetijken in te stellen. Het eerste gedeelte van den zoogen. zuive ringseed, door de Grondwet aan de gekozen Kamerleden opgelegd, luidt„Ik zweer (ver klaar) dat ik, om tot lid der Staten-Generaal te worden benoemd, direct of indirectelijk, aan geen persoon onder wat naam of voor wendsel ook, eenige giften of gaven gegeven of beloofd heb." Tot dusver heeft, voor zoover ons bekend, nooit eenig candidaat, na tot lid der Staten- Generaal verkozen te zijn, geaarzeld, dien zuiveringseed af te leggen. De belangelooze vriendschap der ijveraars voor bepaalde can- didaturen moet dus in sommige streken van ons land bewonderenswaardig groot wezen." Uit Sittard schrijft men nog aan de Maas bode, dat de verkiezing van den heer Beckers vaststond. Men zeide te Sittard ronduit, dat hij, wiens verkiezing tot lid der Prov. Sta ten hem f 5000 heeft gekost, nu Kamerlid wilde worden, al moest het hem ook f 10.000 kosten. Automobielongeluk. Men schrijft uit 's-GRAVENHAGE Onderscheidene wandelaars op den Kanaal- weg waren Zondagmiddag tegen 4 uur ge tuige van een vrij ernstig automobielonge luk. Een automobiel, waarin vier personen de bestuurder, een heer en dame en heerenknecht gezeten waren, kwam uit de richting van de waterpartij in snelle vaart naar de rustieke brug op den Kanaal weg aanrijden. Hetzij de chauffeur dacht, dat hij geen hoek moest maken, dan wel dat zijn stuur weigerde, het voertuig verbrak de houten leuning en stortte met het viertal in het kanaal. Van de 4 passagiers redde een zich door zwemmen en aan de overigen werd een vaarboom toe gestoken door een schipper, die juist met zijn schuit voorbijvoer. De meeste moeite had men met de dame, die, hevig door den schrik bevangen, in het water van haarzelve dreig de te vallen. Nadat allen op het droge gebracht waren, werden zy met een inmiddels op hun verzoek ontboden rijtuig huiswaarts gebracht. Een geluk was 't, dat de automobiel in den val niet onderstboven keerde. De autocar kwam op de wielen in het water terecht, maar zonk dadelijk. Slechts de lantaarn bleef boven water zichtbaar. zamen, die zich willen wapenen voor het mogelijke verwijt laterwaarom hebt ge mij niet gewaarschuwd! was hij blind. Carolyue zag op zijn levendig bewogen gelaat duidelijk zjjn mismoedigheid. Niet slechts om den jongen man gerust te stel len, wiens lijden ze wel begreep, maar ook om zichzelve beter te verklaren, zeide ze „Wanneer ik zulk een weg gaan wilde, zou ik, mijn natuur getrouw, vooruit elke moeilijkheid in bijna onverdraaglijke dui delijkheid en grootte willen zien en dien weg toch gaan „O, ik wist hetriep hij. „Ik wist, dat u mij zoudt begrijpen." Hij vergat zijn mismoedige opwelling van zooeven. Stormachtige hoop en geluk vervulden hem. Hij liep do kamer op en neder, zijn oogen schitterden. Met waar redenaarstalent, beschikkende over een kleurigen woor denschat zonder gelijke, die gloeide van een meesleependen hartstocht, ontwierp hij de plannen voor de eerste jaren. Caro- lyne Wallraven moest hem niet houden voor een die fantaseert, voor een dwaas! Hij schilderde den strijd, die hem te wachten stond, in de donkerste kleuren, totdat het hem zou gelukken door een reeks artikelen de opmerkzaamheid op zich te vestigen, zoodat men hem den redacteurspost zou toevertrouwen. Hij scheen heel goed te ge voelen, wat teleurstellingen en vernederingen hem ook dan nog wachtten, by beschreef den hopeloozen verkiezingsstrijd. Eindelijk kreeg hij een mandaat te vervullen. Hij sprak voor de eerste maal in den Rjjksdsg. De natuur had hem de gave geschonken, steeds het treffende, teekenende woord te vinden. Zij had hem het orgaan van een Basedowsche ziekte. Er hebben zich in Nederland onder de uit Indië teruggekeerde lieden een paar gevallen van Basedowsche ziekte voorgedaan, zoo wordt nit Nederland aan De Locomotief ge schreven. „Wanneer het mijn lezers als mij gaat, zul len ze vroeger hoogst vermoedelijk nooit van die krankheid gehoord hebben. Ik heb er daarom Brockhaus' Conversations- lexicon op nageslagen en daarin vermeld ge vonden, dat de ongesteldheid, naar een zekeren doctor Basedow geheeten, het meest bij vrouwen voorkomt en, als Ik mij als leek tenminste niet vergis, in haar verschijnselen veel overeenkomst met beri-beri aanbiedt. Maar bovendien is er de pijnlijke aardigheid aan verbonden, dat de oogen uit hun kassen puilen en ten laatste zoo ver uit het hoofd staan, dat de oogleden niet meer kunnen worden gesloten en des nachts met een don keren doek moeten worden overdekt. De patiënten, waarop ik hierboven doelde, zijn mannen één hunner is overleden en na zijn dood heeft men de grootst mogelijke moeite gehad, zijn oogen te sluiten. Of de ziekte in de tropen bekend is, of daar voor het meerendeel ontstaat, heb ik in de encyclopedie niet kunnen gewaar worden." De loter ij-z w e n d e 1. Door zeven personen te WINSCHOTEN is het verzoek gericht aan den burgemeester aldaar, om alsnog de ten stadhuize gedepo neerde loten van de 5e Prov. Gron. Verloting' te onderzoeken. Men wensclit te weten, of de loten met zwarte ringen ook de onverkochte kunnen zijn, daar in den beginne van de trekking juist deze werden getrokken. („Pr. Gr. Ct.") Ongeluk te Enschedé. De 14-jarige Eroukje Broekhuizen geraakte in de spinnerij Noorderhagen der firma Van Heek en Co. te ENSCHEDÉ tusschen de walzen der droschmachine. Zij brak beide schouders en een arm en is per brancard naar het Ziekenhuis vervoerd. Haar toestand is zorgwekkend. Salarisverhooging. Naar de „Stand." verneemt, heeft de direc teur-generaal van Posterijen en Telegraphie bepaald, dat aan beambten, tijdelijk bij die diensten werkzaam, voortaan f 1.8Ó per dag, in plaats van f 1.50 als thans, zal worden uitgekeerd. -Pech! Zondagavond in HAARLEM. Een huzaar een van het soort militairen met een goed hart, heeft een borrel gedronken en wordt opgepakt. Maar de dronkenschap is niet zoo erg en op het bureau protesteert hij. De dienstdoende inspecteur, goedig, zegt, dat-ie dan maar een half uurtje moet blijven zitten, dan zonën ze eens zien Huzaar gaat zitten, maar is er niet heel gerust op, en als 't wat drukker wordt op het bureau, neemt hij zijn kans waar en ontsnapt. Agenten hem na. Een korte jacht, straat uit, hoek om, huzaar valt en breekt zijn arm. Wou dat-ie maar was blijven zitten. Nu zal-ie toch moeten zitten, en liggen d'r bij. Als dat geen pech is De nachtportier van de Wes tersuikerraffinaderij, te AMSTERDAM, Sollie, die de gewoonte had de schoenen voor zijn nogal talrijk gezin te repareeren, had Maan dagavond, terwijl hij omstreeks half zeven daar weder mede bezig was, het ongeluk zich met een scherp schoenmakersmes in de linkerdij te treffen, zoodat een slagader geheel doorgesneden werd. heldenfiguur gegeven. Uiterlijke toevals gaven, en toch een genade-geschenk, een machtige hulp En Carolyne keek hem aan, ernstig en opmerkzaam. Hoe aantrekkelijk zag hy er uit in deze opgewondenheid Een man, in staat de massa en enkelen meè te sleepen, om mannen en vrouwen te veroveren. Dat was zooZoo iets als een zondagskind, dat de luimige geluksgodin eerst nog in de wieg der nooddruft heeft neêrgelegd, En wat de opmerkzame vrouw het meest bevielin al zijn borrelende hartstochtelijk heid, die er waarachtig niet naar uitzag, als was ze in staat verstandig nog iets terug te houden, die in alle openhartigheid de ellende evengoed schilderde als het geluk, duidde niets er op, dat hij zyn beschermers als mogelijken steun en hulp wilde benutten. En zonder twijfel zou zich de deur van een redactiebureau spoediger openen voor den lievelings-leerling van professor Wall raven, dan voor deD|alleenstaanden,vreemden, jongen Hennegall, die zonder eenige aan beveling kwam. Eu verderhet maakte haar bijna gelukkig, dat in het toekomstbeeld zijner loopbaan niet de ryke vrouw voor kwam, wier geld en positie voor hem de ladder zou zijn om hooger te komen. O, zij kende er een, die had wel eens zyn toekomstbeeld niet met zulke warme woorden geschilderd die had stil neer gezeten en gerekend. En vooral uitge rekend, hoe groot da bruidschat en later de erfenis van Carolyne Arnheim zijn kon. Toen Wigus Hennegall zich moegepraat had, haalde hij diep adem. En bijna was het, als verdween met den klank der laatste woorden ook de hooge stemming van den Aangezien de wond vreeselijk bloedde, legde zijn vrouw het eerste verband en werd later geneeskundige hulp ingeroepen. De wond bleef echter zoo vreeselijk doorbloeden, dat Sollie na een half uur tengevolge van bloedverlies overleed. De man laat een weduwe met 7 nog jeugdige kinderen na. De moord in de C e 1 e b e s s t r a a t te AMSTERDAM. De dader van den moord, Luier v. d. Laan heeft zich Vrijdagavond in handen van de politie gesteld. Tegen elf uur vervoegde hij zich aan het politiebureau Leidscheplein te Amsterdam en bekende daar, den moord te hebben gepleegd. Omtrent hetgeen Luier van der Laan voor den rechter-commissaris verklaarde, kan het volgende nader gemeld Sedert hij uit de gevangenis te 's-Hertogen bosch was ontslagen en bij zijn broeder Hendrik inwoonde, heeft hij zeer dikwijls hevigen aandrang gehad, om een moord te plegen. Dikwijls gebeurde het, dat hij onder zijn werk zat te suffen en wanneer zijn broe der dan tegen hem zeide„Slaap je weer", dan schrok hij op en was dan, volgens zijn verklaring, weer in normalen toestand, de afschuwelijke gedachte die hem kwelde en die hij tegenover niemand durfde uiten, was dan weer voor eenigen tijd verdwenen. Zaterdag, den dag dat de moord heeft plaats gehad, is in den namiddag, toen zijn broer vertrokken was en hij weer geruimen tijd had zitten werken, een oud vrouwtje aan de woning in de Celebesstraat gekomen met een paar zeer oude pantoffels, die zij gerepareerd wilde hebben. Die pantoffels waren echter zoo ver sleten, dat reparatie met meer de moeite waard was en daarover heeft hij toen nog met zijn schoonzuster staan lachen. Plotseling, zoo verhaalde hij verder tijdens het verhoor, werd hij weder door dien onweer- staanbaren aandrang aangegrepen om te moor den. Hij nam in het wilde een schoenmakersmes tusschen het gereedschap vandaar., liep op zijn zuster toe en riep: „ik moet je vermoorden" tegelijkertijd haar met het mes de doodelijke wonde aan den hals toebrengende. „Ik heb haar toen laten doodbloeden", zoo zeide hij, en toen ik merkte dat zij dood was, heb ik mij geheel gewasschen en verschoond en na al het geld bij mij te hebben gestoken, dat ik machtig kon worden, ben ik uitgegaan." Volgens zijn verklaring moet na den moord, in de dagen dat hij zich nog op vrije voeten bevond, herhaaldelijk weder die af schuwelijke aandrang bij hem zijn opgekomen om nog meer te moordenhot mag dus een werkelijk geluk genoemd worden, dat hij thans onschadelijk is. Een van zijn eerste voornemens, nadat hij het huis waar de moord gepleegd is, was ontvlucht, was om de politie op een dwaal spoor te brengen aangaande zijn kleeding. Hij had het huis verlaten met een fantasiehoed op en kocht spoedig een stroohoed, in de hoop niet zoo dadelijk herkend te worden. „Ik wilde eerst nog een paar dagen vrij rond ioopen, alvorens ik in de gevangenis ging" zoo moet hij gezegd hebben. Maandag is Luier van der Laan in Rotter dam geweest en heeft aldaar bij verschillende schoenmakers zijn diensten aangeboden. Aan een hunner moet hij te kennen hebben ge geven, naar Den Haag te zullen gaan. Ook is hij nog te Nijmegen geweest en moet daar volgens zyn zeggen, geruimen tijd met mare chaussees en agenten van politie hebben staan praten, zonder dat men de minste vermoe dens tegen hem koesterde. O ngeluk door onvoorzichtig heid. Op do tramlijn van BREDA naar ROZEN- DAAL had de heer A. Veraart uit Ouden bosch de aardigheid per fiets de tram bij te houdeD. Ongelukkigerwijze reed hij te dicht bij de tram en kwam de trapper zijner fiets onder de trede van een der wagens, waardoor hij plotseling omsloeg en men hem voor dood opraapte. De tram werd spoedig tot staan gebracht en vervoerde hem mee naar Etten, waar hij in het gasthuis is opgenomen. Hier bleek, dat hij een been en een arm gebroken had en inwendige kneuziDgen had bekomen. Tot op het oogenblik heeft hij nog geen teeken van leven gegeven, de geneesheeren verkla ren zijn toestand hopeloos. DIRKSHORN. Maandag ver- gaderde alhier 't bestuur van het Veefonds voor de gemeente Haringcarspel. Gedurende de laatste drie maanden waren verzekerd 983 runderen. De schade door twee gestor ven runderen bedroeg f 176.De omslag per rund werd berekend op 18 ets. Marktbericht van LUTJE WIN KEL, van 4 Augustus 1903. Aangevoerd 130 zak groote muizen fl. a f 1.35. Roode aalbessen 10 a 16 cent per pond. Zwarte aalbessen 9 cent per pond. Kuisbessen 7 cent per pond. ANNA PAULOWNA. Zondagmiddag ontstond aan de Kleine Sluis brand in den molen van den heer J., die spoedig zoozeer in omvang toenam, dat wel dra ook het huis, bewoond door den heer S. en de bergplaats voor brandstoffen van den heer W., in vlammen opgingen. Dank zij het wakkere optreden van onze spuitgasten en de krachtige hulp der brandspuit uit Wierin- gerwaard, slaagde men er in, de houtloods van den heer J., nog zoo goed als geheel te behouden. Alles was verzekerd, behalve de molen. ANNA PAULOWNA. Zaterdag 1 Augustus was het 25 jaar ge leden dat de heer H. J. ter Hall hier als stationschef werd geplaatst. Die dag is niet onopgemerkt voorbijgegaan. Integendeel, hij moet voor den Jubilaris geweest zijn als een goudsprankelende zonnedag op een land schap in wintersneeuw. De burgemeester dezer plaats, als woord voerder eener deputatie uit de burgerij, be staande uit de voornaamste ingezetenen, bracht den heer Ter Hall in eenvoudige, hartelijke woorden Anna Paulowna's hulde toe. Zijn Edelachtbare schetste den jubilaris als den trouwen dienstman, die het publiek niet verdeeld zag in rangen en standen, maar immer handelde zonder aanzien des persoons als den burger, die een kwart eeuw hier g e- w o o n d had niet alleen, maar ook 25 jaren achtereen lief en leed van onzen polder had meegeleefd 1 Spreker was het daarom aangenaam, den jubilaris namens een groot aantal ingezetenen een couvert te mogen aanbieden, bestemd in overleg en samen werking met de familie tot den aankoop van een salon-ameublement. De beer Ter Hall, getroffen door de hulde, verklaarde niet te weten, of hij die groote belangstelling als mensch of als ambtenaar bad verdiend, maar de overtuiging in zich om te dragen dat, waar hij ook gefaald mocht hebben, hij althans nimmer iemand naar de oogen had gezien. Vele en sehoone woorden zijn dien dag nog gesproken, woorden van huide, woorden van vriendschap, woorden van innige toege negenheid en warme sympathie, en ondoenlijk zon het zijn, die zelfs ook maar in het kort overwinnaar. Zijn gelaat verduisterde plotseling. Het kreeg een bittere uitdrukking. „Het blijft misschien alles fantasie. Slechts een droom. Men ral mij voor de voeteu gooien je leven is verkocht. Ik ben een slaaf. De kluisters hoor ik rammelen Zeker, de weg dien ik gaan zou, dien kan ik niet meer inslaan men kan voor den betaalden prijs ook den jurist gebruiken. Misschien groeit er wel van mij een advo caat zonder praktijk, die door het leven hongert." Carolyne keek hom zeer verwonderd aan. Vandaag, nu hij zich niet half, maar in vrijheid aan haar gegeven had, zag ze ook voor de eerste maal deze plotselinge ver andering van hoogen moed 'tot volkomen ontnuchtering. Zij sprak het eerlijk uit, hoe haar deze impulsieve aard in tegenspraak scheen te zijn met zyn toch bij veel tegenslag be waarden wil en energie. „Ja", zeide hij, „ik lijd ook daaronder. Het is misschien de rest van de gebreken mijner jeugd. Misschien verklaart mijn ge schiedenis u alles. Ik hoop u haar morgen maar neen, morgen nog nieteen bin dende afspraak met een zeer intiem vriend Carolyne hoorde niet, wat hy verder op aarzelendeo toon nog over deze afspraak zeide. Anders had bet haar, die olies opmerkte, moeten opvallen dat hij vroeger had gezegd, geen vriend te hebben en er ook geen behoefte aan had, er een te zoe ken. Ook vriendschap was een luxe en kostte tyd en geld. Hij hoopte later meer vryheid te hebben en omgang te kunnen zoeken. iéautemmemam Neen, zij luisterde niet meer. Want haar oor vernam een gedruischver boven in huisslechts voor haar hoorbaar slechts voor haar luisterende zinnen waarneembaar. De deur van de studeerkamer van haar man was geopend geworden en weer ge sloten. Een stap ging den gang langs, kwam de trap af. Zij hoorde het, volgde het, trots de loopers in de gang en op de trap, eiken stap die gedaan werd. Nu kwam de geheimraad Wallraven binnen. Het was een breedgeschouderd man, wat corpulent en leek kleiner dan hij was. Het harig gelaat, van een zeer frisschen vijftiger, droeg een vroolyke uitdrukking. Zyn grijze, donkere oogen keken met onge wone levendigheid en intelligentie een elk byna driest in het gelaat. Er was iets stekends in zijn blik, somwylen ook iets hoogmoedig kouds. Maar er waren maar weinig menschen, die zich dat wilden be kennen. „Nu, mijn beste Hennegall, heelt mijn vrouw haar talent, om cpbruischende wen- sch6n en verwachtingen met koud water te begieten, weder eens beoefend vroeg hij lachend. „Daarin is ze een meesteres." Zy beet zich op do lippen. „Mevrouw heeft my op de moeilijkheden gewezen,die mij wachten, maar mij niets afge raden". zeide het jonge mensch. Hem scheen het, als klonk er scherpe spot in de stem van den geheimraad. W7as het dan niet meer de bekende joviale toon Of had hij Hen negall plotselirg door de eer.e ct ardero oorzaak oor gekregen voor den waren klank daarin WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 1