Donderdag 3 December 1<X)3 47ste Jaargang No. 3894 TWEEDE BEAU. Üiimenlandscli Nieuws. Uit on voor de Pers. De oorlogsbegrooting. Gemengd Nieuws. SCHAEE RAAIT. Een oude spaarpot. Men meldt aan het „Nieuwsblad van het Noorden" Hij was een eenvoudige turfschipper, zij een zuinig en oppassend huis-of liever gezegd schippersvrouwtje. Gezamenlijk togen zij naar het veen om turf te halen, gezamenlijk gingen zjj de vracht weer verkoopen. Hij ietwat stuursch en weinig spraakzaam, zij moestal klagende over do slechte tijden de eene vracht ging zonder verdienste, de andere met schade van do hand. Het gevolg was, dat zij nog s;eeds hun scheepje niet geheel hadden afbetaald, of schoon zij beiden reeds de zeventig waren ge passeerd. Deze maand stierf de onde vrouw plotse ling aan een hartverlamming, treurig voor den ouden schipper. Het blijkt nu echter, dat het zaakje niet zoo slecht is geweest als zij zelf willen doen voorkomen. Overal in het scheepje is geld gevonden, naar men zegt meer dan f 3000. Er was papieren geld bij zoodanig verscheurd, dat het slechts door bij elkander plakken kon worden ingewisseld. Een halve emmer vol guldens en rijksdaalders is in een uithoekje van de kiel van het schip gevonden en deze waren zoo vuil, dat de oude schipper ze iu een emmer met sodawater heeft neergezet en ze daarna met een bezemsteel door elkaar heeft moeten roeren om er weer eenige kleur op te krijgen. Een paar dagen geleden be vonden zich op de stoomboot De Beer, varende van GORINCHEM naar HETJSDEN. eenige jongelieden uit Poederooijeu en Aalst, die hunne medepassagiers met angst vervulden en de reis tot een marteling maakten, door, in hooge mate onder den invloed van sterken drank, onophoudelijk te vechten, waarbij zelfs de messen gebruikt werden, zoodat de kajuit een slagveld in het klein geleek. Met moeite gelukte het eindelijk de bemanning der boot, de grootste vechtersbazen te Andel aan wal te zetten, waar de strijd werd voortgezet. Eenige jongelieden uit Poederooijen hebben een jongen uit Aalst toen vreesolijk toege takeld, geslagen en zoodanig op het hoofd getrapt, dat hij door de kneuzingen en het bloed onherkenbaar was De verwonde heeft zich nog voortgesleept naar Aalst, en is daar aan de gevolgen zijner mishandeling overleden. Van het e i 1 a n d TEXEL s c h r ij ft men aan het N. v. d. D. Er worden thans aBn de kust belangrijke storingen waargenomen in het regelmatig afwisselen van ebbe en vloed. Deze afwisse ling geschiedt gewoonlijk om de 6 uur, doch Vrijdagmorgen duurde de vloed vlak aan de kust slechts 3'/j uur, terwijl op Texelstroom den geheelen dag ebbe werd waargenomen. De branden in ,,'t Haantje". Naar wij uit vertrouwbare bron vernemen, zegt het N.v.N., moet bij het onderzoek, door deskundigen ingesteld naar de onlangs in de bierbrouwerij ,,'t Haantje" te AMSTERDAM voorgekomen branden, gebleken zijn, dat er meer dan waarschijnlijk boos opzet in het spel is Zooals men zich zal herinneren, is in die gebouwen tot vier maal toe binnen den tijd van tweemaal vier-en-twintig uren brand uitgebroken. De eerste maal was er oen begin van brand in de bekapping boven een der zoldeis; den tweedon keer brandde het in de tonnenbewaarplaats, twee zolders lager dan waar de eerste maal de brand was; den derden keer moest de brandweer uitruk ken voor een brandje in de kuiperij, een ge bouw door een flinken steenen muur geschei den van dat gedeelte, waar de beide vorige branden hadden plaats gehad het overvlie gen van vonken was dus beslist uitgesloten. Deze drie brandjes werden door de brand weer in den aanvang gestuit en het onder zoek moet aan het licht hebben gebracht, dat zoowel in de tonnenbewaarplaats, als in de kuiperjj boos opzet in het spel moet zijn geweest. Op verschillende plaatsen in die ge- bonwen toch werden stapeltjes brandbaar materieel ontdekt, bestaande uit voorwerpen die daar niet thuis behoorden, o. a. heiboen ders en stroo. Ten «lotte werd de brandweer voor de vierde maal gealarmeerd, en wel voor een brand op den mslszolder. Deze kreeg grooten omvang, doch de brandweer wist ook hier het vunr tot den zolder te beperken. Geluk kig had het vuur ook hier niet zoo erg ge woed of men kon nog een onderzoek naar de oorzaak instellen, en, zoo goed als zeker, moet ook hier brand zijn gesticht. Behalve vele lucifers, welke op den grond verspreid lagen, vond men er verschillende zakken lig gen, die men getracht had in brand te steken, doch die slechts even gebrand hadden. Op merkelijk is het, dat deze zakken lagen op een afstand van de plaats waar de brand had gewoed. Ook op dezen zolder werden stapeltjes brandbare stoffen gevonden, uit hei boenders, stroo en rommel bestaande. De justitie is nog steeds bezig met haar onder zoek In deze zeer verdachte geschiedenis. Op welke sluwe wijze inbre- keis zich tot in de kleinste bijzonderheden op de hoogte stellen van het doen en laten van hen, bij wie zij willen inbreken en hoe het huis, waar de inbraak zal gepleegd wor den vooraf wordt verkend, kan nit het vol gende blijken, dat het N. v. N. mededeelt: Sedert enkele weken moet, naar wij toe vallig vernamen, door enkele inbrekers het plan zijn opgevat om bij een winkelier te AMSTERDAM een bezoek te brengen. Zij hebbeD een uitvoerig vóór-onderzoek inge steld en weten daardoor, dat de eigenaar van de zaak, die reeds op leeftijd is, deze des avonds om negen uur sluit. Hij gaat dan met zijn bediende, doorgaans kort na het sluiten van zijn zaak, nit, en komt in den regel des nachts tegen half één unr alleen thuis. Ook weet men reeds, hoe zjjn huis is ingericht, en j zelfs dat de winkelier op ziin kamer een brandkastje heeft staan, waarop een z. g. Engelsch slot zit. De inbraak moet tot nu toe niet zijn geschied, omdat men voor 't oogenblik geen loopers heeft om het slot open te maken. De naam vin den wiukelier, op wi6n de inbrekers het gemunt hebben, is door ons aan de politie medegedeeld, opdat deze de noodige maatregelen kan nemen tot voor koming van het misdrijf Maandagmiddag omstreeks half drie had op het rangeerterrein bij het station ZWIJNDRECHT een ernstig onge luk plaats. De 62-jarige Pieter Steeds te Rotterdam [Feijenoord] woonachtig, deed als hnlpremmer dieDSt op een goederentrein, die eiken middag van Rotterdam komt. Hij wilde zich, zooals gewoonlijk na afloop van zijn dienst, over het rangeerterrein naar be- nedendijks begeven. Toen hij de spoorlijn overging, scheen hij niet bemerkt te hebben, dat men juist een paar wagens had los ge laten, die voor eon der fabrieken langs den dijk bestemd waren, zoodat hij met de buf fers in aanraking kwam. Hij struikelde en raakte onder de wielen van de belde wagens waardoor beide beenen ernstig verwond wer den een daarvan werd afgereden, het andere versplinterd. Dr. Stoutenbeek uit Zwijndrecht verleende de eerste heelkundige hulp. De gekwetste werd per trein uit Zwijndrecht naar Dordrecht vervoerd, waar men hem naar het ziekenhuis overbracht. De toestand van den gekwetste was toen zeer ernstig. In het ziekenhuis werd het verbrijzelde been nog geamputeerd, maar niets mocht meer baton en omstreeks 6 uur overleed de man. De on gelukkige laat eene weduwe met 6 kinderen achter. [D. 0t.] Hulde aan H. M. de Koningin- Moeder. De hoofdcommissie tot het brengen van eene bijzondere hulde aan H. M. de Koningin- Moeder ter gelegenheid, dat het iu Januari a. s. 26 jaar geleden zal zijn, dat H. M. als Koningin der Nederlanden Huren intocht deed hier te lande, is samengesteld. Die hoofd-commissie is overtuigd, dat de meest welkome hulde, welke het Nederlandsche volk bij deze gelegenheid aan de Koningin- Moeder zou kunnen aanbieden, het bijeen brengen van een flinke bijdrage voor Hare stichting Oranje Nassan's Oord zoude zijn. Welk bedrag aan het „Emmafonds" tot tege moetkoming in de verpleegkosten en welk bedrag aan de stichting zelve zou ten deel vallen, zou ter beslissing van H. M worden gelaten. Ten einde hiervoor de gelden bijeen te brengen, wordt aanbevolen, in iedere gemeente eene plaatselijke commissie te organiseeren, die de middelen zal beramen om hot beoogde doel te bereiken. Aan de plaatselijke commissiëa wordt ge heel overgelaten om te beslissen omtrent de wijze waarop gelden zullen worden bijeen gebracht, hetzij door inzameling van giften hetzij door uitvoeringen van verschillenden aard met geldelijke opbrengsten, bet zij langs andere wegen. Behoudens viering van den algemeenen herdenkdag op den 22sten Januari a. s. door te vlaggen als anderszins, wordt ook aan de plaatselijke com missiën overgelaten, om het tijdstip te bepalen waarop de te beramen middelen zullen worden uitgevoerd, mits voor 1 Mei 1904. Moord op de Raamvest te HAARLEM Het „Haarl. Dagbl." meldt: „Naar aanleiding van enkele uitlatingen, door iemand gedaan en In verband met inbra ken in den laatsten tijd te Haarlem gepleegd, is door de Justitie een nieuw onderzoek, thans in geheel andere richting, gelast in de moordzaak van mej. Van Weemeu." In den nacht van 29 op 30 Mei 1902 is, zooals men weet, in hare woning aan de Raamvest te Haarlem vermoord werd althans des morgens dood gevonden mej. Van Wee- men, een zonderling alleen wonend oud vrouwtje. Van dien moord werd verdacht Frans Rosier, door de publieke opinie als de dader aangewezen. De Justitie spoorde Rosier op, hetwelk leidde tot diens veroordeeling wegens afpersing onder bedreiging met moord van mej. v. D. te Haarlem het feit waarvoor Rosier thans in de gevangenis zit. Het gelukte echter de justitie niet, aan wijzingen te vinden, die tot gegronde ver moedens tegen Rosier aanleiding gaven, en van welingelichten vernam men toen reeds, dat zij op een dwaalspoor waren, die meen den, dat de moord op juffrouw Van Weemeu het werk van Rosier was. De zaak geraakte in het vergeetboek, totdat dezer dagen door iemand tegenover een journalist uitlatingen werden gedaan betreffende een persoon, wiens naam in verband met gepleegde inbraken werd genoemd. Uitlatingen namelijk, die deden vermoeden, dat die persoon, onder het masker van buitengewone vroomheid, een zeer slecht karakter verborg. „Het was jam mer", zoo werd gezegd, „dat men dien man, op heetordaad betrapt, had laten loopen, waar door hij zich nit de voeten heeft kunnen maken, anders waren er misschien wel dingen uit gekomen van inbraken op de Raamvest. Een week voor den bovenbedoelden moord werd ook ingebroken bij de lamilio Bin een perceel naast de woning van wjjlen mej. v. Weemen. Ten huize van diezelfde familie was in den nacht van den moord een glas ruit losgesneden en in den ochtend werd in den gang een papiertje gevonden, dat onder berusting van de Justitie is gelaten. Het was een convocatiebiljet van een vergadering in St Bavo op de achterzijde waarvan geschre ven waren de volgende bijbelteksten 2 Cor. 4 vers 712, „Maar wij hebben dezen schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid der kracht zij van God en niet uit ons Zoo daD, de dood werkt wel in ons, maar het leven in ulieden." Deze teksten trokken, in verband met het gebeurde, reeds toen de aandacht, doch er kon geenerlei oonclusle j uit het vinden van het biljet worden afgeleid. Thans echter moet gebleken zijn, dat op de Zondagsschool, waaraan de nu verdachte persoon werkte, juist om dien tijd die beide teksten behandeld of ter sprake gekomen zjjn, zoodat het briefje nu misschien als aanwij zing zal kunnen gelden. Intusschen is de bewuste niet meer in Haarlem, men gelooft dat hij zich in 't bui tenland bevindt, althans volgens een van hem ontvangen brief, waarvan het afschrift nu kan worden vergeleken met dat van het convocatiebiljetje. Men verdenkt den man nu ook van een andere Inbraak, in de kermls- week gepleegd. Ook vroeger is hij reeds een maal, na het wegmaken van hem toever trouwde gelden, buitenlands geweest, doch oogenschijnlijk berouwvol teruggekeerd. Zware brand te ROTTERDAM. Maandagavond omstreeks half twaalf hoor de de heor De Joode, gérant van het Maas hotel, een ruit met knetterend gelnid naar bereden vallen. In de meening dat in zijn ge bouw een ruit brak, snelde hij naar boven om de oorzaak daarvan na te speuren. Alras bemerkte hij, dat een ernBtige ramp hem voor de deur stond. Immers, hij blikte aan de oost- j zijde van zijn hotel in een vuurpoel, die het ergste moest doen vreezen, aangezien de belen ding van het hotel, dat wordt gevormd door een groot pand van de firma O. C. J. Pluy- gers, loopende van de Boompjes tot aan de Scheepmakershaven en opgevuld met droge rijen en chemicaliën, dat in brand stond. Het gebouw is drie verdiepingen hoog aan de Boompjes-zijde bevindt zich ook het kantoor der firma. De heer De Joode zette onmiddellijk de bluschmiddelen van het hotel in werking en waarschuwde per telephoon politie en brandweer, welke laatste onmiddel lijk met groot materieel aanrukte. Geleidelijk werden acht hand-en acht stoombrandspniten in werking gesteld. Aan de Scheepmakers- haven kwam de drijvende stoomspuit der Gemeentewerken te liggen, die haar zwaren straal met zeer veel succes in de vlammen liet spelen. Niettegenstaande het krachtig optreden van de brandweer, bemerkte men tot halftwee niet, dat zij op den brand won, integendeel, telkens hoorde men in de vuurzee ontploffin gen, die de brandende stukken her- en der waarts wierpen en de vlammen opnieuw met felheid deden uitslaan. In het pand aan de andere zijde, waar de kantoren van verschil lende cargadoors en handelsfirma's gevestigd zijn, sloeg een gat in de gangmuren, ver moedelijk ook al door ontploffingen. Het Maashotel begon zelf ook gevaar te loopen. Het vnur omspeelde het dak en de hitte was zóó hevig dat de lantarens op de verschillende verdiepingen, door welke de trapgaten en corridors worden verlicht, klette rend naar beneden vielen. Het was eerst te half drie merkbaar, dat het vuur voor de geweldige watermassa's begon te wijken, en het grootste gevaar voor de aangrenzende perceelen was geweken. Omtrent de oorzaak van den brand ver keert men in het duister. Niet onmogelijk is het, dat men hier mot een geval van zelfontbran ding te doen heeft. Het pand der firma Pluy- gers is, behoudens het kantoor, totaal uitge brand. Het Maashotel zal de eerste week wal onbewoonbaar zijn. Ook de kantoren aan de andere zijde leden door het water veel. j - HARINGCARSPEL. Te Kerkbuurt in deze gemeente brak in den nacht van Zaterdag op Zondag brand uit in de landbouwerswoning van J. v. D., die echter door het krachtig optreden van de brandweer spoedig gebluscht werd. De 6chade bepaalt zich grootendeels tot waterschade. Huis en inboedel waren verzekerd. I Geslaag voor klerk bij de pos terijen de heer Jb. Blaanboer Dzn. te KOLHORN. D e Yereeniging „Denk en Doe" te KOLHORN is toegetreden tot den Bond i van Staatspensionneering. Zondag gaf het Fanfare- corps „De Eendracht" te KOLHORN een goed geslaagde uitvoering. Ook de tooneel- I werkjes, die tot afwisseling dienden, liepen goed van stapel. „Verliefd op Mevrouw" als gaande niet boven de krachten der mede werkenden beviel daarvan het best. Een paar avonden van te voren, toen het corps voor de leden optrad, werden weer een 16- tal aandeelen uitgeloot. Als nn over eenigen tijd de laatste 11 aandeelen dien weg volgen, is het corps vrij van schulden. - HARINGCARSPEL. Dat een geheel schip door den storm opge nomen en elders buiten zijn element neerge zet wordt, behoort zeker tot de zeldzaam heden. Daarom zij nog vermeld, dat dit bjj den storm van Zaterdag 21 November wer kelijk heeft plaats gehad. In den polder Speketer stond de bouwer M. Bommer tijdens den storm voor de deur zijner woning, toen hij. door de duisternis, in de lucht een groot voorwerp zag naderen, nu eens rijzende, dan weer dalende. Wat het i was, kon de man niet onderschelden. Den volgenden morgen bleek hem evenwel, dat een in de ringvaart liggend schuitje een- I voudig door den storm was opgenomen en na het bovengenoemde luchtreisje gemaakt te hebben, op den akker bij zijn woning was neergeworpen. tVergadering van de IJsclub „Eendracht maakt macht" te ANNA PAU- LOWNA, op Zaterdag 28 Nov., in Veerbnrg. Aanwezig 14 leden. Na het openen der vergadering worden de notulen gelezen en met een paar opmerkingen goedgekeurd. Allereerst komt aan de ordereglements wijziging. De IJselub is aangesloten bij den Ijsbond en moet nu koninklijk goedgekeurd worden. De secretaris doet voorlezing van een ont- i werp, dat na eenige opmerkingen en toelich tingen ten slotte wordt goedgekeurd. Alleen worden met het oog op het weinige aantal geschikten voor bestuursleden, deze allen ter stond herkiesbaar verklaard. De contributie bodraagt voor leden f 1, voor inwonenden van leden f 0 25 (tonder stem recht op de vergaderingen) en voor donateurs minstens f 2.60. Het tweede punt is rekening en verant- woording. Door een commissie, de heeren J. Oostra bestuur stelt zich voor, spoedig met een nieuw plan te komen. De derde mededeeling, dat een der bestuurs leden lid van 't Bondsbestnur is, eindigt met het voorstel, vergoeding te verleenen voor het bezoeken der Bondsvergaderingen. Ofschoon alle leden dit billijk vinden, wordt er nog heel wat gepraat vóór eindelijk het voorstel-Oostra 2e klas reis- en f 2.60 per dag verblijfkosten met kleine meerderheid is aangenomen. Bij de rondvraag geeft de heer Speets in overweging, schoonrijderij te houdenniet hardrijden. De heer K. A. Kaan haalt de spoorbrug-kwestie weer op, doch alweer komt er geen resultaat, ondanks voel gepraat. De Voorz. sluit eindelijk de vergadering. De „Prov. Gron Crt.", besprekende het eindcijfer van de oorlogsbegrooting voor 1904 f 26.648.952 meent met „vele leden" (in het Voorloopig Verslag) dat dit hooge bedrag groote bezorgdheid moet wekken en wijst daar in het bijzonder op, omdat de oorlogs begrooting wel weer „in een vloek en een zucht" onder den hamer zal doorgaan. „Het zou wel overweging verdienen" zegt het blad, „om de laatste hoofdstukken oor log en waterstaat die jaar in, jaar uit in één herrie, voor eene Kamer die dood-op en prikkelbaar is, aan de orde komen, eens het eerst onder handen te nemen, opdat zij rustig afgehandeld konden worden. Maar tijd of geen tijd dat het snoeimes in de alweder aangedikte ooilogsbegrooting terdege gezet wordt, is vurig te wenschen. Er kan van groote sociale hervormingen niets komen, als van de belastingen, die reeds haar hoogte punt hebben bereikt, het leeuwenaandeel wordt opgeslorpt door oorlog. En men moet, na het gebeurde in de vorige week, ons ook niet meer wijs maken, dat daar iedere gulden meer, dien men vraagt, iedere verzwaring waarmee men komt aandragen, op de „ware" verhaal. Een jong Duitsch organist, die voor eenige weken op bezoek was bij kennissen in de Russische hoofdstad, kocht daar in een winkel een pet. Toen hij, na een wandeling door de stad, 's avonds thuis kwam, ontdekte hij in de zakken van zijn overjas twee goed gevulde beurzen. Men kan zich de verbazing van den jongen Duitscher voorstellen. Toen echter ook den volgenden dag een waudeÜDg eenige surprises in den vorm van beurzen, gouden horloges en ringen, opleverde, en het zonderlinge verschijusel zich weer een dag later herhaalde, werd het „gelukskind" bang en stelde hij de politie in kennis met het gebeurde. Deze begon met inlichtingen te vragen bij den pettenkoopman, die verklaarde, dat eenigen tijd geleden een onbekend persoon zich bij hem had vervoegd met een lap goed van bijzondere stof en had verzocht, daarvan 12 petten van een eigenaardig model te maken. Dat was dan ook gebeurdmaar daar de pettenfabrikant nog wat van het goed had overgehouden, maakte hij nog een dertiende pet, die aan den Duitscher was verkocht. De politie verzocht nu den orgsnist, weer zijn gewone dagelijksche wandeling te gaan doen. maar gaf hem een paar rechercheurs mede, die in opdracht kregen, den Duitscher op eenigen afstand te volgen en scherp in het oog te honden. En werkelijk ontwaarden de speuiders, dat zich nn en dan plotseling een man nit de menigte afscheidde, op den Duitscher toeliep en hem een voorwerp van waarde in den zak stopte. Al die mannen droegen een pet van dezelfde stof en hetzelfde model als het hoofddeksel van den organist. Toen was alles duidelijk. De pettendragers vormden samen een zakkenrolletshende zoodra ergens een conp gelukt was, begaf de dader zich in het gewoel en duwde het gestolene den eersten collega, dien hij ontmoette, in den zak. De pet diende tot herkenningsteeken. Al heel spoedig waren nu de twaalf dieven ingerekend. Van honger bezweken. Te West Wyoombe, Engeland, is een boerenarbeider, Barnet, 66 jaar ond, van in des ministers van oorlog ernstig streven om zijne eischen tot de noodzakelijkheid te beperken, is er na zijne retraite van de vorige week niet op vooruitgegaan. Het moet de Kamer nog behoedzamer maken." van last, goudschaal gewogen en nit het oogpunt der g0brek omgekomen onder zeer bijzondere strikte noodzakelijkheid, van alle kanten en j omstandigheden. In Mei 1901 had de onge- dan nog eens bekeken wordt. Hetjertrawen j lukkige bij ongeiuk bijtend vocht gedronken, i bestemd voor 't schoonmaken van ketels, en dientengevolge het vermogen om te slikken verloren, zoodat hij met vloeistoffen door een I buisje moest gevoed worden. Spoedig ont- stond er zulk eene verstopping in den slok- darm, dat dit ook eindelijk niet mogelijk was en men een buis tusschen zijne ribben door moest steken. Op deze wjjze ging de voeding echter zoo onvoldoende, dat de arme man ein delek van honger bezweken is. Stom maar niet stomverve- lend was een feest, dat in de afgeloopen i week te Parijs gevierd werd. In een restan- i ant aan de Avenue de la Grande Armée was door de Vereeniging voor doofstommen een j gezellige bijeenkomst georganiseerd, die druk bezocht werd. Het spreekt vanzelf, dat er geen leven gemaakt werd, maar toch heerschte er veel animo. Tal van vinger redevoeringen werden gehouden, en nadat het feestprogramma was afgewerkt, werd gedanst. De eigenaardigheid hierbij was, dat de paartjes het zonder mnziek en orkest deden. T e N e w-Y ork weten de men- schen, die veel geld hebben, soms van gek heid niet wat zij doen zullen. Zoo is het er j sedert een poos mode geworden, in de Chineesche restaurants te gaan dineeren. En daar eten zij dan, wat in de Chineesche keu ken volgens Chineesche recepten is klaarge maakt. Ziehier het recept voor een bjj uitstek I Chineesch gerecht „Chrysanthemum fritures. Neem een chrysanthemum, wasch de bloem zorgvuldig, trek de bloembladen uit en doop j ze in een mengsel van geklopte eieren en meel, neem ze er uit en iaat ze goed weken in kokende olie, laat de bloembladen een halve minuut op wit papier liggen om op te drogen, bestrooi ze met witte suiker en dieD ze op." Het recept is zeer eenvoudig. Of het gerecht lekker is, is een andere zaak. Maar wio graag Amerikaansch doet of Chineesch kan het eens probeeren. Alles voor reclame. Hoeveel graankorrels gaan er in een flesch een liter inhoud en hoeveel wegen die De Lanterne bevat een onge looflijk verhaal. In een klooster, dat het blad met name aanduidt, zou het Jijk der vorige abdis Eijn opgegraven en tentoongesteld voor ds zusters, die het daarop eerbewijzen kwamen brengen en kusten, niettegenstaande de ont binding reeds vrij ver gevorderd was. Daarna en P. Kaan, wordt alles nagezien en in orde bevonden. Op hnn voorstel wordt dan ook de rekening goedgekeurd (ootvawrsten f 282.17, uitgaven f 86 82s, batig saldo f 195.847j) en de penningmeester bedankt voor zijn uitstekend beheer. Tot bestuurslid wordt met 9 van de 14 stemmen herkozen de heer K. L. van Gorkom. Ten slotte doet de voorzitter de volgende mededeelingen den beschrijvingsbrief voor de Bondstentoonstelling heeft het bestuur ter zijde gelegd, omdat het toch niets wist in te zenden de hardrijderij in 't vorig seizoen is om den dooi uitgeeteld moeten worden, doch het korrels Voor het juiste antwoord op deze i zou het weer aangekleed zijn en zouden daar- allergewichtigste vragen had een Parijseh 1 A 1 ,J blad een prijs uitgeloofd, en duizenden men- schen waren aan 't raden gegaan. Een verze gelde flesch vol graankorrels was gedeponeerd in een brandklnis van een Parijsche Bank en is nu met veel formaliteiten geopend gewor den. De telling en de weging van de korrels hadden plaats ten overstaan van een commis sie met een senator, den heer Strausz, tot voorzitter. Ook een officier en een jurist met een ridderlintje hadden zich voor het lid maatschap van deze hooge commissie laten lijmen. De flesch bleek te bevatten 896.888 korrels,die een gewicht hadden van 1 kilogram, 904 gram en 8decigram. Een blikslager kreeg een prijs van 26.000 francs, hij had het aantal korrels precies geraden en was met het gewicht ook i maar weinig mis1 kilogram 885 gram had hij gezegd. Ruim twintig anderen hadden het aantal korrels ook goed geraden, maar waren verder van het juiste gewicht af geweest. Zij allen krijgen ook een pijjs. - Het natste. De Londensche pers maakt bekend dat het jaar 1903, ofschoon er nog een maand aan ontbreekt, reeds het natste is, waarvan men heugenis heeft, sedert de regenval, in het jaar van Waterloo, voor het eerst officiëel ge meten werd. De volgende opgave wijst de waarnemingen van verschillende meteorolo gische stations voor de natste jaren aan Meteo rologisch bureau te Brixton, van 1 Januari tot 29 November, 36.84 Eng. duim; obser vatorium van Greenwich, over 1824, 868; St. John's Wood over 1862, 86.1observato rium van Oreenwich 1821, 84.6Regent's Park 1879, 84 29 Camden Square 1878, 84.08, observatorium van Greenwich 1862, 34.01 meteorologisch bureau te Brixton 1879, 81.99 EDg. daim. Het socialistische orgaan „Avanti" bevat een verhaal over een onge hoorde barbaarschheid aan boord van een Russisch oorlogsschip, dat te Spezzia heeft vertoefd, of er misschien nog is. De comman dant van den Rnssischen kruiser „Aurora" vroeg dezer dagen de overheid te Spezzia verlof om binnen de haven een zeeman terecht te mogen stellen, die zich des doods schnldig had gemaakt door een officier te slaan. De vergunning werd van Italiaansche zjjde geweigerd, waarop de kruiser zee koos om reeds den volgenden dag terug te keeren. Maar middelerwijl had de executie plaats gehad en wel op de volgende beestachtige wijzede man was aan een kabeltouw gebonden en tot drie malen toe gekielhaald. Eerst bij de derde onderdompeling bezweek de ongelukkige. Een tooverpet. Uit Petersburg meldt men het volgende bij een dag lang ceremoniën zijn vervuld. Eerst tegen den avond werd het lijk opnieuw begraven. Men zou dit verhaal met stilzwijgen voor bijgaan, zoo de Lanterne niet tevens berichtte, dat de radicale afgevaardigde Panl Meunier in de Kamer de Regeering over 't geval zal interpelleeren. Gedingen, waarin een vrouw schadevergoeding eischt van den man, die zijn trouwbelofte aan haar verbroken heeft, zijn in Engeland zeer gewoon. Donderdag behandelde een rechter te Londen het onge wone geval van een man, die een dergelQken eisch instelde tegenover een vrouw. Ham- mond-Chambers, een werktuigkundig inge nieur, beweerde, dat een dochter van een Van den Bergh, een welvarend man van zaken nit de City, hem tronw had beloofd. Haar vader wilde echter van het huwelijk niets weten. De dochter verbrak daarop de verloving en trouwde met een ander. De eischer vroeg nu schadevergoeding; hij had o. a. 90 pd. st. voor meubelen uitgegeven. De gezworenen gaven hem gelijk en wezen hem 260 pd. st. schadeloosstelling toe. Een vreeseljjk ongeluk heeft te Mechelen aan een moeder en haar twee dochters van 28 en 20 jaar het leven gekost. Tengevolge van de regens was een van de gewelven der beken, die onder de stad loopen, ingestort. Toen Zondagavond de weduwe Schoeters, wier huis boven dit gewelf staat, in den kelder was gegaan om een emmer steenkool te halen, zakte plotseling de vloer in en viel de vrouw in de zeer ge zwollen rivier, die daar „het hellegat" heet. Op haar geschrei liepen haar dochters toe. De oudste onderging hetzelfde lotde jongste werd nog gegrej>en door haar broertje die inmiddels ook de trap was afgedaald, en zich met de andere hand aan de leuning vasthield. Zijn roepen werd evenwel door niemand ge hoord en de arme jongen moest weldra den zwaren last loslaten, waarop ook het derde slachtoffer in de diepte verdween. Eerst na eenige uren werden de lijken der drie vrouwen opgehaald. Een voorbeeldeloos tooneel heeft dezer dagen te Rome voor de rechtbank plaats gehad bij de behandeling van een rechtsgeding wegens laster, door admiraal Bettolo als minister van marine in het vorig Kabinet, tegen den socialistischen afgevaar digde Ferri en zijn orgaan de Avanti ingesteld. Een aanzienlijk indnBtriëel word als getuige gehoord en de advocaat des heeren Bettolo, stelde hem de vraag „Zoudt gij ook het doel knnnen aangeven van den lasterveldtocht des heeren Ferrl en der Avanti Op deze woorden sprongen Ferri en zijne

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1903 | | pagina 17