laar ift tuil!
3928.
bank te Alkmaar.
Zitting van Dinsdag 29 Maartl904.
Zondag 3 April
Aftate Jaargang No.
^nERHE BLAD.
raonU--
1904.
Indeitijd door den Directeur Generaal van het diertje omgeeft. Zóó in het lichaam van
Landbouw, den heer ME Sickesz, over de I een schaap of ander dier overgebracht, ont-
Laodboawschool te Wagcningeu gegeven, wikkelen zich de teverbotten. Waarschijnlijk
welk ongunstig oordeel nu door den Minister I jg het, dat de schapen deze diertjes met het
water indrinken, of met het voedsel op lage
drassige landen opnemen. In vochtige jaren
komt de botziekte veel inaer voor, dan in droge
jaren, en men veronderstelt, dat sommige
planten de verspreiders dier ziekte zijn. Voor-
van Binnenlandsche zaken is onderschreven.
Het aanhalen van het ongunstig oordeel
over de Landbouwschool te Wageningen
I geeft den heer J. Breeoaart Kz. aanleiding,
j tegen die uitdrukking van den Minister van
Binnenlandsche Zaken te protesteeren. Spr.beelden haalt de heer Schenk aan om aan te
van de Vereen i-
van den Landbouw
Noorderkwartier, gehouden op
30 Maart 1901, des morgens te
Woensdag ^et lokaal van den heer P.
10 V
nar,
^OGNUM.
Best Jf- heer J. J. Winkel, opent de
D® .Hne' met te verklaren, dat het met
vergaaan^rocm pre8jjinm
eeo'g^1 hgj jjenomen. maar zijl beste krach-
Z'zal wijden aan de belangen van
deze
beweert, dat voldoende is bewezen, dat die
inrichting van Landbouwonderwijs heeft
afgeleverd mannen, die veel goeds voor den
landboaw hebben gedaan.
De heer Dr. v. d. Zande kan zich met het
idéé van den heer Boeke niet vereenigeh,om zoo
mair klakkeloos te zeggenwe moeten hebben
Hooger Landbouwonderwijs aan een universi
teit, voornamelijk omdat het zoo Is in Duittch-
land. Spr. wijst op Denemarken, een landje,
dat heeft bewezen wat te prest eeren op het
gebied van den landbouw. Denemarken jnist
toonen, hoe korten tijd een schaap noodig
heeft om botziekte op te doen. Botziekte heeft
als gevolg geheel onvoldoende voeding voor
het lichaam en de beesten worden traag en
afgemat, vreten minder, drinken meer, het
herkanwen geschiedt op onregelmatige wijze
en het dier begint weldra te lijden aan bleek
zucht, in het laatst vertoont zich afvelling
van den buik en diarrhée. Aanbeveling ver
dient het schoonhouden van slooten, opdat
men planten verwijdert, die de ziekte ver
spreiden, en het toedienen van kenkenzont.
ten zal wgueu i
WflCigw|t er op, hoe in den laatsten tijd
beweging ontstaat, die meent, dat alleen
j*11 wactische landbouwer moet worden ge-
jpleegd omtrent landbouwbelangen, omdat
r?.a arover het best kannen oordeelen; daar
verschilt Spr. met hen van meen ng, omdat
hij meeat te mogen wijzen op het feit, dat de
mannen der wetenschap de landbouwers heb
ben gewezen op het groote belang, dat er is
O-eieren voor den landbouwer in het gebruik
van "hulpmeststoffen. Eveneens meent Spr. te
mA«ren wijzen op de aanwijzing door de man-
m0ge,or wetenschap, dat de melk van de
«ene koe minder waardig is, dan de melk van
_a„re zoodat het betalen der melk op
reeds hier en daar veel aanhangers
gehalte daarom een behoefte, hnlde
hengen aan de mannen, die reeds iri 1871
het gevoelden, dat er meer ontwikkeling
moest komen onder hen, die het landbouw-
£drnf uitoefenden en daarom het initiatief
namen tot het oprichten dezer vereeniging.
Waar Spr in deze vergadering vindt een
breede schaar van practische landbouwers en
der wetenschap, daar meende hij,
hier aanwezig waren de krachten
Wij
wat
wat
met
hier in Nederland moeten niet vragen
heeft men elders, maar voornamelijk
hebben we noodig, rekening houdende
den aard van bodem en bevolking. In
heeft een aparte Hoogeschool voor landbouw. Inleider heeft dat alles meegedeeld, opdat
heeren deskundigen zich eetis ernstig met
deze zaak zullen bezig honden, om zoo moge
lijk een middel ter genezing te vinden.
Tot leden van het bestuur worden benoemd
de heeren W. C. Duid, Wogmeer J. Zijp Kz.,
Venhuizen en H. Jb. Avis te Mldwoud.
Tot Voorzitter wordt gekozen de heer J.
Koopman te Beemster en tot plaats voor de
volgende vergadering Alkmaar.
De beer C. Nobel leidt in het voorstel van
het bestuur, om de unjerproeven voort te
zetten. Deze proef zal evenals de vorige maal
worden genomen met kunstmest en hooien.
Bemerkt men nu met de proef vermindering
van den nnjer, dan kan men volgend jaar
mannen
dat 'samenwerkende, veel kunnen bijdragen
bevorderen van den bloei van den
die,
tot het
L Hiennède verklaarde Spr. de 70ste algemeene
vergadering voor gapend.
Daarna worden door den heer W. Teengs
de zeer uitgebreide notulen gelezen, die onder
luid applaus worden goedgekeurd.
De Voor/, doet vervolgens eenige medodeelin-
,.en waaruit we vermelden: dat het ledental
der vereeniging bedraagt 164 met drie zoons
van leden; dat aan de Regeering f 260.—
was aangevraagd voor drukkosten van de
bekroonde prijsvraag voor kaasfabrieken en
dat die subsidie door de Regeering was ver-
leënd-
Aan den Ministei van Binnenlandsche Zaken
zal een dankbetuiging worden ingezonden
voor hetgeen hij heeft gedaan voor de ver
laging der wik- en weegloonen, maar daarbij
tevens de mededeeling, dat de Vereeniging
hoopte, dat in dezelfde richting zon worden
voortgegaan.
Van de Regeering was bericht ingekomen,
dat de vrije beschikking was te verkrijgen
van het serum voor dè inenting van varkeDS
tegen de varkensziekte. Dit serum was zoo
duur, dat heeren veeartsen voor het inenten
van een varken f 2.— moesten hebben. Nu
dit serum gratis is te verkrijgen, zal f 0.80
per varken genomen mogen worden.
De aandacht wordt er door den Voorz. op
gevestigd, dat Noorderkwartier voor de acht
eerste ierkelders, die worden gebouwd, f26.
subsidie geeft.
Het bestuur adviseert om aan de tentoon
stelling te Enkhuizen geen subsidie te ver-
leenen, omdat Indertijd is besloten, dat Noor
derkwartier geen subsidies aan afdeelings-
tentoonstellingen zal geven. Algemeen goed
gevonden.
Door de Groninger Maatschappij van
Landbouw en Nijverheid is indertijd aan de
leden van de Eerste en Tweede Kamer, aan
Landbouw-Maatschappijen en Landbouw-
vereenigingen, een missive gezonden, waarin
adhaesie werd gevraagd voor een adres aan
den Minister van Binnenlandsche Zaken,
waarin Hooger Landbouwonderwijs werd
gevraagd en dit Hooger Landbouwonderwijs
niet te geven aan een aparte Hoogeschool
daarvoor, maar te verbinden aan een
bestaande universiteit.
De inleider van dit punt, de heer Dr. Seheij
oit Hoorn, stelde namens het bestuur voor, over
dit gewichtig punt, dat niet anders dan na
ernstige studie kon worden beoordeeld, in deze
vergadering geene beslissing te nemen, maar
het in een volgende vergadering te behandelen.
De heer Boeke van Groningen doet zich
kennen, pottende nit de ervaring in andere
landen, voornamelijk in Dnitschland, opgedaan,
als een voorstander van het idéé van de
Groninger Landbouwmaatschappij, om het
Hooger Landbouwonderwijs aan geen aparte
Hoogeschool te geven, maar aan een bestaande
universiteit, daaraan verbindend het advies,
DuitsckJand bijv. heeft men eec categorie var
menschen, als landjonkers enz., die voorna
melijk dergelijke Hoogescholen bevolken. Die
categorie van menschen hebben wij hier niet,
en meer voorbeelden zijn er, die bewijzen, dat
de behoeften bier en daar verschillend zijn.
Wij hebben noodig Hooger Landbouwonder
wijs, maar gebaseerd op onze behoeften.
De heeren W. C. Visser, dr. Ott de Vries en
C. Nobel verklaren, dat het onderwijs aan de
Landbouwschool te Wageningen zeer gun
stige resultaten heeft gegeven en gerust de
vergelijking met het landbouwonderwijs in
het buitenland kan doorstaan.
Er wordt besloten, dat het bestuur in de
volgende vergadering met een voorlichting
in deze zaak zal komen.
Het jaarverslag over 1903 zal den leden
gedrukt worden toegezonden.
De Commissie tot het nazien der rekening
rapporteert, bij monde van den heer K. A.
Kaan, tot goedkeuring der rekening, waartoe
de vergadering besluit.
Door den heer Dr. Seheij wordt een zeer
uitvoerig rapport uitgebracht over zijn werk
zaamheden over het jaar 1903.
Het jaarverslag der Pachtcommissïën gaf
aan, dat twee schattingen hadden plaats
gehad, één In het 4e en één in het 3e district,
en dat één taxatie was gedaan tot tevreden
heid van beide partijen.
Door den heer R. Visser Lz. werd rapport
uitgebracht over de voederproeven met ver
schillende maissoorten bij varkens. Gevoerd
was met mixed mals of platte mais en met
La Plata of ronde mais. De eerBte was hooger
in prijs, dan de laatste, en nn was het doel
van de proef geweest, uit te maken, of het
meerdere geld, dat voor de mix d mais wordt
betaald,goed was besteed, dus rente-gevend kon
worden genoemd.Het resultaat,waartoe de com
missie was gekomen mot haar onderzoek, was,
dat het zeer waarschijnlijk genoemd kon
worden, dat de ronde mais even goed was als
de platte, dus dat het mogelijk was aan te
bevelen te voederen met die mais, die het
laagst in prijs was. Door de slagers werd
geen onderscheid gemaakt In de kwaliteit van
gpek en vleesch.
De heer J. J. Winkel deelt, naar aanleiding
doorgaan, zoo niet dan zullen de proeven ge
staakt worden. Een crediet van f 176. wordt
gevraagd. Allen voor.
Het voorstel tot het aanleggen van aard
appelproefvelden waarvoor een crediet van f'160
noodig is, wordt eveneens aaügeDomen.
De heer Nobel deelt mede dat het doel van
deze proef is tweeledigle Onderzoeken wat
beter is poters van Zeenwsche blauwen, die
3 jaar lang met zorg zijn gesorteerd van de
beste stoelen, of poters van 3 variëteiten nit
zaad geteeld. 2e Wat verdient de voorkeur
groote poters of kleine poters. Aan de regee- uitmuntende leiding,
ring is voor deze proef een subsidie van f 150.De vergadering werd bijgewoond door 62
gevraagd. leden en 16 gasten.
De heer J. Koopman leidt in het voorstel
het opleiden van veeverloskundigen. Spr. be- AITOIISSeiïieiltS KeCllt-
pleit warm het opleiden van veeverlosknndigen
matie wordt toegestaan.
Is het opmaken van kaas onder de wei of
in dien geest, een doelmatig middel tot be
strijding van geluii in de kaas Dit punt
wordt ingeleid door den heer C. Nobel. Spr.
zegt, dat door hem 4 jaar geleden in het
Landbouwweekblad is bekend gemaakt een
middel, dat doeltreffend is gebleken tegen bet
geluid in de kaas. Dat middel bestaat een
voudig daarin, dat men bij het In den kaaskop
brengen van den wrongel er zorg voor moet
dragen, dat er geen lucht in de kaas wordt
ingesloten.
Spr. heeft zich er niet aan gewaagd, een
verklaring van het verschijnsel te geveD, maar
alleen meermalen het succes van deze be
reiding geconstateerd. Het wordt daarom tijd,
om door een meer uitgebreide proef zekerheid
te krijgen omtrent de waarde van deze methode
en daarom wordt voorgesteld daarvoor f 100.
nit te trekken. De bedoeling is, om op eenige
fabrieken en boerderijen, waar men met dit
gebrek te kampen heeft, de helft van de kaag
te bereiden op de daar gebruikelijke manier,
en bij de andere helft den wrongel onder de
wei in den kop te doen. Tevens kan dan wor
den nitgemaakt, of door deze manier van be
reiding zoogenaamde Boekelschenrijes in de
kaas komen.
Dcor de heeren J. Laming en Zonen en
en Gabr. van Rossen, kaaskoopars te Rotter
dam en Hoorn, was daarop de aandacht van
Noorderkwartier gevestigd en werd gevraagd
of daartegen geen middelen zijn te vinden.
Bij acclamatie wordt het gevraagde bedrag
voor deze proef toegestaan.
De heer D. Kuilman, K. Olie en W. Saai
geven gunstige of minder gunstige resultaten
dezer methode aan.
De begrooting wordt op voorstel der fiuan-
tiëele commissie vastgesteld, zooals zjj is
aangeboden.
4 Nienwe leden worden opgegeven.
Door den Voorz. worden, nadat de rond
vraag niets had opgeleverd, commissieleden,
aftredende bestuursleden, vertegenwoordigers
van de Pers enz. enz., dank gezegd, waarna
de vergadering wordt gesloten.
Alvorens dat geschiedde, bracht de heer
K. Breebaart Jz. den Voorz. dank voor zijn
en beveelt aan op den ingeslagen weg voort
te gaan, waartoe de vergadering bij acclamatie
beslnit.
De heer Dr. K. H. M. van der Zande leidt
het voorstel in het nemen van voederproeven
bij mestvee. Spr. stelt zich voor bij deze proef
te vergelijken twee soorten lijnkoeken, nl. de
murwe lijnkoek en de Amcrikaansche lijnkoek,
maar dan niet enkel te voederon als bij vorige
proeven hooi en lijnkoek, maar de voeding
wat ruimer te nemen, voederbieten, hooi en
stroo en wel ongeveer 600 KG. per dag van
deze verschillende voederstoffon. Spr. Btelt
zich voor, deze proef te nemen met minstens
20 koelen, verdeeld in twee groepen, waarvan
de eene met Amerikaansche, de andere met
murwe lijnkoeken zal gevoederd worden. Deze
proef zal, globaal berekend, f 500.koeten,
waarvan f 400.— subsidie aan de regeering
zal worden gevraagd. De heer K. Breebaart Jz.
had zich reeds beschikbaar gesteld voor een
van een onderzoek naar de mogelijkheid van der beide deelen van de proef. Met acclamatie
verlichting van plattelandsche gemeenten wordt dit voorstel aangenomen,
door electriciteit en het bezigen daarvan Het bestuursvoorstelhet bevorderen van
als beweegkracht, mede, dat electriciteit te het plaatsen van veebascnles op do voornaamste
kostbaar was èn in aanleg, èn in gebruik, veemarkten in Hollands Noorderkwartier,
Meer en meer kwam in gebruik het zooge- wordt ingeleid door den hr. D. Brander Tz.Deze
naamde aerogeengas, dat meer binnen het deelt mede, dat het bestuur voorstelt, op de
bereik der geldmiddelen lag. Spr. noemde veemarkten tePurmerend enSchagen veebascn-
Breukelen als voorbeeld, waar installatie en les te doen plaatsen dooi particulieren en dezen
leiding f 110.000 hadden gekost, maar achtte daarvoor vanwege Noorderkwartier een snbsi-
ook deze wijze van verlichting voor vele j die van f 75.te verleenen. De ondernemer
plattelandsgemeenten nog te bezwaarlijk. zal verplicht zijn da bascule 2 jaar te plaatsen
Door den heer P. Schenk Dz. wordt nn en tegen f 0 60 per koe beschikbaar te stellen,
ingeleid pnnt 7 van den beschrijvingsbriefAangenomen^
UITSPRAKEN.
P. Jes en J. v. d. Giacht, Noord-Scharwoude,
wederspannigh., elk 3 weken gevang.
J. NijmaD, Casticum, straatschenderij, 6 d.
gevang.
Cornelis Geel, de Keins, Behagen, mish.,
f 7.— boete, subs. 7 d. hecht.
G. J. Duinmeier, Hoorn, mish. van een
dienstd. ambten., 10 d. gevang.
J. Stokebrand en Joh. Stokebrand, Urk,
wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken.
P. Kieft Mz. [Senior] en P. Kieft Pz.
[Junior], Noord- en Zuid-Schermeer, visschen
met verboden vischwautde rechtbank zal
het onderzoek hervatten ter strafzitting van
Dinsdag 12 April a s., des voormiddags ten
ll1/* urealsdan zullen nog een paar getui-
gen-deskundigen, door de rechtbank worden
gehoord, n.1. de heer Dr. Hoek, van Den
Helder, die als wetenschappelijk adviseur zal
fungeeren en de heer Pieter Dil, visscher of
vischhandelaar te Akersloot, als gewoon
deskundige.
botziekte onder de schapen, en mededeelingen
daaromtrent.
In een zeer uitvoerig en leerrijk betoog gaat
de heer Schenk na, wat botziekte is eu welke
de ontwikkeling is van de zoogenaamde lever-
bot. Den naam heeft dit diertje te danken aan
zijn platheid en zijn min of meer platvisch-
achtige gedaante, alsmede aan het aanwezig
zijn in de lever, in de galgangen van schapen
en andere dieren. De lengte van een leverbot
wisselt af van 15 tot 33 m M. De leverbot
legt een groot aantal eieren, deze komen alleen
tot ontwikkeling in het waterdus vooral in
natte jaren bestaat daarvoor op laag gelegen
weilanden gelegenheid. In een tijdsverloop
van 4 weken of langer ontwikkelt zich de
larve nit die eieren.
Deze larven zwemmen behendig rond,
voornamelijk aan de oppervlakte van het water,
en begeven zich als het kan in de ademholte
van een soort van poelslak. Daar ontwikkelt
zich de zoogenaamde kiemcelklomper, die, een
nieuw individu geworden, de slak verlaat en
een tijdlang in het water rondzwemt, om zich
later met hare zuignapjes aan verschillende
planten, die in het water groeien, vast te
hechten en daar een hulsel te vormen, dat
FEUILLETON.
D« heer Dr. Seheij deelt meê hoe men
in Friesland meisjes en jongens van 18 tot
16 jaar heeft laten proefmelken en bij vol
doende bekwaamheid getuigschriften heeft
uitgereikt met een premie van f2.60.
Bij dat melken kregen de jongelui een
tweetal normale koeien en werden voor ver
schillende eischen cjjfers gegeven' Gelet werd
op het wasschen der handen, zindelijkheid,
het spannen VBn de koe, den stand
van de koe, behandeling van spenen,
uier, enzhet zitten van den melker en het
honden van deD emmer, den 6taud van vingers,
de kracht van de stralen melk, het uitmelken,
de tijd van het namelken en het verlaten van
de koe. Spr. stelt zich voor, dat ook Noorder
kwartier zoo ietg eens op touw zet, eerst op
bescheiden schaal. In begin Juni is de meest
geschikte tijd.
Men beoordeelt alleen, of iemand goed
melkt of onvoldoende, dus het is geen wed
strijd waarbij een le, 2e of 3e prijs is te
behalen. De le proef zal op één plaats wor
den gehouden met een beperkt aantal deel
nemers en werkt ze gunstig, dan zal met
kracht worden voortgegaan. Het crediet daar
voor gevraagd was f 100.—, wat met accla-
Eilendiger on lager individu, dan de eerste
beklaagde op de strafzitting van vandaag
was, is er zeker wel niet veel voor de rechtbank
geweest. We bedoelen hier Gerrit Bakker,
bijgenaamd „Gert Knaapjes," een 48jarig
arbeider en veedrijver, afkomstig van
Kolhorn, gem. BarsiugerhomBakker is
thans gedetineerd in 't Huis van Bewaring
te Alkmaar. Deze karukterlooze sinjeur heeft
zich aan overtreding van art. 244 van 't Wetb.
van Strair. schuldig gemaakt en nog wel
tegenover zijn eigen kind (.een tenger meisje
van li-jarigen leeftijd.) Dat tegen bekl. een
aanzienlijke straf zou worden geëischt, was
te voorzieneen dergelijke overtreding toch
kan met een gevangenisstraf van ten hoogste
12 jaien worden gestraft.
De zaak werd, zooals van zelf spreekt, met
gesloten deuren behandeld en nam wel een
paar uren in beslag. De heer Olf. eischte
6 jaren gevang, [met toepassing van 't
genoemde art. 244 van 't Wetb. van Strafr.],
terwijl tevens, naar aanleiding van de
aitt. 30 en 31 van 't Wetb. v. Btrafr., out-
zetting werd geëischt van zijne vaderlijke
macht voor den tijd van 10 jaren. Er zal in
deze zaak nog eeD geneeskundig onderzoek
worden gehouden en na afloop daarvan zal
hierin uitspraak worden gedaan.
De advocaat en notaris Mr. A. P. H. de
Lange had tot taak, voor dezen beklaagde te
pleiten.
Begeven we ons, om eens een beetje op
te frisschen van zoo'n hoogst onverkwikke
lijk zaakje, over zee [omdat we er anders
niet kunnen komen,naar WieringeD. De
aidaar woonachtige Dirk Lont Jr., die daar
als 26-jarig timmermansgezel, om zijne bui
tengewone capaciteiten, die hij door stalen
vlijt en onvermoeide studiën heeft verkregen,
haast onmisbaar is, dacht onlangs zeker, dat
hij op dit eiland wel kon uitvoeren wat hij
woudat er toch geen haan naar zou
kraaien, zelfs al sloeg hij zijn eigen vader
op zijn ranseltje! Maar: „zoo hiet
't niet, Diderichom de weerga niet !u
Omdatals je doen mag, wat je wil
Je misschien „den oude" in zoo'n gril
Zx>wat had platgeslagen
En, Dirkje, 'k zon dat toch niet wagen.
Want MeesterKraakman pleitte wel niet slecht
(Dat hebt ge tenminste zelve gezegd
Maar de rechtbank onthoudt goed, m'n vriend,
En een stralje hebt ge ruimschoots verdiend
Lont Jnnior dan, was op 25 Febr. j.1. te
Hippolytushoef, waar hij nog bij zijn vader,
den logementhouder Dirk Lont Sr. inwoont,
een beetje dronken en op straat zéér rumoe-
rig; hij gaf een 18-jarigen jongen in zijne
te beste stemming, ten eerste al een besten
opstopper In de lenden, [hoewel dit nu niet
in 't proces-verbaal stond, was de Wieringer
gemeente-veld wachter D. J. J. v. d. Schans
toch zoo goed, dit even aan de E. A. heeren
rechters te vertellen.]
Bekl. trok inmiddels in hooge mate Van
der Schans' aandacht, te meer toen zijn zusje
hem vergeefs zoet in huis trachtte te
praten en te lokken. Toch raakt9 ons kleine
gepropte, stevige en potige timmermannetje
op 't laatst in hnis, maar mijnheer's hnmeur
was er niet beter op geworden en hg begon
zoo vervaarlijk „an te gaan", dat al zijn
huisgenooten, zijn vader inclnis, voor
meerdere veiligheid van hnnne respectieve
corpusjes,— In eeD aangrenzend vertrek vlucht
ten. De ondervinding, die in vele dingen een
zeer goede leermeesteres is, had hen zeker
doen inzien, dat dit in znlke omstandigheden
't beste was, wat ze konden doen. Maar zóó
kon 't toch niet bljjven. dos papa Lont ver
scheen in de denr, doch Dirk „verschoot
niks" op 't zien van de gestalte van
dezen, maar sloeg integendeel zijn vader
met niet zeer loffelijken ijver herhaaldelijk
met een stoel op zijn hooid, hetgeen echter
door den goed toekijkenden politie-dienaar
van bniten af door een venster werd gezien.
Jonge Dirk zei wel, dat 't vanwege gordijnen
en bloempotten, enz., niet gezien had kannen
worden, maar zijn praatjes werden niet
geloofwaardiger geschat, dan ze zoo onge
veer zijn. Onde Dirk werd, buiten eede,
nog als getnige gehoord en deed al zijn best,
om zoontje-lief er nit te praten en hem er
zonder kleerscheuren „deur te halen". De
oude heer had gien klap met 'n stoel had,
wel neen„maar zie je, E. A. heeren,
'k ben een beetje klein behnisd en wilde me
door de keuken begeven en strnikelde over
een stoel, waardoor ik viel." Hij wilde zijn
zoon den stoel afnemen, dien deze had opge
heven op 't hooren van eenig geritselde
oude heer dacht, dat 't door zoon-lief gehoorde
geritsel was veroorzaakt geworden door den
politie-agent buiten. Hoé mooi de oude heer
echter ook praatte en hoe hij zijn best deed,
zoonlief als een onschuldig lammetje in deze
voor te stellen - véél succes had hij niet.
De beer O. v. J. voor zich achtte den
gemeenteveldwachter Van der Schans een
geloofwaardig getnige in deze zaak en hoe
wel ZEG. 't aan den eenen kant nog wel
prijzenswaardig kon viDden, dat de vader
zijn zoon er uit trachtte te praten, was 't
aan den anderen kant toch al heel
ongepast om de rechtbank op leugentjes te
vergasten, leugentjes, die met handen
en voeten waren te grijpen. Spreker had
Van der Schans nog per telegraaf op zijn
parket ontboden en was na een onderhond
met dezen tot de overtuiging gekomen, dat
des ouden heers verklaringen in vrij hevige
mate aan ongeloofwaardigheid lijden. Dirk
is een allerlastigst perceel in huis, waarmee
lettelijk geen hnis ie te houden als hij dronken
is. De eisch Juiide wegens mish, 1 maand
gevang.
De verdediger Mr. Kraakman Jr. verzocht
vrijspraak, subsidiair de geringste straf.
Roman van
FRIEDA VRLTVROUWE vos BULOW.
—ooo—
26.
Bacha werd bleek.
„Wanneer dat zoo was,kan ik bet
dan veranderen
„Waarschijnlijk niet. Mjj echter is ia dit
geval nu juist niet het zwaarst üw liefde
voor Gunne, maar Gunne's liefde voor u."
„Zeker, zeker. Gunne's gevoelens zjjn
ook van het meeste belang voor mij."
Hóllen zuchtte. Hij was bedroefd en treurig
geworden.
„Gij hebt er mij nu bijna van overtuigd,"
zeidö hjj, „dat ge werkelijk niet de man
zjjt, dien ik voor mijn dochter zou wenscken
want gjj hebt mg een gedachtenwereld
binnengeleid, die u sterk isoleert. Is het
niet zoo?"
„Ik zal Gunne in mijn wereld binnen
leiden."
„Dat gelukt u misschien, omdat u een
sterke persoonlijkheid is en omdat Gunne
u oprecht liefheeft. Maar het is ook moge-
Ijjk, dat het u niet gelukt."
„Het zal gelukken."
Hóllen lachte droevig. „U is zoo zeker
van uw zaak, omdat het arme kind in de
koorts harer eerste, vurige liefde, in uw
hand als was zoo week is. Desondanks
kan ik u evenwel verzekeren, dat zjj een
karakter heeft, dat zich vandaag ot mor
gen zal doen gelden.Maar nog iets
is u gezond
„Hebt ge hier of daar ook verplichtingen?
Schulden
„Neen."
„Zeer mooi."
„Bij een dominé, naar mjjn oordeel, toch
vanzelfsprekend.
Zooals men wil. In Herlijn zou men
zeggenmen moet wat nemen en geven.
Maf r wat ik u nog vragen wildelaat de
verloving geheim blijven tot aan den
herfst. Gij moet elkander eerst nog nader
leeren kennen. Is Gunne in het begin van
October nog van dezelfde meening als nu,
dan zullen wjj het engagement publiek
maken en dan kan in Mei daaropvolgend
de bruiloft worden gevierd. Is u dat goed?"
„Wjj schikken ons gaarne."
Hij deed die belette ook al vast voor
Gunne.
Heel zonderling deed dat dan vrijheer
aan, hij voelde het als een beleedigiDg,
oischoon Ëacha er zeer zacht en deemoedig
uitzag.
En toch, wat er uit deze oogen sprak,
was niet natuurljjke warmte van hart en
goedheid, het was iets eigenaardigs en ge
compliceerds Ja, die man had straks gelijk
gehad toen kg bekende „Ik ben niet goed."
Omdat Ho len zweeg, keek Bacha op en
herhaalde „Ik voeg mij naar uw wens eb."
„Ik dank u. En gjj zult mij begrjjpen,
wanneer ik wensch dat gij Gunne slechts
bij ons of bij onze verwanten ontmoet."
Bacha boog toestemmend het hoofd.
„Wjj verwachten u dan Zondag
overmorgen."
Weder boog Bacha toestemmend.
Hollen was aan het venster blijven staan.
In de boomen voor het venster zong een
vogel luidkeels. Beneden veegde de half
wijze knecht met een bezem de straat.
Anders heersckte hier overal een groote
stilte, als was de wereldgeest in diepen
slaap verzonken.
En hier zou de vrooljjke opgewekte Gunne
haar beste jaren moeten doorbrengen 1
Nu, wanneer het voor haarbestèmd was,
zou zjj het ook wel dragen.
Ofschoon de jonge geesteljjke hem be
paald aantrok, nam Hóllen atscheid met
een hart vol zorgen.
Op de terugreis hield hij zich even in
het gemeentehuis op en coodigde Zuster
Christine uit voor Pinkster Zondag.
HOOFDSTUK XXVII.
Nathalie Hóllen had een voorliefde voor
het hooren en ook voor het vertellen van
nieuwtjes, die een mensch zjjn gemoed nog
eens iu beweging brachten; dat g&f nog
eecs een aangename prikkeling der zenuwen.
Nadat haar man van Wüater.kaltheim
was teruggekeerd en haar alles verteld
had, nam zjj het eerste alleenzijn met Max
te baat om hem onder zuchten en tranen
Gunne's verloving mede te deelen.
„Hjj werd wit als een muur," vertelde
zjj later aan haar man.
Gunne straalde op dezen avond a's een
zon, want haar vader had in warme, stree-
lende woorden van Bacha gesproken... zoo
heel anders dan do anderen.
Neef M. x zag den glans in hare oogen,
zij echter lette niet op de treurigheid in
de zijne, zij zag het niet eecs.
Deu volgenden morgen reed Max weg,
hjj moest eensklaps noodzakeijjk naar huis
terug.
Vrooljjk en hartelijk, zooals zjj hem
begroet had, reikte Gunne hem de hand.
Deze hartelijkheid en lachende vreugde,
die hem op een dwaalspoor hadden ge
bracht toen hjj kwam, brachten hem nu
buiten zichzelf. Hij haatte haar plotseling.
„Je kjjkt iemand zoo liet aan, dat men
op allerlei gedachten komt," bromde hij
haar toornig toe, „en daarbij denk je aan
een ander. Weet je, wat dat is? Dat is
slecht."
Gunne keek hem sprakeloos aan. Zij had
zich gaarne verdedigd, maar de anderen
kwamen om afscheid te nemen.
Zoo reed hjj weg.
Gunne had dien avond zooveel te doen,
dat haar geen tijd bleef zelfs aan Bacha
te denken, laat staan dus aan neef Max.
En nauwelijks in bed, was zjj van vermoeid
heid spoedig ingeslapen.
Op Pinkster-Zondag kwsmen Bacha en
Zuster Christine.
Bacha was in den beginne stijf en koel,
ofschoon hij in een familiekring zat, waar
het beslist niet stjjf ea vormelgk toeging
want de geest, die er heersc te, was Bóllen s
geest. Zuster Christine babbelde er zooveel
te lustiger op los Haar was het zeer wel
te moede te midden van Höllen's familie
kring.
Na tafel verzocht Gunne aan Bacha haar
in den tuin te volgen. De kinderen drongen
om haar heen en wilden mede. Hóllen riep
ze bij zich.
„Vandaag zullen jelui papa's gasten zijn,
mjja kleine luidjes.-'
Dat was bepaald iets heerlijks De vader
nam hen mede naar zijn kamer en liet hen
platen kjjken en allerlei andere heerlijk
heden.
Do 27-jarige Jan Pater van Noord-Schar
woude kreeg 't in den nacht van 12 op 13
Febr. te kwaad met Sikke Parma, die gem.-
veldwachtei is te Zuid Scharwoude en aldaar
toen surveillerende was, in de herberg van
Klaas v. Kleef, waar uitvoering van een
fanfarecorps was geweest.
De fanfare-corpsnitvoeringen in onze om
geving tri ff sa 't niet bijzonder, lijkt 't wel:
't is net of er altijd een relletje bij moet,
zoowel hier, ais bij IJff te Dirkshorn. Jan
staat overigens niet ongunstig bekend, maar
Parma vertrouwde hem toch niet, want Jan
haalde gnieperig een tabaksdoos te voorschijn,
zoodat Parma bij hem „vechtlust" vermoedde
en bang zijnde, dat, indien zjjn vermoeden
gegrond was, de geheele massa volk
in de herberg aan 't „bakkeleien"
zon gaan, ging de waardige dienaar van den
Heiligen Hermandad aanstalten maken om
den reeds zeer lastigen Pater er nit te zetten.
Ook do overigen trokken zich terug.
Nuthalie, die ca tafel steeds een paar
uur moest rusten, noodigde Zuster Christine
uit, het ook te doen, en deze deed het gaarne.
Biecsaam slenterde het bosch in, om
onder het loover te droomen en na te den
ken o ,'er zjjn drama, waarin hjj tot zjjn
spijt het doode punt had bereikt.
Zoodoende bleven de beide verlooiden
alleen.
Gunne bracht Bacha naar het zoogenaamde
meer. Hier stond in een ouden gemetselden
kloostermuur nog het beeld van eeo monnik.
Het bezienswaardige van dit beeld bestond
daarin, dat de monnik een zwaren steen op
de borst torste.
„De steen op de borst," verklaarde Gunne,
„is de boete, die hjj voor zijn zonden op
zich nam."
„Ik kan mij heel goed begrijpen, hoe de
nauweljjks te ontwarren raadselen van het
leven, een ernstig mensch in een klooster
breDgen," zeide Bacha.
„Men vertelt, dat deze monnik met
den
steen de grondvester van dit klooster is
geweest. Een jonge ridder was hij en
heeft Caroline Detterskopf lief gehad en
ontvoerd. De oude graaf echter had op
hem geloerd, en heeft hem in den strijd
gewond en zjjn dochter weer naar het
kasteel gesleeptdie is daar van verdiiet
gestorven. Toen de ridder van zjjn wonden
genezen was. heeft hjj gehoord dat zjjn
geliefde dood was; toen is hjj monnik ge
worden, heeft op de plaats van zjjn
kasteel het klooster gebouwd, en heeft zjjn
leven lang boete gedaan."
„Misschien was hij een Bacha," meende
hij peinzend. Ea hjj vertelde haar, dat hjj
van de eens zoo machtige Bacha's afstamde.
hjj