aar ik wil!
Donderdag 7 April 1901.
48ste Jaargang Mo. 3929
bekendmakingen.
Nationale Militie.
Binnenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
SCHA
Wiens-.
ODRAAIT.
Ainrttilifi- LulliiiM
[)it blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
Zaterdagavond. Bij insending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTKNTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
ingezonden STUKKEN één dag vroeger.
BiireauICH1GM, liaan, D 4.
Uitgever J P. TRAPMAN.
MedewerkerJ. VA 1 X li E L.
Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 6 regels t 0.25 iedere regel meer 5 ct
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Gemeente Schagen,
—o—
Oproeping van V«rlofKangers in
werkeluken dienst.
De Burgemeester van Schagen maakt be
kend dat de in deze Gemeente gevestigde
Ver!°efeT'ïrie, der lichting 1900, behoo
rde tot het 2e Regiment Veld-Artillerie, op
/en 25 April 1904, des namiddags vóór 4 uur
bij zijn korps te 's-Gravenhage aanwezig moet
2 teneinde voor herhalingsoefeningen m
werkelijken dienst te worden gesteld.
Schagen den 6 April 1904.
De Burgemeester voornoemd,
H. J. POT.
Vergadering van den Raad
der gemeente HOOGWOUD, op Dinsdag
6 April 1904, voormiddags ten 9 uur.
Afwezig de heerenJ. Schermer, W. Vijn
en K. Vel.
TDe beide laatsten komen echter toch
naderhand ter vergadering; de heer Vel had
't convocatiebiljet niet goed geraadpleegd.]
De Voorzitter, de heer C. Pijper, opent do
vergadering, waarna allereerst de Secretaris,
de heer Breebaart, wordt beëedigd als ge
meente-secretaris en gemeente-ontvanger.
Hij legt als zoodanig de vereischte
eeden af, waarna de burgemeester hem har
telijk feliciteert, hopende dat Breebaart
langen tijd zijn werk goed moge verrichten,
waarna de geheele Raad den nieuwen fnnction-
naris gelnkwenscht, die op zijn beurt allen
dankt en belooft, zijn best te zullen doen.
Daarna worden de notulen voorgelezen en
goedgekeurd.
Als ingekomen stukken vermelden we:
dat op een door den Raad der gemeente
Hoogwoud gedaan verzoek aan Ged. Staten,
in zake de vrije- en ordeoefeningen,
vrijstelling van dat vak is verleend voor de
de scholen te Hoogwoud en aan de Lange-
reis voor den tijd van 1 jaar, ingaande
1 Jannari 1904.
Verder is ingekomen een brief van den
Min. van Binnenl. Zaken, betreffende de
„volksweerbaarheid", welk schrijven propa
ganda maakt voor algemeene weerbaarheid
van 't Nederl. volk en wenken geeft, hoe
vercenigingen te dezer zake kunnen wordeD
ges'ennd. Voor kennisgeving aangenomen.
Volgen nu de verslagen betreffende het ge
geven herhallngsonderwijs
le. School aan de Kerkelaanbezocht
door 7, later 8 leerl.hiervan kwamen zeer
ontrouw 4 leerl. [een was lid van 't fanfare
corps, een op den wapenhandel, één lid van
't kerk. zangkoor, een bezocht den danscursus
ze hadden 't te druk)een vijfde dacht, dat 't
'n pretje was en toen 't inspanning bleek
te zijn, bleef hij weg.
2e. School Langereis10 deelnemers,
trouw bezoek, één zeer ontrouw.
3e. School Aartswoud gedurende den
geheelen winter de cursus door 9 jongens
bezochtresultaten niet best4 trouwe
bezoekers, de anderen laog niet trouw.
4e. School in de Weere, 30 leerlingen
Maandags, Dinsdags, Donderdags en Vrijdags
onderwijs't gebruikelijke „uit logeeren
gaan" in Jannari werkte nadeeiig.
Er weiden verschillende nattige dingen
op de scholen behandeld, alsgeschiedenis,
Ned. taal, aardrijkskunde, natuurk. enz. Een
en aDder voor kennisgeving aangenomen.
Daarna mededeeling kasverificatieont
vangsten f 19800.69'/i, uitgaven f 19328.92Vi,
kassaldo f 476.77.
De benoeming stembureau is nn aan de
orde; de heer K. Vel kan zich ondertnsschen
maar slecht verbeelden, dat hij te laat op de
vergadering is, hoewel hem onder 't oog wordt
gebracht, dat de vergadering in afwijking
van de gewoonte, nn met 't oog op de vele
drukte om 9 uur is begonnen, 't geen op 't
convocatie staat. „Nu, ik moet dan ereis
kijken", zegt Vel, die lom den drommel niet
lichtgeloovig,] toch ziet dat „'t om 9 nnr
was
Na dit interludium volgt eeist benoemingvan
2 leden stembureau. Uitslag benoemdJb.
Hartog en W. Vijndan twee plaatsvervan
gers. Echter, hoewel druk, even rusten. De
Voorz. zegt: we hebben wel een langen dag,
maar „we hangen toch ook niet
Plaatsvervangers wordenVan Diepen en
Schermerstemopnemer wordt Koog en Vel
zijn plaatsvervanger, beiden zonder dat er
over gestemd wordt.
Aan de orde zijn nn de instructies van den
Gemeente-secretaris en den Gemeente-ont
vanger. Op de vraag van den Voorzitter:
zóó goed, of wille jullie er wat aars in
hewwe wordt ontkennend geantwoord en
de instructies vastgesteld.
Op de rekening van 1903 wordt af- en
overgeschreven tot een bedrag van f 429.24°.
In de Gemeentebegrooting voor het jaar
1904 worden nn verschillende wijzigingen ge
bracht, tot een bedrag van f 505.—, De
begrooting wordt verhoogd met een bedrag van
f 450.voor pensioen van den heer Vetter
en de jaarwedde van den telegiambesteller
met f 56.
Verminderd werd de begrooting met een
bedrag van f 225.jaarwedde ambtenaar ter
Secretarie, met f 65.schrijfloonen enz
post onteigening en desinfectie met f 85.
jaarwedden Voorz. Commissie tot Wering van
Schoolvorzuim met f 10.presentiegeld
leden dier Commissie met f 70.kosten
Ongevallenwet f 20.— en voorschotten ge
meentewet met f 40.—. Algemeen wordt
deze wijziging goedgevonden.
Wordt meegedeeld, dat de heer Vetter als
schatter kleinhandel in sterken drank heeft
bedankt. Voorz. stelt voor, den heer Bree
baart te benoemen en deze wordt met alge
meene stemmen benoemd.
Is van Ged. Staten een missive ingekomen
aangaande de regeling van het aantal en
jaarwedden van de ambtenaren van den Bur
gerlijken Stand, in verband met de nieuwe
wet.
Voorz. zegt, dat in de Gemeentestem heeft
gestaan, dat de heer Breebaart geen ambte
naar van den Burgerlijken Stand mag zijn,
omdat hij is secretaris-boekhouder van het
armbestuur, maar daar de Ambtenaar van den
Burgerlijken Stand minstens twee uur op de
Secretarie moet zijn per dag, is het voor
Burg. en Weth. of raadsleden ondoenlijk, die
betrekking te vervullen. Daarom had Voorz
gedacht, dat Breebaart maar moest bedanken
voor Secretaris-Boekhouder der Armen. Daar
voor had Voorz. wel een ander op het oog,
die dat wel doen kon, dan kwam alles weer
in orde.
Besloten wordt, nog wat te wachten en
eerst eens antwoord af te wachten op de
vraag, die aan Ged. Staten was gedaan, wat
zij van deze kwestie dachten.
De vergadering wordt nn voor drie
kwartier gesloten, omdat de heeren, zooals
Voorz. zegt, taid zelle hewwe om te konke
len. De verslaggever das af.
Na het konkelen heropening der vergade
ring en begint de Raad te kluiven aan de
Woningverordening. Toen het tramtijd was,
hebben we de heeren met hnn kluifje alleen
gelateD, en is men even- r»dernk gebleven
als in den beginne, dan is er bepaald menig
woordje gewisseld.
De jengdige g y m n a 8 t i e k-v e r-
eeniging „T. O. K. I. D. O." te ANNA PAU-
LOWNA, gaf Zondag 3 April in „Veerbnrg"
hare eerste uitvoering voor eene vrijwel be
zette zaal. Het programma bevatte 8 nommers
en na een welkomstwoord van den voorzitter
kreeg het pnbliek de in nette pakken gestoken
turners te zien. Gymnastiek-nitvoeringen ten
plattenlande trekken niet, daar onbekendheid
met de zaak, belangstelling tegenhoudt. Het
waarom van het goede of verkeerde is voor
de meesten een geheim, waarvan het gevolg
De Amsterdamsche corres-
pondent van de N. C. schrijft over de toe
standen onder de diamantbewerkers te AM
STERDAM:
In duizenden gezinnen waait reeds de ellende
rond. De tijden, waarin de gehuwde diamant
bewerkers een spaarpot van eenige beteekenis
maakten, zijn voorbij, al staat hnn positie tot
die der meeste hand werkslieden nog vrij gun
stig. Maar juist door den hoogeren levens
standaard is het uitkeeringsbedrag in vele
gevallen ternauwernood voor de wekelijksche
huishuur voldoende. Men kan zich dan den
gang van zaken in deze gezinnen, waar ge
woonlijk een goede verdienste inkomt, gemak
kelijk denken. Als alle bronnen zijn uitgeput
i hetgeen reeds na de eerste paar weken
gewoonlijk het geval is verhuizen eerst
U.Ö UiCCBtOU CCU ECUCiUi, Cölïau IlVt/ KCVVig li. i -i 1 1_ 1 3 l
ie, dat beschroomdheid in het beoordeelen de Bladen, daarna meidg goed kleedmgstuk.
lippen gesloten hondt, en wat maakt bijeen
komsten gezelliger, dan juist het onderling
bespreken van wat men heeft gezien?
Een jonge vereeniging moet zich tot het
eenvoudige bepalen, cn nn komt „T. O. K.
I. D. O." lof toe voor de gelukkige keuze
harer oefeningen en de wel overdachte
samenstelling van haar program; welke beide
zaken zeker er toe hebben bijgedragen, dat
het pnbliek zich bepaald amuseerde.
Ook zonder tooneelstukja (vaak door on-
ingewijden slecht opgevoerd), of komiek.
Den geheelen avond door bleek het, dat de
leiding aan goede handen was toevertrouwd
en ook bij de stokoefeningen kwam het uit,
naar het pandjeshuis, om den hoogsten nood
te weren.
Eu dan. het joodsche volk viert heden
zijn eersten Paaschdag, van het schtdagen-
durend „feest der ongezuurde brooden". Min
stens 65 pet. der diamantbewerkers belijden
den joodschen godsdienst, maar voor hen is
het ditmaal geen feest; menig kind zal er
zijn traditioneele nieuwe Paaschplunje meê
inschieten, en menig voornemen tot aankoop
van nieuwe benoodigd heden blijft achterwege.
De nadeelige gevolgen van de crisis worden
merkbaar, uiten zich in klachten.
In dit verband zij medegedoeld, dat het
brnto-verlies voor Amsterdam, volgens be-
dat de heor N Koppes er slag van heeft,' trouwbare gegevens op f 200.000 per week
1 1 mAof nrnrrtoti rvo;;/-» r» o r
Zeeland
Gelderland
Zuid- Holland
Groningen
Noord-Brabant
Noord-Holland
Friesland
door een goed commando de turners te bezie
len en correctheid der bewegingen erdoor te
bewerken.
Algemeen was men zeer voldaan over de
aftvoering, waarvan de gunstige indruk door
de goede muziek van de „K. N. M." nog
werd verhoogd en „T. O. K. I. D. O." kan j
met tevredenheid terug zien op haar werk.
Het was een lust, het gpes patriae van Anna
Paulowna zoo „vrank, vrij, vroom en vroed"
op de planken te zien en wij durven met ge
rustheid voorspellen, dat deze vereeniging
spoedig onder hare tegenwoordige leiding eene Limburg
goede plaats in de rij harer zusteren zal Drente
innemen.
- WIERINGERWAARD.
De nieuwe Nederlandsche Tooneelvereeni-
ging onder directie van den heer Bigot, gaf
Zondag j.1. „Bad-doctorensucces-blijspel in
6 bedrijven. De bekende novelle van Van
Manrik, omgezet in een blijspel, heeft hier
niet voldaan. Als dat stnk werkelijk meer
dan 100 malen in binnen- en buitenland met
reuzensncces is opgevoerd, dan zullen de
actenrs zeker hnn rollen beter gekend hebben
dan dezen keer. De heer en mevrouw Bigot ver-
stéan de kunst, en ook de heer Blaaser acteerde
uitstekend, maar op de overigen viel veel af te
dingen. Gelukkig dat de souffleur op zijn post
was, dien konden we achter In de zaal duide
lijk verstaan, zoodat we niets verloren van
den inhoud, en wij soms nog eerder wisten
wat volgen moest, dan enkele acteur?Bad
doctoren is een mop van a tot z, met veel
soesah, overgoten met lawaaisaus. Enfin, in
een blijspel verwachten we ook geen span
ning. De klucht werkte goed na, want nog
lang na afloop bleef men pleizierig bijeen.
Den 4den April werd in het
lokaal van den heer A. Bult te 't ZAND
eene biljartwedstrijd gehonden, waarbij 16
deelnemers waren. De uitslag is als volgt:
le 'prijs, Jb. Smit Jbz., Koegras (Helder);
le premie, L. Vader, Callantsoog; 2e premie,
C. Heijblok, Koegras (Helder); 3e premie,
L. Vader, Callantsoog.
Prjjs en premiën bestonden in contanten.
moet worden geschat.
D e verdeeling van de beschik-
bare f 75.000 voor rijkssubsidiën ter bevor
dering van de paardenfokkerij, is voor dit
jaar vastgesteld als volgt
f 13285 tegen f 12150 in 1903.
12150
9760
7985
7955
5125
4695
4030
4016
8490
2510
12215
9650
7585
8780
6255
5625
3605
4040
3490
2520
Roman van
FRIK DA VRIJVROUWE VON BULOW.
ooo
27.
Huilende en boos trok Hilmar af. Maar
hij maakte toch déze gevolgtrekking: als
een groot menech rood wordt, dan mag
men dat bepaald niet zeggen. Het scheen
iets beleedigends te zijn, om zooiets
te zéggen. Maar vergeefs dacht de arme
jongen na over het waarom.
Hij liep naar den tuin, om in de stallen
bij de knechts vergetelheid te zoeken.
Maar in den tuin reeds riep Gunne hem.
Zij sloeg vriendelijk haar arm om zijn
schouder„Hil
Hij drong zich teeder tegen haar aan.
»Ik wilde je bepaald niet ergeren, Gunnergk
„Dat weet ik wel, Hil. Je bent toch „Zijn
unmers mijn lieve jongen."
„Maar waarom werd mama toch zoo
boos?"
„Omdat ik zoo dom was en begon te
huilen."
„Waarom dat, Gunne?"
„Ik schaamde mij zoo."
Hilmar had gaarne verder gevraagd,
waarom Gunne zich dan wel zoo schaamde.
Maar een gevoel dat er iets pijnlijks aan
ten grondslag lag, deed hem zwijgen.
„Het was dom van mij", ging Gunne
voort) „want het staat lang niet mooi, zoo
te gaan huilen, ais een klein kind dat nog
fcitt anders kan. Wg grooten moeten ons
beheerschen. Niet waar
„Meisjes behoeven dat niet", troostte hij.
„Meisjes mogen weenen, zegt mijnheer
Biensaam, en de jongens moeten dapper
zijn."
Gunne lachte. „Mgnheer Biensaam meent,
dat alle meisjes zwak zijn. Men weent
slechts, als men zwak is, ziet ge."
„Ik zal nooit meer huilen 1" verklaarde
Hilmar.
„Ja, dan moet ge ook zeer sterk wor
den want anders kan je je nist steeds
moester blijven."
„Ik woog Zaterdagavond reeds 64 pond
en 2 ons. Ik zal spoedig zoo sterk zgn als
mga broers. Maar ik wil sterk worden als
een paard, even sterk als neef Max."
Beiden zwegen nu plotseling.
Dan vroeg Hilmar vertrouwelijk
„Zeg mij eens, Gunne, waarom is Max
eigenlijk arm Hij heelt toch een mooi
landgoed, dat wel tienmaal zoo groot is
als het onze, zegt papa. Dan is hjj toch
Utrecht
Overijsel
Deze sabsidiën worden verdeeld naar het
aantal merriën, in iedere provincie gedekt;
waar de snbsidie das is verminderd, zijn in
1903 minder merriën gedekt dan in 1902, en
omgekeerd.
In de maand Maart werd aan het hulpkan
toor KOLHORN in de Rijkspostspaarbank be
legd f 1766.72 in 85 inlagen Zeven nieuwe
boekjes werden in dit tijdperk uitgegeven.
Over het late kwartaal 1904 is het bedrag
f 3517.67'/», getal inlagen 263,en 't getal nieuwe
boekjes 31.
Dat het laatste getal zoo groot, (grooter
dan ooit te voren) is, vindt zijne oorzaak in
de uitgifte op school van formulieren voorde
1- cents spaarzegels.
Uit LEERDAM meldt men:
In de gemeente Henkelum, nabij Leerdam,
hebben een zestal jongens, van 10- a 12 jarigen
leeftijd, Donderdagmiddag een vondst gedaan
van waarde. In de fundamenten van een
afgebroken woDing, welke in vioeger een wen
bij een klooster behoord moet hebben, delfden
zij al spelende een klein, rond aarden potje
op. waarin 34 gouden en 17 zilveren munten
en gedenkpenningen bleken geborgen te zijn,
bijna zonder uitzondering alle even gaaf.
De Burgemeester, die den gevonden schat
onder zijn hoede heeft genomen, was zoo
bereidwillig deze muntstokken te toonen,
w.o. oen gouden Carolns van Karei V, datee-
rende nit de 15e eeuw, en een Groot van
Willem VI.
De vinders behooren tot behoeftige ge
zinnen.
Een ongeval, dat betrekke-
lijk goed is afgeloopen. heeft in de Groote
Kromme Elleboog te GRONINGEN plaats
gehad. Twee glazenwasschers stonden op
twee aan elkaar gebonden ladders tegen een
huis, om zonneblinden op te hangen. De
ladder brak daar, waar hij verbonden was en
de beide mannen, die op de hoogte van de
derde verdieping stonden, kwamen op de
straat terecht.
De eerste werd slechts licht aan handen
en voeten gekneusd, de ander kon niet loo-
pen en werd met behulp van zijn kameraad
een winkel binnengedragen.
Geneeskundige hulp werd verleend door
de heeren Van don Berg en Kappers; deze
constateerden een ernstige beenkneuzing. Op
zijn verzoek is de man naar zijn woning
vervoerd.
Het kleinste bewoonde eiland
van Europa.
Uit de Urker bnitenhavenkom, welke een
jaar geleden werd aangelegd, is een kei op-
haald, welke na meting blijkt 2500 K.G. te
wegen. De visschers hadden bij den lagen
waterstand der laatste weken meermalen hin
der van dezen Bteen gehad.
Dergelijke rolsteenen liggen in vrij grooten
getale om het eiland heei), vooral op den
ondiepen „Vorm"; echter niet zoo talrijk als
vroeger, toen zij bij gunstig weder werden
opgehaald en verkocht om gebruikt te worden
voor zeeweringen, enz. Sedert daarvoor de
znilen uit de bazaltgroeven gebezigd worden,
is het bedrijf der steen visschers gestaakt.
Op dien „Vorm" liggen o. a. keien, waar
aan men duidelijk kan zien, dat men ze heeft
doen springen, of dit ten minste beproefd
heeft.
Ook in den bodem van het eiland treft
men bij het graven van bakken of pntten
dergelijke groote rolsteenen aan, welke soms
het diep graven beletten.
Volgens wijlen Prof. P. Harting is de
bodem van Urk, naar het Nienws schrijft,
met betrekking tot het hoogere gedeelte
(waarop het dorp staat) van diluvialen en
het lagere van allnvialen oorsprong. Het
eerste bestaat uit vier verschillende lagen
a. Uit een over het algemeen geelachtig
rood gekleurd leem, welks hard- en vastheid
zoo groot is, dat een door hem gebezigde
grondboor er zelfs onbruikbaar in werd
terwijl men tot verdere doorgraving zijn
toevlucht nemen moest tot een koevoet
deze laag had op zekere plaats eene dikte
van meer dan 8 elb. Uit zwartachtig
grijzen zandigen leemmergel, ter dikte van
ongeveer een elc. Uit een licht-geel-
achtigen, grijzen, leemachtigen zandmergel,
mede ter gemiddelde dikte van een elen
d. Uit zand, dat geheel vrij is van koolstof
zure kalk, en waardoor deze laag zich van de
overige onderscheidt terwijl men tevens
meent te mogen aannemen, dat deze zandlaag
zich onder het gansche hoogere deel des
eilands uitbreidt.
Deze onderscheidene lagen bevatten ver
schillende steensoorten, zooals graniet, kalk
steen, vuursteen, krijt, kwarts, veldsteenpor
fier, glimmecsehiefter, enz.
Vroeger werd aan den zeekant ook barn
steen gevonden. Da Amsterdamsche Burge
meester Nicolaas Witsen, die vanwege deze
i stad Ambachtsheer van Urk en Emmeloord
was, schrijft in het begin der 18e eeuw over
dit barnsteen het volgende
„Het ayne opmerkingh seer waerdlgh, dat
ouders zgn echter zeer oud en
ziek en daarom is het zeker een beetje
treurig voor hem thuis. En mama denkt,
dat hij liever hier zgn zou
„Hij kan immers terugkomen."
„Misschien niet. Zijn ouders hebben hem
noodig. Er is veel treurigs in het leven,
wat zich moeilijk laat begrijpen. En het
dient nergens toe, daarover te peinzen en
te zuchten. Maar de lieve God weet heel
goed, dat het zoo zijn moet, en daarom is
het zoo."
Zij zeide het zoo eenvoudig, dat het
kind het beschouwde als de groote waar
heid en het ook ais zoodanig gevoelde. Hij
voelde uit haar toon de eerbiedige vrees,
om aan dingen te roeren, die zich aan het
menschenoordeel onttrokken. Het was slechts
een onbestemd gevoel, maar toch voldoende
om een verder vragen, waarom men met
neef Max medelijden moest hebben, achter
wege te laten.
Op denzelfden dag toonde haar vader
Gunne een paar regels in een brief, dien
hij van neef Max had ontvangen
„Deze paar regels zgn voor jou", zeide
hij daarbij.
Zij las, met een donkeren blos op de
wangen „Gunna vraag ik, mij de domme
woorden, die ik tot haar bg het afscheid
heb gezegd, te willen vergeven. Ik was 1
een ezel. Wat schuld heeft zij eraan
Zg moet weer goed op mij zijn en mij geen
wrok toedragen.
„Zeg haar, dat ik haar alles goeds toe
wen sch."
HOOFDSTUK XXIX.
De opgewekte stemming had den vol
genden dag bg Bacha plaats gemaakt voor
een zeer zwartgallige bui, zooals Zuster
Christin© het noemde, Hij ontwaakte Dins
dagmorgen met een grooten hekel aan
zichzelf. Hem was het te moede, als had
hij zgn hoogste ideaal verraden voor een
paar centen.
Was hg dan zoo erbarmelgk zwak, dat
de eerste de beste verzoeking hem reeds
in gevaar bracht, om bem begeerig beide
handen te doen uitstrekken naar de genoe
gens der wereld
Hij zag de geplaagde en slecht gevoede
mannen, wien hij den adel der armoede had
voorgehouden. Hoe zouden ze hem nu nog
kunnen gei co ven ja, vanwaar zou hg
de brutaliteit halen, om verder in deze
richting met hen te spreken, wanneer hij
zelt omging in de huizen der genietenden
en het zich daar goed smaken liet
Nu wilde bij boete doen.
Hij legde zich een vasten op van drie
dagen. Geen koffie 's morgens, geen melk,
geen vleesch, niets. Een paar happen droog
brood en van tijd tot tijd een slok water,
om de maag wat bezigheid te verschaffen.
In den voormiddag verscheen er een
jongeD, die een briefje van Gunne bracht,
met een mand met bloemen. Maar ocder de
bloemen lagen koeken, appelen en heerlijke
vereche eieren.
Gunne schreef
„Lieve, beste George. Eet, wat er in de
mand is, en kom spoedig. Eet de eieren,
die onze goede hoentjes gelegd hebben,
aan het ontbijt, Ik heb ze zelf uit het
nest gehaald en zij waren nog warm. En
de appelen om twaalt uur. Ik verlang zoo
vurig naar je. Het is geen leven, als je
niet bg mij bent. Kom heel spoedig,
lieveling.
Je Gunne."
Hij antwoordde dadelijk
„M\ju lieve Gunne, Feestdagen moeten
feestdagen blijven. Wg zijn niet op aarde
alleen voor ons pleizier, nietwaar Ik moet
hard aan mg zelf arbeiden, om niet geheel
den grond onder de voeten te verliezen.
Daarom wil ik je niet wederzien vóór
Zondag. Je weetwij zijn niet voor onze
vreugde hier. Richt je gedachten deze
dagen niet op mij, maar op God. Lees de
bergrede, door Tolstoï beschreven, die ik
je hier zend, en verdiep je in de eeuwige
waarheden. Wij zullen daar as. Zondag
eens over praten. Voor je lieve geschenken
dank ik je. Je bloemen zullen in mgn
kamer geuren en mij van je vertellen.
Het andere zend ik naar het gemeente
huis, opdat Zuster Ckristice het onder de
armen kan ronddeelan.
Je George."
Toen hij den kleinen bode dit brieije met
het boek van Tolstoï had overgegeven,
werd het hem beter te moede. Dat betee-
kende toch weer een stsp in zijn richting.
Hij kasteidde zichzelf. De zieken en
armen bezocht hg en sprak ernstig met de
menschen over hunne zonden
Hij zeide in het gemeentehuis, dat hg
niet te eten kwam en Zuster Chrisiine
zeide voor zich heen„Mijn dominé heeft
weer den kolder in den kop."
Hem giog het echter zóó met Gunne,
dat, zoodra hij bg haar was, haar levendige,
gezonde persoonlijkheid sterk op hem in
werkte. Zij doofde iets In hem uit en
maakte andere gevoelens wakker. Wat zg
uitdoofde, was zgn waken, willen en oor-
deelen wat zij aanblies, was zgn zinnen-
lust. Zoo bad zij hem steeds, zonder het
te willen, ontrouw aan zichzelf gemaakt.
En wanneer hg haar in zgn armen hield,
ja, wanneer hij haar slechts voor zich zag,
bracht zg hem zoodanig in een roes, dat hg
kalmpjes zgn zieleheil zou hebben opge
offerd voor het genot, dat zg hem schonk.
Zoodra hij haar niet meer bg zich had,
verdween deze betoovering en dan voelde
I hij geen verlangen naar haar in 't ge
heel niet. Het idee, dat hij haar aanstonds
I weer zon ontmoeten, deed hem pijn. Met
groote macht trok zij hem af naar het
aardsche. Hij voelde, dat hij al zijn
krachten moest inspamjeD, om op de been
te big ven.
WORDT VERVOLGD.