aar ik wil! Donderdag 7 April 1901. 48ste Jaargang Mo. 3929 bekendmakingen. Nationale Militie. Binnenlandsch Nieuws. FEUILLETON. SCHA Wiens-. ODRAAIT. Ainrttilifi- LulliiiM [)it blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en Zaterdagavond. Bij insending tot 's morgens 9 ure, worden ADVERTKNTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst. ingezonden STUKKEN één dag vroeger. BiireauICH1GM, liaan, D 4. Uitgever J P. TRAPMAN. MedewerkerJ. VA 1 X li E L. Prijs per jaar f 8.Franco per post f 8.60. Afzonderlijke nummers 5 Cent. ADVERTENTIEN van 1 tot 6 regels t 0.25 iedere regel meer 5 ct Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Gemeente Schagen, —o— Oproeping van V«rlofKangers in werkeluken dienst. De Burgemeester van Schagen maakt be kend dat de in deze Gemeente gevestigde Ver!°efeT'ïrie, der lichting 1900, behoo rde tot het 2e Regiment Veld-Artillerie, op /en 25 April 1904, des namiddags vóór 4 uur bij zijn korps te 's-Gravenhage aanwezig moet 2 teneinde voor herhalingsoefeningen m werkelijken dienst te worden gesteld. Schagen den 6 April 1904. De Burgemeester voornoemd, H. J. POT. Vergadering van den Raad der gemeente HOOGWOUD, op Dinsdag 6 April 1904, voormiddags ten 9 uur. Afwezig de heerenJ. Schermer, W. Vijn en K. Vel. TDe beide laatsten komen echter toch naderhand ter vergadering; de heer Vel had 't convocatiebiljet niet goed geraadpleegd.] De Voorzitter, de heer C. Pijper, opent do vergadering, waarna allereerst de Secretaris, de heer Breebaart, wordt beëedigd als ge meente-secretaris en gemeente-ontvanger. Hij legt als zoodanig de vereischte eeden af, waarna de burgemeester hem har telijk feliciteert, hopende dat Breebaart langen tijd zijn werk goed moge verrichten, waarna de geheele Raad den nieuwen fnnction- naris gelnkwenscht, die op zijn beurt allen dankt en belooft, zijn best te zullen doen. Daarna worden de notulen voorgelezen en goedgekeurd. Als ingekomen stukken vermelden we: dat op een door den Raad der gemeente Hoogwoud gedaan verzoek aan Ged. Staten, in zake de vrije- en ordeoefeningen, vrijstelling van dat vak is verleend voor de de scholen te Hoogwoud en aan de Lange- reis voor den tijd van 1 jaar, ingaande 1 Jannari 1904. Verder is ingekomen een brief van den Min. van Binnenl. Zaken, betreffende de „volksweerbaarheid", welk schrijven propa ganda maakt voor algemeene weerbaarheid van 't Nederl. volk en wenken geeft, hoe vercenigingen te dezer zake kunnen wordeD ges'ennd. Voor kennisgeving aangenomen. Volgen nu de verslagen betreffende het ge geven herhallngsonderwijs le. School aan de Kerkelaanbezocht door 7, later 8 leerl.hiervan kwamen zeer ontrouw 4 leerl. [een was lid van 't fanfare corps, een op den wapenhandel, één lid van 't kerk. zangkoor, een bezocht den danscursus ze hadden 't te druk)een vijfde dacht, dat 't 'n pretje was en toen 't inspanning bleek te zijn, bleef hij weg. 2e. School Langereis10 deelnemers, trouw bezoek, één zeer ontrouw. 3e. School Aartswoud gedurende den geheelen winter de cursus door 9 jongens bezochtresultaten niet best4 trouwe bezoekers, de anderen laog niet trouw. 4e. School in de Weere, 30 leerlingen Maandags, Dinsdags, Donderdags en Vrijdags onderwijs't gebruikelijke „uit logeeren gaan" in Jannari werkte nadeeiig. Er weiden verschillende nattige dingen op de scholen behandeld, alsgeschiedenis, Ned. taal, aardrijkskunde, natuurk. enz. Een en aDder voor kennisgeving aangenomen. Daarna mededeeling kasverificatieont vangsten f 19800.69'/i, uitgaven f 19328.92Vi, kassaldo f 476.77. De benoeming stembureau is nn aan de orde; de heer K. Vel kan zich ondertnsschen maar slecht verbeelden, dat hij te laat op de vergadering is, hoewel hem onder 't oog wordt gebracht, dat de vergadering in afwijking van de gewoonte, nn met 't oog op de vele drukte om 9 uur is begonnen, 't geen op 't convocatie staat. „Nu, ik moet dan ereis kijken", zegt Vel, die lom den drommel niet lichtgeloovig,] toch ziet dat „'t om 9 nnr was Na dit interludium volgt eeist benoemingvan 2 leden stembureau. Uitslag benoemdJb. Hartog en W. Vijndan twee plaatsvervan gers. Echter, hoewel druk, even rusten. De Voorz. zegt: we hebben wel een langen dag, maar „we hangen toch ook niet Plaatsvervangers wordenVan Diepen en Schermerstemopnemer wordt Koog en Vel zijn plaatsvervanger, beiden zonder dat er over gestemd wordt. Aan de orde zijn nn de instructies van den Gemeente-secretaris en den Gemeente-ont vanger. Op de vraag van den Voorzitter: zóó goed, of wille jullie er wat aars in hewwe wordt ontkennend geantwoord en de instructies vastgesteld. Op de rekening van 1903 wordt af- en overgeschreven tot een bedrag van f 429.24°. In de Gemeentebegrooting voor het jaar 1904 worden nn verschillende wijzigingen ge bracht, tot een bedrag van f 505.—, De begrooting wordt verhoogd met een bedrag van f 450.voor pensioen van den heer Vetter en de jaarwedde van den telegiambesteller met f 56. Verminderd werd de begrooting met een bedrag van f 225.jaarwedde ambtenaar ter Secretarie, met f 65.schrijfloonen enz post onteigening en desinfectie met f 85. jaarwedden Voorz. Commissie tot Wering van Schoolvorzuim met f 10.presentiegeld leden dier Commissie met f 70.kosten Ongevallenwet f 20.— en voorschotten ge meentewet met f 40.—. Algemeen wordt deze wijziging goedgevonden. Wordt meegedeeld, dat de heer Vetter als schatter kleinhandel in sterken drank heeft bedankt. Voorz. stelt voor, den heer Bree baart te benoemen en deze wordt met alge meene stemmen benoemd. Is van Ged. Staten een missive ingekomen aangaande de regeling van het aantal en jaarwedden van de ambtenaren van den Bur gerlijken Stand, in verband met de nieuwe wet. Voorz. zegt, dat in de Gemeentestem heeft gestaan, dat de heer Breebaart geen ambte naar van den Burgerlijken Stand mag zijn, omdat hij is secretaris-boekhouder van het armbestuur, maar daar de Ambtenaar van den Burgerlijken Stand minstens twee uur op de Secretarie moet zijn per dag, is het voor Burg. en Weth. of raadsleden ondoenlijk, die betrekking te vervullen. Daarom had Voorz gedacht, dat Breebaart maar moest bedanken voor Secretaris-Boekhouder der Armen. Daar voor had Voorz. wel een ander op het oog, die dat wel doen kon, dan kwam alles weer in orde. Besloten wordt, nog wat te wachten en eerst eens antwoord af te wachten op de vraag, die aan Ged. Staten was gedaan, wat zij van deze kwestie dachten. De vergadering wordt nn voor drie kwartier gesloten, omdat de heeren, zooals Voorz. zegt, taid zelle hewwe om te konke len. De verslaggever das af. Na het konkelen heropening der vergade ring en begint de Raad te kluiven aan de Woningverordening. Toen het tramtijd was, hebben we de heeren met hnn kluifje alleen gelateD, en is men even- r»dernk gebleven als in den beginne, dan is er bepaald menig woordje gewisseld. De jengdige g y m n a 8 t i e k-v e r- eeniging „T. O. K. I. D. O." te ANNA PAU- LOWNA, gaf Zondag 3 April in „Veerbnrg" hare eerste uitvoering voor eene vrijwel be zette zaal. Het programma bevatte 8 nommers en na een welkomstwoord van den voorzitter kreeg het pnbliek de in nette pakken gestoken turners te zien. Gymnastiek-nitvoeringen ten plattenlande trekken niet, daar onbekendheid met de zaak, belangstelling tegenhoudt. Het waarom van het goede of verkeerde is voor de meesten een geheim, waarvan het gevolg De Amsterdamsche corres- pondent van de N. C. schrijft over de toe standen onder de diamantbewerkers te AM STERDAM: In duizenden gezinnen waait reeds de ellende rond. De tijden, waarin de gehuwde diamant bewerkers een spaarpot van eenige beteekenis maakten, zijn voorbij, al staat hnn positie tot die der meeste hand werkslieden nog vrij gun stig. Maar juist door den hoogeren levens standaard is het uitkeeringsbedrag in vele gevallen ternauwernood voor de wekelijksche huishuur voldoende. Men kan zich dan den gang van zaken in deze gezinnen, waar ge woonlijk een goede verdienste inkomt, gemak kelijk denken. Als alle bronnen zijn uitgeput i hetgeen reeds na de eerste paar weken gewoonlijk het geval is verhuizen eerst U.Ö UiCCBtOU CCU ECUCiUi, Cölïau IlVt/ KCVVig li. i -i 1 1_ 1 3 l ie, dat beschroomdheid in het beoordeelen de Bladen, daarna meidg goed kleedmgstuk. lippen gesloten hondt, en wat maakt bijeen komsten gezelliger, dan juist het onderling bespreken van wat men heeft gezien? Een jonge vereeniging moet zich tot het eenvoudige bepalen, cn nn komt „T. O. K. I. D. O." lof toe voor de gelukkige keuze harer oefeningen en de wel overdachte samenstelling van haar program; welke beide zaken zeker er toe hebben bijgedragen, dat het pnbliek zich bepaald amuseerde. Ook zonder tooneelstukja (vaak door on- ingewijden slecht opgevoerd), of komiek. Den geheelen avond door bleek het, dat de leiding aan goede handen was toevertrouwd en ook bij de stokoefeningen kwam het uit, naar het pandjeshuis, om den hoogsten nood te weren. Eu dan. het joodsche volk viert heden zijn eersten Paaschdag, van het schtdagen- durend „feest der ongezuurde brooden". Min stens 65 pet. der diamantbewerkers belijden den joodschen godsdienst, maar voor hen is het ditmaal geen feest; menig kind zal er zijn traditioneele nieuwe Paaschplunje meê inschieten, en menig voornemen tot aankoop van nieuwe benoodigd heden blijft achterwege. De nadeelige gevolgen van de crisis worden merkbaar, uiten zich in klachten. In dit verband zij medegedoeld, dat het brnto-verlies voor Amsterdam, volgens be- dat de heor N Koppes er slag van heeft,' trouwbare gegevens op f 200.000 per week 1 1 mAof nrnrrtoti rvo;;/-» r» o r Zeeland Gelderland Zuid- Holland Groningen Noord-Brabant Noord-Holland Friesland door een goed commando de turners te bezie len en correctheid der bewegingen erdoor te bewerken. Algemeen was men zeer voldaan over de aftvoering, waarvan de gunstige indruk door de goede muziek van de „K. N. M." nog werd verhoogd en „T. O. K. I. D. O." kan j met tevredenheid terug zien op haar werk. Het was een lust, het gpes patriae van Anna Paulowna zoo „vrank, vrij, vroom en vroed" op de planken te zien en wij durven met ge rustheid voorspellen, dat deze vereeniging spoedig onder hare tegenwoordige leiding eene Limburg goede plaats in de rij harer zusteren zal Drente innemen. - WIERINGERWAARD. De nieuwe Nederlandsche Tooneelvereeni- ging onder directie van den heer Bigot, gaf Zondag j.1. „Bad-doctorensucces-blijspel in 6 bedrijven. De bekende novelle van Van Manrik, omgezet in een blijspel, heeft hier niet voldaan. Als dat stnk werkelijk meer dan 100 malen in binnen- en buitenland met reuzensncces is opgevoerd, dan zullen de actenrs zeker hnn rollen beter gekend hebben dan dezen keer. De heer en mevrouw Bigot ver- stéan de kunst, en ook de heer Blaaser acteerde uitstekend, maar op de overigen viel veel af te dingen. Gelukkig dat de souffleur op zijn post was, dien konden we achter In de zaal duide lijk verstaan, zoodat we niets verloren van den inhoud, en wij soms nog eerder wisten wat volgen moest, dan enkele acteur?Bad doctoren is een mop van a tot z, met veel soesah, overgoten met lawaaisaus. Enfin, in een blijspel verwachten we ook geen span ning. De klucht werkte goed na, want nog lang na afloop bleef men pleizierig bijeen. Den 4den April werd in het lokaal van den heer A. Bult te 't ZAND eene biljartwedstrijd gehonden, waarbij 16 deelnemers waren. De uitslag is als volgt: le 'prijs, Jb. Smit Jbz., Koegras (Helder); le premie, L. Vader, Callantsoog; 2e premie, C. Heijblok, Koegras (Helder); 3e premie, L. Vader, Callantsoog. Prjjs en premiën bestonden in contanten. moet worden geschat. D e verdeeling van de beschik- bare f 75.000 voor rijkssubsidiën ter bevor dering van de paardenfokkerij, is voor dit jaar vastgesteld als volgt f 13285 tegen f 12150 in 1903. 12150 9760 7985 7955 5125 4695 4030 4016 8490 2510 12215 9650 7585 8780 6255 5625 3605 4040 3490 2520 Roman van FRIK DA VRIJVROUWE VON BULOW. ooo 27. Huilende en boos trok Hilmar af. Maar hij maakte toch déze gevolgtrekking: als een groot menech rood wordt, dan mag men dat bepaald niet zeggen. Het scheen iets beleedigends te zijn, om zooiets te zéggen. Maar vergeefs dacht de arme jongen na over het waarom. Hij liep naar den tuin, om in de stallen bij de knechts vergetelheid te zoeken. Maar in den tuin reeds riep Gunne hem. Zij sloeg vriendelijk haar arm om zijn schouder„Hil Hij drong zich teeder tegen haar aan. »Ik wilde je bepaald niet ergeren, Gunnergk „Dat weet ik wel, Hil. Je bent toch „Zijn unmers mijn lieve jongen." „Maar waarom werd mama toch zoo boos?" „Omdat ik zoo dom was en begon te huilen." „Waarom dat, Gunne?" „Ik schaamde mij zoo." Hilmar had gaarne verder gevraagd, waarom Gunne zich dan wel zoo schaamde. Maar een gevoel dat er iets pijnlijks aan ten grondslag lag, deed hem zwijgen. „Het was dom van mij", ging Gunne voort) „want het staat lang niet mooi, zoo te gaan huilen, ais een klein kind dat nog fcitt anders kan. Wg grooten moeten ons beheerschen. Niet waar „Meisjes behoeven dat niet", troostte hij. „Meisjes mogen weenen, zegt mijnheer Biensaam, en de jongens moeten dapper zijn." Gunne lachte. „Mgnheer Biensaam meent, dat alle meisjes zwak zijn. Men weent slechts, als men zwak is, ziet ge." „Ik zal nooit meer huilen 1" verklaarde Hilmar. „Ja, dan moet ge ook zeer sterk wor den want anders kan je je nist steeds moester blijven." „Ik woog Zaterdagavond reeds 64 pond en 2 ons. Ik zal spoedig zoo sterk zgn als mga broers. Maar ik wil sterk worden als een paard, even sterk als neef Max." Beiden zwegen nu plotseling. Dan vroeg Hilmar vertrouwelijk „Zeg mij eens, Gunne, waarom is Max eigenlijk arm Hij heelt toch een mooi landgoed, dat wel tienmaal zoo groot is als het onze, zegt papa. Dan is hjj toch Utrecht Overijsel Deze sabsidiën worden verdeeld naar het aantal merriën, in iedere provincie gedekt; waar de snbsidie das is verminderd, zijn in 1903 minder merriën gedekt dan in 1902, en omgekeerd. In de maand Maart werd aan het hulpkan toor KOLHORN in de Rijkspostspaarbank be legd f 1766.72 in 85 inlagen Zeven nieuwe boekjes werden in dit tijdperk uitgegeven. Over het late kwartaal 1904 is het bedrag f 3517.67'/», getal inlagen 263,en 't getal nieuwe boekjes 31. Dat het laatste getal zoo groot, (grooter dan ooit te voren) is, vindt zijne oorzaak in de uitgifte op school van formulieren voorde 1- cents spaarzegels. Uit LEERDAM meldt men: In de gemeente Henkelum, nabij Leerdam, hebben een zestal jongens, van 10- a 12 jarigen leeftijd, Donderdagmiddag een vondst gedaan van waarde. In de fundamenten van een afgebroken woDing, welke in vioeger een wen bij een klooster behoord moet hebben, delfden zij al spelende een klein, rond aarden potje op. waarin 34 gouden en 17 zilveren munten en gedenkpenningen bleken geborgen te zijn, bijna zonder uitzondering alle even gaaf. De Burgemeester, die den gevonden schat onder zijn hoede heeft genomen, was zoo bereidwillig deze muntstokken te toonen, w.o. oen gouden Carolns van Karei V, datee- rende nit de 15e eeuw, en een Groot van Willem VI. De vinders behooren tot behoeftige ge zinnen. Een ongeval, dat betrekke- lijk goed is afgeloopen. heeft in de Groote Kromme Elleboog te GRONINGEN plaats gehad. Twee glazenwasschers stonden op twee aan elkaar gebonden ladders tegen een huis, om zonneblinden op te hangen. De ladder brak daar, waar hij verbonden was en de beide mannen, die op de hoogte van de derde verdieping stonden, kwamen op de straat terecht. De eerste werd slechts licht aan handen en voeten gekneusd, de ander kon niet loo- pen en werd met behulp van zijn kameraad een winkel binnengedragen. Geneeskundige hulp werd verleend door de heeren Van don Berg en Kappers; deze constateerden een ernstige beenkneuzing. Op zijn verzoek is de man naar zijn woning vervoerd. Het kleinste bewoonde eiland van Europa. Uit de Urker bnitenhavenkom, welke een jaar geleden werd aangelegd, is een kei op- haald, welke na meting blijkt 2500 K.G. te wegen. De visschers hadden bij den lagen waterstand der laatste weken meermalen hin der van dezen Bteen gehad. Dergelijke rolsteenen liggen in vrij grooten getale om het eiland heei), vooral op den ondiepen „Vorm"; echter niet zoo talrijk als vroeger, toen zij bij gunstig weder werden opgehaald en verkocht om gebruikt te worden voor zeeweringen, enz. Sedert daarvoor de znilen uit de bazaltgroeven gebezigd worden, is het bedrijf der steen visschers gestaakt. Op dien „Vorm" liggen o. a. keien, waar aan men duidelijk kan zien, dat men ze heeft doen springen, of dit ten minste beproefd heeft. Ook in den bodem van het eiland treft men bij het graven van bakken of pntten dergelijke groote rolsteenen aan, welke soms het diep graven beletten. Volgens wijlen Prof. P. Harting is de bodem van Urk, naar het Nienws schrijft, met betrekking tot het hoogere gedeelte (waarop het dorp staat) van diluvialen en het lagere van allnvialen oorsprong. Het eerste bestaat uit vier verschillende lagen a. Uit een over het algemeen geelachtig rood gekleurd leem, welks hard- en vastheid zoo groot is, dat een door hem gebezigde grondboor er zelfs onbruikbaar in werd terwijl men tot verdere doorgraving zijn toevlucht nemen moest tot een koevoet deze laag had op zekere plaats eene dikte van meer dan 8 elb. Uit zwartachtig grijzen zandigen leemmergel, ter dikte van ongeveer een elc. Uit een licht-geel- achtigen, grijzen, leemachtigen zandmergel, mede ter gemiddelde dikte van een elen d. Uit zand, dat geheel vrij is van koolstof zure kalk, en waardoor deze laag zich van de overige onderscheidt terwijl men tevens meent te mogen aannemen, dat deze zandlaag zich onder het gansche hoogere deel des eilands uitbreidt. Deze onderscheidene lagen bevatten ver schillende steensoorten, zooals graniet, kalk steen, vuursteen, krijt, kwarts, veldsteenpor fier, glimmecsehiefter, enz. Vroeger werd aan den zeekant ook barn steen gevonden. Da Amsterdamsche Burge meester Nicolaas Witsen, die vanwege deze i stad Ambachtsheer van Urk en Emmeloord was, schrijft in het begin der 18e eeuw over dit barnsteen het volgende „Het ayne opmerkingh seer waerdlgh, dat ouders zgn echter zeer oud en ziek en daarom is het zeker een beetje treurig voor hem thuis. En mama denkt, dat hij liever hier zgn zou „Hij kan immers terugkomen." „Misschien niet. Zijn ouders hebben hem noodig. Er is veel treurigs in het leven, wat zich moeilijk laat begrijpen. En het dient nergens toe, daarover te peinzen en te zuchten. Maar de lieve God weet heel goed, dat het zoo zijn moet, en daarom is het zoo." Zij zeide het zoo eenvoudig, dat het kind het beschouwde als de groote waar heid en het ook ais zoodanig gevoelde. Hij voelde uit haar toon de eerbiedige vrees, om aan dingen te roeren, die zich aan het menschenoordeel onttrokken. Het was slechts een onbestemd gevoel, maar toch voldoende om een verder vragen, waarom men met neef Max medelijden moest hebben, achter wege te laten. Op denzelfden dag toonde haar vader Gunne een paar regels in een brief, dien hij van neef Max had ontvangen „Deze paar regels zgn voor jou", zeide hij daarbij. Zij las, met een donkeren blos op de wangen „Gunna vraag ik, mij de domme woorden, die ik tot haar bg het afscheid heb gezegd, te willen vergeven. Ik was 1 een ezel. Wat schuld heeft zij eraan Zg moet weer goed op mij zijn en mij geen wrok toedragen. „Zeg haar, dat ik haar alles goeds toe wen sch." HOOFDSTUK XXIX. De opgewekte stemming had den vol genden dag bg Bacha plaats gemaakt voor een zeer zwartgallige bui, zooals Zuster Christin© het noemde, Hij ontwaakte Dins dagmorgen met een grooten hekel aan zichzelf. Hem was het te moede, als had hij zgn hoogste ideaal verraden voor een paar centen. Was hg dan zoo erbarmelgk zwak, dat de eerste de beste verzoeking hem reeds in gevaar bracht, om bem begeerig beide handen te doen uitstrekken naar de genoe gens der wereld Hij zag de geplaagde en slecht gevoede mannen, wien hij den adel der armoede had voorgehouden. Hoe zouden ze hem nu nog kunnen gei co ven ja, vanwaar zou hg de brutaliteit halen, om verder in deze richting met hen te spreken, wanneer hij zelt omging in de huizen der genietenden en het zich daar goed smaken liet Nu wilde bij boete doen. Hij legde zich een vasten op van drie dagen. Geen koffie 's morgens, geen melk, geen vleesch, niets. Een paar happen droog brood en van tijd tot tijd een slok water, om de maag wat bezigheid te verschaffen. In den voormiddag verscheen er een jongeD, die een briefje van Gunne bracht, met een mand met bloemen. Maar ocder de bloemen lagen koeken, appelen en heerlijke vereche eieren. Gunne schreef „Lieve, beste George. Eet, wat er in de mand is, en kom spoedig. Eet de eieren, die onze goede hoentjes gelegd hebben, aan het ontbijt, Ik heb ze zelf uit het nest gehaald en zij waren nog warm. En de appelen om twaalt uur. Ik verlang zoo vurig naar je. Het is geen leven, als je niet bg mij bent. Kom heel spoedig, lieveling. Je Gunne." Hij antwoordde dadelijk „M\ju lieve Gunne, Feestdagen moeten feestdagen blijven. Wg zijn niet op aarde alleen voor ons pleizier, nietwaar Ik moet hard aan mg zelf arbeiden, om niet geheel den grond onder de voeten te verliezen. Daarom wil ik je niet wederzien vóór Zondag. Je weetwij zijn niet voor onze vreugde hier. Richt je gedachten deze dagen niet op mij, maar op God. Lees de bergrede, door Tolstoï beschreven, die ik je hier zend, en verdiep je in de eeuwige waarheden. Wij zullen daar as. Zondag eens over praten. Voor je lieve geschenken dank ik je. Je bloemen zullen in mgn kamer geuren en mij van je vertellen. Het andere zend ik naar het gemeente huis, opdat Zuster Ckristice het onder de armen kan ronddeelan. Je George." Toen hij den kleinen bode dit brieije met het boek van Tolstoï had overgegeven, werd het hem beter te moede. Dat betee- kende toch weer een stsp in zijn richting. Hij kasteidde zichzelf. De zieken en armen bezocht hg en sprak ernstig met de menschen over hunne zonden Hij zeide in het gemeentehuis, dat hg niet te eten kwam en Zuster Chrisiine zeide voor zich heen„Mijn dominé heeft weer den kolder in den kop." Hem giog het echter zóó met Gunne, dat, zoodra hij bg haar was, haar levendige, gezonde persoonlijkheid sterk op hem in werkte. Zij doofde iets In hem uit en maakte andere gevoelens wakker. Wat zg uitdoofde, was zgn waken, willen en oor- deelen wat zij aanblies, was zgn zinnen- lust. Zoo bad zij hem steeds, zonder het te willen, ontrouw aan zichzelf gemaakt. En wanneer hg haar in zgn armen hield, ja, wanneer hij haar slechts voor zich zag, bracht zg hem zoodanig in een roes, dat hg kalmpjes zgn zieleheil zou hebben opge offerd voor het genot, dat zg hem schonk. Zoodra hij haar niet meer bg zich had, verdween deze betoovering en dan voelde I hij geen verlangen naar haar in 't ge heel niet. Het idee, dat hij haar aanstonds I weer zon ontmoeten, deed hem pijn. Met groote macht trok zij hem af naar het aardsche. Hij voelde, dat hij al zijn krachten moest inspamjeD, om op de been te big ven. WORDT VERVOLGD.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1904 | | pagina 3