cCHAGER COUR-INT
landbouw proefYelden
|s\oord-Holiand. 1903.
an Zondag 22 Mei 1904. Tweede Blad.
MOEDERS WALS.
- p r o e fv e 1 d e n, aangelegd met het doel te
oe^en, welke combinatie van natuur-
°..erZ,nest en kunstmest in bepaalde streken
nj^fnjr,iven het meest is aan te bevelen.
0 f d e a1 'J
3. J. M a N T K L. Andijk.
7^vel'rrond met eenig veen er onder. Vroege aardappelen.
pit proefveld is aangelegd in 1902. Het strekt zich uit over
jj-ie naast elkander liggende akkers.
j)e bemesting was als volgt ingericht:
-11 2 Are. om de twee jaar 50000 K.G. trammesfc. thans bemest.
alle jaren slootaarde (400000 K.G.), thans onbemest.
016 fl &1s bovendien in beide jaren
.o nift als 2A doch zonder superphosphaat.
oir nift v patent kali.
|f/ oM chilisalpeter.
g q alle jaren uitsluitend kunstmest
3b, 2
4, 2
5. 2
812 K.G. superphosphaat
625 patent kali
625 chilisalpeter
1000 K.G. superphosphaat
500 patent kali
1000 chilisalpeter
1000 K.G. superphosphaat
500 patent kali
750 zwavelz. ammoniak
50000 K.G. trammest.
25000
De oogstcijfers waren, eveneens per H.A. berekend
Aardappelen
in H.L.
Bemes-
tings-
kosten.
Zuivere opbr.
In
In 1902
(Zie ver
slag 190^
bldz. 18)
Totaal
in twee
groote kleine
geld
In 1908
jaren
J
Om dc tweo jaar vol
trammest
551
81
f 821
f246
f 575
f783
f 1358
2
Alle jaren slootaarde
548
75
813
69
,744
895
1649
ik
Als 2, bovendien veel
kunstmest, alle voe
dingsstoffen
767
98
1133
,210
923
,873
1796
2P
Als 2 A, doch zonder
superphosphaat
741
98
1096
184
912
2K
Als 2 A, doch zonder
patentkali
732
107
1090
169
,921
2S
Als 2 Adoch zonder
chilisalpeter
660
89
978
135
843.
- -i
3a
Steeds knnstmest.stik-
stof in den vorm van
chilisalpeter
697
102
1039
183
855
,807
1662
3b
Steeds ku nstmest,stik
stof in den vorm van
zwavelzure ammo
niak
703
85
1035
181
854
,801
1655
4
Allo jaren vol tram
mest
600
78
887
„246
641
,681
1322
5
Alle jaren half tram
mest
538
80
803
123
„680
fr
,788
1468
Superphosphaat en patentkali zijn gestrooid op 14 Maart, de
trammest op 2 en 3 April, evenzoo zwavelzure ammoniak en de
eerste portie chilisalpeter, de perceelen zijn daarna omgespit en
vervolgens de aardappelen gepoot. De beide overige porties chili
salpeter zijn op 2 en 16 Mei gestrooid. Do aardappelen (Duitsehe
muizen) zijn gerooid van 13 tot 16 Juli. Zij werden verkocht voor
een gemiddelden prijs van f 1.38 per II L de groote en van f0.75
de kleine.
Uit de cijfers kan het volgende worden afgeleid
le. De slootaarde, perceel 2, heeft niet, zooals het vorig
jaar, liet groitste voordeel gegeven. De perceelen met enkel kunst
mest, perceel 3a en 3b, stonden daar nog ver boven.
De bemestingen met uitsluitend trammest, hetzij „alle jaren vol
trammest", „om de twee jaar vol trammest" of „alle jaren half tram
mest" werd gegeven, gaven een lagere opbrengst, liet vorig jaar
was de trammest eveneens het minst voordoelig.
liet allerbeste resultaat gaf beide jaren eene bemesting met
slootaarde cn bovendien veel kunstmest. Alweer een bewijs, hoe
wenschelijk het is, bij deze teelt overvloedig te bemesten met ge
makkelijk opneembare stoffen.
Dat de trammest (dezelfde als bij Singer en Kooiman) dit jaar
zoo onbevredigend werkte, is waarschijnlijk een gevolg van het feit,
dat zij zoo weinig ammoniak en oplosbaar phosphorzuur bevatte.
2e. In de twee jaren heeft de bemesting „met uitsluitend
kunstmest" ongeveer evenveel voordeel gegeven als „uitsluitend
slootaarde", terwijl „uitsluitend trammest", hetzij dan „vol" of „half,
ver in de minderheid bleef en „slootaarde met bovendien veel
kunstmest" alle andere ver achter zich liet.
3e. Het bleek onverschillig, of de stikstof werd gegeven in den
vorm van zwavelzure ammoniak, of in dien van chilisalpeter.
4e Opmerking verdient nog het feit, dat de structuur van
den grond op de perceelen bemest met kunstmest, veel beter was
dan op de perceelen met trammest.
VI. Proefvelden, aangelegd met het doel
chilisalpeter te ver gel ij ken met zwavelzure
ammoniak.
1—3. Deze proef is reeds twee jaar in gang op drie proef
velden te Andijk, waarvan het verslag voorkomt onder no. V, 1,
2 en 3. De uitkomst is daar geweest, dat in het eerste jaai'
(1902) eene bemesting met 600 K.G. chilisalpeter ongeveer
dezelfde uitkomst gat als met 310 K.G. zwavelzure ammoniak en
-00 K.G. chilisalpeter op twee proefvelden, en als 465 K.G. zwa
velzure ammoniak op een proefveld. In dit jaar was bij S. Singer
"e opbrengst van 400 K.G. chilisalpeter en 450 K.G. zwavelzure
•"umoniak, ongeveer 96 Tan die van 1000 K.G. chili, zoodat
üet verschil niet noemenswaard kan worden genoemdbij K. Kooi-
maa en J. Mantel was de opbrengst van 750 K.G. zwavelzure
amm°niak even groot als die van 1000 K.G. chilisalpeter.
4. Te Opperdoes werd deze proef dit jaar genomen bij vroede
^rdappelen („Sluizen") met 400 K.G. chilisalpeter tegenover 300
f" - zwavelzure ammoniak, zie no. IV, 1en was de uitkomst voor
eer betreft den stand van het gewas en de opbrengst, zeer in
et voordeel van chilisalpeter, terwijl de kwaliteit van de met chili-
Dit1 benieste aardappelen belangrijk minder goed was.
stand is misschien een gevolg van in minder rijpen toe-
na oogsten van dit welige gewas, misschien ook wel van den te
«eugen groei.
300 Ko fe W°gUUm weid 400 K-G" chilisalpeter gesteld tegenover
«.•-f. zwavelzure ammoniak bij Duitsehe muizen, zie no. IV, 2.
Aan den groei was weinig verschil te zien, doch de opbrengst was
zeer in het voordeel van chilisalpeter, zoowel bij de aardappelen,
als bij de voederbieten, die tussehen de rijen werden gezaaid en in
den herfst werden geoogstbjj de aardappelen was de opbrengst
van zwavelzure ammoniak ongeveer 70 °/0 van die van het chili
salpeter en bij de voederbieten ongeveer 80 u/„, terwjjl bij Pauw de
aardappelcpbrengst van zwavelzure ammoniak ook ongeveer 70
bedroeg van die van chilisalpeter.
Dat de uitkomst te Andijk telkens voor beide meststoffen onge
veer gelijk was, zou kunnen worden toegeschreven aan het feit,
dat van beide meststoffen misschien ie veel werd gegeven. Dit gaat
evenwel naar mijne meening niet op, want de ervaring heeft geleerd,
dat met de thans gegeven groote hoeveelheden scikstofmest belang
rijk meer wordt geoogst, dan met meer matige hoeveelheden.
STiQfe.
YII. Proefvelden, aangelegd met het doel,
de uitwerking na te gaan van bemesting met
kalk.
1, 2. Op de proefvelden van M. Dekker en D. Ruijter te
Nibbixwoud, waar zich sedert eenige jaren een gedeelte bevindt,
dat niet met kalk werd bemest, doch overigens steeds gelijk
werd bemest als het perceel, dat uitsluitend kunstmest en af en
toe ook kalk ontvangt, was dit jaar geen nawerking van de in
den herfst van 1900 en 1901 toegepaste bemesting met kalk waar te
nemen. Bij Dekker was in de voorgaande jaren de kalkbemesting
niet voordeelig (zie no. I, 2 van dit verslag) en bjj Ruijter even
min (zie no. I, 3).
3. Op het proefveld van II. Schaap tc Midsland (Terschelling)
is op een gedeelte van liét kunstmestperceel (zie no. I, 5) in den
herfst van 1900 en 1901 geen kalk gestrooid; de nawerking van
die kalkbemesting (telkens 2000 K.G. per HA.) was aan de oogst
cijfers merkbaar, daar het gedeelte zonder kalk (5 Are) per H.A.
60 H.L. gerst en 5600 K G. stroo voortbracht en het gedeelte met
kalk (15 Are) 66 H.L. gerst en 5400 K.G. stroo.
4. Omtrent het proefveld van C. Rijkeboer te Hee (Terschel
ling) (zie no. I, 6 van dit verslag) kan worden medegedeeld, dat,
hoewel hier geen oogstcijfers zijn vastgesteld, op perceelen waar
tot nog toe veel kalk was aangewend, de stand van het gras beter
was en met minder zuring, dan op het gedeelte dat langen tijd
geen kalk ontving.
5. Eene proef bij D. A. Cupido te Hoorn (Terschelling) is
mislukt, doordat de schrale, „branderige" zandgrond een ai te
gering gewas groene erwten opleverde. Verschil tussehen „met
kalk" en „zonder kalk" was niet wyaar te nemen.
6. Van het proefveld van J. II. Bosker te Wieringen (zie
no. 1, 10 van dit verslag) zijn de opbrengsten van de perceelen met
(in den herfst van 1901 gestrooid 2000 K.G. per H.A.) cn zonder
kalk niet afzonderlijk afgewogen Oogenschijnlijk was gedurende
den. groei de kleur van de winterrogge op het kalkperceel een klei
nigheid beter. In 1902 gaf de kalkbemesting op het havergewas
geen voordeel.
7. Twee proefvelden te Wieringen, waar de naw erking zou wor
den nagegaan van kalk, in den herfst van 1901 toegepast, n.1. bij
Jb. Landman en W. Snoóij, zijn mislukt.
8. G. Bos J bz, Opperdoes.
Zavelgrond Blauwe aardappelen.
Dit proefveld werd in 1902 aangelegd. Het bestaat uit 3 per
ceelen van 1 Are
Perceel 1, in bet vorig jaar onbemest, wa3 than3 bemest met
20000 Liter ier per HA.
Perceel 2 werd evenals het vorig jaar bemest met 600 K.G.
superphosphaat, 300 K.G. patent kali, 400 Iv.G. zwavelzure ammo
niak en 200 K G. oliiliaiilpeter.
Perceel 3 werd geheel gelijk bemest, ais perceel 2, doch boven
dien in 1901 met 20Ó0 K.G. kalk bemest.
De ier is gesproeid op 13 en 14 Maart; de samenstelling hier
van is niet bekend'. De proefnemer koos ^leze bemesting voor per
ceel 1, dat geheel naar de inzichten van don proefnemer wordt
bemest, mits niet met kunstmest. Alle meststoffen 'zijn gestrooid
op 23 Maart. Bjj het poten der aardappels in kuiltjes, dat kort
daarna geschiedde, w erden dc meststoffen a's vanzelf niet deu grond
vermengd. Tijdens den groei was de stand van het gewas op 1
goed, op 2 en 3 zeer goed verschil tussehen „de perceelen met,
en zonder kalk was niet waar te nemen, üp 29 Juni ep 13 Juli
werd het proefveld besproeid met Pordeanxsche pap liet resultaat
hiervan was prachtig, liet rooien geschiedde bij gedeelten van half
September tot half November. Toen het rooien aanving, was hot loof
afgestorven.
De oogstcijfers w aren per, II.A. ia dit en het vorige jaar inll.L.:
Perceel 1 ier (1902 onbemest)
2 kunstmest zonder kalk
3 en in 1902 kalk
1903
Groote Kleine Kriel
253 2(5 23
273 24 21
280 25 20
1902
Groote Kleine Kriel
282 32 43
416 36 56
394 39 60
Terwijl dit jaar de kalk eenige goede nawerking schijnt te
hebben gehad, scheen het vorig jaar de kalk nadeelig te hebben
gewerkt. Voordeel heeft in deze twee jaar de faif/rbeinesting dus
niet aangebracht. De bemesting met kunstmest beeft overigens in
beide jaren een zeer goed resultaat gegeven in vergelijking met
onbemest en bemesting met ier van onbekende samenstelling.
911. J b. Blokker, Noorder wegC. Davibb, Zuiderweg
G. B re eb a a.rï, Zuiderwegallen te IVijdewor.ner.
Humusrijke zavelgrond. Hooiland.
Hier werden proefvelden aangelegd van 6 perceelen, ieder
groot 1 Are.
1,
9
3,
i
5,
6,
zonder kalkonbemest.
bemest met 600 K G. super en 200 K.G. chili.
1000 K.G. onbemest.
1000 bemest met 600 K.G. super en 200 K.G chili.
2000 onbemest.
2000 bemest met 600 K.G. super en 200 K.G. chili.
De kalk is gestrooid in" Februari, het super in Maart, en de cliili
in April in twee porties.
De oogst van de verschillende perceelen is niet afgewogen, zoodat
omtrent het resultaat der kalkbemesting weinig met zekerheid is
te zeggen. In het vervolg zal worden gezorgd, dat de veldjes bij
het maaien nauwkeurig van elkander gescheiden blijven en de
oogst wordt afgewogen.
Bij Blokker was tijdeus den groei eenig, zij het dan ook gering,
verschil waar te nemen teu gunste der bemesting met kalk, zoowel
op onbemest als in combinatie met kunstmest
Bij Davids scheen de kalk eenigszins nadeelig te werken en
bij Breebaart scheen kalk in combinatie met kunstmest eeuiger-
mate gunstig te werk. 11.
Bij Blokker was ook aan bet etgroen eenige werking van de
kalk waar te nemen; bij de twee andere proefnemers niet.
De kunstmest .werkte hij Blokker en Breebaart zeer gunstig
en bij Davids was zelfs de uitwerking groot.
De Bijhslandbouwleeraar voor Noord-Holland
C. NOBEL.
[Een herinnering van Jacqnes Offenfcach].
—ooo—
Van die lieve, gispende wale, die mijn moe
der en mijn znstug zongen om me in slaap
te maken, had ik nooit meer dan de eerste
acht maten gekend.
Misschien hadden d e dierbar® wezens er
zalf niet moer van gekend. Die acht maten
vervolgden me a's een vsêthondende schuld-
eUcher, die m» een voor een alle zoete
herinneringen san mijn kindsheid wilde
weergeven. Zij drongen zich op in mijn her
innering met een gezag, dat mijn hart er
geheel door ia beslag werd genomen. Of
riep niet iedere noot honderd teedere herin
neringen wakker Die acht maten vormden
een wereld. Als ze mij voor den geest kwamen,
zag ik het ouderlijke huis. hoorde ik de stem
van allen, die ik betreurde, van allen die ik
had liefgehad. Alleen te Parijs, waar ik
mijn bestaan vond met de violoncel te bespelen
in de Opéra Comiqne, op een leeftijd, waarop
goed ontwikkelde jongens nitar bet vijfde
j lar overgaan, ging ik rustig de tcekomst in,
maar betreurde toch het verleden.
De eenzaamheid was me soms bitter en die
wals begon een eigenaardige plaats in te
nemen het was niet meer een wals, het was
bijaa een gebed, dat ik van den morgen tot
den avond herhaalde, 't was me, of de mijnen
me hoorden als ik ze speelde, en als die
tonen in mijn herinnering rondwaarden, zon
ik er op gezworen hebben, dat die dierbare
afwezigen me antwoordden.
O, die wals. ik had ze willen kennen in
haar geheelDikwijls had ik ze doorgezet
en op mijn manier aangevuld. Anderen had
ik kunnen bedriegen, maar mezelf niet. Mijn
aanvullingen leken me prachtig, als ik ze
improviseerde, maar als ik ze dan weer over
speelde, spraken ze me slechts van mezelf en
niet van mijn dierbare betreurden, niet van
de vervlogen vreugden mijner kindsheid. De
tijd ging voorbij, maar de invloed van de
acht maten verzwakte niethet scheen zelfs,
dat ze sterker op mij begonnen in te werken.
Als men ouder wordt, bestaat er geen middel
weg, men vergeet alles of men herinnert
zich met een eigenaardige nanwkenrigheid
de tooneelen en de personen van het vroolijk
spel dsr jeugd. Ik behoor tot de laatsten en
ik ben er dankbaar voor. Is er iets gelukki
ger dan zich, door de drocmen van het ver
leden op te roepen, onttrokken te weten aan
do harde werkelijkheid
Op zekeren dag hield ik het niet langer
uit en ging er op uit, om mijn wals te zoe
ken. Ik begaf mij er voor naar huis. Niets
zet ik van het doel van mijn komst. Mijn
vader en mijn bloedverwanten overlaadden
me met hartelijkheden. Ze beschouwden
mijn thuiskomst als een bewijs van verlangen
naar hen. Zij vergisten zich en ik wilde ze
geen leed doen.
Op een avond vroeg mijn vader, die mij
graag hoorde, of ik iets wilde spelen. Hij
was een kundig en streng rechter, ik voelde
een beetje schroom voor hem. Dien avond
liet ik mo tiet vragen en zonder voorspel
spoelde ik de acht maten van de wals, die
ik zocht.
Kijk, zei mijn vader, herinner je je
die wals van Zimmer nog
Zimmerriep ik, is 't een wals van
Zimmer, bent u daar zeker van Wie is die
Zimmer
Die Z ramer, antwoordde mijn vader,
was een jonge componist, die vroeger nogal
succes had hij was heel goed begonnen en
begon populair te worden. Op zekeren dag
was hij verdwenen en men hoorde niet meer
over h*m spreken.
Kent u die wals
Neen.
Wat U helt zoo'n gelnkkig geheugen
en n hebt ze vergeten
Om de eenvoudige reden, dat ik ze tooit
gekend heb je arm?, goed* moeder zong ze
om ji in Blaap te m iken. Ik donk, dat za er
ook niet meer van gekend heoft
Den volgenden dig liep ik alle muziek
winkels af om naar de wa's van Zimmer
te vragenik wist den titel niet, zong do
acht, maten en zei Ze begint zóó.
Glimlachend keek men mij aan en zei
overal
Ik ken ze niet.
Ontmoedigd kwam ik te Parijs teiug. Jaren
lang kwam ik op myu reizen geen muziek
winkel binnen, ef jfe vroeg naar de wals, masr
altijd kreeg ik hetzelfde antwoord.
Ik begon h' t op le geven.
Op Z' keren morgen torn >k bij mjjn uit
gever proeven corrigeerde zei bij mij, ik weet
niet wat de aanleiding er voor was
Ik had daar jn'st een armeu drommel
by mij, die niet zouder talent is.
Gi jt hem uitgeven
Ik zou het wel willen, maar hij is oud
en heeft geen n*.am.
Hij zal er zich een verwerven.
Hij zegt, jat hij zijn lijd gehad heeft.
Hoe heet hij
Zimmer.
Z .mmerGe zegt ZimmerWaar
woont hij
Ik weet het niet, hij komt morgen ija
handschrift terughalen.
Mijn vriend, bewij* me een dienst. n
grooten dienstdruk het, geef hem t
mijn rekening er tweemaal'het bedrag v r,
dat hij vraagt, en stuur dien goeien kerel bij
mij. Ik wil hem in elk geval zien.
Ik wachtte den volgenden dag, den di.rr-
opvolgenden, vervolgens maanden, j ren.
Z mmer kwam niet.
In 1871 ging ik te Weereu co repetities
van de Eaiber bijwonen. Op ccn avond werd
ons rijtn g opgehouden door een oploopje
voor een volkstheater. We dachten nun en
dronkemansgevecht, want er lag oen m »n
op den grond.
Dokter Faikner, die bij ocs in het ïij'uig
zat, stapte git en ging zien.
'c Is de portier van hst thcitei, d e
plo'se'ing gestorven is, zei men h m
Faikner boog zich ovor den min en ze?
Hij is niet dood, maar op het part Van
honger te sterven.
Men verdrong zich om den ongelukkige
en deze wss spoedig bezorgd. Do dokter
beloofde dtn volgenden dag te.zn'ien tcrug-
keeren en vrqjg ..zijn adres. Dit luidde:
Jladoif Z'mmer. aaat-isklearaar, Stexrici otse
No £66
Zimmer! tiep ik uit, dien ken ik. Li t
hem zoo goed mogelijk verzorgen, ik zd al
les wel goedmaken.
Hij werd ml van rijn ellendig kwartier
naur een betere wonirg overgebracht.
Acht. dagen later diende een bed'ecde van
rniju hotel '/immer bij inij aan eindelijk zou
ik ruiju wals kiiigen.
E u grijsaard met beschaafd von! omen
tred binnen. Het ongeluk had zijn sporen op
zijn gerimpeld gei;.»: achtergelaten. Lange
witte heren vielen op zijn zwarte j -s, die tot
op de draden versleten was, maar er zindelijk
uitzag
Mijnheer, begon hij, ik kom n bedanken
voor nw goedheid jegens mij.
Uet heeft niets te beteekenen, ik heb