Jndistlie f enfcrassen. Huiler brandende Zou. Juli 1904. van Dinsdag 19 Juli 1904. Zitting zondag ^ggte J aarg aP e tweede No. 3960. BLAL). irr0ndissemeiits Recht- bank te Alkmaar. UITSPRAKEN aoadswaard, Den Helder, gedetineerd, f gevang, wegens diefstal; ['t zal den 3 ®n grijsaard niet erg m< d0°hii ziin veroordeeling tot toen mtêgevallen zijn, zoo'n straf op j onden dag vernam j rr t werfczaam-zijn voor de pers moet wel 1 aantrekkelijks hebbenWBren er zoo Jacoess'eve'Ük vertegenwoordigers van de Jl aantrekkelijks hebben! „vssievelijk 5 vertegenwc 8ï^mgin der Aarde1* gekomen,zooals de O. v. J pers onlangs noemde, heden is er een de onlangs roemde, heden is er een -- gter aan 't ff mament verrezen, die ook 164 recht bank nieuwtjes wereldkundig zal gaan ken Nadat 't halfdozijn persridders behoorlijk was gezeten en de zitting den waarnemenden president, [nu eens ?a uitzondering Mr. A. C. Lagerweij, die Lteeos steeds als rechter-commissaris wreedt], geopend was, werd, nadat Klaas fadswaard „vort" was, de eerste nieuwe nik in behandeling genomen, die in zeer nanw verband stond met eene wat oudere uak, evenals deze uit Hoorn herkomstig. De «ledgunstige lezer zal zich wel willen her inneren dat zaakje van Jacoba Velt, die in «preenigiog met mamaatje-lief eene advertentie Hondijk's courant plaatste, die voor haar voormalig galant G. J. Wnijster, dien zij Larin beschuldigde haar ten val te hebben „«hracht, enz., beleedigend was, waarvoor ze dan ook haar welverdiende straf heeft ont- ViMeT Velt's papa echter was over den loop dar zaken zeker nog lang niet voldaan en iL<r toen de 21-jarige Wnijster met zekeren Herrit Gons in den r.vond van 23 Mei te Hoorn op 't Gerritsland liep, den eerstge noemde een geweldigen klap op het gezicht pareten, hetgeen Wnijster heeft aangegeven, daar hij zelfs een wond bij dit geval opliep en hem 't bloed bij 't gezicht neer gutste. Ecfia! Papa Velt, in hoogst eigen persoon present zijnde, [hij is stoker aan de gasfabriek te Hoorn en 40 jaar geleden te Midwoud „boren,1 kon hooren, hoe de O. v. J., alhoe- "ii 1.1 L.Unl-nm.1» nnlVando Q Q T*1 H O llRTld nog een paar andere kleinere aanleidingen tot ongenoegen, maakte de vorhondlng tus- schen deze twee hoeren tamelijk vijandig; vandaar dat 't slottooneel in de rechtszaal werd afgespeeld, met het gevolg, dat de O. v. J. tegen Arie Geel wegens beleedlging f 10 boote of 4 dagen hecht, eischte. Den 24«ten Mei j 1. had de 63 jarige arbei der Jacob Schoon, wonende bij deGeldersche huisjes in Anna Panlowna, 't tamelijk hard te verantwoorden, toen hij zich in Den Helder bevond. De man kwam daar om werk te vragen aan de Landswerf bij den baas, Brinkman genaamd. Dit waa niet naar den zin van sommigen werklieden aldaar, die dien „onderkruiper" van buiten even een voetje wenschten te zien gelicht, weshalve de heeren een ruwen kameraad, zekeren Kees 1 Bakker, ophitsten, om Schoon „af te drogen". Kees kwam zeer bereidwillig uit het ruim van een vaartuig te voorschijn, en gaf Schoon op zijn baaitje, niet zuinig hoor. Dit gebeurde vlak voor 't hek van de Landswerf, 's namid dags ongeveer te 3 ore. Schoon, die heel wat pijn had, tengevolge van de ondergane mishandeling, had de vol doening, tegen zijn beul, die absent was en als onverschillig en ruw werd beschreven, f7 boete of 7 dagen hecht, te hooren eischen. Verplaatsen we ons thans van uit Den Helder naar een andere zeestad in ons arrondissement, n.1. Medemblik. Gerardns van der Lee en Jacob Koop Zijn tegen elkaar wel een beetje „stoop", Al waren 't vroeger de beste vrinden. En wie ziet nog 't eind van den hatelij- [ken strijd, Gevoerd door dit tweetal met vreeselijk [veel nijd Veel hebben deze heeren den laatsten tijd met elkaar omgedanstWie geen vreem- zich met zooveel halsstarrigheid, dat hg wegens wtderspannigheid met een cisch bedacht werd van f 6 boete snbs. 6 dagen hechtenis. Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden. LXIX. Na een lekkere echt Indische rijsttafel bij mijn vriend den Djaksa, vertrokken wij heden om „wal-akker van Klaas Zellemaker, met Jan Klopper, die wat last van de zon kreeg en den 2en Juni J.L al sprak over 't aanschaffen van eenlge latten om daar doek over te spannen, teneinde z<5<5 een zonnetent te vormen. Hermanna Wijten had op 6 Juni (kermis- Den volgenden dag had Bos al eenige latten. Zondag) te Opmeer den Rijksveldwachter veldwachter Jan de Leeuw echter, die, Uitenbroek, wonende te Spanbroek, leelijk wat waakzaamheid betreft, zijn naam alle beleedigd, door met lnider stemme te eer aandoet, wist spoedig, dat da latten, die OI^ 3 uur 30 min." met dan boemeltrein naar schreeuwen, ten aanhoore van een groote gog rao ganw had, ontvreemd waren aan Bacdoeng. Mijn gastheer was toevallig in massa volks, dat: „als De Groot, die dronken- Khrs Druif. Met behulp van zekeren C. feeststemming en wel omdat hij vanmorgen lap, beschonken is, dan laat jg (Uitenbroe*.) Vfgdenes had Druif de latten kort te voren bg nit Buitenzorg een telegram ontving, waarin hem maar stikum loopen, al sta je d r met de ngn8jt>ooce" gezet in zgn tuin. Toen de zijQe overplaatsing naar het heerlijke Soeka- je groote snotneus vlak bg.^want dan krijg prfgjdent vroeg aan Druif, of hij varende bg boemi gemeld werd. je een gulden en een kelske. dien tnin kon komen, lnidde 't antwoord Uitenbroek, niet van plan zijnde dergelijke maar dan moet je over den weg !u hatelijke aantijgingen voor zoete koek op te dje heel knap op katoenen kousen in eten, maskte er werk van en kalkte den de rechtszaal liep, vaart dus maar raak over sinjeur netjes op, wegens de beleedigende wegen zoowel als over slooten en kent geen ontboezemingen, die hij voor de herberg van 1 J. Schotsman te Opmeer op den pnblieken weg had geuit, zoodat de heer Officier tegen Hermanus wegens beleed, van een dlenstd. ambt. f 7 boete, snbs. 7 d. hecht, eischte. gevaren Enfin, zijn latten was Kiaas kwijt en dat bolde hem minder. Jan de Leeuw I kreeg echter geen mooi onthaal bg Bes, toen hij dezen vertelde, dat de ontvreemde latten, 3 in getal, door hem [De Leeuw] in Klopper's Er waren nog meer Wijten's, die't zichzelf ^hnit gevonden in beslag waren genomen, te wijten hebben, dat de politie hen recht- Zgn mgn latten beweerde Bos op hoogen matige verwijten kon doen. We bedoelen hier 1 tooni de heeren gebroeders Jacobus en Joh?nr.e8 - I Opmeer, die zich op 6 Jnni in j berstecToen op zolder onderzoek werd Zwaan" van Jacob Westen ingesteld, was daar echter maar een klein ik heb er nog meer op zolder en ik moet ze terug hebber, anders trap ik je te Wijfen de herberg De aldaar niet door overgroote zachtmoedigheid onderscheidden. Johannes Wijten, die, omdat hg de orde verstoorde, „er uit" moest, ver zette zich krachtdadig tegen de politie. Zijn broeder Jacob sprong ridderlijk bij 't Edel broed'reepaar Sloeg de armen om elkaar Eu maakte een heel misbaar, Want de kermis komt maar eens in 't jaar 1 Al waren de heeren nu absent, dit ver hinderde niet dat de O. v. J. wegens weder- wel bekl. halsstarrig ontkende, aan de hand baj van de getuigenverklaringen, het feit wettig y6n en overtuigend bewezen achtte. Z E.G. releveerde, [het ook bij de rechtbank welbe kende voorspel dezer historie nu niet willende oprakelen.] hoe een zekere campagne door de familie Velt tegen Wnijster op tonw iB gezet, hoewel 't verstandiger van de familie zon zgn, om Wnijster verder met vrede te laten. Dit is de tweede maal nu, dat zij de wrange vruchten van hunne bemoeiingen plukken, want vader Velt werd wegens mis handeling mot een eisch bedacht van f 5 boete of 2 dagen hecht. Een „avecaat had Velt niet genomen, tengevolge waarvan we heel spoedig bekl. nummer 2 zagen ver- Kwijnen. deling is in Medemblik, zal zulks zeer wel bekend zgn 't is echter hier de plaats niet, om de netelige zaakjes tusschen bovenge noemde heeren bestaande, uiteen te zetten, en bovendien zou zulks te veel plaatsruimte vragen, terwijl ze met de strafzaak van den heer V. d. Lee niet veel hebben te maken, al ligt de weinig vriendschappelijke verhou ding er juist aan ten grondslag. We heb ben hier op 't oog een ontmoeting op 't Bagijnenhof te Medemblik tusschen 't twee tal, voorgekomen op den lsten Zondag van Medemblikker kermis, 6 Juni al zoo.'t Scheen wel „pantomime", da heeren spraken geen woord, maar Van der Lee gaf Koop een geweldigen slag op 't hoofd, waardoor diens hoed geen beetje werd gedenkt en tengevolge waarvan Koop hoofdpijn opliep. De gespannen verhouding in aanmerking genomen, is 't niets geen wonder, dat er rechtszaken van kwamen. Van der Lee ontkende, geslagen te hebben en zei, dat Koop van alles bedacht, om er hem tusschen te krijgen. Ni b. v. dacht bekl., dat Koop opzettelijk zichzelf den hoed van't hoofd gegooid, om 't den schijn te geven, of eindje lat Toen heette het, dat de overige gelijksoortige latten „op de bonw" waren daar bleek echter, dat die veel korter waren, dan de 3 aan Druif ontstolene. Bos raakte van daag ondanks zijn uitvluchten, dan ook leelijk vast. De drie latten bad hij allen doorgesneden, de onder- en bover einden pasten netjes op elkaar, zooals De Leeuw met veel virtuositeit aantoonde, en toen de Pres. aan Bos vroeg, waarom hij de ondereinden van de bewuste latten afgesneden had, lnidde 't antwoord, dat hij de kenbare gedeelten ervan We begeven ons, nu we van de Opmeerscbe kermis en „peerdemarkt" genoeg weten, maar in Noordwestelijke richting, om 't anker te laten vallen in St. Maarten.'t Zijn geen ker- miszaken, die nit deze gemeente werden behandeld, neen „aanbestedingBzaken", zaken „om den broode De Burgemeester aldaar is de heer Klass Blomdeze had juist den eed als le getuige reeds afgelegd, (want do beklaagde was niet verschenen en tengevolge daarvan was er verstek verleend), toen laatstbedoelde kwam opdagen, zoodat co Pres. 't verstek liet intrek ken en het heele voorspelletje van nieuws af aan werd opgevoerd. Daarna ging het rit door. 't Geval was zóó. Te St. Maarten bleken nogal herstellingen van beteekenis aan het schoolgebouw te moeten worden gedaan. De ambachtslieden aldaar nu hoopten dit stuk werk aan hen te zien gegund en ver wachtten, dat daarmede niet bniten de Wat 'n kolossale uilwaarom kenbare ge deelten van zgn eigen goed af te snijden NonsensVerder heeft Bos zich bij deze gelegenheid in zijn drift nog aan mishande ling van Jan de Leenw schuldig gemaakt, geholpen door papa Bos. Za kwamen hlermrê echter slecht weg, want Jan de Leeuw's zoon Hedde, een reusachtige slager, werd gewaarschuwd, en ter plaatse komende, nam hij in elke hand een Bos en gooide beiden een eind heen, zóó zijn papa ontzettende. Bekl. had nog een paar getuigen k décharge meê, die echter heelemaal geen licht in de zaak brachten en mijnheer Bos werd wegens diefstal en mishandeling, met toe passing der artt. 310 en 304 W. v. Str., door den heer Officier bedacht met een eisch, luidende4 weken gevang., al verklaarde beklaagde ook stokstijf, aan den diefstal dood onschuldig te zijn en al beweerde hg ook, dat de mishandeling een „onware lengen" was. Arendje Zwaan dat is een „dubbbele vogel- naam". De draagster heeft een snater, vol der Lee hem had geslagen 1 Deze uit- 1 gemeente zal worden gegaan, de aanbe- d0ende voor beide vogels te zsam. vlucht baatte onzen winkelier, (want dat geding Itep echter gansch niet bevredigend ai. j Arendje, de vrouw van Cornelis Zwaan, beroep oefent bekl. nit), echter bitter weinig, De bejaarde dorpsBchilder Klaas Blok was j baj 'tom een niet noemenswaardige beuze- want de mannfactnrier Koop, de „mishandelde" j tenminste hoogst onvoldaan, toen t hem bleek )iBg ln hare woonplaats Egmond aan Zee had een paar getuigen, leden van de schoone "lJ met 4 schilderwerk was gepasseerd zoodanig met de 35-jarige Kee Scholier aan sekse, moeder en dochter. De vrouw van Jacob ®n ee°. sndor ,met strijken, j den Bt0k, dat zij deze vrouw uitschold voor Toen hij nn op den llen Jnni ter gemeente- j6jg zeer beleedigens. Arendje betoogde van- secretarie kwam, en behoorlijk aanklopte en daag echter met scherpe stem de onwaarheid vrosg, of de andere ambachtslieden al ver- j van die aantijging. Zóó erg had ze 't lang niet tiokken waren, en of ze niet op hem hadden j maakt, maar Kee had heur „magere knnnen wachten i werd hij iets later zóó genoemd, en toen had zij alleen maar driftig, dat hij den 80 jarigen gemeente- ziet b8n toch niet I00'n leelijk secretaris A. Klerk, aan wien hij blijkbaar b e e g t ag i« Wa8 nu anes! Be O. Arie Geel, ond 41 jaar, geboren te Zijpe, vonende te Winkel en veehouder aldaar, was dan de tweede bekl., wien ten laste was gelegd, dat hg den heer Cornelis Donwe Colpa, Hoofd der Sohool te Winkel, toen deze op 29 Mei i.L met zijne echtgenoote op 's heeren wegen [precies aangeduid: op den Polderweg], liep te wandelen, verschillende woorden had toe gevoegd, die juist niet vereerend konden worden genoemd, maar waarover de heer Colpa integendeel zoo slecht was te spreken, te meer daar, zooals hij zei, Geel hem herhaal delijk dreigde in sloot te zullen smijten, dat hij eene aanklacht tegen Geel indiende. Geel verklaarde, dat er van zijn zoontje geld op de schoolspaarbank stond, hetwelk hij, toen hij het bij 't H. d. Sch., den heer Colpa, opvroeg, niet spoedig genoeg scheen te kannen krijgen: 6 April j.1. deed Geel reeds de aanvrage, om 't geld te mogen heb ben, en 9 Jnni d. s. v. hoorde hij eerst iets van Colpa, die hem toen eene kennisgeving zond. Geel had ook al een paar malen ge schreven, dych zeker niet in den toon, d:on Colpa wel wanschte. terwijl laatstgenoemde, wanneer Geel betreffende dit geldzaakje een bezoek kwam afleggen, de deur voor zgn neus sloot. Bekl. zei, dat, als hij bij Colpa was komen •meeken om 't geld, dan zon hij 't wellicht hebben gekregen, maar dat verkoos hij niet, terwijl meester Colpa op zgne beurt zei, dat 't schrijven, door Geel aan hem gericht, alles behalve welwillend was, b.v. met den aan- I Zijp, van Hoog- en L&ag-Zwaagdijk, gem. Wervershoof, Anlje Tool genaamd, was als getuige een beetje twijfelziek bij 't doen van den eed en liet eerst den Pres. een paar malen vragen of ze soms Doopsgezind was Haar dochter Dieuwertje daarentegen vond 't zaakje zóó mooi, dat ze „allernaar lache most", hetgeen de Pres. echter volstrekt niet mooi vond en Z.E A. haar dan ook netjes aan 't verstand bracht, toen de 22-jarige deerne 't weer eer.s uitschaterde, 't Einde van 't liedje was, dat de heer Off wegens mis handeling f 8 boete of 4 dagen hecht, tegen V. d. Lae eischte. Al zakt de Opmeersche kermis en paarden markt [van onds beroemd hard af, al komen lij' f 1 j k> c O O 1 00 jy w na UIA UUCÖ V. de meeste schuld van t gebeurde gaf, toe- v j_ yond 't echter mooi, of, zoo men liever voegde„Heb jij me met de besteding eerlijk wjj) leelijk genoeg om 't lieve Arendje wat behandeld en hem in zijn twijfel hieraan i op baar pjaat8 te zetten. Z E.G eischte een klap in 't gezicht paf, die kolossaal raak was. wegeng beleediging f3.— boete of 2 dagen L zegt, dat de geweldige klap door Klerk zegt, dat de Blok met den vuist werd gegeven, hetgeen deze echter ontkent, zeggende slechts twee vingers hiertoe te hebben gebezigd, hetgeen de Pres. echter niet waarschijnlijk achtte. De Burgemeester Blom scheen heelemaal niet er lang zooveel „knollen niet meer, als in e weten, of de vuist dan wel de vlakke hand den goeden onden tijd, ruzie wordt er nog met evenveel animo gemaakt als voorheen. Daar heb je den vandaag door afwezigheid schitterenden bekl. Thcodorus Rood, wat heeft die beste jongen zich den 6 Jnni verweerd Zgne niet te versmaden hnlp was naar allen schijn ingeroepen door monsienr Comman deur, die bang was herrie te zullen krijgen met den heer J. Koop. Deze Koop nu, kas telein te Hoogwoud en de vroegere patroon van Commandeur, werd door Rood aangevallen nog vóór Commandeur eenig leed was geschied. Daar Rood bij den aanval juist den vingei in Koop'8 mond stak, die een extra deugde lijk gebit in zijn bekje heeft, en zeker dacht: „als de pap geboden wordt, dan moet je gapen," werd hij [Rood| in dit lichaamsdeel door Koop heel aardig geknauwd. De ver schillende ambtenaren van politie, die op de kermis dienst deden, wilden Rood verwijde ren, maar deze, die nog een heeleboel onge kwetste vingers, mitsgaders een hart van goud, met leeuwenmoed vervuld, disponibel had, wilde van geen heengaan weten en liever eerst revanche nemen. Zoowel in als buiten de herberg „de Zwaan" te Opmeer, sinds 1 Mei j.1. bewoond door Jacobus Wes- was gebezigd en liet het verder ook wel eenlgszics voorkomen, of de zaak zoo'n beetje buiten hem omging, welke meening Mr. Lagerweij, de Pies., echter gansch niet met den Burgervader deelde. Wel beschreef 't hoofd der gemeente den onden heer Blok als een fatsoenlijk, knap man, die op de eerste aanmaning na 't gebeurde onmiddellijk de secretarie verliet. De O. v. J. had, toen beklaagde vandaag aanvankeljjk niet verscheen, vermoeden, dat Blok zich eenigszins geneerde over zijn al te driftig optreden, welk vermoeden, toen de onds man verscheen, echter onjnist bleek te zijn. Aan den heer Klerk had Blok ook geen spijt over 't in drift gedane te kennen gegeven, (hetgeen de O v. J. toch in deze gepast oordeelde.) Z.E G. eischte ten slotte wegens hechtenis tegen haar. De heeren 8. Bobeldijk en P. Paai van Wervershoof waren in verzet gekomen tegen 't vonnis, waarbij ze onlangs wegens verzet tegen de politie bij 't opbrengen van dronken Arie Weel te Medemblik elk tot 3 weken gevangenisstraf waren veroordeeld. Beiden aanwezig zjjnde, ontkenden 't ban ten laste gelegde. De O. v. J. achtte 't feit echter bewezen en bleef bij zijn eisch tot 8 weken gevangenisstraf voor eik der beklaag den persisteeren. Klaas Meester Dirkszoon, een sluikharige jongeling van slechts 38 jaren, wonende te Andijk, was ook in verzet gekomen, omdat hij wegens '6 stelen van 3 kaatsballen nit Klass Bakker'» winkel te Zwasgdijk, ge meente Wognum, veroordeeld was tot 3 weken gevang. Klaas ontkende, de kaatsballen te hebben gestolen; bij was aan 't kaatsen geweest en zoodoende had hij die ballen nog bij zich, beweerde hij. Hij vergastte de rechtbank mishandeling tegen Blok f 16 boete of 5 dagen °P vrÜ »terkö 8taal.tj?18 van zijn rijken geest en bef: „Aan Kees Colpa, enz." Dit, gevoegd bij ten, waar dit relletje voorviel, verzette Rood FEUILLETON. Roman van C. SCHROEDER. —000 Tweede Boek. 18. Kathlin noemde het een eer, een zomer ia Benares te hebben doorgebracht. En daarbg bleef zg volhouden, Robert mocht er tegen inbrengen wat hg wilde. En ten slotte protesteerde hij nog met den mond,in zijn hart verheugd dat zg niet heenging. Wat was het een genot, na die uren van vervelend en atmattend dienstdoen, een vroolgk en opgewekt vrouwtje voor zich te zien. Geleek Wr bleek en teer gezichtje niet op dat v&n Una zooals hg haar het eerst had gezien, en was het hem niet. wanneer zij sprak, als hoorde hij Una's stem Die goeie Robert 1 Hg bevond zich op zulk een gevaarlijken weg, maar hg stapte er eerlgk en blindelings op los. Zgn dank baarheid tegenover zgn kleine schoonzuster ïocht naar uiting en daar viel het hem in, om haar in de morgenuren paard- njden te leeren. Toen zg niet alleen galop- peeren, maar ook goed draven kon, trom- nie de hij de handvol dames, die in Benares de hitte trotseerden, bij elkaar en noodigde 0 a^e jonggezellen en strooweduwnaars tot een pick-nick uit. doel waa een heiligengraf, de maan hechtenis. Jacobus Bos is een zoon van Jan Bos en van Antje Ond, die bij de geboorte op 13 Jnni 1875 recht veel oudervreugde smaakten Jaap, die te Opperdoes 't eerste levenslicht aan schouwde, waar hij nog woont, heeft 't daar onlangs echter „raar dein 1" Hij was in 't begin van Jnni aan 't maaien op den „buiten stond helder aan den hemel, en tijdens den rit heerschte de meest vroolgke stemming. Jammer genoeg waren er twee oude dames van de partij mevrouw Ciarke ën me vrouw Wood en oude dames praten gaarne over dingen, die haar gansch ter wereld niets aangaan. Toen men onder de schaduw derboomen was gelegerd, wendde mevrouw Clarke zich met een vriendelgk lachje tot Kathlin „Lief kind, je bent een heldin," zeide zij, bij mg heeit het drie jaar geduurd, vóór ik met het heete seizoen in Benares durfde big ven en kon blgven." Dat ergerde Robert, want hg wist, op wien die steek gemunt was, en toen een paar minuten later mevrouw Wood eenige schijnbaar algemeene opmerkingen maakte over het egoïsme der mannen, toen was er de aardigheid voor hem geheel en al af. De bewondering, die Kathlin opwekte, verbeterde zijn bui ook niet. Zij was het middelpunt van een kring van bewonderende heeren. Een jong meisje als Kathlin be hoorde beslist in Indië tot de bijzonder heden. Men wedijverde daarom met elkaar, om zich tegenover haar ridderlgk en onder houdend te toonen. Het was een algemeen gescherts en gepraat en de complimentjes die haar werden gemaakt, waren zeer vele, zoodat Robert tot het toornige besluit ge raakte „Nooit meer. De kameraden mogen het mg vragen zooveel zij willen, maar ik ben voor een pick-nick in dan maneschijn niet meer te vinden. Om zóó het middel punt van al die vleierijen te Zuyn, daarvoor is zg nog veel te jong." Lang na middernacht ging men eerst 1 terug naar huis en zeer tegen haar gewoonte, eliep Kathlin een gat in den dag. loog er dapper op los, totdat de President ver klaarde, dat de behandeling in deze zaak werd geschorst, daRr de lechtbank het noodig oordeelde, Dirk Kok nog als getuige te hooren, hetwelk op 28 Jnni as. zal plaats vinden, als wanneer dus deze zaak zal worden hervat, terwijl dan ook de uitspraken in alle vandaag behandelde zaken zal plaats vinden. A s. Dinsdag vacantie. De lezers, die zich nog wel herinneren znllen uit vroegere Penkraseen, hoeveel aan genamer dit plaatsje is dan 't stille Tjiandjoer, knnnen zich dus wel begrijpen, dat genoemde verplaatsing tevens als een welverdiende on derscheiding mag worden aangemerkt. Wij wenschten den Djaksa dan ook veel geluk en een aangenaam verblijf ginds, over tuigd, dat hg er spoedig zeer goede vrienden zal zgn met den zoo veelzijdig ontwikkelden Patih, u ook reeds bekend. Aan het station Tjiandjoer ontmoetten wg 'n paar officieren van den Generalen Staf, die terugkwamen van eene verkenning in 't gebergte. Zij vertelden, dat er bij het Depar tement van Oorlog verschillende maatregelen werden genomen tot handhaving onzer neu traliteit en dat vooral het bekende kolen station Sabang op Poeloe Weh, ten noorden van Atjeh gelegen, als 'n uiterst gevaarlijk pnnt beschouwd werd. De heeren geloofden echter niet, dat, mocht de oorlog tusschen Rnsland en Japan gelocaliseerd blijven, d. w. z. als de overige mogendheden zich strikt nentraal honden, dat dan een der belde oor logvoerende staten door schending onzer onzijdigheid zich het gevaar van krijg ook met ons en misschien met nog anderen, op den hals zonden willen halen. Van Tjiandjoer, dat op 439 meter hoogte gelegen is, gaat de spoorlijn in Oostelijke richting en daalt men voortdurend tot de halte Tjirandjang, op de vlakte van Tjihea. Vóór men bij deze halte komt, wordt de viaduct over de Tjisokkan gepasseerd, be staande nit een middenspanning van 64 meter lengte en aan beide zijden twee spanningen van 8 meter. Het is een griezelig gezicht, wanneer men uit het coupé-raam het riviertje, een zijtak van den Tjitaroem, op 86 meter beneden zich ziet stroomen, terwijl rechts en links van de spoorstaven bijna geen ruimte is, zoodat een déraillement de noodlottigste gevolgen zon hebben. De toch al niet snel rijdende boemeltrein passeert natuurlijk dit gevaarlijke pnnt uiterst langzaam. Men is hier op 260 meter boven de oppervlakte der zee. Na vervolgens de halten Tjirandjang en Tjipenjeum voorbij gestoomd te zijn, passeeren we een nog ijzingwekkender punt, n,l. de viaduct over den Tjitaroem, een der belang rijkste werken op 't gebied van bruggenbouw op Java. Deze bestaat nit drie openingen, ieder wijd 64 meter, terwijl de spoorstaven liefst op 60 meter boven de rivier zijn ge legen. Om u een juist begrip van deze ont zettende diepte te geven, herinneren wij ook in deze Pen kras aan den 50 meter hoogen Schager kerktoren Voor den bonw van dit reusachtig viadnet werd een millioen kilogram ijzer en staal ge bruikt. Deze bijzonderheden werden mij wel willend verstrekt door een zeer spraakzamen lijnopzichter der Staatsspoorwegen. We zija hier gedaald tot de hoogte van Buitenzorg. 247 meter boven de oppervlakte der zee, doch beginnen thans weer te stjj- gen, vrat o.a. dadelijk aan het r ög langzamer rgden merkbaar wordt. Te Tjipattat krijgt de trein zelfs twee locomotieven, één vóór en één achter, de laatste dus om te duwen. Het uitzicht Noord en Zuid is indruk wekkend mooi, doch wij kunnen er niet al te veel naar kijken, omdat onze vriend de opzichter, nadat hij gehoord heeft dat ik van „de pers" ben, mij verder niet met rust laat en zooveel technische bijzonderheden mee deelt, dat ik er wel twee lange Peckressen meê zon kunnen vullen. Voor mijn fatsoen schrijf ik maar alles trouw in het reporter- boekje op, met het vaste voornemen echter, er maar heel weinig gebruik van te maken. Het baenvak Tjipattat-Padalarang is volger 8 mijn koffiekleurigen zegsman het moeilijkste gedeelte, dat cog op Java werd aangeiegd; het traject is 16'/i kilometer lang en bestaat uit 66 rechte stukken en 65 bogen, waarvan er 26 met 160 meter straal. Wie het soms niet gelooven wil, kome het hier dan maar nameten Ook moesten er op dit gedeelte der lijn hellingen van 1 op 26 gebruikt wordeDmen doet tr net een half unr over en stijgt ge durende dien tijd weer tot 696 meter. De halte Padalaraug zal zeker een zeer be langrijk station worden, zoodra de lijn Pada- larang—Poerwakarta, thans in aanleg, ge opend zal zijn. Dan toch wordt Bandoeng over Poerwakarta verbonden met Batavia, en daar men deze nienwe lijn als de hypotenusa kan beschouwen van een rechthoekigen drie hoek met de lijnen Batavia—Soekaboemi in Toen zg tegen acht uur de eetzaal binnen trad, wachtte haar een groote verrassing. Aan de ontbgttafel tegenover Robert zat een jonge man, die bg haar binnentreden haastig opstond en haar met uitgestrekte armen tegemoet snelde. „Dickl" riep zij, zijn beide handen vroo lgk grijpend, „Dick jij jg hier „Ja, Kitty," zeide Richard Macdermat, „en een wereldwonder is het werkelgk, want bijna was ik onderweg gesmolten. I Het was een reis naar de hel. LJskisten naast mijgscompressen op mgn hoofd... de vensters van den wagon met matten behangen en die, doordat zg gestadig door een bassin met water liepen dat daaronder stond, steeds vochtig werden gehouden. Maar het hielp alles niets. Het was overal gloedheet, geen enkel tochtje, en ik kon i aan mgn e<gen huid mgn vingers branden." „Dat waa verschrikkelijk." „Dat was het ook. Een dikke artillerie- majoor naast mg kreeg een beroerte van de warmte en werd er door twee man uitgedragen. Hij heeft geen woord ge sproken. De kist stond in Agra reeds op het station klaar." j „Hoor eens Dick, maar nu overdrijf je." „Zoo! Overdrijf ik?" wendde Dick zich tot Robert. „Staan er in dit lieflyke jaar getijde cp de groote stations lijkkisten klaar of niet „Nu ja," antwoordde Robert een weinig ongeduldig, „hoe meer men over de hitte spreekt, hoe erger dat het wordt." „Dank je voor dien wenk," bromde Dick, zich met zulk een boozen blik op den gastheer weer aan de ontbjjttalel neer zettend, dat Katblin verwonderd vroeg „Wat scheelt er toch aan „Dat zal ik je zeggen," antwoordde Robert met een boos lachje. „Van het oogen- blikaf, dat die jongen daar de deur is binnen getreden, maakt hij mij niets dan verwijten, dat ik jou met dit vermaledijde weer in Benares heb gehouden." „Loop heen, dwaze Dick," riep Katblin, „Robert zou mij hoe eer hoe liever weg sturen naar Landour, maar ik wil blgven. Daar, neem een kop thee en zeg mg dan eens kom je van Unballos „Ja," knikte Dick. „Mg ging het als dien ouwen jongen in den bgbel Toen hg in de hel brandde, deed het hem leed om de anderen, die bg hem waren." „Dat was heel liei van jou, Dick, maar je ziet het: wij houden het dapper uit." Hij steunde met de ellebogen op de tafel, de kin in de handen, en zag haar scherp in het gelaat, zoodet zij de oogen moest neerslaan. „Ik kan je niet zeggen," riep hg plot seling met de grootste overtuiging uit, „hoe ik je veranderd vind." „Ho-ho," riep Robert. „Zwijg stil Bob, jij hebt haar slechts als baby gekendik heb haar nog voor negen maanden geleden gezien. Toen had zg wel een beetje het heimwee, maar overi gens was zg nog de oude Kitty, nu is zg dat niet meer, nu Kathlin viel hem met een zacht lackje in de rede. „Daar, dat klinkt ook niet meer echt," oordeelde hij, „en je gezichtteer en fijn was het altgd, nu is het bgna door- zichtig, en de wangen zgn zoo smal en de oogen staan zoo diep „En van dat alles is de schuld dat liel- delooze measchenpaar, dat zich je zuster en zwager noemt en dat je naar dezen heksenketel heeit gelokt, maar in de eerste plaats die schurk van een Robert, enz., enz., enz. riep de huisheer, die driftig van tafel was opgestaan. „Kijk eens, Kitty, of jg hem geen betere meening van ons arme zondaars in het hootd kunt brengen, ik heb heel mgn woordenschat daarvoor reeds uitgeput." „Waar ga je heen, Robert?" „Ik heb jammer genoeg een afspraak met den majoor en heb verder dienst. Ik verheug mij er over, dat jg tenminste den ganechen dag gezelschap ibebt." „In die hitte naar buiten? Neem je in acht, Robert." „Dat doe ik natuurlijk, kindje. Vraag maar aan Dick, ot ik in de eerste plaats niet aan mijzelf denk. Ik neem een groote parapluie boven mijn hoofd, zet een blauwen bril op is het dan genoeg en nu, tot weerziens, Kitty tot weerziens, cude jongen, in de hoop je van avond in een betere luim aan tafel te zien Daarop verliet Robert de kamer en voor de eerste maal sedert weken was hij wer kelijk blij, van huis weg te kurmen. Een vervloekte bengel, die Dick, om hun ge moedelijk levenlje zoo te storen. Was hg nu nog Kitty's werkelijke broer geweest, maar dat was hij niet eens, en toch matigde hij zich het recht aan om zoo'n beetje de beschermer over haar te tpelen. De duivel mocht hem halen HOOFDSTUK V. Om den jorgen brombeer in den loop van den dag geheel te temmen, was Katblin niet gelukt, alleen knorde hg meer manierlgk toen zij hem een uur voor zons ondergang een wandeling naar de bazar

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1904 | | pagina 5