eerste blad.
Zondag 25 September 1004.
Itaie JtargAhg No. 3978
iSurcau ICHIAGKS, Laan, ft 4.
UitgeverP. TRAPMAN.
bekendmakingen.
Buitenlandsch Nieuws.
Politiek overzicht der week.
Da vrelesgeruchten houden aan. Dat de
mogelijkheid van toenadering tusschen
Jspia en Rusland in de Engelsche en
•Fraasche pers besproken wordt, was reeds
®ea feit van beteekenis, doch nu ook Prins
Mestsjerski in de Grashdanine over den
vrede schrijft, krjjgen deze pers-artikelen
een hooge beteekenis, Volgens Eagelsche
organen, moet er tusschen de Japansche en
Riasiache regeeringen reeds voeling be
staan. De openbare meening in Rusland
zich met de gedachte zeer goed ver-
*e Aigen, Het besef, dat Rusland ten slotte
toch de overwinning zou behalen, maakt,
fl»t men in de inwilliging van de Japansche
eWenen volstrekt geen schande voor Rusland
8011 zien. Naar wjj meenen zeer ten on
echte, wordt de toestand vergeleken bjj
dien van Engeland en de Transvaal in
1880. Zeker bad Engeland toen de Trans-
vaal kunnen verpletteren, doch zulks is
voor Rusland ten opzichte van Japan een
waarheid met een groot vraagteeken. Het
Was van Gladstone een edele daad, toen
9 aan de Transvaal zjjna vrijheid terug
gaf, Voor Rusland zal het meer een af
gedwongen edelmoedigheid zijn, die veel
eene noodzakelijkheid geiykt.
Rusland en Japan.
Eerste Kamer.
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woensdag- en
gaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVERTKNTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
tfedewerkerJ. fl 1 K E L.
Prijs per jaar 3.Franco per post f 3.60.
Afzonderliike nummers 5 Cent.
ADVERTÜNTIEN van 1 tot 5 regels t 0.25 iedere regel meer 5 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dit nummer bestaat uit vier bladen.
Gemeente Scliagen.
POLITIE.
Ter Sce-etsrie dezer gemeente worden inlichtingen
«reocbt omtrent een op Donderdag 22 September j.1.
rertni»' rchatp. gemerkt met rood en blanw; terwijl
iolichtingen te bekomen zijn omtrent een gevonden
notitieboekje.
O—
KOSTELOOZE INENTING!.
Bnrg<®0e,,er en Wethouder» der Gemeente Schngen
m(ken bekend, dat op Woenadrg, den 28sten September
Mcstaiide, des namiddags te 3'/, nren, de gelegen
heid zal zijl opengesteld tot koatelooze inenting en
harioenting rrn de ingezetenen, die zich daartoe aan
de Openbare Lagere School aanmelden.
Schagen, den 23 September 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
H. J. POT.
De Secretaris,
ROGGEVEEM.
o
Bnrgemeester en Wethouders van Schagen
Gelet op art. 46 van de pol tir-verordening voor die
gemeente, brengen ter algemeene kennis, dat het op
Diasdag 27 Septembrr a.s. in het belang der
openbare veiligheid is verboden, in de kom der ge
meente, vanaf de pun'e i waar de daartoe betrekke
lijke waarschuwingen zjja geplaatst, anders dan stap-
voeta te rijden.
Overtreding wordt gestraft met eene boete van ten
hoogste f25 of hechtenis van ten hoogste 6 dagen.
Schagen, 21 September 1904
Bnrgemeester en Wethouders voornoemd,
H. J. POT.
De Secretaris,
ROGGEVEEN.
o
De Burgemeester der gemeente Schagen
Gezien de artikelen 8, 9, 10 en 12 der politie-
ve ordening van die gemeente, verleent vergunning aan
de tappers, om op Dinadag den 27 September a.s.
unziek te laten maken, danspartijen te doen plaats
lebben en te tappen, een en ander na den bepaal
den tijd.
Schagen, den 22 S ptember 19)4.
Da Burgemeester voornoemd.
H J. POT.
000
LOTING NATIONALE MILITIE.
Burgemeester en Wethouder» der gemeente Schagen;
Brengen, ter voldoening aan het tweede gedeelte
van Art. 28 der Mili'iewet 1901 [Staatab'ad 212
van 1901] voor de eerste maal ter kennis van de
belanghebbenden, dat de loting van de in 1904 voor
deNitiooale Militie ingeschrevenen, overeenkomstig de
ontvangen aanschrijving van Zijne Excellentie den
Heer Commissaris der Koningio dezer Provincie, dato
6 September 1904 N>. 8/3105 M/S, zal plaats
hebben op den 28s'en October a.sdes namiddags ten
1.30 ure, ten Raadhuize aldaar, en worden ag welke
daaraan moeten deelnemen, gelast om, voorsien van
hnn oproepingsbiljet, op den brpaalden tgd aldaar
tot dat einde aanweaig te zijn, of bjj verhindering
ticb aldaar door bun vader, moeder of voogd te doen
vertegenwoordigen.
Alsmeda dat, overeenkomstig Art. 32 van gemelde
Het, dadelijk na de trekking van het Nummer, de
redenen van vrijstelling, welke de Ingeschrevene
mocht hebbrn, moeten worden opgegeven.
Indien hij vermeent vrijstelling te kannen erlangen
wegens broederdienst, ail hij op Zaterdag, den
'Daten Oc'ober, des voo'middags ten 10 nre. in het
G<sm°ent«hais moeten verschijnen, vergeseld van twee
bg den Burgemeester bekende en ter goeder naam
eti faam staande meerderjarige ingezetenen, die de
vereischte getuigenis kunnen afliggen en het aldaar
°P te maken getuigschrift onderteekenen eo zal hg
mede voo-zien moeten zijn van zljae geboorte-acte en
va.i du geboorte-scteo van al zijne nog in leven
'ijlde b'oeders, alsmede van de zakboekjes of pas
poorten van gediend hebbende broeders.
Bij overleggiog van laatstgenoemde stukken znlleo
door den Burgemeester bij den Kommandant van het
korps, waarbij aija broeden dienen of gediend hebben
worden aangevraagd de bewgzen van werkeljjken dienst,
Of een uittreksel uit het Stamboek.
Schagen, den 23 September 1904.
Burgemeester en Wethouder» voornoemd,
H J. POT.
De Secretaris
ROGGEVEEN.
Als voorwaarden voor don vrede wor
den de volgende hoofdpunten genoemd
Japan verkrijgt het protectoraat over
Korea het ontvangt Port Arthur in erf
pacht. Mantsjoorije wordt opnieuw aan
China afgestaan en voor den Europeeschen
handel geopond. Verder zou Rusland aan
Japan een gsldeljjke schadevergoeding
geven. Dat bjj don tegonwoordigen
stand van zaken de voorwaarden zóó onge
veer moeten zjjn getuigt nog niet zoo ze6r
van den poiitieken blik van hen, die ze
als eene bijzonderheid bekend maakten.
Japan is om dsze punten den oorlog be
gonnen. Nu de overwinning aan zjjne zijds
ia, zija geen anlere voorwaarden denkbaar.
Rusland heeft verschillends redenen, die
een spoeligen vrede zeer wenscheljjkvoor hem
maken. N et zonder reden vreest het, dat
Oostenrjjk op den Balkan, Engeland in
Gentraal-Azië en Duitschland in K'ein-
Azië van de gelegenheid gebruik zullen
maken,om hunne positie aldaar te versterken.
Er moet ten opzichte van deze kwesties
meer achter de s thermen worden afge
speeld, dan het publiek in do wereld-
tooneelzaal kan waarnemen. Wat Enge
land met Th,bet heeft gedaan, is al reeds
bekend. Dat het zijne blikken ook naar
Toeran wendt, wordt vermoeddat
het verder in Porzië, Afghanistan en
Arab'ë aan het weik is, is zeker. In Thibet
heeft het zich thans voor goed gevestigd.
Volgens den Tim os-correspondent ia Cnina,
die steeds goed op do hoogte der Azia
tische aangelegenheden blijkt te zijn, be
staat het tractaat, dat tusschen Tuibet en
Eagel-nd is gesloten, uit tion artikelen.
Thibet verplicht zich, om voor den Engelsch-
Indischen handel eenige markten open te
stellen. Zonder de goedkeuring van Enge
land, zal geen Thibetaansch grondgebied
mogan worden verkocht of verpacht. Aan
geen mogendheid zal mogen worden toe
gestaan, zich met de binnenlandsche aan
gelegenheden van Tnibst te bemoeien
ook zal een andere mogendheid in Thibet
geen wegen, spoorwegen, telegraaf! jnen
mogen aanleggen of mjjnen exploiteeren,
Ten slotte moet Toibet een kwart millioen
pond sterling als oorlogsschatting betalen,
en zoolang deze niet is voldaan, bljjft
Engeland een gedeelte van Thibet bir.etten.
Wat dit beteekent, weet men aan Egypte.
Gerust kan men zeggïn, dat Engeland
vrijwillig het land van den Dalai Lama
niet meer zal verlaten.
Feitelijk is dit heele vredesverdrag tegen
Rusland gericht, daar geen andere Euro-
peesche mogenheid er aan zal denken om
zich met de algemeene of b'jzondsre aan
gelegenheden van Tuibet te bemoeien. De
verbittering tegen Engeland is in Rusland
dan Gok algemeen en welgemeend. In het
wantrouwen deelt ook Oostenrjjk in niet
geringe mate. Wel bestaat er tusschen
Oustenrjjk en Rusland een soort van over
eenkomst omtrent hunne houding tegen
over het vastgestelde hervormingsprogramma
ia Macedonië Ook is voor beide rijken
een sfeer van invloed afgebakend, doch het
verband tusschen beiden is zoo los, dat het
ten allen tjjde verbroken kan worden.
Van zijn sfeer van invloed heeft
Oostenrjjk al heel weinig pleizier.
Onder Koning Milan was de invloed van
Oostenrjjk in Servië overwegend. Ook
onder het bewind van den osgelukkigen
Alexander werd met de wenschen van den
Donaustaat rekening gehouden. Toch liet
de radicale Russischgezinde partij reeds
haar wassende macht gevoelen. De bloed-
nacht van 11 Juni 1903 heeft echter aan
het overwicht van Oostenrjjk een einde
gemaakt. Koning Poter Karageorgewitsj
is uit berekening en neiging een volbloed
Slaaf. Zjjn oogen zijn daarom steeds naar
Petersburg gericht, en elke daad van eenige
beteekenis wordt aan de goedkeuring van
de Russische regeering onderworpen. Dat
de Gitaar deze trouwe aanhankelijkheid op
prijs stelt, blijkt uit den hartelijken briet,
dien Peter I op zjjn kroningsdag van den
Czaar mocht ontvangen. Of met deze
kroning geluk en voorspoed in den Konak
te Belgrado zullen zjja ingetreden, is een
vraag, waarop slechts een twijfelachtig
antwoord gegeven kan worden. De kist,
waarin 's Konings kroon uit Parijs werd
verzonden, droeg als opschrift: „Voor
zichtig te behandelen, breekbare waar!-1
Was het toeval of ironie van den expedi
teur, toen hg met deze aanwgzing de
Servische Kroon verzond Wel mag koning
Peter voorzichtig in zjjn handelingen
zijn. Zijn troon wordt nog lang niet door
het gansche volk gestut. Een koningschap,
dat geboren werd uit een samenzwering
dat geschapen werd om da belangen eener
militaire partjj te dienen dat met bloed
bevlekt ter wereld kwam, kan verdwijnen
door dezelfde invloeden, die het in 't leven
riepen.
Voor Vorst Fordinand van Bulgarjje is
de kroning van zijn vriend Peter een
bittere pil. Hoe graag zou hg met de
kroon en den rccden mantel, met den
scepter en rijksappel in de hand, een tocht
dvor de straten van S fi v mtken 1 Maar
helaas, dat geluk kan hem wel nooit ba-
schoren zjjn. Een zeker leedvermaak kan
hij er zich uit scheppen, dat, hoewel koning
Peter nu een kroon draagt, hjj daarom
toch nog niet als huns geljjke door de
Europaesahe vorsten in hun kring is op
genomen. Het roode spook van 11 Juni
staat dreigend tusschen hem en hen. De
olficieuse Pester Lloyd zei bjj gelegenheid
van de kroningsfeesten „Ons mnreele ge
voel verbiedt ons, een vertegenwoordiger
te zenden naar de kroningsfeesten." De
politieke mislukking van de kroning is
duideijjk en die toestand zal niet veranderen,
zoolang geen boete wordt gedaan voorden
verschrikkeljjken nacht van 11 Juni 1903.
Korteljjks hebben wij reeds het een en
ander m^êgedeeld over de bedreven wreed
heden te Porth Arthur. Men ho. pt, dat
prins Radziwill, die tijdingen hierover beeft
raeêgebracht, overdreven heeft, maar dat
zal wel niet zjjn.
Ofschoon de prins aan Engelsche zjjde
reeds den Boerenoorlog had meegemaakt,
deelde hjj mede, vóór zjjn gevaarljjken tocht
naar Porth Arthur er nog geen denkbeeld
van gehad te hebben, hoe verschrikkelijk
de oorlog is Do soldaten zjjn aan beide
zijden door woedende vijandschap berield,
en gedragen zich alsof zij razend zjjn.
Daar de parlementair vlag niet meer ge
ëerbiedigd wordt, bljjven de Japansche
dooden sedert weken op de heuvels der
noordoostelijke verdedigingswerken liggen,
en wanneer de wind uit dia richting komt,
verspreidt zich een bijna ondraaglijke
stank over de vesting. De soldaten, die in
sommige gevallen slechts 50 schreden van
de atapels in vergevorderden staat van ont
binding verkeerende lijken in stelling lig
gen, dragen voortdurend in kamfer ge
drenkte zakdoeken over den neus. Na het
neerschieten van 600 Japanners, die de
witte vlag hadden uitgestoken, zag men
nog dagen lang telkens armen omhoog gaan
van ongelukkigen, die een nuttelooze poging
deden om door met zakdoeken te zwaaien,
hulp te krijgen. De Russen vertoonden
zich niet.
„Toen ik generaal S ö«el verliet," ver
haalt hjj verder, „was deze is de beste
stemming. Door zijn heldhaftig voorbeeld
vuurde hjj de gewonden aan 5 tot 8000
gewonden keerden uit het hospitaal naar
het front terug. De Japansche granaten
hebben in het hospitaal en in andere ge
bouwen groote schade aangericht. Toch is
het verlies aan menschenlevens door de
beschieting nog steeds zeer gering.
Stöisel's ecatgenoote heeft de leiding
van het werk van Het Roode Kruis op
zich genomen. Zjj is bjjna voortdurend in
het hospitaal ea zorgt voor de gewonden
N'ettegenstaande deze vermoeiende bezig
heid, vindt zij tijd om voor de weduwen
en weezen te zorgen, en een wakend oog
te houden op het maken van de verbanden.
De soldaten zien tot haar op als tot een
beschermengel."
Het garnizoen houdt zich uitstekend, de
militaire geest blijft steeds gehandhaafd.
De manschappen stellen het volste ver
trouwen in generaal Stö»el, dien zjj toe-
jubelen wanneer bij langs het front rjjdt.
Natuurlijk zijn de gevallen van persoon-
ljjke dapperheid zeer talrijk.
De dood van luitenant Petrof is daar
van een sprekend voorbeeld. Hij was
door de Japanners omsingeld en etresd
met succes, toen zjjn sabel brak. Daarop
zette hjj den strjjd met zijn vuisten voort,
tot de Japansche bajanetten aan zjjn tegen
stand een einde maakten. Vóór zg'a sabel
brak, had hjj acht Jepanners buiten ge
vecht gesteld hjj zelf was over het ge-
heele lichaam gewond.
Een compagnie, die een gevaarljjken
voorpost bezet hield, berichtte aan generaal
S.össel: „Wij kunnen de stelling niet be-
hoaden." De generaal antwoordde„Maar
gjj kunt sterven." Eu zij stierven.
Gebrek aan officieren.
Uit Sb Petersburg wordt bericht, dat in
de gevechten rondom Li&uj&ng 465 officie
ren en 6 generaals gewond en 80 gedood
zjjn.
Zóó zwaar zijn de verliezen onder de
Russische aanvoerders, dat de jongste
officieren der reserve aangeschreven zjjn,
„vrjj willig" ia dienst te g aan bjj het actieve
leger en, na korte oefening, de plaats der
gevallenen in te nemen
In Mantsjoerije.
De „Daily Telegraph" verneemt uit Tokio,
dat volgens de berichten van Oyama, twee
Russische colonnes, die nit de richting van
Moekden en Woesjoen opereeren, en in het
geheel zeven bataljons infanterie, twaalf
escadrons cavalerie en 14 kanonnen sterk
zjjn, op den 17a September een tegenaan
val deden op de Japar.scho colonnes bjj
Pingtaitse.
Een hevig gevecht ontstond, d«t van den
middag tot 8 uur in den tamidd. g duurde.
Te vier uur begon de vjjand dea altocht.
De Japansche artillerie rukte op en bracht
den Russen zware verliezen toe. De hoofd
macht van den vjjand trok geleideljjk terug,
met achterlating van een deel der troepen,
die hardcekkigen tegenstand boden, doch
tegen zeven uur in den avond ook werden
teruggeslagen. Een deel dezer Russische
troepenmacht bevond zich cp den 18a Sep
tember nog voor de Japansche colonnes.
De belegering van Port Arthur.
LafUn brengt uit Petersburg de beves
tiging van het bericht, dat Woensdag 11.
twee forten voor Port Arthur, nameljjk de
forten Koeropatkine en Erloengshan, door
de Japanners werden genomen, alsmede
drie batterij* n. Donderdag werd echt tr door
generaal Stössel een tegenaanval gecomman
deerd, en werd na een hevig gevecht Er
loengshan weder heroverd.
Bmcen Port Arthur zjjn de vrouwen in
kelders in veiligheid gebracht. Do eehtge-
noote van generaal Stössol, die het hospi-
taalwerk leidde, is gewond. Volgens een
telegram van den generaal aan den Russi-
schen generalen staf werden in den aauval
van den 15n op Port Arthur 400 Russen
gedood ea 800 gewond, onder wie 6 percent
officieren 48 Russische kanonnen vielen den
Japanners in handen.
Gemeld wordt, dat de in de jongste ge
vechten door do be'egeraars behaalde voor
dooien, hen in de gelegenheid hebben gesteld,
uitstekende posities voor hunne kanonnen
te kiezer, van waaruit zjj belangrijke punten
van de vesting kunnen bestrjjken.
Zooals onze lezers zich zullen herinneren,
hebben de liberale en andere vrijzinnige
leden der Provinciale Staten van Overjjsel
de zitting verlaten, waarin 3 leden der
Eerste Kamsr zoudea worden gekozen.
Dat deden zij, omdat er ééa vacature in
de Provinciale Staten was en dan drie
Eerste Kamerleden door loting zouden
zjjn aangewezen, omdat de partij verhouding
van rechts tegen links even steik was.
Zij hadden tevoren verdaging der verga
dering gevraag! tot ié. het tijdstip waarop
de vacature zou zjjn aangevuld en dus het
volledige college had kunnen stemmen,
welk voorstel door de rechterzij ie werd
verworpen. Daarop verlieten de heeren de
vergadering, zoodoende verdere stemmingen
onmogeljjk makende.
Men had nu algemeen verwacht, dat op
aanvraag van den Commissaris der
Koningin van Dverijsel, de minister van
Binnenlandsche Zaken machtiging zou heb
ben gegeven om een nieuwe vergadering
der Provinciale Staten van Overijsel bjjeen
te roepen. Maar niets van dat. K'iyper
liet niets van zich hooren, gaf op de aan
vraag van den Cnmmiss&ris geen antwoord,
en zoodoende kwam de nieuwe Eerste
KamT bijeen, behalve natuurljjk de
nieuwe leden voor Overijsel, die nog
gekozen moeten worden.
Het was nu in de zitting van Woens
dag j 1., dat de heer Van Zinnif q Bergman
de volgende drie vragen tot de regeering
richtte
lo Wat is aan de Regeering officieel
gebleken van het gebeurde in de Over-
jjselsche Statenvergadering van 3 Augustus?
2o. Acht de Regeering, dat het op haar
weg ligt, het initiatief te nemen, om de
leemte in de samenstelling der Eerste Kamer
door het gebaarde, in die Statenvergadering
ontstaan, op te heften
3o. En zoo neen, op weike wjjze oor
deelt de Rcgaering dan, dat de Eerste
Kamer tot haar compleet aantal leden zal
kunnen komen
Minister Kuyper stelde voorop, dat het
geen gewoonte is, dat de Regeering offi-
cieele mededeeling ontvangt van de voor
vallen in Prov. Staten vergaderingen. Van
den Commissaris der Koningin heelt de
Mi a ie ter ontvangen het officieel verslag van
de Statenvergadering, voorkomende in de
Prov. Overjjselsche en Zwolsche Courant.
Da Minister, dit verslag nagaande, be
toogde tegenover de daarin voorkomende
beweringen van Van Hoven, dat aan da
Regeering bjj het nemen van haar besluit
tot bjjeearoepm der Statenvergadering haar
niet bekend was dat de heer Schimmel-
penninck ontslag hai aangevraagd.
De Minister verklaarde, dat de regeering
reeds het initiatief had genomen om de
ieemte, welke door het voorgevallene in de
samenstelling der Kamer is voorgekomen,
weg te nemen. Z j heeft gemeend de zaak
te moeten opioss m door een wetsontwerp,
waarbij de Staten van Overjjsel alsnog
bevoegd worden verklaard en gelast worden,
bjjeen te komen tot verkiezing van Eerste-
Kamerleden. Dit wetsontwerp is reeds naar
dei Raad van State verzonden.
Da Minister oordeelde, dat er bjj de be
handeling van dat wetsontwerp voldoende
gelegenheid zal bestaan om alle verschil
lende overwegingen tot haar recht te doen
komen.
Da heer Van Houten meende nader op
de zaak te moeten ingaan.
De handelwijte van den Commissaris der
Koningin en van de Regeering toetste hjj
aan de betrekkeljjke wetsbepalingen en hjj
oordeelde dat bet bestaande incompleet
niet is te wijten aan die wetsbepalingen,
maar aan de eigenaardige en eigendunke
lijke uitlegging en toepassing der wet,
Spreker was van oordeel dat alleen de
Staten van Overjjsel bevoegd zjjn, de
Kamerleden te kiezen de Kroon heeft al
leen een dag voor die verkiezing te
bepalen.
De incomplete Kamer is naar spreker's
meening alleen te wjjten aan den onwil der
Regeering, om opnieuw een Koninkljjke
machtiging uit te lukken. Daarvoor is geen
wet noodig. Vaardigt de Kroon geen bui
tengewone machtiging uit tot bjjeenroeping
der O ver jjselsche Staten, dan loopt de zaak
tot November, blijft de Kamer tot dien
tjjd incompleet.
Dat behoeft niet, want spr. houdt vol,
dat de wet reeds thans in de Overjjsel-
sche q aaestie voorziet. De zaak is eigenljjk
uitsluitend ter beoordeeiiag aan de Kamer,
die de geloofsbrieven onderzoekt, en gaat
feitelijk buiten de Regeering om.
De heer Van Houten deed verschillende
vragea aan den Minister, o.a. deze, of de
Commissaris bjj het verstrekken van nadere
inlichtingen aan de Regeering, ook een
voorstel had gedaan om uit de impasse te
komen en in verband daarmede nadere
mededeelingen omtrent de daarna door de
Regeering gevolgde gedragsljjn.
ZoolaDg spreker daze mededeelingen niet
heelt, kan spr. het vermoeden niet weg
zetten, dat de Regeering de zaak niet met
de noodige zorg hoeft behandeld.
Op aandringen van spreker, antwoordde
da Minister, dat inderdaad de Commissaris
der Koningin maehtigiDg verzocht had om
tegen den 25 Augustus de Overjjselsche
Staten bijeen te roepen. De Minister meende
echter in dien zin geen voorstel aan de
Koningin te mogen doen.
De interpellatie is daarmede gesloten.
De heer Van Houten stelde thans bjj
motie voor, met het oog op het incomplete
der Kamer, de vergadering tot nader order
te verdagen (tot de geloofsbrieven van
leden voor Overjjsel zjjn ingekomen, of
onwil der Overjjselsche Staten is gebleken
Zjj werd verworpen met 26 tegen 16
stemmen.
(Zitting van Vrijdag).
Adres van Antwoord
op de Troonrede.
Do heer Van Houten spreekt bjj deze
gelegenheid over de ontbinding. Deze acht
hij in geen enkel opzicht gerechtvaardigd.
De taak der Eerste Kamer toch, die, min
der dan de Tweede Kamer, de regeerings-
daden heeft te controleeren, vindt haar
zwaartepunt des te meer in het meedoen
aaa de wetgeving.
Ia de eerste plaats heeft de Eerste
Kamer te waken over de beginselen onzer
wetgeving. Als zoodanig meende zjj de
Hooger-Onderwjjswet te moeten verwerpen,
doch aan de regeering legde de Kamer
geen stroobreed in den weg. Het stelsel „le
roi règne mais ne gouverne pas," breDgt
ook mee „le ministro gouverne, mais ne
ligne pas
Deze Minister van Binnenlandsche Z aken
nu heeft zich gedragen als een heerscher,
alsof hjj de Kroon ware en er tusschen
Kroon en Kamer conflict ware. Maar waar
zou het heengaan, wanneer elk verwerpen
van een wet, b.v. van de nu aanhangige
drankwet (net koekoeksei van den voor
ganger, dat deze minister nu gaat uitbroe
den) als een conflict moet worden beschouwd
tu3sc'aenKroon en volksvertegenwoordiging 1
Geheel in strjjd met den geest van de
grondwet, acht de spreker dan ook des
ministers optreden als „grand électeur",
weike in-officiëele functie hjj naast zjjn
officiëele van minister uitoefent.
Hjj vreesde voor de risico van volgende
verkiezingen, daarom maakte de Min. zoo'n
haast, maar daar had hjj de Kroon bnicen
mosten houden. Een Kamerontbinding is
een hcogst ernstige zaak, ook van de zijde
van de Kroon.
Zelfs behoorlijks tgd van beraad werd
niet gegeven. Ook de pressie, op de Ko
ningin uitgeoefend„Uw handteekening
of ons ontslag," keurt de heer Van Hou
ten af.
Voorts vraagt hjj, of de minister bet
toegezegde onderzoek nopens hst bekends
„commuoiqié" in de bladen heeft doen
houden en zoo ja, wat er de uitslag van is.
De heer Van den Biesen verdedigt de