Liefdesmart.
Donderdag 11 Mei 1905
49ste Jaargang No. 4043.
MSureau6CMACHSJ¥, ÏLaaia, D 4.
Uitgever i P. T R A P M A N.
Medewerker s J. W 1 A RE L.
EERSTE BLAD.
Uit en voor de Pers.
FEUILLETON.
25 is verjaagd en nu ia bal,iDg"
Bimienlaudsch Nieuws.
WORDT VERVOLGD.
SGHA
Alisien
COURANT
Aifcrttitie- k Liiüml
Dit blad verschijnt tweemaal per weekWoensdag- en
Zaterdagavond. Bij inzending tot 's morgens 9 ure, worden
ADVBRTENTIEN in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
INGEZONDEN STUKKEN één dag vroeger.
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 8.60.
Afzonderlijke nummers 5 Cent.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 1 0.25 iedere regel meer 6 ct.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlich
tingen te bekomen omtrent een gouden oor
belletje en een werkkiel.
DE POLITIEKE TOESTAND.
Dr. Bronsveld zegt in zijne „Stemmen voor
waarheid en vrede," over den verkiezingsstrijd
sprekende
„Wij kannen naar waarheid zeggen, dat wij
een soort van godsdienstoorlog beleven. Het
beste wat wij kennen, de vreeze Goda, is nu
een stembusleus geworden. Iu den naam van
God streeft men naar aardsche mscht.
Hij licht d»n nogmaals zijn standpunt toe
en verdedigt zijne houding. Eerst betoogt hi;,
dat het een onmogelijke zaak ia, door ons
volk een lijn te trekken, en te zeggenrechts
ziet gij de geloovigen, en licks de ongeloo-
vigeD. Dan vraagt hij, cf allen, die eerbied
koesteren voor den hoogea God, op staat
kundig gebied één party moeten vormen en
dezelfde economische en politieke denkbeelden
moeten zijn toegedaan of het geloof iemand
monarchaal of repnblikeinsch gezind, protec-
«onist of vrijhandelaar, vriend of vijand van het
algemeen kiesrecht, maakt. Op politiek ge
bied zegt hij mogen wij de scheiding
niet maken tnsschon geloof en ongeloof. Ia
zijn ooren klinkt het profaan, den naam en
de zaak van God te verbinden aan de politiek,
en den naam van christen en christelijk te
weigeren aan ieder, die niet meegaat en mee
doet met een regeering, die zich naar Chris
tus noemt.. Godsdienstige partijen en leuzen
moeten niet overgebracht worden op de erve
van het politieke leven. Een liberaal staats
man kan een rechtzinnig christen zijn, enean
kettersch mensch kan een conservatief politi
cus wezen. Dr. Bronsveld aanvaardt dan ook
de tegenstelling niet, dat vóór deze regeering
moet zijn en stemmen, wie vóór Christus is,
en omgekeerd.
Doch er is méér, zegt hij. Het tegenwoor
dig ministerie is een coalitie-ministerie, een
samenvoeging van „ijzer en leam." Voor !/3
dankt het zijn ontstaan en voortbestaan aan
de roomsohen. Eén woord, één wenk van den
nuntius te 's-Gravenhege, en alles zwenkt
om bisschoppen, dekens, pastoors, kapelaans,
dagblad-redacteurs, het gcheale kiezersperso
neel en het ministerie is in de minderheid.
Die afhankelijkheid van de roomsohe kerk
acht dr. B. voor ons in zijn meerderheid
protestantsche volk ongawensoht en gevaar
lijk. Wat men wint met de hulp van Home,
wordt altijd duur, te daar betaald.
Met nadruk protesteert schrijver er tegen,
dat men zon staan voor het dilemma, te
kiezen tnsschen het tegenwoordig ministerie
en de sociaal-demooraten. Hij komt er tegen
op, dat wie liberaal is, zon behooren bij d«
sociaal-democraten, bij de „verwerpers" van
God en Zijn Woord, en pleit voor het stem
men op „mannen als de heeren Höïll, Van
der Vlngt, Van Karnebeek, Tydeman en wia
verder hot bekende oud-liberale manifest heb
ben onderteekend."
Schrijver betreurt het, dat de schoolkwestie
bij deze verkiezing zoozeer op den voorgrond
wordt gedrongen. Het streven dezar regee
ring op schoolgablöd acht ook hij 96n gedachte
ramp. Tegen de begunstiging der frater- en
zusterscholen komt hij met alle macht op
de ontvolking voor een deel van onze volks
school, de overlevering voor een ander deel
Geschiedenis van een vrouwenhart,
door
MARIE DIERS.
6.
Toen de kapelmeester z\jn kind zelf
wegbracht, beviel het hem maar heel slecht
ln de Pastorie. Noch de lage kamers, noch
ao eenvoudige meubels, ook niet de grove
t:rTj*s en hun roodwangig zus-
7bU 5en genade in zjjn oogen vinden,
s met zijn zwager en diens resolute vrouw,
doom 6f- n*eiUeQdal deugde daar. Zjjn bleek
dochtertJ9 kwam hem onder dit landvolk
frnm -m1*01 koningskind voor, dat uit haar
„.4^,. wanneer het je hier niet bevalt,
rgt mjj dan," zeide hij zachtkens bjj het
scheid. „Ik kaal je dan dadelijk."
e f-36 zag hem aan met haar ovargroote,
Win! °°Sen eD antwoordde niet. Papa
j>iet recht, wat hij uit dezen blik moest
°Pm<..ken.
«Ben je bang, meisje?" vroeg h|j zacht.
Anne schudde hat hoofdje en lachte
ho v.6na' zou c'°' hebben geweten,
e baar gevoelets te verklaren, zij was
Vofg 6n vo' verwachting, schuw en toch
Looi!'611 6611 ze'°'zaam ö'0rh sprekend ver-
•Blotselmg zeide zjj snel, als wilde zjj
aan een „droeve neutraliteit" bejammert hij.
Maar vooral heefs hij bezwaar tegen het
streven dezer regaering in zijn geheel, „tegen
haar heilloozan invloed op veler geweten
tegen den haat welken zij in 't leven roept
tegen haar door-en door wereldsch optredeo,
om daardoor Gods Koninkrijk te bevorderen."
Dr. Bronsveld eindigt zijn beschouwingen
aldns
Het zal een zeer zware strijd wezen. De
Friesche christelijke historischen zullen de
„zittende" Heeren wel weer helpen herkie
zen ook de Heer Schokking zal wel wéér
hun candiöaat zija, die na eenige slingerin
gen, welke de Kamer amnseeren, steeds
stemt met de regeering, gelijk het de heer
De Sivornin Lobman doet, en allen, die van
zijn partij zijn.
Die heeren weten e'genlijk zelve niet,
waarom zij een eigen groep vormen. Behooren
zjj niet tot de bemanning van het anti-revo-
lntionnaire admiraalschip, zij varen mee gelijk
de proviandschepen do Russische vloot ver-
gezeilen. Ik vind het een illusie, d.-.t de leden
van die partij meecen iets bijzonders te zijn.
Ze zijn bitter tegen gevallen en hun partij
dag is dan ook alles behalve een grootsche
wapenschouwing geweest.
Wy eindigen hier onze beschouwing van
den aanstaanden verkiezingsstrijd. De uitslag
is in Gods handmaar onze wensch is, dat
wij worden verlost van de JezuïtsteD, en be
waard voor de sooiaal-democraten, en dat een
protestantsche middenpartij moge zegevieren.
Vergadering van den Raad
der gemeente BARSINGERHOBN,op Dinsdag
9 Mei 1905, des namiddags ten 2 ure.
Aanwezig alle leden.
Voorzitter de heer J. Spaans Dz., Burgem.
Na opening der vergadering volgt de lezing
en goedkeuring der notulen.
Ingekomen stukken: schrijven m«j. H. Lan-
gereis, dat zij haar benoeming tot onder
wijzeres aanneemtvan Ged. Staten een
schrijven, waarin mededeeling dat de ver
deeling der stemdistricten voor kennisgeving
is aangenomen schrijven van den polder
Schagen, met mededeeling van gunBtlge
beschikking op het adres om verlaging sluis-
gelden voor de motorbootvan Ged. Staten,
goedkeuring van af- en overschrijvingen,
kohieren Hoofdelijken Omslag en Honden
belasting schrijven van B. en W. te Schagen,
dat de Raad dier gemeente het adres om
adhaesia te betuigen aan het adres der ge
meente Barsingerhorn om verlaging ven
sluisgelden, voor kennisgeving had aan
genomen, omdat bereids weg bekend ge
worden, dat het Polderbestuur gunstig op
dat adres had beschiktKoninklijke goed
keuring was ingekomen op het besluit van
de heffing van vergunningsrechtvan Dir.-
generaal der posterijen en telegrafie was een
schrijven ingekomen, dat 11 April het
telefoonkantoor te Kolhorn was geopend.
De laatste kasverifioatie gaf een ontvangst
aan van f 25952 365, een uitgaaf van f 23515.85,
dus was in kas en moest zijn f 2436 61 Va
Bij de hierna met algemeene stemmen
vastgestelde verordening der stemlokalen
wordt in district I Barsingerhorn aangewezen
het raadhuis, district II Haringbuizen een
schoollokaal, district III Kolhorn een school
lokaal.
Da verordening op de heffijg en invor
dering van schoolgeld voor het herhalings-
onderwijs wordt met algemeene stemmen
vastgesteld.
Voorzitter deelt mede, dat op de verschil
lende stembnreanx stoelen moeten zijn, en
daar de stoelen op het raadhnis van dien
hem nog een woordje meegeven „Lena
heeft morgen de poppenwasch. Daarbij mag
ik helpen, zjj heeft het my zelf gezegd,"
Het schitteren harer kir>deroogen nam
Paul Dönitz als laatsten indruk van haar
meê, en hjj dacht onder den langen rit,
onder het stooten en ratelen van den wagen
met wonder!jjk onzeker gevoel daaraan,
totdat de torens van de stad weer opdoem
den en zjjn gedachten door andere dingen
in beslag werden genomen.
Dit werd een heerlijke winter voor Anne.
Er werd noch in het eene, noch in het
andere veel omslag met haar gemaakt. Zjj
was een kind onder de kinderen. Zjj had
dezelfde rechten, maar ook dezelfde plich
ten, lsefde onder dezelfde vaste tucht. Lena
en zjj hadden bepaalde huiseljjke plichten,
die zjj om de beurt vervulden en waarop
tante een scherp oog hield, of alles wel in
de puntjes geschiedde. Mankeerde er wat
aan de gedekte tafel, lsg er in de slaap
kamer een handdoek of kam niet op zijn
plaats, vlug werd een berisping of opmer
king uitgedeeld, en de beschaming was
groot.
Anne, niet aan tucht en orde gewoon,
had in den beginne een zwaren strjjd te
voeren. Het kostte haar menige traan, en
toen zjj op een Zondag kersen-comj te
moest deelen en het ongevraagd gewaagd
had, daarvan te snoepen en voor straf in
den hoek moest staan, was zij de vertwjj-
feling nabjj geweest. Maar het was niet
mogeljjk in dit huis werkeljjk te vertwjjfelon,
hier behield slechts het goede de overhand
en het verdriet was weer spoedig vergeten.
De vrooljjke streken van Heinz, het vrien
delijke gezichtje van Lena, hadden steeds
aard zijn, dat ze tooh spoedig vernieuwd
moeten worden, is het ides van B. en W.,
deze stoelen naar de stemlokalen te doen
verhuizen en voor het raadhuis nieuwe aan
ta schaffen. De maohfciging van den Raad
wordt daarvoor gevraagd.
De heer Da Ze6uw had gaarne gezien, dat
de geheele raadzaal wat was gemoderniseerd,
een betere tafel, een vloerkleed, enz. Mis
schien is dat nog niet mogelijk vanwege de
fiaantiën, maar gaarne zon Spr. dat toch
eens zien gebeuren. Hij hed het beter geoor
deeld, de stoelen dan tegelijk te koopen, maar
nn zij voor de stemming uoodig zijn, zal Spr.
zich bij het voorstel van B. en W. neerleggen.
De heer Jonker is ook van dit oordeel en
had een tegelijk aanscht.ffan beter geoordeeld,
maar zal ook nn voorstemmen, daar het
moeilijk anders zal kannen geschieden.
Voorzitter zegt, dat ook B. en W. gaarne
de raadzaal zonden moderniseeren, nood'g is
dat wel, maar de toestand der gemeentekas
heeft hen daar tot nog toe van weerhouden.
Zij zullen bepaald te eeniger tijd met dit
voorstel komen.
De heer Breebaart vraagt naar de kosten
van aankoop van die stoelen. Spr. oordeelde,
dat alg op de stembureatx gewone, eenvoudige
stoelen werdea gebracht, de uitgaaf toch nooit
zoo groot zon zijn als wanneer er voor het
raadhuis nieuwe stoelen worden aangekocht.
Da stoelen op de raadzaal, meent Sprkan
nen nog wel een poosje mes. Met het in
stellen van stembnreanx is besloten, dat alles
tegen de minst moge ijke kosten zon gai n.
Voorzitter zegt, dat de stoelen van de
raadzaal beslist af zijn, zoodat ze spoedig toch
vernieuwd zullen worden. Met algemeene
stemmen wordt het voorstel van B. en W.
aangenomen, onder de verzekering van Bur
gemeester, dat da grootste zuinigheid in acht
zal worden genomen.
Van J. Bakker Jz., die zich tegenwoordig
belast met het ophalen van het vuilnis in de
gemeente Barsingerhorn, was bericht inge
komen, dat hij meende dat voor de zomer
maanden het ophalen der vuilnis 1 maal
per maand niet voldoende was De toevloed
dergenen, die hnn vuil wenschen weggehaald
te zien, was zoo groot, dat haast 1 keer per
week gewenscht was. Ia aansluiting met dit
schrijven meeiien B. en W., dat het goed is
ook des zomers 2 keer per maand het vuil
te laten ophalen en dan het salaris van
Bakker te brengen van f 30.— op f 40.
Allen voor.
Het verslag der gemeente zal als gewoon
lijk circuleeren.
De stembnreanx voor de 2e Kamer en
Gemeenteraad worden als volgt saamgesteld
BarsingerhornJ. Spaans Dz., Voorzitter,
C Schoorl en C. Spaans Hz. leden, J. Wes
terman en K. Langedijk, plaatsvervangers.
4e lid verkiezing Gemeenteraad, J. de Groot,
plaatsvervanger, P. SchaitemaberHaring
huizen G. Smit, Voorzitter, K. Jonker en
J. C. Visser, leden, W. Kooijman en D. D.
P. Westenberg, plaatsvervangers. 4a lid ver
kiezing Gemeenteraad G. Claij, plaatsvervan
ger G. Grootes.
Kolhorn: Joch. Blaauboer, Voorzitter; De
Zaenw en Breebaart, leden, W. de Eoer en
L. W. v. d. Maar, plaatsvervangers. 4o lid
verkiezing Gemeenteraad J. Breebaart Cz.,
plaatsvervanger W. Ondt.
De rondvraag levert niets op, zoodat slui
ting volgt.
I n d e n n a m i d d a g v a n Z o n d a g
7 Mei j 1. hield de heer A. Olie te NIEUWE
NIEDORP, wat hij jaarlijks pleegt te
doen, openbare voordrachtoefeningen met
zijne leerlingen, in de kolfbaan van den heer
P. Haringhuizen aldaar.
't Programma bevatte verschillende num
mertjes instrumentale zoowel als vocale
muziek en werd geopend met een marsch en
eene fantasie, die een aardigen inzet vorm-
j dendaarna een drietal liedjes met klavier
begeleiding, lichte nummertjes, door jeugdige
leerlingen voorgedragen, gevolgd door eens
reeks pianovoordrachten, zoowel vier- als
tweehandig.
Voor de pauzen werden nog eenige vrij
willige bijdragon gegeven en vervolgens word
't programma weer verder afgewerkt.
De verschillende zang- en muzieknum
mer! j es lispen, 't eene wel eons wat minder
goed dan 't andere, summa snmmarum, nogal
aardig van stapel. Heel zwaar was 't pro
gramma niet, maar op zoo'n openh. voor-
drachtoefeningen-middagje kan men natuur
lijk niet die eischen stellen, als voor eene
uitvoering.
De lessen tellen beduidend minder leerlin
gen dan vroegere jaren, 't Publiek was niet
zeer talrijk.
Men schrijft nit DEN BOSCH
In den jongsten tijd zjjn hier door de var-
eeniging Éigen Bezit verscheidene zéér goede
woningen voor den zoogenaamden kleinen
burgerstand gebonwd. De ziel vsn die ver
een! ging is pater De Groot. Gegadigden be
ginnen met f 100 te storten in de vereeni-
glngskas, welk aandeeltje telken jare wordt
vermeerderd met het overschot, dat de toch
al zéér matig gestelde huur nog afwerpt.
Op die manier wordt de jaarlijkscke huur
geregeld kleiner, en na verloop van jaren
houdt huurbetaling geheel op. Ieder bewoner
heeft, onder zekere voorwaarden, het recht
zijn aandeel aan iemand anders over te doen,
waarbij echter het pand deel der vereeniging
blijft uitmaken. Alle bewoners moeten behoo
ren tot den R, K. godsdienst. Zij kunnen
zich, door storting eener j aarlijksche bijdrage
in de vereenigingskas, van de verplichting
om in den winkel in een der papdan geves
tigd de benoodigde waren te koopen, ontslagen
rekenen. Zij, die zich bij herhaling aan dron
kenschap schuldig maken of op andere wijze
aanstoot geven, worden, na het hun tegoed
geschreven te hebben terugontvangen uit de
vereeniging verwijderd. Het toezicht daarvoor
noodig, is door het bestuur aan een tweetal
der bewoners, door de bevolking daarom
waarschijnlijk veelal „de veldwachters" ge
noemd, opgedragen. Tot nog toe werkt een
en ander zeer goed.
- WIERINGEN, 9 Mei 1905.
Op de heden gehouden stierenkeurtag
werden aangevoerd 7 stnks, nl. 2 1 jarige en
6 2 jarige stieren.
De le prijs, f 60.werd toegekend aan den
2 jarigen stier van den heer S J. Koorn. De
2e prijs, f 40.werd toegekend aan dsn 2-
jarigen stier van den heer W. Snooij Jz. De
3a prijs, f 30werd toegekend aan den
1 jarigen stier van den heer 8. J. Koorn, en
4e prijs, f 20.werd toegekend aan den
2- j irigen stier van den heer C. N. Lont, ter
wijl als 6e prijs een diploma werd toegekend
aan den 2-jarigen stier van den heer 8. J.
Koorn.
E en nieuwe dienstweigering.
De Arb. ontving mededeeling, dat er een
nieuw geval van dienstweigering zich heeft
voorgedaan en wel van eau cavalerist te
VENLO, die reeds in voorarrest is. Hij was
korporaal en vroeg degradatie. Hij wilde des
ochtends niet opstaan, ofschoon hij daartoe
gr last werd en toen de wachtmeester het hem
ook gelastta, zei hij opstaan wil ik wel, miar
dienst doen in geen geval. Op de vraag
waarom Diet zeide hij omdat hij er genoeg
van had voor moordenaar te leer en. Daar
stonden de andereu bij. Hij werd in arrest
genomen.
zulk een goede uitwerking, dat het voor
gevallene spoedig vergeten was, en dat men
er niet meer aan kon denken, al wilde men 't.
Menigmaal 's avonds in bed dacht Anne
„Eigenljjk kan het in den hemel niet
mooier zjjn." Maar dan viel haar in, dat zjj
zich den hemel vroeger toch anders had
gedacht, stil en plechtig, met zachte muziek
en alles vrede en rust.
Zoo was het hier toch niet. Dat do vrede
en stilte niet te groot werden, daarvoor
zorgden Hermann en Heinz wel. Heinz
vooral was eeu groote plaaggeest. Wanneer
hjj met zjjn blonden kroeskop ergens in een
stil speelhoek)e opdook, was het een ware
ramp. Hjj had geen respect voor zieke of
slapende poppen, het was steeds heel erg
plagen en lachen en een paar maal maak
ten Anne en Lena zich zoo boos, dat zij
elkaar beloofden nooit meer goed op hem
te zuilen worden.
Maar een halt uur later was Heinz weer
hua allerbeste vriend, want zij hielden toch
zooveel van ham, meer dan van Hermann,
die de „dikke" in den familiekring werd
genoemd.
Heinz was een echts* jongeD, Het
lachen en zingen was hem een levensvoor
waarde en had hij niemand, die hem kon
bezighouden, dan moesten de beide zusjes,
zooals hjj ze noemde, hem maar eenige
afleiding beaorgen. Maar wanneer de klein
tjes verdriet hadden, of strat hadden ge
kregen, dan was hjj éé.i en al modeljjdsn
en liefst had hjj alles maar op eigen schou
ders genomen.
Ach, als Anne dat alles bedacht, dan
vond zjj het hier zoo heerljjk
„Anne, je moet naar huis schrjjven,"
heette het alle acht dagen. Ja, dat moest
zjj, er was ook zoo schrikkeljjk veel te
vertellen. Zoo meende zjj dan ook. dat haar
brieven wonder interessant waren. Niemand
verbeterde ze voor haar, men verlangde zo
niet eens te lezen.
Thuis opende slechts papa de met zorg
gelinieerde en geschreven couverts. Maar
zonder bepaald ongeduld, hjj kende de
wijze van schrijven al reeds spoedig.
Papa kon het oor toch niet geheel sluiten
voor dan frisschen toon van deze kinder
briefjes, maar hjj voelde jaloezie tegenover
die luidjes, bij wie zjjn kind zoo gelukkig
bleek te zjjn. „Nu," troostte hij zich, „het
zal wel spoedig eeu eind nemen."
Toen eindelijk dat einde werkeljjk kwam,
was het Anne, of haar levenszon voor altjjd
onderging. Zjj weende godurende den ge-
heelen rit, zoodat oom, die haar vergezelde,
eindelijk streng voor haar moest worden,
om haar tenminste wat bedaarder te doen
worden.
Maar in den grond van zijn hart leed
hjj met haar mede en misschien nog sterker
dan zjj, omdat hjj zich meer bewust was
van hetgeen haar thuis weer zou wachten.
„Stuur haar ons maar spoedig weer, Paul,"
verzocht hjj zjjn zwager. „Zij heeft daar
vroolijke kameraden en wjj hebben haar
allen zoo lief."
Paul fronste de wenkbrauwen, Hji had
altijd een zekere antipathie tegen Erick
Witte gehad, en die werd nu onbewust nog
sterker, daar hjj Anne onder het afscheid
ljjden zag en bovendien tegen zjjn zin
moest erkennen, dat zjj er veel gezonder
en bloeien der uitzag,
Toen de dominé weg was, zeide de
Het ijsbeertje.
Het bezit van een jong ijgbeertjs is voor
Artis te AMSTERDAM een korte vreugde
geweest. Waarschijnlijk tengevolge dar tan-
denwisseling is het dier onder hevige stuipen
bezweken. Het zou deze maand juist vijf
maandon oud zijn geworden. Het dier zal
door den praeperateur van het Genootschap
worden opgezet en dan in het Museum ge
plaatst.
Men doelt mede:
De weduwe R. J. Koopmans-Bottema, oud
87 jaren, woonachtig te OLDEBOORN, is
dezer dagen bet-overgrootmoeder geworden
haar kleindochter werd grootmoeder.
Onvoorzichtig.
De heer Jansen van ULFT, die met zijn
rijwiel langs de stoomtram aldaar reed, is met
de treeplank in aanraking gekomen, gevallen
en onder de tram geraakt. Hij werd zoo ge
wond, dat hij aan de gevolgen is overleden.
Gevaarlijk speelgoed.
Men schrijft uit BEVERWIJK:
Een clubje jongens had een revolver ge
kocht om gezamenlijk te leeren schieten.
Zondag hielden zij oefening en 't vuurwapen
weigerde geen van de jongens kon den
haan overkrygers. Een nam het mede, ont
moette Maandagmorgen den jongsten bediende
van den winkel, waar de revolver gekocht
was en vroeg zijne hulp. Deze trok de haan
over, de revolver waa geladen, ging af en
trof den eigenaar in de linkerzijde. Met hevige
pijn werd hij bij den naastbijzijoden genees
heer ingedragen, wien het nog niet is mogen
gelukken den kogel te verwijderen.
Vernuftig gevonden.
Men schrijft aan de Standaard: Wie van
Bargum over Bergumerdam den straatweg
volgt naar Suameer, vindt daar even voor hat
tolhek een smal zandpad, dat hem voert naar
eenige huisjes linke van den weg. In het
tweede daarvan woont als inwonende zoon de
24-jarige J. Elziuga. Deze, een stoere denker,
heeft een kunststuk vervaardigd, dat waard
is bij meerderen, inzonderheid bij heeren
technici, bekend te worden. Reeds lokte het
onderscheiden bezoekers derwaarts en ook
schrijver dezes heeft het bewonderd.
Elzinga leverde n.1. mechaniek, dat eene
voorstelling geeft van Salomo'a eerste ge
recht. Midden in de rechtzaal bevindt zich
da koning op den troon. Aan eiken kant
staat een gerechtsdienaar. Door handbewe
ging geeft de koning bsvel da vrouwen bin
nen te roepen. Daarna begeeft zich de
rechtsche dienaar, die door hoofdbuiging te
kennen geeft, dat hij den last begrepen heeft
naar eene deur in den rechtervcorkoek, ter
wijl hij zija rechterarm omhoog heft, en stil
houdend eenige malen een klopper laat vallen,
waarna hij zijn plaats weer inteemt.
Nu komen door die deur twee vrouwen
binnen, met het levende kind. Op een wenk
van den Koning treedt de achterste naast de
andere vlak voor den troon. Tassohen haar
staat het hir.d Door teeksne heeft de onder
vraging plaats, en door gebaren verklaren
beide vrouwen hat kind voor het hare. Hier
op geeft de Koning het bekende bevel. De
moeder vangt asn te beren en door knielen
en hoefdbuigen bstnfgt do andere hare goed
keuring. Da dienaar links wendt zich naar
een deur ia den Iinkermuur en wenkt den
scherprechter. Als deze binnengekomen is,
herhaalt de vorst zyn bevel. De beul grijpt
het kind en strekt zjjn hand nit om met het
bree.de slagzwaard den laet te volvoeren. Maar
de wanhopige moeder snelt toe, omvat den
opgeheven srm met de eene h::nd en legt
de andere beschermend op het hoofd van
haar kind.
Nu herroept de koning door gebaren zijn
stiefmoeder, getroffen door Anno's wan
hopige oogen„Genadige hemel, wat is
dat nu voor een aanstellerij. Wat heb je
daarginds voor heerlijkheden gehad, in dat
nest? Wees toch verstandig, hartje, je
moogt morgen met mij gaan wandelen."
Nog wekenlang droomde Anne iederen
nacht van Kemptenhot en het kostte heel
wat moeite, om 's morgens bjj het ontwa
ken te begrjjpsn, dat al die heerljjkheid
voorbjj was,
In de school was zjj weder vreomd ge
worden, maar zjj voelde het nu nauweljjks.
Zjj zag van haar omgeving niet veel. Men
lachte om het droomende kind.
Nog eenmaal had zjj het geluk, gedu
rende vjjl' heerljjke zomermaanden naar
Kemptenhof te kunnen gaan. Haar ouders
waren naar het bad en daar gold zjj voor
overbodig. En daar buiten verdwenen weer
alle zwaarmoedigheid en droomerjj, hier
was zjj weer oprecht gelukkig.
Er was ook zooveel nieuws te zien,
Hermann en Heinz waren in dien tusschon-
tjjd op het gymnasium gekomen en droegen
bonte mutsen. Ra nu in den zomer was
het nog veel mooier. Er was een schim
mel in den tuin en een wip, en men kon
zulke heerljjke uitstapjes maken. En met
Lena baden in het kleine meertje, dat gaf
nog eens een pret en genoegen 1
Hermann w«3 nog steeds de dikke, en
Heinz de vrooljjke, opgeruimde jongen.
Weder kwamen er traten bij het alseheid-
nemen, maar ditmaal met de zalige hoop
„tot weerziens, mat da vacantiel"