Zondag '27 Augustus 1905.
49ste Jaargang No. 4074.
DERDE HL Al).
Uit en voor de Pers.
Binnenlandsch Nieuws.
Gemengd Nieuws.
Een ministerieele aanschrijving.
De pia op^etredrn minister van oorlog
H. P. Staal heefe aan de inspecteurs der
wapens en da chefs der dienstvakken do
volgende aanschrijving gezonden:
„Da discipline eischt, dat er gezag zij van
boven, en gehoorzaamheid van beneden.
Zal het gezag op den goeden grondslag
berusten, dan moet de drager er van zijn
recht op gehoorzaamheid niet uitsluitend
ontleenen al kan hij het voor de wet
aan zija ranghij most bij zijne onderge
schikten dat vertrouwen, die tosgenegenheid
en die toewijding trachtan op te wekken,
welke bij hen, onafhankelijk van wettelijken
dwang, de begeerte en den drang in het
leven roepen, om zijne bevelen met de uiterste
inspanning van huu wil en van hnnne beste
kraohten ten uitvoer te brengen.
Als een van de meest werkdadlge middelen
om daartoe te geraken Is wel te beschouwen
dat de meerdere doe blijken van zija vertrou
wen in, van zijne genegenheid voor, van zijne
toewijding aan zijn ondergeschikten.
Een chef moet vertrouwen heoben in zijne
ondergeschikten. Natuurlijk geen blind ver-
trouwen. Eeue Isctvol© cont. o.8 blijCt stöede
geboden.
Maar een chef zal nooit tot eene goede In
weiking op zijn minderen en tot het vestfgen
v.an een gcede discipline geraken, als hij be-
gicVt met te wantrouwen een ieder, die lager
in ra1 Tig of jonger is dan bij.
Van h wantrouwen mag eerst dan sprake
zija, w:* ^nneer de ondergeschikte door zijne
hsndelir ^gen zijne aanspraak op vertrouwen
heeft ve' JVbeurd.
De w ,jze waarop een chef met zijne jon
geren er,p-j ondergeschikten omgaat, en waarop
hij hen opleidt, doet werken en laat werken,
moetor' - óeillng vertrouwen wekken en voorts
In den17 jongere een gepast zelfvertrouwen
twer'rt*fcer, dat hij noodig heeft om komende
g de vervuiling van eene zelfstandige
oTnAhaoht, of voor het geval dat hij op eigen
initiatief zal hebben te handelen, niet tekort
te schieten in zijne taek.
De tegenwoordigheid en de inwerking van
een chef mogen nooit verlammend, drukkend
of onderdrukkend op zijne ondergeschikten
werken. Wat van hem uitgaat moet opwek
ken tot het hoogste en tot het beste. Over
tuigingen mogen niet worden opgedrongen
door een eenvoudig machtwoord van den
meerderede goede vormen en de gcede toon
moeten ook bij meenings verschil en bij
terechtwijzing steeds worden gehandhaafd.
Krenkende bejegening moet worden ver
meden.
Waar het op handelen aankomt, daar moet
een kort, duidelijk bevel van den meerdere
voldoende zijn maar, waar het om opleiding,
vorming en ontwikkeling te doen is, daar
kan en mag niet met een scherpe wilsuiting
worden vo'staan, en zal er betoogd en onder
wezen moeten worden. Dit alles, met stipte
handhaving van de tucht.
Hierbij wordt tact verelschten dat deze
aanwezig is hiervan moet te meer blijken,
naar mate de rang, dien men bekleedt, hooger
is.
De chef moet toegenegenheid voor en toe
wijding aan zjjne ondergeschikten aan den dag
leggen.
Ieder meerdere heeft steeds -- niet alleen
In, maar ook bulten dienst van dewarmsfe
belangstelling te doen blijkeD, waar het geldt
de behartiging der belangen van hen, die
onder zijne bevelen zijn gesteld.
Een ieder, die naar innige overtufging en
ter goeder trouw aanleiding meent te hebben
tot het inbrengen van eenige klacht, opmer
king of vraag, moet bij zijne chefs steeds
een open oor vinden. Die chffs zullen hem
hebben te overtuigen van ongelijk, bijaldien
dat bestaat zij zullen hem, als het laatste
niet het geval is, hebben te steunenzulks,
óf door binnen den kring hnnner bevoegdheid
zelf tegemoet te komen aan rechtmatige
klachten en grieven, óf door mede te werken,
dat deze worden gebracht ter plaatse waar
daarover moet worden geoordeeld en beslist.
De ondergeschikte moet in zijn chef niet
in de eerste plaats zijn rechter, maar vooral
zijn vriend en zijn beschermer vinden.
Ik weet en waardeer, dat velen die gedrags
lijn volgen, doch ik stel aau alle meerderen,
van den hoogste tot den laagste in rang,den
eisch, dat zij met volle toewijding en naar
hnnne beste krachten handelen naar de
vorenstaande beginselen, welke trouwens den
grondslag vormen van de bepalingen, In onze
reglementen en voorschriften, welke betrek
king hebben op de verhouding van den
meerdere tot den mindere.
Mijnerzijds geef ik de verzekering, dat allen,
die naar deze beginselen handelen, ten allen
tijde kunnen rekenen op mjjn loyalen, krach-
tigen steun.
Aller doel moet zjjn om den goeden geest
in het leger te bevorderen, en om daartoe
mede te werken, dat de dienst In het leger
door een leder met liefde en opgewektheid
worde verricht.
Van den militair die anonieme beschuldigin
gen slingert tegen zijne chefs, of klachten en
grieven nlt door middel van anonieme stuk
ken (n couranten en bladeD, moet te recht
nnen ▼orden verklaard, dat hii, door den
rdchten weg niet te bewandelen, bewijst, óf
dat hij zelf zjjne zaak niet rechtvaardig acht
en dus onedele bedoelingen heeft, óf dat
nrj vrees toont waar geen groDd bestaat voor
vrees, dat hjj wantrouwt, waar gerekend mocht
▼orden op vertrouwen en alzoo gevoelens
don dag legt, den fllnken militair on-
▼aardlg.
v ooodig u uit, mjjne heeren, den inhond
do k 80^rÖv8n ter kennis te brengen of te
en brengen van de offioleren, werkzaam on-
tpr,aw® bevelen, ook om daarmede rekening
houden bjj hunne „besprekingen met het
"<^er van logeren rang." H.blad.
M enschrjjftuit FRIESLAND
gebrek aan gras ia in Friesland
nypend geworden. Het dwingt de veehou
ders tot verkoop vin vee, dat men anders
graag zou houden, maar nood breekt wet,
De markten gaven 't bewjjs hce hoog
de nood gestegen Leen enorme aanvoer
van rundvee en vooral halfvette koeien,
Do vetweiders zetten dit halfvette af
het langer te houden zou nog onvoordee-
liger of beter nog schadeljjker zjjn, immers
men zou dan met kortvoeder moeten voe
deren en dat komt te duur uit.
Ook het groot aantal aangevoerde gras-
kalveren, al ruim 1000 medio Augustus,
geeft het bewjjs hoe groot het gebrek aan
gras is.
De vetweiders maken dit jaar geen
beste zaken en de melkboeren evenmin.
Er zjjn coöperatieve zuivelfabrieken, die
tegenwoordig 60 pCt. melk minder ter
bewerking ontvangen dan in gewone om
standigheden.
Niet enkel op da hooge gronden, ook in
de polders hebben de boeren gebrek aan
gras, Zelfs daar is de grond mul onder da
graszoden, die er koperkleurig uitzian.
Lang heeft het polderland het uitgehou
den nu is het gras er ook op. Simmige
boeren hebben reeds koeien gestaldin de
weide is toch niets rn'ïer te halen en voe
ding op stal is dan nog gemakkelijker.
Dat door den grooten aanvoer en de
weinige vraag de prijs van het rundvee
daalt en men dus ook daarin nog schade
lijdt, ligt voor de hand.
Men s c h r ij f t
De heer H. v. H. die met zijn familie
per automobiel een buitenlandsch uitstapje
wilde maken, had aan de Duitsche grenzen
bij NIJMEGEN oen minder aangename
ontmoeting. Zoodra hij de grenzen naderde,
vert002.de zich een tolbeambte met p ge
heven geweer on vroeg, of er ook iets te
j declareeren viel. Daar hij niet vlug genoeg
stil hield naar den zin van den tolbeambte
kreeg hij een standje, doch daarmede liep
dit af. Hjj informeerde verder bij den
tolbeambte naar de voorschriften, die be
stonden in „langzaam rijden" en „uithalen."
Speciaal vroeg hij nog, of hij van zijn trom
petsignaal gebruik mocht maken, wat door
den tolbeambte bevestigend werd beant
woord.
Ter hoogte van Kranenburg gekomen,
stond midden cp den weg een persoon met
een wagen, zoodat de automobiel niet pas
toeren kon.
Niettegenstaande de verschillende signa
len verkocs de man niet uit den weg te
gaan, doch daarentegen verscheen een mare-
chaussée die hem aankondigde, dat hij 80
mark boete had te betalen, omdat hij
op de trompet geblazen had 1
Daar er geen anderen uitweg was dan
te betalen ot gearresteerd te worden, werd
de 80 Mark betaald en om een qiitantie
gevraagd, die ten slotte, nadat zij eerst op
hoogen toon geweigerd was, met veel moeite
gegeven werd.
Daarop werd doorgereden raar Cleef en
de hulp van den Nederlardschen consul
ingeroepen. Aan dezen wss niets van
dergelijko bepalingen bekerd, dcch bij
adviseerde inlichtingen te vragen bij den
Anstallt tc Clesf, onder wiens beheer de
burgemeester vsn Kranenburg stond.
Nadat de zaak aan dezen was uiteenge
zet bleek het, dat men bier met een politie-
veiordening van dien burgemeester te doen
had. De Anstallt erkende echter, dat de
geöischte boete van 80 Mark to hoog was,
terwijl hij van het onhebbelijke optreden
van den marechaussee proces-verbaal op
maakte. Op de terugreis werd een bezoek
aan den burgemeester van Kranenburg
gebracht, die het nu met een boete van
een rijksdaalder wilde afmaken wat ander
maal geweigerd werd, al reeds op grond
dat een Duitsch ambtenaar sprak van een
boete in Hollandsch geld.
Inmiddels werd naar Holland terugge
keerd en werd nu Woensdag een briet van
dien burgemeester ontvangen dat hij de
zaak thans met een boete van 8 Mark zou
afmaken.
Ia antwoord hierop is echter aan den
Niderlandschen consul geschreven, dat ook
dit aanbod niet werd geaccepteerd, daar
de heer H, v. H. zich in deze volstrekt
niet schuldig acht.
Met den dood bekocht.
Een arbeider uit HALL, gem. Brammen,
die, lijdende aan bloedvergiftiging, tenge
volge van het openscheren van 'n puistje,
naar het Diaconessenhuis te Arnhem was
overgebracht, is aldaar overleden.
Slecht voor de visch.
Door dan ongewoon lagen waterstand
sterven tegenwoordig in Friesland, in uit-
geveende piassen, duizenden visscher.
Behalve in Artis zou men
in AMSTERDAM wel geen slargengebroed
verwachten. En toch zou men zich vergis
sen. Mej Cornelisse buishoudster van den
heer H. Venvarloo, den bekenden zanger,
heeft Woensdagavond in tegenwoordigheid
van haar man in haar woning, Spuistraat
228, een dikke slang van ongeveer ander-
halven metei gevangen.
Zondagmorgen had ze het „ondier" voor
het eerst bemerkt. Oader het gangbeschot
uit, zag ze een dikken kronkel van zjjn
lichaam komen, die echter bjj haar nade
ring schielijk werd ingetrokken. Maar de
juffrouw duldde geen slang in huis. Toen
ze het gedierte Maandagmorgen weder zag
besloot ze het listiglijk te verschalken.
Woensdag, zoo vertelde ze, heb ik van
's morgens 7 tot 10 uur op den loer ge
legen, en, vervolgde ze triomfantelijk, haar
met handschoenen aangepakt. De juffrouw
had kruimeltjes brood, een schoteltje met
water en een dito met melk neergezet, en
deze lokmiddelen bleken het dier te machtig.
Het kwam te voorscbjjn en dook met
zjja kep in de schoteltjes, De juffrouw,
die gawacht had tot de slang bijna geheel
uit haar schuilplaats was gekrepsn, vatte
het tegerspartelende dier fluks aau en
wierp het in een groote fLsch. Hierin
zagen wij het var morgen. Het is een groot
mannelijk exemplaar van de gewone ring
slang, een volkomen ongevaarlijk dier. Het
keelt V8n de buren zooveel bekijks, dat
de heer Venverloo lachende verzekerde
„mijn husjuffrouw wordt nog beroemd
ik zal het diertje twee dagen tentoonstellen
en zorgen voor madera en sigaren voor de
bezoekers."
De slang, dia vermoedelijk uit een
naburig terrarium is ontsnapt en door
kwaadwilligen in de gang werd geworpen,
als zij niet door haar liefde voor muziek,
aan slangen eigen, zich tot de woning van
den heer Venverloo heeft aangetrokken
gevoeld, zal naai Artis worden overgebracht.
(N. v. N.)
Kolven.
Door het bestuur van de Kolfclub-„Da
vier Eenen" te SPANBROEK z-ijn ont
vangen (wedstrijd 18 - 19 September as):
a. van H. M. de Koningin Een grooten
bronzen medaille, door 't Bestuur b stemd
als eereprijs voor den Nat. Kolfwedstrijd.
b. van Z. K. H, den Prins der Neder
landen Een groote bronzen medaille, be
stemd als eereprijs voor schoonrijden.
c. van H. M. de Koningin-Moeder
Een groote zilveren medaille, bestemd als
eereprijs voor da wielerwedstrijden.
Aangenomen het beroep
naar CALLANTSOOG door ds. Tj. de
Boer te Dirhshorn.
Het l'/j-jarig zoontje van
den heer K. Damhof te LOSDORP (Gr.)
kreeg onder het f pelen een boon in de
luchtpijp, met het treurige gevolg, dat het
jongetje stikte.
Te BOVENKARSPEL is docr
den dokter aldaar vergiftiging geconsta
teerd bij een kird, dat gelikt bad aan een
groangekleurde prentbriefkaart De kleine
is na een smartelijk lijden overleden.
Men schrijft uit RUURLO
aan de Zutph. Ct.
Daags na de kermis stspt een vreemdeling
onze woonplaats binnen en neemt onvoor
zichtig zijn weg door het kamp van woon
wagens. Onvoorzichtig, want plotseling
wordt hij aangehouden door een bewoonster
van een der wagens, die hem verzocht de
jas terug te geven welke hij voor eenige
weken to Kaatsheuvel ten nadeele van baar
ega heeft aangetrokken en nog altijd draagt.
Iu plaats van zijn geweten te verlichten
met de teruggave van het kleediogstuk,
zet de onrechtmatige bezitter het op een
loopen, achtervolgd door een breede tieren
de schaar als een half dozijn woonwagers-
kan loslaten. Zoo gaat 't het doip door.
In zjjn radeloosheid ziet de vreemde een
open deur, vliegt binnen, smakt het slot
achter zich toe en houdt zich daardoor
een paar dozijn grijphanden van 't lijf,
maar valt meteen onvrijwillig in handen
der gerechtigheid; zijn toeVluchtsooid was
namelijk toevallig het wachthuisje van de
politie.
Men meldt uit LEEUWEN
van 28 Augustus
Hedennamiddag had er een treurig on
geval plaats op de Waal alhier. Door den
hevigea wind geraakte de roeiboot van het
klipperschip Christina met zjjn dolpinnen
achter een sleeptros (het schip hing achter
eene opvarende sleepboot). De schipper, het
ongeval bemerkende, riep zijn knecht, den
18-jarïgen Evert Veldman, even bjj hem
aan het roer te komen, opdat hij de tros
van achter de dolkast kon verwijderen. De
knecht echter nam zeil een haak om dit te
doen en terwijl hjj al trekkende bezig was,
brak plotseling de roeikast af, waardt or de
tres met kracht terugsprong, en den knecht,
die hem nog achter den haak had, met
zich sleepte. Van een achtergelegen schip
werd nog een reddingsboei uitgeworpen,
dcch Veldman was bljjkbaar te zeer ge
schrokken hjj pakte de boei niet en ver
dween in de diepte. Zjn lijk is nog niet
weergevonden. De verdronkene is afkom
stig van Zuidhorn,
Een botter omgeslagen.
De Urker blazer U.K 321, schipper
P. Pasterkamp, is tjjdens een hevige bui
in den Noordzee ter hoogte van ZAND
VOORT omgeslagen. De drie opvarenden
zjjn in de golven omgekomen, De in de
nabijheid zijede botter IJ M. 16 trachtte
nog door het toewerpen eener lijn ééa der
opvarenden, welke op een rondheut dreef,
te redden, dcch dit mocht niet gelukken,
Waarschijnlijk had de drenkeling reeds
het bewustzjjn verloren.
Men schrjift uit SCHOON
HOVEN aan de N C
Een „anti-revolutionnair" alhier heeft aan
de feestcommissie medegedeeld, dat hjj
tegen feestvieren wss op 81 Augustus a s.
omdat er 60 stemmen op mr. Troelstra
waren uitgebracht bjj de jongste stemming
voor do Tweede Kamer.
Deze 60 stemmen zjjn nota bene grooten-
dsels uitgedracht door zjjn personeel.
Ongeluk te IJMUIDEN.
Omtrent een droevig ongeluk te IJmuiden
bericht men
Twee jongelieden, Jan Kruger en Petrus
Boonekamp, vceren het van zee komend
stoomschip „Cheniston" tegemoet, teneinde
te trachten eenige bestellingen op te nemen.
Dit wordt in IJmuiden en wellicht ook
elders veel gedaan en noemt men „runnen."
Zelts bjj gunstig weer is dat een gevaarlijk
werk, dat beleid, kracht en oefening ver-
eiecht, Men roeit n 1. de in vollen gang
zijnde boot tegemoet en, voor de boeg
gekomeD, tracht men door een handige
zwenking op zijde te kernen, teneinde den
voor in de vlet staanden runner gelegen
heid te geven de boot zoogenaamd te
„haken." Men bezigt daartoe een ijzeren
iiaak, waaraan oen lange stok is bevestigd.
Bjj de verbinding van hout en jjzer be
vindt zich een ijzeren ring waaraan de
vierljjn is vastgemaakt, die een veertig
meter pl.m. kan uitvieren. Waar nu de
vletten plat op het water liggen en de
booten, vooral de ledige, heel hoog zijn,
zal men eenigszins de moeilijkheid er van
kunnen begrjjpen en is het gevaar voor
aanvaring altjjd groot. Grooter dus Woens
dag, toen een zware storm uit 't zuidwesten
loeide en zóó dicht de regenvlagen neer-
smakten, dat men geen hand voor oogen
zien kon. Wind en weer werden den
koenen, maar niet minder roekeloozen
jongelieden rampspoedig. Voor het stoom
schip gekomen, belette niet alleen de
kletterende regen het uitzicht, doch door
de windzuiging kwamen zjj vlak vóór de
boeg, zoodat aanvaring moest volgen. De
vlet kantelde en teneinde niet onder de
stoomboot te komen sprongen beide in de
woest opgezweepte golven. Men had het
geluk van uit de vlet der volgorde sloep
boot „Onrust" van den Koperen Ploegden
eenen drenkeling, genaamd Jan Kruger, te
grijpen en behouden binnen boord te bren
gen. Den anderen evenwel, Petrus Boone-
kamp, een jongeling van 23 jaar, kon men
niet tijdig genoeg naderen on ofschoon men
hem een reddingboei had toegeworpen,
we'ke ook door hem gegrepen was, zag
men hem even daarna in de diepte weg
zinken. Het ljjk is nog niet gevonden.
I Een vreeseljjk ongeluk.
Zaterdagmorgen tegen acht uur is te
EOENSBROEK een vreeseljjk ongeluk ge-
i beurd. Da metselaar Willem Vroomen,
aldus de N. L K., was als gewoonljjk dien
morgen naar zijn werk gegaan te Heerlen,
bij den aannemer U. Om 8 uur ongeveer
ontstond er in de wonicg van Vr. in de
Fiatterstraat een begin van brand, terwjjl
ongelukkig ook vrouw Vromen afwezig
1 was. De brand breidde zich uit en waren
de buren niet zoo flink opgetreden, dan
was het geheele pand waarscbjjcljjk uit
gebrand. De inboedel is bijna geheel een
prooi der vlammen geworden. Wat be-
tetkent dat echter bjj het verschrikkeljjk
lot, dat twee kleine kinderen van Vr. trol
Een der kleinen slechis één jaar oud, en
dus geheel hulpeloos, is levend verbrand,
terwjjl een ander, iets ouder doch eveneens
niet in staat zich te redden, verschrikke
lijke brandwonden kreeg. De toeschietende
buren konden het nog van den ormiddal-
Ijjken vuurdood redden, maar reeds had 't
arme wicht zooveel geleden, dat zjjn toe
stand allertreurigst is Men kan zich de
wanhoop niet voorstellen der ongelukkige
moeder, toen zjj ha* r jongste kindje als 'n
vormelooze massa terugvond en het andere
zoo ontzettend door het vuur geteisterd.
De vader werd per fLts van de ramp, die
zjja huis getrcffjn had, op zjjn werk in
kennis gesteld doch eerst later durfde men
J hem de ontzettende volle waarheid mede-
deolen.
Gedoode zeehonden.
I In bet jaar 1904 werden over het geheele
land p?dood 608 vrouwelijke en 629 manne
lijke zeehonden, waarvoor door de Repeericg
aan premiëa werd betaald f 3146 60 Het
grootste B«ntal werd gevangen dxir J Vlrser
te Oost-Magor, n.1. 160. Van de 1137 zee
honden die in het geheel werden gevangen
werden alleen In de provincie Zeeland 446
aangebracht of ongeveer 40
Een vreemd geval.
Des nachts om halfeen is eer, ongewerscht
bezoek gebracht aan de villa Habls Perkara,
aan den Vink weg, bij LEIDEN, wrar de om
zijn door hem toegepaste geneeswijze welbe
kende heer De Haas, ook wel „profeesot" ge
naamd, woont. Twee van Valkenburg komende
fietsrijders, waar zij epn eveneena wielrijdenden
vriend "hadden weggebracht, kwamen op hnn
terugtocht naar LMden op genoemd uur voor
bij de vilia en werden toen door een jrog-
menBch ingeroepen om binnen te komen, om
dat er was ingebroken.
Na een ra8m opgeschoven to hebben, moet
de Inbreker door een voorkamer zijn gegaan,
waar een kast met zilverwerk staat, waaruit
echter niets wordt vermist, en vervolgens do
trsp op naar bovon eijn gegaan, waar hij op
een slaapkamer terechtkwam, waar een 22
jirlge dame door hem op lei werd aangeval
len en lijna gewurgd, zoodat den vo'genden
morgen de blauwe plekken nog zichtbaar
waren.
Op dezelfde kemer sliep ook een 12jirig
meitjs, dat door het leven wakker werd eu
!u dzee's begon te sok-eeuwen, waarop de in
breker het hazenpad koos.
Voor zjover nog gezien is kunnen worden,
was de aanvaller van fl nke, groote gestalte,
droeg hij een bruine pet en was hij in het
bezit van ren zwarte snor.
Inmiddels waren door het geschreeuw
tevens de andere bewoners der villa wakker
geworden, maar ook zij konden niets meer
ontdekkeD, hoe ook het verdere gedeelte der
woningen den tuin met lampen en lantaarns
doorzocht werd, welk werk later eveneens
werd voortgezet door de politie, die door
bovengenoemde jongelingen werd gewaar-
schnwd.
En de Leidsche politie had er wedeikeerig
de Rijkspolitie kennis van gegeven.
Den Inbreker zouden de beide bovengenoem
de vrouweljjke personen, die hem op de trap
nog hadden achterna geloopen, aan het ge
laat niet kannen herkennen, omdat hjj dit had
zwart gemaakt.
Het eenige vreemde, dat in haar slaap
kamer werd gevonden, is een soldatenmuts
met een nummer er in.
Overigens wordt er niets vermist.
Men is in het onzekere, of hier gedacht
moet worden alleen aan inbraak, of aan po
ging tot moord. („L. D.")
„W i 1 je meeëte n."
Een kleermaker, die op zjjn vak reisde en
ook wel koedekken naaide, zag meerdere
malen tevergeefs naar den goedgevulde scho
tel van zjjn klanten. Nog nooit was hem
gevraagd mee te eten. Hjj zon zichzelf, al
was het door een list, inviteeren. Op zijn rug
prijkt een pspier met de woorden„Arle,
wil je mèeëten Op de vraag of er geen
werk is, krijgt A. een ontkennend antwoord.
Hij keert zich om en zegt, maar heen te gaan,
toan een der aaQzittenden (le woorden op Arie's
rug hardop leest. „Asjeblieft" zegt Arie en
het woord bij de daad voegend, heeft hjj zioh
aan den disch geschaard. Arie had in het
vervolg werk voor „hand" en „tand".
(Historisch)
Kleinzieligheid.
Pas is met algemeene bevrediging vernomen,
dat er kans is verlost te worden van een der
noodelooze plagerijen de belasting van brief
kaarten, op welker voorzijde iets geschreven
staat of een ijverig dienstdoener weet te
bewijzen, dat er nog meer stof ln de postma-
chinerie ligt. Sinds jaar en dag worden kleine
drukwerken verzonden op zulk een wijze, dat
de postzegel tevens tot bijeenhouden van het
gevouwen blaadje dient. Dezer dagen werd
znlk een dingetje met 7'/> ct. strafport
belast, omdat de postzegel tevens tot sluiting
diende, zoodat de ambtenaar beweerde niet te
kucEen zien wat er binnenin stondWat een
revolutie zal dat geven in de verzending, ten
minste als er meer zulke scherpziende ambte
naren bestaan.
Als een nieuw staaltje van kleinzieligheid
fcij het postwezen deelt de directeur van het
Burger-ziekenhuis te Amsterdam aan het
Hbl. het volgende mede
„Het verpleeggeld voor patiënten, die in
onze inrichting worden verpleegd, wordt ons
vaak per postwissel of per aangeteekenden
brief toegezonden. Wjj gebruiken daarom
geheel gedrukte briefkaarten waarop o.a.
voorkomt„dankzeggende voor de toezending,
berichten wjj u de ontvangst van uw post
wissel. van uw aangeteekenden brief" en halen
nu óf postwissel, óf aangeteekenden brief
met inkt door en frankeeren als drukwerk.
Vijftienzegge 16 jaar lang is dat ge
regeld geschied, tctdat waarschijnlijk de
argusoogen van den postambtenaar, bedoeld
in een bericht door u aan Het N. v. d. D,
ontleend, deze onregelmatigheid^?) heeft ont
dekt, en ons onlangs 6 brief kaai ten werden
teruggezonden met de mededeeling „doorhaling
niet geoorloofd".
Wij verzenden nu de kaarten zonder door
haling, en zullen zoodra de aanwezige voor
raad verbruikt ls, tweeërlei soort laten maken.
De vraag is echter, of een administratie, voor
welke ik op grond van ruime ervaring niets
dan lof heb, door dergelijke „kleine" maat-
regeltjes aan haar populariteit geen schade
doet".
Een zekere soort van
spin in Californië kiest voor haar woon-
p aits kleine aardhoopjes uit, waarin zij
een gat graaft, flat 125 fot 300 milli
meter diep is en een middellijn heeft
van 1 i 3 centimeterszij doet dit door
middel van scherpe aanhangselen aan
de kaken, die haar tegelijk dienen als
spade en als schop en draagt tusschen
haar kaken de uitgegraven aarde naar
buiten. Dit gat bekleedt zij met een
zijdeachtig web en sluit de opening
ervan met een deur, die uit eenige
laagjes, om de andere uit weefsel en
sarde bestaande, is eaamgeeteld en om
een kunstig scharnier kan draaien. Dat
deur: je past juist op de opening en ia
van buiten niet van den omliggcnden
grond te onderscheidensoms zelfs be
plant do spin het met grassprietjes. Op
j den bodem van den put zit de spin
hoort zij wat aan den deur, dan komt
ze vlug naar boven, opent de deur en
z:et wie er is. Is het een insee.t», dan
wordt dit beetgepaktis daarentegen
do bezoeker de bewoonster minder aan-
i genaam, dan slpait zij fluks de deur en
houdt die zelfs-' van binnen vast, zoodat
men die alleen met eenige inspanning
kan openep^-
Mu g g enverdelging.
Op het'eiland Jolo in de Philippijnen
wordt ree'ds lang en mot succes strijd
gevoerd teg.'en de muggen. Alle plassen
en poelen z Ün drooggelegd on de straten
worden sterJda zeer zindelijk gel ouden-
Toch kon nflen er niet in slagen do mug
gen geheel te verdrijvon en men hoi ft
nu ontdekt, da.t zij voortkomen uit plas
jes in holle boo.'men, ea dat zelfs telkens
in boomen, bij de samenkomst van tak
en stam, nog g enoeg water voorkomt
om een broedpl aat te vormen. Men zal
dus ook aan dezU omstandigheid zijn aan
dacht moeten wij den, maar de verdelging
van de dieren wordt er niet gemakke
lijker door.
De Ween.echeeorrespon-
dent der N. R Ct. schrijft
Een treurig geval' van jaloezia trekt
hier zeer de aandacht, waarvan de ja-
loereche vrouw Lana ze f het slachtrffer
gewordon is. Zij vermoedde nidat haar
man, die slotenmaker is, een minnares