derde blad.
Zondag 4 Nov. 1906.
50e Jaargang. No. 4201.
Arrondissement» Recht
bank te Alkmaar.
Sclaier Cnil.
Zitting van Dinsdag 30 October 1906.
'n Heerlijke, onvergetelijke Maandag, die
17de September in 't jaar 1906.
Hoe zacht kabbelden des middags zoo
omstreeks te één uur de spelende golfjes
tegen den steven eener roeiboot, door de
ervaren hand van zadelmakersknecht Corne-
lis van der Veen bestuurd.
Kalm en rustig gleed 't vaartuigje (behoo-
rende bij een schip, dat in haven nabij »de
Haukes" op Wieringen lag) door de ruime wa
teren en de zich heerlijk vermeiend# zadel
maker was 'n poosje zóó in liefelijke droome-
rijen verdiept, dat hij niet voldoende op zijn
spulletjes lette en het ongeluk had een der
riemen te breken. Met hangende pootjes
ging Kees, thans uit zijne zaligheid van
zooeven ruw in de prozaïsche werkelijk
heid teruggesmeten, het schip opzoeken.
Aan boord gekomen, hoorde Kees de schade
door 't breken van den riem veroorzaakt, op
f 1.50 bepalen, wat hem voor zoo'n oud
stuk hout veel te hoog voorkwam.
Een paar visscherlui, die feitelijk met het
gebeurde niets noodig hadden, hadden daar
over tegen den onfortuinigen varensgezel in
spé heel wat te zeggen. Zóó ver kwam het
zelfs, dat één van hen, de 21-jarige Luitje
de Jongh, op den prachtigen inval kwam,
Kees een blauwtje te laten loopen, d. w. z.
met hemelsblauwe tinten hem gratis een
zoo fantastisch mogelijk uiterlijk te verschaf
fen. De andere visscher Willem Lont ge
naamd, een struische knaap van 20 jaar, even
als zijn vriend geboren en wonende te
Wieringen, greep Keesje vast en Luit ging
met groote virtuositeit, gewapend met een
ontzaglijk grooten kwast, de noodige ver
sieringen op des zadelmakers gelaat aan
brengen.
Daar Kees knevel- en baardeloos is, was
er heelemaal geen hinderpaal en ondanks zijn
heftig verzet, moest hij zich toch gewonnen
geven. Vreeselijke zenuwachtigheid was het
gevolg er van en dat had de havenmeester
De Vries die eerst dacht dat het „speelsig-
heid" van de jongelui was in de gaten.
Hü verloste den geverfde uit diens netelige
positie, doch dat de heeren visschers voor
hunne aardigheid werden aangeklaagd, ligt
voor de hand.
De heer Officier vond de gepleegde mis
handeling eigenlijk meer het karakter van
baldadigheid hebben, redenen waarom Z.E.G.
geen gevangenisstraf wou eischen. Maar al
beweerde De Jongh, dat het uit 'n lolletje
gegaan was, zoo wou de O. v. J. het tweetal
toch niet straffeloos laten. Voor het „lolletje"
werd dan tegen elk der beklaagden f 7 boete
of 7 dagen hechtenis geéischt.
Te Enkhuizen waren het alweer een paar
visschers ditmaal broeders die als be
klaagden moesten terechtstaan.
Zij hadden zulks echter daaraan te wijten,
dat ze elkander terdege hadden afgerost.
Johan Visser, geboren 30 April '71, (even
als zijn 5 jaren jongere broer Cornelis een
groote, zware kerel) is weduwnaar en staat
op het punt om, als een onverschrokken
varensgezel, ten twesden male het huwelijks
bootje in te stappen.
Dit nu, hoe heldhaftig ook, staat Cornelis
dan maar heel slecht aan. Ook zijn ega is,
zooals dat een volgzame echtgenoote betaamt,
het gevoelen van haar gemaal geheel toege
daan. En, woordenrijk als zy is, gaf zij daar
van op denzelfden Septemberdag, waarop de
zooeven genoemde Wieringer helden hunne
kunsten vertoonden, blijken door tegen eene
dochter van Johannes te zeggen„Zóó
gaat pa weer trouwen? Nou, als dat gebeurt,
stak ik liever den boel in brand, dan 'dat ik
er een ander mee aan de sjouw liet gaan."
Dat moois werd Johannes natuurlijk over
gebriefd en hij werd zoo nijdig als een spin,
maar vrouw Kees is ook niet voor de poes
en riep„Kom maar op, d d sndan
ken mijn man je doodd.
Johan's aanstaande bruid begreep met
vrouwelijk instinct, dat zij nu ookwel'seven
van hare radheid van tong mocht doen
blijken en heusch daar kwam wat voor
den dag! Ten slotte richtte zij haar bevallig
kopje naar haren forschen Johan en zei
„Och, laat dat(de vrouw van Kees)
maar loopen." Kees echter, ook met het
strydvuur op de kaken ten tooneele versche
nen, is geen flegmaticus en in stede van met
heroïsche gelatenheid broer Johannes te laten
varen zooals hij verkoos en hem met zijn
aanstaande stilletjes in het sop te laten gaar
koken, vloog met woede op broerlief in.
Het werd een vechtpartij van belang, de heel#
Oosterhaven was op stelten en Sieuwert
Klouwers, die als politiedienaar spoedig ter
plaatse was, toen men hem het nieuws had
medegedeeld, had, heel wat te doen om de
twee strijders te 'scheiden. Wel plaatste hy
zich met ware doodsverachting tusschen de
woestelingen in, maar toch raakten de heeren
nog een paar keeren slaags, vóór ze aan de
sommatie om in vrede huiswaarts te keeren,
voldeden.
Zooals zich laat denken, maakte Klouwers
heel gauw proces-verbaal op van 't relletje en
de heeren konden heel broederlijk vanmorgen
op 't beklaagdenbankje plaats nemen. Ze
hekenden, elkaar hevig te hebben bestookt,
|naar schuld had nöch de een, noch de ander
r® O- v. J. vond 't met dat al een heel treu
rige geschiedenis en eischte wegens mishan-
d®hng tegen elk der vechtersbazen f 6.—
boete of 6 dagen hechtenis.
Daarna raakten de gebroeders zóó aan 't
redetwisten, dat de President hen met nadruk
8'ilte beval en herhaalde malen den hamer
bloest bezigen.
"as waren de heeren door de zijdeur ver-
'Weqen, of de conciërge riep den ryksveld-
-l^hter Conijn ter assistentie, aangezien „ze"
-w&er bezig waren
Kóg waren alle gebeurtenissen vanl7Sep-
«mb«r niet afgehandeld, 't Was n.1. de
oede en laatste dag van de Hoogwouder
«^tjeskermis" en 't ging er, ieder die er
^getuige van was, zou 't kunnen beves-
alt?' 'ustig door. Toch kwam er, 't was
Va„ "Bo'Ük laat in den avond, by de herberg
oe wed. Tames Leek roet in 't eten.
bjj Was nog een clubje kermisklanten
deur flV'8°h- en koekkramen, die de herberg-
krt. bankoerden, verzameld- Ook de 36-jarige
Theodorus Bood vajj Opmeof was
present en hoorde den knecht van kleer
maker Schimmel opnoemen, wat zijn bijzon
dere aandacht gaande maakte.
Lambertus van Barneveld, een ongelukkige,
die zich evenals jqjn patroon, bij 't loopen
van een zeer stevigen kruk moet bedienen,
schijnt naar Dorus' meening niet al te best
bekend te staan. Deze was tenminste zoo
vry hem even toe te bulderen„Zóó, is dat
de knecht van Schimmel. Nou, als ik zei
wat ik van hem weet, dan zou hy zijn oogen
uit zijn kop moeten schamen". Toen Van
Barneveld echter aandrong op nadere ver
klaring, wilde Rood die niet geven.
„Je zou je niet meer onder het publiek
durven vertoonen. Als je 'n paar goeie
beenen onder je borst had, smeet ik je over i
de kraam, want je bent nog gemeener als
katoen van een cent de el
Zeer gevleid nam Lambertus dat compli- j
mentje in ontvangst, maar Rood gaf hem
bovendien nog slaag en toen bosloot de rid-
der van do naald, er den veekoopman by
te lappen.
De heer Officier achtte het bewijs geleverd
en releveerde, dat Rood verder gunstig bekend
staat.
De eisch wegens mishandeling en beleedi-
ging. met toepassing der artt. 300 en 266
Wetooek van Strafrecht ingesteld,luidde f 8.~
boete of 8 dagen hechtenis.
Cornelia Albers, huisvrouw van den loge
menthouder Kleyn te Den Helder, had den
18den September in haar logement Zuid-
straat No. 51, een klein avontuurtje. Er is
daar in 't voorlokaal, waar 't voorgevallene
plaats vond, vergunning alleen voor 't tappen
van sterken drank aan logeergasten. Zy
tapte een borrel aan een niet-logeergast,
werd betrapt door de politie, zette bliksem
snel het glaasje onder de toonbank, doch
't werd in beslag genomen en Cornelia
danste d'r leelyk in. De politie-agenten meen
den dat zy opzettelijk nog het glaasje had
leeggegooid, doch zij beweerde dat er van
was geproefd (wat de „klant" bevestigde) en
tweedens was er door het haastig wegzetten
mogelijk wat vocht verloren geraakt en leeg
was 't glaasje trouwens niet, dusopzet was
er niet in 'tspel.
De O. v. J. verklaarde, dat beklaagde de
ambtenaren in hunne handelingen heeft be
lemmerd,waarvoor spreker hare veroordeeling
tot f10 boete of even zooveel dagen hech
tenis vroeg.
24 September dezes jaars was er een
danspartijtje in de herberg van den heer
Winder te Limmen. De werkman Johan
Dekker had, scheen 't wel, een wrok tegen
den 30-jarigen bloemist Willem Schipper, die
met zijn 5 jaren ouderen collega Hein Hand-
graaf uit Sandpoort was komen overwaaien
om de Limmer danskunst eens rustig te
gaan bewonderen. Heel gemoedelijk leunden
ze tegen 't buffet, toen Dekker aan kwam
stormen, en onder voorwendsel dat zijn por-
temonnaie was gestolen en dat Schipper
zulks had gedaan, sloeg hy dezen, die echter
by de justitie troost zocht.
De O. v. J. vond 't een vreemde manier
van doen, want beklaagde heeft zich toch
later laten ontvallen, dat hem nog nooit
dus ook toen niet een portemonnaie is
ontstolen. Dekker is trouwens een lastige
baas, die er zoo maar op in slaat en de O.
v. J. achtte het hoog tijd, hem wegens mis
handeling maar eens 'n tientje boete te laten
betalen of 'm, indien hy dat liever wil, 7
dagen in*'t „hechtenis-doosje" te stoppen.
Gerardus Wilhelmus Slok en Jan Jonge-
jeugd, een paar arbeidertjes van Enkhuizen,
hadden aldaar den 24sten Soptember j. 1.
met behulp van een vaartuig zich bagger
toegeëigend, zonder daartoe vergunning te
hebben, een strafbaar feit waarvoor beiden
achtereenvolgen» moesten terechtstaan.
Daar ze alle twee het vorige jaar ook al
zyn bekeurd en er toen een geldboete van
f3 aan de heeren is opgelegd, wat nu achteraf
is gebleken niet genoeg afschrik te hebben
verwekt, wou de heer Officier 't tweetal
maar eens beter onderhanden nemen en requi-
reerde nu tegen elk f 10 boete of 5 dagen
hechtenis.
De 31-jarige Klaas Bakker uit Lutjebroek,
gemeente Grootebroek, was als beklaagde
present, 't Was daar in de buurt ook al
weer ruzie en nog 's ruzie en „niks aars as
ruzie".Wel, wel, pis je dat Geertje Vertélman
hoort vertellen
Geertje Vertelman dan, de 44-jarige eerste
getuige, die met Dirk Visser is getrouwd,is aan
't woord: „'t Was Zaterdag 22 September
heere, zoowat kwart over half drie, ik lag te
bed in huis, want ik was zoo loof van 't werk.
Mjjn ouste dochter was an 't werk en 't
kleine kind van 4 jaar was in de kamer.
Klaas Bakker kwam op een groote draf bin
nen en sloeg myn 4 jarige kind, toen kwam
mijn groote dochter (dat bleek ondanks haar 18
jaren echter 'n heel .kleintje te zyn) en zee
as je dat kleintje slaan wil, slaan dan mij
maar liever. Ik kon 't niet langer harden
op bed heere, ik er uit, en 'k nam een stoel
om hem daarmee de deur uit te gooien. Ik
heb je toch niks gedaan zee ik
Bakker had echter ook nog 't een en ander
te vertellen. Op aanraden van een buur
vrouw was hij eens komen klagen by vrouw
Visser, omdat deze vrouw zyn# kinderen
nog al eens kastijdde.
In den heelen omtrek is ze ongunstig
bekend en 't is te verwachten, meent Klaas,
dat ze binnenkort voor de rechtbank zal
moeten komen voor de wanbedrijven harer
lieve kindertjes. Vanuit de getuigenbank
foeterde Geertjelief zoo af en toe heel wat
tegen, maar baten deed 't niet; want de
onverbiddelijke Praeses, wetende, hoe zij de
gave des woords bezit, wou graag dat ze
zich in de kunst van te zwijgen ook eens
oefende.
Nadat ook de 18-jarige dochter Dieuwertje
was gehoord, kreeg de heer Officier 't woord.
Z.E.G. achtte het maar verstandig om niet
alles wat de lui, die in dit zaakjeop traden,
vertelden, letterlijk te gelooven.
Maar het bewijs was geleverd en straf
moest volgen.
Maar 't was den heer Officier gebleken,
dat Geertje's spruiten voor anderen lastig
en brutaal zyn, wat dus eenigszins in be-
klaagde's voordeel pleitte. Wegens mishan
deling werd tegen Bakker, met toepassing
van art. 300 Wetboek van Strafrecht, f7.
boete of 7 dagen hechtenis geéischt.
Nu volgde de zaak van Piet Bakker te
Medenblik die zich had verzet tegen de politie.
De eisch was f8 boete of 8 dagen hechtenis.
Albert van Heulen, een 27-jarige slagers
knecht uit Haarlem, was de tiende en laatste
vandaag.
Hy was in groot slagers-gala in hoogst
eigen persoon verschenen om zyn belangen
te verdedigen.
In 't begin van September maakte onze
held een boottochtje in gezelschap van W.
F. H. de Wilde, een Haarlemsch koopman,
die hem vroeg of hy een rywiel voor hem
wijt, want by bad in opdracht om voor
iemand een geschikte gebruikte fiets „in te
slaan."-
De slager beweert, dat De Wilde er by
voegde dat „de kar" niet uit Haarlem of
omstreken mocht komen.
En waarom ter wereld moest dat er by,
als de fiets niet behoefde te worden gestolen
meende Albert.
In heiligen toorn ontbrand, ontkende De
Wilde, zooiets te hebben gezegd, of ook maar
bedoeld. Van Heulen hield echter vol, wat
hy zooeven zei en beweerde dat hy, door De
Wilde op 't idee gebracht (1), naar Alkmaar
toog, feitelijk met geen ander doel dan om
een fiets te stelen, in verband met de hem
opgedragen bestelling.
Den 7den September kwam de slager bin
nen Alkmaar's wallen en was zoo gelukkig de
fiets van den heer Jan Hoogvorst, wonende
te Bergen, in dienst bij den heer K. J. Koster
te Alkmaar, Directeur Volksbank en Uitgever
Algemeene Gids, to stelen, terwijl 't voertuig
in oen portiek van een gebouw aan den Ber
gerhout stond.
De leepert verkocht 't karretje aan De
Wilde voor f30. Deze deed 'tweer voor f5
winst van de hand aan zyn vak- en stadge
noot Pieter Filipse. Hoogvorst echter miste
spoedig zyn karretje en deed aangifte, met
het gevolg dat de fiets in beslag werd ge
nomen by mijnheer Filipse, die 'tding byna
een maandin bezit had.
Het slot van de geschiedenis is, dat 6
maanden gevangenisstraf tegen Albert van
Heulen werd geéischt.
A.s. Dinsdag uitspraak.
Algemeene vergadering van den Bond
van Zuivelfabrieken in Noord-Holland, op
Woensdag 31 October 19Ó6, des morgensten
9 uur. in het café Central te Alkmaar.
De Voorzitter, de heer J. Boekei, opent
met een gepast woord de vergadering,
waarna de heer G. Nobel de uitvoerige en
keurig gestelde notulen leest, die onveranderd
worden goedgekeurd.
Tegenwoordig zyn een 20-tal afgevaardigden
en leden en ook de heer Posthuma, Secretaris
van den Algemeenen Zuivelbond.
Ingekomen was de Koninklijke goedkeuring
op de statuten van den Bond.
Verder een antwoord van het Ministerie
van Financiën, op het adres van den Bond
om vrijwaring van accjjns op den alcohol
voor het gebruik by de zuivelbereiding. Dit
antwoord behelsde de mededeeling, dat
daarop nog niet goedgunstig kon worden
beschikt, omdat de bestaande wetsbepalingen
geen inwilliging toelaten. Er werd even
wel meegedeeld, dat bjj een algemeenen
maatregel van bestuur op de bezwaren zou
worden gelet.
Ook waren van het Ministerie van Land
bouw, Handel en Nijverheid eenige mede-
deelingen ingekomen over de toltarieven
van kaas en boter in Duitschland. Mede
gedeeld werd, dat Nederland voor de boter
behoorde tot de meest begunstigde natie en
20 Mark per 100 K.G» moest betalen. Voor
kaas was dat niet hét geval, omdat vorm
en kwaliteit onzer kaas te veel afweken van
den vorm en kwaliteit der Zwitsersche en
Italiaansche kaas, die lager invoertarief had
den te betalen. Hit invoertarief voor onze
kaas bedroeg 30 Mark per 100 K.G.
Over de beweging, die de Bond op touw
had gezet om verlaging van Wik- en Weog-
leonen te verkrijgen, werd meegedeeld, dat
een commissie was benooind, bestaande uit
do heerenD. de Boer, J. Best, J. Koomen
Hz. en G. Nobel. De heer K. de Boer Cz. te
Assendelft had zich bereid verklaard, de
commissie, die een audiëntie by den Minister
van Binnenlandsche Zaken had aangevraagd,
aan dien Minister voor te stellen. Op de
aanvraag voor een audiöntie was het antwoord
ontvangen, dat, voor en aleer deze werd
toegestaan, eerst een schriftelijke uiteen
zetting moest worden ingezonden over
datgene, wat de Commissie met den Minister
wenschte te bespreken. Een uitvoerig
rapport was bereids ingezonden en werd
aan de vergadering 'voorgelezen, maar
daarop was nog geen antwoord ingekomen.
Medegedeeld werd, dat 5 fabrieken zich
als lid hadden opgegoven en 2 fabrieken
hadden bedankt, zoodat het aantal fabrieken i
dat lid van den Bond was, 30 bedroeg,
terwyl er 21 buitengewone leden waren.
Aan de orde was nu het verkiezen van
een bestuurslid, aftreden moest de heer
W. T. Jongejans (niet herkiesbaar.) Daar
evenwel door de verschillende aangesloten
kaasfabrieken geen officiëele afgevaardigden
waren opgegeven, werd mee algemeene
•temmen besloten deze verkiezing uit te
stellen tot de volgende vergadering. De
heer J. Best gaf in overweging om dan rond
te zenden een lijst van personen, die ver
kiesbaar waren als bestuursleden.
De heer J. Boekei bracht vervolgens
rapport uit van de in 1905 te Binnenwjjzend
genomen kaasproef.
Het doel van de proef was aan tetoonen,
dat korte of taaie kaas, mits bereid uit
voldoend vette melk, een voldoend vet
gehalte had. Op zeer uitvoerige wyze deelt
rapporteur de wyze waarop de proef is
gehouden, mede, en rapporteur komt tot de
conclusie, dat de slecht bereide kaas, de
korte kaas, een voldoend vetgehalte heeft,
ja soms zelfs hooger staat dan best bereide
kaas. Dit laatste vindt naar Spr.'s oordeel
juist zijn oorzaak in de grove behandeling;
dan wordt de wei dunner en blijven er
meer vetdeelen in de wrongel achter. Ook
was uitgekomen, dat fabrieken die 3 maal
haar melk ontvangen, gerust zich kunnen
aansluiten by het kaascontrolestation, omdat
een minimum van 40 in de droge stof
gemakkelijk kan worden bereikt. De rap
porteur beweerde tevens, daf korte kaas op
den tijd dat zy gewoonlijk naar de markt
wordt gebracht, een hoog gewicht heeft, dat
later evenwel door indrogen verloren gaat.
De vergadering vond met algemeene
stemmen goed, dit rapport met bijbehoorende
tabel te laten drukken.
De heer J. Best doet mededeelingen over
de plannen van gezamenlijken aankoop van
benoodigdheden by de zuivelbereiding. De
voordeelen daaraan verbonden, noemt Spr.
het beter kunnen controleeren der benoodigd
heden, wat het verkrijgen van een goed
zuivelproluct beter waarborgt, - en dan verder
de financiëele voordeelen.
De gelegenheid was opengesteld om geza
menlijk aan te koopenkaasdoek en salpeter;
daarvoor was ingeschrevenvoor het eerste
1650 M. en voor het laatste 2600 K.G.
In onderzoek was, in hoeverre steenkool,
stremsel, lijnolie en zout geschikt waren
voor gezamenlijken aankoop.
De Secretaris deelt nog mede, dat weer
250 gecontroleerde thermometers waren
aangekocht, waarvan een 60-tal waren ver
kocht a 40 ct. per stuk.
Alsnu wordt behandeld het reglement
voor de commissie tot aankoop van
benoodigdheden by de zuivelbereiding. Deze
commissie bestaat uit vyf leden. Dit regle
ment wordt na enkele wijzigingen met
algemeene stemmen goedgekeurd.
De begrooting voor het jaar 1906 wordt
vastgesteld tot een bedrag van f 486.17.
Door den heer D. Brander wordt nu het
bestuursvoorstel ingeleid, om voor 1907 weer
een kaasproef te nemen. Inleider deelt een
en ander mede uit de geschiedenis der
kaasbereiding en over de verschillende wy zen
van bereiding in den loop der jaren, en
komt na de bewering, dat meerdere zeker
heid over de wyze van bereiding niet anders
dan voordeel kan brengen voor het product,
tot het voorstel om voor die proef f50
beschikbaar te stellen.
Uit de vergadering gingen stemmen op,
om by deze proef eens na te gaan, hoe men
in de kaas kan krijgen van die enkele
ronde gaatjes, en ook, of het gebruiken van
kleursel een nadeeligen invloed uitoefent op
de kwaliteit, omdat het blijkt in de praktijk
dat kaas zonder kleursel wat beter is in
kwaliteit, dan mèt kleursel. En welke kleur
sel dan het meest die eigenschap bezit.
Er werd besloten de kaasproef te nemen
en met de gegeven wenken rekening te
houden.
De heer W. T. Jongejans leidt het punt
in, om in 1907 twee kaaskeuringen te houden
en daarvoor f72.50 beschikbaar te stellen.
Inleider wil aan de betrokken kaasfabrieken
zenden uitvoerige bereidingslysten, opdat
bekend worde op welke wyze de ver
schillende kaas wordt bereid. De eerste
keuring moet plaats hebben als de kaas
mark trijp 's- De tweede helft opzetten en
bewaren, om te zien of de bewering der
kaaskoopers, dat fabriekskaas niet bewaard
kan worden, waar is. Inleider zou, als de
kaas gekeurd is geworden door een jury,
deae willen tentoonstellen, opdat de leden
dan van deze tentoonstelling kunnen leeren.
Het idéé wordt geopperd, daar het de
bedoeling is enkele kazen in te zenden, die
tentoonstelling te houden op den dag der
vergadering.
Algemeen wordt dit voorstel toegejuicht
en aangenomen.
Daarna komt ter tafel het voorstel, om
aan het bestuur op te dragen het ontwerpen
van model-statuten voor eene Coöperatieve
Zuivelfabriek en eveneens voor een Naam-
looze Vennootschap, zich ten doel stellende
om een zuivelfabriek te exploiteeren.
De inleider, de heer Dr. Schey, begint
met er op te wijzen, dat er steeds meer
fabrieken worden opgericht, «n dan doet
zich het verschijnsel voor, dat er bjj het
bouwen dier fabrieken fouten worden
gemaakt in den bouw, die by kalm nadenken
waren te voorkomen. Spr. betreurt het, dat
in deze zaken niet meer zyn advies wordt
gevraagd, en zoodoende worden over het
hoofd gezien dingen, die zoo goed waren
voor de zuivelbereiding. Ook wordt te licht
gedacht over de inrichting van de ver-
eeniging, die men opricht en later zit men
met de moeilijkheden. De Bond zal nuttig
kunnen werken, door te voorkomen dat
zulke ongelukkige inrichtingen verrijzen.
Daarna komt het bestuur met het boven
gemelde voorstel. Zy wil dat gesohrift in
richten, aanpassende aan do fabrieken zooals
die in onze omgeving worden opgericht.
Algemeen wordt dit voorstel toegejuicht en
aldus aangenomen.
De heer D. de Boer leidt het voorstel in,
om en-bloc een abonnement te nemen op
de Zuivelcourant, op kosten d»r leden. Spr.
acht het noodig, dat, zoolang er nog geen
officiéél orgaan van den Bond it, dat de
leden toch zooveel mogelijk ©enielfde orgaan
lezen. Het abonnement zat zijn f 2 per jaar,
wat een reductie is van f 1 per abonnement.
Bjj een getal van 25 abonnementen zal dat
mogelijk zyn. Algemeen goodgevonden.
De begrooting voor het dienstjaar 1907
word na eenige discussie vastgesteld in ont
vang en uitgaaf tot een bodrag van f 494.
De leden der financiëele commissie voor
het nazien der rekening over het jaar
1906 zullen worden gekozen door 3 aange
sloten fabrieken, daartoe door het bestuur
aan te wijzen.
Tot Secretaris-Penningmeester werd met
algemeene stemmen gekozen de heer G. Nobel,
die deze benoeming aannam, wat der ver
gadering een luid applaus ontlokte. Mede op
de voordracht stonden de heeren J. BestNz.
te Berkhout en J. Zijp te Wognum.
By de rondvraag vroeg de heer G. Nobel,
of het niet goed zou zyn, dat de Bond eens
een onderzoek instelde naar de melkweeg-
werktuigen. Op de verschillende tentoon
stellingen worden die werktuigen slechts
oppervlakkig beoordeeld, maar er moest
daarnaar een oordeelkundig onderzoek worden
ingesteld. Het was, zeide spr., van het grootste
belang, dat belanghebbenden wisten, wat
een goed werktuig om te wegen was.
Algemeen werd dit idéé toegejuicht en het
bestuur zou het in overweging nemen.
De heer Dr. Van der Zande, eveneens het
idéé warm aanbevelend, wees er op, dat mis
schien reeds by denFrieschenBond inlichtingen
waren te bekomen, die voor Noordholland
van groote waarde waren.
De heer Rinkes Borger sprak er nog zyn
spyt over uit, dat er niet het minste offici
ëele toezicht op de melkweegwerktuigen
was, terwyl een half pond zeep met een
geijkt gewicht moest worden gewogen.
De Voorz. sloot daarop met de beste
wenschen voor den bloei van den Bond, de
vergadering.
Hen bloedbad.
Te Dordrecht weigerden twee lotelingen
zelf een nummer te trekken. Onverschillig
traden ze, toen ze aan de beurt waren, naar
voren en verklaarden, dat „hun handen te
rein waren, om ze in een bloedbad te steken."
Hierop lootte de bnrgemeester voor hen.
Ecu unicum.
Aan het postkantoor te Frederiksoord is
een briefkaart aangekomen, die in 1875 uit
Amsterdam is verzonden en dus 31 jaar on
derweg is geweest. Deze briefkaart is thans
van het postkantoor te Meppel naar Frede
riksoord opgezonden en was geadresseerd aan
den toenmaligen directeur der Maatschappij
van "Weldadigheid, den heer Jongkindt Co-
ninck. Waarsohjjnlyk is deze briefkaart te
Meppel tusschen archiefstukken geraakt en
dezer dagen voor den dag gekomen. Jam
mer, dat de geadresseerde reeds lang over
leden is en de briefkaart dus nist kon be
steld worden. „Zw. Crt."
Xog een ton over.
Het Prov. Watersnoodcomité in Zeeland
meldt, dat circa f570.000 te zijner beschik
king ligt, terwyl circa f470.000 toereikend
zal zyn om binnen de door het comité
vastgestelde grenzen de schade te vergoeden
en de uitgaven ter voorziening in den on-
middellijken nood te bekostigen.
Het comité besloot:
1. aan hen, die na de ramp een inkomen
voor 1906 overhielden van vermoedelijk min
der dan f2000 alle gedeclareerde en juist
bevonden schade te vergoeden;
2. aan hen, die na de ramp zulk een in
komen van f2000 f3000 vermoedelijk
overiiielden, hoogstens 3-vierden hunner
schade te vergoeden, doch niet verder dan
tot een gezamenlijk bedrag van f45.000;
2. aan hen, die f3000 inkomen of meer
overhielden, geen schade te vergoeden.
Uit het aldus vrijblijvende bedrag van
circa f 100.000 zullen zoo noodig nog ver
goedingen kunnen worden gegeven aan
landbouwers, terwyl ook hieruit in den
komenden winter nog eventueel onvoorziene
hulpverleeningen ter zake van de waterramp
kunnen worden bekostigd.
Staatsloterij.
In de afdeelingen der Tweede Kamer is
by het onderzoek van hoofdstuk VII B
(Financiën) der Staats begrooting voor 1907
blijkens het Voorloopig Verslag door
verschillende leden gewezen op een „mis
bruik" dat bjj den verkoop van loten in de
Staatsloterij sinds eenigen tijd meer en meer
voorkomt. Dit misbruik bestaat, volgens het
verslag, hierin, „dat sommige collecteurs,
onder voorgeven van geen Toten meer te
bezitten, geen loten verkoopen vóór dat de
trekking der 4de klasse is afgeloopen. Zy
verzekeren daardoor zichzelf de goede kan
sen, die in de loten der vier eerste klassen
zyn opgesloten, zonder daarbij de kans op
verlies te loopen immers die klassen be-
vatten geen nieten en geven het publiek
slechts gelegenheid mede te spelen in de
5de klasse, waarin wel nieten voorkomen",
j Aldus het Kamerverslag, dat wy hier, zegt
het Hbld., in zijn geheel aanhalen, omdat wy
van een stadgenoot een schrijven ontvangen,
waarin wordt medegedeeld dat, nadat Maan
dag j.1. met den verkoop der nieuwe loterij
een begin was gemaakt, al Woensdagnamiddag
by verschillende collecteurs geen half lot
meer te verkrijgen was.
De Woningwet.
De schoenmaker G. Oosterbaan te Jubbega
(Fr.) wenschte zyne onbewoonbaar verklaarde
woning niet te verlaten, omdat hjj geen
ander huis in uitzicht had. Met den sterken
j arm werd nu de schoenmaker met zijne
I vrouw en drie nog jeugdige kinderen uit
I de woning gezet. Zy moesten den nacht
zoowel als den dag onder den blooten hemel
doorbrengen
Het Burgerlijk Armbestuur heeft zich nu
het lot van dit arme gezin aangetrokken,
door in het dorp Rotstergaast eene woning
disponibel te stellen, die O. gaarne wilde
betrekken. Op kosten van het armbestuur
werd het gezin en het poovere inboedeltje
naar de nieuwe woonplaats overgebracht.
Uitslag der verkooping te Zuid-Schar-
woude ten overstaan van Notaris Backx.
Woonhuis met kool berging, schuur en erf
te Zuid-Scharwoude, B 758, groot 2.45 Aren.
Eigendom van W. Bakker. Opgehouden op
1300 gld. Huis, bouwterrein en erf te Zuid-
Scharwoude aan den Dorpsweg, C 1910, groot
4 aren. Eigendom van de_ „Volksbank" te
Alkmaar, opgehouden op 2700 gld.
Uitslag der verkooping te Aartswoud»
ten overstaan van notaris H. de Boer te
Hoogwoud:
Huis, schuur, erf, boomgaard en weiland
groot 0.78.10, kooper M. Deutekom f 2355.
Weiland 2.40.90 H.A., J. Vel Kz. f 5432.29*.
Weiland 1.00.00 H.A., A. C. Pluister f 2300.
Weiland 3.08.83 H.A., K. Helder Cz. f7374.14.
Weiland 1.96.10 H.A.. J. Pluister f 4520.10*.
Weiland en water 2.07.30 H.A., P. Hartog
f 3310.49. Erf 0.03.90 H.A. J. Bossen f 140.
Gasontploffing.
Men meldt uit Eindhoven
Woensdagmorgen te 7 uur liep mej. de
wed. Booms, wonende aan 't Seratumseind,
•ven binnen by haar buurman, den heer M.
van Leeuwen, manufacturier. Toen zy bin
nentrad rook zy een vreeselyke gaslucht en
riep dit de in het achterhuis zijnde familie
Van Leeuwen toe. Deze vroeg haar maar even
te willen zien, waar de lucht vandaan kon
komen, waarop zy een lucifer afstreek om
beter te kunnen nagaan wat er haperde.
Op hetzelfde oogenblik volgde een ont
zettende knal. Dichte stofwolken verspreid
den zich. Een groote menigte kwam spoedig
aangeloopen en weldra bleek, dat het geheele
voorhuis en de winkel nagenoeg één puinhoop
waren. De binnenmuren waren hevig ge
scheurd. Het achterhuis bleef gespaard.
Het ergste was er echter mej. Booms aan
toe. Zjj had hevige brandwonden aan hoofd,
hals, armen enz. Een geneesheer was spoedig
ter plaatse en legde een voorloopig verband,
waarna de getroffene per rijtuig naar het
liefdehuis werd overgebracht, daar haar toe
stand ernstig werd geoordeeld.
Met welk een kracht de ontploffing plaats
had, viel te constateeren uit het feit, dat de
groote spiegelruit uit den winkel des heeren
Van Leeuwen dwars over de straat tegen het
onbewoonde huis van den heer Weytens
vloog, waar nagenoeg alle ruiten onder en
boven werden uiteengeslagen.
Van 'ii lotcling, 'n cylinder en 'n kraai.
Lotingsdag van de Nationale Militie te
M. Zingend en hossend ziet men op de straten
rijen lotelingen, het nummer dat over hun
lot besliste, tentoongesteld op hunne hoofd-
i deksels. Om hun keel, van zingen droog, nat
te houden, verdwijnen ze af en toe in een
kroeg en „drinken nog 'n drupske." Ook 'n
bidder loopt langs de straat, deftig in 't
zwart, met witte handschoenen en 'n hoogen
j zyden. Ook des bidders keel wordt droog
l ook hy kry'gt zin in 'n drupske, en ziet, ook
onze bidder verdwijnt in 'n kroegdeponeert
1 daar zyn cylinder op 'n tafeltje, veegt met
z'n zakdoek langs zyn natte slapen, nat van
't loopen in 't ongewoon warme herfstweer,
en neemt dan aan 't buffet op z'n gemak 'ri
slokkie.
Maar ondertusschen geniet 't glimmend
hoofddeksel de eer de aandacht te trekken
van een loteling; in 'n wip heeft er eene
verplaatsing, tevens promotie plaats van een
nnmmerbriefje en wel van een gewonen dop
naar 'n hoogen zijden.
Bidder zet voldaan z'n glaasje neer, grijpt
cylinderhoed en bidt verder.
Voorbijgangers zien zyn hoed en glim
lachen; dienstmeiden hooren het sterfnieuws
aan en proestenbidder krygt den indruk
alsof de wereld zich over het heengaan des
bewusten stervelings verheugt, tot ten slotte
de uitbundige kreten van'n straatjongen den
aanspreker bewust doen worden van de
actueele versiering zijns cylinders.
had zich verstopt.
Sedert een week werd vermist de land
bouwerszoon De W., onder Nieuw-Vosmeer
wonende; niemand wist, waar hy gebleven
was, allerlei vermoedens werden geuit en
verschillende geruchten deden de ronde. Men
begon zelfs te denken, dat hy was vermoord
en door de familie was reeds een prys uit
geloofd voor het vinden van den vermiste,
hetzij dood of levend.
Daar opeens kwam hy terecht, en het bleek,
dat hy zich al dien tyd in de schuur had
verscholen, zich voedende met het voeder
der kippen, katten, enz. De oorzaak van
zyn zonderling gedrag is niet bekend w aar-
I schynlyk is de jongen niet wel bij hct'hoofd.