derde blad. Zondag 4 Nov. 1906. 50e Jaargang. No. 4201. Arrondissement» Recht bank te Alkmaar. Sclaier Cnil. Zitting van Dinsdag 30 October 1906. 'n Heerlijke, onvergetelijke Maandag, die 17de September in 't jaar 1906. Hoe zacht kabbelden des middags zoo omstreeks te één uur de spelende golfjes tegen den steven eener roeiboot, door de ervaren hand van zadelmakersknecht Corne- lis van der Veen bestuurd. Kalm en rustig gleed 't vaartuigje (behoo- rende bij een schip, dat in haven nabij »de Haukes" op Wieringen lag) door de ruime wa teren en de zich heerlijk vermeiend# zadel maker was 'n poosje zóó in liefelijke droome- rijen verdiept, dat hij niet voldoende op zijn spulletjes lette en het ongeluk had een der riemen te breken. Met hangende pootjes ging Kees, thans uit zijne zaligheid van zooeven ruw in de prozaïsche werkelijk heid teruggesmeten, het schip opzoeken. Aan boord gekomen, hoorde Kees de schade door 't breken van den riem veroorzaakt, op f 1.50 bepalen, wat hem voor zoo'n oud stuk hout veel te hoog voorkwam. Een paar visscherlui, die feitelijk met het gebeurde niets noodig hadden, hadden daar over tegen den onfortuinigen varensgezel in spé heel wat te zeggen. Zóó ver kwam het zelfs, dat één van hen, de 21-jarige Luitje de Jongh, op den prachtigen inval kwam, Kees een blauwtje te laten loopen, d. w. z. met hemelsblauwe tinten hem gratis een zoo fantastisch mogelijk uiterlijk te verschaf fen. De andere visscher Willem Lont ge naamd, een struische knaap van 20 jaar, even als zijn vriend geboren en wonende te Wieringen, greep Keesje vast en Luit ging met groote virtuositeit, gewapend met een ontzaglijk grooten kwast, de noodige ver sieringen op des zadelmakers gelaat aan brengen. Daar Kees knevel- en baardeloos is, was er heelemaal geen hinderpaal en ondanks zijn heftig verzet, moest hij zich toch gewonnen geven. Vreeselijke zenuwachtigheid was het gevolg er van en dat had de havenmeester De Vries die eerst dacht dat het „speelsig- heid" van de jongelui was in de gaten. Hü verloste den geverfde uit diens netelige positie, doch dat de heeren visschers voor hunne aardigheid werden aangeklaagd, ligt voor de hand. De heer Officier vond de gepleegde mis handeling eigenlijk meer het karakter van baldadigheid hebben, redenen waarom Z.E.G. geen gevangenisstraf wou eischen. Maar al beweerde De Jongh, dat het uit 'n lolletje gegaan was, zoo wou de O. v. J. het tweetal toch niet straffeloos laten. Voor het „lolletje" werd dan tegen elk der beklaagden f 7 boete of 7 dagen hechtenis geéischt. Te Enkhuizen waren het alweer een paar visschers ditmaal broeders die als be klaagden moesten terechtstaan. Zij hadden zulks echter daaraan te wijten, dat ze elkander terdege hadden afgerost. Johan Visser, geboren 30 April '71, (even als zijn 5 jaren jongere broer Cornelis een groote, zware kerel) is weduwnaar en staat op het punt om, als een onverschrokken varensgezel, ten twesden male het huwelijks bootje in te stappen. Dit nu, hoe heldhaftig ook, staat Cornelis dan maar heel slecht aan. Ook zijn ega is, zooals dat een volgzame echtgenoote betaamt, het gevoelen van haar gemaal geheel toege daan. En, woordenrijk als zy is, gaf zij daar van op denzelfden Septemberdag, waarop de zooeven genoemde Wieringer helden hunne kunsten vertoonden, blijken door tegen eene dochter van Johannes te zeggen„Zóó gaat pa weer trouwen? Nou, als dat gebeurt, stak ik liever den boel in brand, dan 'dat ik er een ander mee aan de sjouw liet gaan." Dat moois werd Johannes natuurlijk over gebriefd en hij werd zoo nijdig als een spin, maar vrouw Kees is ook niet voor de poes en riep„Kom maar op, d d sndan ken mijn man je doodd. Johan's aanstaande bruid begreep met vrouwelijk instinct, dat zij nu ookwel'seven van hare radheid van tong mocht doen blijken en heusch daar kwam wat voor den dag! Ten slotte richtte zij haar bevallig kopje naar haren forschen Johan en zei „Och, laat dat(de vrouw van Kees) maar loopen." Kees echter, ook met het strydvuur op de kaken ten tooneele versche nen, is geen flegmaticus en in stede van met heroïsche gelatenheid broer Johannes te laten varen zooals hij verkoos en hem met zijn aanstaande stilletjes in het sop te laten gaar koken, vloog met woede op broerlief in. Het werd een vechtpartij van belang, de heel# Oosterhaven was op stelten en Sieuwert Klouwers, die als politiedienaar spoedig ter plaatse was, toen men hem het nieuws had medegedeeld, had, heel wat te doen om de twee strijders te 'scheiden. Wel plaatste hy zich met ware doodsverachting tusschen de woestelingen in, maar toch raakten de heeren nog een paar keeren slaags, vóór ze aan de sommatie om in vrede huiswaarts te keeren, voldeden. Zooals zich laat denken, maakte Klouwers heel gauw proces-verbaal op van 't relletje en de heeren konden heel broederlijk vanmorgen op 't beklaagdenbankje plaats nemen. Ze hekenden, elkaar hevig te hebben bestookt, |naar schuld had nöch de een, noch de ander r® O- v. J. vond 't met dat al een heel treu rige geschiedenis en eischte wegens mishan- d®hng tegen elk der vechtersbazen f 6.— boete of 6 dagen hechtenis. Daarna raakten de gebroeders zóó aan 't redetwisten, dat de President hen met nadruk 8'ilte beval en herhaalde malen den hamer bloest bezigen. "as waren de heeren door de zijdeur ver- 'Weqen, of de conciërge riep den ryksveld- -l^hter Conijn ter assistentie, aangezien „ze" -w&er bezig waren Kóg waren alle gebeurtenissen vanl7Sep- «mb«r niet afgehandeld, 't Was n.1. de oede en laatste dag van de Hoogwouder «^tjeskermis" en 't ging er, ieder die er ^getuige van was, zou 't kunnen beves- alt?' 'ustig door. Toch kwam er, 't was Va„ "Bo'Ük laat in den avond, by de herberg oe wed. Tames Leek roet in 't eten. bjj Was nog een clubje kermisklanten deur flV'8°h- en koekkramen, die de herberg- krt. bankoerden, verzameld- Ook de 36-jarige Theodorus Bood vajj Opmeof was present en hoorde den knecht van kleer maker Schimmel opnoemen, wat zijn bijzon dere aandacht gaande maakte. Lambertus van Barneveld, een ongelukkige, die zich evenals jqjn patroon, bij 't loopen van een zeer stevigen kruk moet bedienen, schijnt naar Dorus' meening niet al te best bekend te staan. Deze was tenminste zoo vry hem even toe te bulderen„Zóó, is dat de knecht van Schimmel. Nou, als ik zei wat ik van hem weet, dan zou hy zijn oogen uit zijn kop moeten schamen". Toen Van Barneveld echter aandrong op nadere ver klaring, wilde Rood die niet geven. „Je zou je niet meer onder het publiek durven vertoonen. Als je 'n paar goeie beenen onder je borst had, smeet ik je over i de kraam, want je bent nog gemeener als katoen van een cent de el Zeer gevleid nam Lambertus dat compli- j mentje in ontvangst, maar Rood gaf hem bovendien nog slaag en toen bosloot de rid- der van do naald, er den veekoopman by te lappen. De heer Officier achtte het bewijs geleverd en releveerde, dat Rood verder gunstig bekend staat. De eisch wegens mishandeling en beleedi- ging. met toepassing der artt. 300 en 266 Wetooek van Strafrecht ingesteld,luidde f 8.~ boete of 8 dagen hechtenis. Cornelia Albers, huisvrouw van den loge menthouder Kleyn te Den Helder, had den 18den September in haar logement Zuid- straat No. 51, een klein avontuurtje. Er is daar in 't voorlokaal, waar 't voorgevallene plaats vond, vergunning alleen voor 't tappen van sterken drank aan logeergasten. Zy tapte een borrel aan een niet-logeergast, werd betrapt door de politie, zette bliksem snel het glaasje onder de toonbank, doch 't werd in beslag genomen en Cornelia danste d'r leelyk in. De politie-agenten meen den dat zy opzettelijk nog het glaasje had leeggegooid, doch zij beweerde dat er van was geproefd (wat de „klant" bevestigde) en tweedens was er door het haastig wegzetten mogelijk wat vocht verloren geraakt en leeg was 't glaasje trouwens niet, dusopzet was er niet in 'tspel. De O. v. J. verklaarde, dat beklaagde de ambtenaren in hunne handelingen heeft be lemmerd,waarvoor spreker hare veroordeeling tot f10 boete of even zooveel dagen hech tenis vroeg. 24 September dezes jaars was er een danspartijtje in de herberg van den heer Winder te Limmen. De werkman Johan Dekker had, scheen 't wel, een wrok tegen den 30-jarigen bloemist Willem Schipper, die met zijn 5 jaren ouderen collega Hein Hand- graaf uit Sandpoort was komen overwaaien om de Limmer danskunst eens rustig te gaan bewonderen. Heel gemoedelijk leunden ze tegen 't buffet, toen Dekker aan kwam stormen, en onder voorwendsel dat zijn por- temonnaie was gestolen en dat Schipper zulks had gedaan, sloeg hy dezen, die echter by de justitie troost zocht. De O. v. J. vond 't een vreemde manier van doen, want beklaagde heeft zich toch later laten ontvallen, dat hem nog nooit dus ook toen niet een portemonnaie is ontstolen. Dekker is trouwens een lastige baas, die er zoo maar op in slaat en de O. v. J. achtte het hoog tijd, hem wegens mis handeling maar eens 'n tientje boete te laten betalen of 'm, indien hy dat liever wil, 7 dagen in*'t „hechtenis-doosje" te stoppen. Gerardus Wilhelmus Slok en Jan Jonge- jeugd, een paar arbeidertjes van Enkhuizen, hadden aldaar den 24sten Soptember j. 1. met behulp van een vaartuig zich bagger toegeëigend, zonder daartoe vergunning te hebben, een strafbaar feit waarvoor beiden achtereenvolgen» moesten terechtstaan. Daar ze alle twee het vorige jaar ook al zyn bekeurd en er toen een geldboete van f3 aan de heeren is opgelegd, wat nu achteraf is gebleken niet genoeg afschrik te hebben verwekt, wou de heer Officier 't tweetal maar eens beter onderhanden nemen en requi- reerde nu tegen elk f 10 boete of 5 dagen hechtenis. De 31-jarige Klaas Bakker uit Lutjebroek, gemeente Grootebroek, was als beklaagde present, 't Was daar in de buurt ook al weer ruzie en nog 's ruzie en „niks aars as ruzie".Wel, wel, pis je dat Geertje Vertélman hoort vertellen Geertje Vertelman dan, de 44-jarige eerste getuige, die met Dirk Visser is getrouwd,is aan 't woord: „'t Was Zaterdag 22 September heere, zoowat kwart over half drie, ik lag te bed in huis, want ik was zoo loof van 't werk. Mjjn ouste dochter was an 't werk en 't kleine kind van 4 jaar was in de kamer. Klaas Bakker kwam op een groote draf bin nen en sloeg myn 4 jarige kind, toen kwam mijn groote dochter (dat bleek ondanks haar 18 jaren echter 'n heel .kleintje te zyn) en zee as je dat kleintje slaan wil, slaan dan mij maar liever. Ik kon 't niet langer harden op bed heere, ik er uit, en 'k nam een stoel om hem daarmee de deur uit te gooien. Ik heb je toch niks gedaan zee ik Bakker had echter ook nog 't een en ander te vertellen. Op aanraden van een buur vrouw was hij eens komen klagen by vrouw Visser, omdat deze vrouw zyn# kinderen nog al eens kastijdde. In den heelen omtrek is ze ongunstig bekend en 't is te verwachten, meent Klaas, dat ze binnenkort voor de rechtbank zal moeten komen voor de wanbedrijven harer lieve kindertjes. Vanuit de getuigenbank foeterde Geertjelief zoo af en toe heel wat tegen, maar baten deed 't niet; want de onverbiddelijke Praeses, wetende, hoe zij de gave des woords bezit, wou graag dat ze zich in de kunst van te zwijgen ook eens oefende. Nadat ook de 18-jarige dochter Dieuwertje was gehoord, kreeg de heer Officier 't woord. Z.E.G. achtte het maar verstandig om niet alles wat de lui, die in dit zaakjeop traden, vertelden, letterlijk te gelooven. Maar het bewijs was geleverd en straf moest volgen. Maar 't was den heer Officier gebleken, dat Geertje's spruiten voor anderen lastig en brutaal zyn, wat dus eenigszins in be- klaagde's voordeel pleitte. Wegens mishan deling werd tegen Bakker, met toepassing van art. 300 Wetboek van Strafrecht, f7. boete of 7 dagen hechtenis geéischt. Nu volgde de zaak van Piet Bakker te Medenblik die zich had verzet tegen de politie. De eisch was f8 boete of 8 dagen hechtenis. Albert van Heulen, een 27-jarige slagers knecht uit Haarlem, was de tiende en laatste vandaag. Hy was in groot slagers-gala in hoogst eigen persoon verschenen om zyn belangen te verdedigen. In 't begin van September maakte onze held een boottochtje in gezelschap van W. F. H. de Wilde, een Haarlemsch koopman, die hem vroeg of hy een rywiel voor hem wijt, want by bad in opdracht om voor iemand een geschikte gebruikte fiets „in te slaan."- De slager beweert, dat De Wilde er by voegde dat „de kar" niet uit Haarlem of omstreken mocht komen. En waarom ter wereld moest dat er by, als de fiets niet behoefde te worden gestolen meende Albert. In heiligen toorn ontbrand, ontkende De Wilde, zooiets te hebben gezegd, of ook maar bedoeld. Van Heulen hield echter vol, wat hy zooeven zei en beweerde dat hy, door De Wilde op 't idee gebracht (1), naar Alkmaar toog, feitelijk met geen ander doel dan om een fiets te stelen, in verband met de hem opgedragen bestelling. Den 7den September kwam de slager bin nen Alkmaar's wallen en was zoo gelukkig de fiets van den heer Jan Hoogvorst, wonende te Bergen, in dienst bij den heer K. J. Koster te Alkmaar, Directeur Volksbank en Uitgever Algemeene Gids, to stelen, terwijl 't voertuig in oen portiek van een gebouw aan den Ber gerhout stond. De leepert verkocht 't karretje aan De Wilde voor f30. Deze deed 'tweer voor f5 winst van de hand aan zyn vak- en stadge noot Pieter Filipse. Hoogvorst echter miste spoedig zyn karretje en deed aangifte, met het gevolg dat de fiets in beslag werd ge nomen by mijnheer Filipse, die 'tding byna een maandin bezit had. Het slot van de geschiedenis is, dat 6 maanden gevangenisstraf tegen Albert van Heulen werd geéischt. A.s. Dinsdag uitspraak. Algemeene vergadering van den Bond van Zuivelfabrieken in Noord-Holland, op Woensdag 31 October 19Ó6, des morgensten 9 uur. in het café Central te Alkmaar. De Voorzitter, de heer J. Boekei, opent met een gepast woord de vergadering, waarna de heer G. Nobel de uitvoerige en keurig gestelde notulen leest, die onveranderd worden goedgekeurd. Tegenwoordig zyn een 20-tal afgevaardigden en leden en ook de heer Posthuma, Secretaris van den Algemeenen Zuivelbond. Ingekomen was de Koninklijke goedkeuring op de statuten van den Bond. Verder een antwoord van het Ministerie van Financiën, op het adres van den Bond om vrijwaring van accjjns op den alcohol voor het gebruik by de zuivelbereiding. Dit antwoord behelsde de mededeeling, dat daarop nog niet goedgunstig kon worden beschikt, omdat de bestaande wetsbepalingen geen inwilliging toelaten. Er werd even wel meegedeeld, dat bjj een algemeenen maatregel van bestuur op de bezwaren zou worden gelet. Ook waren van het Ministerie van Land bouw, Handel en Nijverheid eenige mede- deelingen ingekomen over de toltarieven van kaas en boter in Duitschland. Mede gedeeld werd, dat Nederland voor de boter behoorde tot de meest begunstigde natie en 20 Mark per 100 K.G» moest betalen. Voor kaas was dat niet hét geval, omdat vorm en kwaliteit onzer kaas te veel afweken van den vorm en kwaliteit der Zwitsersche en Italiaansche kaas, die lager invoertarief had den te betalen. Hit invoertarief voor onze kaas bedroeg 30 Mark per 100 K.G. Over de beweging, die de Bond op touw had gezet om verlaging van Wik- en Weog- leonen te verkrijgen, werd meegedeeld, dat een commissie was benooind, bestaande uit do heerenD. de Boer, J. Best, J. Koomen Hz. en G. Nobel. De heer K. de Boer Cz. te Assendelft had zich bereid verklaard, de commissie, die een audiëntie by den Minister van Binnenlandsche Zaken had aangevraagd, aan dien Minister voor te stellen. Op de aanvraag voor een audiöntie was het antwoord ontvangen, dat, voor en aleer deze werd toegestaan, eerst een schriftelijke uiteen zetting moest worden ingezonden over datgene, wat de Commissie met den Minister wenschte te bespreken. Een uitvoerig rapport was bereids ingezonden en werd aan de vergadering 'voorgelezen, maar daarop was nog geen antwoord ingekomen. Medegedeeld werd, dat 5 fabrieken zich als lid hadden opgegoven en 2 fabrieken hadden bedankt, zoodat het aantal fabrieken i dat lid van den Bond was, 30 bedroeg, terwyl er 21 buitengewone leden waren. Aan de orde was nu het verkiezen van een bestuurslid, aftreden moest de heer W. T. Jongejans (niet herkiesbaar.) Daar evenwel door de verschillende aangesloten kaasfabrieken geen officiëele afgevaardigden waren opgegeven, werd mee algemeene •temmen besloten deze verkiezing uit te stellen tot de volgende vergadering. De heer J. Best gaf in overweging om dan rond te zenden een lijst van personen, die ver kiesbaar waren als bestuursleden. De heer J. Boekei bracht vervolgens rapport uit van de in 1905 te Binnenwjjzend genomen kaasproef. Het doel van de proef was aan tetoonen, dat korte of taaie kaas, mits bereid uit voldoend vette melk, een voldoend vet gehalte had. Op zeer uitvoerige wyze deelt rapporteur de wyze waarop de proef is gehouden, mede, en rapporteur komt tot de conclusie, dat de slecht bereide kaas, de korte kaas, een voldoend vetgehalte heeft, ja soms zelfs hooger staat dan best bereide kaas. Dit laatste vindt naar Spr.'s oordeel juist zijn oorzaak in de grove behandeling; dan wordt de wei dunner en blijven er meer vetdeelen in de wrongel achter. Ook was uitgekomen, dat fabrieken die 3 maal haar melk ontvangen, gerust zich kunnen aansluiten by het kaascontrolestation, omdat een minimum van 40 in de droge stof gemakkelijk kan worden bereikt. De rap porteur beweerde tevens, daf korte kaas op den tijd dat zy gewoonlijk naar de markt wordt gebracht, een hoog gewicht heeft, dat later evenwel door indrogen verloren gaat. De vergadering vond met algemeene stemmen goed, dit rapport met bijbehoorende tabel te laten drukken. De heer J. Best doet mededeelingen over de plannen van gezamenlijken aankoop van benoodigdheden by de zuivelbereiding. De voordeelen daaraan verbonden, noemt Spr. het beter kunnen controleeren der benoodigd heden, wat het verkrijgen van een goed zuivelproluct beter waarborgt, - en dan verder de financiëele voordeelen. De gelegenheid was opengesteld om geza menlijk aan te koopenkaasdoek en salpeter; daarvoor was ingeschrevenvoor het eerste 1650 M. en voor het laatste 2600 K.G. In onderzoek was, in hoeverre steenkool, stremsel, lijnolie en zout geschikt waren voor gezamenlijken aankoop. De Secretaris deelt nog mede, dat weer 250 gecontroleerde thermometers waren aangekocht, waarvan een 60-tal waren ver kocht a 40 ct. per stuk. Alsnu wordt behandeld het reglement voor de commissie tot aankoop van benoodigdheden by de zuivelbereiding. Deze commissie bestaat uit vyf leden. Dit regle ment wordt na enkele wijzigingen met algemeene stemmen goedgekeurd. De begrooting voor het jaar 1906 wordt vastgesteld tot een bedrag van f 486.17. Door den heer D. Brander wordt nu het bestuursvoorstel ingeleid, om voor 1907 weer een kaasproef te nemen. Inleider deelt een en ander mede uit de geschiedenis der kaasbereiding en over de verschillende wy zen van bereiding in den loop der jaren, en komt na de bewering, dat meerdere zeker heid over de wyze van bereiding niet anders dan voordeel kan brengen voor het product, tot het voorstel om voor die proef f50 beschikbaar te stellen. Uit de vergadering gingen stemmen op, om by deze proef eens na te gaan, hoe men in de kaas kan krijgen van die enkele ronde gaatjes, en ook, of het gebruiken van kleursel een nadeeligen invloed uitoefent op de kwaliteit, omdat het blijkt in de praktijk dat kaas zonder kleursel wat beter is in kwaliteit, dan mèt kleursel. En welke kleur sel dan het meest die eigenschap bezit. Er werd besloten de kaasproef te nemen en met de gegeven wenken rekening te houden. De heer W. T. Jongejans leidt het punt in, om in 1907 twee kaaskeuringen te houden en daarvoor f72.50 beschikbaar te stellen. Inleider wil aan de betrokken kaasfabrieken zenden uitvoerige bereidingslysten, opdat bekend worde op welke wyze de ver schillende kaas wordt bereid. De eerste keuring moet plaats hebben als de kaas mark trijp 's- De tweede helft opzetten en bewaren, om te zien of de bewering der kaaskoopers, dat fabriekskaas niet bewaard kan worden, waar is. Inleider zou, als de kaas gekeurd is geworden door een jury, deae willen tentoonstellen, opdat de leden dan van deze tentoonstelling kunnen leeren. Het idéé wordt geopperd, daar het de bedoeling is enkele kazen in te zenden, die tentoonstelling te houden op den dag der vergadering. Algemeen wordt dit voorstel toegejuicht en aangenomen. Daarna komt ter tafel het voorstel, om aan het bestuur op te dragen het ontwerpen van model-statuten voor eene Coöperatieve Zuivelfabriek en eveneens voor een Naam- looze Vennootschap, zich ten doel stellende om een zuivelfabriek te exploiteeren. De inleider, de heer Dr. Schey, begint met er op te wijzen, dat er steeds meer fabrieken worden opgericht, «n dan doet zich het verschijnsel voor, dat er bjj het bouwen dier fabrieken fouten worden gemaakt in den bouw, die by kalm nadenken waren te voorkomen. Spr. betreurt het, dat in deze zaken niet meer zyn advies wordt gevraagd, en zoodoende worden over het hoofd gezien dingen, die zoo goed waren voor de zuivelbereiding. Ook wordt te licht gedacht over de inrichting van de ver- eeniging, die men opricht en later zit men met de moeilijkheden. De Bond zal nuttig kunnen werken, door te voorkomen dat zulke ongelukkige inrichtingen verrijzen. Daarna komt het bestuur met het boven gemelde voorstel. Zy wil dat gesohrift in richten, aanpassende aan do fabrieken zooals die in onze omgeving worden opgericht. Algemeen wordt dit voorstel toegejuicht en aldus aangenomen. De heer D. de Boer leidt het voorstel in, om en-bloc een abonnement te nemen op de Zuivelcourant, op kosten d»r leden. Spr. acht het noodig, dat, zoolang er nog geen officiéél orgaan van den Bond it, dat de leden toch zooveel mogelijk ©enielfde orgaan lezen. Het abonnement zat zijn f 2 per jaar, wat een reductie is van f 1 per abonnement. Bjj een getal van 25 abonnementen zal dat mogelijk zyn. Algemeen goodgevonden. De begrooting voor het dienstjaar 1907 word na eenige discussie vastgesteld in ont vang en uitgaaf tot een bodrag van f 494. De leden der financiëele commissie voor het nazien der rekening over het jaar 1906 zullen worden gekozen door 3 aange sloten fabrieken, daartoe door het bestuur aan te wijzen. Tot Secretaris-Penningmeester werd met algemeene stemmen gekozen de heer G. Nobel, die deze benoeming aannam, wat der ver gadering een luid applaus ontlokte. Mede op de voordracht stonden de heeren J. BestNz. te Berkhout en J. Zijp te Wognum. By de rondvraag vroeg de heer G. Nobel, of het niet goed zou zyn, dat de Bond eens een onderzoek instelde naar de melkweeg- werktuigen. Op de verschillende tentoon stellingen worden die werktuigen slechts oppervlakkig beoordeeld, maar er moest daarnaar een oordeelkundig onderzoek worden ingesteld. Het was, zeide spr., van het grootste belang, dat belanghebbenden wisten, wat een goed werktuig om te wegen was. Algemeen werd dit idéé toegejuicht en het bestuur zou het in overweging nemen. De heer Dr. Van der Zande, eveneens het idéé warm aanbevelend, wees er op, dat mis schien reeds by denFrieschenBond inlichtingen waren te bekomen, die voor Noordholland van groote waarde waren. De heer Rinkes Borger sprak er nog zyn spyt over uit, dat er niet het minste offici ëele toezicht op de melkweegwerktuigen was, terwyl een half pond zeep met een geijkt gewicht moest worden gewogen. De Voorz. sloot daarop met de beste wenschen voor den bloei van den Bond, de vergadering. Hen bloedbad. Te Dordrecht weigerden twee lotelingen zelf een nummer te trekken. Onverschillig traden ze, toen ze aan de beurt waren, naar voren en verklaarden, dat „hun handen te rein waren, om ze in een bloedbad te steken." Hierop lootte de bnrgemeester voor hen. Ecu unicum. Aan het postkantoor te Frederiksoord is een briefkaart aangekomen, die in 1875 uit Amsterdam is verzonden en dus 31 jaar on derweg is geweest. Deze briefkaart is thans van het postkantoor te Meppel naar Frede riksoord opgezonden en was geadresseerd aan den toenmaligen directeur der Maatschappij van "Weldadigheid, den heer Jongkindt Co- ninck. Waarsohjjnlyk is deze briefkaart te Meppel tusschen archiefstukken geraakt en dezer dagen voor den dag gekomen. Jam mer, dat de geadresseerde reeds lang over leden is en de briefkaart dus nist kon be steld worden. „Zw. Crt." Xog een ton over. Het Prov. Watersnoodcomité in Zeeland meldt, dat circa f570.000 te zijner beschik king ligt, terwyl circa f470.000 toereikend zal zyn om binnen de door het comité vastgestelde grenzen de schade te vergoeden en de uitgaven ter voorziening in den on- middellijken nood te bekostigen. Het comité besloot: 1. aan hen, die na de ramp een inkomen voor 1906 overhielden van vermoedelijk min der dan f2000 alle gedeclareerde en juist bevonden schade te vergoeden; 2. aan hen, die na de ramp zulk een in komen van f2000 f3000 vermoedelijk overiiielden, hoogstens 3-vierden hunner schade te vergoeden, doch niet verder dan tot een gezamenlijk bedrag van f45.000; 2. aan hen, die f3000 inkomen of meer overhielden, geen schade te vergoeden. Uit het aldus vrijblijvende bedrag van circa f 100.000 zullen zoo noodig nog ver goedingen kunnen worden gegeven aan landbouwers, terwyl ook hieruit in den komenden winter nog eventueel onvoorziene hulpverleeningen ter zake van de waterramp kunnen worden bekostigd. Staatsloterij. In de afdeelingen der Tweede Kamer is by het onderzoek van hoofdstuk VII B (Financiën) der Staats begrooting voor 1907 blijkens het Voorloopig Verslag door verschillende leden gewezen op een „mis bruik" dat bjj den verkoop van loten in de Staatsloterij sinds eenigen tijd meer en meer voorkomt. Dit misbruik bestaat, volgens het verslag, hierin, „dat sommige collecteurs, onder voorgeven van geen Toten meer te bezitten, geen loten verkoopen vóór dat de trekking der 4de klasse is afgeloopen. Zy verzekeren daardoor zichzelf de goede kan sen, die in de loten der vier eerste klassen zyn opgesloten, zonder daarbij de kans op verlies te loopen immers die klassen be- vatten geen nieten en geven het publiek slechts gelegenheid mede te spelen in de 5de klasse, waarin wel nieten voorkomen", j Aldus het Kamerverslag, dat wy hier, zegt het Hbld., in zijn geheel aanhalen, omdat wy van een stadgenoot een schrijven ontvangen, waarin wordt medegedeeld dat, nadat Maan dag j.1. met den verkoop der nieuwe loterij een begin was gemaakt, al Woensdagnamiddag by verschillende collecteurs geen half lot meer te verkrijgen was. De Woningwet. De schoenmaker G. Oosterbaan te Jubbega (Fr.) wenschte zyne onbewoonbaar verklaarde woning niet te verlaten, omdat hjj geen ander huis in uitzicht had. Met den sterken j arm werd nu de schoenmaker met zijne I vrouw en drie nog jeugdige kinderen uit I de woning gezet. Zy moesten den nacht zoowel als den dag onder den blooten hemel doorbrengen Het Burgerlijk Armbestuur heeft zich nu het lot van dit arme gezin aangetrokken, door in het dorp Rotstergaast eene woning disponibel te stellen, die O. gaarne wilde betrekken. Op kosten van het armbestuur werd het gezin en het poovere inboedeltje naar de nieuwe woonplaats overgebracht. Uitslag der verkooping te Zuid-Schar- woude ten overstaan van Notaris Backx. Woonhuis met kool berging, schuur en erf te Zuid-Scharwoude, B 758, groot 2.45 Aren. Eigendom van W. Bakker. Opgehouden op 1300 gld. Huis, bouwterrein en erf te Zuid- Scharwoude aan den Dorpsweg, C 1910, groot 4 aren. Eigendom van de_ „Volksbank" te Alkmaar, opgehouden op 2700 gld. Uitslag der verkooping te Aartswoud» ten overstaan van notaris H. de Boer te Hoogwoud: Huis, schuur, erf, boomgaard en weiland groot 0.78.10, kooper M. Deutekom f 2355. Weiland 2.40.90 H.A., J. Vel Kz. f 5432.29*. Weiland 1.00.00 H.A., A. C. Pluister f 2300. Weiland 3.08.83 H.A., K. Helder Cz. f7374.14. Weiland 1.96.10 H.A.. J. Pluister f 4520.10*. Weiland en water 2.07.30 H.A., P. Hartog f 3310.49. Erf 0.03.90 H.A. J. Bossen f 140. Gasontploffing. Men meldt uit Eindhoven Woensdagmorgen te 7 uur liep mej. de wed. Booms, wonende aan 't Seratumseind, •ven binnen by haar buurman, den heer M. van Leeuwen, manufacturier. Toen zy bin nentrad rook zy een vreeselyke gaslucht en riep dit de in het achterhuis zijnde familie Van Leeuwen toe. Deze vroeg haar maar even te willen zien, waar de lucht vandaan kon komen, waarop zy een lucifer afstreek om beter te kunnen nagaan wat er haperde. Op hetzelfde oogenblik volgde een ont zettende knal. Dichte stofwolken verspreid den zich. Een groote menigte kwam spoedig aangeloopen en weldra bleek, dat het geheele voorhuis en de winkel nagenoeg één puinhoop waren. De binnenmuren waren hevig ge scheurd. Het achterhuis bleef gespaard. Het ergste was er echter mej. Booms aan toe. Zjj had hevige brandwonden aan hoofd, hals, armen enz. Een geneesheer was spoedig ter plaatse en legde een voorloopig verband, waarna de getroffene per rijtuig naar het liefdehuis werd overgebracht, daar haar toe stand ernstig werd geoordeeld. Met welk een kracht de ontploffing plaats had, viel te constateeren uit het feit, dat de groote spiegelruit uit den winkel des heeren Van Leeuwen dwars over de straat tegen het onbewoonde huis van den heer Weytens vloog, waar nagenoeg alle ruiten onder en boven werden uiteengeslagen. Van 'ii lotcling, 'n cylinder en 'n kraai. Lotingsdag van de Nationale Militie te M. Zingend en hossend ziet men op de straten rijen lotelingen, het nummer dat over hun lot besliste, tentoongesteld op hunne hoofd- i deksels. Om hun keel, van zingen droog, nat te houden, verdwijnen ze af en toe in een kroeg en „drinken nog 'n drupske." Ook 'n bidder loopt langs de straat, deftig in 't zwart, met witte handschoenen en 'n hoogen j zyden. Ook des bidders keel wordt droog l ook hy kry'gt zin in 'n drupske, en ziet, ook onze bidder verdwijnt in 'n kroegdeponeert 1 daar zyn cylinder op 'n tafeltje, veegt met z'n zakdoek langs zyn natte slapen, nat van 't loopen in 't ongewoon warme herfstweer, en neemt dan aan 't buffet op z'n gemak 'ri slokkie. Maar ondertusschen geniet 't glimmend hoofddeksel de eer de aandacht te trekken van een loteling; in 'n wip heeft er eene verplaatsing, tevens promotie plaats van een nnmmerbriefje en wel van een gewonen dop naar 'n hoogen zijden. Bidder zet voldaan z'n glaasje neer, grijpt cylinderhoed en bidt verder. Voorbijgangers zien zyn hoed en glim lachen; dienstmeiden hooren het sterfnieuws aan en proestenbidder krygt den indruk alsof de wereld zich over het heengaan des bewusten stervelings verheugt, tot ten slotte de uitbundige kreten van'n straatjongen den aanspreker bewust doen worden van de actueele versiering zijns cylinders. had zich verstopt. Sedert een week werd vermist de land bouwerszoon De W., onder Nieuw-Vosmeer wonende; niemand wist, waar hy gebleven was, allerlei vermoedens werden geuit en verschillende geruchten deden de ronde. Men begon zelfs te denken, dat hy was vermoord en door de familie was reeds een prys uit geloofd voor het vinden van den vermiste, hetzij dood of levend. Daar opeens kwam hy terecht, en het bleek, dat hy zich al dien tyd in de schuur had verscholen, zich voedende met het voeder der kippen, katten, enz. De oorzaak van zyn zonderling gedrag is niet bekend w aar- I schynlyk is de jongen niet wel bij hct'hoofd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1906 | | pagina 9