Donderdag 20 Dec. '06. 50e Jaargang. No. 4214. TWEEDE BLAD. Landbouwboekhouding. INGEZONDEN. Gemengd Nieuws. Binnen iandsch Nieuws. Bij de meerdere ontwikkeling van den landbouw moet het ieder landbouwer belang inboezemen om zoo nauwkeurig mogelijk teweten, welk deel van het bedrijf voor- of nadeel heeft gebracht, om zoo mogelijk nieuwe gegevens te verkrijgen om het bedrijf meer productief te maken. Toch is het een veelvuldig voorkomend verschijnsel, dat de wetenschapen om tot deze kennis te komen, al zeer slecht beoefend wordt. Wat toch kan hiervan de reden zijn Naar het ray toeschijnt is het antwoord op deze vraag niet zoo ver te zoeken, want over het algemeen gevoelen landbouwers weinig lust om veel te schrijven. Dit feit laat zich evenwel gemakkelijk verklaren; ten eerste door vaak drukke bezigheden en ten tweede doordat men over het algemeen het boekhouden als een zeer omslachtig en moeilijk werk beschouwt. Het laatste is toch niet het gevalwel is waar kan men een zeer omslachtige manier in toepassing brengen, maar noodzakelijk is het niet. Om te voorzien in de behoefte aan eene eenvoudige boekhouding voor practtsche landbouwers, is door de Vereeniging van Oudleerlingen der Rykslandbouwwinter- school te Schagen eene boekhouding uitge geven, welke is samengesteld door den heer C. Nobel, Rij kslandbouwieeraar voor Noord- Holland. Deze boekhouding is voor den billijken prijs van fl.50 in den handel ver krijgbaar. Hierdoor wordt ieder in de gelegenheid gesteld om zich zonder veel omslag en moei lijkheden een beeld te vormen van den bouw, den gang en den stand van zijn bedrijf. Met behulp van de nauwkeurige toelichting, vóór in het eigenlijke hoofdboek gedrukt, is ieder in staat om de boekhouding goed uit te voeren, zoodat zij die haar aanschaffen en in toepassing brengen zich niet zullen beklagen en den ingeslagen weg zullen blijven volgen. De boekhouding is samengevat in twee boeken, n.1.een zakboekje, hetwelk men bij zich kan dragen, en waarin men voort durend alles, wat in het bedrijf gebeurt, kan aanteekeuen. Van uit dit zakboekje schrijft men alles over in het andere boek, dat de eigenlijke boekhouding omvat. De uitgaven en ontvangsten plaatst men in het dagboek, hetwelk zeer practisch is ingericht, zoodat men gemakkelijk een over zicht kan krijgen van den stand der ver schillende onderdeelen, waarin men het be drijf naar willekeur kan splitsen. De aanteekeningen omtrent het bemesten, bezaaien en den oogst der perceelen land, en het dekken der koeien worden mede in het zelfde boek overgeschreven op de daarvoor, eenvoudig en practisch ingerichte mest-, oogst- en deklijsten. Verder vindt men in het hoofdboek eene jaarrekening, waarin men op het einde van het jaar de totaal-ont vangsten -en uitgaven boekt van elk onder deel van het bedrijf, voorts eene balans en eene inventarislijst; alles bijeengenomen eene boekhouding die voor practische landbouwers een voldoend geheel vormt. Voor hen, die er prijs op stellen om van de verschillende perceelen van het bedrijf een aanschouwelijk overzicht te maken, van wat er in een tijdperk van enkele jaren op ver bouwd is, en welke voordeelen men er mee heeft behaald, is bij iedere boekhouding een nauwkeurig in ruiten verdeeld los blad papier gevoegd, waarop men de perceelen van het bedrijf kan teekenen en waarin men over verschillende jaren de verkregen uit komsten kan noteeren. Naar het mij toeschijnt verdient het ge heel eene warme aanbeveling; belangstel lenden verwijs ik naar de Firma Trapman en Co. te Schagen, alwaar de boekhouding, zoolang de voorraad strekt, is te verkrijgen. G. NOBEL. Lutjewinkel, Dec. 1906. Andere bladen worden verzocht, dit over te nemen. M. de R. 1 Beleefd verzoek ik U, de volgende regelen in uw veelgelezen blad wel te willen opne men. De verslaggever der raadszittingen te Oude Niedorp heeft het noodig gevonden terug te komen op hetgeen hij geschreven had naar aanleiding van de beslissing, door Zijne Excellentie den Commissaris der Koningin in Noord-Holland genomen in zake het door den Raad van Oude Niedorp op 19 Sept. 1906 vastgestelde reglement voor de Protestantsche Armvoogdij te Oude Niedorp. "Velen zullen zich zeker daarover met mij verwonderd hebben. Want wel wordt in het schrijven van den Commis saris genoemd reglement niet met zooveel woorden afgekeurd, en nog minder finaal afgekeurd, maar men moet wel blind zijn om niet te zien, dat dit toch feitelijk zeker het geval is. Men oordeele! De Commissaris schrijft: „Dat er bezwaren tegen het reglement zijn gerezen en dat de vraag werd geopperd, of het niet de voorkeur zou verdienen, een geheel nieuw reglement te maken, om dan het reglement dateerende van 19 September 1906, in te trekken, en het nieuwe regle ment samen te stellen in den geest van het reglement van Mei '59, hetwelk na eenige wijziging als grondslag zou kunnen dienen—en dat de Commissaris der Koningin in overweging geeft, de wijziging in den zin als door hem in dit schrijven aangege ven, wel te willen bevorderen." Is 't nu niet duidelijk, dat de Commissaris met het reglement van 19 Sept. 1906 niets wist aan te vangen? Zijne Excellentie maakt geen bezwaar tegen één of ander artikelhij wenscht niets minder dan een geheel nieuw reglement. En wie het verwor pen reglement met het onlangs door den gemeenteraad vastgestelde vergelijkt, twij felt er geen oogenblik aan, of de bezwaren van Gedeputeerden waren zeer ernstig en zeer vele. Nauwelijks één letter is gehand haafd. Men kan gerust zeggen, dat het naar de snippermand ie verwezen. Den door den verslaggever bovengenoemd verloochenden zin: „De bezwaarschriften 1906, ingekomen bij den Commissaris der Koningin, blijken dus uitwerking te hebben gehad, daar dat reglement, zooals men kon merken,finaal is afgekeurd geworden", neem ik daarom in bescherming. Zoolang het tegendeel niet is bewezen, geloof ik, dat de bezwaarschriften, door den Kerkeraad der Doopsgezinde Gemeente te Nieuwe Niedorp en door mij ingediend, tot de verwerping van het reglement het hunne hebben bijge dragen. Zeker ie in ieder geval, dat het finaal ie afgekeurd getcorden. Nu ik toch over de fondskwestie aan 't schrijven ben, zou ik graag even in 't licht willen stellen, hoe het met haar op dit oogenblik staat. Het nieuwe reglement draagt miju goedkeuring weg. Het is onein dig veel beter dan dat van 19 Sept. 1906. Wordt het gunstig ontvangen door Gedepu teerde Staten, dan zijn met den onverkwik- keljjken strijd twee belangrijke voordeelen behaald lo. het Protestantech karakter van het fonds ie verzekerdhet gevaar van Roomeche inmen ging ie voorgoed afgewend, '2o. De rekening en reranhvoording geschiedt voortaan in t openbaar, in den gemeenteraad de t{jd van 't onder-onsje is derhalve voorbij. Mijnerzijds zal nu de aktie worden ge staakt, wanneer de gemeenteraad metterdaad zal toonen, den vrede te willen bewaren, wanneer hjj n.1. in plaats van het tegen woordige fondsbestuur een geheel nieuw zal kiezen, dat het vertroutcen heeft der gemeente, in dien zin, dat zij bewogen zijn met het lot der armen en weezen en niet er op uit zijn, zooveel mogelijk elk jaar over te houden. Algemeen is te Oude Niedorp het gevoe len, dat het den Gemeenteraad ornst is met zijn vredelievendheid. Mocht dit echter on verhoopt niet het geval zijn, dan kan men er zeker van zijn, dat ik den strijd zal voortzetten, zonder verder iemand te ver schoon en. U dankend, Mijnheer de Redacteur, voor de opname van het bovenstaande, noem ik mij, hoogachtend, Uw Dw. Dn. B. J. KANIS, Ned. Herv. Pred. Oude Niedorp, 17 Dec. 1906. o— Mijnheer de Redacteur! Mag ik s.v.p. een klein plaatsje in Uw blad voor het maken van enkele opmerkingen naar aanleiding van de thans by de Winke- liersvereeniging weer aanhangig gemaakte stalletjes-kwestie Het ideaal van enkelen in onze plaats schijnt nu te zijn le. den Zondag vrij „ten eigen nutte en vermaak" „ook eens rust" noemen ze dat; 2e. vyf dagen in de week blyve er een beetje te doen, dus om toch aan den kost te komen. 3e. verplichting van omwonenden, om alles Donderdags hier te koopen by zeker getal neringdoenden, dat vooral niet mag vermeer derd worden. Maar neen, heeren, zoo is de toestand niet. De omwonenden komen koopen waar ze keuze hebben en waar ze geschikt terecht kunnen. Keuze heeft men alloen by veel winkels en waar daaraan gebrek is by veel tijdelijke winkels, wat de stalletjes toch eigenlijk zijn. Geschikt terecht kan men alleen daar, waar concurrentie is, dus al weer by veel winkels of veel stalletjes of veel vertegen woordigers van gelijke zaken. Ja, ja, die Jac. Met is ook een geducht „stalletje" voor onze neringdoenden, hoor! En die betaalt nog niet eens belasting zooals de andere stalletjes. Denkt men nu Jac. Met ik noem maar één, omdat zyn roem gevestigd is en alle stalletjes weg, dan komen de omwonenden natuurlijk allemaal koopen en bestellen by onze neringdoenden. Zou je denken?? Neen maar voor zoo dom wil ik toch heusch niemand aankijken! Er is nog een Alkmaar in de buurt en een Amsterdam, en een kaartje naar die plaatsen kost wezenlijk zooveel niet, als je iets van belang noodig hebt. Zie maar eens by den trein van half zeven, hoe dikwijls Schagers daar uitkomen, bepakt en bezakt met allerlei waren, die ze ook niet hier hadden kunnen koopen. Maar hier is zeggen ze in de week geen keuze. Voor de omwonenden Donderdags gelukkig wel dank zy meê de stalletjes en de Metten. Daarom, houd de stalletjes op de mooiste plaats van heel Schagen, op de Gedempte Gracht, want krijgen ze in ons kleine Scha gen een slechtere plaats, dan heb je kans ze kwijt te raken en met hen ook weer veel bezoekers. Schagen is geen Alkmaar of Purmerend, plaatsen die in deze wel wat te zeggen hebben, omdat er groote handel is en er dus veel volk moet komen. Schagen moet nog altijd wat bedenken om bezoekers te trekken en het ze dus hier aantrekkelijk en vriendelijk en loonend te maken. Daar helpen de stalletjes gelukkig aan mee. Bovendien betalen ze nog een aardig plukje belasting ook. Dus leven de stalletjes! en wel op de Gedempte Gracht Met dank voor de plaatsing, Uw dw. dn. M. V. zwaar te verantwoorden hebben. Wy moeten ook hier afwachten. Geconstateerd kan wor den, dat de heer dr. De Visser ditmaal geen gelukkige entree de Cltambre heeft gemaakt. Zelden kwam een geacht afgevaardigde zoo slecht van de reis als deze „Staatsman"-pre- dikant na zyn in de Kamer gehouden rede. Hy is ongetwijfeld in de algemeene achting gedaald. Daar komt nu voor hem de omstandigheid nog by, dat de groote meerderheid van de leden der provinciale kerkbesturen haar goed keuring heeft geschonken aan het reglemen tair verbod om tegelijkertijd Kamerlid en predikant te wezen. Het artikel heeft geen terugwerkende kracht, zoodat dr. de Visser tot een nieuwe Kamerverkiezing zyn tijd nu eens in Den Haag, en dan weer in zyn stand plaats Amsterdam zal kunnen doorbrengen. Het gerucht, tot ons gekomen, dat hy, indien hy te Leiden werd gekozen, zyn evangelie bediening zou neerleggen, blijkt onjuist te zyn geweest. Maai' dr. de Visser blijft predi kant (evenals de heer dr. Schokking) met de wetenschap, dat de kerk, welker dienaren zy zyn, het veroordeelt, ja, voortaan verbiedt te doen wat zy zich veroorloven. Men moet wel sterk overtuigd wezen van zijn onmis baarheid in de Kamer, of misschien ook nog van iets anders, om zulk een nadrukkelijk votum van de kerk te trotseeren. Dolle ratten en muizen. In Smyrna was een jong meisje gestorven aan typische hondsdolheid, zonder dat het mogelijk was den oorsprong van de ziekte op te sporen. Een beet door een hond of kat werd absoluut ontkend, en het eenige dat als oorzaak kon worden aangenomen, was een kleine beet van een muis, eenige maanden geleden. De juistheid van het vermoeden was niet meer te controleeren, maar het is wel zaak, dat men de mogelijkheid in ge dachten houdt en nader onderzoekt. Ken gevaarlijke vulling voor In het Engelsche parlement matrassen. is onlangs vodden en Wat daar- Op het Binnenhof. Dr. Bronsveld schrijft, in zyne Kroniek in de Stemmen voor waarheid en trede, het vol gende Op het Binnenhof, in de vergaderzaal van de Tweede Kamer, is het vuur aangelegd, en het heeft lustig gebrand. Toch is niet veel bespeurd vau hetgeen men feu sacré pleegt te noemen. Scherpe en vinnige woor den werden nu en dan over en weer ge wisseld, maar het was geen groot debat. Vooral trok het de aandacht, dat de oppo sitie zoo weinig in had te brengen, of ten minste in had te brengen tegen de regee ring. Een rede, door den heer Goeman Bor- gesius buiten de Kamer gehouden, leverde grootendeels de stof voor beschouwingen van leden der rechterzijde. De regeeringkon daarbij denken aan het bekende„Laat de jongelingen spelen voor ons aangezicht." Het moet erkend worden, dat het ministerie den indruk maakt van te zyn samengesteld uit bekwame en eerlijke mannen. En nie mand zal met grond beweren kunnen, dat er aan de verschillende departementen niet wordt gewerkt. Wy gelooven dan ook, dat de Tweede Kamer het er niet op toelegt, om dit Kabinet te doen vallen, maar de tegen het reglement, vastgesteld op 19 Sept minister van oorlog zal het, naar 't schijnt, Zoo zijn er velen. In een Indisch blad troffen wy een aardige schets aan van eon speculant, welke mis schien elders ook wel belangstelling zal wekken. Het is, zegt de schrijver, een bijzonder aan genaam ding met speculeeren, dat je je nooit bewust kunt zyn van een stommiteit te hebben begaan. Nu is niets gemakkelyker dan speculeeren! Een eenvoudig rekensommetje: je koopt laag en je verkoopt hoog, en omgekeerden als je al aandeelen hebt, dan verkoop je ze als de markt hoog noteert en dan koop je lator weer in als de koers gedaald is. Op zoo'n manier kun je immers niet verliezen. Als je een erg harde klap hebt gehad, net als die mijnheer hier: zestig mille in eens, zeggen zehet was puur wanboffen 1 dan moet de stoomklep wijder worden openge zet thuis. Als je kinderen hebt, dan zyn die daar uitstekend voor. Geeft die een goed pak met of zonder reden, dat doet er niet toe, en ze schreeuwen zoo hard dat het je oplucht. Op die manier kun je onder de vrienden je goede humeur bewaren en het je thuis toch ook aangenaam maken. Van de week kwam er zoo'n speculant, het was een makelaar, met een vroolyk ge zicht in een van de boekwinkels. Aan zijn lachje kon men zien, dat de negotie niet ge zegend was geweest. En de later doorhem aan den dag gelegde zuinigheid gaf me een zeer hoog denkbeeld van 's mans verstande lijke gaven. Zyn vrouw en kinderen zullen hem er dankbaar voor zyn, ongetwijfeld. De speculant dan vroeg om een pakje schrijfpapier. De kantoorbediende bracht hem een pak, mooi bank-paper. Maar de man die met duizenden speelde, over tonnen sprak, vond zoo'n heel pak toch wel wat veel. Hy woog het pak op de hand, draaide het om en om, voelde hoe dik het wel was. on ook de dikte van een velletje onderzocht hy zorgvuldig. Toen zei hy Kan ik mis schien ook een half pak krijgen? „Zeker mijnheer," antwoordde de kantoor bediende, die er gedwee by stond. En een lichtstraal vloog over het gelaat van den braven echtgenoot en vader. Hij legde in afwachting van het bestelde het geld op de toonbank neer. Toen kwam het pak. Het was erg druk op het kantoor van den makelaar. Verbazend druk. Je kon je niet voorstellen hoe druk het wel was. Ik ben overtuigd, dat het niet drukker kon zyn op een ander kantoor. Maar dat kon niet wegnemen, dat de makelaar zich den ty'd zou gunnen het aantal velletjes na te tellen. Hy zette er zich voor in postuur. Een, twee, drieEr kwam een nieuwe klant, die geholpen werdDertig, een en dertig, twee en dertigDe employés gingen aan den maaltijdzeven en zestig, acht en zestig lispelde de nauwgezette makelaar... De kantoorbediende keek al lang niet meer. honderd een, honderd en tweede make laar -was onverstoorbaar... Twee vliegen gingen een huwelijk aan op zyn parelend voorhoofd honderd vijftien, honderd en zes tien De rechterhand des zuinigen make laars verstoorde de vliegen-idylle. De velle tjes waren alle geteld, honderd en zestien. Er waren geen velletjes meer dan dit aantal, honderd en zestien. Het was fataal. Het halve pak moet er honderd en twintig be vatten. Hij was toch altijd een wanboffer. Net als met die RedjangsDe makelaar dacht na. Er kwam een rimpel op zijn voor hoofd. Een diepe rimpel. Toen wendde hy zich tot den winkelbediende, die bijna geeuwhonger had „Er zyn maar honderd en zestien velle tjes „Zoo", gaapte de ongelukkige employé. „En een half pak moet er honderd en twintig bevatten „Ja", kwam er met maagpijn-geluid uit. „Dus ik zou wel reductie willen heb ben" De rampzalige bediende schoof den klant onmiddellijk een dubbeltje toe: „As-je-blieft „Dank-u De makelaar groette. Hy had een dubbel tje terug van zijn verlies. Massage door blinden. In Engeland is sedert eenige jaren een inrichting voor massage door blinden ge opend, die met veel succes werkt. Op het oogenblik zijn er 40 goed geoefende en bekwame blinde masseurs aan het werk. Daaronder zijn, voor de behandeling van vrouwen en kinderen, ook een aantal vrou wen. Elders, b.v. in Japan, gebeurt dit reeds lang. In Yokahama zyn 1000 personen, mannen en vrouwen, als masseurs werkzaam en 900 van dezen zijn blind. Daar is het vak min of meer een monopolie van de blinden in Engeland en in Amerika, waar men het nu begonnen is, moeten zy met de zienden concurreeren, maar door hun zeer ontwik keld tastgevoel zyn zy voor de uitoefening zeer geschikt, zoodat zy allicht den voor rang zullen krjjgon. Kil dat alles door een stuk speelgoed. Een knaap te Ghistel, in West-Vlaanderen, ha 1 een mechanieken spoortrein gekregen, werkende door middel van een spiritus- lampje. Het ding was zoo goed nagemaakt, dat het machien, juist gelijk dit met een gewone locomotief het geval kan zyn, ontplofte, de vlam meedeelde aan gordijnen en meubelen, het huis afbrandde en de pompiers van Oostende moesten geroepen worden om te voorkomen, dat de brand naar andere huizen oversloeg. (H. v. Antw.) geklaagd over den handel in lompen voor matrassenvulling. voor gebruikt werd was zoo vuil en smerig dat het alle beschrijving tot boven ging. Er heerschte in de bewaarplaatsen zulk een afschuwelijke stank.dat men er haast geen werkvolk kon krijgen. Wasschen of ont smetten zou de zaak te duur maken, en dit blyft dus geheel achterwege. Het goed wordt machinaal uitgeplozen en met de eene of andere olie toebereid, dat er geen lucht meer aan is, en dan worden de menschen er op te slapen gelegd. Van anderen kant wordt echter een nieuwe stof, voor hetzelfde doel, zeer aangeprezen. De aard worde niet nader aangegeven, en schijnt geheim te zyn, maar het is een mooi, zijde-achtig goed, dat in het geheel geen vocht absorbeert, en zich dus uitstekend houdt. Jachtvermaak. Als historisch wordt aan de „Ass. Crt." het volgende gemeld Veel hadden zy gelezen en gehoord over het jagen. Zooveel zelfs, dat zy besloten ook eens aan die edele sport te gaan doen. Daartoe togen in de vorige week vader en zoon naar de markt en kochten voor de somma van 28 cents eene reeds halfdoode kip. Deze werd mede naar huis genomen en het beestje, dat de rol van „wild" zou vervullen, in den tuin losgelaten. Vader, den polstok ter hand genomen, en zoonlief voorzien van geweer en weitasch, trokken alsnu „te velde", om op het edele wild te jagen. De kip werd, nadat herhaalde malen het in dit geval „niet-doodend" lood was gevallen, eindelijk door een welgemikt schot aan een vleugel getroffenzy vloog met een laatste inspanning van krachten over een heg en kwam in buurman's tuin terecht. Doch ook daar zou zij geen rust vinden van de onvermoeide Nimrodszonen, wier jacht- lust nu de hoogste spanning had bereikt. Papa zette met zijn polsstok fluks het beestje achterna en kwam eindelijk hals over kop ook de heg over en zoo was het nu reeds bijna driekwart doode beestje spoedig in 's jagers handen gevallen. In triomf trok men naar huis, waar moe der de vrouw vader en zoon na hun moeite- vol en zoo ruimschoots beloond jachtavon tuur op een kop koffie met koek onthaalde. Aldus geschiedde de vorige week in het jaar 1906 in Drente's hoofdstad! Doodgeslagen. Naby de spoorbrug van de Ringvaart ach ter den tuin van café Schollenbrug onder Watergraafsmeer lag een schuit van de firma Stroethoff, geladen met cokes. Een knecht dier firma, Willem Dannes, oud 42 jaren, wilde de schuit, die bleek te hoog beladen te zyn om onder de spoorbrug door te varen, terug duwen; hy gebruikte daar voor een balk van de spoorbrug tot steun punt en kwam daardoor met het bovendeel van zyn lichaam over de spoorbaan te han gen. Inmiddels kwam te 8.30 de trein No. 202 uit de inrichting Utrecht aanrollen en I niettegenstaande een waarschuwing van j zijn kameraad, dat die trein in aantocht was kwam een der treeplanken met zoo'n geweld tegen 's mans hoofd, dat hij bewusteloos achteroverviel op de cokes. Een knecht van den vleeschverkooper U, de Leeuw stond gelijktijdig met zijn aange spannen vleeschwagen voor de afsluitboomen van den overweg en nam den ongelukkige, die nog leefde, op en vervoerde hem naar het O. L. Vrouwe Gasthuis, alwaar de patiönt by aankomst bleek overleden te zijn. Ken „daklooze". Donderdagavond werd tegen halftwaalf aan de R. K. pastorie te Zaltbommel door den heer pastoor een brief uit de bus gehaald, aan hem geadresseerd. De inhoud was verre van aangenaam. Er werd n.1. in bericht, dat een daklooze onderkomen verzocht en in afwachting zich voorloopig maar in het pa tronaat had neergelegd. Heer pastoor wekte den pater en na beraad werden mede de beide bedienden, die ook reeds ter ruste waren gegaan, opgeklopt. Nu toog men de straat op en daar bleek, dat in het belendende gebouw werkelijk het licht was ontstoken. 't Is begrijpelijk, dat met zekeren angst het gebouw werd genaderd, doch toen het op binnentreden aankwam, werd't toch beter geoordeeld hulp van politie in te roepen, immers men kon niet weten met wat voor onverlaat men te doen kon hebben. Daar verschijnen weldra twee politie-agenten en als mannen van het vak stappen ze onbe schroomd het gebouw binnen, angstig gevolgd door het viertal bewoners der Pastorie. I „Daar ligt ie", klinkt het eensklaps en met flinken greep wordt de brutale indringer in den nek gegrepen... en nu vertoont zich voor de oogen van het verschrikte viertal... een flinke haas. 't Is te begrijpen dat zoo'n daklooze een goed, veilig plaatsje in de keuken werd in geruimd. (T. Ct.) leis nieuws. Binnenkort zal men op de lijnen der "Amsterdamsche gemeentetram een nieuw soort wagens zien loopen, niet voor het ver voer roizigers, doch uitsluitend te gebruiken voor trekkracht. Zy zyn het best te verge lijken met kleine electrische locomotiefjos, die in hoofdzaak zullen dienen om de bijwa gens uit de remises te rijden naar de punten waar ze aan motorrijtuigen moeten worden gekoppeld. Tot dusver geschiedde dit door middel van de motorwagens zelf, doch de praktijk heeft geleerd, dat het verkeer ge baat zal worden, als deze dienst niet meer van de motorrijtuigen worden gevergd. Doch behalve voor dit doel, zullen deze „werkwagens" (aldus luidt de benaming der nieuwe voertuigen) kunnen worden gebruikt voor al die diensten, waarvoor niet de I indieuststelling van een motorrijtuig wordt vereischt, maar wel trekkracht moet worden aangewend, om slechts te noemen het weg- halen van eventueel op de lijnen defect geraakte rijtuigen, enz. Door hun bouw zul- jlen zy uiterlijk veel overeenkomen met kleine goederenwagens. Vier van zulke „werkwagens" naderen thans hun voltooiing in de Ned. Fabriek voor Werktuigen en Spoorwegmaterieel, Raadsvergadering te Harenkarspel, Zaterdag 15 Dec. 1906. Afwezig de heeren Boekei en Slot. De Voorz., de heer J. Swan, opent de ver gadering, waarna de notulen der vorige worden gelezen, goedgekeurd en geteekend. Medegedeeld wordt, dat de begrooting voor 1907 door Ged. Staten is goedgekeurd, evenzoo het besluit tot aankoop van de Herv. Kerk alhier van de mede-eigendom in onr. goederen van de gemeente, t oor kennis geving aangenomen. Van mej. Ploeger te Waarland is ingeko men een verzoek om eervol ontslag tegen 16 Jan. a.8. wegens hare benoeming tot onderwijzeres te Helder. Dit ontslag wordt verleend, waarna de Voorz. mededeelt, dat bereids eene oproe ping is geplaatst om te trachten tegen dien datum de vacature wederom vervuld te krijgen. De termijn van inzending der stukken, zegt de Voorz. op een vraag van den heer Burger, is gesteld tot 20 dezer, oin zoo spoedig mogelijk de voorbereidende werkzaamheden voor de benoeming te kun nen aanvangen. Of we echter op tijd klaar komen, hangt af van de vraag, of de te benoemen onderwijzeres terstond in dienst kan treden of eerst nog ontslag moet aanvragen. Namens mej. Steinbach was ingezonden een geneeskundige verklaring, waarin een verlenging van verlof met vier maanden noodzakelijk werd geacht. Het verlof wordt daarom tot ultimo April verlengd. Daarna komen een tweetal verordeningen ter tafel. Eerst een verordening tot geldig verklaring der strafverordeningen (zijnde de in dit jaar vastgestelde bouw- en woning verordening, benevens de algemeene politie verordening,) en vervolgens een verordening tot wijziging van art. 5 der verordening op het herhalingsonderwys in dien zin, dat het onderwys aan de jongens niet zal worden gegeven op Maandag, Woensdag en Vrijdag, doch op Maandag, Donderdag en Vrijdag. Beide verordeningen worden overeenkom stig de aangeboden ontwerpen vastgesteld. De heer P. Schermerhorn, als armvoogd dit jaar aan de beurt van aftreding, wordt met algemeene stemmen als zoodanig her benoemd. De Voorz. doet thans namens B. en W. een voorstel tot benoeming van een bouw- opzichter. Ter toelichting van dit voorstel deelt de Voorz. mede, dat B. en W. onmo gelijk, zonder deskundige voorlichting, de vele aanvragen om bouwvergunning kunnen beoordeelen, evenmin ais gecontroleerd kan worden of overeenkomstig de vergunning gebouwd wordt. Tot dusver, zegt Voorz., hebben B. en W. zelf de ingekomen bouw plannen beoordeeld, doch 't is er ook naar gegaan. Dit moet anders worden, de bouw verordening dient toch te worden nageleefd en vandaar-het voorstel om op het voetspoor van St. Maarten een opzichter te benoemen. De heer Groot vraagt, welke belooning aan den bouwopz. te St. Maarten wordt betaald, waarop wordt medegedeeld, dat blykens terzake ingewonnen inlichtingen aldaar voor opzicht in 1905 is uitbetaald f 15.—. Vast salaris wordt daar evenwel niet genoten. Voorz. merkt op, dat de belooniug hier grooter zal moeten zyn; hier wordt meer gebouwd en de gemeente is meer uitgestrekt. De verg. is het daarmede geheel eens. De heer Burger informeert naar de be doeling van B. en W., nl. of zy iemand wenschen aan te stellen op vast salaris, of eene belooning werschen vast te stellen naar gelang van den omvang van het werk (alzoo wisselend). De Voorz. geeft de voorkeur aan vast salaris. De heer Burger zegt: Zou het geen over weging verdienen den te benoemen bouw- opzichter tevens te belasten met het opzicht over de gemeentewerken, en deze werken dan aan te besteden. De Voorz. ziet niet in, dat in aanbesteding van het gemeentewerk zooveel voordeel zal zijn gelegen; wel acht hy intusschen een gemeente-opzichter wenschelyk, opdat B. en W. zich in vele gevallen door dezen kunnen doen voorlichten en controle kan worden uitgeoefend by de uitvoering van onderhoudswerken. De heer Burger daarentegen is van mee ning, dat de gemeente zich wel zal bevoor- deelen, wanneer het werk wordt aanbesteed. Spr. acht zich niet bevoegd, omtrent de rekeningen over 1905 een juist oordeel uit te bespreken, doch dit is hem wel opgevallen, dat er hooge rekeningen bij wa ren. De heer Keesom is niet voor de aanstelling van een gem.-opzichter. Spr.herinnert zich, dat de banne Harenkarspel vroeger ook een op zichter had, doch de resultaten daardoor verkregen, waren van dien aard, dat de be trekking is afgeschaft. De heeren Zut en Bypost zyn wel voor de benoeming van een gem.-opzichter, doch niet voor aanbesteding van het gemeente werk. By aanbesteding wordt en kan er althans geknoeid worden, wat niet het ge val is wanneer het werk zonder aanbeste ding wordt opgedragen, merkt de hoer Zut op. De opmerking wordt gemaakt, dat het zeer goed zou kunnen zyn, dat de Banno ook weer een opzichter zou willen aanstel len; in dit geval zou 't wenschelyk zijn met elkaar in overleg te treden. De heer Burger stelt daarom voor, vóór de verdere behandeling van dit onderworp in overleg te treden met het bansbestuur De "Voorz. is daar niet tegen, doch meent dat de Raad zich thans reeds in beginsel kan uitspreken of de aanstelling van een gem.-opzichter wenschelyk is. Het aldus aangevulde voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen en tevens, om mot het bansbestuur in onderhandeling te tre den. De Voorz. oppert het idéé, om het salaris van den gem.-opzichter vast te stellen. Mocht het bansbestuur tot medewerk in» bereid zyn, dan zal in die vergadering n«i- tuurlyk de vraag gesteld worden: wolk salaris moeten wy geven? Vroeger was f 6foo I001^'' het 8814113 van den banne-opz.' De heer Bypost is van gevoelen, dat den gem.-opzichter wel een salaris van f lOu - mag worden toegekendwanneer die voord,, banne bepaald werd op byv. f 60.—, wordt het samen e6n salaris, waarvoor zich wol sollicitanten zullen aanmelden. De Voor/ had gedacht :f 150.—door gom. en banne ieder voor de helft te dragen. De heeren Zut en Burger wilden met f 125.- beginnen en desnoods verhoogen, als 't mocht blij kon dat1,/een geschikte candidaten zich aan- meldden - By stemming wordt eindelek uitgemaakt, dat, mocht de banne tot mede- Z hnm 1 ?>n> vanw®ge de gemeente de helft m het eventueel op f 150 te bepalen salaris zal worden bijgedragen Een vrij uitvoerige discussie werd ten slotte gehouden naar aanleiding van oen door den heer Burger by de rondvraag gestel- de vraag, wie recht hebben om voor reke- king der gemeente te beschikken over een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1906 | | pagina 5