Baker,
verlossen van Vee,
een vast Werkman
Een vast Werkman
een Boerenmeid,
een vast Werkman,
een vast Werkman,
een W erkman,
SCHOONHEID
-- Een ongeluk met
een pot kokende olie.
ADVERTENTIÈN.
en
C. PEETOOM
H. H. SCHILDERS!
deNatuur-V/ollen
Ondergoederen
ïmnffR a ug' Nlero° Slotbouber;
BURGERRRrAPEDrTEN' K' KossenCz.;
tm p 5 BregmanSt. M A AR-
t aLfn totÏU NIEUWE .MIEDORP,
RTNm$ HINKEL, J. But.ter; WIE-
m' p WiSbout, Ol ppolytus-
TabM m.' (Haukusatrar. d), Joh.
Takes, (Westerland), Art. lSgeman,
Slager,
Winkel.
Qevraegd, met 1 Mei,
P. G., met klein gezin, goed kun
nende melken Loon f 8.met vrij
werd met dat stoomsohip naar Holland wonen enz,, bij C. KUIPER, Lange-
gezonden, doch 'was tegen verlies ver-reis, Hoogwoud.
geheel.
daar hij geen geld genoeg meer had, ^en 1 Mei, bij A. HOOIJ te Oude-
Wordt nevraafd
bij C. NEEFJES, te Koegras, Strooweg.
Oevra&ffd, tegen 1 Mei,
goed kunnende melken, rijden en
ploegen, bij D. v. d. OORD, Scha
ger waard.
goed kunnende melken,bij A.8CHENK,
Haringhuizen
nvim
De vellen hingen er bij.
Onuitstaanbare pijnen.
booten en reddingsbooten visschen de drij"
vende menschen op, dood of levend.
De Nieuwe Rott. Crt. meldde
Ter wille van de snelheid gaf ik u de
berichten in de volgorde zooals ik ze ver
nomen heb.
in leven zijn i op het wrak van het achter
schip. gebeukt door de overzwalpende bran
ding, omgierd door de stormen in den don
keren nacht, terwijl hun oogen wanhopend
uitzien naar de dicht-b\je lichten aan den
Hoek van Holland, waar honderden menschen
Dirkzwager's reporter, de wacht die dagsamengestroomd zijn, doch van wie er nie-
en nacht der in- en uitgaande schepen mand tot nog oe hulp heeft kunnen bieden,
rapporteert naar Rotterdam en elders, ver- j En aan de Berghaven, waar de Berlin vijf
telde mij, wat hij vannacht door zijn verre- j minuten stoomens vandaan was toen het
kijker had zien gebeuren. j onheil gebeurde, grenzende aan het station,
Vanochtend te 5 uur 15 min., op den van waaruit zij allen hoopten hun reis over
gewonen tijd, kwam de Berlin van de het vasteland te vervolgen, daar liggen nu
Harwichlyn uit zee naar binnen koersen, j reeds drie-en-dertig gevischte en aangespoelde
Toen hü de lichten zag, lag het schip dwars i lijken uitgestrekt in de rouwkamer, waarii
en was op het eind van de Noorderpier J|)jgf:~" H
geloopen. Onmiddellijk werd de stoomred
dingsboot „President van Heel" gewaar
schuwd, die vaardig uitging, doch wegens
de hoogö zee niets kon uitrichten. Te 5.80
ure gingen de electrische lichten aan boord
uit: het teeken dat 't water in'demachine
kamer was geloopen. Er woei een storm
uit het N. W. ten N., een orkaan gelijk.
Er stond 118 decimeter water, terwijl het
gewone pijl 104 palm is. Onder deze om
standigheden was er aan redden niet te
denken. Er is van boord af niet geseind.
Bij het binnenkomen is het schip dwars
gegooid en op den berm van de pier ge-
stooten, met het voorschip naar binnen,
een scherp stalen schip, dat dus weldra in
tweeën brak. De wacht aan den Hoek zag
een massa menschen aan boord op het
voorschip hoe langer hoe benauwder samen
dringen en bij het gestadig wegzakken
angstig opkruipen naar het hoogste gedeelte
De bemanning wordt geschat op een 50
koppen. Hooveel passagiers er waren was
hier nog niet bekend, maar men vermoedt
een honderd-tal.
Zoo zag men het voorschip met al die
menschen eindelijk in de branding verdwij
nen. Thans zit het achterschip aan den
zeekant op den dam en daar waren van
morgen nog verscheiden menschen op te
bespeuren. Toen het om kwart over zevenen
goed dag was, kon hij alles duidelijk onder
scheiden eerst de breuk, merkbaar doordat
de achterste mast achterover stonden van
lieverlede scheurden de deelen verder van
elkander. De menschen op het voorschip
bleken zwemgordels aan te hebben, zij
hielden elkander stijf vaat- Omstreeks
negen uur waren zij met het scheepsdeel
door de golven als huizen verslonden.
Ruim anderhalf uur heeft dit wegzakken
geduurd.
De stoomreddingsboot heeft reeds vroeg
bij den seinpaal vier drenkelingen opgepikt,
die dreven op hun zwemvesten. Een was
er reeds dood, drie gaven er nog teekenen
van leven. In de berghaven zijn zij aan
wal gebracht, waar doctoren klaar stonden
om te helpen. De doctoren uit Maassluis
waren per extra trein hierheen gebracht.
Twee van de drenkelingen zijn na aan
komst overleden, een hunner is in leven
gebleven. Hij blijkt te zijn een Engelsch
kapitein die in Amsterdam een stoomschip
ging halen. Na de eerste verzorging is
hij bij particulieren onder gebracht en hij
moet vrij wel wezen. Een sleepboot heeft ook
nog eenige lijken opgevischt in het Kanaal.
Omstreeks kwart over zevenen vond zy
reeds een dame drijven bij het station, wie
een arm was afgerukt. Ook aan het strand
zijn enkele lijken aangespoeld.
Het schip had weinig lading in, hoogstens
50 tot 60 ton stukgoed, waarvan reeds een
en ander aandrijft. Er zijn honderden men
schen om hulp te verleenen en duizenden
nieuwsgierigen, maar marechaussees en veld
wachters weten de orde te bewaren, en onge-
wenschte handelingen te voorkomen.
Het voorschip is weggezonken in het vaar
water en zal spoedig opgeruimd moeten
worden. Het achterschip, dat men nog steeds
op den berm van de Noordpier ziet zitten,
heeft het opengescheurde gedeelte naar den
Waterweg gekeerd. De menschen, die zich
daar steeds nog op bevinden, verkeeren in
een wanhopigen toestand. Voortdurend ziet
men de huizen-hooge brekers over het wrak
inslaan, want met de eb is de zee nog veel
kwader dan zij reeds was bij den vloed. En
woeste sneeuwbuien komen hei woedende
water van ver uit nog opdrijven.
Te één uur ging de stoomreddingsboot op
nieuw uit, maar men vreest, wederom zonder
uitslag. De bemanning zag de rampzalige
schipbreukelingen met zakdoeken wuiven.
Men vreest dat de ongelukkigen van kou en
ontbering zullen omkomen, tenzij de branding
het wrak stukslaat.
Het is een ontzettend schouwspel, het brok
wrak 2000 M. uit de kust duidelijk voor
oogen te zien, oversproeid van het schuimende
water, zonder dat de honderden aan den wal
een hand tot hulp kunnen uitsteken. Het
wrak zit 25 M. uit het vuur. Daarnaast ziet
men nog net het puntje van den mast op
steken uit het gezonken voorschip.
Kapitein van de Berlin was de heer J.
Precious.
De Harwich-lijn heeft tot nu toe wel ge
lukkig gevaren. Het laatste ongeluk trof
haar in '69, toen de Ravens Burry in het
Brielsche Gat is gebroken, zonder dat er men-
schenlevens te betreuren waren.
Donderdagmiddag om één uur waren er nog
25 lijken binnengebracht, bijna alle van de be
manning. Zij worden neergelegd in een loods
aan het spoorstation.
Over de oorzaak van de ramp is natuurlijk
niets met zekerheid te zeggen.
Maar vermoedelijk is het schip bij den
snellen vloed door de zee dwars geslagen
en door de hooge golven op de 1000 ponders
aan den berm van de pier neergesmeten.
Tegen drie uur zag men de menschen op
het wrak niet meer aan dek. Een sleep
boot met doctoren blijft in de buurt van de
reddingsboot. Onder de 27 aangespoelde lij
ken is er een van een jongetje van omstreeks
5 jaar.
Het wilde weer houdt aan. De branding
komt mijlen ver uit zee aanrollen, en wie
van het wrak mochten afslaan, zullen zeker
aanstonds den dood vinden. Alle opvaren
den van het schip zullen wel wakker ge
weest zjjn, toen het ongeluk gebeurde, want
te dezer plaatse worden zjj gewekt vóór het
binnenkomen.
Sedert vanochtend 11 uur is geen een schip
den "Waterweg durven binnenkomen.
Hedenmiddag brachten de treinen honder
den belanghebbenden en belangstellenden
aan, om het aangrijpend schouwspel te zien.
De bezetting van het fort bewaart de orde
aan het station.
Hedennamiddag om drie uur rapporteerde de
sleepboot Wodan, die langs het wrak ging,
dat er nog ongeveer 10 personen aan dek
waren.
Aan de N. Rott. Crt. ontleeneri wij verder
het volgende
Donderdagavond 10 uur.
De indrukken van den dag zijn te over
stelpend, om u nog een geregeld relaas te
kunnen geven van deze ontzettende ramp.
Maar de afgrijselijke sensatie, die zich in den
chaos naar voren blijft dringen, is de over
tuiging dat daar nog steeds enkele menschen
in
door de eerbiedige zorgen van de directie
i der Harwich-lijn een der loodsen van de
Holland-Amerikalijn daar is veranderd. Zjj
liggen er, nadat de doctoren telkens weel
de doodschouw hebben verricht, ingespeld
in de witte lakens, die veel verminkingen
bedekken, de gezichten enkel ontbloot, voor
de herkenning, op met wit en zwart bespan
nen kribben in de zwart omhangen zaal,
waar het bleeke licht uit electrische lampen
de meest rustige gelaatstrekken der over
ledenen beschijnt. En al wat physieken
weerzin zou kunnen wekken, is door wind
sels en watten aan het oog onttrokken. Op
ieder van deze baren heeft de directie een
stemmigen rouwlarnfer en een palmtak met
witte bloemen neergelegd.
By het binnenkomen geraakt men er in
een stemming van plechtige rust en vrede,
na den korten strijd, dien al deze menschen
vanochtend gestreden hebben, weldadig,
wanneer men denkt aan het wanhopige ge
martel van de enkelen, die daarbuiten op
het wrak nog steeds, en nu reeds zeventien
uren lang, den dood voor oogen zien.
Dat zijn de sterke contrasten. En wat
daarbij treft is de volte van nieuwsgierigen
haar niet van den buitenkant genaken, van 5 jaar oud met zwartkrullend haar.
en aan den binnenkant is geen ruimte.
„Doch, zooals gezegd, vannacht gaan
we er weer uit. Weest u verzekerd,
dat ik geen gunstig uogenblik voorbij
laat gaai. We konden de kerels best
beroepen, maar in Jezus-naam hielden
wij ons stil. Een van hen schreeuwde
knapjes. Het schip is van den buiten
kant heelemaal opengebroken. Het is
net achter de machinekamer afgebroken.
„Toen wij kapitein Parkinson zagen,
dreef hij zonder gordel, enkel op een
paar stukken hou.. Een sleepboot had
hij al aangeroepen. Toen die ons hem
wees, hadden we hem ook al in de gaten.
„Al uw getob en uw moed heeft wel
weinig voldoening gegeven, kapitein P
't Is waar, zei de onvervaarde zee-
in een matrozen-pakje gekleed. Dit is
vermoedelijk August Hirsch. Do station
chef aan den Hoek had namelijk een
telegram uit Hannover ontvangen, mel
dende dat een kind van dozen naam en
leeftijd alleen de reis mee zou maken,
met verzoek hem goed op den D.-trein
te bezorgen. In Osnabrück zouden zijn
ouders bij hem komen om samen de reis
naar Hannover te vervolgen.
Het Handelsblad ontving van een cor
respondent het volgende
Na aankomst der Batavier III aan de
Boompjes, werd mij toegestaan aan boord
den toestand in «ogenschouw te nemen.
Mijn eerste vraag was aan de bemanning,
wat ze van de Harwichboot hadden ge
zien. Hartverscheurende tooneelen wer-
man, maar ik weet dat wij allen onzen den medegedeeld. De Batavier zelf had
plicht hebben gedaan, en zullen blijven twee keer op den Waterweg aangestuurd,
doen tot 't uiterste, doch tegen die maar met het oog op de Harwichboot,
elementen is niet te vechten." waarvan niet kon gezien worden hoe die
De toestand van lucht en zee staat zat, werd het te gevaarlijk gevonden naar
erg gunstig. Eén ding is zeker
binnen te gaan. Een oogenhlik dat de
niet
verder zakken kan het wrak niet, en toestand gunstig was, werd gebruikt om
ook niet afglijden 't eenigste is, dat de binnen te loopen. Ze zagen toen, dat de
zee het opbreekt. Berlin dwars op de pier zat. Ter hoogte
„8edert 10 jaar heb ik er nu 336 van de machinekamer was het schip door
gered, maar zóó'n ramp is nooit voor- gebroken, zoodat zoowel het voor- als
gekomen aan ohze kust. Deze stoom- het achterschip onder water zat. Achter
reddingsboot van de Zuid-Hollandsche de machinekamer stonden naar schatting
Reddingsmaatschappij de eenige aan
onze kust is best, zij is altijd met
koppen bemand, nu was er een
langs de anders zoo stille wegen van den acjjt
Hoek. De dringende volte aan het station -- spu;ettor8fcei np
en in de koffiehuizen, de treinen waarvan de extra v00r 6
goederenwagens zelfs volgedrongen zijn met j machinist wordt in de machinekamer
menschen, al komen er ook telkens einde- j opgesloten gedurende den tocht, omdat
looze wagenristen, die ingelegd zijn in den deze boot zóó ingericht is, dat zij over
gewonen dienst. En waar zoovele duizenden
samenstroomen, wordt vaak de rampzalige
oorzaak van hun komst vergeten, en klinkt
hier en daar een vroolyk gejoel, dat wel
schril afsteekt met den rouw, waarin hon
derden plotseling gedompeld zjjn.
Na deze aanduidingen van de hoofdin
drukken, mogen hier de feiten volgen, zooals
ik ze, enkel van bevoegden,heb aangeteekend.
Behalve den loods, die het schip den Water
weg moest binnenbrengen, vreest men dat
er nog drie of vier Rotterdamsche loodsen
als passagiers omgekomen zjjn, die door het
stormweer genoodzaakt waren op de uit
gaande schepen de reis naar Engeland mee
te maken.
De burgemeester, mr. J. Bunt, van 's-Gra-
venzande, waartoe de Hoek behoort, is voort
durend met den secretaris, den heer Van
Nierop, ter plaatse. Laatstgenoemde ambte- hedenmiddag, welke enkel gaf de namen
naar nam de signalementen van de aange- der passagiers eerste klas, die te Londen
vooraf hutten besteld hadden.
den kop kan duikelen en weer boven
komt."
Do reddingsboot is Donderdagavond
omstreeks elf uur weer uitgegaan.
Van den uitslag hadden wij heden
nacht te 2 uur
bericht uit Den
moedigend schijnt
Uit Londen berichtte men
Het kantoor der Great Eastern spoor
weg in Liverpoolstreet blijft laat in den
avond geopend. De directie hoopt vol
lediger passagierslijst van de Berlin te
kunnen samenstellen dan die van
spoelde ljjken op, en hield aanteekening van
de herkenden.
De burgemeester heeft geldswaarden en
kostbaarheden, op de ljjken bevonden, in
bewaring gesteld.
De regeering liet zich voortdurend tele
grafisch op de hoogte houden, en stelde
zooveel hulp als gewenscht werd, ter be
schikking.
De burgemeester ontving bericht, dat
Prins Hendrik der Nederlanden Vrijdag
ochtend te 10 uur in den Hoek van Hol
land zou aankomen.
Vrijdag zullen de ljjken in de kisten
worden neergelegd.
De geredde lersche kapitein, tot nu toe
eenig ovorgeblevene der passagiers, die in
Amsterdam een schip moest halen, werd
ondergebracht in het hotel van den heer
Tuin, waar hjj onmiddellijk te bed gelegd
veertig menschen, die zich zoo goed mo
gelijk trachtten vast te houden. Hun
geroep om hu'p en hunne jammerkreten
sneden ons door de ziel, maar er was
geen helpen aan. Hadden we een poging
gewaagd, dan zou ons schip en wij allen
vast en zeker verloren zijn geweest. Het
is wel verschrikkelijk vulde een ma
troos aan Dan moet je er met zoo een
groot schip bij zijn en niet kunnen helpen, j
want het kan je zelf ook overkomen.
Hoe meer ons schip zich verwijderde,
nog geon telefonisch1 hos harder wij de jammerkreten hoorden.
Hoek, wat weinig be- Ook was er nog een sleepboot, maar die
kon evenmin ietB helpgn dan wij.
Aan boord van de Batavier III waren
39 paarden. Op het voordek stonden er
20 op de beenen, ofschoon alle gewond.
In de gangeborden lagen doode en zwaar
gewonde paarden op en door elkaar.
Op het achterdek hetzelfde tooneel.
Zelfs was van een paard de halve hoef
met het ijzer afgetrapt. Mfln kon bijna
geen voet verzetten zonder in bloed fo
trappen Het was zoo duidelijk te zien,
dat de ongelukkige dieren verschrikkelijke
pijnen uitstonden.
Met het lossen der paarden moest ge
wacht worden tot het water wat gevallen
was. Dan gaan ze dadelijk naar het
'Abattoir om afgemaakt te worden.
De Koning en de Koningin v. Engeland
zonden aan de directie der Great Eastern-
spoor hartelijke sympatiiietelegrammen.
De heer Deterding, directeur der
Asiatie Petroleum Company, bevindt zich
onder de merkwaardig aan de ramp
ontsnapten. Hij had reeds passage geno
men op de Berlin,maar stelde ter elfder ure
zijn vertrek uit op dringend verzoek van
zijn vrouw, met het oog op het noodweer.
Dezelfde oorzaak verhinderde vele Duit-
sche operazangers Woensdagavond laat
te vertrekken. Het is evenwel niet be
vestigd, dat enkel koorzangers veronge
lukten. Integendeel, onder de slachtoffers
Ondergeteekende bericht, dat zij, na
met goed gevolg te Alkmaar een cursus
gevolgd te hebben en na een diploma
I verkregen te hebben vanwege den Neder-
werd' en onder medische hulp gesteld. Po- bevinden zich°somroige hooldsolisten, 0n- landschen Bond voor Ziekenverpleging,
crino-An van rvnhAso.hAirlAnAn nm v.iAlrA 1 i -**- i v i -2-1. uittk. _i
derwie de Mannheimsche primadonna me-
vrouw Scboene, die in Coventgarden
uitblonk als Elisabeth in Tannhauser, en
Elsa in Lohengrin.
Ettelijke mannen der City, Diamant
gingen van onbescheidenen, om den zieke
op zijn kamer te bezoeken, werden verijdeld.
Een dochter van den heer Tuin verpleegde
den patiënt, die haar tegen den avond uit
dankbaarheid zijn gouden ring met Chi-
neesch inschrift aan den vinger stak. Zyn
toestand is bevredigend, hoewel hjj koorts d
had, en baadde in het zweet. De koene kooplieden, Engelschen en Nederlanders,
schipper Jansen van de stoomreddingsboot moeten onder de slachtoffers zijn, evenals
werd te omstreeks zes uur even bij hem de bekende jockey Rollaston, die in Neder-
toegelaten. Toen vertelde de geredde passa- j j
gier, dat de kapitein en de loods van de baron Kattenayke s paarden eenige
Berlin, nog vóór het schip ging zitten, maanden lang bereed, alsook de heer
tegelyk door een stortzee van de brug wa- Reeves, de secretaris eener Noord-
ren geslagen, en in zee verdwenen. Daarop Borneosche tabakmaatschappij. Een dia
had deze opvarende, omdat hij zelf gezag- mantkoor>man had ter waarde van dertig-
voerder is, met den eersten stuurman der antK<H>pman naa ter waarae van dertig
mailboot, tijdelijk het commando overge- duizend pond diamanten bij zich, maar
nomen. deze waren verzekerd. Volgens opgaaf
Kapitein Jansen van de reddingsboot, der post gingen dertien mailzakken ver
een onverschrokken zeeheld, stond mij loren.
Donderdagavond een onderhoud toe. Hij Onder de passagiers bevonden zich de
zei ongeveer het volgende heeren D. Davidson, van Rotterdam, Van
„Ik wacht nu weer en zee af, om er
opnieuw met de stoomreddingsboot heen
te gaan. Vermoedelijk zal dat hedennacht
(Donderdagnacht) te één uur zijn Tot
nu toe is alles mislukt. Misschien kan
ik dan het buitendeel van de pier berei
ken en daar landen met de sloep, om
van daaruit te werken. Maar water
èn zee zijn buitengewoon hoog.
„Vanmorgen hebben we even door
het schiettoestel een losse verbinding
gehad, de lijn was er overheen geschoten
en zij hadden haar gegrepen, maar een
stuk water gooide ons weg en wij moesten
laten slippen. Daarna brak de ankertros
en moesten we naar binnen, om een
nieuw anker te halen.
„Toen was het schip nog in zijn
Ten bewijze hoe sterk het schip
der Meulen, de heer en mevr. Serabski.
Deze laatsten reisden naar Rotterdam
tot een bezoek aan hun stervenden vader.
Men veronderstelt, dat Raismann en
Zoon, diamanthandelaars te Amsterdam
en De Groot aan boord van de Berlin
waren. Een party diamanten, begroot op
verscheidene duizenden ponden sterling,
zich hier gevestigd heeft als
beveelt zich daarvoor beleefd aan.
ANTJE TIJSEN,
Verlengde 8toomweg, Anna Paulowna.
en
De ONDERGETEEKENDE
beveelt zich, evenals vorige
jaren, aan voor het
j
zekerd bij Lloyds.
Lord Knollys seinde aan den directeur-
generaal van de Great Eastern spoor
wegmaatschappij De Koning en de
Koningin verzoeken mij mede te deelen
hoe pijnlijk zij getroffen zijn door het
vergaan van de Berlin en het verschrik
kelijke verlies aan mensehenlevens, dat
daaraan het gevolg was.
De Londensche correspondent van het j
f^evraaffd
was, diene, dat na den stoot niet, zooals
gewoonlijk, de railing gebroken is, maar Hbld. seinde nog
van onderen is het schip in elkaar ge-Orelio ontkwam door een toeval. Hij j
zet, en eerst later ook van boven ge- j was van plan zich bij zijn vrienden te j ju
scheurd, waarna voor- en achterschip j voegen aan boord van het schip maarrï!®
moest hij hier blijven, totdat hij dit uit j s^tt18
Holland van zijn vrouw had ontvangen.
Onder de 28 namen op de passagiers
lijst vind ik er niet veel, die een Hol-
landschen klank hebben. Die van The-
van elkander braken
„Volgens mijn schatting waren er een
60 k 70 personen op hot voorsohip, toen
het zonk.
„En nu het laatst zag ik op het ach
terschip nog vier man, schuil onder het
sloependek. Een hunner draagt uniform, mans, Van der Meulen, 8pijker, De Groot
misschien is het een man van de equipage, en Frankenburg klonken mij nog het
misschien een der Rotterdamsche loodsen.
„Vanmorgen naderden we het wrak
tot op tien meter afstand en ik moest
een oogenblik volle kracht achteruit
draaien om het mis te komen. En nu
heb ik wel reddingen volbracht, die niet
minder waren, maar de plaats waar de
Berlin zit, is zoo slecht. Wij kannen
Uevraafd
bij G. 8TUIJ, Warmenhuizeu. Met Mei
Het jongetje was een aanvallig knaapje in de Weere, Gein. Winkel.
meest Hollandsch.
Tot Donderdagavond waren 33 lijken
aangespoeld of opgevischt, waarvan 25
mannen, 1 jongetje van 5 jaar en 7
vrouwen. Hiervan zijn 12 personen her-
kend, terwijl er een 8-tal van de beman
ning bij waren.
eievraagd. t»gei1 1 Mei.
bestaat in een teeder vlekkeloos gezicht,
frisch, rooskleurig uiterlijk, witte fluweel
zachte huid en verblindend mooie gelaats
kleur. Dit alles verkrijgt men door
van BERGMANN Co., Radebeul.
Echt Fabrieksmerk „Stokpaardjes'".
p. St. 50 ets. bijA. HOVENIER,
Coiffeur, Behagen.
i uw—snw van
De Heer H. MARTEN, schilders-
knecht te Vierlingsbeek, schrijft
onsVoor eenige dagen toen ik
een pot met kokende olie moest
afzetten, viel de pot om, zoodat ik
mijn hand totaal verbranddede
vellen hingen er bij. Ik wist geen
raad van de pijn. Op aanraden
van de vrouw deed ik er K1 o o s-
terbalsem op. Dadelijk toen ik
er den balsem had opgesmeerd, ver
minderde de pijn. Nadat ik vier
potjes verbruikt had, ben ik in een
tijdsverloop van 14 dagen totaal
genezen. Ik kan nu weer mijne
gewone bezigheden verrichten.
De Kloosterbalsem Klooster Sancta
Paulo geneest oude en nieuwe wonden
brand- en snijwondenrheumatiek
rheumatische ZenuwpijnenJicht
PodagraIschiaskneuzingenstram
heid in de ledematenverstuikingen,
lendenpijnpijn in den rugspier-
verrekkingen, winterhanden en winter
voeten.
^rÜB per pot
35 ct., 75 ct., f 1.20 en f 2.50.
I pt fin f Alleen de echte
r* K 1 oos t er bal s em
geneestdeze is kenbaar aan een
rooden band om den pot,
waarop de handteekening L. I.
AKKÜR, Rotterdam, voorkomt, alle
andere is namaak.
Verkrijgbaar bij: Te SCH1AGEN,
J. Rotgans; St. MAARTENSBRUG,
Pastoors; OUDKARSPEL, H v Rel
fKVlf- J- Sch('ut°n Vco'
ker Hnnownm''nH'de Bie-Bierste-
„rii HOOGWOUD, P. Bos - 't ZAND
rruoT'tTI maartBNSVLOT-
ANNAeprA)f^I^K55LUIS'K-t,ö(5ra8f
BAüLOWNA KI. Sluis, H. Jes,
Tnna Qf0ng 0n D'Zon 1 Westde, al, P. dé
ZS'M'. KMJ."08*"1'