De Wonderdokteres. Zondag 7 Juli 1907. 51e Jaargang. No. 42il. DERDE BLAD. Burse lijke Stand. Gemengd Nieuws. mij niet kwalijk, als ik u wa plïïosofcrf'T'S ThSbaldnzTmmermamfC ?C" S'ag ,e boVCn 'C ko,nen heohald' nou kan jij wel naar buiten gaan. at zijn louw en zaken, die wij hier te behandelen hel)- Door A. TRINIUS. —o—o— Gisterenmiddag om vier uur - al de fabrieksfluiten van de goede stad Lerehenthal gilden brutaal als echte straatjongens door de plechtige klokslagen van de kerk klok, de poortklok en de raadhuisklok heen gisteren namiddag oni vier uur hebben ze het beetje stoffelijk overschot van de oude wonderdokteres Barbara Zimmer- mann toevertrouwd aan de aarde. Het was geen deftige begrafenis, zooals men naa irden roem en de reputa tie jder ontslapene er eene had kunnen verwachten. Niemand was er bij, dan de geestelijke, de „aïlegster" en een hoopje krukkige buurvrouwen uit het straatje, waarin Barbara heel jhaar lange leven had gehuisd! Daarbij de gebruikelijke kerkhofhyena's, snikkende klets kousen, die bij geen begrafenis ontbreken, en een troepje kijkgrage kinderen. Verwanten volgden de baar niet, omdat de overledene die niet had. Ware het naar recht en billijkheid toegegaan, dan zou wel het halve stadje aan de doode de laatste eer hebben moeten bewijzen, aangezien er zoovele honderden bij haar le ven raad en hulp bij haar hadden gezocht. Maar, zooals de dichter zegt „ondankbaarheid, uw naam is Mensch." Barbara Zimmermann was een leelijk, rimpelig vrouwtje geweest. Zij had iets tooverkolachtigs over zich. In de duistere middeneeuwen zou zij stellig op den brandstapel iharen laatsten snik gegeven hebben. Met een knikkebollend hoofd, de half dichtgeknepen oogen onrustig loerend in het rond, slofte het oudje baars weegs, de gekromde, dorren, met dikke blauwe aderen overspannen handen als tastend voor zich heen bewegend. Met haren grijsbaardigen man, een gewe zen pijpendraaier, bewoonde zij heel alleen een smal, bouwvallig (huisje in een der achterstraatjes van het stadje. In het benedenkamerlje naast het portaal wer den de klanten ontvangen. Daar boven, naast de slaap kamer, was de woonkamer. Twee spionspiegeltjes be streken aan weerszijden de straat, zoodat niet gemak kelijk iemand onopgemerkt kon naderen. De wonder dokteres zelf zat achter het gordijn, steeds op de loer, meestal met een kopje slappe koffie op den schoot. Zomer en winter brandde er in de kachel een vuur tje, om in de bruine, dikbuikige kan den lievelings drank der huisvrouw warm te houden. Koffie en ge bak vormden het hoofdvoedingsmiddcl van het oude echtpaar, aan hetwelk geen kinderzegen beschoren was geweest. Barbara Zimmermann was in het stadje niet zonder concurrentie. Er waren builen haar nog vijf dokters voor mensehen, één voor hei lieve vee, twee natuur- heilartsen, en ten overvloede een kleermakertje, dal met heilzame kruiden de lijdende menschheid bij sprong. en uit de sterren de toskomst van hopenden en iverliefden las. Barbara Zimmermann was huil allen echter in knap heid de baas. Zelfs de gestudeerden konclsn tegen hare wijsheid niet op. Hare diagnosen sloegen kortweg met eene verbluffende juistheid en scherpheid den spijker op den kop. „Zij verkeert met den Duivel!'.' meenden deeenen. „Zij is een Zondagskind," beweerden de anderen. „Wie dat is, die ziet meer dan csn gewoon mcnsch. Die ziet door steen en ijzer heen en proeft harten en nieren!" Eene derde partij echter zeide niets. Dat was die, welke van de heelkunst der oude geen gebruik maakle, maar, wanneer daarvan sprake was, zich bepaalde tol een hoogwijs glimlachje. Ja, inderdaad, de diagnosen der wonderdokteres waren als openbaringen. De meeste patiënten zagen voorbij, dat Barbara deze enkel in haar huis ten bes Se gaf en buitenshuis zich slechts tol het opleggen van handen, het bespreken en het bezweren bij zieken ontbieden liet. Ook vond men haar steeds bereid tot hel afle veren van amuletten, die uit geheimzinnige Caba- listischc .letters beschreven waren. Wat nu het wonder harer diagnosen betrof, dat ging volgenderwijze toe. Tingettngèling. De huisdeur der wonderdokteres wordt geopend, en een evriendelijke vrouw met hoed en man tel treedt in het portaal, min of meer gejaagd en verlegen. Van het achterplaatsje klinken de slagen eener bijl. Terstond daarop verschijnt de oude Zimmermann. Hij trekt bij wijze van groet, het vettige huiskapje van zijn hoofd en laat de bezoekster in de ontvangka mer. „Ei, ei! Kijk kijk! Wat zien mijne oogen'? Juffrouw Dingclsbach, zoowaar! - Als ik u verzoeken mag!" En ihij biedt juffrouw Dingclsbach galant een stoel aan „Is uwe vrouw te spreken?" „Mijne vrouw? - Wel zeker! wel zeker! - Maar neem u toch uw gemak er van!" Hij wischt met zijn blauwe voorschoot den stoel nog eens' af en schuift hem juffrouw Dingelsbach toe. „Zij komt direct," zegt hij: dan. „Zij is maar even tjes hier in de buurt bij een zieke. Och Heeremijntijd! de heele wereld is ziek. En geen wonder ook! Eers' die snikhitte en nu ineens die barre kou! Natuurlijk slaat dat een (mensch in zijn gebeente. Ik zelf ge voel ;me ook niks in orde. En u, juffrouw?" „Och, sinds acht dagen heb ik het al in mijn leden. Ik zil eiken avond ,mct koude rillingen over mijn rug." „Ziet u wel? Net als ik! En dan zoo'n druk king in het hoofd, nietwaar?" ,Ja altijd door drukking! En een suizen in dc ooren niet om uit te. houden." „Kijk kijk! En meest in 'l linker oor, niewaar?" "ik heb het in 'trechter." Zoo zoo? In 'trechter? Ja, daar weet ik van mee te praten!... En wat er dan ordinair 'bijkomt die (beroerde pijn in de lendenen „Bij mij: zit het op de borst." „Zoo zoo? Op de borst? Dan zal 1 met de appetijt óók wel niet best zijn?" „Man, hou je ptil. Het is me te veel, dat ik aan tafel zit!" „Wel welJa, kijk, net als laatst lnj mij. En net hadden onze buren een zwijntje geslacht. Ja ja, als de maag niet wil, dan is er aan het lekkerste geen aardigheid!... Nu, mijne vrouw... ik hoop toch dat 't bij den smid niet iets ernstigs is. Zij had ai lang terug kunnen wezen." En in dien trant spint zich hel gesprek nog een poosje voort. Wat was nu het geval geweest? Barbara Zimmermann had ju haar spionnetje juf frouw Dingelsbach zien aankomen. I heohaldnep zij van de trap „gauw, gauw! Er komt iemand. ^DaaCf was de getrouwe man en handlanger fluks in het achterhuis verdwenen. De wondcidokteies ech ter was zoetjes op den planken vlow der ,1?^; mer geknield en had .haar oor gedruktop een g. dat beneden midden in de zoldering ui een papieren ornament, waaraan een was tonnen engeltic aan een rood ^oordje TOcefde vas bedekt. Daar lag zij en luisterde. Geen woord vanMie beneden gesprokene ontging haar. Dan stor j jes ,«p, sToop oP hare kousen de trap af, trok hare schoenen aan, liet de huisschel ''^elen en radMan alsof zij vcrsch van de straat kwam, dooi het portaal in het ontvangkainertje. „Zoo! Goeden middag, juffrouw Dingelsbach 1 Neem ben.' De deur .sloot zich achter den pijpendraaier in ruste. „zoo zoo. Blijf u maar zitten, juffrouw Dingelsbach i 11 'naar zitten, aldus de wonderdokteres. ,,'t is koud buiten, hé? Dat pakt een mensch aan, hè?. zoo, laten we nu eens kijken." 1 Zij voelde der vrouw den pols, keek haar strak in de oogen, beluisterde haren adem en beklopte voor- ziehtig haar voorhoofd en hare wangen. „Dat oorsuizen moet lastig zijn. Het is vreemd, dat liet juist in het rechter oor is. Gewoonlijk is het in j bel linker." I Juffrouw Dingelsbach sperde hare oogen open en staarde vervaard de oude iu hel gezicht. Deze echter liet zich niel van haar stuk brengen, maar voer voort, het resultaat van hare wonderbaarlijke diagnose le ver kondigen. „U hadt geen acht dagen lang met die koude rillin gen 's avonds moeten blijven loopen. En dan die druk king in het hoofddal is niet goed. Zoo iets moet men niet vcrwaarloozen." Juffrouw Dingelsbach wilde iels antwoorden. Maar j liaar anders zoo vaardige tong was van verbazing haast verlamd. Als uit eene andere wereld putte dit oude eenvoudige vrouwtje hare diepe weienschap. I „En met de appetijt staat het zeker* óók niel le i best, hm hm. Maar eerst moeten we die pijn op de i borst weg krijgen, juffrouw Dingelsbach. Daar valt al lerminst mee te spotten, mijn lieve mensch!" Juffrouw Dingelsbach zeide niets meer. Zij voelde zich zelf tegenover deze alwetende Sybille zoo onuit- spi ekelijk klein en nietig. Met waren deemoed voor deze schier bovenmenschclijke wijsheid nam zij met levendigen dank het potje zalf en het zakje kruiden m ontvangst, benevens de daarbij behoorende voor- selu ïften en raadgevingen, en verliet het geheimzinnige huis, met zonder vooraf heel schuchter een aardig stuk geld op de tafel te hebben neergelegd. Gedurende de volgende weken echter werkte zij als een apostel, die GeborenSimon, z. den roem van een profeet door de landen draagt.'Van Pater. Theodorus Johannes, z. v. Simon Vlaar en huis tot huis, van koffiekransje tot koffiekransje roerde Adriana Koppes. Afra Johanna, d. v. Pieter Mul en zij de trom ter eere van de weergalooze wonderdokteres Agatha Groot. Maria, d. v. Theodorus Bakker en Barbara Zimmermann. Antje Kant. Frederiea Anthonia, d. v. Frederik Wyu- Nauwelijks echter had dien dag de huisdeur zich achter haar gesloten, of de achtenswaardige pijpendraaier in ruste stak zijn rimpelige tronie in de kamer. „Wel?" vroeg hij grinnekend. „Drie mark heeft zij gegeven... met de medicijn!" „Onkosten „Twintig -penningen En dan lachten ze laliebei tegen elkaar. Maar zóó dat van buiten geen sterveling het zou hebben kunnen hooren. Het laat zich begrijpen, dat dergelijke meesterlijke diagnosen de kunst van Barbara nog steeds in aan- ïien deden stijgen. Wie zoo klaar en kalni en beslist den zieke kon zeggen wat hem scheelde, die moest Onder die bedrijven was het zomer gaworden. Dag aan dag zag men de oude boven aan het venster zitten met den koffiekop naasl haar, het rimpelige ge zicht nog wat rimpeligcr dan tevoren. Eiken vriende lijken groet beantwoordde zij verstrooid, werktuigelijk. Eu loen zij op een zekeren dag niet meer groette en den volgenden morgen nog zoo wonderlijk stijf en sta tig aan het venster zat, toen liepen de buren de trap op naar hare kamer. De koffiekop lag aan scherven op den vloer. De wonderdokteres echter zat nog steeds in haren ouden gevlochten stoel,.slechts een weinig achterover geleund, hare oogen waren strak omhoog als in de eeuwigheid gt icht. N. R. Crt. Gemeente Broek op Langendijk. Ingeschreven van 1—30 Juni 1907. GeborenArie, z. v. Jacob Boon en Maanje Groen. Antonie Johannes, z. v. Ant. Joh. van Veldhoven en Trijntje Blokker. Cornelia Maria Johanna, cl. v. Cornelis van Gulik en Jannetje Dekker. Abram, z. v. Lourens Vroegop en Aagje Blom. Cornelis, z. v. Willem Hopman en Aagje Dekker. OndertrouwdGoeno. GehuwdCornelis Huibers en Neeltje Piuister. Joachim Heldor en Immotje Kroon. Jan do Ruiter en Neeltje Vennik. Over loden Grietje Balder Kd., 18 jaren. Margaretha Goertruida do Niet Md, 14 jaren. Cornelis Kooy Jbz., 2 jaren. Neellje Rayor Ad., 19 jaren. Hendrik Wago naar Jz., 18 jaren. 'Gemeente Zijpe. Ingeschreven van 28 Juni 3 Juli 1907. Overleden: Antje Dekker, 72 jr., eebtgenoote van Cornelis Schrijver. Gemeente Oude IVieilorp. Ingeschreven van 1 tot 30 Juni. v. Johannes Ligthart en Geertje ook wel over de rechte geneesmiddelen beschikken. Soms (hielpen die pok werüelijk. En hielpen zij: niet, dan trof de schuld toch nooit Barbara Zimmermann. Zoo iets komt toch ook maar at te vaak voor bij de beste gestudeerde artsen. En nu ja, tegen den dood Js nu eenmaal geen kruidje gewassen. Jaren op jaren waren zoo verstreken. De klandisie was gaandeweg toegenomen, en zuinig hadden de luid 'es geleefd. Zoo was de eene mark op de andere ge stapeld, en in de kleerkist tusschen de bedden lag reeds een aardige spaarpenning. Menigmaal 's avonds kniel de Barbara er voor neer, en telde en telde. En eens op een dag, toen zij weer met den koffiekop op den schoot bij het venster zat, kon zij den met sprokkelhout uil het woud terugkeerenden medehelper harer zegen rijke werkzaamheid het heuglijke geheim toevertrou wen, dat er nu nog slechts driehonderd mark aan •ie zooveel duizenden ontbraken. „Die krijgen we óók nog!" smoezelde de oude. „Die krijgen [we ook pog." „Meer nog, meer nog. Theobald als het zoo voort gaat." En het ging zoo voort, nog een paar jaren langer. De lente was weer met gezang en zonneschijn van ovcji' de bergen gekomen. Een nieuw leven ging er door de natuur. Uit alle menschenoogen straalde een blijde verwachting. Alleen niet uil de oogen van den ouden Zimmermann. Djie lag boven op de oude kanapé in eene deken gewikkeld, en hoestte en kreunde. De won derdokteres had hem een verzachtend stroopje gege ven. Op de kachelpijp sudderde een potje lindenbloe- semthee. Op straat, voor de deur, trappelden twee bruinen voor een rijtuig, dat de oude vrouw naar een landgoed brengen moest, om daar eene ziekte te bespreken. Op haar Zondags aangedaan, was zij naar het leger van den onrustig zich heen en weer wenleienden man getre den. „Geduld maar, jouwetje! Vanavond zal het je wel beter gaan. Dat zal je wel eens zien. Als die daarginds mij nu tien mark geven want al driemaal ben ik er nu geweest, dan hehfren we de vijfduizend vol. Hoor je wel, Theobald? Vijfduizend!" „Vijfduizend!" herhaalde de lijder werktuigelijk, ter wijl zijne oogen als wezenloos de vrouw aankeken. „Als dat de menschen wisten! Hihihi!Zoo! En wees nu braaf. Drink vlijtig je thee. Van avond is het beter. Adjuus!" En zij de deur al uil. De zieke tuurde haar na, en zijne lippen prevelden: Vijf-duizend!... Vijf... dui zend Vijf ker en Maarlje verduin. Nicolaas z. v. Jan Tam s en Guurtje Schilder. Ondertrouwd: Arie Groen en Barbara Brokkelkamp, beiden alhier. Gehuwd en overledenGeeno. Gemeente Slareukarspei. Ingeschreven van 1—30 Juni 1907. GeborenGeertruida, d. v. Gerrit Glas en Elizabeth Kramer. Johanna, d. v. Johannes Schotter en- Maria Leek. Pieter, z. v. Klaas Stroet en Geertje van dor Oord. Johannes, z. v. Johannes Jacobus Zutfc on Anna Buys. Johannes Petrus, z. v. Johannes Petrus Tesselaar en Trijntje Filmer. Agatha Bregitta, d. v. Jan Veldman en Engeltje Hof. Alida Hillegonda, d. v. Cornelis Bij man en Margaretha Johanna Alida Kraakman. OndertrouwdGeene. GehuwdCornelis Bregman en Trijntje Renooij. OverledenSimon Groen, oud 9 mnd. Pieter Broer- sen, oud 2 weken. Maarlje Rons, oud 82 jr., weduwe van Aris Zijdewind. Grietje Tol, oud 57 r., weduwe van Frederik Koning. Adrianus Anthonius Kraakman, oud 3 weken. Grietje Spaans oud 6 md. Johannes La- tenstein, oud 5 rnnd. Gemeente Oudkarspcl. Ingeschreven van 1—30 Juni 1907. GeborenPieter, z. v. Cornelis Tuinman en Johanna Cornelia Bos. Aagje, d. v. Cornelis Weeland on Trijntje Beets. OndertrouwdGeene. Getrouwd: Adolph Bernardus Jansen en Iltje de Vries. Casparus Kardinaal en Aaltje van Stralen. Klaas Bruin en Dorethea Hoilig. OverledenGeene. Oversfroouiingen in Griekenland. In de laatste helft van Juni is do Grieksche provincie Thes- salië door wervelstormen, wolkbreuken en daarmee ge paard gaande overstroorningen geteisterd. Vooral op den 17en Juni j.1. moet het voor die streken verschrikkelijk zjjn geweest. Trikkala, de hoofdstad van het gewest van denzelfden naam, ligt in het noordelijk gedeelte van de groote vruchtbare vlakte van Thossalië aan de Lithaös-rivior, die verder naar het Oosten in den Peneios, de voor naamste rivier van Thessalië, uitmondt. De watermassa's kwamen in zulk een ontzaglijke hoeveelheid van don hemel, dat het riviertje spoedig heel de stad met voor steden en omliggende dorpen overstroomd en grooten- deels verwoest had. De regen was om half vijf 's middags begonnen en werd tegen 8 uur een wolkbreuk met hagelbuien tegen welker watermassa's, alleen de steenen huizen bestand waren. De rest viel in. Het gebouw van de prefektuur, het gymnasium, de gevangenis en het postkantoor worden ook ten deole verwoest, ten deele onbruikbaar gemaakt. De gevangenen vluebtton en begonnen in den nacht rooftochten. Ongeveer 135 K.M. van den spoorweg voor en achter Trikkala werden onberijdbaar. Telegraaf- en telofoonty- nen' lagen tegen den grond en alle verkeer met paard j en rijtuig was onmogelijk. Het water had do voorraden Hij s luarde" nog altoos naar de kamerdeur, toen Bar- i «n levensmiddelen weggesleept onder het puin be- bara Zimmermann tegen Sen avond in 'i schemerden- I dolven of onbruikbaar gemaakt Van de hu zen der stad jere knmprtip trad werden er circa loOO vernield of onbewoonbaar, zoodat "o K. i. J,li 40 weinige geredden die daar woonden, nauwelijks een onderkomen hadden. „Zoo! Nu hebben we 't bij mekaar, hoor. Vijfdui- ^eu'amwoord. Slechts de strakke blik van den man I Den volgenden dag was er hongersnood. Volgens een bleef haar xrerieht 1 oppervlakkige schatting is de heele schade, den door „Zeg, ouwe! Hoor 'je niet? Vijfduizend mark vol 1" »agel geheel vernielden oogst meegerekend, omstreeks Zij haalde uit den zak een blinkend goudstuk cn 10 millioen gu ldens. En nu nog de offers aan menschen- iiield het hem triomfantelijk voor. En toen, opeens, j levens. In hot huis van een priester kwamen 40 men scheen er een vreeselijk vermoeden over haar te ko- scHen om, in een ander van de 13 bewoners 11, in een men. Uit al de donkere hoeken en gaten fluisterde het haar toe: „Vanavond is 't beter!".... Het goud stuk gleed haar uit de vingers zij stortte zich op de sofa en viel met een luiden schreeuw op dc knieën. „Theobald! Theobald!" Met bevende hand streek zij over zijn voorhoofd. Koud! Koud! barbierswinkel 7 enz. In de eerste dagen vond men bfj de 150 dooden, die verdronl en of door het puin ver- i pletterd waren. Zelfs op 19 en 20 Juni heeft men nog 25 en 30 lijken onder het puin vandaan gehaald, j De regeering en de naburige gemeenten kwamen de ongelukkige stad te hulp. De regeering stond een kre diet toe en zond tenten uit Larissa, de gouverneurs van i naburige gewest en stuurden brood en andere levens- „TheobaldWordt toch wakker!.... Hoor je niet? middelen naar Trikkala. De minister van binnenland- ZegIk ben heti sc'ie zaken begaf zich met den afdeelmgschef voor open- „De wonderdokteres," zoo scheen het uit alle hoeken j bare werken naar de plaats van de ramp. De eeiste m. .gaten te hoonen berichten waren maar vaag geweest en hadden geen „Theobald, 'je moet leven!.... je moet nog leven! goeden indruk van de schade gegeven. Maar elk vol- - Wat moet ik zonder jou hier doen'?... Hoor je gend telegram uit de naburige plaatsen bracht byzon- niet?Je moet wakker worden!Theobald! Theo- derheden, waaruit bleek dat de ramp veel grooter was ljal(jl» j dan men aanvankelyk meende. Iloed cn mantel had zij afgeworpen. Nu greep zij: i De ramp van Trikkala behoort tot de verschrikkelijkste zijne handen en wreef ze tusschen de hare. Ze rukte I van onzen tijd en do regeering zal heel wat geld moeten het dek weg, scheurde het hemd open op de borst verstrekken om den nood maar eenigszins te lenigen, en boog zich over het hart, om te luisterenStil. j Nekkramp. Mies stil. Te Gelsenkirchen en in de omgeving woedt de „Theobald!" jammerde zij. „Je mag niet weg!... je j meningitis cerebrospinalis. Zondag, Maandagen Dins- moetje moetdag dezer week zjjn vijfen twintig door de vreeselyke Eensklaps sprong zij op. Hare oogen troffen die an- ziekte aangetasten, opgenomen in de afdeelingen voor de re, die zoo moe. stonden en zoo strak. En nu sloeg j besmettelijke ziekten der ziekenhuizen. Reeds zijn eenigo scholon op last van den geneeskundigen raad gesloten. Do eerste-burgemeester en diens elfjarige dochter worden verpleegd in het ziekenhuis; de toestand van bot kind laat geen hoop meer. I'osfduiven. Door een onweer is in de nabijheid van Charleroi enorme schade aangericht ondor een groot aantal post duiven, die op reis waren van Bordoaux naar Charleroi. Door den hagel werden er duizenden gedood, zoodat van Lang heeft Barbara Zimmermann haren echtvriend do 5000 slechts 80 aankwamen. Het is een schade van niel overleefd. En voor de reputatie van hare wonder- 40.000 francs. baar angst in woede om, hare smart in razernij. Zij jreep hel flesciije met het stroopje en kwakte het vloekend tegen den grond. Zij schudde den doode, ais om het ontvloden leven daardoor nog eens terug le roepen. Zij klauwde met hare vingers in het grijze haar. „Wonderdokteres!" gilde zij. „Hahahaha!" En toen viel zij bewusteloos over den dooden heen. Dit gebeurde op een voorjaarsavond. De staking bij Krtipp en de gevolgen. 't Is bekend, dat de werkplaatsen van Krupp op do Geraiania-werf te Kiel gesloten zyn, waardoor 600§ werklie 'en broodeloos werden. Deze maatregel is ge nomen tongevolgo dor werkstaking van verscheidene honderden klinkers, waardoor heel het werk stil stond. De directie van Krupp hoeft aan de andere constructeurs der Duitsche oorlogsschepen verzocht, niet toe te geven aan de eisclten der werklieden. Wanneer dezen in hun eisch blyven volharden, kan men een langdurigen stryd verwachten, die zich over heel de jjzer-en staal-industrie zal uitstrekken. De werklieden van Krupp toonen zich op 'toogenblik zeer solidair; men sproekt van honderdduizenden, die, over de verschillende Krupp werkplaatson verdeeld, er voor te vinden zyn, hunne kameraden to helpen. Reeds is de stakingsbacil overgeslagen op de werkplaatsen te Essen, die op tiet oogenblik belangrijke orders moeten uitvoeron voor Japan, Spanje, Italië en Engeland. I Aan den anderen kaut zitten de patroons ook niet stil. Alle wörven to Kiel hebbon zich op hun beurt met Krupp solidair verklaard, en gezegd, den 20en van deze maand haar werkplaatsen te zullen sluiton, wanneer de werklieden zich op dezen datum niet hebben onderwor pen. In dat geval zouden 20.000 werklieden broodeloos zu'n. Van den uitslag van dezen strijd, die grooter omvang aanneemt dan een dor beide partijen had kunnen ver wachten is nog niets met zokerheid te zeggen. Anieriknaiiscli. De Amerikaansche predikanton beijveren zich in het uitdenken van nieuwigheden, om hun preeken aantrek kelijk te maken. Dr. Johnstone Myers in Ohio is een pionier van de nieuwe bewoging. Een week geleden kondigde hij aan dat de dagen van de ouderwetsehe predikaties geteld waren en nam hij dadelijk maatregelen, om met iets nieuws voor den dag te komen. Hij nam een blazers corps aan om in de kerk te spelen en ontplooide bjj den kansel een reusachtige Amerikaansche vlag, die door een zwart lapje, dat er aan bevestigd was, een „smet", ont sierd was. Als onderwerp koos hjjde smettelooze vlag. Hij sprak met gloeiende welsprekendheid over den drankduivel en besloot zijn preek door met een plechtig gebaar de „smet" van de vlag te rukkon. Daverende toejuichingen. Een andere dominee, L. D. Bass, te Caïro (Illinois) begon Zondag zijn preek met eon geestdriftige beschrij ving van een kus, uitweidende over de wonderbaarlijk magnetische en ölectrische eigenschappen van het kusson. Toen hy op het hoogtepunt was gekomen en zijne hoorders in verrukking had gebracht, plofte hij hen opeens neer, door met een daverende stem uit te roepen „Weg met den kus-duivol 1 Do kus is des duivels moest geliefkoosde en vruchtbaarste wapen. Hjj doet meer om do hel te bevolken dan whiskey, amfioen en alle andere euvels samen. Mogen wij van den kus-duivel verlost worden I" Generaal Booth. Generaal. Booth is frisch en gezond van zijn reis door Canada en Janan in Londen teruggekeerd, waar 12000 menschen in do opgepropte en met Japansche emble men versierde Albert-hal hem een geestdriftig welkom toeriepen. Do generaal legde af 25000 mijlen, sprak op 93 bijeen- komsten 140000 menschen toe, bracht er 2084 naar de j zondaarsbank en verleende aan 265 journalisten „audiëntie." Nog al kras voor een 78-jarige! De volksplantingen in Canada gaan, volgens den generaal, prachtig. De regeering stuurt schier dagelijks verzoeken in om nog maar meer van zulke emigranten. Over Japan is de generaal in de wolken. De Mikado ontving hem, duizenden studenten bezochten de bijeen komsten, hulp werd allerwege verstrekt. Japan zoekt naar een nieuwen godsdienst, het hunkert naar ont wikkeling en opvoeding. Er ligt daar voor het Heilsleger een heerlijke taakeen taak, welke door kolonel Estill ondor Gods zegen goed zal worden volbracht. I Generaal Booth was herhaaldelijk het voorwerp van geestdriftige, dankbare ovaties. Vloekende kleuren. i Hoogblond is do heer Wendith, de echtgenoot van een der mooiste New-Yorksche vrouwtjes, dat zich kortelings eon groote fijngevoeligheid voor kleuren- haraionie heeft aangeschaft. Haar genre do beauté komt 't best uit in een groene omgeving, 't Heele dus in die tint geverfd. Gordijnen, tapijten... alles. Maar, o, ramp thans schreeuwt de kieur van haar man's haardos afschuwelijk togen mevrouw's lievelingstint. Zenuwtoevallen, driftbuien. Mevrouw eischt, dat haar man zijn haar donker zal laten verven, en mijnheor bedankt en blijft blond. Mevrouw hooft thans echtscheiding aangevraagd, uit gaande van Let principe, dat liet huwelijk voor alles op harmonie moet berusten. Liever een anderen echtge noot, dan andere gordijnen Barbaarsche mishandeling. Op oen Russisch dorp nabij do Oostenryksche grens slaagden de boeren er in een vijftiental paardendieven gevangen to riemen. De menschen werden een heelen dag en den daarop volgenden nacht gepijnigd. Toen de politie kwam, vond zy er eon dood en de overigen ver minkt met gebroken armen, beenen en ribben, terwijl enkelen de banden afgehouwen waren. Een munt van 15500 gulden. Rariteiten, ze mogen dan soms al zeldzaam zijn door haar leelykheid, hobben nu eenmaal geen vasten markt prijs; ze zyn waard wat oen gek er voor geeft, zooals do volksmond zegt (en wat een wyze er voor opstrijkt, zou men er zachtjes by kunnen voegen). Voor een dubloen, in het jaar 1787 door den New-Yorkschen juwe lier Brasher geslagen, en die in niet moer dan zes exemplaren ter wereld aanwezig is, werd Vrydag der vorige week te Philadelphia 6200 dollars betaald, de hoogste prijs wel ooit voor een oude of een nieuwe munt geofferd. De Amerikaansche muntenverzamelaars zyn op 'toogenblik van een zeldzame voornaamheid, onder den onmiddellyken indruk van dit gedenkwaardige feit, en ze oordeelen nu eens en vooraltyd de lasterlijke bewering de wereld uit, dat een middelsoort Amerikaan alléén op het*verzamelen van dollars uit zou zyn: hy geeft, zooals nu overtuigend gebleken is, zyn dollars wel eens uit voor een niet meer gangbaar muntstuk van geringe nominale waarde. Door den schok by een onweder gedood. Naby Gronoble kreeg een boer, die in de bergen hooi inzamelde, zulk een schok, toen de bliksem naast hem in den grond sloeg, dat hy in een afgrond van 90 voet diepte viel. Hy was onmiddellijk dood. Vuurtorens tot villa's ingericht. Niet minder dan drie afgedankte vuurtorens op de Engelsche kust hebben een nieuwe bostemming gevon den, in handen van menschen,dio veel geld en veeltijd bezitten. Twee van deze vuurtorens staan op Portiand-Hill en de derde op South Foreland, by Dover. De laatste ia reeds kant en klaar als villa ingericht, terwijl de twee andere nog niet geheel en al gereed zyn. Men roemt het heerlijk verblijf in deze villa's en mis schien komt nog de tyd, dat een ondernemend man een geheele rij torens in zee laat bouwen, om die als zee villa's aan zonderlingen te verhuren. (Hbld. v. Antw.) Die willen kiezers worden. Te Dantzig hebben eenigen tyd geleden twee'vrouwen by het gemeentebestuur een bezwaarschrift ingediend tegen de kiezerslijst, omdat daarop haar namen niet voorkwamen. Zy beweerden dat volgens de Pruisische ge meentewet van 1853 „elke zelfstandige Pruis" kiesrecht hoeft, mits voldoende aan bepaalde vereischten, onder welke niet voorkomt dat men tot het mannelijk geslacht moet behooren. De Gemeenteraad wees de damos af en evenzoo dezer dagen do eerste administratieve rechter, en wel omdat noch de wetgever van 1853 noch iemand andors dostyds by het kiesrfcht aan vrouwen gedacht heeft en, had hij dat wol gedaan, dit uitdrukkelijk zou hebben doen blijken. De afgewezen vrouwen zullen nu het oordeel inroepen van het hoogste administratieve rechtscollege.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1907 | | pagina 9