Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
(o)
- mi r m w.i
Zondag 25 Aug. 1907.
51e Jaargang. No. 42»6.
""DERDE BLAJ).
I en nog wat hoorde uitmaken, was 't hem mooi genoeg
Hu maakte een stevig verbaaltje op, dat heer Willem
van 's hoeren Officiers zijde een eisch tot f 10 boete,
subs. 10 dagen hechtenis bezorgde.
Kleine steentjes een liets en politiek.
Laten we thans een kijkje te Enkhuizen nemen. Daar
waren ze den 5den Juli jj. dan ook weer eens tamelijk
flauw bezig. Hendrik Kouwenhoven, een vischhandelaar
te dez6r stede woonachtig, had in de Nieuwstraat het
genoegen een drietal medestedelingen tegen te komen,
waaronder zekere Frederik de Vries, benevens de ijzer
werker Kees Klopper. Hendrik reed fiets en Kees en
zijn twee vrienden liepen op de zoogenaamde kleine
steentjes, die onze Cornelis beschouwde als voor voet
gangers en niet voor fietsers te zijn gelegd.
Dies gaf hij niet veel ruimte toen de fiets passeerde,
maar er was zoowel links als rechts gelegenheid te
over om uit te wijken.
Echter kwam Hendrik's fietspedaal tegen Kees' been
op, tengevolge waarvan de fietser viel. Maar dat hij zich
erg bezeerde, kan Kees niet gelooven. Dit is zijne lezing,
iiir-iit» i)p„ri'n maar anderen beweren, dat hij wel degelijk Kouwen-
hoven van de fiets afduwde, die zich werkelijk ernstig
Eerst oüwergewoonte een kinderwettenzaakie, ditmaal bezeerde.
tegen oen Texelsch meisje van 13 jaar. Gesloten deuren 1
over |de afgevaardigde van Bolivar aan zijn regeering en «en der aanwezigen zei, daf daar eens werk van
dat lange telegram zond mei den slot-uitroep„Stuur da- gemaakt moest worden. Maar de gastheer zei: „Daar
delijk geld!" is voor gezorgd; ik ben er vanmorgen ge-
Het zou mij niets verwonderen, wanneer ook dit w e e s t.' doen vond men dit zeer gelukkig; temeer
kwasi-nieuwtje weer de rondte deed, om het gebrek haar de man équipage hield en zeer rijk was en men
aan wezenlijk nieuws er achter te verbergen. dus 't beste denken mocht. Men zweeg er verder over.
Maar nu is het tegenstrijdige van dit alles Weer, Maar den anderen dag ik liep toch te dwalen liet
dat fcr in werke.liilthp.ul Zóveel nieuwe i« Hot ik mii hel huis van dat arme vrnnwtie wiiwn en
:t tegenstrijdige
uai er in werKelijkheid zóóveel nieuws is, dat een IJj mij nei nuis van dat arme vrouwtje wijzen en
ernstig journalist, die weel dat hij 'n taak van com- gi'ig er bimien. Ik vond haar te bed en die arme,
binatie, scheiding, verklaring, toelichting te vervullen kleine ongewasschen kinden langs den vloer, zon-
heeft, er ook in waarheid geen raad mee weet. Hij her .eenig toezicht of hulp. Ik keek den armen, ver
leest en knipt uit en plakt samen en vergelijkt, en slordigden boel eens aan en vroeg of er niemand was,
moet dan, evenals 'n worstfabrikanl, alles en alles zoo hie feens iets aan dien boel kon doen en di ekinde-
in elkander persen, dat t in zijn blad kan. En deren 'eens wasschen kon. Maar ze had geen mensch
journalist, die dit niet doet, die zijn toevlucht neemt anders den „ouwe Trint en die lag nu zelf met
tot 't verzinnen van zulke verhalen als van dien aap rumatiek.
bijv. of van dat diner in 't Palace-Hotel, die kan 'n Hf meneer die en die er gisteren geweest was?
geestig( verteller wezen, 'n aangenaam causeur, ein vroeg ik.
angenehmer Gesellschafter, maar'n journalist is hij niet. J.a> meneer, daar ligt nog n stuk van 't brood,
Voor „Kikeriki" is hij onbetaalbaar, maar voor 'n hat hi] heeft laten brengen, en ze wees naar 'n kastje
serieus blad het zout in de pap niet waard. waarop 'n half wittebrood lag.
En heeft hij geen hulp gestuurd? vroeg ik aar-
Of er nieuws is? zeiend.
Om te beginnen: Het tramtarief. Altijd maar weer He vrouw begreep me met, keek mij even turend
het Amsterdamsche tramtarief, dat nu 7Vj cent is en aan> €n nam, na zich met moeite eenigszins te heb-
toch op 5 ct. gebracht moet worden. ben opgericht, van de bedsteeplank twee dubbeltjes,
Het geheimzinnige geval van den man uit de Go-hie ze me liet zien, zeggende: En die heeft meneer
vert Flinckstraat die zooveel weken geleden verdron-me gegeven; maar ik kan er niet uit.
ken en begraven is en nu uit Duisburg 'n brief aan Iwee dubbeltjes? vroeg ik verwonderd,
zijn vrouw schreef. Ja meneer; dit zijn ze nog.
De daad van en het vonnis over prins Yi en al Toen vroeg ik botweg: Heeft meneer je dan niet
de gevolgen daarvan; 'n Europeesch-Aziatische kwes- meer gegeven, dan die twee dubbeltjes?
tie. Ja meneer, dat brood ook.
De ontmoetingen tusschen verschillende Europeesche Toen ben ik naar huis gegaan en heb mijn gast-
vorsten. heer zelf gevraagd, of die vrouw waarheid had ge-
Dichter in de buurt: sproken; en ofschoon ik geen beslist antwoord kreeg,
De badplaats-ondernemingen en de teleurstellingen, werd ik „in ge moe de overtuigd," dat dit zoo
die (zij dezen zomer ondervonden. was.
Het Zionisten-congres, het achtste. Toen ben ik misselijk geworden van die weldoenerij.
Het Tooneel in Amsterdam; „Griseldis" in de Konink- Want ik blijf erbij, dat geen een mensch den ander
iijke „Olympische spelen" bij Van Lier, „Spie- kan dwingen wèl te doen; maar om in waarheid zelf
kende bioscoop" in 't Kembrand-theater, enz. enz. 'heLs te doen en dan door praatjes en vertooning an-
Orn dan nog maar niet te spreken van de ontmoeting deren daarvan terug te houden, door ze te doen den-
tusschen Wilhelm en Eugenie die 'n paar weken ge-ken: „daar is voor gezorgd," dat is beneden
leden plaats had, door alle couranten met wel drie Ml® critiek.
pf vier regels is medegedeeld, maar dat in zijn aan- Laten we 'r maar uitscheiden met op die manier
doenlijk verloop wel 'n heele courant had kunnen vul- wel 'e doen en te helpen, want zulk helpen is
len. Om dan nog maar niet te spreken van de tal- geen helpen. Dan zullen er misschien in de naaste
looze verrassingen waaraan 'n groote-stadsmensch el- toekomst wel wat meer drenkelingen worden opgehaald
ken dag en ieder uur is blootgesteld. Om dan nog maar en wat meer stroppen worden afgesneden, maar er zal
te twijgen over de bedelaars, die hier uit den grond tevens 'n einde komen aan 'n vertooning van Chris-
groeien, over die eeuwig opgebroken straten hier, over telijke naastenliefde, die zoomin „naastenliefde" als
liet plotselinge verdwijnen van stads-ambtenaren en „Christelijk" is.
hoofd-ambtenaren en over hun even verrassend weder Heeft Miss Winter, die de Koningin les heeft gege-
te voorschijn treden uit 'n nevel, waar niemand door- ye'i m Engelsche taal en letterkunde, Haar nooit eens
heen kon kijken. Om dan nog maar te zwijgen over de iets verteld van Shakespeare? In welk zijner drama's
giften der Koningin. ik 'tlas, kan ik mij op 'toogenblik niet herinneren,
Oef! maar ik weet bij hem gelezen te hebben:
Daar staat 't. Juffrouw Jansje Drewel te Siddeburen 't Is not enough to help the feeble up,
mag zich gelukkig achten, dat nu de geheele wereld But to support him after."
het goddank weet, dat ze arm is. De Koningin, die E dü hi öebeurd met lansie Drewel In
er dan ten slotte ook van hoorde, of niet van hoorde, au I;; m HrewelIn-
1 was zoo met haar lot begaan, dat Ze 'r niet van slapen ffideJn he. ml „ijl a 8 8
kon. Dat spreekt. Hoe is 'n inensch, die 'n medelijdend u S t'LTT i i m verdwefm
hart heeft, vooral als zoo n arm mensch 'n onderdaan ^d*LZ'J e^8* dubbeltje voor dubbel-
van je is'? En op h nacht, dat Hare Majesteit over dit orfSfKorVSe^tosnSt Tafzfd"-
speciale geval weer eens lag t etobben, rijpte er 'n voeasei is vooi ii ai me naaistersmaag, aan zut-
voortreffelijk plan in Haar vorstelijk hoofd en Zij be- heeft® m met^il' daf gfw'litgèvóffd r En dié
sloot het uit te voeren. Zij besloot aan de armoede c- ""gevoerdEn die
van die Jansje Drewel 'n einde te maken; 'twas toch J^je £fi haar'annof nog'dennaam'Tinverspier
jrö toon Ttod ki"hë™gopd™ w™ „to wel' üat Ie
pen geen kroon, al nad nad zij met at de zwarigheden veel teun verslapt maar in >t geheej geen steun, is
en moeilijkheden te bekampen en te overwinnen, die Z0Q b steun die afle andere welwillên-
hpph nfi m L vT «den de handen in den zak doet houden; vooral als
heeft Die Jansje was toch ook n vrouw, al kende zij t j de krant staat en ieder er dus rekeni mee houdt.
den kommer en de zorgen van het leven met zoo intens, Wje acht zich geroepen hulp te verfeenen, waar
als n Koningin die kent; al had zij geen weet van dg Koningin dit fort? o^n mensch. En evenmin als
slapelooze nachten of van dagen vol beproeving. Zu ke Vrouw M^dde loen gered was door die twee dubbel-
t'rer
t? f-r»S .TtoSaT» to>vn;kldLk&rï1,r""'"'
Zitting van Dinsdag 20 Aug. 1907.
Dierenmishandeling.
De eerste beklaagde,dien we heden kregen te aanschou
wen, was de nog slechts 17-jarige Pieter Heertjes, een
Hoornseh boerenknecht. In den vroegen morgen van
Woensdag 3 Juli j.1. ging deze brave jongen de lande
rijen van zijn. baas een eerzaam Hoornseh burger,
Hildebrand geheeten in, om de koetjes te melken.
Een van die beestjes was wat onwillig, Piet werd een
beetje driftig en dan krijg je, zooals te begrijpen is, al
heel gauw aanraking des vleezes. Voornamelijk toen
't dier met zijn koeienpooten een emmer met melk
omtrapte, was het geduld van den 17-jarige ten einde,
doch hij uitte dien drift op beestachtige wijze, door het
tegen den buik en den uier te schoppen, wat gelukkig
door den politio-agent K. Molenaar werd waargenomen,
die niet naliet van zulk eene lakenswaardige handelwijze
proces verbaal op to maken. Dat viel Pietje niet mee,
en hoewel hij heden, ter zitting verschenen zijnde,
bekende zich door drift te hebben laten meeslepen bij
zijn optreden tegenover de onwillige koe, ontkende hij
toch hardnekkig, dat hij het beost tegen den uier had
geschopt. Molenaar, de agent van politie, persisteerde
echter als verbalisant bij zijn op schrift gesteld relaas
van het geval te onwrikbaar, om Pieter's ontken
nen van eenig nut te doen zijn, 't Was wel, zooals de
Praesus beklaagde onder den neus wreef: Gij hebt uw
bestaan uit het vee, dus 'n betere behandeling korntde
dieren zeker toel
De O. v. J. was zoo vrij om tegen den driftigen
beklaagde 7 gulden boete subsidiair 7 dagen hechtenis
te eischen.
Texelsche vechtersbazen.
Texel was vandaag nogal royaal in 't leveren van
stof voor ons opstel.
En ook aan variatie geen gebrek 1
Was ons eerste zaakje, dat niet openbaar werd behan
deld, contra een 13-jarige van genoemd eiland,de
nu volgende strafzaak leverde ons daar vandaan niet
minder dan drie beklaagden En wat waren het beste
jongens, die Texelaars!
Daar heb je vooreerst den arbeider Adriaan Garritsen,
juist een kwarteeuw oud, vervolgens zijn broer Bien
en eindelijk het derde lid van het
bezeerde.
De vischhandelaar diende dan ook eene aanklacht in.
Kees meende 't beste te doen door te beweren, dat, als
hij schuld had, dat hij die dan eerlijk zou bekennen.
Maar „onschuldig veroordeeld" 't moge een mooie
titel zijn voor 'n roman of een tooneelstuk. Kees
heeft er toch een broertje aan dood.
En dan is hy een man met een huisgezin
Kouwenhoven dacht, dat het geval een diepere oorzaak
had, n.1. de jongste verkiezing, waarbij bü> (Kouwen
hoven) erg heeft geageerd tegen de candidatuur van
Kees' patroon, waarover nu vermoedelijk wraak geno
men werd door Kees, die in zooverre ijverig voor zijn
patroon optrad.
De O. v. J. aan 't woord komende, vond Klopper's
schuld hij moge dan ontkennen zooveel hij wil,
wel degelijk bewezen.
Wegens de gepleegde baldadigheid eischte Z. E. G.
f10 boete subs. 10 dagen.
Van ecu kolossale» slagersknecht.
Nog een Enkhuizer standje, waarbij de kolossale
slagersknecht Cornelis Prins wegens mishandeling op
de bokkebeun moest „zitten". Hij was absent.
Den 9den Juli 's avonds héél laat was hij echter
terdege in actie. Op de kaasmarkt in zijne woonstede
kreeg hy twist met zekeren Harmen de Graaff, een
wisselwachter, wien hij een flink pak slaag toediende.
'tWas al over sluitingstijd en Prins had de herberg
van Scholten waar hy gezellig vertoefde en zich amu
seerde met twistzoeken, moeten verlaten omdat agent
Muusze kwam sluiten. Dat bolde ons baasje zeker en
De Graaf moest het buiten ontgelden, doch maakte er
justitiezaken van.
Muusze beschreef Prins als een twistziek exemplaar.
Dronken was Cornelis dien avond echter niet. De eisch
tegen hem was f 10 boete subs. 10 dagen hecht enis.
\og een kloppnrtjj.
We kregen nog weer even een vervolg en misschien
slot op do zaak, aanhangig tusschen de heeren Jan Smit
en Pieter Groot die elkaar niet best konden zetten en
tusschen wie het den llden Juni j.1. zooals we weten
tot een treffen kwam, toen ze elkaar ontmoetten in de
herberg van J. Vet te Avenhorn. We zullen de bij
zonderheden dezer zaak nu niet opnieuw allemaal uit-
eisch tot flö boete, subs. 10 dagen hechtenis
Een blanwe rok en mantel.
De laatste beklaagde was Jacob Wigman uit Den
Helder, een gepensionneerd werkman der Marinewerf
van 62 jaar, die zich in den nacht van 7 op 8 Juli j.1.
schuldig had gemaakt aan diefstal van een rok en
mantel, beide blauw van kleur, toebehoorende aan
Wijntje Wernecke, thans mevrouw Frankfort.
Te half twee ongeveer werd zij door haar man gewekt,
die in de gaten had, dat er wat gaande was. Wigman
was bezig het bovengenoemde stelletje brutaal-weg van
een op de plaats staande tafel weg te stelen, doch hij
werd daarbij gelukkig duidelijk herkend en zelfs werd
hem dit toegeroepen door de bestolenen.
Op de zitting ontkende hy, dat het diefstal was en
hield met zeldzame hardnekkigheid vol, dat hij het had
gedaan in de „kermislorum", waarin hy verkeerde.
Doch door de getuigenverklaringen wordt dit vol
doende gelogenstraft en blijkt, dat sinjeur volstrekt niet
dronken was by het plegen van het feit. De O. v. J.
acht het bewijs van den diefstal dan ook geleverd en
eischt tegen beklaagde 14 dagen gevangenisstraf.
Over 14 dagen uitspraken.
A.s. week geen zitting.
Cornelis Garritsen, eu oinuoiyiv uou uomo nu ,all
klaverblad, Jan Brouwer, visschervan zijn geloof en één S™11?611» ™aar ons bepalen, tot de'modedeeling dat de
jaar ouder dan Adriaan. i 40-jarige Pieter Groot van Berkhout wegens mishande-
Doze drie jongens hadden in den nacht van 30 Juni op f den Hden Juni op Jan Smit gepleegd, vereerd werd
1 Juli den boel wat opgeschept, ter gelegenheid van del111 fifln fiiseh bot fin hofit« «nho m H o cron Ho/»ViforuQ
kermis, die toen op het eiland werd gevierd.
Met behulp van een vierden snuiter, die de „lijdende
rol had, wisten ze een alleraardigst kermisstandje te
organiseeren.
Dat de hulp van No. 4 zooals te begrijpen is, lang
niet vrijwillig was in dat geval, deed naar het oordeel
van 't drietal niets ter zake.
Hoewel goen bepaalde vechtersbazen in den rechten
zin van 't woord, zochten ze toch in de dorpsherberg al
heel gauw ruzie. Hun eilandgenoot, de arbeider Jan
Boon, moest het dan maar ontgelden. Wel voerden de
heeren aan, dat Boon was begonnen, maar dat
smoesje wilde niemand gelooven?
De diverse* getuigen beweerden dan ook, dat de be
klaagden wel degelijk Boon hebben aangevallen en alle
drie mishandelden ze hem.
De arme stumper kwam er slecht af want hij kreeg
ongenadig sl iag. Niet minder dan zeven bulten kreeg
hy op zu'n goed gemodelleerd bovenstuk. Voorwaar een
fraaie versiering. Maar Boon, die, eenmaal uit de herberg
gedrongen zpnde, nog 't meest rammeling kreeg buiten,
was met al die grapjes heelemaal niet tevreden en liet
or do jonge heidon indraaien. Had hy geen geiyk En
't zal den jongelui waarschy'niyk nog geruimen tyd heugen,
dat zü in dien laatsten Texelschen kermisnacht Boon
zoo geslagen hebben, want hoewel ze zoowat om de
waarheid heendraaiden en van opzetteiyk, gezameniyk
en in vereeniging mishandelen niets wilden weten,
heeft de Officier toch genoeg houvast aan de getuigen
verklaringen, om de veroordeeling der daders te ver
zoeken.
Z.E.G. noemt Brouwer feitelqk den hoofdpersoon en
vindt, dat de heeren zich nu zelf maar eens moeten af
vragen, hoe zü zich dien nacht hebben gedragen.
De eisch luidt tegen elk f8 boete subs. 8 dagen
hechtenis.
Water in de melk.
De volgende beklaagde was absent.
Hy heet Jan Boots en is landbouwer te Hoogwoud.
Hy wordt beschuldigd, aldaar den lOden Juli water door
zu'ne melk, die hy aan de Hoogwouder Zuivelfabriek
„De Hoop" leverde, te hebben gedaan. En hy had
zich by contract met die fabriek verbonden tot het
leveren van goede, onvervalschte melk.
Niet minder dan 2 liter wator had hy or dien dag
door gedaan, wat hü ook erkende, zooals uit zpne op
schrift gestelde verklaringen blrek.
Do directour der fabriek, de heer M. Kuy'pers, trok de
volle waarde der melk in twijfel en zond tengevolge
daarvan, om zich eens behoortyk van de betrouwbaar
heid van zijnen leverancier to vergewissen, een flesoh
met de verdachte melk als proef naar het landbouw
proefstation te Hoorn, waar Dr. Balthazar Rutger de
Bruu'n het monster onderzocht.
En dat liep heel slecht af voor Boots, toen die Dr. de
Bruy'n als bekwaam scheikundige züno bevindingen be
kend maakte aan de heeren rechters.
Wel komt vervalsching van melk gelukkig zeldzaam
voor, maar als 't gebeurt, dient er ook achter gezeten
to worden.
Beklaagde levert nu ook geen melk meer
fabriek
aan die
tui IÜ1V.
Door de politie zyn op den bewusten Julidag een paar
flesschen vol van de verdachte melk van Boots mede
genomen. Toen door den heer Kuypers de zaak een
maal in handen der justitie was gesteld, begon het er
voor Boots duister uit te zien. Hy bekende vroeger
trouwens al volledig. Ontrooming der melk had overi
gens niot plaats gehad, zooals uit de bevirding van den
Hoornsohen scheikundige bleek, die van een en ander
een volledig rapport had opgemaakt.
Daaruit ontleonen we verder nog, dat by beklaagde's
melk het percentage droge stof, alsook het vetgehalte,
aanzieniyk lager is dan bu' de melk van anderen.
De 0. v. J. achtte beklaagdes schuld ontegenzeggeiyk
hewezen en eischte tegen hem 6 dagen gevangenisstraf
Mispunt en nog wat.
Willem Rys van Uitgeest was als beklaagde wel ver-
j.-.„arirman, die overigens een
den 7den Juli j
schenen. Deze nog jeugdige merkman, dft) overigens een
nmir.g om,
hen dapper
t gunstige reputatie geniet, was
ninatig dronken en juist in de stemming om, als hy
8 g'^deknoopen-manrien tegenkwam, hen dapper
te schelden. Want de ambtenaren, belast met hand-
van ru8t en orde, hebben het doorgaans gevre
ten bu zulke kereltjes.
Was al bii elven en het toeval voerde hem den
cm.
t Is vreemd, zooveel tegenstrijdigheden er in de we
reld zijn. Hoe duurder 't bier wordt, hoe voller de
kroegen zitten. Hoe meer goud er gegraven wordt, hoe
meer bedelaars er komen. Naarmate de menschen armer
worden, worden ze ook royaler. Hoe grooter stomme
ling, hoe meer betweterij. Hoe minder 'n mensch te
doen heeft, des te minder heeft hij gelegenheid zelfs
het allernoodigste te doen. De Duitschers zeggenDie
grössten Gauner machen den besten Eindruck, wat in
't Hollandsch wel zal heeten: Hoe mooier uithangbord,
hoe slechter waar.
En ofschoon 't 'n publiek geheim is, 'n publiek bedrog,
'n publieke nrekaar-voor-den-gek-houderij, dragen we
't als de meest gewone zaak van de wereld; zouden we
gek opkijken als er 'n mensch zich tegen ging verzetten,
doen dit ook, als 't eens 'n enkelen keer gebeurt;
want heel dikwijls gebeuren doet 't niet, waarschijn
lijk omdat we daar niet tegen zouden kunnen.
En |dh schijnt altijd zoo geweest te zijn, ook ,in
zake van vroomheid. In de middeleeuwen kende ieder
het spreekwoord„H oe naerder den Paus, hoe
kwaeder Kersten," en ik zal maar niet zeggen
welke menschen de publieke opinie van heden fiet
dichtst onder den preekstoel zoekt, vooral wanneer ze
oud geworden zijn. Dat hier veel laster bij is, spreekt
van zelf, maar dit zal niet ophouden, zoolang de men
schen praten kunnen, want ofschoon men eigenlijk zijn
tong nooit anders moest gebruiken, dan om te zingen
en zegen uit te spreken, blijft het waarheid, dat, waar
veel 'gepraat, ook veel gelasterd wordt.
Evenwelde contradictiede tegenstrijdigheid van schijn
en wezen, van woord en bedoeling, van vlag en lading
•is ,er. En als 't zoo erg loopt, dat we ons met geen
woorden of praatjes meer redden kunnen, dan kij
ken we elkaar maar eens aan en zeggen glimlachend,
dat tie wereld bedrogen w 11 worden. Dit is 'n ex
cuus voor beide partijen: voor den een, die den ander
wat wijs maakt; voor den ander, die zich wat wijs laat
maken,
Er is veel bij dit alles, dat afhankelijk is van men-
schelijke willekeur, menschelijk opzet en menschelijke
boosheid, mam- 't is eigenaardig hoe de omstandig
heden en somwijlen zelfs de natuur mede speelt in dit
onverklaarbaar raadselspel van tegenstrijdigheden. Als
het volle zomer is, gebeurt er te weinig om eiken
dag maar weer de couranten te vullen met actueel
nieuws; dan neemt men zijn toevlucht tot „zeeslangen",
„varkens," „eenden," „komkommers" en tot allerlei soort
van dingen, die voor zoogenaamde aardige nieuwtjes
in ide termen vallen. Die aap in het Dordtsche mu
seum 'n paar weken geleden, was b.v. n nieuwtje
van die kracht; en '1 moet wel 'n geestig verzinsel
geweest zijn, want alle redacties hebben het overgeno
men alsof er geen enkel nadenkend hoofd meer op
eenig bureau te vinden was; want de lafferij lag er
voet dik boven op. „De Telegraaf", die nooit serieus
-- toch reeds bij elk artikel doet vragen: „ra-ra,
slaat het record in die soort van dingen;
ik mij-
6vi„tooj..ow raii Heeft Dominéé Van der Flier of een andere jhof-
maaltijden en feestvieren, omdat ze geen gasten krij- prcd;ker_ dje de Koningin catechetisch onderwijs gaf,
gen. Ze kennen den ernst van den arbeid met, omdat llood een Mattheus VI met Haar behandeld? Nu, dan
ze gewoonlijk geen werk hebben, zelfs niet in eigen huis, wordt >t [100g tijd, dat de dominee, als 't Hof weer
omdat er niets is, dat schoon gemaakt of onderhouden ;jens naar de kerk gaak daar dan eens over preekt.
rnnPI WnivlAtl Vnnr r \rorlAAn m r\n Ir/snlrzi.n r,A j-
i'n
is,
n c*o al by elven en VW
jorschen brigadier-titulair Jan Rap op zunen levensweg wat js dat?"
tegemoet. Onmiddeliyk begon Rus nu zün wisheid te en- terwjji ik dezen brief zit te schrijven, vraag
'uchtenRap was dit en Rap was dat en toen de amb- zeiven, hoe de pers nu toch haar vertelling zal ont-
tenaar zich vry duideiyk en onomwonden voor mispunt vangen over het vredes-diner in Palace-Hótel, waar-
ij.uu.1 \x\j rvv/A IV. tjtcicl l, Uddl U.CU1 CC-1175 U VCl' UTCCKl.
moei woraen. v oor t verloop in de keuken staan ze geen En ^an zie ik de ^0Iiingin voor verstandig genoeg
angsten uit want al is er n keuken, er is toch mets aan te doen als Lodevv|k XIV, toen Jacques Saurin
te koken. Zoon mensch leeft n leven van zoigeloos-VQor Eem gepreekt had uit Handelingen VlII27—40.
heid eiken dag en haalt de schouders op, als jd.i den ])aar vindt ge 't verhaal van dien hoveling van Can-
een of anderen mallen brasem hoort zeggen, dat de dacé de Koningin der Mooren. Saurin vertelde toen
Komnmn t zoo druk heeft en zoo n zorgvol leven aan '^en Koni„g en zijn Hof:
leidt, pan denkt ze in haar onontwikkeldheid aan haar je q js zeldzaam, dat 'n hoveling leest.
bord, haar schamele plunje, haai aiine bed en 2e. 't Is nog zeldzamer, dat 'n hoveling in den Bijbel
slikt den traan weg, die in haar keel naar boven kwam jeest J
en uiting wilde geven aan haar groote gevoel van ge >t js auerze]dzaamsk da( 'n hoveling eenvou-
droefenis en bewustheid van door lot en menschen dj„ genocg js om inlichtingen te vragen van 't geen
over t hoofd te worden gezien. Zoo n inensch be- J^est B e e o
oordeelt Mies verkeerd, omdatMaar 't kan als 'n wonder beschouwd worden, wan-
M.aar n ,KüIlu:gnl ^ent haar dit alles niet aan; neer ?n hoveling zich bekeert,
is Koninklijk, ook in hare consideraties; staat op van
haar legerstede, die misschien wel „Bekommering" e behoeven niet woordelijk die preek te herhalen;
heet, en geeft last, dat aan Jansje Drewel van Sidde- ieder ka? wfl begapen, dat zij woorden bevatte van
buren f2o.- (zegge: vijl en twintig gulden) zullen ge-ernst en beschouwing. De Koning had goed geluisterd en
zonden worden, 0111 zich voor die som aan te schaf- enst ten einde was, liet hij den prediker
fen: '11 naaimachine, opdat zij daarmede verdieneha- Fj'J ,Z1<™ kon^en en zei tot hem: „Zie eens, mijnheer,
ren kost en voorzie in haar onderhoud. En als dit 'ie^ in deze kapel vele predikers gehoord, over
alles dan geschied is, dan gaat de Koningin opnieuw wier toespraak ik zeer tevreden was; maar uwe rede
zitten peinzen, hoe ze haar onderdanen gelukkig kan heeft mij zeer ontevreden gemaakt over mijzel-
maken en levensbezwaren hun uit den weg kan rui- ve5;
men. En terwijl schoolt het Hof samen, om het hoofd Dat woold ls kroon voor Saurin, maar voor den
te schudden en die handen in elkaar te slaan over Koning met minder. En zouden wij iets minder ver-
zooveel goedgeefschheid, over zooveel royaliteit en zelf- ja .van. Koningin ilhelmina of van eenige an-
vergeten; en er wordt een van de meewarige-verdien- Majesteit, die met rede en gezond verstand be-
stelijke troep gezonden naar 'n krant, om dit feit der 8aa'(' ls - 's 1 200 moeilijk, om tegen zulke menschen
feiten, waaraan zich tijdgenoot en nakomeling spiege- eerh.|k en oprecht te zijn Is er in heel de omgeving
len kan, aan de vergetelheid te ontrukken en het te v_an de Koningin niet een, die Haar zoo'n krantbe-
doen vereeuwigen in 'n krant; weliswaar in weinig rmb'ie onder de oogen kan brengen, en Haar dan kan
woorden, maar geweldig in hun soberheid. En binnen vvlJzen op het onwaardige daarvan? Nu, dat is al heel
tweemaal 24 uren weet men van Dollar tot Schel- ongelukkig.
de, dat Jansje Drewels leven gered is, dat de dagen Pan z,ou.lk er bijna toe besluiten kunnen, eens 'n
van haar lijden zijn uitgewischt door vorstelijke tus- ra velletje papier te koopen, en zelf Haar 'n brief
sehenkomst, dat haar toekomst is verzekerd, en het e i8aan schrijven, en Haar trachten té bewegen 'n
nu aan haarzelf staat of zij voortaan gelukkig zal we-wet te doen uitvaardigen: „Met tuchthuisstraf zal ge-
zen of niet. straft worden, ieder die iets aangaande de particuliere
Dan slaan dichters aan 't dichten, en prozateurs ^ddadigheid ,der Koningin ruchtbaar maakt of in de
bouwen, naar de les van Van Deijssel, fiere kolommen,
die daar staan ais steden van prachtig marmerzoo- Maar wacht eens. Daar schiet mij te binnen, dat de
als ik wel wenschte, dat dit e reen wezen kon; dan f'.7ns' Aa t geval met de „B er li n'', op zoo manne-
hooren de kinderen op de school het zich breed ver- an waardige wijze de overdadige hulde en laffe
tellen, en de Bocht komt bijeen, om ter gclegencrtijd vleienj van de hand heeft gewezen, die men hem bren
lof en prijs en aanbidding,neen, aanbidding niet. §eïl wilde voor zijn optreden bii de ramn
icucii, vu uc iiutiH Koiiu oijeen, om ter getegenertijd "uhij '«u uc uanu neen gewezen, die men
lof en prijs en aanbidding,neen, aanbidding niet, 8CI? wilde voor zijn optreden bij de ramp.
maar toch prijs en eere te brengen aan Neerlands e sarmed voor zijn Vrouw zal wel niet minder
Koningin. wezen dan zijn
ook dat vieze 1
En intusschen weet Jansje Drewel niet, wat ze met van 'verwachten
die f 25.— uit moet voeren. Want ofschoon 't 'n aar-
dig duitje is voor 'n mensch, die van de hand in m
den tand leeft, zoo is 't toch onvoldoende, om er 'n JLr
T\~
i«wu»t z,at «ei mei minaer
wezen dan zijn zelfrespect. Laat ons hopen, dal hij
ook dat vieze berichtje gelezen heeft, en er het beste
van fvorwonV»l/v«
H. d. H.
uv/v/ w v V/IIT W1UUVHUC-, vy 111 tl 11
deugdelijke naaimachine voor te koopen. Misschien 'n
tweede-, of derde- of vierde-handsche, waar toch geen
enkele naaister iets aan heeft, maar 'n nieuwe niet en
Doob
W. GRAADT VAN ROGGEN.
11. vrxvti.tt.iJi vAIS ttUUUJUJN.
'n goeie nog minder. Als de Koningin n even verstan- {jij had haar gevraagd of zij z'n vrouwtje wilde wor-
dige huishoudster was, als ze nu n Koningin is, dan den
-rrvii -zo /!<-»♦ vt»zv4/v»-» Jn
w.v x— ~m :*TT* Koring gevoeld, had de oogen gesloten, zalig onder-
Ik heb wel eens hooren zeggen, dat rijkelui s ziekte gaand de eerste emotie, die ze indronk door de half-
en 'arme-lui's pannekoeken ver te ruiken zijn, maar geopende lippen; emotie, enerveerend als blocm-geur-
't schijnt dan nu wel te beginnen bij de Koningin ZWare pvond-lucht maar opééns was de bekoring
dat irijke-lui's weldadigheid ook die eigenschap bezit, gebroken, neer-geknakt toen zij heftig om haar middel
En als dit dan zoo is, dan zal die weldadigheid wel voejde den plotselingen greep van zijn arm, waarin
evenzeer in verdenking komen als die ziekte. hij haar vangen wilde, toen zij, in een bleeke verschrik-
Ik was eens in Zuid-Holland gelogeerd op n dorp kjng_ voor haar plots wijd-gesperde oogen, zijn gezicht
bij 'n zeer rijke familie, en op n avond werd er zag me( de groote, verlangende oogen, die schroeiden
gesproken over 'n arme weduwe, die ziek was en met in de kare gn jn angst, in een benauwing alsof hij
drie jileine kinderen zat. 't Scheen nog al erg te zijn kaar bad willen vermoorden, had zij zich losgerukt