YËIISLAG
Landbouwproefvelden
Zondag 3 Nov. 1907.
51e Jaargang. No. 4305.
DEK DE BLAD.
gedurende 1906.
55. J b. de Leeu w, Opperdoes.
over (le vanwege het Rijk gesubsidieerde
in leord-HoEiatid,
Proefvelden aangelegd met het doel te on
derzoeken of door het in den herfst of in den
winter overbrengen van de ier, hare werking
niet vermindert.
Ven deze rubriek bestonden in 1906 twee proefvelden, een op bouwland
bij der. heer Jb. de Leeuw te Opperdoes en een op hooiland bij den
heer K. van der Sluijs te Ilpendam.
Lichte zavelgrond. Blauwe aardappelen. Vorig jaar vroege
aardappelen.
Dit proefveld Werd in 1906 nieuw aangelegd. Het bestond uit een
dubbel stel van 4 perceelen elk groot 1 Are.
Perceel la en lb werden per H.A. bemest met 600 K.G. super en
21200 Liter ier met een gehalte van 0.424 pCt. stikstof, waarvan 0.399
pC.t. in den vorm van ammoniak. Deze ier werd uitgesproeid op 9 De
cember 1905 op zeer natten grond, waarop echter gedurende eenigen
lijd geen regen meer viel.
Perceel 2a en 2b werden per H.A. bemest met 600 K.G. super en
19-180 Liter ier met een gehalte van 0.462 pCt stikstof, waarvan 0,434
pCt. in den vorm van ammoniak. Deze ier werd uitgesproeid op 20 Jan.
1906 op zeer nat land, waar bovendien den volgenden nacht nog veel
regen op is gevallen.
Perceel 2a en 3b werden per H.A. bemest met 600 K.G. super en
23077 'Liter ier met een gehalte van 0.390 pCt. stikstof, waarvan 0.370 pCt. in
den vorm van ammoniak. Deze ier werd uitgesproeid op 5 Maart 1906
op droog land.
Perceel 4a en 4b werden per H.A. bemest niet alleen 600 K.G. super.
Alle super is gestrooid op 10 November 1905.
De stikstofbemesting was op 1, 2 en 3 overal 90 K.G. per H.A.
Het proefveld werd op 4 en 5 Maart 1906 gespit en op 28 en 29
Maart bepoot met blauwe aardappelen.
Toen de aardappelen .omstreeks 1 Juni goed aan den groei waren,
stenden 3a en 3b het best, 2a en 2b iets minder en la en lb weer
wat minder, terwijl 4a en 4b bij alle overige duidelijk achter bleven.
Later werden de verschillen tusschen do met ier bemeste perceelen
geringer, terwijl het alleen met super bemeste steeds achter bleef.
Op 9 Juli en 30 Juli Werden de aardappelen besproeid met Bor-
deauxsche pa.p met een gehalte van 2i/i pCt. kopervitriool en 11/2 pCt. kalk
en wel telkens met 1500 Liter per H.A.
Tengevolge der goedgeslaagde besproeiingen bleven de aardappelen wel
drie weken langer groen dan de rest van het land, waarop de aard
appelen niet besproeid waren.
De aardappelen werden 36 September gerooid. Zij waren mooi van
vorm en uitstekend van kwaliteit. De grooten zijn verkocht Si f2.50 per
70 K.G. 1 H.L.), de poters St f 1.10 per H.L. en het kriel f 0.50
per H.L.
Dc opbrengsten waren berekend per H.A. als volgt:
Perceel 1 en 2 zijn pp 22 November 1905 bemest per H.A. met
476 K.G. super met 13,3 pCt. phosphorzuur en 3 en 4 terzelfder lijd
met 600 K.G. thomas bevattende 15,3 pCt. phosphorzuur en eene fijn
heid van 81,8 pCt.
Perceel 2 en 4 werden in December 1905 ieder bemest per H.A.
met 10.000 Liter ier, waarvan het stikstofgehalte was 0.650 pCt., waar
van 0.582 pCt. in den vorm van ammoniak.
Perceel 1 en 3 werden in Maart en April 1906 ieder bemest per
H.A. met 11300 Liters ier, waarvan liet stikstofgehalte was 0.575 pCt.,
waarvan 0.520 pCt. in den vorm van ammoniak. De ierbemesting is
dus genomen zóó, dat er 65 K.G. stikstof per H.A. werd gegeven.
Naast het proefveld lag een strook van 6 Are, die onbemest is ge
bleven, welke als perceel 5 kan worden aangemerkt.
Hel proefveld werd in den loop van den zomer tweemaal gemaaid,
op 5 en 6 Juni en o-p 7 en 8 Augustus.
Het hooi werd gewogen respectievelijk op 16 Juni en 22 Augustus.
De opbrengsten waren per H.A. berekend, als volgt:
De uitkomsten waren per H.A. berekend als volgt:
B
e m e s 11 n g
Super en ier in Maart en April
Super en ier in December
Thomas en ier in Maart en April
Thomas en ier in December
Onbemest
Hooi
le
snede
K.G.
Hooi
.2e
snede
K.G.
Te
zamen
K.G.
Door
ieren in
den
herfst
meer
K.G.
6538
4728
11266
6966
5281
12247
981
8386
5348
13734
8657
5567
14224
490
3700
1833
5533
Op beide helften van het proefveld gaf de voorjaarsbemesting met
ier iels minder oogst dan de herfstbemesting, zoodat uit deze uitkomst
schijnt te moeten worden afgeleid, dat de bij velen bestaande meening,
dat ieren in den herfst minder uitwerking heeft, ongegrond is. De grond
ligt zeer laag en is zeer doorlatend.
Daar de gemiddelde opbrengst van super 11756 K.G. per H.A. bedroeg
en die van thomas 13979, heeft het thomasphosphaat het dit jaar glans
rijk van het superphosphaat gewonnen, het verschil bedroeg immers
2223 K.G. por H.A. Blijkens het verslag over het jaar 1905 bladz.
48, was ook in de drie voorgjaande jaren do uitslag zeer in het voor
deel van het thomasphosphaat.
Het proefveld stond onder toezicht van den heer P. Blokker Tz., hoofd
van den 'landbouwwintercursus te Edam.
0 -1 -g <1 - J -3 -j a c> ®csro®a>o:g?jg
-J O) Cl X E"-- O O i/. *d 05
Nummer
IJpolder
N. van Lieshout
J. H. Cornelissen
M. Schaap
P. Barendregt
G. Gravenmaker
M. Barendregt;
K. Prins
J. C. Dykson
St. Pancras
P. Mooij
W. Keizer
Jn. Kloostorboer
D. Kloosterboer
Jn. Koster
II. Groen
i C. Wielings
M. Duif
j Jn. Gootjes
P. Gootjes
Oosterleek
J. Steen
3 2
I g 5"
I s
3
<-t t?
St 2
O*
O
3
O CL S-
DO 01
tZ 6-1
fcj 1—4
p: 1
D'
K
P
B
90
co
cc
33333X333 —1 <r
3333333 -4
-1 O
CD CC
O
ST2
7
Bosproeid
ts3 to m N) k. H* >-■ tO CC m CO tO CO H* J— CO
.f. rO ©O CD CO DO 07 05 CH CO 05 r—* DO t-* O CO-"CO
O §§00005^00*05 05 WOOOOOODCOOQ
groote;
H.L. j
tf- CF cr -4 4»- C <1 G5 C0 CO 00 tf- O GO 05 05 co "*-0^
lO CO CfJ CF 0.N CO DO LO O tv 05 O O 05 L\J O
te
PP"
O
co -ït
33333333322
3333333 >~i
ET
CO
Opper
vlakte
Onbosproeid
to t3 H - W H - to 4 DO r—4 DO CO t-4 CO
1—4 05 CO 05 DO C DO 00 "-C tO 00 O CO 0 co 9'
C0 CO GO 05 CC CO HJ 05 O O' CO O O CO 07 f»
te 1
te 0
pa
Ko
PS'
O
ff*. CR O GO CO W *3 ^SHOJQ^OQ
05 CÖ-ODOtf^CCCOCii--'COrf*- -d«JCi2<lvLbJvlO
DO Wöiif"4 W»- tf»- GO -O CO -71 CC CO CU 4
CO O CC' GO —J CC. CO O' OO O C5 GO Ch O O O
3=5
«3
O
Cd
3,3
1 1 00 05 1 05 1 1 t—4 CO 05 OJ 1 1 CO 1 tf- 1 O
kleine
H.L.
P.
Proefvelden aangelegd met het doel de uit
werking te laten zien van diepe bewerking
van den grond met den onder gr ondsploeg.
In den herfst van
grondsploeg bewerk
verslag over 1903,
blz. 51.
Twee. proefvelden
ten, of de invloed
Te Wognum, bij
54 van idit verslag.
Te Oos'terleek bij
werking gering. Zie
1902 zijn verschillende stukken land met den onder-
t. De uitkomsten daarvan zijn meegedeeld in het
blz. 43—49, over 1904, blz. 43 en 44, ion 1905,
zijn in 1906 nogmaals nagegaan, teneinde te we
der diepe grondbewerking nog voortduurde.
Jb. de Hart, is geen resultaat verkregen. Zie No.
,G. Roos was het voordeel der diepere grondbe-
No. 9 van dit verslag.
Proefvelden aangelegd met het doel het nut
aan te toonen van het kiezen van poters van
vruchtbare planten.
57. A. B e e m s t e r b o e r, Oosterleek.
Zavelgrond. Vroege aardappelen (Duitsche muizen.)
0
ai
Aardappelen
Geld-
0
B e m e
31 i n g
H.L.
H.L.
H.L.
op-
PM
groote
poters
kriel
br engst
la
Super
en ier
op
9 December
294
45
35
f803
1 b
n
r>
y)
9
226
35
31
-618
2a
n
V
20 Januari
320
40
35
-862
2b
20
276
36
33
-747
3 a
•n
V
5 Maart
336
43
39
-906
Sb
n
5
291
43
37
-792
4a
221
40
30
-611
4b
n
193
31
29
-530
Bij deze proef zijn de poters, welke in 1904 van vruchtbare planten
werden gehouden Ln 1905 op één bed uitgepoot en daaruit zijn voor
1906 800 poters van d© beste planten uitgezocht.
Tevens zijn 800 poters van dezelfde grootte voor de hand weg op-
i genomen van een ander nabij gelegen veld. Zij werden telkens om
j de 4 regels dwars over het land uitgepoot.
De opbrengsten waren per H.A. berekend als volgt:
Uitgezochte poters
j Gewone poters
H.L. grooto
230
220
H.L. poters
25
24
H.L. kriel
15
16
Uit bovenstaande cijfers blijkt, dat de akker, waarop de perceelen
la—la gelegen waren, vruchtbaarder was, dan de akker, waarop dc
perceelen lb—4b gelegen waren. Dit was ook tijdens den groei reeds
op te merken.
De uitwerking der ierbemesting is zeer gunstig geweest, wijl er per
H.A. f 192 tot f 295 meer door verkregen werd.
Het laat uiisproeien gaf hier de grootste uitwerking, zoodat liet op
dezen grond, (hoogen, lichten zandgrond) aanbeveling schijnt te ver
dienen. de ier gedurende den winter te bewaren en eerst eeni
gen tijd voor het poten der aardappelen uit te sproeien. Eerst 11a her-
holing der proef zal hieromtrent een meer besliste conclusie getrokken
kunnen worden.
Dit proefveld stond evenals No. 53 geheel onder leiding van den
heer D. Koolhaas te Twisk.
Do uitgezochte poters hebben 10 H.L. groote per H.A. meer gegeven.
58. P. Roos, Oosterleek.
Zavelgrond. Vroege aardappelen (Duitsche muizen.)
Deze proef was geheel gelijk aan de vorige; alleen had de heer Roos,
elke parlij op een afzonderlijk veldje uitgepoot.
De opbrengsten waren per H.A. berekend als volgt:
Bij N. van Lieshout, Houtrakpolder, was de kwaliteit der besproeide
aardappelen best en, de waarde per H.L, .groot© f2.50; de kwaliteit' der
onbesproeide was goed en de waarde f2.25 per H.L. De variëteit was
Zeexiwsche bonten.
Bij J. H. Cornelissen Groote IJpolder was de kwaliteit der besproeide
aardappelen goed met veel „bloem" en de waarde per H.L. groote f2;
de kwaliteit der onbesproeide was stijf, geheel zonder „bloem" en de
waarde f 1.80 per H.L.
De variëteit was Zeeuwsche blauwen.
Bij M. Schaap (Wijkermeerpolder) was de kwaliteit der besproeide
aardappelen best en die der .onbesproeide goed. Voor beide werd f 1.50
per H.L. ontvangen. De variëteit was: Eigenheimers.
Bij P. Barendregt, Wijkermeerpolder, was de kwaliteit der besproeide
aardappelen „voldoende" en de waarde per H.L. f2,57, de onbesproeide
waren te vast en d© waarde per H.L. slechts f 1.28.
De variëteit was Zeeuwsche blauwen.
Bij G. Gravenmaker, Houtrakpolder, was de kwaliteit van besproeide
en onbesproeide aardappelen beide goed en de prijs per H.L. f 1.50.
>De variëteit was Borgers.
I Bij M. Barendregt, Houtrakpolder, was de kwaliteit van besproeide
.en onbesproeide aardappelen beide goed; de prijs bedroeg f2.20 per H.L.
De variëteit was. Zeeuwsche bonten.
Bij K. Prins, Houtrakpolder, waren kwaliteit en prijs van d© aard
appelen op beide perceelen gelijk en bedroeg de laatste f 1.50 per H.L.
De variëteit was Borgers.
Bij J. C. Dijksen, Houtrakpolder, was ide kwaliteit der besproeide aard
appelen zeer goed en de prijs per H.L. bedroeg f2.50; de kwaliteit
der onbesproeide was goed en do waard© per H.L. f2.25.
De besproeiingen te Sint Pancras hadden plaats bij de volgende va
riëteiten: P. Mooij, graafjes, W, Keizer Juliamuizen, Jn. Kloos
terboer Zeeuwsche blauwen, D. Kloosterboer graafjes, Jn. Koster
roodbonten, H. Groen Zeeuwsche blauwen, C. Wielings graafjes,
M. Duif graafjes, Jn. Gootjes graafjes, P. Gootjes Julia-muizen.
Omtrent kwaliteils- en prijsverschillen tusschen besproeide en onbe
sproeide aardappelen te Sint Pancras en Oosterleek zijn geen bijzonder
heden vermeld.
Van 22 besproeiïngsproeven in de Haarlemmermeer nabij Halfweg,
op perceelen van 21/2 tot 5 Are groot, kwamen zeer onvolledige cijfers
in, zoodat hot beter is hiervan geen gebruik te maken. Toch mag hier
wel gezegd worden, dat de besproeiing ook daar op verschillende vel
den goede resultaten heeft opgeleverd. Waarschijnlijk heeft het
sterk voorkomen van de zoogenaamde „krulziekte" de aardappelen op
verschillende perceelen ontijdig doen sterven en heeft dit ten gevolge
gehad, dat daar van de besproeiing weinig of geen uitwerking viel waar
te nemen, terwijl ook op verschillende perceelen de besproeiing
iels te laat geschiedde.
Evenals in vorige jaren bleek ook dit jaar, dat het besproeien van
aardappelen met Bordeauxsehe pap een flinke winst geeft, als de pap
goed bereid is, in voldoende hoeveelheid wordt gebruikt, de besproeiing
niet te laat wordt uitgevoerd en de aardappelen niet sterk lijden aan
„krulziekte".
Te Andijk, waar het besproeien zoowel van matig vroege als van
late aardappelen veelvuldig wordt toegepast en het aanmoedigen daar
van overbodig geacht kan worden, werd evenals in 1905 weer bij 2
personen een proef genomen met „poeder voor Bordeauxsehe pap"
tegenovei pap bereid door bij eene oplossing van kopervitriool kalkmelk
te voegen. Van de aldus bereide pap werd op het eene perceel even
veel en van gelijke sterkte uitgesproeid als van dio pap uit poeder bereid
n:L 450 Liter per H.A. met 2,4 pCL kopervitriool en op het andere
de dubbele hoeveelheid, doch van halve Sterkte.
De uitkomsten zijn per H.A. berekend als volgt:
Uitgezochte poters
Gewone poters
H.L. grooto
314
302
H.L. poters
75
57
Proefnemers
Pap van poeder
450 L. per H.A.
2.4
Pap uit koper
vitriool en kalk
450 L, per H.A.
2.4
Pap uit koper
vitriool on kalk
900 L. per H.A.
1.2
Onbosproeid
Groote
H.L.
Kleine
H.L.
Groote
H.L.
Kleine
H.L.
Groote
H.L.
Kleine
H.L.
Groote
H.L.
Kleine
H.L.
78. P. Droog
304
53
321
50
326
46
253
43
79. P. Rol
326
51
360
77
347
74
308
57
56. K. van der S 1, u ij s, Ilpendam.
Veengrond. Hooiland.
Bij deze proef werden van de uitgezochte poters 12 H.L. groote en
18 H.L. poters meer gerooid.
Hel groote nut van het uitkiezen van poters van veelgevende stoe
len is door vroegere proeven overtuigend bewezen. (Zie verslag 19®4 bladz.
44-47)
Het schijnt, dat na de in den herfst van 1906 uitgevoerde sor- 1
teering van de beste planten eon herhaalde sorteering van de af
stammelingen dezer beste planten geen belangrijk voordeel heeft
opgeleverd, want bij beide proeven was liet verschil in opbrengst niet i
groot.
Deze beide proefvelden stonden onder toezicht van den lieer J. H.
S legger da, hoofd der landbouwwintcrcursussen te Wijdenes en te Ven
huizen.
Proefvelden aangelegd met liet doel de uit
werking te laten zien van besproeiing met
pap.
Dit proefveld bevond zich op dezelfde plaats, waar in vorige jaren
oen vergelijkende proef werd genomen met gelijke geldswaarden super
en thomas (zie verslag 1905 bladz. 64). Van dc 6 naast elkander liggende
akkers werd ook thans weer de halve lengte niet super en de halve jBordeauxsche
lengte niet thomas bemest. Van ie de ren halven akker werd de helft bovendien
bemest niet ier in December en de andere helft met ier in Maart,
op zoodanige wijze evenwel, dat de gelijk bemeste helften niet naast besproeiing te vinden
elkander lagen, doch telkens naast een, waarop de ier op hei andere personen, die zich daartoe aanmeldden^ in
tijdstip was gesproeid. De oogst van de gelijk bemest© perceelen Is i proef te nemen,
evenwel telkens bij elkander gevoegd, zoodat het kan worden voorgesfeld, J Uit ondersiaande blijkt, dal
het proefveld, bestond (til 1 perceelen elk pvol 21 Are. gemaakt is.
Evenais in 1906 is
in streken, waar een geschikt persoon voor de
was, een sproeitoestel gestationneerd en werden
gelegenheid gesteld een
pp een viertal plaatsen hiervan gebruik
Elk perceel had een© oppervlakte van 5 Are, zoodat de grootle van
eik proefveld 20 Are bedroeg.
I11 beide gevallen gaf de pap uit kopervitriool en kalkmelk bereid
fcefere uitkomsten don de pap uit poeder bereid.
Ook in 1905 was dit het geval. (Zie verslag 1905, blz. 54.)
Bij P. Droog gaf de pap van halve sterkte dit jaar een weinig beter
resultaat dan de pap van voile sterkte, doch bij P. Rol was de uit
komst omgekeerd. In 1905 viel de proef op beide perceelen ten voor-
dcele van de sterkere pap uit.
Daar het uiisproeien der ihalve hoeveelheid pap beduidend minder
arbeid vordert en het resultaat toch minstens evengoed is, verdient liet
op grond van deze proeven aanbeveling een sterkere pap bij de besproeiing
aan te wenden.
Ten einde mei nog meer zekerheid te kunnen vaststellen welke han
delwijze dc voorkeur verdient, zal de proef in 1907 worden herhaald.
Daar het pappócder uit den handel dikwijls uit te grove bcstanddeelen
beslaat, waardoor het moeilijk in het water verdeeld raakt, en de uit
werking ervan steeds beneden dio der feelf bereide pap bleef, blijven
wij aan de laatste de voorkeur geven.
Zooais uil bovenstaand overzicht gemakkelijk is af te leiden, was de
opbrengst aan groote aardappelen op de besproeide perceelen 'heel wat
hooger dan op de niet besproeide en was dus ook hier het voordeel der
besproeiing vrij groot. Bij P. Droog werd gemiddeld 64 H.L. per H.A.
en bij P. Rol gemiddeld 36 H.L. per H.A. meer geoogst.
De Rij kslandbou wieeraar voor Noord-Holland,
(Wurdt V. HG BUL.