Gemengd Nieuws.
Plaatselijk Nieuws.
Geen dames op heerenfietsen.
Door het gemeentebestuur van Staphort is eene ver
ordening in het leven geroepen, waarbij aan vrouwelijke
ingezetenen verboden is op een heerenfiets te
rijden.
Gevallen.
Donderdagmiddag vielen van een twintig meter hoo-
gen steiger van een in aanbouw zijnd gedeelte der meel
fabriek van den heer De Koster aan den Zylsingel te
Leiden twee timmerlieden, de 17-jarige J. Arteveld en
de 35-jarige F. van Eek. Zij kwamen terecht in een
silo-vloer, waaruit ze met moeite werden opgehaald. Uit
het geneeskundig onderzoek bleek dat beiden ernstig
waren gekwetst, de eerste wellicht doodelyk. Deze werd
per brancard naar het ziekenhuis vervoerd, de andere
naar zijne woning.
Oiidknrspel.
Aan den heer P. Nap is de levering opgedragen van
de acetyleen-gasfabriek met leiding enz. te Burgerbrug
Men hoopt reeds dezen winter het gas te kunnen stoken.
Barsingerliorn.
De omslag Veefonds over het laatste kwartaal bedraagt
f0.48 per koe.
Een dreigend conflict.
Er werd reeds eerder melding gemaakt van een aan
de Zaanstreek loopend gerucht, dat de heer C. Verver,
directeur der Naamlooze Vennootschap tot Exploitatie
van Ververs Vernis- en Metaaldrukkerij te Krommenie,
voornemens was, den heer P. W. Binnendijk, verkozen
als lid van den gemeenteraad te Wormerveer, en als
steendrukker bij genoemde firma werkzaam, te ontslaan,
indien hy de benoeming tot gemeenteraadslid aannam.
De „Tel." heeft getracht, toen by beide partyen inlich
tingen te krijgen, doch dit gelukte niet geheel, wyl de
heer Verver geen inlichtingen wenschte te verstrekken,
en de heer Binnendijk, om zeer verklaarbare redenen,
niet wenschte, dat in de pers op dit ontslag vooruitge-
loopen zou worden. 't'Eenige, wat de heer Binnendijk,
mededeelde, was, dat over zyn ontslag was gesproken,
„doch" zoo zeide hy „ik heb geen ontslag gekre
gen. Misschien komt de heer Verver nog tot andere in
zichten."
't Had er allen schijn van, dat dit zoo zou zyn, doch
zie de vorige week Vrijdag werd den heer Binnen
dijk aangezegd, dat hy over vier weken zich kon ach
ten te zyn ontslagen en als reden werd opgegeven, dat
hy de benoeming tot gemeenteraadslid te Wormerveer
heeft aangenomen.
De heer Binnendijk vroeg daarop een onderhoud aan
en werd te woord gestaan door den onder-directeur.
Terwyl hy met dezen sprak, kwam de heer Verver
binnen, die een verder onderhoud verbood, onder het
uiten van minder vriendelijke woorden.
De heer Binnendijk wist toen niet beter te doen, dan
het partijbestuur der S. D. A. P. en van den Foto-lito-
grafisehen Bond van de gevallen beslissing in kennis te
stellen.
In een vergadering, Woensdagavond te Krommenie
gehouden, door de hoofdbesturen van den Nederl. Foto-
Litografischen Bond, den Nederl. Metaalbewerkersbond
en R.-Kath. Metaalbewerkersbond „St. Eloy", de S. D. A.P.,
de Vereen, van Metaalbewerkers „Door Eendracht
Sterk" en de besturen van de afd. Wormerveer—Krom
menie der S. D. A. P., de Arbeidskiesvereen. te Wor
merveer, de afdeeling Wormerveer—Krommenie van den
Metaalbewerkersbond en de Foto-litografie is besloten,
bij den heer C. Verver, in den aanhef genoemd, een
conferentie aan te vragen over het ontslag van den heer
Binnendijk, lid van den gemeenteraad te Wormerveer,
en over het ontslag van den heer Van der Linden, te
Krommenie, metaalbewerker op bovengenoemde fabriek.
De vergadering was van meening, dat, vóór tot ver
dere stappen door de betrokken organisaties zal worden
overgegaan, eerst deze weg moest worden ingeslagen.
Tot toelichting van het ontslag van den heer Van der
Linden diene nog, dat als motieven daarvoor gelden het
eindigen der werkzaamheden (na ingediend verzoek) een
half uur vóór het uitgaan der fabriek en het uitreiken
van strooibiljetten na werktijd.
Vrijdagavond zal opnieuw na afloop der conferen
tie een vergadering der genoemde besturen gehou
den worden.
Dat viel ineé.
De U-jarige zoon van een Utrechtschen hoogleeraar,
een hartstochtelijk postzegelverzamelaar, schreef onlangs
zonder aan iemand daarvan iets mede te deelen
aan den koning van Rumenië om een compleet stel
postzegels van dat land.
In ruil daarvoor zond hy Z.M. by voorbaat een stel
postzegels van Nederland
Gistermiddag uit school komende, vond het jong-
mensch, voor deze gelegenheid betiteld als „monsieur"
namens den Koning, die door hem was aangesproken
met „Cher roi", een deftig schrijven bevattende 60 Ru-
meensche postzegels.
Een zwerveling.
Naar de „Dordr. Ct." meldt, werd in den nacht van
Dinsdag op Woensdag by de brug te Barendrecht een
zwerveling aangetroffen, wiens kleeren druipnat waren.
Hy werd daarom aangehouden en naar het station ge
bracht om zich daar by de kachel te drogen. Hoe de
man in dien toestand was geraakt, wie hy was en waar
hy heen moest, kon men echter niet uit hem krijgen
niemand kon hem verstaan. Nadat zyn kleeren gedroogd
waren, is de man heengegaan in de richting van Zwjjn-
drecht.
Daar wilde hy de spoorwegbrug over de Oude Maas
overgaan, wat hem echter werd belet en toen hy die
poging herhaalde, werd hjj door een rijksveldwachter,
bijgestaan door het brugpersoneel, in arrest genomen en
naar den burgemeester gebracht, die hem, na vergeef-
sche pogingen om hem te verstaan en alleen met de
wetenschap dat de zwerver geen eten verlangde, naar
Dordrecht liet overbrengen, waar hy echter door de po
litie geweigerd en ter beschikking van de justitie gesteld
werd. Deze kon echter al evenmin met den man op
schieten.
Men bracht hem toen naar Rotterdam, waar de man
werd gezonden naar het hotel Hillebrand, welks eige
naar in de buurt van Czernowitz heeft gewoond. Deze
kon den man uitstekend verstaan en kwam al spoedig
tot de wetenschap, dat de vreemdeling anderhalf jaar
geleden uit Czernowitz naar Amerika was verhuisd,
waar hy het in zyn bezit zijnde geld had oververdiend.
Het verlangen naar zyn vrouw en kind was hem ech
ter zoo machtig geworden, dat hy besloot huiswaarts te
koeren. Hij kocht daarvoor reisgelegenheid, maar schijnt
zijn biljet onderweg te zyn kwijtgeraakt. Hoe hy uit
den trein naby Barendrecht in een sloot is terechtgeko
men, wist hy niet te verklaren; vermoedelijk is hy in
het duister uit den wagon gevallen, maar er heelhuids
afgekomen. Met die wetenschap gewapend, trok de
majoor der ryksveldwacht weer met den zwerveling
naar het politiebureau, waar hy in bewaring werd ge
nomen, om de reis naar zyn woonplaats voort te zetten.
Wierlngerwaard.
De heer W. Wyker vroeger alhier, thans onderwijzer
aan het Rijksopvoedingsgesticht Veldzicht te A vereest,
wordt met 16 November a.s. als zoodanig overgeplaatst
naar het R. O. G. te Alkmaar.
Een ontzettend ongeluk.
Woensdagavond elf uur liep te Groningen een ige-
rucht, dat er een ernstig ongeluk was gebeurd op een
half uur afstand van deze plaats, bij net tolhek van
Hoogkerk.
Later werd daarover het volgende vernomen
Jhr. J. JE. A. van Panhuys, oud vioe-president ,van
den Raad van State en zijn echtgenoote, geboren Loox-
's middags van een reis hier aangekomen, hadden
ma
's avonds met hun zoon Jhr. H. van Panhuys sedert
Maart 1902 burgemeester van de Leek, sinds Novem
ber 1901 lid der Provinciale Staten voor het kiesdis
trict Zuülhorn, en diens echtgenoote, geboren de Blocq
van Scheltinga, gedineerd bij den burgemeester van
Groningen, jhr. van Starkenborgh. Tegen half elf reden
de families van Panhuys in een zes-persoons-omnibus,
bespannen met twee paarden, naar huis. Op den bok
zaten de 62-jarige koetsier Wouter Meyer en de 30-
jarige huisknecht Meindert van der Wijck. Er hing
een zware mist, die buiten de stad, waar zeer weinig
lantarens brandden, nog dichter was.
Reeds was men de scherpe bocht, die het Hoen-
diep bij de tweede rolpalen maakt, voorbij en bevond
men zich in het rechte eind van den weg onmiddellijk
bij het tolhek, ongeveer een kwartier van de stad,
toen eensklaps de paarden den weg kwijt raakten en
de wagen kantelde en overzij in het Hoendiep stortte.
De bewoners van het tolhuis, de Vries en echtgenoote,
hoorden een geweldigen plons in het water en vlak
daarna hulpgeschrei. Zij snelden naar buiten en af
gaande op een brandende lantaren, die een wagenrad
tiauw verlichtte, wisten zij dadelijk, dat daar het rij
tuig van de familie Panhuys lag.
Wanhoopskreten klonken hun uit het water tegen
en nog hoorden zij de jonge mevrouw van Panhuys
roepen: „Och, lieve menschen, helpt ons toch!" maar
hel drietal op den oever was machteloos. Er werd
eeiu ladder gehaald en op het rad gelegd, waardoor
de koetsier, op hel punt van verdrinken, den oever be
reikte.
Toen echter was alles stil geworden in het rijtuig.
Alleen werden nog gehoord de angstkreten van den
huisknecht, die, van den bok geslingerd, eenige me
ters verder in het water moest liggen. Doch ook deze
verstomden weldra.
Daarop werden de politie en de brandweer uit Gro
ningen opgetelefoneerd. Zij kwamen dadelijk en toen,
drie kwartier nadat het ongeluk was geschied, het rij
tuig geopend kon worden, vond men vier lijken. Ont
zettend moet de doodstrijd zijn geweest, blijkens de
vernieling in het rijtuig. Dr. Mansholt, uit Tolbert,
toevallig passeerend, dr. Houwerzijl, uit Hoogkerk, en
verschillende Groningsche doctoren, hebben pogingen
gedaan om het leven op te wekken, doch te vergeefs.
Het vijfde slachtoffer der ontzettende ramp, de huis
knecht van Wijck, die des middags vroolijk en welge
moed van zijn meisje afscheid had genomen, (werd
kort daarna levenloos opgedregd. Zoo had de politie
in den donkelen nacht vijf lijken naar het academisch
ziekenhuis te vervoeren. De burgemeester van Groningen
was Woensdagavond op do plaats van heil ongeluk.
In zeer ruimen kring hoeft de ramp een diepen in
druk gemaakt. Allereerst natuurlijk in de Leek, waar
de verongelukten de weldoeners waren van velen, maar
ook in de stad Groningen, waar zij zoo vele bloedver
wanten en vrienden hadden.
De lichting 19(17.
Groote consternatie heerscht er sinds eenige dagen
in de kazerne, in de familiekringen, waaruit de mili
ciens der lichting 1907 komen.
De pers heeft nog gezwegen. Eigenlijk gezegd, geloo-
ven wy, dat het Koninklijk Besluit, waarby bepaald is,
dat het blijvend gedeelte g r o o t e r moet worden, dan
oorspronkelijk was vastgesteld, er te onschuldig uitzag,
om er de aandacht op te vestigen. Zóó dachten nog
eenige dagen geleden ook de miliciens, die behoorentot
de lichting 1907.
Een administratieve maatregel, wat?
Doch Dinsdag zyn de offlcieele instructies aan de bur
gemeesters in zee gezonden en weidia krijgen de jonge
lieden op schrift, hetgeen ze nu al te weten zyn geko
men. (Zie ook ons vorig no.)
Heel eenvoudig luidt de conclusieDe viermaanders
moeten, in plaats van vier, 8 (zegge acht), de 8J maan-
ders, in plaats van acht en een halve, 12J maand onder
de wapenen komen of blijven.
Hierby dient vermeld, dat de 4-maanders einde Sep
tember met groot verlof naar huis zyn gezonden, nadat
zy geloot hadden en ingedeeld waren, hetzij vo°r de vier
winter-, hetzij voor de vier zomermaanden, hetzij by de
reserve, terwyl in het gunstigste geval werd vrijgeloot.
Zooals naar gewoonte, heeft er vóór het vertrek num- j
mer-verwisseling plaats gehad, en was het geld daarvoor
gestort in handen van de remplaganten. In heel veel
gevallen heeft zulk een nummer-verwisseling financieele i
opofferingen ten gevolge en ons is menig geval bekend,
dat de ouders daartoe besloten, opdat hun kinderen 'n
hun passende betrekking in de maatschappij konden
kry'gen. Menig overgespaard duitje werd voor dit doel
door moeder de vrouw afgestaan.
En voor de miliciens die 8J maanden moesten dienen
en 28 November a.s. in het genot van groot verlof zou
den worden gesteld, geldt een dergelijke maatregel. Zy
moesten 12 maanden blijven. Ook zy hebben reeds hunne
nummers verwisseld, daarvoor geld gestort.
Laten wij even mededeelen, dat die nummer-verwisse
ling geen „onder-onsje" is, maar wettelijk is toegestaan.
Het blijvend gedeelte de afgeëxerceerde miliciens
verrichten doorgaans corveé-diensten en „kloppen
wachtjes".
De nummer-verwisselaars bestaan gewoonlijk uit die
jongelieden, die vrijgeloot hebben en vier winter
maanden voor oen bedrag (tegenwoordig variëerend tus-
schen de 76 en 125 gulden) overnemen, omdat zy meenen
daarmee beter uit te zyn, aangezien in den winter het
verkrijgen van werk zeer moeilijk is; 2e. uit hen, die
in de zomermaanden geloot hebben en dus vier winter
maanden naar huis moeten, waar zy geen cent inbren
gen, omdat niemand hen voor vier maanden wil
hebben, aangezien zy toch weer in dienst moeten
en daarom die vier wintermaanden van een an
der voor geld overnemen, zoodat zy onder dak zyn, wat
zy te meer op prijs stellen, wijl zy op 20- of 21-jarigen
leeftijd niet meer als nietsdoeners willen rondloopen:
3e. somtyds ook door jongelieden die geheel vrijgeloot
hebben, en door 4 wintermaanden en 4 zomermaanden
(waarvoor tot 180 gulden toe dit jaar is betaald gewor
den) over te nemen, een goeden duit verdienen. Ook al
dikwyls omdat het vinden van een betrekking lastig is
en het den ouders niet gelegen komt, al dien tyd de
ongens voor „niet" te onderhouden.
Kortom, met de wettelijke regeling, zooals die vóór
het jongste besluit gold, werden de minder bedeelden
by wy'ze van compensatie door de meer welgestelden
in staat gesteld een duitje te verdienen. Maar nu er
meer manschappen zyn, wordt het getal nummerver-
wisselaars aanmerkelijk kleiner, zoodat de welgestelden
zelf zullen moeten opkomen. Gisteren werden in Den
Haag 4 zomermaanden overgedaan voor de som van
275 gulden. Het nu danig verminderde aantal candi-
daten profiteert natuurlijk van de groote vraag, waar
onder zij, die op het kantje af de duitjes byeen kunnen
halen, noodwendig zullen' lijden. Zelfs hier zegeviert
het kapitaal.
Treurige geschiedenis!
En dat, terwijl alles tevoren reeds wettelijk geregeld
was, de sorgeant-majoors als tusschenpersonen waren
opgetreden, beide partijen voor het nummer-ver wisselen
hadden geteekend, het geld was uitbetaald. En nu
komt opeens de minister van Oorlog met een besluit,
hetwelk dezen geheel wettigen maatregel vernietigt en
vele honderden jongelieden dupeert. Aangenomen be
trekkingen moeten worden afgezegd. De vier-maanders,
die sinds 1 October wederom in de maatschappij zijn
teruggekeerd en voor een groot gedeelte weer aan het
werk zyn, moeten weldra hun betrekking opzeggen.
Alle illusies dezer jonge lieden die na hun diensttijd
eerst hun eigenlijke loopbaan gaan beginnen, zyn plots
door dit besluit ontnomen.
Geld weg, betrekking weg, volslagen teleurstelling.
Overal waar deze artisten eene uitvoering gaven, was
men één in lof over de executanten.
Mevr. Secrève-v. Emmiuckhoven weet door hare klank
rijke ronde stem iedereen onder de bekoring van haren
zang te brengenterwijl het uitnemend spel van den
heer Secrève, Organist der Rem. kerk in Den Haag,even-
j eens hoog verdienstelijk is.
De heer Jan C. Manifarges is leerling van het Keul-
sclie Conservatorium en van den grooten Violist isaye.
j De buitenlandsche en Holtandsche bladen zyn eenparig
vol lof over zyn kunstenaarstalent. Bovendien bespeelt
hy een Guarnerius Viool van f 5000.
Wij twijfelen dan ook niet, of ieder zal deze gelegen
heid te baat nemen om te genieten van deze zeldzaam
schoone uitvoering en daardoor toonen, gevoel te heb
ben voor het schoone. Die thuis blijft, zal blijken veel te
hebben verzuimd.
„Euterpe."
Omtrent den heer Sam. Swaap, solo-violist aan het
conservatorium te Amsterdam, die op 17 November a.s.
op het concert van Euterpe als solist zal optreden,
wordt ons van verschillende zijden het volgende mede-
gedeeld
De heer Swaap is nog jong, 18 jaar. Hy heeft veel
temperament, waardoor hy een warme voordracht heeft,
i zoodat zijn spel meeslepend is, terwyl de toon van het
instrument groot en vol is, waarbij nog komt een dege-
j lyk ontwikkelde techniek, die hem de moeilijkste pas-
I sages doet overwinnen.
Zijne opleiding ontving hy aan het Amsterdamsch
conservatorium var, den beroemden violist Carl Fiesch,
en deed verleden zomer een schitterend eindbxamen.
Ondanks dit resultaat zet hy bij den heer Fiesch zijne
studiën voort, om later mede te dingen naar den Prix
d' Excel lence (prijs van uitnemendheid).
De heeren: Dan. de Lange, Carl Fiesch, I. Mossel en
Julius Röntgen gaven prachtige aanbevelingen. Allen I
roemen hem als een jong kunstenaar van bijzonder veel j
talent, die later onder de jonge violisten een eerste
plaats zal gaan innemen.
In de Alkmaarsche Courant van 20 Sept. jl. lezen we
o.m. het volgende
1 „Zelden is hier een publiek den geheelen avond zóó
enthousiast in zijne bijvalsbetuigingen geweest, telkens
weer moesten de uitvoerders terugkomen, om voor die
hulde te bedanken. De heer Sam. Swaap deed zich weer
kennen als een echt virtuoos. Een zeer ontwikkelde
techniek stelt hem in staat met een bijzondere gemak
kelijkheid de moeilijkheden te overwinnen, en de toon
dien hy uit zijn instrument haalt, is van dien aard, dat
men al zeer spoedig door het spel wordt geboeid. Zoo
b.v. in de Romance van het concert van Wiemarasky,
Hier, ingetogen en bezielend, in het Rondo van genoemd
concert, en in de Czardas van Hubay daarentegen vol
vuur. En toch blijft de speler by dergelijke hartstochte
lijke stukken uiterlijk byzonder kalm."
Een krankzinnige.
Wy verzoeken U vriendelijk een klein plaatsje in
uw blad en wel naar aanleiding van een bericht, in uw
vorig no. voorkomend.
In uw blad van 16 Mei staat vermeld, dat door twee
menschen te Kolhorn een lyk is aangebracht te Cal-
lantsoog. Dat is hetzelfde lyk dat later herkend is als
dat van den heer Spijker, waarvan nu weer vermeld
staat, dat de Gebr. Yos de aanbrengers zyn.
Dat alles kunnen ondergeteekenden niet rijmen en
zy vragen, of daar misschien een premie achter zit
De twee Kolhornders,
C. MIDDELBEEK.
W. BESTEVAAR.
Opstopping.
Waartoe deze maatregel Mag dat geschieden
Ziedaar de vraag der honderdtallen slachtoffers van
dezen maatregel.
Hun hoop is alleen nog gevestigd op een algemeen
protest van de zijde der pers. In de talrijke brieven
die wij over deze zaak ontvingen, lazen wy de hiernevens
gestelde vragen:
„Weet Z.Exc. wel, welk een verdriet en kommer hy
onzen ouders en ons bezorgt?"
„Wat voor verdriet en teleurstelling
Óns dunkt, dat de minister van Oorlog wel zeer ge
gronde redenen moet hebben, om een maatregel door
te voeren, die de belangen van honderdtallen burgers op
zoo ernstige wy'ze schaadt en wy verwachten dan ook,
dat den minister in de Tweede Kamer naar die rede
nen gevraagd zal worden. Tot zoo lang moeten wy
ons oordeel opschorten. »Tel."
Kerkconcert.
Gaarne vestigen wy de aandacht op het kerkconcert, op
Zondag 10 November e.k. 's avonds 7 uur, alhier in
de Herv. kerk te geven, hetwelk een avond vol
melodisch kunstgenot belooft te worden.
De Nederlander gaat de oorzaken na, waardoor de
massa onafgedane wetsontwerpen zich dagelijks opsta
pelt. Dat die massa niet gering is, blijkt hieruit, dat
behalve de begrootingsontwerpen en een aantal kleine
ontwerpen, thans een 50-tal, die langere behandeling
behoeft, op afdoening wacht.
Een dwaling noemt het blad de meening, dat jdie
achterstalligheid een gevolg is van de langdradigheid
der Tweede Kamer. Er kon korter worden gesproken,
doch de achterstand zou niet beduidend worden inge
haald. Met meer ijver en inspanning kan niet worden
gearbeid. Een betere en vluggere voorbereiding zou ook
niet afdoende zijn. In de openbare zitting, behandeling
der amendementen te weren, zou eveneens niet gaan
en niet goed zijn.
Een der oorzaken is het te veel en het onstelselma
tig voorstellen van ontwerpen. Als de departementen
die de ontwerpen voorbereiden, in aantal toenemen,
en desniettemin, elk departement voortgaat met zoo
veel werkstukken te leveren als het kan gereed maken,
wordt er op den duur meer arbeid opgestapeld dan
venver kt kan worden.
De toevoer neemt toe, maar het verteringsvermo
gen blijft hetzelfde.
In dit opzicht ligt dus schuld bij de regeering. Maai
er is otok een oorzaak, die de Kamer aan zichzelf
heeft te wijten.
Van lieverlede kent de Kamer zich de bevoegdheid
toe, om mede te regeeren.
Niet alleen geeft zij, geven althans haar leden, aan
eiken bewindsman goeden doch ongevraagden raad om
trent tal van bestuurszaken, maar tevens tracht zij,
wanneer geld van haar wordt gevraagd, hem zooveel
mogelijk te dwingen.»een bepaalden weg in te slaan.
Geen geld wordt toegestaan, indien men niet zoo pre
cies mogelijk weet hoe bet zal worden besteed. Dat
de Kamer zulks heel wat beter weet dan de bewinds
man, spreekt bijkans van zelf. Het is trouwens jiiet
te ontkennen, dat de departementsambtenaren maar al
te dikwijls niet genoeg rekening houden met de eischen
der levende maatschappij.
Daarbij echter blijft men niet staan. In do laatste
jaren dring! meer en meer de gewoonte door,aan
de regeering, ook wanneer deze geen gelden aanvraagt,
voor te schrijven wat zij te doen heeft en in welke
richting zij zich zal hebben te bewegen.
De Kamer zit vol van „hervormers". Maar het in
dienen van een wetsontwerp is geen gemakkelijke taak,
en om nu te voldoen aan een hervormingszucht en
om de kiezers tevreden te stellen, gebruikt men het
middel tvan motiën van orde. Er liggen er op't| oogen
blik reeds zestien. Op welk oogenblik ze in behandeling
zullen komen is niet te voorspellen.
Waarborgen voor degelijke behandeling der zaak levert
die wijze van doen niet. Hecht men er waarde aan,
dan handelt men hoogst onvoorzichtig. Laat men het
links liggen, dan heeft de discussie niets gegeven dan
tijdverlies.
Intusschen hangt deze manier van doen samen met
de onder de partijen steeds meer veldwinnende nei
ging, om het land door de Tweede Kamer te doen
besturen. De regeering heeft slechts uit te voeren, wat
de Kamer verlangt. Het program der partijen wordt het
program van het Kabinet. Niet de Regeering zelf be
paalt, wat goed is voor het land; wat vooraf moet
gaan; dn welke richting gestuurd moet worden, al
les behoudens toezicht en recht van tegenspraak aan
de zijde der Volksvertegenwoordiging. Maar de Kamer
doet dat, zonder nochtans gebruik te maken van het
bij. de Grondwet haar toegekend, zwaarwichtig, doch
in de toepassing moeilijk, recht van initiatief.
Dit alles belet de Kamer haar eersten en voornaam-
sten plicht na te komen, n.1. de wetsontwerpen laf
te doen, die ha'ar van regeeringswege worden voorge
legd. De Nederlander dringt er daarom op aan, dat de
Kaïnerleden wat minder aandacht vorderen voor hun
individueele inzichten, om het Kabinet in staat te stel
len het werk ten einde te brengen, waartoe het geroe
pen is, en waarvoor het uit s lands kas wordt be
taald.
-(CO
UR Brest wordt bericht, dat in den nacht van 17
October aan boord van het stoomschip „Kronprinzessin
Cecilie" van Vera Cruz naar Europa, 's avonds omstreeks
j 11 uur een hofmeester de hut van mej. Bazaine, een
I dochter van den gewezen maarschalk van Frankrijk,
binnendrong en haar trachtte te worgen. De dame was'
nog wakker en wist uit de hut te komen en door angst
geschreeuw de overige passagiers te hulp te roepen. Het
arme slachtoffer was echter reeds vreeseljjk toegetakeld
het bloed stroomde uit een aantal wonden aan het hoofd'
en het lichaam, haar toegebracht met een Amerikaansch
boksyzer. Onmiddellijk werd een onderzoek ingesteld
naar den dader. Mej. Bazaine gaf een beschrijving van
den persoon, die haar had aangevallen en de kapitein
liet onmiddelly'k alle kellners aantreden, (er waren er
62), teneinde geconfronteerd te worden met mej Bazaine
Een echter ontbrak op het appel, juist degene op wien
de gegeven persoonsbeschrijving paste. De man is niet
weder gezien, vermoedelijk is hy' na den overval in zee
gesprongen. Men vermoedt, dat hy in een plotselingen
aanval van krankzinnigheid heeft gehandeld. Mej. Ba
zaine is met haren broeder, met wien zy de reis maakte
na eerst eenige dagen aan boord verpleegd te znn té
Santander aan wal gegaan.
Bijen en rlieuniatiek.
sEen inzender in „The Lancet" maakt ter bevestiging
van de gunstige meening omtrent de werking van
miorenzuur op rheumatiek, melding van ervaringen
die op deze wyze verklaard zouden kunnen worden. Ze'
betroffen een ymker in Amerika, die eens zeer spoodig
van een chronische rheumatiek genezen was door of
althans na het steken van zyn byen. Het is geen kuur,
die velen tot navolging zal verlokken, maar als het
ongeluk wil, dat men door byen gestoken wordt is er
dan toch mogelijkheid, dat het ergens goed voor is.
Hei/.en in Noorwegen.
Volgens een bericht van de „Vereeniging voorreizen"
te Christiania,, is Noorwegen in 1906 door 34.350 toeris-
ten bezocht, die te zamen 8 millioen gulden in het land
hfnH stoomschepen uit het buiten-
Brltsch®> 6, Duitsche, een Deensch, een
Fransch en een Nederlandsch) hadden te zamen 8500
passagiers aan boord. Meer dan een derde van alle
buitenlanders waren Engelschen; een vjjfde deel Duit-
scners.
Vergiftiging op groote schaal.
In de Revue des Revues komt een schrijver, onder
het opschrift: Hoe men in Amerika vergiftigd wordt
opsommen, hoe en waarmee zoo wat alle afval tot hot
vullen van blikjes en fleschjes wordt gebruikt Hij
schrijft onder meer:
Maart 1905 maakte dr. Bigelow, chef van de af
deeling voedingsstoffen in het centraal laboratorium der
Vereenigde Staten, zyn rapport bekend en schreef
daarin
„De vervalsching der voedingsmiddelen is tegenwoordig
algemeener dan ooit.
In weerwil van alle voorzorgen om haar te beletten
van alle handelwijzen der wetenschap om haar te ont
dekken, van den kruistocht tegen haar in zooveel staten
om er een eind aan te maken, de campagne tegen haar
door de pers, wordt het kwaad steeds erger.
De schuldigen weten straffeloos hun praktijken door
te zetten."
In het rapport van 1906 erkende het verslag van het
Laboratorium, dat alle pogingen om de bedrijvers van
het kwaad te bereiken, vruchteloos bleven, en dat dra
het oogenblik zou zyn gekomen, dat de groote Ameri-
kaansche republiek slechts een kolossale fabriek van
vergiften zal zyn.
Men schond openlijk de wetten tegen vervalsching.
In 1903, enkele maanden na haar uitvaardiging, wer
den ingevoerd 92 ladingen wy'u, 31 idem vleesch en 37
idem olyvenolie. Alleen het vleesch was echt, voor het
grootste deel uit Duitschland ingevoerd, maar door boor-
zuur of benzoëzuur geconserveerd.
De handel stelde zich ten doelden verbruiker te
misleiden door goedkoopte en door geringe productie
kosten, met fraaie verpakking. Menig huis met 100.000
dollars jaarlyksche winst levert producten, die alleen
op „den naam" kunnen aanspraak maken. Al het overige
is valsch. Men schat de productie van deze „simili" od
2è millard dollars. p
Alles moet gebruikt. Kooper no. 1 koopt veel goed-
koope groenten. Spoedig treedt rotting in, en er is veel
minderwaardigs by. Dat gaat naar de fabriek, en wordt,
door by voeging van tal van antisepten verwerkt met
inbegrip van het allerminste. Netjes verpakt en de
verbruiker slikt alles.
De knoeieryen van de „packers" van Chicago zijn
bekend, door den roman van Upton Sinclair.
De fabrieken zyn toegankelijk voor het publiek, toch
gaan knoeieryen lustig door in geheime annexen.
Nog na 31 Dec. 1.1. bracht Chicago in den handel mooi
verpakte geleiën met snorkende namen, die niets be
vatten dan afval van varkens, glucosen, groentenafval,
alles chemisch behandeld en mooi verpakt.
Zelfs de rioolstoffen worden by gevoegd, door het
gootwater afgevoerd, door voddenrapers verzameld, en
door clandestiene fabrieken verwerkt. Met pulpe 'van
bedorven vruchten, zetmeel, glucose en nagemaakte
gelatin, worden bessengeleiën en appelstroopen gemaakt,
die er uitstekend uitzien.
Ieder weet, dat men aan de matrozen in New-York
een koffie voordient, waarin poeder van het schoenleer,
verzameld door oprapers, die de fabrieken kennen, waar
zy' dien afval kunnen verkoopen.
Dit alles zou de gezondheid niet zoo sterk benadeelen,
ware het niet dat de sterk vergiftige bewaringsmidde-
len, op den duur gebruikt, vooral ook de kleurmiddelen,
zoo schadely'k waren
Aniline, bethol, naphtolsylicilaat, het arsenicum,
kopersulphaat en de salicyl, zwavelzuren en de koper
zouten, hiervan is het gebruik zoo groot dat verschil
lende van deze fabrieken alleen werken voor fabrieken
van conserven.
Het gevolg van deze vervalschingen is, dat geen week
voorbijgaat, geen dag zelfs, dat goen sterfgeval dit
uitmaakt.
Dr. Bigelow heeft meer dan honderd vergiftigingen
geconstateerd door hier, waarin een enorme hoeveelheid
salicylzuur.
Tal van werklieden vallen ten offer aan het gebruik
van alcoholische dranken, vooral van whisky, dat ver
vaardigd wordt uit houtgeest, geneutraliseerd door pe
troleum,een mengsel dat eerst blindheidssymptomen op
wekt en daarna zeker doodt.
Een dokter van het hygiënisch bureau van Indiana,
zegt in zyn rapport over de kindersterfte, dat deze voor
drievierde haar oorzaak vindt in vervalschte eetwaren.
Elke groote fabriek heeft haar chemicus, die weet
hoe hjj vervalschen moet, dan komt de tweede hand,
die evenals de detaillant, op eigen houtje wat mengt
en er weer 't een of ander „bederfwerend middel" bjj
voegt en zoo krjjgt de gebruiker dit overvloedig „gekruid"
kostje te nuttigen.
Ieder weet het en wat zegt men Och, als men maar
niet te veel in eens gebruikt, men went aan elke ver
giftiging
Anyline, de houtgeest zoo goedkoop en zoo moeiljjk
te onderkennen en het salycil, spelen een groote rol.
De glucose en de saccharine vormen daarmeê heerlijke
jams en limonades.
De bakkers gebruiken talk, ammoniac, stijfsel (zet
meel). Borax is de bewaarder bjj uitnemendheid. Hy
is onschuldig, maar ieder weet dat de beste gezondheid
verloren gaat wanneer hy meer dan drie gram borax
bjj zy'n voedsel gebruikt.
Het arsenicum is thans in Amerika een algemeen
gangbaar artikel in den handel en het zou bijna onmo
gelijk zijn een voedingsmiddel aan te wyzen, waarin öf
arseniczuur, öf een koperzout, öf een lood- of alumini-
um-compositie geen rol spelen.
Tot zoover het meegedeelde uit Amerika. Ook de
knoeieryen met vleeschwaren in Nederland zyn bekend.
Zoodat zoowel 't een als 't ander een pleidooi levert
voor zeer scherp toezicht op een keuring van ólle eet
waren.