J
Zondag 31 Mei 1908.
52e Jaargang. No. 4365.
V1ËKDE BLAD.
INGEZONDEN.
Arrondissements Kechtbanh
te Alkmaar.
Biauenlandsch Nieuws.
-
Een woord tot de Ingezetenen van Anna Paulowna.
"Wanneer het waar is, wat men gezegd heeft, dat wy
leven in de eeuw van het kind, dat heeft het Centraal
Genootschap voor Kinderhersteilings- en Yacantiekolo-
nies zeker alle reden van bestaan.
Van het Centraal Genootschap bestaat in onze ge
meente eene afdeeling. Enkelen uwer zal het bekend
zyn; velen zyn er zeker geheel onkundig van. Onze
afdeeling is klein, zeer klein, te klein. Dat wy straks
(13 Juni) drie kinderen kunnen uitzenden naar Nunspeet,
danken wy byna geheel aan de uitvoering, dezen winter
ten bate van onze afdeeling gegeven. Voor dezen zomer
zyn we dus gered en gereed, maar dat is niet voldoende.
"Wy hebben ook te zorgen voor de toekomst.
Waar wy 't vorige jaar met zooveel succes hebben
gewerkt voor de Gezinsverpleging, daar komen wy
thans tot onze mede-ingezetenen voor de afdeeling van
bovengenoemd genootschap. Men zegge nu niet: daar
wordt zooveel gevraagd 1 want heusch, dat weten wy
zelf ook wel.
Liever dan ons het werk moeilyk en lastig te maken
door dergelijke wel juiste, maar geheel doellooze, opmer
kingen, steune men ons. Waarlyk, wy hebben behoefte
aan dien steun. Vol vertrouwen komen wy tot u, bur
gers van Anna Paulowna. Aan u, dat vertrouwen niet
te beschamen 1
Wy zyn voornemens de ingezetenen der gemeente
zooveel mogelijk persoonlijk op te zoeken. Wie veel
voor ons streven voelen het streven om aan zwakke
kinderen de noodige kracht en frischheid naar lichaam
en geest te verschaffen door hen eenigen tyd uit te
zenden naar een Koloniehuis zullen zich vermoedelijk
wel uit eigen beweging by ons aanmelden.
Zy kunnen dat doen in de eer3te plaats by onze secre
taresse, mej. Atema (Ew. sluis) en onzen penningmeester,
den heer De Bruyne (KI. sluis), verder by de heeren
K. A. Kaan (Oostpolder) en Lunshof (Breezand), of ook
b(j my.
Ten slotte wil ik nog meedeelen, dat de uit te zenden
kinderen voor dit jaar, 13 Juni naar Nunspeet gaan om
9 Juli terug te keeren.
Deze zaak zy een ieder ter ernstige overdenking aan
bevolen 1
Zonder den steun onzer medemenschen vermogen wy
niets; mèt hun steun hopen we nog veel goeds tot
stand te brengen.
De Voorzitter der afdeeling:
TOXOPEüS.
Pastorie Anna Paulowna, Mei 1908.
Aan alle mannen en jongelingen te Schagen
en omstreken.
Waarom zyn de mannen er toch zoo tegen,
Dat voor de vrouw het kiesrecht wordt verkregen?
Hoe velen van haar hebben een helder hoofd 1
Getrouw houdt de vrouw, wat ze eens heeft beloofd 1
Geen enkele reden kan men bedenken,
Waarom men haar niet het kiesrecht zou schenken
Mannen van Nederland, rechtvaardig en goed,
Laat eindelijk Uw dwaas veroordeel varen,
Wy vrouwen, wy verliezen nimmer den moed
Eens komt toch ons recht, al duurt het nog jaren.
Joure, M. C. E. ROGAAR.
Allen zult gy nu wel weten, dat er in Uw dorp een af
deeling van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht op
gericht is.
Zyt gij allen wel doordrongen van het goede doel dier
vereeniging, n.1. een samenwerken naast en met U
Ik denk wel, dat gy allen- dat wel weten zult, doch
waarom dan niet medegeholpen om dat recht voor Uwe
Vrouwen en Meisjes te verkrijgen?
Zy vragen geen gunst, maar recht I
By het maken van propagandabezoeken is het dikwijls
gebleken, dat er by sommigen een soort van huivering
bestaat om zich by de Vereeniging voor Vrouwenkies
recht aan te sluiten. Een volkomen, onbegrijpelijke
huivering. Waaruit ontsproten is die vrees? Ik weet
het niet. Wilt toch begrijpen, dat, wanneer men lid
wordt van V. Kiesrecht, men zich tot niets verbindt,
direct noch indirect tot ietgedwongen wordt, nog met
iets anders instemming betuigt, dan met het doel der
vereenigingn J. opheffing van den slagboom, welke alle
Nederlandsche vrouwen van de stembus weert.
Waarom de onderwijzer wèl, de onderwijzeres niet
de advocaat, de doctor wèl, de advocate, demodica niet
naar de stembus.
Hebben wy geen flinke vrouwen, die optreden met
tact en verstand Zien de mannen-wettenmakers daar
uit niet, dat zy zich niet langer mogen aanmatigen om
alleen mannen te laten regeeren?
Als Uw vrouwen en meisjes niet durven, brengt haar
dan naar de vergadering waar gesproken wordt over
haar recht en zy zullen inzien, niet langer achter te
kunnen blijven.
Het gelat hier geen partybelang, maar een mensche-
lyke zaak in de diepste beteekenis van het woord.
Komt, sluit U in drommen van honderden aan Draagt
allen een steentje aan voor het grootsche gebouw. Het
is een zedelijke plicht, zooveel mogelijk te doen wat
recht is, het zal Uw kinderen ten goede komen.
Dus hy, die zijne vrouw, zyn meisje lief heeft, hy
gunne haar het stemrecht, zoodat zy naast hem zal
staan, iu den dikwijls moeilijken strijd. Leest de wets
artikelen, voor de Vrouw zóó dieptreurig, en denkt aan
Uwe ongelukkige Zusteren, die er dikwijls zoo door
lyden.
Wy spreken den wensch uit, dat er met een volgende
vergadering, wanneer er weer eene bekwame spreekster
za.' komen, de zaal vol is, gevuld met verstandige man
nen en vrouwen die in Schagen en omstreken toch nog
wel te' 'inden zullen zijn.
U uy uheer de Redacteur, dankend voor de plaatsing
in Uw velgelezen blad,
gaarne,
Een voorstandster van
V. Kiesrecht.
27 Mei '08.
Dinsdag 26 Mei 1908.
Alles door liet stranden van een schip.
De dezen winter gestrande „Volta", of eigenlijk meer
speciaal de lading daarvan, bezorgde ons vandaag nog
weer^ens een stuk of vyf straft aakj es, die we niet tot
de alleramusantste zouden durven rennen.
Maar dat hindert niet een volgend maai zulten
we maar weer eens op eene meer variante ïnlei g
hopen. Hoop doet immers leven 1 vanda„„óók
En eene inleiding genoten we bovendten yandaiigóók
nog, zij het in eeuen eenigszins buitengewonen vorm,
nl'dl uitspraak van een faillissement vaneen kleei-
maker die tot heden de Castricummer bevolking in de
kleeren stak en Willem Twisk Floriszoon heet
Rechtercommissaris was Mr. De Savornin Lobman en
curator Mr. Verdam.
Beginnen wo nu oens, na de uitspraken te hebben
«genoten" aan het eerste bedrijf.
Was het den vorigen keer by de stranding van de
Can Robert en waren het den vóórvorigen keer
by de stranding van een Noorsch schip, dat den 19den
December 1902 onder Eierland aan de Tesselsche kust
strandde, buffelhoorn pitten, die een begeerige buit leken
voor sommige Helderscho vletterlieden, thans waren
het palinpitten, waarop de stoere varensgasten verlek
kerd waren geweest.
Laten we Gerrit Wezelman, een fermen Helderschen
schipper, die schitterde door afwezigheid, de eerste beurt
geven.
In het begin van Maart was onder de „vele helpers
in den nood" ook onzo brave Gert, die dapper zyn best
deed om te redden, wat er nog te redden viel. Met
leeuwenmoed en ongekenden ijver wierp hy zich op de
tallooze zakken, om die haastig in zyn vlet, de H. D.
39, te bergen. Zooals gewoonlijk met zulk goedje ge
schiedt, werd er ook door Wezelman ruw medegeleefd.
Hel doel, de „Volta" vlot te krijgen, moest zoo moge
lijk bereikt worden en voor de rost, al leed de lading
even, nu enfin 1
Haar sparen was trouwens in 't onderhavige geval
werkelijk een heele taak. Want men moet niet verge
ten, dat de zakken met pitten bij het lossen der „Volta"
in de Heldersche vletten van een zeer beduidende hoogte
moesten nederdalen. Het verschil in boogte tusschen
de „Volta" en de vletten werd in de getuigenverklarin
gen even groot genoemd als de hoogte van den rechts-
zaalwand vanaf vloer tot zoldering... ettelijke meters!
Menige baal is dan ook geborsten.
Ijverig werd intusschen doorgewerkt, wat den heer
Visser, vertegenwoordiger der firma Zurmühlen,(de wel
bekende reeders en ondernemers van den sleepbootaienst)
zeker niet ongevallig zal zyn geweest. Aan den 34-
jarigen schipper Arie Kuiper, een hunner ondergeschik
ten, hadden zij (firma Zurmühlen) vrij mandaat gegeven
om vletterlieden te zoeken, tot het bergen van de lading,
die hy (Kuiper) voor hunnen arbeid zelf had te betalen.
Kuiper genoot daarentegen als belooning een zeker per
centage van de winst, door de opbronging der lading
verkregen.
In Wezelman's vlet nu was 't zoo haastig toegegaan,
dat eene hoeveelheid losse palmpitten in de bun van
't vaartuig (de boven met 'n rooster gedekte, met water
afgesloten ruimte, die is aangewezen voor 't bewaren
van visch) was terecht gekomen.
By 't latere lossen van de vlet by het pakhuis van
de werf „De Lastdrager", zoo zegt Gert, heeft hy vol
strekt niet vermoed, dat er in de bun pitten geraakt
waren. Eerst later merkte hy dat. En toen kwam er
'n aardig zoodje voor den dag. Niet alleen pitten, maar
ook allerlei stoffen waarmede deze vermengd waren
geraakt, als: garnalen, krabben, schelpen, zeegras,
blaadjes en steenkolen.
Een fraai mengelmoes 1
Gert was toen maar zoo vry dien poespas als vuilen
rommel te beschouwen, zóó gering in waarde, dat hy
dien niet had te verantwoorden 1
Wat niet wegnam, dat hij er een vry beduidend som
metje voor maakte by verkoop.
De E. A. heeren geloofden echter niet, dat het zaakje
in al zijne onderdeelen, zoo onschuldig in elkaar zat
als Wezelman wel wilde doen uitkomen.
Vooral de heer Officier was verbazend ongeloovig in
dit opzicht. Hem klonk het zoo vreemd, dat Gert naar
een opkooper zou zyn gegaan en aldaar 't doel zijner
komst verkondigende, zei: „Zeg, wil je erg smerige palm
pitten van me koopen En zoo'n opkooper koopt
dan voor een dikke vijftig gulden van die palmpitten,
rykelyk versierd met garnalen, krabben, steenkolengruis,
schelpen, zeegras en blaadjes, zonder dat hy weet of
hy er wel een cent voor terugkrijgt 't lykt Z.E.G.
zeer ongeloofwaardig toe. Spreker denkt, dat 't wel
terdege is aan te nemen, dat Wezelman met de toeëige-
ning der palmpitten wederrechtelijk heeft gehandeld.
Maar, hoewel ten opzichte van de feiten deze zaak
vry eenvoudig moge lijken, heeft spreker toch niet veel
hoop op succes by de vervolging.
Immers, de meest droeve ervaringen zyn opgedaan
by vorige vervolgingen, waar de beklaagden, zoowel
wat de strafzaak in verband met goederen van de ge
strande Can Robert, als met die van goederen van 't
nog vroeger (naby Texel) gestrande Noorache schip
betreft.
Dit is nu de derde ;maal dat Mr. Gnopius hier bij
de Alkmaarsche rechtbank zoo'n droeve coinedie van
gehuichelde goede trouw bijwoont. In de beide gevallen
volgde wegens gebrek aan bewijs vrijspraak. Hoe zal
't nu zijn? Ook nu heet men weer geheel te goeder
trouw te zijn geweest Moet dat nu zoo doorgaan?
Moeten we ons langer met open oogen laten bedriegen?
Wanneer er menschen vallen te redden, dan ver
dienen de Heldersche schippers voorzeker achting. Ware
het ten opzichte van góederen ook zoo! Zóó sprak de
heer Officier.
Eisch wegens verduistering van goederen 1 maand
gevangenisstraf.
Een vervolg op het voorgaande.
Willem de Boer, Klaas Bijl, Gerrit van Dok en Cor-
nelis Boon, pok allen Heldersche schippers, stonden
vervolgens terecht voor precies hetzelfde feit, dat
Wezelman voor de vierschaar bracht. De zaak kwam
dan ook op 't zelfde neer.
De O. v. J. vertelde dat uit een uit Hamburg ont
vangen brief bleek, dat er 126 zakken palmpitten bij
het lossen der Volta verdwenen zijn. Z. E. G. wil
niet zeggen, dat beklaagden al die zakken vol hebben
meegepakt, maar een groot gedeelte ervan is toch door
hen verkocht en verhandeld geworden.
Ook hier eischte de heer Officier tegen élk der vier
beklaagden een maand gevangenisstraf.
Mr. Prins, die dit viertal verdedigde, achtte niet te-
wezen dat beklaagden tijdens het verrichten hunner
handeling, wisten dat die ze wederrechtelijk, was. Ten
gevolge daarvan vroeg pleiter voor hen alien vrijspraak.
Met het mes.
De volgende beklaagde is er een van de clientèle van
den straks failliet verklaarden tailleur en presenteerde
zich in onberispelijk naar de laatste mode afgewerkt
costuum. Hij is geboortig uit Castricum, Antonie van
Dijk genaamd, oud 25 jaar. Erg zenuwachtig was het
heer en het eerste wat hij' deed, was beginnen met
de voorlezing van een schriftelijke verdedigingsrede
„Edelachtbare Heeren! Ikverder kwam hij echter
niet, want de President wilde eerst liever 't getuigen
verhoor even hebben. En later heeft Antonius door
de ontroering aan de heele voorlezing niet meer ge
dacht. Jammer genoeg!
't Zaakje is overigens gauw genoeg verteld. Van Dijk
kreeg op Zondagavond 12 April dezes jaars twist met
zekeren Vermeulen, aan wien hij zoo'n geduchten steek
toediende, dat dokter Schoonhoff erbij te pas kwam.
Beklaagde gaf voor, dat hij alleen met een knoestigen
stok had geslagen, doch die arts constateerde dat 't
een met een snijdend voorwerp veroorzaakte wond was.
Hoewel de O. v. J. moest erkennen, dat er niet be
wezen was, dat er gestoken is, is toch zijns inziens
wel als vaststaand te beschouwen, dat Vermeulen na
't contact met teklaagde bloedend verwond was.
Tegen Van Dijk werd f 14 boete of 7 dagen hech
tenis geëischt, wat bij h!em de waterlanders te voor
schijn riep.
O, die kwajongens!
Die 12de April was een ware ongeluksdag dit jaar.
Pas toch was de huilebalk van zooeven vertrokken,
of we zagen een eerzamen, gunstig bekend staanden
Grootcbroeker kastelein, H. Molenaar genaamd, het
beklaagdenpiaatsje innemen.
Deze man ontdekte dien Zondagavond dat eenige
jongens voor zijne woning aan 't „vuurtje stoken" waren.
En daar hem dit wel hard genoeg ging, toog hij, inwen
dig toornig, met de biljartkeu in de hand naar buiten
en sloeg met zijn wapen, tusschen de jongens, die
wegvluchtten.
Willem Broertjes, een echte kwaje rakker van 1-1
jaar, werd met 't ding vrij onzacht op zijn hoofdje
getroffen, zoodat een flinke wonde ontstond, waarop
na geneeskundige behandeling en voortdurende verzor
ging der wijkverpleegster, nog steeds een groote pleister
heden ten dage, dus 44 dagen later, prijkte. De O. v. J.
achtte dien pleister niet zoo noodig nu en kreeg den
totaal-indruk dat gepoogd wordt het geval erger voor
te stellen dan 't geweest is. Z. E. G. wees op de ver
zachtende omstandigheden in dit geval aanwezig en
eischte ten slotte f 7 boete of 7 dagen hechtenis tegen
den driftigen kastelein.
Ergerlijke grappen
De 22-jarige arbeider Jan Leek, geboren te Oude
Niedorp, vroeger tot 27 April jl. wonende te
Harenkarspel en thans woonachtig te Schagerbrug, ge
meente Zijpe, mocht vervolgens op 't bokkebeuntje
plaats nemen.
Jan was werkman bij den 38-jarigen te Tuitjenhorn
wonenden boer Piet Borst, waar hij niet 's nachts ver
toefde. Bij dien boer was een dagmeid in dienst, de
21-jarige Nantje Burger, die 's avonds bij hare ouders
sliep. Xu was Jan op Zondag 26 April jl. nogal laat
bij den weg in gezelschap van eenige andere jonge
lieden en, terwijl dien avond Borst en ega uit waren
en Nantje met hare zuster Maartje en de kinderen
van Borst op diens hoeve was achtergebleven, wilde
hij eens bezoek afleggen ten huize van Borst, al was
't reeds bij elven.
Nantje en d'r zus hadden om 9 uur den boel secuur
afgesloten en waren evenals de kinderen ter ruste ge
gaan. Maar den slaap kon het zusterenpaar niet al te
best vatten. Ze waren zeker een beetje onrustig, omdat
er geen ..manvolk" thuis was.
Nou, dat zou spoedig genoeg komen. Leek wist wel,
hoe toegang te krijgen, die was op bekend terrein.
Een tuimelraampje bevond zich dicht bij de achterdeur,
waarvan je door dat raampje, als 't geopend is, den
bovensten schotel kunt afnemen. De sleutel van die
deur die bestaat uit boven- en onderdeur, elk met
een stevigen schotel gesloten, terwijl de bovendeur boven
dien nog van een flink slot was voorzien hing als
gewoonlijk in 't wagenhuis en stak later bij Borst's
thuiskomst nog in de deur, ten bewijze dat „men
zich heet goed had weten te redden.
Weldra stond /Jan Leek dan ook hartelijk bij de
achterdeur te lachen, terwijl een tweede persoon, een
kameraad van Jan, voor het in de koegang aange
brachte bed, waarop beide meisjes sliepen, stond en
in goed Hollandsch Nantje verzocht uit het bed te
komen. Zooals te denken is, wilde zij in haar nacht
gewaad zich niet aan zoo'n vreemden boerenjongen
presenteeren en ze weigerde dan ook, aan zijn zonder
ling verzoek te voldoen.
Leek lachte wel bij de achterdeur, maar praten deed
hij niet, waarschijnlijk vreezendè door Nantje te wor
den herkend.
Ze herkende hem echter reeds aan zijn lachen. Den
anderen persoon herkende ze niet. Toen het verzoek
hoegenaamd geen effect sorteerde, poetsten de heeren
de plaat, want ze wilden blijkbaar niet al te erg op
treden. Door het raam van een kamertje in 't voor
huis raakten ze weer in de frissche Tuitjenhorner lucht.
De dames braaf geschrokken, dat begrijp je, en proces
verbaal van 't relletje was weldra met vette letters
opgemaakt.
De O. v. J. zou aan 't lachen van Leek alleen geen
voldoend bewijsmateriaal willen ontleenen, maar ver
schillende knapen waarmee hij dien avond ter hoogte
van Borst's hoeve had gewandeld, verklaarden dat Jan
en nog een persoon juist déar, bij Borst's huis zijn
verdwenen. Dat brengt versterking aan ten opzichte
van 't bewijs en de O. v. J. is dan ook zoo vrij tegen
Leek f 14 boete of 14 dagen hechtenis te eischen.,
„Nieuwsgierigheid" gestraft.
Nadat we een appèlzaakje van Cornelis de Groot
uit Hoorn, bekeurd wegens het gebruik maken van
een valschen halren Liter ter plaatse waar dat niet
mag, hebben aangehoord, krijgen we een tweetal be
klaagden uit Castricum, de heeren v. d. Bosch en Ver
meulen, die zich aldaar 's avonds laat op iemands erf
hebban begeven.... uit nieuwsgierigheid.... 't Was net zoo
wat bedtijd en er woonde daar een jong menschenpaar,
namelijk de 25-jarige A. v. Dijk van daar straks en
zijne ega, beiden heden als getuigen present. Er is een
heeleboel meer gebeurd dan „gluren" alleen en het
tweetal beklaagden werd dan ook opgefrischt met een
eisch, luidende: elk f 8 boete of 8 dagen hechtenis.
Gauw7 verteld.
Daarna werd Piet Schoon van Broek op Langendijk
gepresenteerd die zijn dorps- en vakgenoot, den land
bouwer Jan Blom om een niet zeer diepgaande kool-
bladerenkwestie had geslagen. Partijen waren op de
zitting zeer woordenrijk, dat moet gezegd, maar tijd
en plaats ontbreken om dat alles nader te omschrijven.
Zoo belangrijk is 't bovendien ook niet.
Eisch tegen Schoon wegens mishandeling f 7 of 7
dagen hechtenis.
A.s. Dinsdag uitspraken.
Vogelnesten.
In de maanden Mei en Juni heeft de opmerkzame
mensch, die zich buiten in de vrije natuur kan bewegen,
gelegenheid te over, eens te zien op welke verschillende
wijzen de vogels hun nesten bouwen.
Sommige vogels maken daarvan bijzonder veel werk,
vooral onder de zangers dei- bosschen treft men in
dit opzicht kunststukken aan.
Over het geheel maken de vogels, die in de polders
en weiden broeden, veel minder werk van het nest.
De kievit vergenoegt zich met «en tamelijk ondiep kuiltje,
waarin wat dor gras of bladriet op den bodem wordt
gelegd. De grutto nestelt op bijna dezelfde manier, doch
bouwt zijn nest bij voorkeur tusschen korte rietstoppels.
De kluit maakt er nog minder werk van dan de
kievit en kiest zich 't liefst een kaal open terrein uit,
op een weinig begroeid eilandje in een of ander moeras.
Meer werk maken tureluur en kemphaan van hun
nest. Tusschen hoog gras maken zij een diepe holte
en vlechten daarin 't fijnste en zachtste hooi dat zij
kunnen vinden. Bij voorkeur maken zij dat nest aan
den slootkant of langs diepe greppels.
Leeuwerik en rietmusch gaan op dezelfde manier te
werk, doch trachten nog zachtere plantdeelen in het
nestje aan te brengen.
Ook onder de moeras-, strand- en watervogels, stellen
velen betrekkelijk hooge eischen op 't punt van nest-
bouw.
De wilde eend nestelt bij voorkeur aan den slootkant
in riet of tusschen heimgewas. Het uit riet, gras en
vezels samengestelde Inest, wordt met dons gevoerd,
dat de vogel zich uit de borst plukt.
De taling doet op dezelfde manier.
Bergeenden kiezen bij voorkeur in de duinen verlaten
konijnenholen uit, om daar, soms 5 5 6 voeten onder
den grond, een nest te bouwen, waarbij eveneens van
eigen d'ons gebruik wordt gemaakt. Die wilde eend
pleegt bovendien, bij het verlaten van haar nest, de
eieren met een laagje riet of andere planten te bedek
ken, ten einde haar broedsel te beschermen tegen roof
vogels.
De zilverkoet bouwt tusschen het riet, midden in 't
water een pest van rietstengels en bevloert dit met
afgeplukte rietbladeren en pluis. Ook de riethen of 't
waterhoen gaat ongeveer op dezelfde wijze te werk.
De slobeend weet van kroos een zacht nestje samen
te stellen, dat op het water drijft en slechts dooi' hoog-
opschietend riet wordt tegengehouden om weg te drijven
Kokmeeuwen en zwartkop-meeuwen, die niet altoos in
het duin of aan het strand nestelen, bouwen zich meer
malen een groot nest van riet in een moerassige streek.
De scholekster aan 't strand, ook wel „lieuw" ge
naamd, versiert soms het nest langs den rand met
fijne schelpjes.
De vogels, die in de boomen nestelen, maken gewoon
lijk veel meer werk van hun nesten. Dat van den
kraai, in de hoogste boomkruinen gebouwd, zit stevig
van takken in elkaar; maar van binnen toont het een
waar kunststuk te zijn. 't Is geheel bevoerd met paar de-
haar, wol, vederen en andere zachte voorwerpjes.
De ekster bouwt ook aldus het nest, doch maakt
er bovendien nog een dak van takken boven, waardoor
het wijfje beschut zit tegen zonneschijn en regen.
De houtduif daarentegen bouwt een zoor primitief
nest van takken, soms met zulke reeten er tusschen, dat
de eieren van onderen door de nestdeelen gezien kun
nen worden.
Onder de zangvogels echter wordt zeer veel werk
van het nest gemaakt.
De zwaluw, (die het nest van klei bouwt en het
met de zachtste bestanddeelen aan den binnenkant voert,
staat zeker bij den nest bouw vooraan.
Trouwens wordt ons dit gezegd in een oud kerklied,
waar het luidt:
„De zwaluw legt haar jongskens neer
ln 't kunstig nest bij uw altaren."
De spreeuw kaapt soms tal van kleine bloemen uit
de tuinen en versiert het nest er mede. De muscht
overtreft alweer den spreeuw, wat de inrichting van
het nest betreft. ,Wpl, vederen en zacht haar bezigt
het muschje tot binnenbekleeding van het nestje.
Vinken, lijsters, meerls en andere zangvogels gaan
nagenoeg op dezelfde manier te werk bij het bouwen
der nesten. Bij voorkeur worden daarvoor paardehaar,
rietpluimen, veertjes, wol en dergelijke artikelen ge
bezigd, die met zeldzame kunstvaardigheid aan elkan
der worden bevestigd.
Ook de karakiet, tusschen het hooge riet verscholen,
weet het kunstig nestje zoodanig aan de rietstengels
te bevestigen, dat het ook bij storm geen gevaar loopt,
als het riet wordt heen en weer gezweept.
Wie al deze kunstvoortbrengselen onzer gevederde
vrienden aanschouwt kan stellig niet nalaten er zijne
bewondering over uit te spreken.
Hdbld.
TUINBOUW.
Groote Vjjrjaarlyksehe Tentoonstelling 1910.
De eerste vergadering van de commissie voor de
a.s. vijfjaarlijksche tentoonstelling is gehouden Bij deze
tentoonstelling zal het karakter aanmerkelijk afwijken
van dat der voorgaande, daar besloten is van half April
tot half Mei een vollcgrondstentoonslelling te houden,
waarvan de tentoonstellingen te Noordwijk en te Sas-
senheim de voorioopers zijn geweest hiet alleen, maar
die te<vens allen twijfel omtrent de deugdelijkheid der
nieuwe wijze van handelen hebben weggenomen.
Er zal getracht worden de beschikking te krijgen
over den Hertenkamp en omliggende terreinen van tien
Haarlemmerhout. Het ontwerpen van het plan van
aanleg is opgedragen aan de heeren Leonard A. Sprin
ger, tuinarchitect te Haarlem, en H. J. Goemans, tuin
architect te Bennebroek.
De beplantingen zullen reeds in het najaar van 1909
geschieden.
Twijfel omtrent het slagen dezer tentoonstelling is
wel niet mogelijk. iWie het terrein kent, en verder
weet welk lichaam de „Algemeene Vereeniging voor
Bloemencultuur" is, die ziet in, gedachten reeds de
duizenden bezoekers, landgenooten en vreemdelingen,
genietende van het bekoorlijke schouwspel, dat de Hout
dan zal opleveren.
Ongetwijfeld zal deze tentoonstelling meewerken, den
roem onzer Bollenstreek en onzer Bloembollen te ver
spreiden niet alleen, maar er tevens toe bijdragen, dat
de beteekenis es de omvang van een der voornaamste
takken van onzen nationalen tuinbouw aanmerkelijk
zullen stijgen.
Een nieuwe wjjze van boterbereiding.
Tot heden werd in fabrieken als op boerderijen de
boter gewonnen door karnen van zuren room, d. i.
room welke ongeveer 20 uur na toevoeging van een
zuursel (karnemelk of reincultuur) een zekeren zuur
graad heeft bekomen.
In Canada zijn, volgens een bulletin, gepubliceerd]
vanwege de afdeeling Landbouw van het gouvernement,
proeven genomen voor de bereiding van boter uit
zoeten room.
In plaats van het zuringsproces in den room te doen
plaats vinden, wordt na de centrifugeering bij den rer-
schen (room pin flinke hoeveelheid zuursel gevoegd,
waarna onmiddellijk wordt gekarnd.
Uit deze proeren is afgeleid, dat volgens de nieuwe
wijze van werken de boter minder water bevat en
duurzamer is dan boter volgens de tot holen gevolgde
methode bereid.
Doodslag te Oudendyk.
W. Broertjes was met zijn echtgenoote op bezoek
bij zijn buurman, en ging ongeveer lU/a uur naar
huis, toen hij plotseling door G. Schouten werd aan
gevallen, die hem met een schotel van een damhek
een slag voor het hoofd gaf, waarop hij bewusteloos
neerviel. Zeer kort daarna kwam hij bij en greep
Schouten aan, die door hem op den grond werd ge
worpen. Schouten heeft hem daarna met een boksijzer
een slag gegeven, waarna Broertjes uit zelfverdediging
Schouten bij de keel greep en hem worgde.
De justitie uit Alkmaar en de commissaris van politie
uit Hoorn v. d. Lugt waren gisteren ter plaatse om
een onderzoek in te stellen. Schouten genoot een slechte
reputatie.
W leringen.
Den 11 Juni aanstaande hoopt de heer C. Rijke-
boer den dag te herdenken, dat hij voor 25 jaar als
onderwijzer te Hippolytushoef in functie trad. Zeker
zal het den algemeen geaehten leermeester bij die ge
legenheid niet aan blijken van belangstelling ont
breken.
Inbraak liulppostkantoor te Apeldoorn.
Men meldt uit Apeldoorn, dato 28 Mui, dat de ver
moedelijke dader is aangehouden. In Amsterdam moet,
op last van den officier van justitie aldaar, zijn aan
gehouden, een zekere Stibbe, een oude bekende van
de justitie, tegen wien ernstige vermoedens bestaan van
de inbraak in het hulppostkantoor alhier. Reeds zijn
een paar marechaussées naar Amsterdam vertrokken,
om den aangehoudene naar hier te transporteeren.
Vroede vaderen.
Men schrijft uit het Westland aan de Resb.
Op e.en der Westlandsche dorpen hielden gisteren
B. en W. vergadering om.... zes uur in den ochtend.
De secretaris was reeds te 5y8 uur druk doende om
den boel voor te bereiden.
Dat heet nog eens de belangen der gemeente behar
tigen! Als 't daar nog niet vlot, dan gaat het nergens
meer.
Een ernstig sladsbericlit.
Uit een klein blad:
Een speelsch hondje heeft gisteren op de Hoofdstraat
van een jongen de jas gescheurd door daarin te bijten
en er aan te trekken.
Mannelijk kenkenpersoneel.
Een familie te Apeldoorn, die al geruimen tijd „suk
kelt" met dienstboden, vraagt nu in een der plaatselijke
bladen, aldaar, „een huisknecht, die goed kan ^oken
en bekend is met verdere huishoudelijke werkzaam
heden", vermoedelijk 't opmaken van de wasch e. d.
De schoonmaak ca haar gevolgen.
Op Urk is Dinsdagmiddag in de door ds. Van de
Vegte bewoonde pastorie der Geref. kerk brand uitge
broken, ontstaan door het springen van een bakje met
was en terpentijn, dat door een der dienstboden op
een petroleumtoestelletje te warmen was gezet. Binnen
weinige oogenblikken stond niet alleen de kamer in
brand, maar ook de kleeding der meid, die aanvankelijk
gepoogd had het onheil te bedwingen.
Toen de predikant op haar gegil uit zijn studeer
kamer van boven kwam aansnellen, en hem, ten gevolge
van de pas gedane schoonmaak geen middelen ter
blussching ten dienste stonden, rukte hij haar de bran
dende kleederen van het lichaam, waarbij hij aan de
handen ernstige brandwonden opdeed, terwijl ook zijn
kleeding vlam vatte. Inmiddels toegeschoten hulp van
omwonenden, voorbwam gelukkig verdere onheilen.
In 't belang der grasmaaiers en hooiers.
Herhaaldelijk is geklaagd over de omstandigheden,
waaronder de tijdelijke boerenarbeiders verkeeren, die
ver van hun eigen woonplaats in het landbouwbedrijf
werkzaam rijnzoo in den maai- en hooitijd de ar
beiders, die, afkomstig ,vooral uit Drente, 't Noorden
van Ovenjsel en de Orer-Veluwe, naar Noord-Holland
komen om daar als maaiers en hooiers dienst te doen.
In grooten getale komen zij Zondags naar de steden in
den omtrek van hun werk, waar rij, na daar hun in-
koopen te hebben gedaan, den ganschen dag verder
blijven ritten in de herbergen.
De afdeeling Purmerend van den Volksbond tegen
Diankmisbruik die in de in 1906 te Deventer gehouden
algemeene vergadering van den Volksbond de aandacht
op het kwaad vestigde, zal nu in vereeniging met de
overige plaatselijke Drankbestrijdings-Vcreenigingen een