J Zondag 31 Mei 1908. 52e Jaargang. No. 4365. V1ËKDE BLAD. INGEZONDEN. Arrondissements Kechtbanh te Alkmaar. Biauenlandsch Nieuws. - Een woord tot de Ingezetenen van Anna Paulowna. "Wanneer het waar is, wat men gezegd heeft, dat wy leven in de eeuw van het kind, dat heeft het Centraal Genootschap voor Kinderhersteilings- en Yacantiekolo- nies zeker alle reden van bestaan. Van het Centraal Genootschap bestaat in onze ge meente eene afdeeling. Enkelen uwer zal het bekend zyn; velen zyn er zeker geheel onkundig van. Onze afdeeling is klein, zeer klein, te klein. Dat wy straks (13 Juni) drie kinderen kunnen uitzenden naar Nunspeet, danken wy byna geheel aan de uitvoering, dezen winter ten bate van onze afdeeling gegeven. Voor dezen zomer zyn we dus gered en gereed, maar dat is niet voldoende. "Wy hebben ook te zorgen voor de toekomst. Waar wy 't vorige jaar met zooveel succes hebben gewerkt voor de Gezinsverpleging, daar komen wy thans tot onze mede-ingezetenen voor de afdeeling van bovengenoemd genootschap. Men zegge nu niet: daar wordt zooveel gevraagd 1 want heusch, dat weten wy zelf ook wel. Liever dan ons het werk moeilyk en lastig te maken door dergelijke wel juiste, maar geheel doellooze, opmer kingen, steune men ons. Waarlyk, wy hebben behoefte aan dien steun. Vol vertrouwen komen wy tot u, bur gers van Anna Paulowna. Aan u, dat vertrouwen niet te beschamen 1 Wy zyn voornemens de ingezetenen der gemeente zooveel mogelijk persoonlijk op te zoeken. Wie veel voor ons streven voelen het streven om aan zwakke kinderen de noodige kracht en frischheid naar lichaam en geest te verschaffen door hen eenigen tyd uit te zenden naar een Koloniehuis zullen zich vermoedelijk wel uit eigen beweging by ons aanmelden. Zy kunnen dat doen in de eer3te plaats by onze secre taresse, mej. Atema (Ew. sluis) en onzen penningmeester, den heer De Bruyne (KI. sluis), verder by de heeren K. A. Kaan (Oostpolder) en Lunshof (Breezand), of ook b(j my. Ten slotte wil ik nog meedeelen, dat de uit te zenden kinderen voor dit jaar, 13 Juni naar Nunspeet gaan om 9 Juli terug te keeren. Deze zaak zy een ieder ter ernstige overdenking aan bevolen 1 Zonder den steun onzer medemenschen vermogen wy niets; mèt hun steun hopen we nog veel goeds tot stand te brengen. De Voorzitter der afdeeling: TOXOPEüS. Pastorie Anna Paulowna, Mei 1908. Aan alle mannen en jongelingen te Schagen en omstreken. Waarom zyn de mannen er toch zoo tegen, Dat voor de vrouw het kiesrecht wordt verkregen? Hoe velen van haar hebben een helder hoofd 1 Getrouw houdt de vrouw, wat ze eens heeft beloofd 1 Geen enkele reden kan men bedenken, Waarom men haar niet het kiesrecht zou schenken Mannen van Nederland, rechtvaardig en goed, Laat eindelijk Uw dwaas veroordeel varen, Wy vrouwen, wy verliezen nimmer den moed Eens komt toch ons recht, al duurt het nog jaren. Joure, M. C. E. ROGAAR. Allen zult gy nu wel weten, dat er in Uw dorp een af deeling van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht op gericht is. Zyt gij allen wel doordrongen van het goede doel dier vereeniging, n.1. een samenwerken naast en met U Ik denk wel, dat gy allen- dat wel weten zult, doch waarom dan niet medegeholpen om dat recht voor Uwe Vrouwen en Meisjes te verkrijgen? Zy vragen geen gunst, maar recht I By het maken van propagandabezoeken is het dikwijls gebleken, dat er by sommigen een soort van huivering bestaat om zich by de Vereeniging voor Vrouwenkies recht aan te sluiten. Een volkomen, onbegrijpelijke huivering. Waaruit ontsproten is die vrees? Ik weet het niet. Wilt toch begrijpen, dat, wanneer men lid wordt van V. Kiesrecht, men zich tot niets verbindt, direct noch indirect tot ietgedwongen wordt, nog met iets anders instemming betuigt, dan met het doel der vereenigingn J. opheffing van den slagboom, welke alle Nederlandsche vrouwen van de stembus weert. Waarom de onderwijzer wèl, de onderwijzeres niet de advocaat, de doctor wèl, de advocate, demodica niet naar de stembus. Hebben wy geen flinke vrouwen, die optreden met tact en verstand Zien de mannen-wettenmakers daar uit niet, dat zy zich niet langer mogen aanmatigen om alleen mannen te laten regeeren? Als Uw vrouwen en meisjes niet durven, brengt haar dan naar de vergadering waar gesproken wordt over haar recht en zy zullen inzien, niet langer achter te kunnen blijven. Het gelat hier geen partybelang, maar een mensche- lyke zaak in de diepste beteekenis van het woord. Komt, sluit U in drommen van honderden aan Draagt allen een steentje aan voor het grootsche gebouw. Het is een zedelijke plicht, zooveel mogelijk te doen wat recht is, het zal Uw kinderen ten goede komen. Dus hy, die zijne vrouw, zyn meisje lief heeft, hy gunne haar het stemrecht, zoodat zy naast hem zal staan, iu den dikwijls moeilijken strijd. Leest de wets artikelen, voor de Vrouw zóó dieptreurig, en denkt aan Uwe ongelukkige Zusteren, die er dikwijls zoo door lyden. Wy spreken den wensch uit, dat er met een volgende vergadering, wanneer er weer eene bekwame spreekster za.' komen, de zaal vol is, gevuld met verstandige man nen en vrouwen die in Schagen en omstreken toch nog wel te' 'inden zullen zijn. U uy uheer de Redacteur, dankend voor de plaatsing in Uw velgelezen blad, gaarne, Een voorstandster van V. Kiesrecht. 27 Mei '08. Dinsdag 26 Mei 1908. Alles door liet stranden van een schip. De dezen winter gestrande „Volta", of eigenlijk meer speciaal de lading daarvan, bezorgde ons vandaag nog weer^ens een stuk of vyf straft aakj es, die we niet tot de alleramusantste zouden durven rennen. Maar dat hindert niet een volgend maai zulten we maar weer eens op eene meer variante ïnlei g hopen. Hoop doet immers leven 1 vanda„„óók En eene inleiding genoten we bovendten yandaiigóók nog, zij het in eeuen eenigszins buitengewonen vorm, nl'dl uitspraak van een faillissement vaneen kleei- maker die tot heden de Castricummer bevolking in de kleeren stak en Willem Twisk Floriszoon heet Rechtercommissaris was Mr. De Savornin Lobman en curator Mr. Verdam. Beginnen wo nu oens, na de uitspraken te hebben «genoten" aan het eerste bedrijf. Was het den vorigen keer by de stranding van de Can Robert en waren het den vóórvorigen keer by de stranding van een Noorsch schip, dat den 19den December 1902 onder Eierland aan de Tesselsche kust strandde, buffelhoorn pitten, die een begeerige buit leken voor sommige Helderscho vletterlieden, thans waren het palinpitten, waarop de stoere varensgasten verlek kerd waren geweest. Laten we Gerrit Wezelman, een fermen Helderschen schipper, die schitterde door afwezigheid, de eerste beurt geven. In het begin van Maart was onder de „vele helpers in den nood" ook onzo brave Gert, die dapper zyn best deed om te redden, wat er nog te redden viel. Met leeuwenmoed en ongekenden ijver wierp hy zich op de tallooze zakken, om die haastig in zyn vlet, de H. D. 39, te bergen. Zooals gewoonlijk met zulk goedje ge schiedt, werd er ook door Wezelman ruw medegeleefd. Hel doel, de „Volta" vlot te krijgen, moest zoo moge lijk bereikt worden en voor de rost, al leed de lading even, nu enfin 1 Haar sparen was trouwens in 't onderhavige geval werkelijk een heele taak. Want men moet niet verge ten, dat de zakken met pitten bij het lossen der „Volta" in de Heldersche vletten van een zeer beduidende hoogte moesten nederdalen. Het verschil in boogte tusschen de „Volta" en de vletten werd in de getuigenverklarin gen even groot genoemd als de hoogte van den rechts- zaalwand vanaf vloer tot zoldering... ettelijke meters! Menige baal is dan ook geborsten. Ijverig werd intusschen doorgewerkt, wat den heer Visser, vertegenwoordiger der firma Zurmühlen,(de wel bekende reeders en ondernemers van den sleepbootaienst) zeker niet ongevallig zal zyn geweest. Aan den 34- jarigen schipper Arie Kuiper, een hunner ondergeschik ten, hadden zij (firma Zurmühlen) vrij mandaat gegeven om vletterlieden te zoeken, tot het bergen van de lading, die hy (Kuiper) voor hunnen arbeid zelf had te betalen. Kuiper genoot daarentegen als belooning een zeker per centage van de winst, door de opbronging der lading verkregen. In Wezelman's vlet nu was 't zoo haastig toegegaan, dat eene hoeveelheid losse palmpitten in de bun van 't vaartuig (de boven met 'n rooster gedekte, met water afgesloten ruimte, die is aangewezen voor 't bewaren van visch) was terecht gekomen. By 't latere lossen van de vlet by het pakhuis van de werf „De Lastdrager", zoo zegt Gert, heeft hy vol strekt niet vermoed, dat er in de bun pitten geraakt waren. Eerst later merkte hy dat. En toen kwam er 'n aardig zoodje voor den dag. Niet alleen pitten, maar ook allerlei stoffen waarmede deze vermengd waren geraakt, als: garnalen, krabben, schelpen, zeegras, blaadjes en steenkolen. Een fraai mengelmoes 1 Gert was toen maar zoo vry dien poespas als vuilen rommel te beschouwen, zóó gering in waarde, dat hy dien niet had te verantwoorden 1 Wat niet wegnam, dat hij er een vry beduidend som metje voor maakte by verkoop. De E. A. heeren geloofden echter niet, dat het zaakje in al zijne onderdeelen, zoo onschuldig in elkaar zat als Wezelman wel wilde doen uitkomen. Vooral de heer Officier was verbazend ongeloovig in dit opzicht. Hem klonk het zoo vreemd, dat Gert naar een opkooper zou zyn gegaan en aldaar 't doel zijner komst verkondigende, zei: „Zeg, wil je erg smerige palm pitten van me koopen En zoo'n opkooper koopt dan voor een dikke vijftig gulden van die palmpitten, rykelyk versierd met garnalen, krabben, steenkolengruis, schelpen, zeegras en blaadjes, zonder dat hy weet of hy er wel een cent voor terugkrijgt 't lykt Z.E.G. zeer ongeloofwaardig toe. Spreker denkt, dat 't wel terdege is aan te nemen, dat Wezelman met de toeëige- ning der palmpitten wederrechtelijk heeft gehandeld. Maar, hoewel ten opzichte van de feiten deze zaak vry eenvoudig moge lijken, heeft spreker toch niet veel hoop op succes by de vervolging. Immers, de meest droeve ervaringen zyn opgedaan by vorige vervolgingen, waar de beklaagden, zoowel wat de strafzaak in verband met goederen van de ge strande Can Robert, als met die van goederen van 't nog vroeger (naby Texel) gestrande Noorache schip betreft. Dit is nu de derde ;maal dat Mr. Gnopius hier bij de Alkmaarsche rechtbank zoo'n droeve coinedie van gehuichelde goede trouw bijwoont. In de beide gevallen volgde wegens gebrek aan bewijs vrijspraak. Hoe zal 't nu zijn? Ook nu heet men weer geheel te goeder trouw te zijn geweest Moet dat nu zoo doorgaan? Moeten we ons langer met open oogen laten bedriegen? Wanneer er menschen vallen te redden, dan ver dienen de Heldersche schippers voorzeker achting. Ware het ten opzichte van góederen ook zoo! Zóó sprak de heer Officier. Eisch wegens verduistering van goederen 1 maand gevangenisstraf. Een vervolg op het voorgaande. Willem de Boer, Klaas Bijl, Gerrit van Dok en Cor- nelis Boon, pok allen Heldersche schippers, stonden vervolgens terecht voor precies hetzelfde feit, dat Wezelman voor de vierschaar bracht. De zaak kwam dan ook op 't zelfde neer. De O. v. J. vertelde dat uit een uit Hamburg ont vangen brief bleek, dat er 126 zakken palmpitten bij het lossen der Volta verdwenen zijn. Z. E. G. wil niet zeggen, dat beklaagden al die zakken vol hebben meegepakt, maar een groot gedeelte ervan is toch door hen verkocht en verhandeld geworden. Ook hier eischte de heer Officier tegen élk der vier beklaagden een maand gevangenisstraf. Mr. Prins, die dit viertal verdedigde, achtte niet te- wezen dat beklaagden tijdens het verrichten hunner handeling, wisten dat die ze wederrechtelijk, was. Ten gevolge daarvan vroeg pleiter voor hen alien vrijspraak. Met het mes. De volgende beklaagde is er een van de clientèle van den straks failliet verklaarden tailleur en presenteerde zich in onberispelijk naar de laatste mode afgewerkt costuum. Hij is geboortig uit Castricum, Antonie van Dijk genaamd, oud 25 jaar. Erg zenuwachtig was het heer en het eerste wat hij' deed, was beginnen met de voorlezing van een schriftelijke verdedigingsrede „Edelachtbare Heeren! Ikverder kwam hij echter niet, want de President wilde eerst liever 't getuigen verhoor even hebben. En later heeft Antonius door de ontroering aan de heele voorlezing niet meer ge dacht. Jammer genoeg! 't Zaakje is overigens gauw genoeg verteld. Van Dijk kreeg op Zondagavond 12 April dezes jaars twist met zekeren Vermeulen, aan wien hij zoo'n geduchten steek toediende, dat dokter Schoonhoff erbij te pas kwam. Beklaagde gaf voor, dat hij alleen met een knoestigen stok had geslagen, doch die arts constateerde dat 't een met een snijdend voorwerp veroorzaakte wond was. Hoewel de O. v. J. moest erkennen, dat er niet be wezen was, dat er gestoken is, is toch zijns inziens wel als vaststaand te beschouwen, dat Vermeulen na 't contact met teklaagde bloedend verwond was. Tegen Van Dijk werd f 14 boete of 7 dagen hech tenis geëischt, wat bij h!em de waterlanders te voor schijn riep. O, die kwajongens! Die 12de April was een ware ongeluksdag dit jaar. Pas toch was de huilebalk van zooeven vertrokken, of we zagen een eerzamen, gunstig bekend staanden Grootcbroeker kastelein, H. Molenaar genaamd, het beklaagdenpiaatsje innemen. Deze man ontdekte dien Zondagavond dat eenige jongens voor zijne woning aan 't „vuurtje stoken" waren. En daar hem dit wel hard genoeg ging, toog hij, inwen dig toornig, met de biljartkeu in de hand naar buiten en sloeg met zijn wapen, tusschen de jongens, die wegvluchtten. Willem Broertjes, een echte kwaje rakker van 1-1 jaar, werd met 't ding vrij onzacht op zijn hoofdje getroffen, zoodat een flinke wonde ontstond, waarop na geneeskundige behandeling en voortdurende verzor ging der wijkverpleegster, nog steeds een groote pleister heden ten dage, dus 44 dagen later, prijkte. De O. v. J. achtte dien pleister niet zoo noodig nu en kreeg den totaal-indruk dat gepoogd wordt het geval erger voor te stellen dan 't geweest is. Z. E. G. wees op de ver zachtende omstandigheden in dit geval aanwezig en eischte ten slotte f 7 boete of 7 dagen hechtenis tegen den driftigen kastelein. Ergerlijke grappen De 22-jarige arbeider Jan Leek, geboren te Oude Niedorp, vroeger tot 27 April jl. wonende te Harenkarspel en thans woonachtig te Schagerbrug, ge meente Zijpe, mocht vervolgens op 't bokkebeuntje plaats nemen. Jan was werkman bij den 38-jarigen te Tuitjenhorn wonenden boer Piet Borst, waar hij niet 's nachts ver toefde. Bij dien boer was een dagmeid in dienst, de 21-jarige Nantje Burger, die 's avonds bij hare ouders sliep. Xu was Jan op Zondag 26 April jl. nogal laat bij den weg in gezelschap van eenige andere jonge lieden en, terwijl dien avond Borst en ega uit waren en Nantje met hare zuster Maartje en de kinderen van Borst op diens hoeve was achtergebleven, wilde hij eens bezoek afleggen ten huize van Borst, al was 't reeds bij elven. Nantje en d'r zus hadden om 9 uur den boel secuur afgesloten en waren evenals de kinderen ter ruste ge gaan. Maar den slaap kon het zusterenpaar niet al te best vatten. Ze waren zeker een beetje onrustig, omdat er geen ..manvolk" thuis was. Nou, dat zou spoedig genoeg komen. Leek wist wel, hoe toegang te krijgen, die was op bekend terrein. Een tuimelraampje bevond zich dicht bij de achterdeur, waarvan je door dat raampje, als 't geopend is, den bovensten schotel kunt afnemen. De sleutel van die deur die bestaat uit boven- en onderdeur, elk met een stevigen schotel gesloten, terwijl de bovendeur boven dien nog van een flink slot was voorzien hing als gewoonlijk in 't wagenhuis en stak later bij Borst's thuiskomst nog in de deur, ten bewijze dat „men zich heet goed had weten te redden. Weldra stond /Jan Leek dan ook hartelijk bij de achterdeur te lachen, terwijl een tweede persoon, een kameraad van Jan, voor het in de koegang aange brachte bed, waarop beide meisjes sliepen, stond en in goed Hollandsch Nantje verzocht uit het bed te komen. Zooals te denken is, wilde zij in haar nacht gewaad zich niet aan zoo'n vreemden boerenjongen presenteeren en ze weigerde dan ook, aan zijn zonder ling verzoek te voldoen. Leek lachte wel bij de achterdeur, maar praten deed hij niet, waarschijnlijk vreezendè door Nantje te wor den herkend. Ze herkende hem echter reeds aan zijn lachen. Den anderen persoon herkende ze niet. Toen het verzoek hoegenaamd geen effect sorteerde, poetsten de heeren de plaat, want ze wilden blijkbaar niet al te erg op treden. Door het raam van een kamertje in 't voor huis raakten ze weer in de frissche Tuitjenhorner lucht. De dames braaf geschrokken, dat begrijp je, en proces verbaal van 't relletje was weldra met vette letters opgemaakt. De O. v. J. zou aan 't lachen van Leek alleen geen voldoend bewijsmateriaal willen ontleenen, maar ver schillende knapen waarmee hij dien avond ter hoogte van Borst's hoeve had gewandeld, verklaarden dat Jan en nog een persoon juist déar, bij Borst's huis zijn verdwenen. Dat brengt versterking aan ten opzichte van 't bewijs en de O. v. J. is dan ook zoo vrij tegen Leek f 14 boete of 14 dagen hechtenis te eischen., „Nieuwsgierigheid" gestraft. Nadat we een appèlzaakje van Cornelis de Groot uit Hoorn, bekeurd wegens het gebruik maken van een valschen halren Liter ter plaatse waar dat niet mag, hebben aangehoord, krijgen we een tweetal be klaagden uit Castricum, de heeren v. d. Bosch en Ver meulen, die zich aldaar 's avonds laat op iemands erf hebban begeven.... uit nieuwsgierigheid.... 't Was net zoo wat bedtijd en er woonde daar een jong menschenpaar, namelijk de 25-jarige A. v. Dijk van daar straks en zijne ega, beiden heden als getuigen present. Er is een heeleboel meer gebeurd dan „gluren" alleen en het tweetal beklaagden werd dan ook opgefrischt met een eisch, luidende: elk f 8 boete of 8 dagen hechtenis. Gauw7 verteld. Daarna werd Piet Schoon van Broek op Langendijk gepresenteerd die zijn dorps- en vakgenoot, den land bouwer Jan Blom om een niet zeer diepgaande kool- bladerenkwestie had geslagen. Partijen waren op de zitting zeer woordenrijk, dat moet gezegd, maar tijd en plaats ontbreken om dat alles nader te omschrijven. Zoo belangrijk is 't bovendien ook niet. Eisch tegen Schoon wegens mishandeling f 7 of 7 dagen hechtenis. A.s. Dinsdag uitspraken. Vogelnesten. In de maanden Mei en Juni heeft de opmerkzame mensch, die zich buiten in de vrije natuur kan bewegen, gelegenheid te over, eens te zien op welke verschillende wijzen de vogels hun nesten bouwen. Sommige vogels maken daarvan bijzonder veel werk, vooral onder de zangers dei- bosschen treft men in dit opzicht kunststukken aan. Over het geheel maken de vogels, die in de polders en weiden broeden, veel minder werk van het nest. De kievit vergenoegt zich met «en tamelijk ondiep kuiltje, waarin wat dor gras of bladriet op den bodem wordt gelegd. De grutto nestelt op bijna dezelfde manier, doch bouwt zijn nest bij voorkeur tusschen korte rietstoppels. De kluit maakt er nog minder werk van dan de kievit en kiest zich 't liefst een kaal open terrein uit, op een weinig begroeid eilandje in een of ander moeras. Meer werk maken tureluur en kemphaan van hun nest. Tusschen hoog gras maken zij een diepe holte en vlechten daarin 't fijnste en zachtste hooi dat zij kunnen vinden. Bij voorkeur maken zij dat nest aan den slootkant of langs diepe greppels. Leeuwerik en rietmusch gaan op dezelfde manier te werk, doch trachten nog zachtere plantdeelen in het nestje aan te brengen. Ook onder de moeras-, strand- en watervogels, stellen velen betrekkelijk hooge eischen op 't punt van nest- bouw. De wilde eend nestelt bij voorkeur aan den slootkant in riet of tusschen heimgewas. Het uit riet, gras en vezels samengestelde Inest, wordt met dons gevoerd, dat de vogel zich uit de borst plukt. De taling doet op dezelfde manier. Bergeenden kiezen bij voorkeur in de duinen verlaten konijnenholen uit, om daar, soms 5 5 6 voeten onder den grond, een nest te bouwen, waarbij eveneens van eigen d'ons gebruik wordt gemaakt. Die wilde eend pleegt bovendien, bij het verlaten van haar nest, de eieren met een laagje riet of andere planten te bedek ken, ten einde haar broedsel te beschermen tegen roof vogels. De zilverkoet bouwt tusschen het riet, midden in 't water een pest van rietstengels en bevloert dit met afgeplukte rietbladeren en pluis. Ook de riethen of 't waterhoen gaat ongeveer op dezelfde wijze te werk. De slobeend weet van kroos een zacht nestje samen te stellen, dat op het water drijft en slechts dooi' hoog- opschietend riet wordt tegengehouden om weg te drijven Kokmeeuwen en zwartkop-meeuwen, die niet altoos in het duin of aan het strand nestelen, bouwen zich meer malen een groot nest van riet in een moerassige streek. De scholekster aan 't strand, ook wel „lieuw" ge naamd, versiert soms het nest langs den rand met fijne schelpjes. De vogels, die in de boomen nestelen, maken gewoon lijk veel meer werk van hun nesten. Dat van den kraai, in de hoogste boomkruinen gebouwd, zit stevig van takken in elkaar; maar van binnen toont het een waar kunststuk te zijn. 't Is geheel bevoerd met paar de- haar, wol, vederen en andere zachte voorwerpjes. De ekster bouwt ook aldus het nest, doch maakt er bovendien nog een dak van takken boven, waardoor het wijfje beschut zit tegen zonneschijn en regen. De houtduif daarentegen bouwt een zoor primitief nest van takken, soms met zulke reeten er tusschen, dat de eieren van onderen door de nestdeelen gezien kun nen worden. Onder de zangvogels echter wordt zeer veel werk van het nest gemaakt. De zwaluw, (die het nest van klei bouwt en het met de zachtste bestanddeelen aan den binnenkant voert, staat zeker bij den nest bouw vooraan. Trouwens wordt ons dit gezegd in een oud kerklied, waar het luidt: „De zwaluw legt haar jongskens neer ln 't kunstig nest bij uw altaren." De spreeuw kaapt soms tal van kleine bloemen uit de tuinen en versiert het nest er mede. De muscht overtreft alweer den spreeuw, wat de inrichting van het nest betreft. ,Wpl, vederen en zacht haar bezigt het muschje tot binnenbekleeding van het nestje. Vinken, lijsters, meerls en andere zangvogels gaan nagenoeg op dezelfde manier te werk bij het bouwen der nesten. Bij voorkeur worden daarvoor paardehaar, rietpluimen, veertjes, wol en dergelijke artikelen ge bezigd, die met zeldzame kunstvaardigheid aan elkan der worden bevestigd. Ook de karakiet, tusschen het hooge riet verscholen, weet het kunstig nestje zoodanig aan de rietstengels te bevestigen, dat het ook bij storm geen gevaar loopt, als het riet wordt heen en weer gezweept. Wie al deze kunstvoortbrengselen onzer gevederde vrienden aanschouwt kan stellig niet nalaten er zijne bewondering over uit te spreken. Hdbld. TUINBOUW. Groote Vjjrjaarlyksehe Tentoonstelling 1910. De eerste vergadering van de commissie voor de a.s. vijfjaarlijksche tentoonstelling is gehouden Bij deze tentoonstelling zal het karakter aanmerkelijk afwijken van dat der voorgaande, daar besloten is van half April tot half Mei een vollcgrondstentoonslelling te houden, waarvan de tentoonstellingen te Noordwijk en te Sas- senheim de voorioopers zijn geweest hiet alleen, maar die te<vens allen twijfel omtrent de deugdelijkheid der nieuwe wijze van handelen hebben weggenomen. Er zal getracht worden de beschikking te krijgen over den Hertenkamp en omliggende terreinen van tien Haarlemmerhout. Het ontwerpen van het plan van aanleg is opgedragen aan de heeren Leonard A. Sprin ger, tuinarchitect te Haarlem, en H. J. Goemans, tuin architect te Bennebroek. De beplantingen zullen reeds in het najaar van 1909 geschieden. Twijfel omtrent het slagen dezer tentoonstelling is wel niet mogelijk. iWie het terrein kent, en verder weet welk lichaam de „Algemeene Vereeniging voor Bloemencultuur" is, die ziet in, gedachten reeds de duizenden bezoekers, landgenooten en vreemdelingen, genietende van het bekoorlijke schouwspel, dat de Hout dan zal opleveren. Ongetwijfeld zal deze tentoonstelling meewerken, den roem onzer Bollenstreek en onzer Bloembollen te ver spreiden niet alleen, maar er tevens toe bijdragen, dat de beteekenis es de omvang van een der voornaamste takken van onzen nationalen tuinbouw aanmerkelijk zullen stijgen. Een nieuwe wjjze van boterbereiding. Tot heden werd in fabrieken als op boerderijen de boter gewonnen door karnen van zuren room, d. i. room welke ongeveer 20 uur na toevoeging van een zuursel (karnemelk of reincultuur) een zekeren zuur graad heeft bekomen. In Canada zijn, volgens een bulletin, gepubliceerd] vanwege de afdeeling Landbouw van het gouvernement, proeven genomen voor de bereiding van boter uit zoeten room. In plaats van het zuringsproces in den room te doen plaats vinden, wordt na de centrifugeering bij den rer- schen (room pin flinke hoeveelheid zuursel gevoegd, waarna onmiddellijk wordt gekarnd. Uit deze proeren is afgeleid, dat volgens de nieuwe wijze van werken de boter minder water bevat en duurzamer is dan boter volgens de tot holen gevolgde methode bereid. Doodslag te Oudendyk. W. Broertjes was met zijn echtgenoote op bezoek bij zijn buurman, en ging ongeveer lU/a uur naar huis, toen hij plotseling door G. Schouten werd aan gevallen, die hem met een schotel van een damhek een slag voor het hoofd gaf, waarop hij bewusteloos neerviel. Zeer kort daarna kwam hij bij en greep Schouten aan, die door hem op den grond werd ge worpen. Schouten heeft hem daarna met een boksijzer een slag gegeven, waarna Broertjes uit zelfverdediging Schouten bij de keel greep en hem worgde. De justitie uit Alkmaar en de commissaris van politie uit Hoorn v. d. Lugt waren gisteren ter plaatse om een onderzoek in te stellen. Schouten genoot een slechte reputatie. W leringen. Den 11 Juni aanstaande hoopt de heer C. Rijke- boer den dag te herdenken, dat hij voor 25 jaar als onderwijzer te Hippolytushoef in functie trad. Zeker zal het den algemeen geaehten leermeester bij die ge legenheid niet aan blijken van belangstelling ont breken. Inbraak liulppostkantoor te Apeldoorn. Men meldt uit Apeldoorn, dato 28 Mui, dat de ver moedelijke dader is aangehouden. In Amsterdam moet, op last van den officier van justitie aldaar, zijn aan gehouden, een zekere Stibbe, een oude bekende van de justitie, tegen wien ernstige vermoedens bestaan van de inbraak in het hulppostkantoor alhier. Reeds zijn een paar marechaussées naar Amsterdam vertrokken, om den aangehoudene naar hier te transporteeren. Vroede vaderen. Men schrijft uit het Westland aan de Resb. Op e.en der Westlandsche dorpen hielden gisteren B. en W. vergadering om.... zes uur in den ochtend. De secretaris was reeds te 5y8 uur druk doende om den boel voor te bereiden. Dat heet nog eens de belangen der gemeente behar tigen! Als 't daar nog niet vlot, dan gaat het nergens meer. Een ernstig sladsbericlit. Uit een klein blad: Een speelsch hondje heeft gisteren op de Hoofdstraat van een jongen de jas gescheurd door daarin te bijten en er aan te trekken. Mannelijk kenkenpersoneel. Een familie te Apeldoorn, die al geruimen tijd „suk kelt" met dienstboden, vraagt nu in een der plaatselijke bladen, aldaar, „een huisknecht, die goed kan ^oken en bekend is met verdere huishoudelijke werkzaam heden", vermoedelijk 't opmaken van de wasch e. d. De schoonmaak ca haar gevolgen. Op Urk is Dinsdagmiddag in de door ds. Van de Vegte bewoonde pastorie der Geref. kerk brand uitge broken, ontstaan door het springen van een bakje met was en terpentijn, dat door een der dienstboden op een petroleumtoestelletje te warmen was gezet. Binnen weinige oogenblikken stond niet alleen de kamer in brand, maar ook de kleeding der meid, die aanvankelijk gepoogd had het onheil te bedwingen. Toen de predikant op haar gegil uit zijn studeer kamer van boven kwam aansnellen, en hem, ten gevolge van de pas gedane schoonmaak geen middelen ter blussching ten dienste stonden, rukte hij haar de bran dende kleederen van het lichaam, waarbij hij aan de handen ernstige brandwonden opdeed, terwijl ook zijn kleeding vlam vatte. Inmiddels toegeschoten hulp van omwonenden, voorbwam gelukkig verdere onheilen. In 't belang der grasmaaiers en hooiers. Herhaaldelijk is geklaagd over de omstandigheden, waaronder de tijdelijke boerenarbeiders verkeeren, die ver van hun eigen woonplaats in het landbouwbedrijf werkzaam rijnzoo in den maai- en hooitijd de ar beiders, die, afkomstig ,vooral uit Drente, 't Noorden van Ovenjsel en de Orer-Veluwe, naar Noord-Holland komen om daar als maaiers en hooiers dienst te doen. In grooten getale komen zij Zondags naar de steden in den omtrek van hun werk, waar rij, na daar hun in- koopen te hebben gedaan, den ganschen dag verder blijven ritten in de herbergen. De afdeeling Purmerend van den Volksbond tegen Diankmisbruik die in de in 1906 te Deventer gehouden algemeene vergadering van den Volksbond de aandacht op het kwaad vestigde, zal nu in vereeniging met de overige plaatselijke Drankbestrijdings-Vcreenigingen een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1908 | | pagina 13