Grenen uit M- en Tninbonw. GEEN BRUG. Zondag 31 Mei 1908. 52e Jaargang. No. 4365. TWEEDE BLAD. Kamerplanten. FEUILLETON. .Daarna stond zij op en ging naar de voorkamer, nam ?®ar hoed en zette dien op De zoon sloeg haar den XXXVII. Ongerepte Reputatie Beursman-bezoeker haalde bijzonder-dik wolkje rook uit zijn sigaar, boog het hoofd een eind achteruit, behagelijk leunend tegen het fluweel van zijn stoel; tuurde met gespannen aandacht naar de gipsen krul letjes aan het plafond en glimlachtel ijntjes, met iets geheimzinnigsBleef een klein poosje zoo-turend lachen.... Als een, die te beleefd is om uit te zeg>en wet hem op het hart ligt. Richtte vervolgens den blik langzaam-nadrukkelijk naar de gastvrouw,.... Dikkig mensehje met eerzuchtige schittering in de oogen; wier wangen op dit moment door de emotie gloeiden.... „Ik heb u mijn opinie ge zegd,sprak bezoeker, en hij haalde zijn horloge voor den dag.. De gastheer was bleek. Telkens keek hij met schuwige onrust naar zijn vrouw. Fijne zweet pareltjes kwamen op zijn voorhoofd. Hij wreef het vlak van zijn smalle, beenderige handen; die kraak ten bij dat ge wring, over elkaar. Telkens nipte-ie asch van zijn sigaar, schoon die al-lang afgeklopt was.... Hij schoof op zijn stoel heen en weer. In zijn gejaagd heid keek-ie telkens naar de pendule. Eindelijk bleef hij zijn vrouw langdurig aanzien.... Met iets om hulp smeekends.... Dat ze hem dan ook niet bijsprong.... Maar dikkig vrouwtje kende hem zoo door en door. Die wist op een haartje, hoe zij haar zin in zeker geval kon doordrijven. Die deed alsof hij er niet was. Bedwong zag men duidelijk met kracht haar ongeduld.... Voelde toch, dat bezoeker iets van haar wachtte. „In zaken,zei gastvrouw, „moet de man be slissen. Dat is steeds mijn principe geweest Maar als de man niet tot een besluit kan komen.... Niet weet wat-ie wil Het gloeide nu in haar donkere, soms fel-boozig kijkende oogen. ,.Ik zeg u nogmaals," kwam het uit den hoek, waar bezoeker zat, makkelijk de beenen uitgestrekt; in pose van iemand, die zeker is van zijn overwinning en nu met het geduld van een, die weet wat „zaken-doen" beduidt, het oogenblik der zege verbeidt... „Ik zeg u nogmaals, wat wij daar straks aanroerden is iets, dat 1 11JUAirirtAP Wzd rflim- de plotseling opgezegde hypotheek... En dat andere leelijke schaüeposije met vlag en wimpel zouden kunnen tebovenkomen... ALs-io.... Als meneer Waiters... Die stukjes.... Beste, puike ellecten. Geld bij de viscii En voordat de tijd van verantwoording daar was.... Men verduisterde toch feitelijk niet.... Jaaaa, als er een kink in den kabel kwam.... Koersen daalden.... Stukjes ver kocht werden.... En zoo meer.... Als de hemel op de aarde valt, zijn we allemaal.... Maar meneer Stevens, knappe vriend-beursman, praatte daar wondergauw over heen. Haalde potloodje en tiolitie-boekje uit zijn zak.... Cijferde.... Banbeide.... Goochelde met allerlei namen van Amerikaansche en andere „waarden Naar hem luisterend was het of men de bergen goudstukken hoorde rammelen; de stapels bankpapier boorde schuifelen.... Zoodat het al-maar heviger gloeien ging in de eer zuchtige oogen van gastvrouw die sidderde voor het spooksel van zich te moeten „verminderen Die, op (lat moment, haatte, met feilen hartstocht, den bleeken, van angst zweetenden zwakkeling, in wien het gevoel van eerlijkheid streed met zijn zucht om het noofd boven water te houden.... Met zijn angst voor de vrouw, die hem, al de jaren van hun samenzijn, overheerscht had....m dus veronderstellen, dat hij zich feitelijk tot medeplich- potten en bakjes te plaatsen. Hierin moeten ze ten tige, tot handlanger van den beklaagde.... gronde gaan. Met hoovaardig glimlachje begon nij„Als ik in de Groote planten plaatst men in sierlijke houten kuipjes, vers te-verte had kunnen.... Deze moeten eenige bodemgaatjes hebben. Het is altijd Maar de president viel hem in de rede. Hervattegoed op den bodem van potten en kuipjes wat scherven „Dus u hadt in dien tijd geenerlei vermoeden...." En van bloempotten te leggen voor draineering. 'voltooide den zin Den getuige aanziend met zijn on- Als het met de potten in orde is, dienen we voor doorgrondelijke grijze oogen, die nooit weerspiegelden goede aarde te zorgen. Bloemisten gebruiken daarvoor wat er in hem, voorzitter der Rechtbank, omging. mengsels van verteerd blad, verteerden, ouden koemest, „Neen, meneer .de president," repliceerde getuige scherp zand en bagger of teelaarde. De eene plant Stevens, en hij wilde strak-verontwaardigde pose aan- vraagt een lichteren en de andere weer wat zwaar- nemen.... deren grond. Aan de bloemisterijen kan men geschikte De beklaagde moest opstaan. De verwezen, half- potaarde koopea Heeft men daarvoor geen gelegen- idiote, nauwbegrijpende man in de vaal-versleten plunje, neid, dan kan men zelf goede aarde bereiden uit door die daar voor den veldwachter stond, knikte van neen. gevroren molshoopen van goed grasland, verteerd blad, Hij had er niks bij te voegen. mest en zand. Hiertoe neemt men van elk bestanddeel Van den ongelukkige wendde de voorzitter den blik een vierde deeL toen weer naar den getuige.... Staarde nog even, voor- Bij handelaars in zaaizaad en kunstmest kan men dat hij tot een ander punt van verhoor overging.... tegenwoordig voor enkele stuivers potjes of busjes met Maar ondanks zijn ijzeren zelfbedwang kon getuige „bloemenmest" koopen Als men daarvan de planten Stevens niet verhoeden, dat er een lichte huivering s zomers vantijd tot tijd wat toedient, zal men over door zijn leden ging MAïTRE CORBEAU. ....Een klein uur later ging meneer Stevens de straat op. Gastheer was nadal nij door den zuren appel heen had gebeten in een toestand van onnatuurlijke kalmte en febriole vroobjkiieid geraakt. In een van meneer Stevens wijde zijzakken rustte nu een vrij zwaar pakketje, met de „stukjes".... Gastvrouw nad er wijn Dij gehaaid. Op haa rwangen gloeide hel ais vuur. in tiaar oogen schitterde het van genot over haar zegepraal.... Over het verbaunen-hebben van grijnzend spooksel, dat scheen te naderen.... In vertrouwelijke leêderheid legde zij, onder liet redeuee- ren, telkens een van haai' vleezige handjes op den arm of de knie van haai- man.... klopte zij hem goed keurend op den schouder.... Zoo hadden ze zitten over leggen wat meneer Stevens, nadat hij voor de hypo theek gezorgd had, met hel restant zou doen.... Gast heer had er in vage droomerigheid nauwelijks naar geluisterd.... Liet hen betuilen.... Liet alles aan hen over. Voelde zich, in zijn toestand van nauw-beseffend mensch, algemat van den strijd dien hij achter den rug heeft.... Opgelucht dat die zaak van hem was afgewenteld.... Niet durvend denkm aan de mogelijk heid van.... Gesteld, dat het eens.... Zoo had, dien avond meneer Stevens hen-beiden achtergelaten. Hij liep haastig naar het huis, waar zijn kantoor gevestigd was.... Ja, Oc Waal, zijn compagnon, was er nog.... Het licht brandde achter de drie ramen, waar ze hun kantoor hadden. Hij vloog de trappen op. De ander die een halfuur lang geijsbeerd had in de stilte van het door de klerken verlaten avondlokaal wachtte hem bij de deur. „Nou!?" vroeg De Waal, met gesmoorde stem.... Meneer Stevens zei niets. Maar compagnon had, na tuurlijk, slechts een seconde iioodig om te zien, hoe het stond.... Haastig-fluisterend gingen zij samen staan overleg- XIX. het succes wel tevreden zijn. Men zij echter gewaar schuwd tegen overdrijving. Men mag niet meer toedienen dan de gebruiksaanwij zuig vermeldt, want die kunst mest is een sterk voedsel en als men er le veel van geeft „verbranden" de planten. Dit is met een overmaat van natuurlijken mest trouwens evengoed het geval. Die bloemenmest wordt samengesteld uit verschillende soorten kunstmest, b.v. 1/3 chili-saipeter, 1/3 potent-kali en Vs superphosphaat. Hiervan lost men 5 gram per per liter op en begiet er de planten in den groeitijd eenmaal per week mede. Al moge een vertrek smaakvol gestoffeerd en gemeu- Zulke bloemenmest is h^l wat beter dan sigarenasch, bileerd zTjig de ware gezelligheid is er pas te vinden, die wel wa plantenvoedsel bevat, doch daarnaast ook nadat levende planten erin an gebracht Geen wonder schadelijke bestanddelen ten de werkzame salpeter geheel dan ook dat deze prettige kinderen van Flora thans en al mist. Wie fraaie kamerplanten wil hebben ge- zoo algemeen in de woningen te vinden zijn. Bruike geen sigarenasch, doch bloemeiunesL Kunstbloemen en -planten mogen sierwaarde bezit- Als een plant een jaar in een pot gestaan heeft, mag ten, ze missen iuist datgene wat echte planten zóó ze wel wat nieuwe aarde hebben en een wat wijderen belangwekkend maakt, leven en ontwikkeling. pot- In den schoonmaaktijd moeten de kamerplanten Onze kamers zijn over het algemeen ftiet de meest verpot worden. In de steden knappen de bloemisten geëigende kweekplaatsen voor planten, doch met zorg dat meestal op, doch zelf kan men dat ook wel doen. en overleg kan men er toch vele planten flink aan De aarde moet voor de verpotting matig vochtig zijn. den groei houden. Men legt de hand op de aarde en houdt den stengel Er is tegenwoordig een zeer ruime keuze van plan- tusschen de vingers, keert den pot om, stoot den rand ten, die het uitstekend in de kamers doen, zelfs daar even op den kant van een tafel of bank en de geheele waar de omstandigheden voor den groei van planten kluit glijdt er netjes uiL Vooraf heeft men een iets niet gunstig zijn, b.v. voor ramen op het Noorden, grooteren pot klaar gezet met wat scherven en aarde Iedere plant heeft noodig licht, friss che lucht, warmte, op den bodem. Hierin zetten we de plant met den voedsel en water. ouden kluit eraan voorzichtig neer en vullen de kanten in donkere hoeken ver van de ramen gedijen de op met nieuwe aarde, die we er met een stokje tusschen planten niet. Toch zijn er kamerplanten, die met weinig drukken. heht al tevreden zijn. Als zoodanige noemen we Aspi- Nieuwe potten moeten eerst een üjdje in water 1,LI J!gl!11 j dagelijks honderden doen!...." Heviger werd het glim- lachje.... Er kwam iels medelijdends in; van: goeie- 8en-;— God, wat ben jij in zaken toch eigenlijk een sukkel.... I Meneer De Waal als bij tooverslag opgemonterd; Bezoeker trommelde zachtkens op de leuningen van zijn fauteuil. ,,Ik herhaal, advies geef ik niet! Volstrekt niet!.... In geenen deele! Weet dat wel!.... In zulke dingen moet ieder zijn eigen inzicht volgen zonder geïnfluenceerd te zijn door wien of wat ook.. Even tjes hield hij stil. Men hoorde in het vertrek slechts hel zaehle-schuren der halfversleten radertjes in de pseudo-marmeren pendule op de schoorsteen.... En hej telkens-kraken van des gastheers stoel.... Van den man, die te bang. te gejaagd was.... Wijl in hem het besef opleefde, dat-ie de minste zou moeten zijn; dat-ie zou moeten toegeven.... Bezoeker hervatte: „U moet volkomen uw vrij inzicht volgen.... Dat dus op den voorgrond. Maar.... Als u mij. afgescheiden van de principe-kwestie, vraagtIs hel iets bijzonders wal ik met die.... die.... manipulatie... zou verrichten...." Hij boog het hoofd weer achteruit, blies tabaksrook; hief de beide handen en liet ze neerploffen op het mahoniehout van de fauteuil-leu ningen... Zei niets.... Geen syllabe. Keek slechts met dat tergende glimlachje van-daar-straks de gastvrouw aan. De angstig-schuwe onrust in de oogen van gastheer werd erger. „Het is zeker beter, dat Van Leeuwen beslag legt op het huis," kwam er, schor van ziedende woede over het aarzelen van den man bij dikkig-dametje uit.... „Het is zeker beter dat we het perceel moeten zien aanslaan.... Wpnt je hoort toch...." De woorden stroomden, ratelden van haar lippen.... Het flikkerde in haar oogen.... Haar korte, vette vingertjes tastten naar een stuk franje aan het tafelkleed en knepen het daarna.... Alsof zij den stumper, die zulke scrupules voedde, in tiaar grijpknuistjes had.... ....„Het is zeker beter," ging ze voort, en in den toon van haar praten Voelde men hoe stormachtig haar hart bonsde „dat ons huis aan den paal gaat.... Want je hoort het hier van meneer Stevens.... En die zal het toch waarachtig wel beter weten dan jij!...." Trek van matelooze minachting was op haar gezicht, en bezoeker trok het gelaat van iemand, die iets extra- belachelijks hoort.... „Je hebt het toch verstaan, dat we in dezen tijd en binnen zulk een korten termijn geen hypotheek ergens kunnen krijgen „Geen sprake van"achtte bezoeker gewenscht, er eventjes tusschen te lasschen. „Met het surplus van wat je op de stukken geprolongeerd kunt krijgen," vervolgde vrouwtje, dat altijd de zaakjes be stierd heef!.... „kan. zooals meniïer Stevens zegt...." „Tut-tut!" onderbrak bezoeker, voor wien geen syl labe verloren ging.En hij zelte een gezicht op van ijselijke verbazing en verontwaardiging, „met uw verlof, mevrouw! Wal meneer Stevens zegt.... Dat ontbreekt met leven in de oogen, kleur op de wangen.... Telkens strijkend en woelend door zijn krullende baren.... Scha terend zonder klank.... Inhoudend het geluid van zijn jool-uitbarsting.... Met wijd-geopenden mond toch, tel kens weer, toonend hoe het verhaal van Stevens hem amuseerde.... Over die uiten van menschen, die toch maai" letterlijk alles voor goeie-munt opnamen.... De twee, daar in het avondkantoor, deden vreemd. Ze maakten capriolen van lui, die willen dansen van de pret, maai' men hoorde niets.... Ze maakten gebaren van elkaar, in lustige stemming, op de schouders te klappen, maar zonder eenigen klank.... Net als het lacben van daareven.... Niemand mocht er iets van merken, dat zij, dien avond zoo „geboft" hadden..., Dat, als de „stukjes" van meneer Waiters niet versche nen waren, als reddende engeltjes.... Ze sloegen de loketten van de cylinder-bureaux open. Cijferden met vaardige hand.... De „stukjes" werden uitgepakt. De pennen krasten over het papier.... Hun gefluister werd opgewonden. Het viel mee.... Als de hypotheek was afgedaan.... Dat moest nu eenmaal.... Dan schoot er aardig wat over.... En Stevens, met zijn vermaarde handigheid, zou ervoor zorgen, dat zij, wat er ook voorviel, hun vingers niet konden branden.... Die Waiters, ja!.... En De Waal, in een opwelling van medelijden over hun slachtoffer, schudde toch even het hoofd, van: sapristi, wat zal die kerel een bui oploopen over een poosje.... Heel-eventjes leefde er schijntje van ongehui chelde deernis in zijn blik.... Toen keken de compag nons élkaar aan, en overmand door hetzelfde gevoel van jool over hun eigen 'teerhartigheid proestten zij het weer uiL... Geluidloos; ervoor wakend, dat nie mand het bespeurde.... Hadden, toen zij, dien avond volgens oude gewoonte toch nog even, in hun stamcafé, de krant kwamen inkijken of een kennis aanklampen.... Dezelfde wat-stroeve, rustig-bedachtzame pose van menschen, wier reputatie boven eiken twijfel verheven Is, in en buiten beurskringen.... „En hadt u," vroeg de voorzitter der rechtbank, die een klein jaar later den beklaagde Waiters, be- distra, bontbladige Klimop, Aucuba, en verschillende varens; ja zelfs enkele palmen blijven goed met weinig licht, b.v. dé Ghamaerops en die Corypha. Ook de Ficus kan het zonder zon wel stellen. De beste plaats is bij de ramen en die welke op het zuiden liggen genieten de voorkeur, vooral in den winter en het voorjaar, 's Zomers is het voor sommige planten goed ze uit de zon te zetten, of de gordijnen wat neer te laten, opdat de fraaie bladeren niet zullen „verbranden". Zeer vaak worden een aantal planten bijeengezet in boven op den pot geschieden. Voor 'het gieten mag eene bloementafel, doch menigmaal zijn de alzonder- men alleen regenwater gebruiken, dat door eenige uren lijke planten gebrekkig, al maakt het geheel ook een in de zon of in de warme kamer te hebben gestaan Liggen, omdat ze anders te veel vocht uit den grond trekken. Veel kamerplanten worden bedorven door het gieten. De meeste menschen geven hun planten veel te veel en ook te vaak water, 's Winters behoeft men haast nooit te gieten. Eenmaal 's weeks een weinig water, dat kamertemperatuur heeft, is meestal voldoende in dien tijd. Nooit mag er water in de schotels onder de potten staan. Het is verkeerd hierin te gieten; dit moet altijd aardigen indruk. De volgende jardinière-vulling zagen wij eens met veel genoegen. In den zinken binnenbak lag 3 oenti- meter hoog nat gehouden, Wit grint om de lucht rondom de planten steeds vochtig te houden. Hierop standen in zuiver geboende, gewone roode bloempotten een palm, Kentia Ëalmoreana, een Dracaena terminalis, met haar aardig rood en groen gekleurd blad, een bloeiende Clivia en een Bladbegonia. Rondom stonden in kleinere potjes sierlijke hangplanten: Asparagus Sprengeri, Tra- descanlia repens, t ledera Maderiensis en Asparagus tenuissimus. Elke planl was fraai en goed te zien en bet geheel maakte een voornamen en toch eleganten indruk. Wil men beneden meer groen, dan kan men kleine potjes met Selaginella (mosplantje) tusschen de grcolere plaatsen Bn de rest aanvullen met gekleurd Phagnum (veenmos), dat in pakjes te koop is. Voor een gelijkmatige ontwikkeling der kamerplanten is tiet goed deze tweemaal per week om te zetten, anders groeien ze eenzijdig naar het lichl. Beter nog is het de planten dagelijks iets om te draaien in dezelfde richting. De meeste menschen kunnen geen tocht verdragen en met het meereudeel der planten is het evenzoo gesteld. En evengoed als wij hebben ze behoefte aan trissche lucht, daarom; is het aan te bevelen de kamers dikwijls te luchten, doch zoodanig, dat er geen tocht is. Tijdens het openstaan der ramen plaatst men de planten een eind terug. Wie met sucoes kamerplanten wil kweeken, dient de planten rein te houden. Het stof doet ze veel kwaad en maakt ze ook onooglijk. Dat schoonhouden der kamerplanten vereischt zooveel moeite niet. Valt er des zomers een zachte regen, dan mag men de planten buiten zetten. Van zoon bad fleuren ze heelemaal op. 's Winters neemt men de bladeren eens per week af met een spons en wat lauw water, terwijl de plumeau de overige dagen geregeld het stof verjaagt. Heeft men een bloemenspuitje, dan kan men de planten hiermee regelmatig verfrissohen. Vocht op de bladeren is zóó tgoed, omdat onze kamers voor weelderigen planten- schuldigd van verduistering en misbruik van vertrou- j groei meestal te droog zijn. Daarom groeien planten w en, had te berechten.... j dicht bij de kachel zoo slecht. ....„En hadt u in dien tijd geen oogenblik vermoeden Als kamerplanten kwijnen, gebeurt dit meestal door aangaande den wezenlijken stand van zaken?" De voor- te weinig licht, te droge lucht, tocht en slechte potten zitter was een kleine grijsaard met ernstig-droevige met te natte, verzuurde aarde. Wie sukkelt met de oogen.... Hij sprak met zachte stem. Hard was hii kamerplanten moet eens nagaan of de fout hierin niet I "Wj nooit voor beklaagden.... En als hij een getuige voor zich kreeg, die hein wantrouwen inboezemde, dan kon niemand, die den president niet lang geobserveerd had, daarvan iets merken.... Maar de ernstige, sombere, eer- er nog maar an'.... Wat ik zeg!.... Ik'ben geen orakel!... Ik zeg niets. Geen woord. Ik heb u, als vriend, enkel ''jke oogen van den rechter bleven Han gehecht aan en alleen een zijdelingseh advies Neen, u moet me van zoon getuige, en het gebeurde wel, dat deze exciiseeren. maar van dit oogenblik af...." Hij stond op, 'Be' bestand ,was tegen dat willen doarvorschen.... zijn jas dichtknoopend... u'~ Dn™» Gastvrouw verbleekte van schrik. Al haar hoop was gevestigd op knappen, handigen, welgewiksten beursman, die hen had zitten voorrekenen hoe ze dien slag van in temperatuur overeenkomt met den grond in He piot ten. Wat in de schotels zakt, giet men later weg. Indien een plant door verzuim te veel uitgedroogd is, mag ze een poos in een bak met water staan. In heel veel gevallen mislukken de kamerplanten door verkeerd gieten. Als wij enkele mooie kamerplanten af zonderlijk behandelen in het volgende stukje, zullen wij hierover nog meer aanwijzingen geven. Een geizonde plant met veel jong, zacht blad en tal rijke bloemen, 'zooals eene Primula obconica, vraagt 's zomers veel vocht Twijfelt men oï een piot of kuip te droog is, dan moet men er maar eens met een hard voorwerp tegen tikken. Als de klank dof is, be hoeft men nog niet te gieten; verneemt men een hel deren klank, dan is er behoefte aan water. Al is het bovenlaagje der piotten droog, daarom kan de kluit |nog meer dan vochtig genoeg zijn. Menigeen laat zich hierdoor foppen. Het komt voor, dat een mooie kamerplant, b.v. een palm, aan het kwijnen gaat Zij is dan ziek, doch kan bij oordeelkundige behandeling wel weer in orde komen. Zulk een plant moet dan naar den dokter, d. L in dit geval den bloemist Die neemt ze uit den piot, opereert de wortels en zet ze in een verwarmde aarde in de kas. Hier volgt genezing dikwijls spoedig en na eenige weken komt de piatient gezond en opge fleurd thuis. Wie genot van zijn kamerplanten wil hebben, doet verstandig ze te betrekken van een goede bloemisterij. Hier betaalt men ze wel wat duurder dan op markten of bij scharrelaars, maar men is verzekerd van be trouwbare waar en als men het vraagt, vertelt zoo'n leverancier u ook meteen, hoe de plant in de kamer behandeld dient te worden. De volgende vulling voor een kleine bloementafel zal uitstekend voldoen. In het midden plaatst men een Cocospalm, terzijde een Nephrolepis en een Cyrtomium of Asplenium en verder een Phalangium, een door- bloeiende Begonia, een Cypjerus altermfolines, een Ma- ranta of Primula obconica en rondom enkele hang planten als Asparagus, Tradescantia of Hedera. Wie verstand van gieten heeft, kan alles zonder piotten in den binnenbak uitplanten. Voor planten op standaards in sierpiotten komen eenige soorten palmen in de eerste plaats in aanmer king. Zij zijn bijzonder sierlijk en meteen gemakkelijk te behandelen. Maar andere, minder algemeene planten, zijn er ook zeer fraai, b.v. de Dracaena's en Cordyline's, de Rho- dostachys, de Philodendrons, de Phalangiums enz. Men neme maar eens een kijkje in een goede bloe- rt mh - kamerplanten schuilt. De meeste planten groeien het best in gewone bloem- piotten. Die laten het overtollige water afvloeien en de lucht gemakkelijk tot de wortels doordringen, want de plantenwortels moeten even goed ademhalen als wij- misterij. Daar zult ge eens zien! koeveeTmoois"er"ima 2glf, ic tuW 1^3 EEN VERTELLING. 0— Het staat zeer fraai als zulk een piot geplaatst wordt in een ruimeren van sierlijk metaal, porselein, majo- Meneer Stevens, de geachte Beursman, getuige a in een ruimeren van sieiujh. nieiaai, uoiseiem, muio- charge in de zaak-Waiters,.... wilde zich gekrenkt too- lica, of een omhulsel krijgt van drapeering. of gekleurd nen over die vraag van den voorzitter.... Zij was belee- papier. Dit hindert den groei niets doch lieel verkeerd digend voor iemand als meneer Stevens.... Men durfde is het de planten direct in metalen of porseleinen 2. ..Doniiné Hesz speelde. Hij zat rechtop en slank in hnün e ias' aan Bet klavier. Boven het blonde °P 6611 aan den wand bevestigde console, stonden witte marmeren beeldjes: Beethoven en Chopin. ets van d'e melancholie der wondervolle muziek lag ïer de schemerige kamer en hun twee gestalten, maar een groote rust en een voorname, onwillekeurige aardigheid, die van de beide menschen uitging. En let Was, als werd er nu luid en verstaanbaar tusschen len. wat zij zooeven in woorden niet konden zeggen. ■"Juat het niet hun aard was over een derde te spreken waarom de oude vrouw gekomen was, en dat, aaroni de zoon zoo ijverig het verleden had voor l 'i gW-st geroepen. Poen Hesz eindigde bleef hij een oogenblik in ge- .Htien houding voor het klavier zitten. Dan draaide zich langzaam naar zijn moeder om en toonde naar een opgewekt gezicht. ..Dat is net koinon waard geweest," zeide zij. „Ik je nu zoo zelden spelen." 013ntel om en nam zelf zijn hoed. -Je gaat met mij ince?" vroeg zij en hij bevestigde ...Naast elkaar verlieten zij het huis. In de steeg gaf •I zijn moeder een arm. Dan stapten de twee slanke 'lenscheai langzaam door hel donker, de steile steeg mi naar vroolijker straten en n" de ligplaats van de boot. Zij (spraken niet veel dan over alledaagsche dingen, kwamen menigmaal op de kinderen terug en zoolang zij van hen spraken glansden hun gezichten van groote opgewektheid. Eerst toen zij de zee, grijs blauw, onder heldere door de zon bcglansde wolken zagen liggen, begon de dominé weer over zijn ambt en arbeid te spreken en vergat zichzelf in het vertellen. „Ik weet niet, waarom ik net hen zoo naar den zin maak. Maar Zondags is de kerk te klein." Hij zeide het met eenvoudige vertrouwelijkheid en zag er gelukkig uit. De behandschoende hand der moeder rustte heel even op den arm van haar zoon en de vingertoppien drukten even de zijnen; zij keek daarbij niet op, en toch lag er in dit gebaar een stille bijval. Hij geleidde haar naar de treeplank en naar haar plaats in de kajuit. Toen hij afscheid nam, stond hij voor tiaar als voor een heel deftige dame, met ont bloot hoofd. „Ik dank u voor uw bezoek moeder." 1 „Stuur mij spoedig de kinderen eens," zeide zij. „En kom zelf ook spoedig. En groet de kinderen van mij." „Zeker, zeker," antwoordde hij. En toen hij den uitgang van de kajuit reeds naderde, zeide de weduwe: „Groet ook je vrouw." Hij bedankte, knikte haar toe en ging. Haar laatste woorden klonken in hem na terwijl hij over het dek naar de plank liep. Zij had deze woorden gezegd, omdat zij nooit de kleinste beleefdheid verzuimde en in haar gansche leven de rechtvaardigheid zelf was. E11 terwijl hij huiswaarts ging met op den rug saainge- vouwen handen, dacht hij er over na, dat de twee vrouwen, die hem in hel leven het naaste stonden, elkander zoo vreemd bleven. Zijn gedachten waren zoo bezig, dat hij niemand herkende, die hem ontmoette en drie- viermaal te laat verstrooid naar den hoed greep, wanneer een voorbijganger hem had gegroet. Die gedachten vertelden hem een heele geschiedenis. De zijne! Hij kwam niet aan het eind daarmee, zoo lang hij op de straat liep. Thuis vond hij vrouw en kinderen nog steeds niet teruggekeerd. Toen zette hij zich in zijn werkkamer aan de schrijftafel en spon is, dat velen niet kennen. In de volgende schets geven we iets over de keuze en de bijzondere behandeling van enkele aan te be velen kamerplanten. D. E. LANDMAN. zijn gedachten verder uit. De zorgen hadden de moeder gedreven. Vele jaren had zij deze zorgen reeds bij zich, maar het was, als werden zij inet de jaren grooter. Was dat nog zoo? Werd de twijfel immer grooter? Twijfel? Nu was het reeds een zekerheid: hij, dominé Ludwig Hesz, die de menschen wilde leeren, hoe ze gelukkig werden, wist het zelf niet te zijn! En waarom niet? Hij had een positie zonder zorgen twee kinderen twee lieve kinderen en een rijke, mooie, verstandige vrouw. Hoe had ze indertijd bij den onverwachten dood van haar vader flink en wakker het noodlot het hoofd ge boden! Dat had hem machtig aangegrepen. Hij zag haar later dikwijls en steeds wias zij de goede geest in haar huis. Maar dan erkende hij. dat hij haar leed deed, dat zij met een soort angst den dag tegemoet zag, waarop hij zijn troostbezoeken zou eindigen. Hij voelde medelijden. Dan dan werd het liefde, hij had haar lief, jong zooals ze was. Hij liet zich tegen over zijn oudei's, den strengen en oprechten vader, de stille moeder een woord ontvallen, dat hij hen Hedwig Reimaim als schoondochter in huis zou bren gen. De beide oudjes zaten voornaam en gélaten op hun stoelen en glimlachten. „De dochter van den rijk-geworden wijnkooper het is je geen ernst. Ludwig,beweerde de moeder. „Terwijl je slechts hebt uit te zoeken uit de meest respectabele familiën in ojize stad," beweerde de vader. Toen werd het warm in zijn binnenste, wat hem drong tot begeestering en besluit. Die eenzelvige af zondering der standen, was dat niet een jammer in dezen lijd? En hij was prediker, een prediker niet slechts naar het woord, maar ook door het voorbeeld! En hij zou geen brug weten te slaan over deze kloof, die sedert langen tijd had bestaan, daarvoor terug schrikken om te toonen dat menschen, menschen zijn. en den moed niet hebben, het buitengewone te doen, slechts omdat het buitengewoon was? Spoedig zag hij Hedwig met heel andere oogen aan. Hij begon haar lief te hebben als zijn beroep, Iets hoogs verhevens scheen hem aan haar, terwijl zij hem tegelijk weder als een offer van een vooroordeel scheen, dat hij, de dominé en menschenleeraar, bijstand en hulp schuldig was. Zijn liefde voor het meisje werd grooter met zijn medelijden voor haar en de begeestering voor zijn levensroeping. Zoo bleef hij het meisje, dat ook hem lief had, trouw, maakte haar tot zijn verloofde en vrouw. Zijn vader beleefde zijn huwelijksdag niet Een plot seling optredend lijden, dat hem beroofde van zijn geestelijk kunnen, had reeds de verloving van zijn zoon voor hem van alle beteekenis beroofd. De moeder was een innerlijk te voorname vrouw, dan dat zij niet haar eigen tegenzin zou overwinnen en gepoogd had, te gelooven in de heilige overtuiging van haar zoon, dat dit huwelijk het rechte was. Zij vermaande hem, zoo lang hij nog niet besloten was, maar toen zij bij hem den vasten wil ontdekte, zag ze hem kalm aan en zeide: „Jij zult niet het gevoel hebben, alsof je moe der een schaduw op je geluk geworpen heeft." En met verstandige middelen zocht zij vanaf dit oogenblik zijn geluk te bevestigen. Toen de verloving had plaats gehad noodigde zij de toekomstige schoon dochter tot een lang bezoek uit en zocht haar in de stille omgeving een gezellig thuis te verschaffen. Haar bedenken verHween niet, maar ook haar hoop hield toch stand. De bruiloft werd gevierd. De bekoring van het nieuwe: de zon die in de eerste weken een jong huishouden belichtte, deed ook Ludwig Hesz geen schaduw zien. En toen later kleine verdrietelijkheden! en twijfel komen wilden, kwamen de kinderen en brachten dan weer licht in het huis, waarvan de vroo- lijkheid alles verdrong. Slechts de moeder stond reeds lang met ziende oogen terzijde en wist dat de dagen der ontgoocheling voor den zoon langzaam niütar zeker nader kwamen. En nu? Dominé ILesz leefde in de dagen der ontgoocheling. Langzaam leefde hij zich daarin, evenals nij zich in het geluk had ingeleefd. Dat hij dat deed, daarvoor was hem het bezoek van zijn moeder een bewijs, die door de zorgen, de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1908 | | pagina 5