I'
1.
De salarisregeling der onderwijzers.
/,ondag 28 Juni 1908.
52e Jaargang. No 4373.
VIERDE BLAD.
Bekendmakingen
Binnenlandsch Nieuws.
(Wordt vervolgd.) Q NOBEL.
Gemeente SCHAGEN.
o
Vasthouden van Eenden.
Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen
aan belanghebbenden in herinnering het bepaalde bij
art. 49 der algeiueene politieverordening voor deze
gemeente, luidende als volgt
„Onverminderd de bepalingen van art. 458 van het
Wetboek van Strafrecht, mogen eenden, ganzen, zwanen
en kippen op eens anders eigendom, zonder toestemming
van den daartoe rechthebbende, niet verblijven".
„Gedurende het tijdvak van 1 Juli tot 15 September
moeten eenden worden gehokt of opgesloten'.
Mede wordt herinnerd aan het bepaalde bij art. 50
dier verordening, volgens hetwelk de houders van zich
binnen de gemeente Schagen bevindende eenden.
Ferdinand Bolstraat aangifte gedaan. Een rechercheur
en 6 agenten gingen naar de woning van den dader,
die zich, alsof er niets gebeurd was, ter ruste had be
geven. De dader, die niet«het minste berouw over zijn
daad aan den dag legde, werd van zijn bed gelicht
en gearresteerd en naar het huis van bewaring overge
bracht. (Avp.)
Een tramongelnk.
Een juffrouw uit Amerongen had bij iemand te Eist
een boodschap te doen en had daartoe plaats genomen
op het balkon van den achtersten wagen der Ooster
Stoomtram Maatschappij. Een 20 minuten buiten de
plaats gekomen, zag zij den man van het doel harer
reis en zij springt in gedachten van de in volle vaart
zijnde tram, met het gevolg dat zij achterover sloeg en
bewusteloos bleef liggen. Een geneesheer van Ameron
gen constateerde hersenschudding en achtte haar toe
stand zeer gevaarlijk.
De Koekoek.
Nederl. Jager ontleent aan St. Hubertus een artikel
van Schenkling over den koekoek. Wij knippen er een
stukje uit:
Waarom broedt de koekoek niet zelf? Zooveel is zeker
dat aan de enkele mededeelingen, dat soms een broe
dend koekoekwijfje gèvonden is, geen geloof gehecht
moet worden. De koekoek broedt nooit! Waarom doet
hij dat niet? Tot nu toe meende men, dat hij zijn eie
ren met tusschenruimte van ruim 8 dagen legt, omdat
zijn groote maag een snellere ontwikkeling verhindert,
Nu weten wij, dat de ontwikkeling der eieren dezelfde
is als bjj alle andere vogels. Hij legt per jaar een
kleine 20 eieren, om den anderen dag een ei. Er moet
dus een andere oorzaak zijn, die hem verhindert zelf te
is meen ik aan den muur te hangen een voor* vernam Ik voorts, dat brieven van haar, gericht tot
schrift, hoe men „kalk in 't oog" behandelen moet. Zeer den burgemeester als hoofd der politie, waarin voor de
terecht. Want schier bjj geen enkel ongeval is spoedige zooveelste maal op onderzoek werd aangedrongen, in
verwijdering en dus onmiddellijke hulp zoo noodig en handen van „Duitsche Greet* gevonden werden,
nuttig als bij kalk. Maar nu zijn „Greet" en haar „vrienden" eindelijk
„Men legt den patiënt op den rug op den grond lang tegen de lamp geloopen.
uit; een helper trekt natuurlijk na zijn handen te Eenigen tijd geleden vervoegde zich bij mevr. De
hebben gereinigd de oogleden beurtelings uit elkaar Fremery een meisje van nauwelijks 17 jaar, met het
en brengt ze naar elkaar toe, terwijl een ander koud verzoek om hulp om uit de handen van „Duitsche
water uit een irrigator met glazen canule snel, over- Greet" te geraken. Ze vertelde haar wedervaren als
vloedig en gedurende langen tijd in het oog tusschen volgt
de leden giet. Dit water moet, zooals vanzelf spreekt, Op een advertentie in „De Avondpost", waarin een
zeer zuiver zijn en dus steeds steriel klaar staan. Zijn net dagmeisje werd gevraagd, had ze zich verhuurd bjj
beide oogen getroffen, dan doet men goed ze gelijktijdig mevr. Führopp, Emmastraat 84, ze zou er voor lichte
te behandelen. Men hebbe daarom twee irrigators in huishoudelijke bezigheden en voor een kindje wezen,
voorraad. Den volgenden dag was het kindje echter verdwenen.
„Op het Duitsche voorschrift is tevens afgebeeld hoe Ze was er nog geen paar dagen, of mevrouw nam haar
men den patiënt moet leggen en de behandeling doet. mee naar het „Gebouw voor Kunsten en Wetenschap-
„De opinie van Andreae de leer der Bonner-school pen" en naar de opera Mevrouw zei bij een dezer
kortweg genoemd heeft dus eene geheele omwente- gelegenheden, dat ze veel meer geld kon verdienen,
ling teweeg gebracht, die prachtige resultaten schijnt wanneer ze maar naar haar wilde luisteren. Op een avond
te geven (ik kan uit ervaring niet spreken, daar ik na dat ze thuis was gebleven, kwam een heer op bezoek;
1900 geene kalkverbranding zag, die dus was behandeld er werd wijn gedronken en het kind onteerd. Die heer
en zelf geen versche onder behandeling kreeg); maar was een bekend „filantroop"! Ze kreeg f10 van hem,
die merkwaardigerwijze slechts uiterst langzaam door-j en daarvan moest mevrouw f6 hebben. Later zijn
dringt. nog andere heeren gekomen, die haar betaalden
„Natuurlijk ontslaat deze nieuwe methode hoegenaamd met f5, waarvan ze telkens de helft moest afstaan,
niet van den plicht zoo spoedig mogelijk oogheelkundige Toen ze weg wilde, werd ze door dreigementen bang
hulp in te roepenmen ga echter niet op avontuur uit gemaakt, zoodat ze ten einde raad, de hulp van mevr.
met den patiënt om te zoeken of ergens een dokter te De_ Fremery inriep,
huis ismaar behandele den patiënt op boven omschre-
ganzen en zwanen verplicht zijn telkens binnen acht broeden. De eenvoudige verklaring voor het broedpa-
dagen nadat zij eenden, ganzen of zwanen hebben aan- rasitisme is wel de volgende: de koekoek is een verdel-
geschaft, daarvan aangifte te doen bij den Burgemeester, ger der behaarde rupsen van de processiespinner, de
Overtreding wordt gestraft met eene geldboete van dennenspinner, de non, enz., dus van rupsen, welke
ten hoogste f25.of hechtenis van ten hoogste6 dagen, andere vogels versmaden. De uit deze rupsen zich ont-
-:ui1t.1 ifroHon in vnrsp.hillenrie iaron nloks
Schagen, den 25 Juni 1908.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
H. J. POT, Burgemeester.
ROGGEVEEN, Secretaris.
wikkelende vlinders treden in verschillende jaren pleks-
gewijze in grooten getale op en er is dan ook gebleken,
dat in de door de rupsen aangetaste bosschen
de koekoeken in scharen aankomen, den verdelgings
oorlog tegen de schadelijke rupsen aanvaarden en er
ven wijze in de werkplaats en ontbiede intusschen een
geneesheer naar de plaats van het ongeluk. Ten slotte
nog de troost, dat dr. Guillery in Keulen nog een mid
del heeft gevonden, waarbij het enkele malen gelukt,
het door kalk zoo troebel geworden hoornvliesch wat
op te helderen.
:„Toch beschouwe men „kalk in 't oog" als een der
droevigste ongevallen."
Een Haagseh zedensehandaal.
Men schrijft uit Den Haag aan „Het Volk"
Langer dan 10 jaren was in Den Haag woonachtig
een Duitsche „dame", Margaretha Führopp, onder haar
zoolang bleven tot het gevaar geweken was. De rupsen- bekenden „Duitsche Greet"~genoemd. Deze juffer maakte
maanden vallen echter samen met de broedmaanden er baar werk van om meisjes onder bedrieglijke voor-
Poging tot moord.
Woensdagnacht heeft in perceel Govert Flinckstraat,
143 te Amsterdam zekere v. H. getracht een 28-jarige
vrouw, tot wie hij eenige jaren geleden in ongeoor
loofde betrekking stond, den hals af te snijden. Het
slachtoffer, juffrouw Trems, naaister, woonde sedert eeni
gen tijd bij juffrouw Van der Groenen in. In haar angst
weerde de vrouw het mes met de rechterhand af, waar
door haar een diepe snede in den rechterpols werd toege
bracht, en haar rechterduim er bijkans geheel bij hing.
Op het geschreeuw van „moord I" werden de buren, die
zich gedeeltelijk reeds ter ruste hadden begeven, ge
wekt; het voorval had nl. 11 en 12 uur plaatst.
Zekere G. van één hoog achter, drong de kamer
binnen, bond den polsader van de vrouw direct af en
bracht haar naar een apotheker. Deze legde het eerste
verband, waarna do vrouw per tram naar het Binnen-
Gasthuis werd vervoerd. Haar toestand maakte onmiddel
van den koekoek. Wilde de vogel zelf broeden, dan
kon hij de hem in de huishouding der natuur toege
wezen taak niet vervullen. Maar van het bouwen van
een nest verschoond, omdat hij de eieren bij vreemde
vogels inlegt, kan hij zijn beroep uitoefenen. Zoo geeft
dus de taak van den vogel in de huishouding der na
tuur, de volle verklaring van zijn parasiteerend leven.
Oogverwondingen.
De oogarts dr. R. Bijlsma schrijft in het weekblad
Moleschott over de eerste hulp, die bij oogverwondingen
verleend moet worden. Wij nemen er een stukje uit
over, dat over kalkverbranding van het oog handelt
„Wat betreft de uiterst gevaarlijke kalk- en mortel
verbranding zijn de inzichten in de laatste jaren dat
is sedert 1899 zeer gewijzigdvroeger werd daarbij
gebruikt sla-olie of water, waarin zooveel mogelijk sui
ker was opgelost. Wij hebben een nieuwe methode van
behandeling te danken aan dr. Julius Andreae te Bonn,
die voor zijn beginsel zulke degelijke argumenten heeft
wendsels in haar huis te lokken en ze dan tegen ruime
betaling over te leveren aan haar „vrienden", die zij
voornamelijk had onder de aristocratie en de hooge
ambtenaren van Den Haag. Dames van den Vrouwen
bond tot verhooging van het Zedelijk Bewustzijn hebben
reeds 10 jaren geleden, toen de heer v. Schermbeek nog
hoofdcommissaris van politie was, de autoriteiten met
de practijken van „Duitsche Greet" op de hoogte ge
bracht, zonder dat aan die klachten eenig gevolg werd
gegeven. Zij had te „hooge" beschermers, zoodat haar
niets kon gebeuren. Tijdens de Vredesconferente zette
Z6 haar bedrijf te Scheveningen voort en ontving daar
de vredesvrienden, zoodat haar inrichting een interna
tionale vermaardheid verkreeg.
Onder de hoogere politieambtenaren had zij een
specialen vriend, die, als een fat gekleed, buitenland-
sche snoepreisjes maakte van de centen door „Greet"
verdiend.
Maar niet alleen aeze ambtenaar, ook andere politie-
Deze 76-jarige dame heeft er dadelijk werk van ge
maakt en al haar krachten aangewend om dat zaakje
aan 't rollen te brengen. Dat heeft ontzettend veel
moeite gekost, want het was een machtige kliek waar
tegen zij op moest. Een raadslid, die haar steun had
toegezegd, trok zich terug vermoedelijk uit vrees voor
onaangenaamheden.
Toch hield ze aan en vond eindelijk gehoor.
Donderdag komt „Greet" voor de rechtbank, beschul
digd van koppelarij. Als getuigen zijn gedagvaard de
inspecteur van politie v. Lelyveld, speciaal belast met
het toezicht, op de uitvoering der drankwet, de heer
Stoop, referendaris aan het ministerie van Binnenland-
sche, de heer v. Everdingen, ook een hooge ambtenaar
bij een der ministeries, en de heer C. Gebel, bankier,
voorzitter van „Armenzorg", commissaris van den
Dierentuin, enz.
De Inspecteur v. Lelyveld is thans voor twee maan
den geschorst in zijn betrekking.
Reddingwezen.
Donderdag in den voormiddag hadden te Scheveningen
aan de visschershaven oefeningen plaats met reddings
middelen van de N.- en Z.-Hollandsche Reddingmaat
schappij en met de stoomreddingboot van de Zuid-
Hollandscbe Maatschappij tot Redding van Schipbreuke
lingen. Deze oefeningen werden bijgewoond door
verschillende leden van het comité generaal van de
tentoonstelling van het Roode Kruis en Reddingwezon.
Ook Zijne Excellentie de minister van Marine was
aanwezig.
Nadat een der roeireddingbooten in de haven was
te water gelaten, werden lijnen geschoten, eerst met
den vuurpijl toestel en daarna met het Hjnkanon. Ook
werd het ljjngeweer systeem-Behr beproefd. Van eene
aangevoerd, dat het in Duitschland in de werkplaatsen autoriteiten, wier namen bekend zijn, maakten gemeene plaats nabij de Semaphore werd verbinding gemaakt
6 i 11 „ij;__-„i1—nnW rlnmn T7nn nfiwr H a xxrnH Flo TTrümnnr maf /Ion A Ak»lnn»
ltjke opname noodzakelijk. Inmiddels was aan het bureau waar de kalk-verbrandingen veel voorkomen, verplicht zaak met deze dame. Van mevr. de wed. De Fremery met den lichttoren op de Noorderpier op den belang-
o-
In Maart van dit jaar werd door 25 ingezetenen van Schagen
aan den Raad een adres verzonden van den volgenden inhoud.
Aan
den Raad der Gemeente Schagen.
Wij ondergeteekenden, allen ingezetenen van Schagen, zijn
van oordeel, dat het bezit van een onderwijzend personeel, dat
hoog staat in karakter, opvoeding en bekwaamheid, voor een
gemeente een zaak van groote beteekenis is, en dat het voor
de toekomst der kinderen van het hoogste belang is, dat zij
onderwijs ontvangen van personen, die hunne taak met liefde
en toewijding vervullen en daarvoor ten volle berekend zijn.
Naar onze meening is het toekennen van een ruim voldoend
salaris een van de krachtige middelen om dat doel te bereiken
eh is het salaris in onze gemeente, evenmin als in zoovele
andere gemeenten van ons vaderland, niet zoodanig, dat wij
van onze onderwijzers de groote karakterhoedanigheden en be
schaving mogen eischen, die wij toch zoo gaarne in het belang
van de opvoeding onzer kinderen, bij hen aantreffen.
En om te bewijzen, dat wij in die meening niet alleen staan,
daarvoor behoeven wij slechts te wijzen op de salarisregeling
in een plaats als Amsterdam, waar de onderwijzer met hoofd
akte een aanvangssalaris van f 800 ontvangt en het in 14
jaar kan brengen tot f 1500 benevens f 100 voor huishuur.
Wanneer men in aanmerking neemt, dat de bevolking van Am
sterdam voornamelijk bestaat uit neringdoenden, dat slechts
door middel van hooge belastingen de huishouding der gemeente
kan worden bekostigd, en dat de meerdere kosten van huishuur
ten hoogste een verschil van f 150 zouden wettigen, dan moet
men tot de conclusie komen, dat Amsterdam van de salaris-
regeling der onderwijzers een andere opvatting heeft, dan vele
plattelandsgemeenten en is Eet werkelijk geen wonder, dat de
stad Amsterdam en andere groote plaatsen van ons land de
beste onderwijzers tot zich weten te trekken.
Ware het omgekeerd, mochten juist de kleinere gemeenten
zich verheugen in het bezit van de beste onderwijskrachten,
dan ware onzes inziens de toestand veel gezonder, want onze
kinderen missen alreeds zooveel, de kinderen in grootere plaat
sen zijn alreeds zooveel op de onze vooruit door hunne veelvul
dige aanraking met personen en toestanden en de talrijke ge
legenheden om zich op lateren leeftijd verder te ontwikkelen,
dat wij wel met alle kracht er naar mogen streven ons lager
onderwijs zoo uitstekend mogelijk in te richten.
Daar zich nu op het oogenblik door de hoogere uitkeering. die
het Rijk aan onze gemeente geeft ten behoeve van het onder
wijs eene uitstekende gelegenheid voordoet om zonder belasting-
verhooging de salarisregeling van het onderwijzend personeel
op onbekrompen wijze in te richten, wenden wij ons tot U met
het verzoek deze zaak nog eens in ernstig beraad te willen
nemen.
Wij meenen er daarbij nog op te mogen wijzen:
dat in sommige gemeenten, zooals Hoorn en Rotterdam, voor
hei bezit der hoofdakte een salarisverhooging van f 150 f200
wordt gegeven;
dat in verschillende gemeenten de periodieke verhoogingen
sneller op elkander volgen en dat somwijlen ook, zooals te
Hilversum, de periodieke verhoogingen bij het bezit der hoofd
akte grooter zijn;
dat door onze onderwijzers, die de akte Fransch bezitten, per
jaar boven hunne gewone schooluren 27o uren les moet worden
gegeven, en dat de vergoeding van f 175» die ZÜ daarvoor
ontvangen, niet ruim kan worden genoemd.
Het adres werd alleen ter onderteekening aangeboden aan
personen, die in Schagen als onafhankelijk en mede tot oor-
deelen bevoegd mochten worden aangemerkt.
Tal van ingezetenen, die geacht kunnen worden eveneens aan
dezen eisch te voldoen, zijn niet tot onderteekening aangezocht,
omdat de tijd daartoe ontbrak, doch aangezien van de personen,
die wel zijn gevraagd, slechts zeer enkelen hunne handteekening
weigerden, mag worden aangenomen, dat ook van de overigen
nog velen tot onderteekening bereid zouden zijn gevonden.
Aangezien het een kwestie betreft, die van vrij groot finan-
I
cieel belang is voor de belastingbetalende burgers, is het zeker
niet overbodig hier nog even te vermelden, dat de 25 onder
teekenaren, hoewel slechts 1/22 gedeelte uitmakend van alle
aangeslagenen in den hoofdelijken omslag, te zamen 1/8 ge
deelte van den geheelen omslag betalen en dat dus een betere
salarieering van de onderwijzers in de eerste plaats ook voor
hen een belangrijke belastingverhooging zal ten gevolge hebben.
De Raad heeft het verzoek om de zaak nog eens in
ernstig beraad te nemen, voor kennisgeving aangenomen.
Hoewel het adres geheel onverwacht en op het laatste oogen
blik bij den Raad was ingekomen, hebben 5 van de 7 raads
leden het niet noodig geacht de zaak nog eens ernstig te over
denken, omdat zij op dat punt reeds een gevestigde meening
bezaten en naar men beweerde in het adres geen nieuwe
gezichtspunten werden genoemd, die tot herhaald ernstig
nadenken konden opwekken.
Het schijnt mij toe, dat dit oordeel wel wat lichtvaardig is
geweest en dat sommigen van de raadsleden bij hunne thuiskomst
nog wel eens ernstig zijn gaan overwegen of bij de tegenwoor
dige salarieering van onze onderwijzers wel voldoende
rekening wordt gehouden met den eisch, dat zij niet alleen
kennisaanbrengers, maar ook, en in de eerste plaats,
opvoeders moeten zijn, die niet alleen met woorden, maar
vooral ook door hun voorbeeld en hun wijze van optre
den in onze kinderen den eerbied voor allerlei maatschappe
lijke en christelijke deugden moeten opwekken en versterken.
Om te kunnen opvoeden en een goed voorbeeld te kunnen
gever., moet men zelf een goede opvoeding hebben genoten,
om karakters te kunnen leiden en vormen, moet men zelf een
goed karakter bezitten, en daarom behoort er bij de keuze van
een onderwijzer in de allereerste plaats op te worden gelet of
in zijn optreden, maar ook in zijne vorming en in zijne reeds
vroeger aan het licht gekomen karaktereigenschappen de 1100-
dige waarborgen liggen opgesloten, dat hem de leiding onzer
kinderen met gerustheid kan worden toevertrouwd.
Zondet eenigen twijfel zal men door een ruim voldoende
salarieering daarop een zeer grooten invloed kunnen uitoefenen,
want, wanneer de gemeentebesturen aan de onder w ij zers
een flinke belooning in uitzicht stellen, zal een
veel grooter aantal ouders dan tegenwoordig zich ernstig gaan
afvragen of hunne kinderen aanleg bezitten om onderwijzer te
worden. Als dan tevens bekend is, dat degelijk opgevoede per
sonen met een goed verstand en met goede karaktereigenschap
pen bij de gemeentebesturen een bijzondere voorkeur genieten,
zal er door de directeuren en leeraren van inrichtingen, waai
de onderwijzers hun opleiding moeten ontvangen bij de toe
lating alreeds meer aandacht aan den aanleg der candidaten
in deze richting worden geschonken en minder het hoofdgewicht
worden gelegd op ingepropte examenkennis. Ook tijdens de
opleiding zal dan de aandacht van directeur en leeraren daarop
steeds gevestigd blijven en de opleiding zelve zal daardoor meer
in deze richting worden geleid. Het eindresultaat zal dan wel
moeten zijn, dat in de onderwijzerswereld deze eigenschappen
veel sterker dan thans op den voorgrond gaan treden.
Op die wijze zal dan waarschijnlijk aan den eisch van artikel
35 van de wet op het lager onderwijs, waarvan de eerste alinea
luidt
„Het schoolonderwijs wordt onder het aanleeren van gepaste
en nuttige kundigheden dienstbaar gemaakt aan de ontwikkeling
van de verstandelijke vermogens der kinderen en aan hunne
opleiding tot alle christelijke en maatschappelijke deugden."
nog veel beter kunnen worden voldaan, dan thans, reeds het
geval is, want zooals tegenwoordig de salarieering der onder
wijzers, de beoordeeling van hunne geschiktheid en hunne op
leiding zijn ingericht is er geen voldoende reden om aan te
nemen, dat zij in den regel als opvoeders boven het gemiddelde
der andere burgers zullen uitsteken.
Hoeveel fijn gevoel, rechtvaardigheidszin en tact worden er
niet vereischt om werkelijk opvoedend onderwijs te kunnen
geven. Hoeveel moeite en zelfopoffering, hoeveel oefening en
vclharding zijn er soms noodig om eenige van die maatschappe
lijke en christelijke deugden zoo geheel tot zijn eigendom te
maken, dat daarvan op anderen weer een deel kan afstralen.
Daarom is het niet meer of minder dan een eisch van sociale
rechtvaardigheid, de menschen aan wie wij dezen eisch stellen
of behooren te stellen, niet alleen voldoende, maar zelfs ruim
te srlarieeren.
Wij zijn tot nog toe altijd zoo gelukkig geweest dergelijke
menschen onder den onderwijzersstand aan te treffen, men
schen, die zich door hun karig inkomen niet laten weerhouden
getrouw hun plicht te doen, maar blijmoedig voortgaan hunne
beste krachten te wijden aan de eenmaal gekozen levenstaak,
voortgaan te arbeiden aan het toekomstig levensgeluk der aan
hunne zorg toevertrouwde kinderen.
Wie in de gelegenheid is geweest den zegenrijken invloed
waar te nemen, die door zulke bekwame, beschaafde en karak
tervolle mannen op de ontwikkeling en beschaving hunner
omgeving wordt uitgeoefend, zal het met mij schromelijk on
dankbaar vinden, dat het salaris aan zulke superieure menschen
zoo karig wordt toegemeten.
Maar er zijn ook andere voorbeelden. Daar zijn ook onder
wijzers en hoofden van scholen, die door hunne ongeschiktheid,
hun gebrek aan ijver en plichtsgevoel op hunne leerlingen een
stempel van minderwaardigheid drukken, dat zij waarschijnlijk
hun leven lang zullen moeten meedragen en die op deze wijze
niei een zegen maar een vloek worden voor de omgeving,
waarin zij hun leven slijten.
Wanneer een streek zulk een ramp treft, dan mogen wij
diep medelijden gevoelen met de kinderen wier levensgeluk
daardoor misschien onherstelbaar benadeeld wordt, maar dan
moeten wij ons tevens afvragen: Aan wien de schuld? Is niet
de zeer onvoldoende belooning de grondoorzaak van al die
ellende?
«- Had men niet door het uitloven van een ruim salaris kunnen
zorgen, dat tal van bekwame menschen zich voor die betrek
king aanboden en had men dan daaruit allicht niet een betere
keus kunnen doen?
De onderwijzer moet wel een bijzonder sterk ontwikkeld
plichtsgevoel bezitten om ondanks de karige bezoldiging al zijn
tijd aan het hem toevertrouwde onderwijs te blijven wijden. Hoe
licht komt hij er niet door in de verleiding zijn arbeid voor
de school tot het allernoodzakelijkste te beperken.
De vruchtbaarheid van zijn onderwijs zal er veel bij winnen
als het in de school gemaakt schriftelijk werk buiten de school
uren door hem wordt nagezien, als hij ook een gedeelte van
zijn vrijen tijd besteedt om de leerstof, die hij den volgenden
dag zal behandelen, vooraf gereed te maken en te overdenken.
Doch hoe licht komt hij er thans niet toe zijn vrijen tijd op
allerlei andere wijzen productief te maken, zooals door het
geven van privaatlessen, het leveren van krantenlectuur e. d.
en hoe licht neemt die extra arbeid niet zooveel tijd in beslag,
dat zijne werkzaamheden voor de school er onder lijden en
zelfs zijne frischheid en werkkracht gedurende de schooluren
er door verminderd worden.
Als hij ruimer bezoldigd werd, zou hij veel meer voor zijne
eigenlijke levenstaak gaan gevoelen, zou hij er zich meer met
hart en ziel aan gaan wijden en zou men ook zonder gewetens
bezwaar van hem kunnen eischen, dat hij zijn volle werkkracht
daarvoor disponibel stelde.
Wat hebben onze kinderen aan dat geld, dat wij voor hen
besparen, uit den mond sparen, ik bedoel uit den mond van
hunne onderwijzers, wanneer daardoor gevaar ontstaat, dat
hunne opvoeding en hunne ontwikkeling schade lijden,
hun vermogen er door vermindert om zich in den strijd om
het bestaan een niet al te ongunstige plaats te veroveren. Hun
vermogen ook om al het goede, dat de samenleving hen aan-
biedt op de rechte wijze te genieten en tot die genietingen
zelf een steentje bij te dragen.
Laten wij toch ook bedenken, dat niet alleen geld en het
geen daarvoor te koop is, geluk aanbrengt, maar dat er nog
I zoovele andere middelen zijn om ons en anderer levensgeluk
I te verhoogen, en dat een zorgvuldige opvoeding en ontwikke
ling van ons verstand ons kunnen leeren het geluk te zoeken
en te vinden ook buiten het geld.