De verloren Juweelen.
388ste Staatsloterij.
Gemengd Nieuws.
a ..-"S v.a" z"sta' Pi»": Sïï'* M JU Salu-
«Et sciièn wat IcleerCTL, Daa^maakte ik
Misbruik van vertrouwen.
Door een burgemeester uit een dorp in N.-B. was zijn
wetenschap van aanslagen in de bedrijfsbelasting, die
hij kende door de afkondiging van het kohier, dienst
baar gemaakt aan de regeling van aanslagen in den
hoofdelijken omslag in zijne gemeente.
Door den persoon, wiens aanslag ten gevolge daarvan
werd verhoogd, is nu een aanklacht te gen den burge
meester ingediend, op grond van art. 47 der wet op de
bedrijfsbelastir g. De betrokken burgemeester en een
paar leden van den raad zijn reeds op de aanklacht
gehoord.
Historisch.
Een boer uit den omtrek van Haarlem we zullen
maar de plaats niet noemen die een officieel formu
lier moest invullen, plaatste in de beschrijving van zijn
persoon, achter het woord: „Geslacht..." „één vakken!"
Tram botsing
Woensdagmorgen kwam de gewone tram, die 7.22
van Varseveld naar Westendorp vertrekt, in botsing
met de extra tram (op Lichtenvoordsche marktdagen)
die 7.17 van Westendorp vertrekt. De botsing was
hevig. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. De
materiöele schade is groot. Een der locomotieven is
geheel verwrongen, het balkon van een der personen
wagens verbrijzeld, oeri andere wagen lag uit de rails.
Een extra tram uit Lichtenvoorde werd ontboden om
den weg weer vrij te maken.
Den Helder 29 Juli.
In de heden gehouden zitting van den Gemeenteraad
werd aa' geboden de rekening over 1907, sluitende in
ontvangst met f 735 895.85J, in uitgaaf met f 716 778.28}
en dus met een batig saldo van f 19 117 57.
Op zijn verzoek werd togen 1 October a.s. eervol ont
slag verleend aan den heer K. H. A. Heeroma als hoofd
van school 4 (Parallelweg) In zijn plaats werd benoemd
de heer L. van der Ploeg, hoofd van de school te Koe-
gras.
Tot onderwijzer aan school 8 werd benoemd de heer
J. Th. Tienstra, en tot onderwijzeres aan school 8 mej.
M. Water, te Ambt Ommen.
Weerproletiefn.
De „vanouds vermaarde" Enkhuizer Almanak, die
reeds meer dan 300 jaar oen vraagbaak is voor alles en
nogwat, houdt zijn lezers o. a. ook voor het heele jaar
van te voren op de hoogte wat voor weer het zal zijn
Eerlijk moeten wij bekennen, dat wij deze voorspellin
gen nimmer aan de werkelijkheid getoetst hebben, doch
heden, voor iets anders het boekje opslaand, werd onze
blik toevallig erheen gevoerd. Wjj vonden: Maandag 20 Juli
regen en wind; Zaterdag 25 en Maandag 27 Juli heet; Dinsdag
28 Juli broeiend warm. Men zal ons toegeven, dat
hetgeen wij hier lazen ons reden gaf omtrent het weer
der volgende dagen den almanak nog eens te raad
plegen. Deze voorspelt voor: 31 Juli tot 1 Augustus
warm, maar toch lekker weer; omstreeks 5 Augustus
onweer; vervolgens tot 12 Augustus goed weer; 15 en
16 Augustus drukkend 18 Augustus goed weer afge
wisseld door regen; hierop tot 26 Augustus steeds
prachtig weer; en tot begin Segtember nog steeds goed
weer. Wij hopen dat het uitkomt! mits er maar
wat regen tevens komt.
Door
GEORGE R. SIMS.
Er heerschte niet geringe opschudding in de Rarrett
Street, toen het bekend werd dat de stemmig gekleede
dame van middelbaren leeftijd, die de armen in de
buurt (en er waren er niet weinig) zoo trouw bezocht,
eene echte, levende hertogin was. De populaire voor
stelling van eene hertogin de Barrett Street was ont
leend faan de beschrijvingen en afbeeldingen in eene
zekere rijk geïllustreerde stuivers-litteratuur. Daar toch
waren hertoginnen steeds ontzettend trotsch en vorste
lijk schoon, droegen eindeloos lange sleepjaponnen, dia
manten tiara's op het fiere hoofd en onschatbare parel
snoeren om de zwanenblanke halzen.
Maar de hertogin in kwestie geleek in geen enkel
opzicht op deze imposante soort van aristocratische
verschijning. Iedereen in de Barrett Street hield van de
kleine dame, die als „zuster" namelijk als lid van
eene vereeniging tot armenverzorging bij de men
sehen in tijden van ziekte en nood op bezoek ver
soheen. Zij was precies zooals de andere „zusters",
in haar eenvoudig vriendelijke doen en praten. Zij
droeg een heel gewonen mantel en een heel eemvoudigén
hoed, en het haar, dat reeds begon te grijzen, droeg
zij glad langs het voorhoofd gestreken.
„Zuster Martha" zoo stond zij in de wandeling
bekend. Men vermoedde dat zuster Martha getrouwd
was, omdat zij een trouwring aan den vinger had.
Maar velen Melden haar voor een weduwe, omdat
natuurlijk eene getrouwde vrouw op haar eigen huis
houden zou hebben moeten passen en haar man haar
niet zou hebben toegestaan soms den ganschen dag
en dikwijls ook den nacht uit te blijven op armen- j
bezoek.
Zuster Martha woonde wel in een deftig huis met
tuin, en zij had tot hulp eene oude juffrouw als huis
houdster, eene keukenmeid en een loopmeisje. Het was
een huis uit den goeden ouden tijd, toen kooplui en
rijke winkeliers het nog niet beneden zich achtten,
nabij de City te wonen. Maai' het was zeer zeker geen
huis voor eene hertogin.
De „ontdekking van de hertogin" was te danken aan
een toeval of aan een ongeluk. Een dokwerker
een man die in betere dagen een eigen zaakje had
gehad was in het ruim van een schip gevallen en
gekwetst naar het hospitaal gebracht. Zijne vrouw, die
juist voor de achtste of negende maal in de kraam
lag, kon haren man niet bezoeken; en dus kwam 's
mans broeder haar af en toe berichten hoe 't met
den patiënt ging. Hij kwam ook eens op een tijd, toen
juist zuster Martha haar bezoek bracht. En zoodra
zuster Martha zich verwijderd en de deur achter zich
dichtgetrokken had, riep de zwager dier dokwerkers
vrouw, heel verbaasd
„Wat komt die Mer doen?"
„Zij is eene dame van de Vereeniging, en werkelijk
een goede engel voor ons, William. Ik weet niet hoe
ik 't zónder haar zou hebben moeten stellen."
„Wat? Eene vereenigingsdame zij? Weet
je dan niet wie zij werkelijk is?"
„Ik ken haar enkel als zuster Martha."
„Nou, dan zal ik je eens wat anders vertellen. Ik
herkende haar dadelijk, hoewel 't ruim vijf jaar ge
leden is sedert ik haar zag. Ik was toen extra bediende
bij eene groote partij op haar kasteel."
„Kasteel'' Wat blief je? Wie is zij dan? Is zij
zóó rijk?"
„Rijk ja en 'meer dan rijk. Zij is een van je
eerste aristocraten in Engeland, hoor! Jij bent ver
pleegd geworden door de Hertqgin-weduwe van Cotts
wold. Die was 't, die daareven, toen ik binnenkwam,
het kussen onder je hoofd opschudde."
Toen de zwager de schoonzuster verlaten had, ging
hij een borrel drinken, in de tapperij aan den hoek.
en daar, in een gesprek met de buffetju/fer. stak hij
niet onder stoelen en banken dat zuster Martha eene
hertogin was. De buffetjuffer vertelde het nieuwtje aan
andere bezoekers, en zoodoende was het weldra in de
heele buurt bekend geworden Met het incognito der
hertogin van Cottswold was 't sedert in de Barrelt
Street gedaan.
De hertogin van Cottswold, hoewel zij sedert haar
weduwschap zich geheel aan eene werkdadige zending
onder de armen had gewijd, had nochtans de wereld
tot welke zij behoorde niet verloochend. Eenige weken
in het jaar bewoonde zij haar paleis aan het Gros
venor Square en eenige weken ook betrok zij haar
landgoed Gedurende haar afwezigheid uit de Borough
fungeerde hare huishoudster, juffrouw Saxby als hare
vertegenwoordigster bij de aanzoeken om hulp en
trachtte er in te voorzien, dat de arme beschermelingen
der hertogin zoo weinig mogelijk onder hare tijdelijke
uithuizigheid hadden te lijden.
Want het liefdadigheidswerk der hertogin was niet
louter de gril eener groote dame, eene remedie tegen
verveling of een balsem tegen persoonlijk leed. Het
was heel wat méér. Het was eene werkdadige poging
van de sedert den dood haars echtgenoots met meer
in het mondaine leven zich thuisgevoelende vrouw om
van haren grooten rijkdom het best mogelijke gebruik
f fe niflkcn.
Haar zoon en hare dochter waren gehuwd, en zij
had geen kleinkinderen. Zoo vond zij dus in haar
wonen en werken onder de armen de aanvulling en
den inhoud van een leven, dat anders allicht ten pr'x>i
zou zijn geworden aan verveling en zwaarmoedigheid.
Juffrouw Saxby, de huishoudster en secretaresse, vond
bij de afwezigheid der hertogin hare taak meer dan
verdubbeld; want zij had nu niet alleen de arme be
schermelingen der hertogin te ontvangen, maar moest
ook nog hare meesteres op de hoogte houden van
hetgeen er tijdens de afwezigheid van deze gebeurde.
Eens op een avond het liep reeds naar elf uui
stond juffrouw Saxby op het punt om de meid
naar bed te sturen en ook zelf ter ruste te gaan,
toen er luid aan de straatdeur werd geklopt. De meid
ging opendoen en kwam terug met de boodschap,
dat er een jonge vrouw was. met name Lou Misters,
die zuster Martha wenschte te spreken, en wel over.
een zaak van groot belang.
Lou Misters was namelijk een jonge getrouwde vrouw,
in wie de hertogin bijzonder veel belang stelde; en
daar juffrouw Saxby dit wist, zoo gelastte zij het
meisje om Lou binnen te laten.
De jonge vrouw trad gejaagd binnen, blijkbaar in
een groote agitatie.
„li zult 't mij wel niet kwalijk nemen, hoop ik.
juffrouw," zeide zij, „dat ik nog zoo bij nacht en
ontij kom aankloppen. De meid zei mij dat zuster
Martha niet thuis is en daarom kom ik dan maar
bij u. Ik heb hier iets, dat ik zuster Martha verzoeken
wou om voor mij te bewaren.''
Van onder haren doek haalde zij nu een bundel te
voorscMjn, gewikkeld in een stuk zwart taf en met
spelden en een touwtje bevestigd.
„Ik zal u zeggen wat 't is, juffrouw," zeidé zij. „Het
is Jim's Zondagsche pak kleeren. Hij leit weer in 't
hospitaal, en zijne moeder zanikt mij de ooren van
mijn hoofd, dat ik het haar geven zal om naar den
lommerd te brengen. Zij is weer scM'omelijk aan t
veel op de hoogte. Hij vernam ook dat zuster Martha
op zekere tijden van het jaar in haren aristocratisch en
kring terugkeerde en dan woonde in een groot huis
aan het Grosvenor Square. Daar ging hij eens pools-
hoogte nemen, en hij ontdekte in de buurt eene tap-
perij, die veel bezocht werd door de koetsiers en de
knechts der bewoners van het Grosvenor Square.
In deze inrichting sleet hij ettelijke avonden, en. om
een goeden indruk te maken, joeg Mj zich zelfs op
de kosten voor een nieuw pak kleeren. Hij kon, als
j Mj wilde, wel aardig praten, had ook een beetje ver-
stand van paarden, en wist zich op die manier met
1 eenige stalknechts op een vriendschappeLijken voet te
stellen.
Van dat alles zeide hij echter Mets tegen Lou Zij
was reeds lang gewoon dat Mj eiken avond uitliep,
en zoolang hij niet dronken en tamelijk goedgehumeurd
thuiskwam, klaagde zij niet en deed hem ook geen
vragen.
Op den bewusten avond dan keek Jim Misters, daar
in die kroeg in de Borough, op de klok. Het was
zeven uur.
„Komaan, Shob," zeide hij „het wordt tijd om
aan den slag te gaan."
Shob Laxton knikte, en de beide mannen gingen
de straat op.
Niemand wist waarom Laxton Shob werd genoemd,
evenmin als iemand zou hebben kunnen zeggen waar
om Misters in de wandeling Toff heette. Maar dit doel
niets ter zake. Shob heette de man, en Shob had hij
sinds menschenheugenis geheeten. Zijn eigenlijke doop
naam was Peter, en als Peter was Mj ook bij een
paar gelegenheden, toen hij met eene rechtbank had
kennis gemaakt, geboekt. Niet onmogelijk is het, dat
zijne vrienden hem Shob noemden, omdat „Peter" in
de dieventaal een horloge beteekent, zoodat hierdoor
pene verwarring van begrippen zou hebben kunnen
ontstaan.
En dienzelfden avond werd de slag geslagen.
Het was de kamemer der hertogin, die het eerst
alarm sloeg.
De hertogin vertrok met den sneltrein van 3.45 uit
King's Cross naar Schotland, om haren zoon te be
zoeken. Zij was Mt het rijtuig gestapt en op hef perron
drinken, juffrouw, en dus is ze er op uit om er de
hand op te leggen, terwijl ik aan 't werk ben en dan gekomen, gevolgd door den lakei met de handbagage,
het briefje te verkoopen, zoodid die arme Jim als hij En de kamemer, die het juweelenkistje onder hare
terugkomt zijn beste pak kleeren gevlogen vindt. Wilt bijzondere hoede had, wilde dit juist uit het rijtuig
u 't dus voor mij bewaren, juffrouw, zoo lang als 't nemen, toen zij ontdekte dat het verdwenen was.
noodig is? Ik kom het weer afhalen zoodra Jim weer Terstond herinnerde zij zich, dat zij een oogenblik
thuis komt." i tevoren tegen het lijf geloopen was door een zwaar
Dit verzoek om een andermans zondagsche kleeren i gebouwden, ruwen kerel, die een bak met timmermans
in bewaring te nemen, had voor juffrouw Saxby Mets i gereedschap op den schouder droeg. En in verband
1 I 1 T T i i I l lI.i AUi a l'iiro m Til an li nl nrt l-rvi aat! a*i aa! f n 11111 'aa i a n
verwonderlijks. Het was namelijk volstrekt geen onge
wone zaak, dat zuster Martha's beschermelingen haar
voor een tijd dingen te bewaren gaven, op welke zij
bijzonderen prijs stelden. Niet zelden gebeurde 't, dat
zij in eene kast in hare slaapkamer eene verzameling
dergelijke kleinigheden had liggen: goedkoope kleinoo
diën, oude werkdoosjes, met huwelijks- en geboorte-
oertificaten er in, en kleine famielje-relieken, aan welke
de armen waarde hechten, even veel als ja vaak
zelfs méér dan de rijken. Soms lagen er zooveel
pakjes in die kast, dat zij sterk geleek naar een vak
in een pandjeshuis.
Want alleenwonende personen, of zelfs een paar die
in ééne kamer samen wonen, waar zij nog wat goede
spulletjes hebben, vinden het vaak lastig genoeg ze
onbeschadigd te bewaren, niel slechts, maar ook om
ze Mt de begeerige handen van hunne buren, dikwijls
zelfs van hunne aanverwanten te houden.
Niet zelden kwam het voor, dat eene jonge vrouw
die nog beste kleeren" bezat, wanneer haar man „op
scharrel" was en al wat hij grijpen kon te gelde wou
maken voor de kroeg, haastig van hare dingetjes een
bundeltje maakte, of hare schamele kleinoodiën in een
doosje pakte, en daarmee heenliep om het onder zus
ter Martha's bewaring in veiligheid te brengen.
Juffrouw Saxby begreep volkomen den aard en de
bedoeling van Lou Mistere' verzoek, en zij was ook
Met boos om het nachtelijke uur, waarop het vrouwtje
er mee kwam aanzetten.
Zoo aanvaardde dan de huishoudster der hertogin
het bundeltje van Lou Misters, en, met de belofte
van er goed zorg voor te zullen dragen, ging zij mee
het portaal in om hare bezoekster Mtgeleide te doen.
Zoodra zij de deur gesloten en gegrendeld had, keerde
juffrouw Saxby in hare kamers terug, schreef „Lou
Mermede kwam zij op het vermoeden, dat de juweelen
doos gestolen moest zijn. Zij deed een geweldig groo
ten mond open, de stationsbeambten werden gealar
meerd en de hertogin vertrok naar Schotland zón
der hare juweelen.
Maar de beschrijving, die de kamemer gaf van den
man met wien zij caramboleerde welke man ook
door den koetsier der hertogin was gezien leidde
dienzelfden avond nog tot de arrestatie van Shob
Laxton, bij wien echter Mets gevonden werd en die
plechtig zijne onschuld bezwoer. Men hield hem rnet-
teqiin achter slot en grendel. Want de politie was
overtuigd dat de heer Laxton, zoo niet de feitelijke
dief, toch diens medeplichtige was, en dat zijne bot
sing met de kamenier eenvoudig eene strategische
manoeuvre was geweest, om de bewegingen van den
eigenlijken roover te dekken.
De hertogin van Cottswold was door het verlies van
hare kleinoodiën zeer terneergeslagen, minder nog om
de groote geldswaarde er van, dan om de herinnerin
gen die er aan verbonden waren. Evenwel, al de na
sporingen van de pohtie bleven vruchteloos, Shob
Laxton frnoest wegens gemis aan schuldbewijs uit de
gevangenis ontslagen worden, en de hertogin, na alle
hoop op het wederzien van hare preciosa te hebben
opgegeven, keerde weer naar de Borough terug en
werd weer zuster Martha, de armenbezoekster.
Op een grauwen namiddag in December, zat zij
thuis bij haar vuur. Zij was moe, want zij had een
zwaar dagwerk achter zich. De winter was zeer streng
ingevallen, de nood onder de armen groot; en de
tooneelen van ellende, die zuster Martha had bijge
woond, drukten haar met een besef van machteloos
heid.
Daar kwam het dienstmeisje juffrouw Saxby was
Misters" op een stukje papier, speldde dit op het bun- uit haar zeggen dat er eene vrouw was om haar
deltje, en sloot het vervolgens weg bij andere pakjes te spieken. De vrouw werd binnengelaten. Het was
Lou Misters, vervallen en bleek, met roodgeschreide
oogen.
„Mei, Lou, zie ik je eens weer?" riep de hertogin
verrast. Zij kende de gescMedenis der jonge vrouw,
die in drie maanden, sedert zij aan juffrouw Saxby
het bundeltje ter bewaring had gegeven, niet meer over
haren drempel was getreden. Zij had gehoord dat Jim
Misters, na eenige weken lang den gebraden haan te
hebben uitgehangen, met zijne vrouw heftig ruzie had
gemaakt, haar- tegen den grond geslagen en schandelijk
mishandeld had, en daarna met zijne moeder er van
door was gegaan, waarna er van hem in de buurt
Mets meer vernomen was.
„Het is je slecht gegaan, Lou," zeide de hertogin
vol deeMeming. „Ik heb er van gehoord. Wat kan ik
voor je doen?
Het vrouwtje keek haar een oogenblik door hare
tranen heen aan, en zeide toen
„Jim is dood.
deltje, en sloot het vervolgens weg bij andere pakjes
op eene plank in eene kast M zuster Martha's slaap
kamer.
In een kroeg in de Borough, bij de politie bekend
als eene verzamelplaats van dievenpak en gespuis, ston
den bij de schenktafel twee mannen een glas grog te
drinken.
De een was een grove, vierkante kerel van om en
bij de vijftig. Hij had kin en wangen vol baardstoppels
en op den ronden kop eene massa dik, stekelig haar.
De afwezigheid van een halsboord droeg Met bij lot
verfraaiing (van zijn uiterlijk, dat het tegendeel van
innemend was. Een verschoten blauwe zakdoek, waar
van de slippen onder zijn vest gestoken waren, diende
hem tot das; en een donkere pet, vettig en verweerd,
zat over zijn hoofd getrokken, zóó diep, dat aan weers
kanten de ooren naar bMten stonden.
Zijn kameraad, een veel jongere man, was van Mter-
lijk Met onknap, tenminste als men niet lette op de
vossige uitdrukking van de groenachtige oogen en op
de vale gelaatskleur, die maar al te duidelijk getuigde
van eene ongeregelde en liederlijke levenswijze. Zijne
kleeding had iets verloopen fattigs, alsof hij de afge
legde plunje droeg van een heer.
Jim Mistere, de jongere man, was onder zijne kor-
miiten bekend als „Toff", een bijnaam van welken
oorsprong en verklaring moeilijk zouden zijn te vin
den. Somtijds danste hem het geld in den zak; en
op andere tijden was Mj voor eiken shilling zakgeld
of, juister gezegd, kroeggeld afhankelijk van zijne
vrouw, die werkte in eene groote marmelade-fabriek.
In den laatsten tijd echter was Lou, die Jim ge
trouwd had Mt liefde en ook na de ontdekking van
's mans ware karakter met heel haar hart nog aan
hem hing, ziek en buiten werk geweest. Zij had op
een guren avond eene zware koude gevat bij het zoe
ken naar haren man, toen diens moeder, die bij hen
inwoonde en die menigmaal wat te diep in de flesch
placht te kijken, wegens het schoppen van misbaar
op de openbare straat door de politie was opgebracht
Toen dus Lou Mets meer verdiende, was toevallig
ook Jim niet bij kas en moest dus wel, goedschiks
Dood? Wat zeg je? Hoe is dat gekomen?"
ti i wee^ niet. Ik heb 't vanmorgen eerst gehoord.
Ik ben terug in de fabriek, weet u, maar ik woon
met meer M de Borough. Zijne moeder is het mij
m de fabriek komen vertellen."
„Je was van hem af, Met waar?" zeide de her
tog111- »Ja ja, ik weet er alles van. Het is eene treu
rige gescMedems
'-Ik geloof Met dat hij slecht zou geworden zijn,"
smkte het vrouwtje „als hij geen slechten omgang
gevonden hadMaar het baat nu niets meer, cfaar-
over nog te praten."
"xT-at kau doen om je te helpen, Lou?"
„Niets, mevrouw. Ik heb werk, en ik kan mijzelf
bedruipenMaar ik kom bij u voor iets anders. Ik
moest u dat komen vertellen van Jim, omdat om
dat
Zij bleef steken.
„M el. Lou, je hoeft niel bang te wezen om mij
alles te zeggen."
„Ik ben ook niet hang. Maar ik schaam me. Het is
wel ihard, dat ik hem. dat nog moet nahouden, nu
hij dood ligt. Maar ik moet 't toch wel.... Mevrouw
u hebt boven een bundeltje, dat ik drie maanden ge-
Ipnpn lAAtl 11 nint IItimp «taa l-i 1 7
of kwaadschiks, uitgaan op karwei.
Terwijl nu de jonge vrouw thuis ziek lag, haar man j leden, toen u Met thuis 'was, aan uwe huishoudster
weg was en hare schoonmoeder wegens rustverstoring 1 te hewaren gaf."
voor eenige dagen achter de tralies zat, hoorde zuster j
Martha van het geval en kwam dagelijks naar de zieke
kijken, om haai' het voedsel te verschaffen, dat zij
noodig had tot herstel.
Van den beginne af hechtte Lou zich met dankbaar
heid aan zuster Martha. Het verschijnen van de zachte
en fijne dame in hare krottige woning bracht nog
meer bij om haar op te knappen, dan de medicijnen
en het versterkende voedsel. Nog nooit in haar leven
had zij zulk eene vriendin gehad. Nog nooit had iemand
haai' 'zoo vriendelijk en troostend toegesproken. Het
speet haai- bijna, toen zij weer beter was. omdat zus
ter Martha nu niet meer bij haar bed zou komen
zitten en met haar praten.
Toen Jim Mistere van zijne „karwei" terugkwam,
bracht hij wat geld mee en scheen bijzonder goed
gemutst; en wanneer Mj goed gemutst was, dan was
Mj op zijne manier geen kwade kerel. Lou, voor heel
klappen. Maar nu Jim dood is, nu komt 't er niet
meer op aan. Alleen bid ik u, mevrouw, zeg 't aan
memand anders. Want ik wou niet graag nu nog wor
den nagewezen als de vrouw van een dief.'
Arm schepsel!" zeide de hertogin. „Nu begrijp ik
waarom je man je zoo gruwelijk mishandelde. Je hebt
voor je eerlijkheid bitter moeten lijden.
Ik zei tegen Jim dat hij mij kon doodtrappen, maar
dat hij niet zou weten wat ik met de juweelen had
gedaan Zij zouden in uw huis niet meer veilig zijn
geweest, als ik 't hem gezegd had.
„Ga zitten. Lou," zeide de hertogin „Ik zal naar
boven gaan en het pakje halen. Je kunt het dan zelf
openen.
Lou maakte het bundeltje los, en toen zij aan den
zakdoek kwam. dien zij tusschen de kleeren had ver
stopt, opende zij dien en stortte den inhoud in den
schoot der hertogin.
„Daar zijn ze. mevrouw," zeide zij „net zooals
Jim ze mij gaf. Ik ben blij, u te hebben kunnen
bewijzen dat ik niet ondankbaar ben voor al wat u
voor mij hebt gedaan."
De hertogin deed van het terugvinden harer ver
loren kleinoodiën bericht aan de politie.
„Mijn eigendom. zeide zij, „is mij teruggebracht
door een onschuldig persoon, die niet de hand heef!
gehad in den diefstal."
_En dit niettegenstaande de sterke pressie, die er
door de politie op haar geoefend werd was alles
wat de hertogin van Cottswold wilde bijdragen tot de
oplossing van het geheim harer gestolen juweelendoos.
Lou Misters verdient nog met hard werken tiaar
brood in de fabriek. De hertogin had heel wat voor
haar willen doen. Maar Lou wil uit hare handen niets
meer ontvangen.
„Jim vertrouwde mij," zegt zij „en toch heb ik
hem verraden. Diat was al erg genoeg. Maar als ik
nu ook nog geld aannam voor hetgeen ik heb gedaan,
dan zou ik mijzelf mijn teven lang verfoeien.
i
,1ste KLASSE, 3de TREKKING
HOOGF. PRIJZEN.
f 20.000 3605.
f 5000: 6025.
f 1000: 10292.
f 400: 854, 1!
f 200: 13460.
31
69
92
156
312
475
541
605
617
684
685
733
741
791
367
606 810
618 3008
644
698
710
872
905
949
1128
138
195
212
239
257
296
343
363
370
415
416
436
459
484
399
436
455
527
568
629
655
704
722
751
757
762
793
921
909
965
438 6069
497 233
58
143
167
196
285
310
334
403
545
566
722
731
738
758
779
839
887
914
932
949
547
566 4039
575
601
630
631
690
774
811
812
924
983
2082
97
107
110
134
148
183
190
307
326
340
346
397
402
240
294
312
360
390
468
570
594
596
612
619
626
673
694
696
698
734
160 867
229 7026
270 65
57
150
157
158
322
409
421
573
616
690
727
749
778
803
809
813
828
842
864
923
999
404 5104
492
531
585
98
115
241
245
322
327
372
395
410
441
518
536
592
745
754
845
887
924
174 8001
176 61
223 75
lste KLASSE,
Hl
f 200 3971.
10183.
5024,
10726,
13159,
13656. 15001
rijzen
van f 20.
8089
10317
12920
16116
18572
111
344
13048
227
590
181
372
62
305
604
289
458
97
360
607
299
475
128
383
623
352
537
149
397
649
386
562
175
422
729
531
693
201
433
748
576
724
225
483
806
582
756
375
495
819
595
782
434
501
880
631
796
454
504
933
673
829
559
521
939
720
875
625
665
958
753
945
844
666
969
846
959
858
688
19036
860
11069
865
823
144
880
123
873
830
165
892
252
884
838
216
987
280
929
882
307
988
307
966
921
299
9056
328
14020
935
- 415
68
419
98
945
585
69
551
134
989
676
112
558
183
17063
758
119
563
234
92
772
124
578
270
114
793
134
579
351
122
802
248
592
360
145
871
260
637
365
221
875
302
734
394
242
876
319
821
419
409
956
364
824
441
410
20021
462
838
452
434
112
464
861
463
452
224
487
906
505
460
237
536
923
566
467
244
564
987
580
504
292
565
12034
640
600
308
628
57
710
633
321
656
78
727
756
362
672
92
784
856
433
700
100
797
907
507
757
124
887
935
528
784
248
894
944
546
874
305
895
976
562
889
349
903
18011
588
903
386
15077
28
594
907
398
240
57
646
971
451
283
61
658
10001
467
299
84
668
36
531
394
144
695
39
546
403
103
746
129
587
439
251
771
139
627
586
262
796
220
638
655
333
816
221
762
672
344
829
218
777
790
399
901
265
801
867
403
928
301
839
950
463
304
910
16089
569
2de
trekking
11238 m. z. 11338.
)OGE
4de TR
EKK
ING.
PRIJZEN.
3108
Prijzen
van f 20.
9
6298
8536
10494
12030
127
156
339
9095
932
326
684
383
361
201
11048
408
705
4011
827
217
114
884
981
779
878
315
186
897
1004
912
959
772
190
13087
258
5014
7099
775
240
349
780
31
388
977
275
806
961
552
678
10102
397
14040
2230
827
810
233
598
107
343
844
8263
243
879
15140
646
863
279
455
934
380
661
6219
335
15565
17138
722
356
880
IS 046
896
17808
16093
18205
179
868
439
19404
458
661
678
760
852
862
897
20569
17115
667
„Ja. Wil je 't terug hebben? Dan zal ik het gaan
halen."
„Nog Met mevrouw. Eerst moet ik u nog iets zeg
gen.... Het was het was Jim, die die uwe juweelen
gestolen heeft
„Mat? Hij?" riep de hertogin.
„Ja, mevrouwIk weet wie u bent, ziet u, hoewel
ik het u nooit heb laten merken. En Jim, die wist 't 1
óók. En toen u terugging naar uw groote huis aan
het Square, toen hebben Jim en nog een ander I
een doortrapte schooiert de handen ineengeslagen
om u te bestelen. Jim nam de juweelendoos uit uw
rijtuig, terwijl de ander hem dekte door tegen uwe
kamenier aan te loopen. Hij bracht de spullen thuis.
Haai hij was bang. want hij had gezien dat ze zijn
maat al ingerekend hadden. - „Lou," zei hij: tegen
mij ik vrees dat Mj klappen zal, om zijn eigen
tuj op zijne manier geen kwade kerel Lou, voor heel huid te redden. Dus poets ik vooreen poosie de
Martha, en wat eene echte „dame zij was.
Nog tweemaal na dien avond kwam zuster Martha
naar Lou nog eens kijken, en beide malen was Jim
toevalLig thuis. Hij ontmoette de vereenigingsdame, zon
der zich bijzonder voor haar te interesseeren. Zijne
belangstelling klom echter aanmerkelijk, toen hij van
de praatjesmakers in de Barnett Street vernam dal
mons. Die weet wat hij er mee doen moei, en Mi zal
met mij wel afrekenen.""
„Dus je man gaf je mijne juweelen?"
..Ja, mevrouw. Ze waren in een zakdoek gebonden.
De idioots gooalen ze weg."
„En je hebt ze naar dien Salomons gebracht?"
„Neen. mevrouw, dat Met. Ik slak den zakdoek tus-
nieuws, kwam hij bij Lou weer thuis.
Van den dag dezer ontdekking af werd de hertogin
net voorwerp van Jim Misters' zeer bijzondere oplet
tendheid. Hij vischte naar haar bij een paar kamera
den, die in de voorname wereld van het Westend wel
eens een kijkje hadden gehad, en zóó kwam hij van
een pakje van,
en dat bracht ik aan uwe huishoudster.
„En in dat pakie dus
,.Ja, mevrouw. I' bent goed voor mij geweest, en ik
wou er tn>iet de Mand in hebben om, u te bestelen
Ik wou dat u uwe juweelen terug zou hebben
en dat was dus de éénige manier, zonder Jim te ver-
a Ko* ca"didaat.
Gelyk reeds voorspeld was, hoeft de onafhankelijke
party in de Vereenigda Staten, de groen van den heer
Hearst, een afzonderlijken candirtaat voor het President.
?usettfSekLmaarV00r d° b6e'' Hi9gen ult Massa'
Dit feit bewjjst dat de partij zich niet heeft willen
vereenigen met het program der democraten, maar naai
de stembus wenscht te trekken onder eigen, meer demo-
S"ChV6UZen(:. ?lt be8luit komt louter aan de repu-
bhkemsche party ten goede en vermindert de kansen
van den heer Bryan die toch al niet zoo heel gunstig
stonden, aanmerkelijk. 15
Gevaarlgk.
Maandagmiddag is een nieuwe luchtballon
van de Saksische vereeniging voor luchtscheepvaart
oor den bliksem getroffen. Het nieuwe lucht-
a 1? ii18 gedoopt Zeppelin. Om 12 uur 's middags steeg
de ballon op bjj Dresden. In het schuittje zaten Dr. Er-
nemann en professor Poeppel. Zjj zouden twee dagen
in het luchtruim blijven Eenige uren na de opstijging
zweefde de ballon boven Mittlachberg in Bohemen, toen
daar een hevig onweder uitbarstte, de ballon was toen
8000 meter hoog. Het is wonderlijk goed afgeloopen. De
bliksem sloeg in het schuitje, zonder de inzittenden te
wonden. Ook de balion zelf bleef onbeschadigd. De lucht-
reizigers maakten na den slag toch maar zoo vlug mo-
gelijk, dat zij de lucht uitkwamen, en in enkele minu-
en hadden zij het lijf geborgen op den vasten grond.