Tandarts A\SI\GII, Molen-afbraak, Voorloopig Bericht. Meubelmaker LOET, No. C 91, 2 m öestêTBEKflöND, Burgerbrug. 11 Vanaf Vrijdag 7 Augustus. Gedurende 14 dagen Heeren- en Kinder Seizoencostuunis, Fanlasievesten, Demi ftaisons, Pan talons/zwarte en fa ntasie Stoffen TD D ZOOGENAAMDE OPRUIMINGEN. Jb. KKLDKR. Kermis te Barsingsrliorn. M L Z 1 K K. JB. KKLDEB. Prijsfoto en -Biljarten. Attentie ALKMAAR, HOF B 25. L advertentiên. MEUBELZAAK. C. VAN TWUIJVER Kz rpi\T Ruime Fietsberging. HOOFDGRACHT 28, DEN HELDER. een bruine Ruin, een bruine Merrie. MAGAZIJN rn ui en een gevorderd LEERLING lederen DONDERDAGMORGEN te consulteeren, van 87,-11uur. Adresde Wed. Heddes, Laagzijde, SCHAGEN STIK R, A. DROOG te Kolhorn. Gedipl. (Meubelmaker. Hooiden van gezinnen, verzekert IIw dienstboden en knechts i c voor het risico, vervat in het Arbeidscontract, bij de Levensver- met Sportkar zekering-Mij, „De Standaard", te Amsterdam Premie15.75 en een zoo goed als nieuwe per jaar en per hoofd. Verdere inlichtingen geeft de Inspecteur Kermiskraam, B. H. E. Feldmann, te Alkmaar. Actieve Agenten en Agentessen bij a van- rtipriaan Anna pan van J. BIERSTEKER. Zondag 9 Augustus a.s., UITVOERING zullen alle Het prijsverschil is voor een ieder duidelijk te zien en is niet te vergelijken met Na afloop Bal. Alle drie dagen Dinsdag, van 10 tot 2 uur, Woensdags, Aanvang I uur. P. SCHERINGA. Koninkl. Nederlandsche te Amsterdam. L. OUDSHOORN. direct gevraagd, door H. YAN KEULEN te Ondeslnis. Te koop: Een 1 %-jarige geprimeerde waaraan de afstamming van weerszijden bekend is. Te bivragen bij K BOEKEL, Winkel, Voorz. Winkeler Fokvereeniging. Te koopt oud 7 jaar, OF oud S jaar, beiden gaaf, en mak bij den weg, bil M. BOOD, Winkel. Te koop: als IJzeren Beschoeping voor Vijzel, IJzeren Rollen 17 X 17 M., IJzeren As, lang 6 25 M., Am. Gr. Roede, lang 24 60 M. met complete schoot, enz. enz., bij Ondergeteekende bericht door deze, dat hg aich te SCHAGEN zal vestigen als en zijn zal openen 1 5 AUGUSTUS a.s. op de nabij de uitspanning van den Heer i H. RAVEN. Hopende door levering van soliede Meubelen tegen concurreerende prijzen en voorts door nette bediening veler gunst waardig te mogen worden, Hoogachtend, Te koop aangeboden: uitsluitend rat- en bnnsinghonden, bij E. ROOZING Pz. te Petten. Kevraa*d. lownapolder. JF V A N L1U AANVANG 7è UUR. ENTREF. 20 CENT. OPTREDEN VAN Entrée 25 Cent. Kinderen onder geleide 10 Cent. Aanbevelend, De ondergeteekende deelt mede, dat hij is aangesteld tot Vertegenwoordiger van de Vanaf heden zijn de Bieren dezer ge noemde Maatschappij bij hem verkrijgbaar en beveelt hg zich beleefdelijk aan voor Behagen en Omstreken voor de levering daarvan. Aanbevelend. Schagea, Augustus 1908 zijden vest, met groote diamanten ringen en goed ge vulde banknotentasschen. Steunpilaren van de kunst noemt men zulk soort nietwaar?" Sidi had haar lorgnet opgezet en keek langs haar nia^i heen naar de vestibule. „Erieh je maakt jezelf belachelijk en ik heb honger Haar rust prikkelde hem steeds meer. Hij voelde, zij speelde comedie, die gelatenheid was gekunsteld, was verdediging en afweer. En hij meende, dat zij met hem den spot dreef. „Ik had ten minste kunnen en mogen verwachten, dat je je niet zoudt hebben ingelaten in een gesprek met dien parvenu. Maar er waren bepaald wel oude herinneringen op te frisschen." „Zeker waren er die, en ik kon toch niet onbeleefd zijn. Maar houd nu op. ik heb honger." Hij deed een paar schreden, maar kwam weer terug. „Wij gaan!" zeide hij kortaf. En dan zaten ze tegenover elkaar in de restaurant aan de tafel, waaraan zij ook drie maanden geleden hadden gezeten en hij haar op den eersten leugen had betrapt. En het was juist zooals toen, zij at mei de beste appetijt en hij dronk alleen haastig een paar glazen wijn. Hij zweeg en staarde voor zich uit. Zij loog nu weer, evenals toen. Loog of verzweeg, dat was hetzelfde. Deze man, die voor haar had ge staan met een sigaar in den mond en beleedigend monsterende blikken, was bepaald een harer vroegere bewonderaars. Een van de velen misschien. Deze oude kerel had zich, toen hij haar Sidi zijn vrouw zag aan een aangenaam avontuur herinnerd en de som die hem deze vrouwengunst had gekost. Met dien kerel had zij gesprokenHad aan hem haar man voorgesteld. Zijn „zeer verheugd" klonk hem nog in de ooren. En hij moest zwijgen, zwijgen, zwijgen. Zou hij den mensch niet kunnen tuchtigen? Zou hij zijn vrouw niet ter verantwoording roepen Mocht hij ook dat niet? Menigmaal was het hem als lag er een sluier voor zijn oogen. Onduidelijk zag hij het gelaat van Sidi en hoe zij rustig mes en vork hanteerde; onduidelijk slechts het electrische licht op tafel, de gestalten der gasten, de dames in bonte gezelschapstoiletten, de hee ren in rok. en heen- en weerschuivende kellners. Even als uit de verte klonken de gedempte stemmen, klonk de muziek heel van verre en dat alles deed zijn ooren zoo'n pijn Mocht hij zijn vrouw ter verantwooording roepen? Ja maar waarvoor eigenlijk? Het was immers een stilzwijgende overeenkomst ge weest, dat wat vóór hun huwelijk was gebeurd, zou hun geluk niet hinderen! Hij had het immers geweten geweten Geheel in haar recht zou zij zijn, wanneer zij de wenkbrauwen zou fronsen. Misschien herinnerde zij hem ook aan het woord dat zij op den dag der verloving tot hem had gesproken en hem in dat uur van geluk zoo innig had geroerd„Ik zal steeds een trouwe echt- genoote voor je zijn. Heb ik geen woord gehouden? zou zij nu kunnen vragen. Wat wilt ge nog meer van mij?" Vreeselijk was het niet om aan te denken was het „Wilt ge niet zoo goed zijn mij nog een glas wijn in te schenken?" hoorde hij tusschen dat alles door de stem van Sidi. Hij deed het zwijgend. Maar terwijl hij zich boog scheen de sluier over zijn oogen zich plotseling te deelen. Duidelijk meende hij op het gelaat van zijn vtouw een trek van triomf te lezen. Zijn hand beefde De wijn schoot in een rooden teug over het witte tafellaken. Rood als bloed. „O hoe onhandig." „Pardon zeide hij zeer werktuigelijk. Zij triomfeerde. „Mijn heilige zoo noemde zij hem somwijlen mijn heilige is ijverzuchtig. Be paald dacht zij dat. „Mijn heilige is jaloersch, dus moet hij mij ook nog beminnen. Liefhebben? Ijverzucht? Was het dan liefde, die hem de hand had doen sidderen, wat hem een sluier voor de oogen had ge trokken? Was het ijverzucht geweest op een schaduw die vanuit het verleden opdook? Of was het slechts de zwaar beleedigde waardigheid van den man geweest? Dat was het. Maai" die mannenwaardigheid heb ik zelf met voeten getreden, toen ik een Sidi Tenners huwde. Daarover kon hij niet heenkomen. Daarover niet „Willen wij niet opstaan?" „Zeker." Zij gingen door de zaal, Sidi vooraan, hij achter. Aan een kleine tafel, alleen, de mijnheer uit Griiz. Deze stond op en groette zeer beleefd en Sidi boog even het hoofd. tegen ,den grond slaan kon ik dien kerel zoo dacht Kerstin en beantwoordde toch ook zijnerzijds den groet. Maar in hetzelfde oogenblik gevoelde hij niet den ouden man daar neerslaan, maar de herin nering, die hij wakker riep, de schaduw de scha duw! Boven in het salon ging Sidi direct naar de tafel, schoof haai' ringen af en vroeg over haar rug heen: „wat doen wij vanavond?" Hij was, zwaar ademend aan de deur blijven staan: „ik ga vanavond niet meer uit." „De reis begint alleramusantst." Zij draaide hem nog steeds den rug tóe, deed haar japon los, alsof zij van plan was een andere japon aan te trekken. „Ik ben niet gestemd 0111 uit te gaan." „Dan zult ge er wel niets tegen hebben, dat ik naar den schouwburg ga." Het klonk uitdagend, maar toch ook wat onzeker. „Zooais je wilt!" Hij wachtte. Hij wilde haar in het gelaat zien. Hij wilde haar toch vragen Maar hij bracht geen woord over de lippen. Hij zag slechts dat zij de wenkbrauwen hoog optrok. Haar bepaalde houding als zij niet meer wenschte te pra len Zij zocht haar ringen weer bij elkaar en zonder een woord te spreken ging zij naar haar slaapkamer. Wel een uur verliep er en misschien nog meer. Eerst had hij een paar maal haar hooren zingen, dan lachen evenals een onaardig kind lacht Dan was het stil geworden. Misschien wisselde zij van toilet. Misschien was zij ook al reeds verdwenen. Naar hel theater! Zij kon naar het theater gaan, terwijl zij' wist hoe hij leed. Hij roerde zich nauwelijks meer op zijn plaats. Hij liep later eerst een paar maal naar het venster, keek zonder ook maar iets te onderscheiden op de straat, kwam weer naar zijn plaats bij de deur terug en stond en dacht na Dacht steeds weer over hetzelfde na. En verdiepte zich steeds weer in dezelfde vraag. En voelde toch duidelijk hoe nulteloos dit eigenlijk was. Dan schoot hem de gedachte snel door het hoofd en daar klemde hij zich aan vast. Waarom nam hij het ook zoo moeilijk op? Daar was immers iets, waar over- elk ander spelend was heengekomen. De een had een jonge Russin getrouwd, een violiste, die jarenlang door de wereld was getrokken en over wie men te recht of ten onrechte de gekste avonturen vertelde. Bei den leefden nu toch gelukkig. Voor toog tenminste wie keek er achter de coulissen? E11 tenslotte wat ging hem een ander aan, hij was hij. Hij kon er niet overheen komen. Eensklaps stond hem levendig en duidelijk voor oogen het afscheidsuur uit het .huis zijner moeder. Hij hoorde de stem van oom Richard het snikken zijner moeder: „Mijn jongen mijn arme jongen." En dan zag hij Marga. Of Marga hem ook in dit oogenblik nog zou toe roepen: „geduld liefde!" Het w-as alsot hij haar op eenmaal hooide vragen: „Maar wat wil jij dan. d\\aas? Je bent zinneloos, Erieh. Je wordt vervolgd dooi- hersenschimmen." Hij hield den adem in. Wanneer het nu eens werkelijk zoo was? Onmogelijk onmogelijk was het toch niet. En dan snelde hij op de deur der slaapkamer toe en' rukte die open. Zijn vrouw was niet uitgegaan. Zij zat aan de toilettafel, heur haar golfde haar over de blanke schou ders. Aan beide zijden van de tafel schitterden een paar electrische lampen. Toen Sidi het opengaan van de deur hoorde, draai de zij zich half om zij had op hem gewacht. Zij lachte hem toe. Maai' hij zag het lachje niet en zag ook niet den blanken hals en ook niet het wonder volle reflex van het licht op het roodbruine haar. Hij trad heel dicht op haar toe en vroeg met bevende stem: „Sidi was hij je aanbidder?" Zij was op die vraag voorbereid. En terwijl zij lachte, hief zij de armen op, greep in heur haar, wond het jn een mooien knot te zamen en zeide koket: „Beste Erieh, je bent niet een galant man." Toen pakte hij haar bij de polsen. Maar hij liet haar dadelijk weer vrij en liep de kamer uit. Zonder een woord! In de'lange nachturen streed Erieh met zichzelf. Hij moest zich met het verleden trachten te verzoe- neh. Nu bewust, zooals hij het vroeger onbewust had gedaan. Hij kon Sidi geen verwijt maken niet eens daarover, hoe lichtvaardig, hoe spottend zij zich heen- zeéc. over zijn zielskwellingen. Hoe had Sidi Tenners, dff ®ii iBevróuw von Kerstin heette en toch dezelfde was gebleven, tot een andere opvatting kunnen komen. In al zijn strijd viel hem een woord in, dat hij elders -eens had gehoordin al wat rust niet roeren Hij had bitter kunnen lachen dat was dus dei- wijsheid laatste slot! Er was ook een andere oplossing geweest; de schei- Sok die gedachte ging hem door het hoofd; en het verwonderde hem. dat hij er aan kon denken zon der groote smart. Maar toch wees hij deze gedachte ver van zich af, direct en beslist. Wanneer hij zich nu van Sidi scheid de, viel zij terug in de diepte zij de vrouw, die dan toch zijn naam had gedragen, die hij zoo vurig had liefgehad. Aan hem was de plicht haar rechtop te houden, haar te beschermen ook voor zichzelf Hij doordacht dat alles. Maar op den bodem zijner ziel leefde daarbij toch een gevoel, waarvan hij zich geen rekenschap gaf. Hoogstens dat hij het aanhanke lijkheid noemde. Men moet wat rust, niet roeren zich met* het verledene trachten te verzoenen Wat bleef er anders nog over? Innerlijk voltrok hij in die nachtelijke uren de scheiding van zijn vrouw, die hij in uiterlijken vorm frof verwierp. Hij kon zich geen gemeenzaamheid met idi meer denken en bouwde zich kunstig een systeem van een kalm naastelkaadeven. Hel was ze.r hard voor beide deelen. hij was onrechtvaardig voor Sidi, dat voelde hij zelf. Maar er was geen anderen uil weg Hij vond er ten minste geene. Sleehls de heel zwakke 1 en vreugdeloozc hoop was in hem over: de mildere en wegvagende inwerking van den tijd. Een even glim- I mende vonk onder de asch Nog iets overwoog hij: zou hij deze reis niet op geven en dadelijk naar Waldow terugkeenen* Maar hij gruwde van de eenzaamheid en het alleen-zijn. Den volgenden morgen ontmoetten man en vtouw elkaar volkomen kalm. Ook Sidi was met zichzelf Ie rade gegaan en had haar eigen optreden van den vori ge imvoiid verbazend onverstandig gevonden. Eigenlijk had zij haai" heilige beter moeten kennen oen ijveizuehtigoii bewonderaar ving men wei op de manier als zij het had geprobeerd, maar niet een Erieh Kerstüi. Onverstandig was zij geweest, eenvoudig zeer dwaas. En een weinig medelijden verdiende Erieh ook wel. Lieve hemel, zooals deze goede jongen nu een maal het leven opvatte, kon hij immers den ridder von Kolteneek niet licht opnemen. Die domme, grijze aap laf en onbeleefd was hij eigenlijk toch geweest. Zij was zoodoende lief, hartelijk en had een wee moedige uitdrukking in de oogen. Kerstin wus uiterlijk tegen zijn vrouw zoo voorkomend als maar eenigszins mogelijk was. Wanneer zij met een heimelijken angst verwijten had verwacht, had zij zich ter dege vergist. Het looche nen, dat zij van plan was geweest te doen, was ganscli niet noodig, en ook de tranen, die zij van plan was geweest te hulp te roepen. En eigeidijk was het on toerekenbaar zooals die goede jongen zich gedroeg. Maar goed was hij bepaald. Zonder iets te behoeven, te vragen, gaf hij haar een cheque' vertegenwoordi gende een bedrag geld, waarover zij ontstelde„Je hebl zeker wel allerlei inkoopen te doen Of zij inkoopen had te doen! Zij bleven ook niet lang bij elkaar. Sidi verlangde naar de verstrooiing van de groote stad, naar een stuk asphalt en naar een paar lachende gezichten. Zij dacht er over na hoever dit geld wel reiken zou, wat zij daar al voor kon koopen en Mizzi Schreiber die moest zij natuurlijk ook zien. Maar daarvan mocht Erieh niets weten. Asjeblieft niet! En hem brandde de grond ook onder de voeten. Marga was in Berlijn. Hij moest Marga zien en spre ken. Wat hij haar zeggen wilde, dat wist hij zelf niet. De diepste gevoelens zijner ziel kon hij haar niet openbaren. De blik evenwel in haar reine oogen, de druk harer handen zou hem goed doen. De deur van de ouderlijke woning was voor hem geslotetf. Hij dacht er niet aan. deze deur als een berouwhebbend zondaar weer voor zich te openen Maar Marga zou hem bepaald een samenkomst niet weigeren. Onmiddellijk nadat Sidi was gegaan, ging hij ook Met een kort briefje Ln den zak, waarin hij Marga om een samenkomst verzocht. Terwijl hij door de gang liep kwam er een gedachte bCj hem op. Hij trad naar den oberkellner en vroeg dien naar ridder von Kolteneek. „Hedenmorgen juist vertrokken," luidde het bescheid. Het was hem eigen lijk onverschillig, maar toch stemde het hem prettiger. Juist toen hij zich wilde omdraaien om verder te gaan, voelde hij een hand op zijn schouder. „Amice! amice! Kerstin, kerel ben jij daar. heb jij den ouden Reder in den steek gelaten'' Of heeft hij je verlof ge geven?" Het was Prach! Prach in een zeer opgewekte stem ming; zeer elegant, zeer vergenoegd. „Ik heb eens aan mijn vrouw een bezoek gebracht Zij is altoos nog in het Witte Hert. Een prachtige inrichting. En nu wil ik mijn geliefd BerLijn mei een bezoek vereeren. Was gistei- in de kleine woning bij Matthias Je goede moeder was er niet, inaar wel Marga. Dal is nog altoos een zeer knappe dame." Prach had Kerstin onder den arm genomen, vroeg naai- Sidi, verheugde zich erover, dat hij zijn mooie nicht weerzien zou en wilde voor den avond reeds een uitgang bepalen. Kerstin dacht maar steeds aan zijn samenkomst met Marga en nam nu het besluit bij Matthias de samen komst te bepalen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1908 | | pagina 6